HISTORISCH AMBACHT. Basisvaardigheden voor historici. Bachelor Geschiedenis ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM



Vergelijkbare documenten
HISTORISCH AMBACHT. Basisvaardigheden voor historici. Bachelor Geschiedenis ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM

HISTORISCH AMBACHT. Basisvaardigheden voor historici. Bachelor Geschiedenis ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

1. Probleemstelling formuleren en sleutelwoorden bepalen.

BRONNENONDERZOEK 2010/2011

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken

Wat is een theoretisch kader?

Module 1. Welke soorten informatiebronnen zijn er?

INSTRUMENTEN TER ONDERSTEUNING VAN SCRIPTIESTUDENTEN

Opdracht zoeken en vinden van informatie

20/11/2015 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

AOS docentonderzoek bijeenkomst 3 Theoretisch kader & bibliotheekinstructie

1/16/2017. Wat is een theoretisch kader? Opdracht. Het forum. AOS docentonderzoek bijeenkomst 3 Theoretisch kader & bibliotheekinstructie

16/02/2016 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

Stap 5 Selecteren van informatie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

Workshop. Zoeken naar goede Informatievaardigheden. bronnen voor FLOT!? Nathalie van den Eerenbeemt Olaf Schiltmans Jos Knubben

Zoektechnieken. Eenvoudig of geavanceerd zoeken

PiCarta, Online Contents, NCC (Nederlandse Centrale Catalogus) Je kunt alle PiCarta subbestanden tegelijk doorzoeken, maar ook afzonderlijk.

Slimmer zoeken op internet

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

17/02/2017 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

INHOUD. Wat zoek je?... 2 Waar zoek je?... 4 Hoe zoek ik?... 8 Wat heb ik? Naam. Opleiding. Project. Datum

+DQGOHLGLQJYRRUKHW]RHNHQLQ

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Antropologie

Zoeken naar goede bronnen. Nathalie van den Eerenbeemt informatiespecialist Fontys OSO

De Catalogus. De catalogus van de bibliotheken van de Universiteit Leiden catalogus.leidenuniv.nl

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Politieke wetenschappen

Producten aangeboden door de Openbare Bibliotheek Rijssen-Holten aan het Voortgezet Onderwijs

Opdrachten in databanken

BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN. Handleidingen

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Sociologie / Sociaal Werk

ZOEKEN IN PROQUEST BUSINESS COLLECTION

ZOEKEN IN SPORTDISCUS

Slimmer zoeken op internet

hoe u kunt zoeken naar informatie; hoe u gevonden informatie kunt beoordelen op betrouwbaarheid.

ZOEKEN IN PROQUEST SOCIAL SCIENCES

ZOEKRESULTAAT: SORTEREN EN VERFIJNEN (FILTERS)

Als je naar ERIC gaat kom je automatisch bij Basic Search (eenvoudig zoeken).

Zoeken naar medische literatuur Marianne van der Heijden Bureau Andromeda 19 januari 2006

1 Handleiding LIMO Faculteit Architectuur KU Leuven, campus Sint-Lucas Brussel

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Communicatiewetenschappen

Workshop Informatievaardigheden

ZOEKEN IN BUSINESS SOURCE PREMIER

Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren

ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME DE BIBLIOTHEEK: AANBOD VAN WETENSCHAPPELIJKE INFORMATIE

Handleiding SEO controle & Publiceren blog-artikelen Wageningen UR blog. Oktober 2015

Literatuurverwijzingen

Eisen en lay-out van het PWS

HET ZOEKEN VAN WETENSCHAPPELIJKE LITERATUUR. Hans Bodlaender

Ook thuis zijn de meeste informatiebronnen te raadplegen.

Inhoud van deze handleiding

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Stappenplan voor een onderzoek

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Antropologie

LexisNexis Academic Quickcard

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

Handleiding full text artikelen downloaden

ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT?

Het doen van literatuuronderzoek

Handleiding SEO controle & Publiceren blog-artikelen Wageningen UR blog. Oktober 2015

Educatie, 1 e jaars, studiejaar 2017/2018

Vind sneller wat je zoekt. Ontdek de vernieuwde online BIBCATALOGUS & MIJN BIBLIOTHEEK dienst.

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Module 5. Hoe informatiebronnen zoeken met LIMO?

Instellen Finchline Topics & Booleaans zoeken

2. Hoe zoeken in deze databank? Snelzoeken Eenvoudig zoeken Geavanceerd zoeken Zoeken via zoekbomen...

Inhoud van deze handleiding

Bronnen voor genderstudies

Lees eerst de algemene handleiding Gebruik Collectie Persdocumentatie!

I NHOUD. Inleiding 9. 1 Historisch onderzoek: het belang van een vraagstelling. 2 Bouwstenen van de historische methode

Workshop. Zoeken naar goede Informatievaardigheden. bronnen voor OSO!? Nathalie van den Eerenbeemt December 2014

Workshop. Informatievaardigheden

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

Het eindwerkstuk GGCA Schooljaar

Overzicht cursussen Informatievaardigheid Universitaire Bibliotheken Leiden Collegejaar

Vaardigheden - Internet HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan

Hand-out Informatievaardigheden FBE-Finance & Accounting HvA Bibliotheek Het webadres van de digitale bibliotheek:

LIDMAATSCHAP KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK DEN HAAG (KB) (VERSIE: NOV. 2013)

LIMO zoekt gedrukte EN elektronische publicaties - in de catalogi van de K.U.Leuven bibliotheken en de andere bibliotheken van Libisnet -in LIRIAS =

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën

Stappenplan: een spreekbeurt maken

Toelichting vernieuwde pagina Uitgebreid zoeken

Inhoud. Mediacentrum hogeschool Windesheim (maart 2015) Page 2

Workshop zoeken naar bronnen

De termen kunnen de documenten terugvindbaar maken, maar de termen zijn niet geschikt om de documenten op onderwerp op te bergen.

WikiKids Atlas. Lerarenhandleiding Project WikiKids Atlas

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

DE NATIONALE WETENSCHAPSAGENDA VOOR SCHOLIEREN - DEEL 1 HAVO

De Digitale Bibliotheek. Toegang tot databases en e-journals digitallibrary.leidenuniv.nl

Op zoek naar wetenschappelijke literatuur?

Deze presentatie. Gebruik bronnen. Wat voor bronnen? ZOEKEN VAN WETENSCHAPPELIJKE LITERATUUR

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

Op zoek naar wetenschappelijke literatuur?

