Kraamexcursie Jonge dieren worden groot 2



Vergelijkbare documenten
Achtergrondinformatie over de dieren

Start: Welk dier hoort bij...?

Auditieve oefeningen. Boek van de week: 1; De boerderij 2; De koe die in het water viel 3; 4;

De ezel. Ezels worden gehouden als :... Van ezelinnenmelk maakt men :...

De kinderen zochten zelf informatie op over de dieren die ze dagelijks verzorgen.

SPREEKBEURT SCHAAP ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

Identiteitskaart koe. Weetjes. Zoogdier. herkauwer: verteert zijn eten in 4 magen. Bijzonderheden. evenhoevig : 2 hoeven aan 1 poot.

Herbivoor, carnivoor, omnivoor. Leeftijd geslachtsrijp. Worpgrootte

Beschuit met muisjes. Kleuters op kraamvisite op de stadsboerderij. Handleiding voor de leerkracht

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT HAMSTER ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

Hoenders: Herkomst en aanschaf

Bio-industrie. Wat is de bio-industrie? Om hoeveel dieren gaat het eigenlijk. De legbatterij

Katten kunnen 15 tot 20 jaar worden! Als je een kat in huis haalt, dan moet je dus bereid zijn om er een hele tijd voor te zorgen.

Dieren in de winter. Kids for Animals winter spreekbeurt. Brrr. Honden

SPREEKBEURT Chinchilla

Auditieve oefeningen bij het thema: de kinderboerderij

Cavia. Cavia. Serie zoogdieren

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT HAMSTER ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

Werkboekje Boerderijles Groep 5/6. Naam..

inhoud blz. 1. Huisdieren 3 2. De hond 5 3. De kat 6 4. De witte muis 7 5. De goudvis 8 6. Het konijn 9 7. De cavia De tamme rat 11 9.

Jonge dieren. Dieren hebben jongen. Hoe noem je ze? Kies uit: big, lam, kuiken, kalf, puppy, veulen, kuiken

SPREEKBEURT LAMA EN ALPACA

leerkracht Bezoek aan de Stadsboerderij

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT LACHDUIF VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

SPREEKBEURT Chinchilla

WERKBOEKJE. Cavia. je naam: groep: De aanschaf en het houden van een cavia. Limburg

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT MUIS ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

De kip. De geschiedenis van de kip. Kenmerken van de kip

Chinchilla. Kids for Animals chinchilla spreekbeurt. Chinchilla kennis. Wilde chinchilla s. Als huisdier

Verloskunde. Cavia en hamster. Klas 43DP

WOLF. Huilend roofdier

De bedoeling van deze opdracht is om aandacht te besteden op de luchtjes op de boerderij.

THEMA LENTE Auditieve oefeningen

SPREEKBEURT MANDARIJNEEND

Voorjaar op de boerderij. Wat een drukte!

DE IJSBEER. Super speurneus

SPREEKBEURT GANS VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

SPREEKBEURT MONGOOLSE GERBIL

Op pad met de Moeflon, een lesbrief over moeflons en hun leefomgeving op De Hoge Veluwe.

SPREEKBEURT GEELWANG-, GEELBUIK- en ROODWANGSCHILDPAD

Struisvogel. Struthio camelus. Serie vogels

Leren houden van levend erfgoed - Konijnen -

Tabel 4 Diergebonden normen

KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN

Tussendoortjes boerderijklas

De boerderij. Anneke Boertjes. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

De koe. De geschiedenis van de koe. Kenmerken van de koe

SPREEKBEURT VINK VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

SPREEKBEURT KORTSTAARTOPOSSUM

Aanschaf & verzorging

Stadswerken. Dierverzorgen. Foto: Hans Kraaijkamp. Informatieblad en handleiding. Groep 5 t/m 8.

naam:. nr: datum:.. Het gouden ei van de kinderboerderij. 1

Naam:_ KIKKERS. pagina 1 van 6

Voorbereiding post 3. Jonkies Groep 1-2-3

BIJLAGE C: DE DIEREN EN DE SPELREGELS

Voorbereiding post 3. Jonkies Groep 4-5

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB

HANDIG KONIJNEN KOPPELEN

Spreekbeurtpakket - dieren op de boerderij voor de leerling

Thema van de maand September 2009

Rat Ratten kennis. Kids for Animals Ratten spreekbeurt. Soorten ratten. Een rat als huisdier

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT DEGOE ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

De mens begon paarden te temmen rond 3000 voor Christus, en werden op grote schaal gebruikt voor diverse werkzaamheden.

