Jaargang 10 - nummer 1 - maart 2006. Koepel onder de loep

Jaargang 10 - nummer 1 - maart 2006 Koepel onder de loep In dit NieuwsHeft: Gemeenschapshuizen Digitaal bereikbaar Brabantse Dorpendag 3 4 Workshop Dorpsontwikkelingsplannen Frits van Geffen, voorzitter van de VVA in gesprek met adviseur Margreeth Broens van Prisma Brabant. In Eindhoven heeft de VVA (Verenigde Vrijwilligersbesturen Accommodaties) een vernieuwend beleid geformuleerd, als reactie op het ontbreken van een duidelijk accommodatiebeleid van de gemeente. De VVA vertegenwoordigt een groot aantal vrijetijdsaccommodaties. Door dit particulier initiatief is men een serieuze gesprekspartner van de gemeente geworden en ter ondersteuning wint men professioneel advies in. In een gesprek vertellen voorzitter Frits van Geffen en adviseur Margreeth Broens van Prisma Brabant hoe het er in Eindhoven op accommodatiegebied uitziet. Voorzitter Van Geffen duikt in de geschiedenis: "Wij waren al sinds 1982 aan het wachten op een gemeentelijk accommodatiebeleid. Er lagen wel enkele nota s, bijvoorbeeld over speeltuinen, en er werd wel eens een extern bureau ingehuurd, maar verder kwam men niet. Zo is er in de loop der jaren een situatie ontstaan die voor niemand meer helder was. In 2000 vonden wij dat de tijd rijp was en de maat vol. We hebben ons toen als VVA gebundeld en besloten om zelf maar met voorstellen te komen. In de zogenaamde Groene Nota En nu goed op weg hebben we een vernieuwend beleid geformuleerd aan de hand van kernpunten over functies en beheer." Zo probeert men het beleid inhoud te geven en wil men de inwoners van de stad nadrukkelijk betrekken bij en medeverantwoordelijk maken voor de vrijetijdsaccommodaties. Men stelt in de nota heel duidelijk, dat een accommodatie méér moet zijn dan enkel een zalencentrum. Zij vormt een basisvoorziening in de wijk en kent een ontmoetingsruimte. Wijkbewoners nemen een prominente plaats in. Zij worden actief betrokken en de bestuursverantwoordelijkheid ligt bij hen, in de wijk. Voor de continuïteit is een goed mix van betaald en onbetaald beheer nodig, mede afhankelijk van de accommodatie. Dergelijk particulier initiatief om gezamenlijk plannen te formuleren mag gerust uniek genoemd worden. Sinds die nota staat de vereniging in contact met de gemeente, met wisselend succes. vervolg op pagina 2. Prisma Informatief 5 Workshop Dienstverlening in de kleine kernen 6 7

vervolg van pagina 1. Spilcentrum In 2002 is door de gemeente een concept ingevoerd voor kinderen onder de naam Spil spelen, integreren en leren. Beleid wordt hierin gekoppeld aan accommodaties: ruimten moeten zowel overdag als s avonds benut kunnen worden. De basis voor een Spilcentrum wordt gevormd door het basisonderwijs, het peuterwerk en de kinderopvang: opvang onder één dak voor kinderen tot 12 jaar. Een plan uit 2003 heeft het over ongeveer 50 te realiseren Spilcentra door het in elkaar schuiven van scholen en vrijetijdsaccommodaties. De Spilcentra worden sindsdien echter minder snel gerealiseerd dan oorspronkelijk gepland en daarnaast wil de gemeente sinds 2004/2005 bezuinigen, ook op de vrijetijdsaccommodaties. Dit steekt de VVA nogal, omdat er bezuinigd wordt zonder dat daar een beleidsvisie aan ten grondslag ligt. In 2005 ligt er een Raadsvoorstel inzake koersbepaling ten aanzien van buurthuizen', gevolgd door een Raadsbesluit. Er ontstaat discussie tussen de VVA en de gemeente vooral over het buurt- en wijkgebonden voorzieningenniveau. De gemeente wil bezuinigen op bovenwijkse activiteiten. "Maar activiteiten in het buurthuis van vrijwilligersgroepen op stedelijk niveau dragen ook bij tot het doel sociale cohesie", benadrukt de voorzitter. De VVA blijft steeds de nadruk leggen op de inhoudelijke kant: activiteiten zijn doelen en op basis daarvan zou moeten worden bepaald of er al dan niet bezuinigd wordt. Zij pleit ervoor om onderscheid te maken tussen functies en niet tussen accommodaties. Ondersteuning