Transcriptie:

HISTORISCH AMBACHT Basisvaardigheden voor historici Bachelor Geschiedenis ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Erasmus School of History, Culture, and Communication Opleiding Geschiedenis 2014-2015 (negende, herziene uitgave)

2

INHOUD Voorwoord 4 1. Inleiding 5 1.1. Geschiedenis als wetenschap 5 1.2. Vaardigheden 7 1.3. Concepten 8 1.4. Na de BA 1 9 2. Het historisch bedrijf in Nederland 10 2.1. Opleidingen 10 2.2. Beroepsverenigingen, congressen en vaktijdschriften 11 2.3. Bibliotheken 11 2.4. Archieven en onderzoeksinstellingen 12 3. Vakliteratuur zoeken in bibliotheken en andere instellingen 13 3.1. Wetenschappelijke informatie 13 3.2. Waar ga je zoeken? 16 3.3. Hoe ga je zoeken? 22 3.4. Zoektips 29 3.5. Literatuur zoeken, lezen en verder zoeken 31 4. Bronnenonderzoek 33 5. Opslaan van gegevens 36 6. Een historisch betoog analyseren: de structuuranalyse 39 7. Schriftelijke presentatie: het werkstuk 42 7.1. Eisen ten aanzien van inhoud en vorm 42 7.2. Stappenplan 43 7.3. Taalbeheersing 47 8. Mondelinge vaardigheden: referaat en discussie 51 9. Annotatie en bibliografie 55 9.1. Noten 55 9.2. Literatuurlijst en bronnenoverzicht 62 9.3. Plagiaat 63 10. De bachelorthesis 64 Bijlage: voorbeeld van een structuuranalyse 71 3

VOORWOORD Historicus worden is een ambacht leren. Dat doe je door, onder begeleiding van ervaren docenten, zelf onderzoek te doen en daarover te schijven, spreken en discussiëren. Net als de timmerman en de schilder ontwikkelt ook de leerling-historicus en -historica al doende zijn of haar eigen meesterschap, met een eigen aanpak en stijl. 1 Maar er zijn een paar basisvaardigheden die iedere historicus moet beheersen: hij moet in staat zijn over elk historisch onderwerp de meest recente wetenschappelijke boeken en artikelen te vinden, op het internet en in bibliotheken, en om de waarde daarvan te beoordelen. Hij moet de weg in de archieven kennen. Hij moet maatschappelijke veranderingen in het verleden kunnen analyseren en daarover helder kunnen schrijven, spreken en debatteren. Deze syllabus helpt je een begin te maken met het aanleren van deze vaardigheden. Het is niet meer dan een begin: net als elke toegewijde ambachtsman of vrouw zul je door veel oefenen en met de feedback van je docenten en medestudenten het vak steeds beter gaan beheersen en je eigen stijl ontwikkelen. Ik dank mijn collega s aan deze faculteit en elders in het land voor hun suggesties. Hoofdstuk 4, over het vinden van vakliteratuur, is grotendeels geschreven door Renske Jongbloed, medewerkster van de universiteitsbibliotheek, in overleg met onze vakreferent geschiedenis Jan Jüngen. Deze syllabus is ook online beschikbaar: http://www.eshcc.eur.nl/bages/wetenschappelijkschrijven/ Aanvullingen en suggesties van docenten en studenten zijn welkom, want volgend jaar wordt deze syllabus opnieuw verbeterd. Namens de toekomstige gebruikers: alvast hartelijk dank daarvoor. Dick van Lente Augustus 2014 1 In de rest van deze tekst is de historicus zowel mannelijk als vrouwelijk. Overal waar hij staat, kun je dus ook zij lezen. 4

1. Inleiding 1.1. Geschiedenis als wetenschap Geschiedenis betekent het verleden, dat wat geschied is. Het betekent ook: verhaal over het verleden, of zelfs verhaal in het algemeen, zoals in de titel van de beroemde roman van Multatuli: De geschiedenis van Woutertje Pieterse. Er bestaat een grote markt voor verhalen over het verleden, zoals je kunt zien in de schappen van de grote boekhandels, televisieprogramma s zoals Andere tijden en in speelfilms over historische personen en gebeurtenissen, zoals Der Untergang, Marie Antoinette en Lincoln. Zulke films en populaire boeken zijn uiteindelijk gebaseerd op het wetenschappelijk onderzoek van historici. Hun werk verschijnt in boeken en artikelen in gespecialiseerde wetenschappelijke tijdschriften, waarvan de meeste door maar een kleine kring van vakgenoten worden gelezen. Wetenschappelijke publicaties hebben een ander doel dan boeken en films voor een groter publiek. Terwijl die laatste vooral proberen het publiek te boeien, en misschien ook iets bij te brengen, zijn wetenschappelijke historici erop uit het verleden beter te begrijpen door de materiële overblijfselen ervan (de bronnen ) zorgvuldig te bestuderen, of door bekende gebeurtenissen als de Franse Revolutie of de Amerikaanse Burgeroorlog op een nieuwe manier te analyseren. Ook dat kan heel spannende teksten opleveren, maar ze zijn wel anders, en ze bereiken alleen bij uitzondering een groot publiek. Zowel de populaire als de wetenschappelijke vormen van geschiedschrijving kennen hun meesterwerken: de ene is niet beter dan de andere en er zijn allerlei tussenvormen. Maar het is wel belangrijk om het verschil te beseffen. Aan de universiteit word je opgeleid tot wetenschappelijk historicus: wat je later ook met je kennis en vaardigheden gaat doen, hier leren we je het verleden te onderzoeken met de methoden en technieken van de historische wetenschap, en om van je bevindingen op wetenschappelijk verantwoorde wijze verslag te doen. Vier kenmerken onderscheiden wetenschappelijke geschiedschrijving van andere soorten verhalen over het verleden. Twee daarvan hebben betrekking op het onderzoek, twee op de presentatie van onderzoeksresultaten: 1. De systematiek van het onderzoek. Ieder onderzoek begint met het formuleren van een duidelijke en onderzoekbare vraag over het verleden. Vervolgens gaat de 5

onderzoeker na wat andere historici al over het onderwerp hebben geschreven en wat de sterke en zwakke punten van hun interpretaties zijn. Daarna spoort hij historische bronnen op die mogelijk een ander licht werpen op de kwestie, zodat een beter antwoord gegeven kan worden op de onderzoeksvraag. Hij kan ook proberen om kennis die al langer bekend is vanuit een nieuwe invalshoek te interpreteren. Hij maakt een keuze uit de methoden en technieken die in zijn eigen vak en in verwante vakgebieden (sociologie, economie, etc) ontwikkeld zijn om het bronnenmateriaal te analyseren. Doel van dit alles is het verkrijgen van nieuwe en controleerbare kennis over het verleden, en eventueel ook een andere interpretatie ervan. 2. De kritische benadering van het onderzochte bronnenmateriaal. Ieder verhaal over het verleden is uiteindelijk gebaseerd op bronnen, dat wil zeggen: materiële overblijfselen van het verleden. De betrouwbaarheid van zo n verhaal staat of valt dus met een zorgvuldige interpretatie van die bronnen. Daartoe moet de historicus nagaan hoe het materiaal dat hij bestudeert tot stand is gekomen. Bij een krantenbericht over een massademonstratie is het van belang om te weten of de verslaggever ter plaatse was, of dat hij afging op wat anderen hem vertelden, en of zijn krant een bepaalde positie innam in de kwestie. 3. De logische opbouw van het onderzoeksverslag. Of het nu een werkstuk is of een masterthesis, een lezing of een wetenschappelijk artikel, elk onderzoeksverslag geeft in een aantal logische stappen antwoord op een vraag over het verleden. Die vraag wordt aan het begin van het verslag duidelijk geformuleerd en toegelicht, de keuze van de bronnen en de onderzoeksmethode worden uiteengezet, waarna stapsgewijs het antwoord volgt. Historici trachten hun lezers te overtuigen met verwijzing naar bronnenmateriaal en met logische argumenten. 4. De verantwoording van het werk aan de lezers in de vorm van noten en een bronnen- en literatuurlijst (in vaktermen: annotatie en bibliografie). De lezer moet in staat worden gesteld om, als hij dat wil, het onderzoek over te doen, om te zien of hij tot dezelfde resultaten zou komen als de schrijver. Als de lezer zelf onderzoek doet over het onderwerp, kan de lijst hem wijzen op publicaties en bronnen die hij nog niet kende. In de voet- of eindnoten kan de lezer precies zien welke bronnen en 6