De familie schaap. Praat eens zoals een schaap Welke dierengeluiden ken je nog? Doe ze eens na?

De drinkenbroeders. Voorbereiding. Materiaal. Lesdoelen. Lesbrief 8 - De drinkenbroeders (1/6) Korte omschrijving aflevering. Lesinhoud.

SPREEKBEURT GEELWANG-, GEELBUIK- en ROODWANGSCHILDPAD

SPREEKBEURT GROENE BOOMKIKKER

lespakket voor het eerste en het tweede leerjaar Gijzelstraat 14, 9031 Drongen

over DE KOE Een koe heeft grote oren die in alle richtingen kunnen draaien. Zo horen ze goed als er gevaar dreigt.

Handleiding voor de verzorging van konijnen

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

SPREEKBEURT WITLIPBOOMKIKKER

inhoud blz 1. Buideldieren 3 2. Kangoeroes 6 3. De wombat 8 4. De koala 9 5. De opossum De numbat De suikereekhoorn 12 8.

Hoek 1. Wat weet jij al over de lente? Zet woorden die jullie aan de lente doen denken rond het kadertje. De lente

SPREEKBEURT ROODKEELANOLIS

SPREEKBEURT VALKPARKIET

HANDIG EEN BIJTEND KONIJN

Naam:...

Opdracht 1: het kippenlijf. Opdracht 2: hanen en hennen

DE WOLF. Huilend roofdier

inhoud Het konijn 1. Bos en duin 2. Het hol 3. Keutels 4. Gevaar 5. Een huisdier 6. Rassen 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

Nieuwe Stadsboerderijen in Wateringse Veld en Ypenburg/Leidschenveen

Volg de wandelroute, dan zie je alle dieren!

Op bezoek bij de schaapskudde. op landgoed Zuylestein

dieren in de dierentuin

De kip en het ei. Een kip gaat eieren leggen als ze ongeveer zes maanden oud is. Eén maal per anderhalve dag legt ze een ei.

Eindexamen biologie vmbo gl/tl II

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

SPREEKBEURT GROENE LEGUAAN

Eindexamen biologie vmbo gl/tl II. De kip en het ei. Informatie 1 Uiterlijk

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB minitoets bij opdracht 13

Inhoud. Voorwoord 5. Trefwoordenlijst 81. Inhoud

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

Naam: DE DIERENFABRIEK

4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten Opdrachten

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT AXOLOTL AMFIBIEËN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

Een. hoort erbij! Over dieren uit een ei. groepen 3-5

DE ORANG OETAN. Bosmens

Transcriptie:

Inhoud Kraamexcursie Jonge dieren worden groot 2 Lesbeschrijving 2 Organisatie 2 Suggesties voor een kringgesprek op school 3 DVD Jonge dieren worden groot 3 Nabespreking DVD 4 Organisatie op de boerderij 5 Opdrachtenboekje 6 Doe-activiteiten 8 1. Voeldozen 8 2. Meetlat 8 3. Draaikubus; wat hoort bij elkaar 8 Begrippenlijst 9 Inleiding informatiepanelen 10 Overzicht per bord (foto en teksten) 13 1. De Cavia 2. Het Konijn 3. De Rat 4. De Kip 5. De Eend 6. De Kikker 7. De Geit 8. Het Schaap 9. Het Varken 10. Het Rund 11. Het Paard en de Ezel 12 Algemeen bord: een huisdier Achtergrondinformatie over de dieren 36 Spelregels van het boerderijdierenspel 53-1 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Lesbeschrijving Periode Eind maart tot en met eind mei Lesdoelen * Leerlingen beseffen dat je verantwoordelijk bent voor de zorg van het dier van jong tot oud. * Leerlingen leren dat dieren voor mensen verschillende functies kunnen hebben (huisdier, landbouwhuisdier, productiedier, natuurdier). * Leerlingen maken kennis met jonge dieren en hun ouders en ervaren dit door te voelen, ruiken, kijken en te luisteren. Organisatie lesinhoud groeperingsvorm inleiding op school excursie op de boerderij nabespreking materiaal Milieueducatie materiaal zelf verzorgen inleiding nabespreking voorbereiding inleiding op school tijdsduur inleiding op school excursie op de boerderij nabespreking bezoek aan de stadsboerderij kijken naar DVD, kringgesprek in groepjes kringgesprek * lesboek: Jonge dieren worden groot * DVD: Jonge dieren worden groot * opdrachtenboekje leerlingen * plaatmateriaal van verschillende dieren * plaatmateriaal van verschillende dieren * De excursie wordt onder begeleiding van de eigen leerkracht voorbereid en verzorgd. * De hulp van extra begeleiders wordt aanbevolen. * DVD: Jonge dieren worden groot bekijken. In het lesboek staat begeleidende informatie bij de beelden. * In het lesboek staan de panelen over dieren die in de boerderij aanwezig zijn en wat u kunt verwachten op de boerderij. * In het lesboek zit een voorbeeld van het opdrachtenboekje * Ter verduidelijking kan er plaatmateriaal van diverse huis- en boerderijdieren gebruikt worden. Hierbij kan ook gedacht worden aan tekeningen DVD 25 min., kringgesprek 20 min. 45 min. (excl. reistijd) 30 min. Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 2 -