De VVA is collectief lid van t Heft en wilde niet afhankelijk zijn van de lokale welzijnsinstelling. "We zochten een toegevoegde waarde", aldus Van Geffen. Via t Heft heeft de vereniging professionele ondersteuning bij Prisma Brabant gevonden, in de persoon van Margreeth Broens. "Het werken met de gemeente vraagt een lange adem", verzucht Van Geffen wel eens. Daarnaast speelden langdurige ziekte van ambtenaren en bezuinigingen een rol. Broens trof indertijd een moedeloos bestuur aan. Maar nu zit de vaart er weer in. "Wat ik doe is samen met het dagelijks bestuur inspelen op de beleidsontwikkelingen. Daarbij geef ik op aanvraag inhoudelijk advies en vertaal ik dat naar reëel beleid. Ook bij de formulering kan ik mijn expertise inzetten. Het komt hierbij goed van pas dat ik ook in andere gemeenten met accommodatiebeleid van doen heb", aldus Broens. "Overigens betaalt de gemeente deels voor mijn advieswerk door een subsidie-aanvraag van de VVA te honoreren", voegt zij er aan toe. Zij roemt de gezamenlijkheid waarmee de besturen opereren. De VVA vindt dat de gemeente geen actief beleid voert. Eindhoven is daarin echter zeker geen uitzondering. Broens schetst een landelijk beeld: de afgelopen 20 jaar zijn gemeenschapshuizen aan hun lot overgelaten. Ook welzijnsinstellingen hebben in die jaren geen visie daarop ontwikkeld. Vervolgens zijn de accommodatie ook nog eens dankbare bezuinigingsbronnen: op onderhoud en beheer valt altijd wel wat te besparen. Broens: "Zoals je ziet hebben ze het moeilijk gehad, ook hier in Eindhoven. Maar het kan zo niet doorgaan. Gemeenten zijn steeds meer doordrongen van de waarde van buurt- en dorps- huizen voor hun beleidsdoelen. Straks komt de Wet Maatschappelijke Ondersteuning er aan, dan zul je zien dat een centrale ontmoetingsplek in de buurt belangrijk is. De huidige gemeenschapshuizen zijn de enige ontmoetingsplaatsen waar gemeenten iets over te zeggen hebben." "Dáár zijn de gemeente Eindhoven en VVA het in ieder geval over eens. Vrijetijdsaccommodaties als ontmoetingsplek voor buurt- en wijkbewoners, niet-commercieel en met tal van activiteiten", vult Van Geffen aan. t Oude Raadhuis Van Geffen is naast voorzitter van de VVA ook bestuurslid van wijkcentrum t Oude Raadhuis in Tongelre. Het centrum heeft een bijzondere geschiedenis. In 1985 werd het met sluiting bedreigd, tenzij de bewoners het over zouden nemen. Een aantal mensen heeft dat toen onder de naam Wijkadviesorgaan daadwerkelijk gedaan. Men gaat uit van drie pijlers, te weten sociaal-maatschappelijk, cultureel en creatief. Het is uitgegroeid tot een levendig centrum, bijvoorbeeld op zondagmiddag tijdens de vrije inloop met kaarten, biljarten, sjoelen etc. Door de week tussen de middag staat de tafel altijd gedekt voor mensen die daar op doktersadvies een maaltijd komen nuttigen. Niet alleen Tongelre, maar elke wijk heeft voldoende potentieel aan vrijwillige bestuursleden, aldus de voorzitter: "Zet een duidelijk concept neer, dan krijg je nieuwe mensen die de zaak runnen." "We gaan hier met onze tijd mee. Vóór dat de mobiele telefoon de afkorting SMS had uitgevonden, kenden wij die al: Sociaal Maatschappelijke Situatie", zegt Van Geffen tenslotte lachend. Joost Andrik 2

Project Gemeenschapshuizen Digitaal Bereikbaar NieuwsHeft Het gemeenschapshuis in buurt en dorp kan hierin een centrale plaats voor allerlei activiteiten zijn, maar ook onderdak bieden aan voor de buurt belangrijke faciliteiten, zoals de thuiszorg of de bibliotheek. Zij krijgt daarmee een rol te vervullen in het vergroten van, zoals dat met een mooie term wordt genoemd de sociale cohesie. Digitaal je informatie laten zien en bereikbaar zijn is een logische stap in deze ontwikkeling. Daarom heeft het bestuur van t Heft besloten het aanbod uit het project te verbreden om ook na afloop van de projectperiode de bij haar aangesloten accommodaties ondersteuning aan te bieden bij hun digitaliseringplannen. In eerdere artikelen