welke boeken en artikelen de schrijver heeft gebruikt om iedere stap in zijn betoog te onderbouwen. 1.2. Vaardigheden Om je deze werkwijze eigen te maken moet je leren hoe je aan historische informatie kunt komen, welke onderzoeksmethoden er zijn en moet je oefenen in allerlei vormen van presentatie en discussie. Daarom schrijf je in de loop van je studie een hele reeks werkstukken, voorzien van voetnoten en literatuurlijst, houd je referaten en voer je discussies met je medestudenten en je docenten. Al doende leer je niet alleen veel over het verleden, je leert ook een ambacht: dat van de wetenschappelijke historicus. In de vakken van het eerste jaar van de Bachelor (hierna: BA1) komen verschillende onderdelen van dat ambacht aan de orde. De handleiding die je aan het begin van elke cursus kunt downloaden van de van de website van faculteit geeft je een overzicht van de vaardigheden die in de betreffende cursus centraal staan (de gegevens en het materiaal van elke cursus is te vinden op de betreffende pagina van Blackboard, waarover je aan het begin van het jaar een instructie krijgt). In deze syllabus zetten we de belangrijkste vaardigheden bij elkaar. De syllabus is dus te gebruiken als handleiding en naslagwerk. Achtereenvolgens komen aan de orde: - Instellingen waar je historische informatie kunt vinden en waar historisch onderzoek wordt gedaan en onderwijs wordt gegeven: bibliotheken, archieven, universiteiten en onderzoeksinstituten. We noemen dit het historisch bedrijf. - Het zoeken van vakliteratuur in bibliotheken en andere instellingen. - Het analyseren van historische bronnen. - Het opslaan van onderzoeksgegevens. - De opbouw van een historisch betoog. - Schriftelijke presentatie. - Mondelinge presentatie. - Annotatie en bibliografie. - De bachelorthesis. Voordat we deze vaardigheden bespreken, moeten we iets zeggen over het gebruik van de taal in het historisch onderzoek. 7

1.3. Concepten In verschillende vakken in de BA1 staan we uitvoerig stil bij het gebruik van basisbegrippen, ofwel concepten. Dat is om drie redenen belangrijk. Historici proberen zo nauwkeurig mogelijke uitspraken over het verleden te doen. Zij moeten daarom veel zorgvuldiger met de taal omgaan dan in het alledaagse spraakgebruik gebeurt. Als het bijvoorbeeld gaat over verzuiling of economische groei, dan moet duidelijk zijn, wat daarmee precies bedoeld wordt en hoe je empirisch (dat wil zeggen op basis van bronnenmateriaal) kunt vaststellen in hoeverre een samenleving verzuild is en of een economie groeit of niet. Daarom begint een historicus zijn betoog vaak met het formuleren van een conceptueel kader, dat wil zeggen, een nauwkeurige omschrijving van de kernbegrippen die hij in zijn betoog zal gaan gebruiken. Het bijzondere van de geschiedwetenschap is dat ze zich bezighoudt met ongeveer alle aspecten van het verleden: sociale, economische, bedrijfskundige, psychologische, politieke en culturele. Dat zijn allemaal terreinen waaraan hele wetenschappelijke disciplines zijn gewijd. Historici spelen dan ook vaak leentjebuur bij de economie, de sociologie, de psychologie, en andere menswetenschappen. Methoden en begrippen uit die wetenschappen worden veelvuldig in historisch onderzoek toegepast. Daarom is het belangrijk de belangrijkste begrippen die in deze vakgebieden gebruikt worden te kennen. Dat is de tweede reden. In de derde plaats komen we in historische bronnen allerlei begrippen tegen die we ook vandaag nog gebruiken, maar die vroeger een andere betekenis hadden. In de negentiende eeuw werd bijvoorbeeld met het gemene volk niet een volk met naargeestige bedoelingen aangeduid, maar het gewone volk, mensen in de lagere klassen. Belangrijke concepten als natie en maatschappij hadden vroeger een heel andere betekenis dan nu. Sommige begrippen die we nu gebruiken, zoals emotie, bestonden tot in de negentiende eeuw niet. Andere termen werden gebruikt om daarmee min of meer overeenkomstige verschijnselen aan te duiden. Als we zorgvuldig over het verleden willen spreken en schrijven, moeten we dus ook goed op de hoogte zijn van de taal van de mensen die we bestuderen. 8

1.4. Na de BA1 In het tweede en derde jaar van de Bachelor ontwikkel je alle vaardigheden die je in het eerste jaar hebt geleerd verder. Het belangrijkste eindresultaat daarvan is de bachelorthesis, waarmee je deze fase van de studie afsluit. Uiteraard worden aan die thesis hogere eisen gesteld dan aan het de werkstukken die je in het eerste jaar moet schrijven. Waar dat meer uit bestaat, lees je in hoofdstuk 11 van deze syllabus. Het bachelordiploma geeft je toegang tot een masteropleiding, aan deze faculteit of elders, die eindigt met de meesterproef, de masterthesis: daarmee ben je een volleerd ambachtsman of vrouw geworden. De masterthesis blijft in deze syllabus echter buiten beschouwing. 9

2. Het historisch bedrijf in Nederland Wie de weg wil vinden in de Nederlandse en de internationale geschiedenis, moet weten hoe het historisch bedrijf, in elk geval in eigen land, in elkaar zit. Waar werken beroepshistorici? In welke archiefinstellingen en bibliotheken kun je terecht voor historische teksten en beeldmateriaal? Waar worden discussies over nieuw onderzoek gevoerd? We geven hier een beknopt overzicht van de belangrijkste instellingen. Omdat ze vrijwel allemaal over websites beschikken, waarin weer verwezen wordt naar andere instellingen, kun je het Nederlandse historische bedrijf gemakkelijk verkennen door te surfen op het web. Een handige ingang naar veel historische instellingen is de Portal Geschiedenis. Je vindt die op de studentenpagina van de website van de Faculteit onder service. 2.1. Opleidingen Er zijn zeven universitaire geschiedenisopleidingen in Nederland: aan de universiteiten in Groningen, Nijmegen, Amsterdam (daar zijn er zelfs twee: aan de Vrije Universiteit en aan de Universiteit van Amsterdam), Leiden, Utrecht en Rotterdam. Daarnaast hebben de technische universiteiten van Twente (in Enschede) en Eindhoven en de Landbouwuniversiteit Wageningen kleine historische afdelingen, gespecialiseerd in de techniek- en de landbouwgeschiedenis. De medewerkers aan deze opleidingen verrichten vrijwel allemaal historisch onderzoek, meestal naast een onderwijstaak. Zij doen dat voor een deel in de tijd die zij daarvoor hebben als onderdeel van hun aanstelling aan de universiteit, voor een ander deel met geld van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), of met andere fondsen. Een groot deel van dat geld gaat naar promotie-onderzoek: beginnende onderzoekers (promovendi) die hun proefschrift (dissertatie) schrijven onder begeleiding van een hoogleraar. Hoogleraren (professoren) zijn de leidinggevende figuren aan een faculteit: zij leiden vaak onderzoeksprojecten waaraan meerdere mensen deelnemen, zijn verantwoordelijk voor het onderwijs van docenten in hun vakgroep en hebben een belangrijk aandeel in het bestuur van de faculteit, de contacten met het College van Bestuur (het bestuur van de universiteit als geheel) en allerlei instanties buiten de universiteit. Andere medewerkers hebben de rang van universitair docent of universitair hoofddocent. Ook zij doen onderzoek (individueel en in groter verband), geven onderwijs en hebben een aantal organisatorische taken. 10