Suggesties voor een kringgesprek op school * Wie heeft er thuis dieren (gehad)? Wat voor dier(en)? Jong of oud? * Zijn jonge dieren leuker dan oude dieren? Waarom? * Als de jonge dieren opgroeien vinden veel mensen ze niet meer leuk en willen ze de dieren niet meer hebben, wat vinden jullie daarvan? Wat gebeurt er dan met de dieren? (asiel, kleine dierenopvang, bij de boerderij brengen, aan andere mensen geven, buiten op straat/ in het park zetten) * Wat voor gevolgen heeft dat? * Wat zouden we daar aan kunnen doen? Waar moet je aan denken voordat je een dier neemt? * Heb ik voldoende ruimte voor het dier? * Heb ik voldoende tijd voor het dier? * Vindt iedereen thuis het goed? * Is iemand allergisch? * Wie gaat het dier verzorgen? * Hoe oud kan het dier ongeveer worden? * Kan ik er al die tijd goed voor blijven zorgen? * Waar blijft het dier tijdens de vakantie? * Weet ik wat de verzorging kost? (aanschaf dier/hok, onderhoud voer/verschoning, dierenarts) - 3 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

DVD Jonge dieren worden groot De DVD heeft een totale speelduur van 18 minuten en bestaat uit 2 delen. deel 1: zoogdieren, geboorte kalf, lammetjes, biggetjes (8 min.) deel 2: groter worden, uit een ei, nestblijvers, nestvlieders, de boerderij (10 min.) De DVD kan ook integraal (een 1x) afgespeeld worden, dit is een keuze in het menu. Een korte toelichting bij de beelden Deel 1 Zoogdieren, geboorte kalf, lammetjes, biggetjes (8 min) In de natuur krijgen de meeste dieren jongen in het voorjaar. Er is dan genoeg voedsel voor de jonge dieren om op te groeien. Dieren die door de mens als huisdier worden gehouden (hond, kat, cavia) en landbouwhuisdieren (koe, paard, geit, schaap) kunnen het hele jaar jongen krijgen. Ze worden al heel lang door de mens gefokt. Schapen en geiten worden nog wel verliefd in de herfst. De meeste andere boerderijdieren kunnen het hele jaar door verliefd worden. Je moet als jonge bok nog wel veel oefenen. De koe geeft veel meer melk dan nodig is voor het kalfje. Dit komt doordat de mens koeien fokt die veel melk geven. Het slijm uit de achterkant van de koe is van het vruchtvlies van het kalf. Het slijm maakt de geboortegang mooi glad voor een goede bevalling. Soms is een beetje hulp wel fijn. Het kalfje ligt in de goede houding met eerst de voorpootjes en daarop de kop. Het blauwe vlies om het kalf is het vruchtvlies, met daarin allemaal kleine bloedvaatjes. Het beetje bloed wat je ziet komt meestal ook van deze adertjes. Het kalfje is nog nat van het vruchtwater. Meteen na de geboorte likt de moederkoe het kalfje, zodat het gaat staan. Het likken bevordert ook de bloedsomloop. Na de bevalling zie je nog steeds slijm, de nageboorte (moederkoek) komt na de geboorte. Geiten en schapen krijgen meestal 2 of 3 lammetjes, maar ook wel eens 1, 4 of 5., Soms is de geboortegang best nauw voor een lammetje. Onder de buik van het lammetje zie je de afgebroken navelstreng nog bungelen. Dit droogt op en valt er na een paar dagen vanzelf af. Ook hier weer een slijmdraad uit de achterkant bij de moeder, de nageboorte moet er nog uit. Op de Haagse Stadsboerderijen worden geen biggetjes meer geboren. Deze beelden zijn gemaakt in Zoetermeer. De geboorte van het eerste biggetje duurt altijd iets langer, omdat de geboortegang moet worden opgerekt. De dikke navelstreng zit nog