in het Nieuwsheft hebben wij u geïnformeerd over het verloop van het door Provincie en Oranjefonds gesubsidieerde project Gemeenschapshuizen Digitaal Bereikbaar. Met de huizen, die in het najaar van 2005 hebben deelgenomen aan de cursus eenvoudig computergebruik, worden nu afspraken gemaakt over de stappen die zij willen zetten om hun accommodaties ook feitelijk te digitaliseren of verder te laten digitaliseren. In het decembernummer van Nieuwsheft meldden wij u dat beide instanties akkoord gingen met het verlengen van de projectperiode tot eind juni 2006. Uit de vervolggesprekken met de deelnemende gemeenschapshuizen komt naar voren dat hun plannen uiteenlopend van aard zijn. Van het installeren van programma s om de interne bedrijfsvoering te verbeteren tot het bouwen van een eigen website. Het toegankelijk maken van de digitale mogelijkheden voor de gebruikers van hun accommodatie staat centraal. Emailgebruik en het zoeken op internet moeten als permanente functies aan de bezoekers worden aangeboden. Vooral voor ouderen, die nog lang niet allemaal beschikken over een computer, voorziet een digitale corner in een behoefte. De vraag om ondersteuning van de gemeenschapshuizen is betreft technische ondersteuning bij het in gebruik stellen van de mogelijkheden en hulp bij het realiseren van de aanschaf. Op beide onderdelen kan het project ondersteuning bieden. Aanbod breder Gelet op een aantal ontwikkelingen hecht t Heft veel belang aan de digitalisering binnen gemeenschapshuizen. Zo gaat op 1 januari 2007 de Wet Maatschappelijke Ondersteuning van start. De burger, zo staat in deze wet, moet meer zelfredzaam worden en als hij hulp nodig heeft eerst een beroep doen op zijn eigen netwerk van familie, vrienden én zijn medebuurtbewoners. Nog een doel van deze wet is dat mensen met een beperking, hetzij lichamelijk, hetzij geestelijk een plek in buurt en dorp krijgen en houden. t Oude Raadhuis Eén van de accommodaties, die de uitnodiging uit het project heeft aangenomen is t Oude Raadhuis in Tongelre, gemeente Eindhoven. Al een paar jaar geleden hebben zij enkele stappen op de digitale snelweg gezet, maar zij maken nog slechts beperkt gebruik van de mogelijkheden. Het bestuur van t Oude Raadhuis vindt het belangrijk dat hun bezoekers digitaal bereikbaar zijn. Bovendien ziet zij een aantal digitale toepassingen voor de bedrijfsvoering, die snel tot verbetering zouden kunnen leiden. In overleg met het beheer van het gemeenschapshuis wordt nu bekeken welke keuzes daarin kunnen worden gemaakt. Uitgangspunt daarbij is het directe nut voor de interne organisatie. Zo wordt bijvoorbeeld gedacht aan het digitaliseren van het voorraadbeheer en het inrichten van een bestuursdossier. Zorgvuldig wordt in beeld gebracht welke stappen en in welke volgorde hiervoor moeten worden gezet. Bij hun keuze en bij het in gebruik nemen van de programma s kunnen zij vervolgens gebruik maken van de technische ondersteuning van het project Gemeenschapshuizen Digitaal Bereikbaar. Geert Albers 3

Brabantse Dorpendag Op zaterdag 11 maart 2006 vond de Brabantse Dorpendag plaats in het provinciehuis in s-hertogenbosch. In veel Brabantse gemeenten zijn dorpsbewoners actief betrokken bij hun leefomgeving, bijvoorbeeld als bestuurslid van de dorpsraad, als vrijwilliger bij activiteiten of als bedenker van verbeterplannen voor de leefomgeving. En daarnaast natuurlijk alle vrijwilligers die zich inzetten in hun gemeenschapshuis. Al deze mensen maken zich sterk voor het behoud en verbeteren van de leefbaarheid in hun dorp of kleine kern. De provincie Noord-Brabant wil met deze dag haar waardering voor al deze mensen tonen en hen de mogelijkheid bieden initiatieven te presenteren. De organisatie was in handen van Prisma Brabant en het PON. Ruim 450 mensen hebben ervaringen uitgewisseld en kennisgenomen van succesvolle projecten en activiteiten op het gebied van leefbaarheid. Onderwerpen als veiligheid, wonen en