2.2. Beroepsverenigingen, congressen en vaktijdschriften De meeste historici zijn aangesloten bij een of meer beroepsverenigingen. Dat kunnen algemene zijn, zoals het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap (KNHG), of meer gespecialiseerde, zoals verenigingen voor sociale geschiedenis, wetenschapsgeschiedenis of stedengeschiedenis. Veel historici zijn lid van zowel nationale als internationale organisaties. Deze verenigingen organiseren congressen, waarop de leden en niet-leden hun onderzoeksbevindingen aan elkaar presenteren. Vaak geven ze een wetenschappelijk tijdschrift uit waarin, opnieuw, niet alleen leden, maar iedereen die een wetenschappelijk artikel heeft geschreven kan publiceren, mits de redactie de tekst goedkeurt. Bekende Nederlandse wetenschappelijke tijdschriften zijn: Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden (kortweg BMGN) Tijdschrift voor sociale en economische geschiedenis (TSEG) Tijdschrift voor geschiedenis (TvG) Bekende internationale tijdschriften zijn: American historical review Geschichte und Gesellschaft 2.3. Bibliotheken Bibliotheekonderzoek komt in hoofdstuk 4 nog uitgebreid ter sprake. Iedere universiteit beschikt over een grote wetenschappelijke bibliotheek (universiteitsbibliotheek, of UB). Andere belangrijke bibliotheken zijn de Koninklijke Bibliotheek (www.kb.nl) en de gemeentebibliotheken van de grote steden, zoals de Bibliotheek Rotterdam. Een overzicht vind je op de website van onze eigen universiteitsbibliotheek, onder andere catalogi. Via deze website kun je het boeken- en tijdschriftenbezit van al die bibliotheken raadplegen, evenals wetenschappelijke bibliotheken in het buitenland. Een overkoepelende catalogus is de Nederlandse Centrale Catalogus (NCC, zie paragraaf 4.2.2.). Om gebruik te maken van deze bibliotheken moet je een lenerspas hebben. De pas voor de Rotterdamse UB is onderdeel van je studentenkaart. 11

2.4. Archieven en onderzoeksinstituten De archieven van de nationale, provinciale en gemeentelijke overheden worden bewaard in archiefdiensten, op drie niveaus. In Den Haag bevindt zich het Nationaal Archief (www.nationaalarchief.nl), vlak naast station Den Haag Centraal en de Koninklijke Bibliotheek. Hier worden onder meer de archieven van de ministeries bewaard. Elke provinciehoofdstad herbergt het provinciaal archief en de gemeenten hebben hun gemeentelijke archiefdiensten. De laatste jaren zijn in verscheidene provincies de archieven van de provincie en die van de provinciehoofdstad samengevoegd (bijvoorbeeld het Noord-Hollands Archief, waarin de archieven van de provincie, de gemeente Haarlem en een aantal kleinere gemeenten zijn ondergebracht). Deze archieven zijn voor iedereen toegankelijk. Ze bewaren niet alleen materiaal van de overheid, maar ook van bijvoorbeeld bedrijven, verenigingen, scholen, kerken en individuele personen. Er zijn ook gespecialiseerde archieven, zoals: - het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (http://socialhistory.org/nl), waar onder meer archieven van socialistische organisaties en de vakbeweging worden bewaard, - het Persmuseum (www.persmuseum.nl). - Atria, kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis (http://www.atriakennisinstituut.nl/atria/nl/), - het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (www.niod.nl), - het Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven (http://www.erfgoedkloosterleven.nl/) en het - Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme (www.hdc.vu.nl/nl/). - Belangrijk is tenslotte de website www.historici.nl, waar je allerlei informatie vindt over Nederlandse geschiedenis en over onderzoek en onderzoekers op dit gebied. 12

3. Vakliteratuur zoeken in bibliotheken en andere instellingen 3.1. Wetenschappelijke informatie Voordat je gaat zoeken naar informatie over het onderwerp van je werkstuk of referaat, is het belangrijk te weten hoe die informatie tot stand komt en wat voor soorten informatiebronnen er zijn. Wereldwijd zijn duizenden historici bezig met onderzoek. De resultaten van hun werk worden gepubliceerd in wetenschappelijke artikelen en boeken, vaak na een langdurige selectieprocedure. Redacties beoordelen de stijl en relevantie van aangeboden teksten. Bovendien ondergaan die teksten een proces van peer-review : kwaliteitscontrole op feitelijke juistheid en onderzoeksmethoden door collega-historici. Deze kwaliteitscontrole onderscheidt wetenschappelijke publicaties van meer populair werk, dat aan andere eisen moet voldoen. Ook de meeste informatie die je op het internet vindt is niet op deze grondige manier getoetst. De selectieprocedures die wetenschappelijke tijdschriften en redacties van wetenschappelijke uitgeverijen hanteren dienen ervoor, te zorgen dat wat er gepubliceerd wordt een zinvolle bijdrage is aan het vakgebied, dat de tekst goed geschreven is en voldoende onderbouwd met historische gegevens en dat hij het werk is van de auteur(s) die het hebben ingediend. De laatste jaren zijn geregeld gevallen van plagiaat en ander bedrog van wetenschappers in het nieuws geweest. Artikelen of proefschriften bleken voor een aanzienlijk deel te zijn overgeschreven uit het werk van anderen, of gebaseerd te zijn op niet bestaand bronnenmateriaal. Dergelijke gevallen laten belangrijke kanten van het hedendaagse wetenschappelijke bedrijf zien. Een daarvan is de grote publicatiedruk waaronder wetenschappers staan: wie niet of te weinig publiceert, telt niet mee, en dat brengt sommigen ertoe, op het steile carrièrepad een paar bochten af te snijden. Het vrij beperkte aantal fraudegevallen, in vergelijking met de grote hoeveelheid publicaties die dagelijks verschijnen, laat zien dat het selectiemechanisme meestal goed functioneert 2, en de grote commotie die zulke gevallen oproepen tonen aan dat wetenschappelijke integriteit algemeen als zeer belangrijk wordt opgevat: de hoge status die wetenschap in westerse samenlevingen heeft 2 We moeten misschien een uitzondering maken voor medisch-wetenschappelijke publicaties. De laatste jaren is duidelijk geworden dat de farmaceutische industrie een zeer grote invloed heeft, niet alleen op de financiering, maar ook op de opzet en publicatie van medisch onderzoek, met schadelijke gevolgen voor de wetenschappelijke integriteit. In ons vak speelt dat minder, onder meer omdat hier niet zulke grote financiële belangen in het geding zijn. 13

staat of valt ermee. Daarom besteden we er ook in onze opleiding aandacht aan (meer hierover in par. 9.3). Search engine: Google Scholar / seurch Databank UB catalogus / Picarta Artikel Statistieken (niet geïndexeerd door zoekmachine) Boek Tijdschrift De verschillende soorten informatie Onderzoeksresultaten resultaten worden vaak gepubliceerd in de vorm van een artikel in een wetenschappelijk tijdschrift. Die tijdschriften zijn meestal gekoppeld aan een bepaald vakgebied. Naast conferenties zijn tijdschriften het belangrijkste medium waarmee historici hun bevindingen aan elkaar meedelen. Ze verschijnen over het algemeen zowel in gedrukte als digitale vorm. De digitale versies vind je in databanken: enorme collecties van artikelen of andersoortige (bv. statistische) gegevens, doorzoekbaar door middel van geavanceerde zoek- en filteropties. De toegang tot de inhoud van deze databanken is betaald, en dusdanig duur dat over het algemeen alleen universiteitsbibliotheken hier een abonnement op hebben. Studenten en medewerkers kunnen deze diensten gratis gebruiken. Als dit met je computer thuis wilt doen, moet je zorgen voor een VPN toegang. Als je in verschillende databanken 14