zorg, reconstructie en nieuwe kansen zijn aan de orde gekomen tijdens workshops en middels een informatiemarkt. Ook t Heft had een kraam ingericht. Bezoekers konden kiezen uit tien verschillende workshops. Van drie daarvan volgt hierna een inhoudelijk verslag. Voor meer informatie: www.brabantsvuur.nl. R. Augusteijn, gedeputeerde Wonen, Zorg en Welzijn, is op de Dorpendag om een reactie gevraagd. Hij wees erop, dat de sfeer tijdens de vorige Dorpendag in september 2003 niet denderend was. Nu was die echter wel prima: veel bezoekers en praktische voorbeelden. Een verschil met de vorige keer is dat de provincie zélf opener is geworden, volgens Augusteijn. Het is niet meer zo dat mensen naar het provinciehuis komen en de provincie wel vertelt hoe het moet. Nee, de mensen zélf moeten het doen. En dat lukt ook prima gezien deze dag met alle gepresenteerde initiatieven, aldus de gedeputeerde. W O R K S H O P H O R E C A E N G E M E E N S C H A P S H U I Z E N Regelmatig worstelen dorpsraden met vragen die te maken hebben met het spanningsveld tussen gemeenschapshuizen en de horeca. In deze workshop is door Joost Lukassen, adviseur van Prisma Brabant, nader ingegaan op de horecawetgeving, vergunningen, alcoholbestuursreglement, sociale hygiëne, paracommercie en vormen van barexploitatie. Lukassen gaf veel praktische tips en er was ruime gelegenheid tot het stellen van vragen. Aan de hand van een powerpointpresentatie is op een aantal zaken dieper ingegaan. Het rookbeleid is uiteraard aan de orde geweest. Ieder denkt daar het zijne of hare over, toch zal ieder gemeenschapshuis er een invulling aan moeten geven. Op het terrein van sociale hygiëne werd duidelijk, dat barvrijwilligers een instructie verantwoord alcoholgebruik gevolgd moeten hebben. t Heft kan deze instructie verzorgen, eventueel op locatie. Daarnaast moeten minimaal twee leidinggevenden binnen de organisatie beschikken over de Verklaring Sociale Hygiëne. Bij het onderwerp paracommercie is uitgebreid stilgestaan. Het betreft hier oneerlijke concurrentie door instellingen die buiten hun doelstelling om horeca- en recreatieve diensten verlenen aan het publiek. Het verstrekken van drank en eten in het gemeenschapshuis mag alleen als dat plaats vindt in het kader van de doelstelling van de betreffende instelling. Gemeenten kunnen beperkende voorschriften verbinden aan de Drank- en Horecawet om ongewenste mededinging (paracommercialisme) te voorkomen. De ene gemeente is echter de andere niet, soms is sprake van een gedoogbeleid. Er is op nogal wat plaatsen discussie met de plaatselijke horeca. Belangrijk hierbij is dat met de betreffende horeca-ondernemer(s) goed gecommuniceerd wordt. Veel irritatie en problemen komen namelijk voort uit gebrek aan informatie of door geruchten. Communicatie vormt dan ook de sleutel tot goede betrekkingen, zodat een ieder op eigen wijze de horecagelegenheid draaiende kan houden. De BEM (Bureau Eerlijke Mededinging) ziet op dit alles toe en bestrijdt de oneerlijke concurrentie met een lik-op-stukbeleid. Al met al blijft de paracommercie een heikel punt. Wat na alle vragen en opmerkingen duidelijk wordt, is dat er een enorme diversiteit aan gemeenschapshuizen bestaat, ieder met een eigen lokale invulling. 4

W O R K S H O P D O R P S O N T W I K K E L I N G S P L A N N E N Venhorst Over een reeks van jaren is in Venhorst (gemeente Boekel) ervaring opgedaan met de opzet en uitvoering van het dorpsontwikkelingsplan (DOP). De uitvoering is ver gevorderd: er wordt een nieuw multifunctioneel dorpshuis met sportzaal gebouwd, er zijn verkeersmaatregelen genomen, het centrale plein wordt heringericht en er zijn starterswoningen gerealiseerd. Wethouder M. Brans en H. de Kuyper, adviseur van het PON gaven een toelichting over het verloop van het project. In Venhorst staat de leefbaarheid centraal, dit betekent minder regelgeving in combinatie met meer verantwoordelijkheden. Het DOP is enkel door de burgers ingevuld, de