tegelijk wil zoeken dan kun je kiezen voor overkoepelende zoekmachines, zoals seurch (de zoekmachine van de UB) of Google Scholar. Hoewel artikelen steeds populairder worden als publicatiemiddel, schrijven historici ook nog steeds veel boeken. Het grootste verschil tussen boeken en artikelen is (naast de hoeveelheid pagina s) het onderwerp. De onderwerpen van artikelen zijn over het algemeen zeer specifiek. Ze behandelen vaak een enkel aspect of een enkele invalshoek van een bepaald onderwerp, terwijl een boek meestal een onderwerp als geheel behandelt en uitgebreid op verschillende aspecten en invalshoeken ingaat. Een categorie apart onder de boeken zijn overzichtswerken of handboeken. Deze worden vaak gebruikt in het onderwijs. Ze behandelen algemene onderwerpen op een bondige, overzichtelijke en zo objectief mogelijke manier, en zijn onder de noemer naslagwerken te vinden op de UB-website. Zulke boeken zijn handig om te gebruiken als startpunt van je onderzoek. 15

3.2. Waar ga je zoeken? Dankzij de digitalisering is zowel de hoeveelheid als de beschikbaarheid van informatie explosief toegenomen. Dat is enerzijds een voordeel, anderzijds wordt door het enorme aanbod het vinden van de juiste informatie steeds moeilijker. De belangrijkste onderzoeksvaardigheid die je kunt leren is daarom ook niet het vinden van informatie, maar het selecteren van relevante informatie. Informatie van de UB Het feit dat er zo ontzettend veel wetenschappelijke informatie digitaal beschikbaar is, betekent overigens niet dat je hier onbeperkt toegang toe hebt. De UB koopt licenties af voor de databanken die relevant zijn voor de opleidingen van de EUR. Dit wil niet zeggen dat de universiteitsbibliotheek de enige plek is waar je wetenschappelijke informatie kunt vinden, maar het betekent wel dat bibliotheken zeer veel tijd, expertise én geld steken in het selecteren en beschikbaar stellen van informatie die bruikbaar is voor wetenschappelijk onderzoek. Openbaar internet Naast universiteitsbibliotheken is het internet een grote bron van informatie, die ook van waarde kan zijn voor je onderzoek. Nieuwsberichten en blogs van docenten aan universiteiten of van auteurs kunnen handig zijn voor inspiratie. Websites met publicaties of statistieken van gerelateerde externe kenniscentra, overheidsinstellingen, NGO s en musea zijn zeer de moeite waard. Wees wel kritisch ten opzichte van de betrouwbaarheid. Gespecialiseerde kenniscentra en archieven Naast de UB heb je ook nog gespecialiseerde bibliotheken en documentatiecentra tot je beschikking, zoals het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie en andere instellingen, die in het vorige hoofdstuk al werden genoemd. In dergelijke instellingen vind je literatuur over een specifiek onderwerp. Tenslotte zijn er archieven, zoals het Nationaal Rijksarchief en de gemeentearchieven, waar primaire bronnen te vinden zijn. We gaan nu nader in op de mogelijkheden en beperkingen van verschillende informatiebronnen. 16

Het internet Aan het gebruik van internet voor je zoektocht naar bruikbare informatie kleven voor- en nadelen. Voordelen zijn de diversiteit en omvang van de hoeveelheid informatie. Nadeel is het gebrek aan selectiviteit. Iedereen kan op internet beweren wat hij of zij wil, zonder gecontroleerd te worden door een wetenschappelijke redactie. Dat vergt van de gebruiker een goed beoordelingsvermogen jij bent degene die een bron moet beoordelen op bruikbaarheid en jij moet je verantwoorden voor het gebruik ervan. Je kunt internet het beste gebruiken voor het opdoen van inspiratie en het vergelijken van verschillende meningen via blogs en fora, om op de hoogte blijven van de nieuwste ontwikkelingen middels nieuwssites en RSS-feeds en voor het vinden van publicaties van bedrijven en organisaties, via hun websites. Ook kun je via het internet vaak de catalogi raadplegen van allerlei bibliotheken en archieven. Vrij toegankelijke wetenschappelijke publicaties kun je vinden met zoekmachines als Google Scholar en Scirus en op persoonlijke websites van wetenschappers in jouw vakgebied. In verband met de rechten van uitgevers zul je alleen niet altijd toegang hebben tot de full-text versies van hun werk. Naast hoe en waar deze informatie te vinden is, zul je ook moeten leren hoe je deze informatie kunt beoordelen op betrouwbaarheid. Zie daarover de online UB-cursus Internet Research. Het archief Terwijl bibliotheken voornamelijk gepubliceerde literatuur bevatten, bevatten archieven juist vooral ongepubliceerde, primaire en daardoor unieke bronnen. Een voorbeeld hiervan is het Nationaal Archief in Den Haag: een enorme collectie van diverse soorten archiefmateriaal met een goede online zoekfunctie. Veel 17

archiefmateriaal is ook te vinden in de kantoren van allerlei organisaties. Vaak zijn die wettelijk verplicht om bedrijfsgegevens en procesinformatie te archiveren. Niet al dat materiaal is voor onderzoek beschikbaar: je bent afhankelijk van de toestemming van de betreffende organisatie. Het werken met primaire bronnen bespreken we in het volgende hoofdstuk. De EUR Universiteitsbibliotheek De Universiteitsbibliotheek is in principe de centrale opslagplaats van wetenschappelijke informatie van onze universiteit. Deze informatie wordt ingekocht en geselecteerd door vakspecialisten die hun keuze baseren op de behoeften van faculteiten, opleidingen, wetenschappelijk medewerkers en studenten. Hoewel je een bibliotheek waarschijnlijk associeert met boeken, is tegenwoordig het overgrote deel van de collectie digitaal. De niet-digitale collectie boeken en tijdschriften van de UB bestaat uit twee delen. Een klein deel staat in de open opstelling, dat wil zeggen in de boekenkasten in de leeszalen. Deze boeken en tijdschriften zijn niet uitleenbaar: je kunt ze alleen raadplegen in de leeszaal. Hieronder vallen recente tijdschriftjaargangen, gebonden oudere jaargangen, naslagwerken, verplichte literatuur en andere werken die nuttig zijn voor grote groepen studenten tegelijk. De opstellingen zijn gegroepeerd naar vakgebied, en onderverdeeld op basis van de zo genoemde Nederlandse Basisclassificatie (ofwel onderwerpontsluiting). Het grootste deel van de collectie zit echter verborgen in het magazijn, en kan enkel gevonden worden middels de online catalogus. Het grootste deel van de UB-collectie is echter, zoals gezegd, in de databanken te vinden. Ter illustratie: het magazijn van de UB-collectie bevat ongeveer 1 miljoen items, terwijl in de 300 databanken van de UB alleen al aan wetenschappelijke artikelen rond de 50 miljoen items te vinden zijn. Voor de toegang hiertoe geeft de UB een fortuin uit. Daarom is die toegang enkel voorbehouden aan de studenten en medewerkers van de EUR. Naast de databanken heeft de UB in haar digitale collectie ook online tijdschriften, e-books, scripties 18

en proefschriften. Deze items kunnen via de UB-website gevonden worden. In de speciaal aan de UB verbonden zoekmachine seurch zoek je in zowel de UB-catalogus als in het grootste gedeelte van de databanken tegelijk. Deze manier van zoeken lijkt nog het meest op het zoeken via Google, maar je vindt hier alleen materiaal dat aanwezig is in de UB. Handig dus om snel een goed overzicht te krijgen! Let op: sommige voor de Nederlandse geschiedenis belangrijke tijdschriften, zoals het Tijdschrift voor geschiedenis en het Tijdschrift voor sociale en economische geschiedenis zijn niet of maar beperkt elektronisch beschikbaar, maar ze zijn wel in papieren vorm te raadplegen in de leeszaal van de UB. Tenslotte biedt de UB de studenten niet alleen informatie met betrekking tot de eigen collectie, maar is het ook mogelijk om te zoeken in de collecties van andere bibliotheken. Picarta is de meest bekende zoekmachine. Ze geeft de mogelijkheid om met één zoekopdracht binnen de catalogi en tijdschriftencollecties te zoeken van meer dan 400 aangesloten Nederlandse bibliotheken. Indien je vermoedt dat een andere universiteit meer gespecialiseerd zou kunnen zijn in het onderwerp waarover je literatuur zoekt is het nuttig om hier in te zoeken. Hieronder staat een overzicht met voorbeelden en links naar informatiebronnen. Let wel: dit zijn slechts voorbeelden. Het is niet bedoeld als selectie van de beste kwaliteit, en het is zeker geen compleet overzicht. TIP Bekijk voor een uitgebreider overzicht van bronnen voor het vakgebied Geschiedenis de UB online portal Geschiedenis. 19

Voorbeelden van handige zoekplaatsen voor wetenschappelijke informatie Wetenschappelijke zoekmachines seurch Google Scholar Scirus Zoekmachine van de EUR; inhoud bestaat uit gehele UBcatalogus + 80% van de databanken. Volledig toegang. Wetenschappelijke variant van Google, zoekt wereldwijd in databanken, repositories etc. Beperkt toegang. Wetenschappelijke internationale zoekmachine met artikelen, patenten, working papers, etc. Beperkt toegang. UB collectie UB catalogus Eigen collectie boeken, tijdschriften, e-books, multimedia. UB databanken Jstor Web of Knowledge Project Muse Eighteenth Century Collections Online Fulltext tijdschriftartikelen op verschillende vakgebieden, met name sociale wetenschappen en letteren. Citatiedatabase met enorme content op verschillende vakgebieden, gedeeltelijk fulltext toegang. Fulltext artikelen op het gebied van sociale, kunst- en geesteswetenschappen. Praktisch alle geschriften van belang die in de UK zijn verschenen, uit de 18 e eeuw. Verschillende disciplines. Maak hier je eigen selectie uit databanken binnen je vakgebied American Historical Review Journal of Modern History Relevante online tijdschriften Medieval History Journal Journal of Military History Maak hier je eigen selectie tijdschriften binnen je vakgebied Kranten Relevante tijdschriften in gedrukte vorm En verder... Tijdschrift voor Geschiedenis Tijdschrift voor Economische en Sociale Geschiedenis Recente nummers zijn te vinden in de Langeveld zaal (UB); oudere jaargangen via de UB-catalogus Statistische gegevens Proquest Historical Newspapers Times Digital Archive 20

Scripties en proefschriften Zoeken in bibliotheken buiten de EUR Statline (CBS databank) United Nations Statistics Division Narcis (Nationale collectie proefschriften) Scriptiedatabank van de EUR Picarta (Zoekt in alle bibliotheken van Nederland tegelijk) Digitale Bibliotheek Nederlandse Geschiedenis Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren 21

3.3. Hoe ga je zoeken? Dankzij de explosieve groei van de (vooral digitale) informatie, is het vinden van informatie gemakkelijker geworden, terwijl het selecteren van de juiste informatie steeds moeilijker wordt. Als je simpelweg een trefwoord in een wetenschappelijke zoekmachine invoert heb je een grote kans om een stuk of 10.000 resultaten terug te krijgen. Ga dat maar eens uitpluizen op relevante literatuur. Daarom is het een stuk effectiever om een goede zoekstrategie op te zetten en goed op de hoogte te zijn van technieken om je resultatenlijst te beperken en te verfijnen op wat je precies zoekt. Hoe beter je weet wat je zoekt, hoe kleiner je resultatenlijst, en hoe relevanter je resultaten. Het is natuurlijk het gemakkelijkst als je weet welk boek of artikel je wilt hebben: je kent de titel en/of de schrijver van het boek, of van het tijdschriftartikel, inclusief de titel van het tijdschrift en het nummer van de aflevering. Dit heet het zoeken naar een known item. Vaker zal het echter voorkomen dat je op onderwerp gaat zoeken. In dit geval zul je relevante literatuur zoeken middels zoekmachines en trefwoorden. Vooral deze manier van zoeken is een kunst. Hoe vind je een known item? Titels van boeken die je kunt gebruiken voor je onderzoek kun je bijvoorbeeld vinden in handboeken of andere naslagwerken. Daarin staan in principe altijd verwijzingen naar literatuur die de auteur heeft gebruikt. Met die titels kun je beginnen. Van daar uit kun je dan verder zoeken. Blackwell Reference Online 22

Naslagwerken Via de UB-databanken kun je digitale naslagwerken vinden, zoals Blackwell Reference Online, waarin een scala aan begrippen uitgebreid wordt beschreven, gerelateerde begrippen worden gegeven en onderaan het artikel een literatuurlijst staat (zie illustratie). Ook via de online encyclopedie Wikipedia is veel te vinden. Omdat dit naslagwerk Open Source is, en de inhoud dus door iedere gebruiker kan worden gewijzigd, is de betrouwbaarheid van deze bron niet altijd even groot. Gebruik een Wikipedia-artikel daarom nooit als directe bron, maar wel als uitgangspunt voor interessante links en literatuurverwijzingen. Naast literatuurverwijzingen in naslagwerken kun je ook eens gaan kijken in literatuurlijsten in boeken en artikelen die je al kent en die relevant zijn voor je paper. Dit kan verplichte literatuur zijn, boeken of artikelen die je al hebt gevonden of gebruikt, of die je zijn aangeraden door een docent of medestudent. Het nadeel van het gebruik van literatuurlijsten in boeken en artikelen is dat de informatie die je er vindt per definitie ouder is dan het boek of artikel dat jij in je bezit hebt. Indien je dus op zoek bent naar zeer actuele informatie is dit vaak niet de beste methode. In dit geval kun je beter zoeken op onderwerp. Dit komt in de volgende paragraaf aan bod. Ook kun je eens kijken of je actuelere artikelen of boeken van dezelfde auteur kunt vinden. Cittiezoeken in Google Scholar Zoek recentere artikelen Effectief zoeken naar actuele artikelen kun je ook op een andere manier doen, namelijk door het referentiezoeken om te draaien. Net zoals een artikel naar andere artikelen en boeken verwijst, kan het ook zijn dat het artikel of boek dat je bestudeert zelf is gebruikt voor verder 23