politiek is als toehoorder betrokken. Venhorst kent geen dorpsraad, dat vindt men ook niet nodig. De belangen van de burgers worden door de plaatselijke politieke partij voldoende behartigd, aldus de wethouder. De Kuyper heeft het proces als onafhankelijk deskundige begeleid, als een derde oog in het dorp. Tijdens een eerste openbare discussiebijeenkomst was de opkomst groot. Er is toen een inventarisatie gemaakt waaruit een lijst van actiepunten en prioriteiten is voortgekomen. Ook de doelgroep jongeren is er actief bij betrokken. De ideeën zijn vervolgens aan de gemeenteraad voorgelegd, die er in heeft toegestemd om vijf plannen nader uit te werken. Werkgroepen van burgers zijn toen met die plannen aan de slag gegaan, waarbij zij de nodige ondersteuning kregen van ambtenaren. Drie thema s zijn uitgewerkt: wonen, dorpshuis met binnensport en verkeer. Wederom is na uitwerking instemming van de raad gevraagd. Als resultaat hiervan zijn het dorpshuis en het dorpsplein concreet ingevuld. Het oorspronkelijke plan voor het dorpshuis was zo ambitieus, zo duur, dat iedereen dat wel inzag. Versobering vond iedereen daarom logisch. De herinrichting van het plein heeft veel heftige discussies opgeleverd. Niet iedereen keek op dezelfde manier tegen de historische waarde aan. Na inschakeling van een mediator is men er toch gezamenlijk uitgekomen. Heusden In het afgelopen jaar is in Heusden (gemeente Asten) een programma voor een dorpsontwikkelingsplan opgesteld. De dorpsraad en de gemeente hebben hierbij nauw samengewerkt met als resultaat een Leefbaarheidsagenda. Wethouder H. van de Loo ging samen met T. Leenders van de Dorpsraad Heusden op het proces in. Begin jaren negentig ontstond het besef dat voorzieningen aan het verdwijnen waren in combinatie met de dreigende vergrijzing. Een aantal bewoners heeft toen een plan opgesteld, zonder echter de gemeente erbij te betrekken. Daar is toen niets van terecht gekomen. Enige jaren later heeft de gemeente het initiatief voor een dorpsontwikkelingsplan genomen, dat geresulteerd heeft in een Integraal Dorpsontwikkelingsprogramma (idop Heusden) dat is vastgesteld door de gemeenteraad in 2005. Bij de ontwikkeling zijn inwoners gemobiliseerd en sleutelfiguren geïnterviewd, met de dorpsraad als intermediair en wakend over de uitvoering van de plannen. De dorpsraad geeft ook zelf uitvoering aan enkele projecten. Op deze wijze ontstond een intensief overleg tussen gemeente, inwoners en dorpsraad. Een aantal problemen op het gebied van wonen, arbeid en voorzieningen zijn gezamenlijk geanalyseerd. Dit heeft geleid tot concrete stappen. Zo is een uitbreidingslocatie voor woningbouw gevonden, wordt de vestiging van kleinschalige bedrijven gestimuleerd en worden financiën gezocht voor de renovatie van het gemeenschapshuis en de school. Dit alles is terug te vinden in de zogenaamde Leefbaarheidsagenda. Hierin staat gedetailleerd weergegeven welke concrete maatregelen per thema genomen zullen worden. Joost Andrik 5

WORKSHOP DIENST VERLENING IN DE KLEINE KERNEN Zoals het er nu uitziet zal er per 1 januari 2007 in Nederland een nieuwe wet zijn voor Welzijn, Wonen en Zorg: de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Miek van Dongen, adviseur van Prisma Brabant, gaf informatie over de invoering van de WMO namens t Heft. Voorbereiden Veel organisaties zijn zich op dit moment al aan het voorbereiden op de WMO. Met name de gemeente, die de regisseur wordt om ervoor te zorgen dat burgers voldoende faciliteiten hebben. Verder zijn ook professionele organisaties en vrijwilligersorganisatie aan het bedenken op welke wijze hulp het beste en het meest efficiënt geboden kan worden. Net als bij de invoering van het nieuwe zorgstelsel of de invoering van de euro weten we dat het goed is om tijdig met de voorbereidingen te beginnen, door met elkaar na te denken over de mogelijke gevolgen. We kunnen er niet alle problemen op voorhand mee oplossen, maar