onderzoek. Als je recentere artikelen over hetzelfde onderwerp wilt vinden kun je daarom ook kijken naar de artikelen die het artikel dat je al gevonden had hebben geciteerd. Dit kun je niet in elke databank vinden, maar in sommige databanken of zoekmachines, zoals ISI Web of Knowledge en Google Scholar, kun je via Times Cited (bij ISI) of Cited by (Google Scholar) opzoeken in welke artikelen jouw stuk geciteerd is. Dit zijn artikelen die waarschijnlijk betrekking hebben op hetzelfde onderwerp, maar recenter zijn dan het stuk dat je al gevonden had. Als je eenmaal titel- of auteursgegevens hebt gevonden is het gemakkelijk zoeken. Of je nu in de UB catalogus zoekt, in een databank of via zoekmachines als seurch of Google Scholar, in elke zoekbox is er wel een mogelijkheid om te zoeken op auteursnaam of titelwoorden. Soms kun je deze selectiemethode al in het beginvenster vinden, zoals bij de UB-catalogus, Picarta of in de databanken. In de grotere zoekmachines moet je vaak naar de advanced search pagina gaan om te kunnen zoeken op auteur of titel. Hoe zoek je op onderwerp? Het zoeken op onderwerp is over het algemeen moeilijker dan het zoeken naar een artikel van een bekende auteur of met een bekende titel. Juist vanwege de enorme collectie aan wetenschappelijke informatie, zowel binnen als buiten de UB, is het belangrijk om te weten 24

hoe je je informatie moet filteren. Hoewel het uiteindelijk zaak is om zo specifiek mogelijk te zijn met je zoekvraag, wil je aanvankelijk vanuit een brede basis beginnen. Deze oriëntatie heb je nodig om je in te lezen op je onderwerp, zodat je aan de hand van deze kennis kan gaan bedenken welke specifieke informatie je nodig hebt. Vanuit die brede basis kun je je precieze onderzoeksvraag steeds verder afbakenen, tot je duidelijk hebt wat je zoekt. Pas als je precies weet wat je zoekt, en in welk format, kun je uitgebreid gaan zoeken in catalogi, databanken en zoekmachines. Het proces van afbakening en verfijning van je (onder)zoektermen vereist een effectieve zoekstrategie. Denk aan de volgende stappen: 1. Identificeer de kernconcepten uit je onderzoeksvraag Dit doe je door je onderzoeksvraag goed door te lezen, en de sleutelconcepten er uit te halen. Bijvoorbeeld: Hoe heeft de relatie tussen de ideologieën Communisme en Socialisme zich ontwikkeld gedurende de 19 e eeuw en wat was de rol van Marx in deze ontwikkeling? Als je in deze vraag de kernconcepten onderscheidt, krijg je: Hoe heeft de relatie tussen de ideologieën *Communisme* en *Socialisme* zich ontwikkeld gedurende de *19 e eeuw* en wat was de rol van *Karl Marx* in deze ontwikkeling? Hoewel het lijkt alsof je met deze termen meteen klaar bent, is er een groot verschil tussen de concepten die je uit je vraag haalt en de zoektermen waarmee je naar literatuur gaat zoeken. Daarom is het belangrijk deze concepten te ontleden, en te bedenken wat je nu precies wil weten. Ook hebben kernconcepten soms een verschillende rol in het zoeken. Het concept Communisme is bijvoorbeeld een term die nader gedefinieerd en uitgeplozen moet worden, terwijl het concept 19 e eeuw juist een aan te brengen limiet (tijdsvak) is. 2. Focus op de kernconcepten en op wat je precies moet weten Het is zeer belangrijk je niet alleen te concentreren op de woorden in je onderzoeksvraag, maar ook goed na te denken over wat je precies wilt weten om je vraag te beantwoorden. In de bovenstaande vraag gaat het niet om de term Communisme zoals wij die nu kennen, maar 25

over de betekenis daarvan in de 19 e eeuw, toen Lenin, Stalin en de Koude Oorlog nog niets hadden toegevoegd aan de lading van het woord. In deze stap ga je dus zorgvuldig je onderzoeksvraag na op alle concepten waar je meer over wil weten, en ga je deze kernconcepten vervolgens uitpluizen op definitie, deelgebieden en onderlinge relatie. Dit is een ingewikkeld proces, want definities van een omstreden concept zijn vaak niet eenduidig. Ter illustratie: de internationale gemeenschap heeft nog steeds geen overeenstemming bereikt over de definitie van terrorisme, omdat bij elke definitie wel weer een andere nationale volksheld onder de categorie terrorist valt. In de zojuist geformuleerde zoekvraag beperk je je tot de betekenis van de term Communisme in de 19 e eeuw, en richt je je definitie daar op. Definities en nadere beschrijvingen zoek je op in handboeken, overzichtswerken en naslagwerken zoals encyclopedieën. Lees je goed in, bekijk verschillende beschrijvingen en denk zorgvuldig na over de definities, termen en onderverdelingen die jij gaat gebruiken. 3. Zet de kernconcepten om in zoektermen Vaak wordt gedacht dat kernconcepten en zoektermen hetzelfde zijn. Dat is vaak, maar niet altijd het geval. Vaak zijn er verschillende woorden die in principe dezelfde betekenis hebben. Het ene artikel zal de ene term gebruiken, het andere artikel gebruikt misschien een synoniem. Als je maar op 1 zoekwoord zoekt, sluit je dus onbewust veel relevante artikelen uit. Juist in het vakgebied geschiedenis is dit belangrijk, omdat een concept door de eeuwen heen soms verschillende benamingen of spellingsvarianten heeft gekregen. Als je bijvoorbeeld onderzoek wil doen naar de positie van de puber door de eeuwen heen, zul je, als je op de term puber zoekt, weinig historische artikelen vinden. Moderne synoniemen zijn bijvoorbeeld jongere of adolescent. Afkorting Enkelvoud / meervoud Synoniem Zoekterm Vertaling Historisch equivalent 26

Echter, als je verder terug gaat, zul je termen tegenkomen als jongeheer en jongedame, en als je nog verder terug gaat termen als jonghere, jonkman, jongeling en jongelinc. Bovendien bevatten de meeste databanken enkel Engelstalige artikelen, zodat het noodzakelijk is om je zoektermen ook in het Engels te vertalen. Als je dus verzekerd wilt zijn van een volledig zoekresultaat is het handig om een lijst te maken. Dit doe je middels het gebruik van (synoniemen-) woordenboeken en thesauri (woordenboeken die termen op betekenis groeperen en in relatie tot elkaar weergeven). Het sleutelwoord in dit proces is: wees je bewust van wat je doet. Zorg dat je hebt nagedacht over de termen die je gaat gebruiken en de (eventueel tijdgebonden) betekenis daarvan. Zodra je je lijstje af hebt kun je een klein aantal termen er uit pikken waarvan jij denkt dat ze de meeste en beste resultaten zullen genereren. Bewaar de rest van je lijstje voor wanneer deze zoektermen niet het gewenste resultaat opleveren. Voorbeelden van handige bronnen ter voorbereiding Inlezen/inspiratie opdoen Handboeken Krantenartikelen Blogs Fora Wikipedia Bekijk hier hoe je in Google je zoekresultaten kunt filteren op bijvoorbeeld Blogs, Fora of Nieuws Definities TIP!! Oxford Reference Online Zoektermen formuleren Blackwell Encyclopedia of Sociology Encyclopedia Brittanica Chronology of World History The International Encyclopedia of Revolution and Protest: 1500-nu Maak hier zelf een selectie van naslagwerken binnen het vakgebied geschiedenis Google Define Typ in het Google zoekscherm [define: *zoekterm*] The Free Dictionary 27

Middelnederlands woordenboek Thesaurus.com 4. Combineer je zoektermen en begin met zoeken Je voorbereiding is nu gedaan. Je hebt nu een lijst met doeltreffende zoektermen per concept, die je kunt gebruiken om precies te vinden wat je zoekt. Het is nu zaak om deze trefwoorden zó te gaan combineren, dat je irrelevante artikelen uitsluit, en de relevante artikelen tevoorschijn haalt. Naast het maken van de juiste trefwoordcombinatie kun je in de meeste zoekmachines of catalogi ook keuzes maken die je zoekresultaat verder verfijnen, door bijvoorbeeld te kiezen voor een bepaald tijdvak, een type content (boek, krantenartikel, tijdschrift, wetenschappelijk artikel, rapportage, etc) of taal. Stap 1 is dus: denk goed na over wat voor een soort informatie je zoekt. Zoek je een opinie? Dan is een krant of opinietijdschrift een goede keuze. Zoek je wetenschappelijk onderbouwde argumenten? Kies dan voor een wetenschappelijk boek of tijdschriftartikel. Zoek je statistische gegevens om je punt mee te onderbouwen? Ga dan op zoek naar statistische databanken. Stap 2 richt zich op het definiëren van wat je precies wilt weten. Kijk goed naar je zoektermenlijstje, en bedenk welke combinaties het beste dekken wat je wil weten. Voor deze stap kan het handig zijn om een onderzoeksvraag op te splitsen in deelvragen, waarbij je per deelvraag een andere combinatie van zoektermen aanhoudt. 28

3.4. Zoektips Natuurlijk is een goede voorbereiding het halve werk. Als het goed is heb je van tevoren goed voor jezelf in kaart wat je zoekt, waar je dit gaat zoeken en welke zoektermen je gaat gebruiken. De volgende stap, het daadwerkelijk zoeken in een zoekmachine, kan echter een tijdrovende bezigheid zijn als je niet goed kan omgaan met de opties om te verfijnen. Hoewel de meeste zoekmachines een eigen gebruiksaanwijzing hebben (het is dan ook altijd belangrijk om voor gebruik even bij help de opties en tips door te nemen) zijn er een aantal zaken die overal wel terug komen. 1. Het gebruik van aanhalingstekens Een van de meest efficiënte manieren om je resultaat specifiek te krijgen, is het tussen aanhalingstekens zetten van zoektermen die uit meerdere woorden bestaan. Door de woorden tussen aanhalingstekens te plaatsen behandelt de zoekmachine de woorden als exacte woordcombinatie, in plaats van als twee losse woorden. Als je bijvoorbeeld Koude oorlog tussen aanhalingstekens zet, zoek je op deze woorden als één zoekterm, in plaats van dat de zoekmachine zoekt op alles met koude of oorlog erin. 2. Weet hoe boolean operators werken Boolean operators zijn manieren om zoektermen te combineren. Als je de zoektermen Guerilla en Communisme in een zoekmachine invoert, kun je middels deze operators bijvoorbeeld beslissen of de zoekmachine naar artikelen zoekt waar het woord guerrilla of het woord communisme in voorkomt (op deze manier krijg je dus erg veel resultaten), of dat de zoekmachine alleen naar artikelen zoekt waar beide woorden in voorkomen (op deze Boolean operator in database manier verklein je je resultatenlijst). De meest bekende operators zijn AND, OR en NOT. Het gevolg van het gebruik van operators is eigenlijk heel simpel: door middel van het gebruik van AND krijg je de kleinste en meest verfijnde resultatenlijst. Door het gebruik van OR krijg je een veel 29

grotere hoeveelheid resultaten, maar minder specifiek. Door middel van het gebruik van NOT sluit je een specifiek gedeelte uit je lijst. Hoe Boolean operators zijn verwerkt in een zoekmachine kan erg verschillend zijn. Bij sommige zoekmachines, zoals Google en seurch, wordt de operator AND automatisch ingesteld. Als je twee termen intoetst, worden automatisch alleen de artikelen die beide termen bevatten gevonden. Indien je een van de andere operators wilt instellen kun je deze zelf tussen je trefwoorden zetten, bijvoorbeeld Londen OR Parijs. In de meeste databanken en in de UB-catalogus zie je de operators terug in een keuzemenu, waarbij je zelf kan aangeven hoe de woorden gecombineerd moeten worden. 3. Maak gebruik van je zoektermenlijst Door middel van je zoektermenlijst kun je ook je resultaat beïnvloeden. Als je een enorme resultatenlijst krijgt, kan het zijn dat de zoektermen die je gebruikt niet specifiek genoeg zijn. Stel dat je zoekt op de termen Communisme en Koude oorlog. Die termen zijn, zelfs in combinatie, zo algemeen dat je je hele leven nodig zou hebben om al die resultaten door te zoeken op relevantie. Als je merkt dat je term te algemeen is, kun je gaan kijken naar deelonderwerpen, of specifiekere termen. Neem bijvoorbeeld een deelsoort van het communisme, en richt je op een bepaalde periode van de Koude oorlog. Als je vervolgens zoekt op bijvoorbeeld Trotskisme en Oktoberrevolutie is je resultatenlijst al een stuk korter en specifieker. Natuurlijk werkt deze techniek ook omgekeerd. Indien je merkt dat je zoektermen weinig resultaat opleveren, kun je eens kritisch gaan kijken naar je termen. Controleer eerst je spelling! Eén typefoutje en je krijgt niet of nauwelijks resultaat. Als je spelling klopt kun je je synomiemenlijst inzetten. Misschien wordt in het vakgebied een andere term vaker gebruikt. Als dit nog steeds niet 30

werkt kun je voor een algemenere zoekterm kiezen: misschien is er gewoon nog niet zoveel geschreven over jouw onderwerp. In het kort: Teveel Resultaten Te weinig resultaten Gebruik specifiekere Gebruik algemenere of alternatieve zoektermen zoektermen Combineer zoektermen Verminder het aantal zoektermen Bestaat een term uit meerdere Controleer je spelling! woorden? Gebruik aanhalingstekens! o Gebruik de refine options of advanced search opties van je zoekmachine o Ga naar de help functie van je zoekmachine voorde specifieke gebruiksaanwijzing 3.5. Literatuur opzoeken, lezen en verder zoeken Wanneer je de hiervoor beschreven zoekprocedure hebt gevolgd, heb je als het goed is een flinke lijst met titels van boeken en artikelen over je onderwerp. Hoe bruikbaar die titels werkelijk zijn voor je onderzoek, blijkt pas als je ze gaat lezen. Maak een print van je literatuurlijst en noteer daarop welke titels je in elk geval wilt zien. Vraag die aan. De artikelen zoek je op in de elektronische (en soms de papieren) tijdschriften, de boeken in de online catalogus van de UB. Sommige boeken zullen niet aanwezig zijn in de UB, maar wel in een andere Nederlandse bibliotheek. Via Picarta (klik op op de website van de UB onder zoek ook : andere catalogi ) kun je vinden in welke bibliotheken het boek aanwezig is en kun je het aanvragen via het interbibliothecair leenverkeer (ibl). Let wel: het duurt een paar dagen tot een week voordat een boek van elders is aangekomen op de UB. Plaats je bestelling dus tijdig. Neem de literatuur vluchtig door (lees bijvoorbeeld de inleiding en de conclusie van een artikel, de flaptekst, de inleiding en de inhoudsopgave van een boek) om vast te stellen 31