misschien kunnen we er wel een aantal voorkomen. Gevolgen De WMO gaat er vanuit dat iedereen zolang mogelijk zelfstandig in de eigen omgeving blijft wonen. Dit betekent dat ouderen in principe niet meer naar een verzorgingstehuis gaan, mensen met een psychische, verstandelijke of fysieke beperkingen in de buurt wonen en niet in een instelling, dat moeilijk opvoedbare jeugd zoveel mogelijk thuis blijft wonen. Mensen moeten dus meer zelfredzaam zijn, meer zelf en zelfstandig regelen. Er kan minder gemakkelijker een beroep worden gedaan op allerlei instanties. De wet gaat er vanuit dat iedereen in zijn/haar omgeving mensen heeft die een handje willen helpen. Dat kan gaan om ondersteuning bij het huishouden, de tuin, de boodschappen, maar ook bij het vervoer en bij het ontmoeten van mensen. De WMO wil dat burgers meer medeverantwoordelijk zijn voor elkaar: vrijwilligerswerk en burenhulp, maar ook sociale bedrijven, verenigingen, werkgroepen, buurtcomités. Pas als het echt niet anders kan, kan professionele hulp worden gevraagd. De gemeente als regisseur moet er voor zorgen dat mensen in staat gesteld worden om zo zelfredzaam mogelijk te zijn. Hiertoe zal zij zich moeten inspannen om het sociale klimaat te bevorderen, zodat de betrokkenheid op elkaar voldoende aanwezig is dan wel toeneemt en de leefbaarheid wordt versterkt. Ontmoeten Zelfredzaam zijn betekent dat allerlei voorzieningen en functies bereikbaar en toegankelijk moeten zijn voor iedereen. Voor deze voorzieningen en functies moeten mensen de deur uit. Soms moet je daarvoor naar de stad of naar het dorp en heb je daar vervoer voor nodig. Afhankelijk van de behoefte en de noodzaak is het belangrijk dat bepaalde zaken dichtbij huis te halen zijn: in het dorp of in de buurt. Een gemeenschapshuis kan en zal in veel gevallen een centrale plek innemen: het kloppend hart van de buurt. Eén van de belangrijkste functies van een gemeenschapshuis is ontmoeting, een plek waar mensen elkaar tegenkomen in georganiseerd verband zoals een vereniging, maar zeker ook in los verband tijdens een vrije inloop. Je hoort ergens bij, het is er vertrouwd. Uit onderzoek blijkt dat dit gekoppeld is aan een bepaalde schaalgrootte. De grootte van het gebied voor een gemeenschapshuis moet niet te groot zijn, want dan treedt er anonimiteit op. Een buurt is een goede en geschikte schaal om de sociale samenhang in een buurt te versterken waardoor er een leefbare buurt ontstaat. In dit kader heeft t Heft in februari in buurthuis De Amstel in Waalwijk hiervoor een pleidooi gehouden tijdens een bijeenkomst waarin het bestuur van De Amstel een doorstartplan heeft gepresenteerd aan de politieke fracties met de bedoeling het buurthuis in de toekomst te behouden. (zie elders in dit blad) Voor vragen, advies en ondersteuning, kunt u terecht bij t Heft. 't Heft heeft hiervoor een aantal gratis adviesuren voor u ter beschikking Miek van Dongen 6

Prisma Informatief rechtvaardigt, namelijk de uitvoering en de opname van het nummer. SENA is de belangenorganisatie. Oranje Fonds stelt 1,4 miljoen beschikbaar voor buurtinitiatieven Nederland ontmoet de buurt heet de nieuwe landelijke campagne van het Oranje Fonds. Doel van de campagne is kennisuitwisseling tussen bestaande buurtorganisaties en nieuwe initiatieven. De buurt staat ook centraal bij de verkiezing van de zogeheten Appeltjes van Oranje. Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden voor een regionale ontmoeting, een provinciale themadag en de landelijke slotdag op 21 november 2006. Ook kunnen buurtorganisaties zich opgeven als mentor voor nieuwe buurtinitiatieven in hun regio. Deelnemende organisaties ontvangen voor deze activiteiten 200 onkostenvergoeding. Voor vernieuwende buurtinitiatieven die uit deze ontmoetingen naar boven komen, heeft het Oranje Fonds de komende jaren een budget beschikbaar van 1,4 miljoen euro. Met Nederland ontmoet de buurt borduurt het fonds voort op de campagne van vorig jaar, Nederland ontmoet, waarbij honderden organisaties een kijkje in elkaars keuken namen. De buurt staat dit jaar ook centraal bij de verkiezing van de Appeltjes van Oranje, de jaarlijkse prijzen op het terrein van maatschappelijk welzijn en sociale cohesie. www.oranjefonds.nl/debuurt Betalen om muziek te mogen gebruiken? Wat voor materieel eigendom geldt, geldt ook voor geestelijk eigendom, zoals een compositie of een liedtekst. Bij gebruik is toestemming nodig van de geestelijk eigenaar (componist of tekstschrijver) en een financiële vergoeding. Daarnaast hebben ook musici en producenten van geluidsdragers een prestatie geleverd die een vergoeding rechtvaardigt. Buma? Iedereen die in het openbaar (al of niet live) muziek ten gehore brengt voor het (grote) publiek, klanten, personeel of andere relaties hoort te betalen aan Buma. Stemra? Iedereen die muziek mechanisch reproduceert - op plaat, cd, cassette, film, video of op een andere analoge of digitale beeld- of geluidsdrager, danwel op een computer, hoort te betalen aan Stemra. SENA? Musici en producenten van geluidsdragers hebben een prestatie geleverd die een vergoeding VIDEMA? Voor het gebruik van tv- en filmbeelden buiten de huiselijke kring is krachtens de Auteurswet toestemming vereist van de makers. VIDEMA is de uitvoerende organisatie. Collectieve korting GAMMA heeft voor de leden van t Heft mantelcontracten afgesloten met de Buma, SENA en VIDEMA. Hierdoor ontvangt u korting op de tarieven. Gamma heeft gespecialiseerde medewerkers in dienst die zorgen voor de verwerking van uw gegevens en de aanlevering daarvan aan de genoemde instanties. De contactpersonen voor de collectieve contracten zijn: Peter van Esveld (030) 282 86 93 en Debbie Krefft (030) 282 86 09. Joost Lukassen Het bestaansrecht van een buurthuis Waalwijk is wat betreft de WMO een proefgemeente op het gebied van woonzorgbeleid. In dit kader worden door de raad besluiten genomen over het buurthuiswerk. Onderdeel van deze plannen is sluiting van Buurthuis De Amstel per 1 januari 2008. De vele vrijwilligersorganisaties en het bestuur van De Amstel willen het hierbij niet laten zitten en zien wel degelijk mogelijkheden voor een voortbestaan. Samen met woningcorporatie Cascade hebben zij een doorstartplan opgesteld. Op 18 februari 2006 zijn de politieke partijen en een aantal betrokken vrijwilligersorganisaties uitgenodigd door het bestuur van De Amstel en de directie van Cascade Woondiensten voor een toelichting op deze plannen en een aansluitende discussie. Voor alle betrokkenen is het duidelijk dat De Amstel een unieke functie vervult voor de buurtbewoners en verenigingen. Er worden allerlei activiteiten georganiseerd waaraan iedereen kan deelnemen jong en oud, autochtoon en allochtoon. Het gaat niet alleen om de aanwezigheid van een ruimte waarin allerlei diensten worden aangeboden. De meerwaarde van het buurthuis is juist de ontmoetingsfunctie: je komt elkaar tegen, je ontmoet er je buren, zo heb je contact met elkaar. Het ontwikkelen van sociale samenhang kan goed in een klein gebied dat te overzien is, zoals een buurt. De schaal van een wijk is daar vaak te groot en te afstandelijk voor. Door de vele voorbeelden en vragen van de aanwezigen werd duidelijk hoeveel belang de bewoners aan hun buurthuis hechten. Het is echt een kloppend hart, een betaalbare multifunctionele voorziening voor en door de gemeenschap. Het was voor de vertegenwoordigers van de politieke partijen duidelijk, dat over het besluit tot sluiting zeker nog nader nagedacht moet worden. Inmiddels zijn de gemeenteraadsverkiezingen geweest en kunnen een nieuwe gemeenteraad en een nieuw college aan de slag. We zijn benieuwd naar het verdere verloop van de besluitvorming. Jan van den Broek 7

VAN HET BESTUUR U kent de lokale situatie en daar bent u actief in de accommodatie om diensten te verlenen en zo te werken aan de leefbaarheid van de gemeenschap. De steun van verschillende andere partijen is daarbij welkom. In bepaalde situaties is het zinvol en nuttig om ook gebruik te maken van de producten en diensten van t Heft. Steeds meer gemeenschapshuizen sluiten zich aan en doen een beroep op de expertise en diensten, die gezamenlijk met de provinciale steunfunctie-instelling Prisma Brabant met steun van de provincie ontwikkeld zijn. Wij blijven werken aan een slagvaardige organisatie met korte lijnen. U doet dit in uw eigen lokale situatie, t Heft doet dit in het provinciaal platform. Voorkomen moet worden dat steeds opnieuw het wiel uitgevonden wordt. Gebruik maken van elkaars kennis en kunde en uitwisseling van expertise is doelmatig en blijkt in de praktijk goede resultaten op te leveren. De afgelopen jaren hebben zich in verschillende andere provincies netwerken rond de gemeenschapshuizen ontwikkeld met een vergelijkbare doelstelling als t Heft. Op ad hoc basis zijn er contacten en samen met Friesland is de digitale Vraagbaak opgezet op basis van het Handboek van t Heft. Wij staan voor belangenbehartiging van de gemeenschapshuizen en waar nodig doen we dit samen met andere provinciale platforms. Bijvoorbeeld wat betreft de WMO de invoering en de gevolgen daarvan. Hoe je het ook wendt of keert, we hebben allemaal (bewust, soms minder bewust) een relatie met de politiek. Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2006 hebben alle gemeentes een nieuwe raad en een nieuw college van B en W en dus een nieuw programma. Het is belangrijk om contact te zoeken cq te onderhouden met uw nieuwe bestuurders. Breng het gemeenschapshuis en de betekenis voor de leefbaarheid van de lokale gemeenschap onder de aandacht! t Heft zal de komende tijd ook trachten de diverse gemeentebesturen te attenderen op de betekenis, functies en de mogelijkheden van een gemeenschapshuis in de lokale gemeenschap. Natuurlijk blijft u een beroep doen op onze helpdesk en andere producten en diensten. Op de website en vraagbaak vindt u de benodigde informatie. Er wordt momenteel hard gewerkt aan de restyling en verbetering van de website.u zult het de komende maanden gaan merken. Namens het bestuur, Jan van den Broek Cursussen Platform t Heft Sociale Hygiëne Besturen van gemeenschapshuizen die alcoholhoudende dranken verkopen, moeten er voor zorgen dat er twee medewerkers zijn met de Verklaring Sociale Hygiëne (SVH-diploma). Deze personen dienen op de Drank- & Horecavergunning vermeld te staan. U wordt tijdens 5 avonden opgeleid voor het examen Verklaring Sociale Hygiëne dat door de Stichting Vakopleiding Horeca (SVH) een aantal malen per jaar op enkele plaatsen in het land wordt georganiseerd. De cursus kan ook op locatie worden georganiseerd bij voldoende deelnemers. De kosten bedragen inclusief lesmateriaal en examenkosten voor Heftleden 145,00, niet-leden betalen 165,00. Cursus Instructie Verantwoord Alcoholgebruik (cursus barhulp) Het betreft één instructieavond. Deze avonden worden veelal op verzoek op locatie georganiseerd waarbij 10,00 per deelnemer wordt betaald. Basiscursus Bedrijfshulpverlening bij P3 Transfer in Breda Vier dagdelen, met lunch. Heftleden betalen 270,00. Niet-leden betalen 310,00. Herhalingscursus Bedrijfshulpverlening bij P3 Transfer in Breda Twee dagdelen, met lunch. Heftleden betalen 155,00. Niet-leden betalen 185,00. N.B. In diverse gemeenten is het mogelijk subsidie aan te vragen voor deskundigheidsbevordering. Aangezien dit per gemeente wordt ingevuld, verwijzen wij u naar de website van uw gemeente of neem contact op met de afdeling Welzijn. Voor meer informatie: Rian Hoeijmans Prisma Brabant Telefoon: (013) 544 14 40 COLOFON NieuwsHeft is een uitgave van Platform t Heft in samenwerking met Prisma Brabant. Redactie: Joost Andrik Tonny Brabers Jan van den Broek Hans Ursem Druk: Drukkerij Deko, Tilburg Contactgegevens: Prisma Brabant Postbus 10346 5000 JH TILBURG tel: (013) 544 14 40 fax: (013) 544 06 05 e-mail: heft@prisma-brabant.nl website: www.theft.nl