vast. Deze wordt niet afgeknipt, maar breekt uit zichzelf af op een zwakke plek. De boer ontsmet de navel met jodium. De navelstreng droogt op en valt eraf. Bij het tweede biggetje zie je meer bloed. Dit bloed is van de gebroken navelstreng van een biggetje ervoor. Iedere big heeft een eigen speen (tepel) om melk uit te drinken. Dit wordt de eerste dag bepaald, de sterkste big verovert meestal de speen met de meeste melk. Deel 2 Groter worden, uit een ei, nestblijvers, nestvlieders, de boerderij (10 min.) In de knuffelhoek op de stadsboerderij zitten konijnen en kippen bij elkaar. De grote kippen (Brahma s) zijn heel gemakkelijk te aaien. De kuikens (geen Brahma s) zijn uitgebroed in een broedmachine. De lamp boven de groene bak zorgt voor de warmte. Het duurt ongeveer een uur voordat een kuikentje zich uit het ei bevrijdt. Dat kost veel kracht en het kuiken is dan ook helemaal uitgeput. De kip gaat ongeveer 1-2 dagen door met broeden. Soms komen de eieren niet allemaal uit. Het ei is dan niet bevrucht of de vrucht is vroegtijdig afgestorven. De kuikens die je op de stadsboerderijen ziet zijn allemaal met de broedmachine uitgebroed. De eieren komen van fokkers van speciale kippenrassen en de kuikens gaan later ook weer terug naar deze fokkers. Op de Haagse stadsboerderijen worden geen jonge konijnen meer geboren. Deze beelden zijn gemaakt bij iemand thuis. Een konijn trekt haren uit haar eigen vacht en Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 4 -

maakt daarmee een zacht nestje voor de jongen. Normaal gesproken moet je pasgeboren konijntjes niet aanraken. De moeder vindt ze dan vreemd ruiken en bijt ze dan soms dood. Dit konijn doet dat niet. De jonge cavia s zijn 3 dagen oud. Vraag altijd even aan de boerderijbeheerder of je een cavia of konijn mag aaien. Op de boerderij is vanaf begin april een bak met kikkervisjes te zien. U kunt ook in de klas een bakje met kikkervisjes laten zien. Neem daarvoor contact op met uw consulent van Milieueducatie Nabespreking DVD * Wie heeft er wel eens een bevalling op de stadsboerderij of ergens anders meegemaakt? Wat vond je daarvan? * Welke dieren krijgen in het voorjaar jongen? (schapen, geiten, vogels) Waarom is dat? * Op de boerderij zijn ieder jaar weer jonge dieren. Waarom wil de boer dat? (vervanging van oude dieren die niet meer produceren en dan geslacht worden) Een melkkoe moet eerst een kalf krijgen voordat ze melk gaat geven, biggetjes, ramlammetjes en stierkalfjes leveren vlees. * Zou je zelf wel zo n klein biggetje of lammetje in huis willen hebben? Waarom kan dat niet? Waarom krijgen dieren jongen? Boerderijdieren of productiedieren worden gehouden voor producten zoals melk, wol, eieren of vlees. De dieren moeten ieder jaar jongen krijgen om de productie op gang te houden. Soms worden boerderijdieren ook als huisdier gehouden om er plezier van te hebben zoals dwerggeiten en hangbuikvarkens. Het paard, dat vroeger gebruikt werd om landbouwmachines te trekken, wordt nu gebruikt als rijdier en voor de sport. Dieren uit de natuur; zoals vogels, kikkers en muizen krijgen ieder jaar jongen en wel meestal in het voorjaar. Dit is om de soort in stand te houden. Er gaan dieren dood door ouderdom en ziekte of ze worden opgegeten. Huisdieren houden we omdat we ze lief vinden. Om ze te knuffelen, ermee te aaien en te spelen. Of gewoon om ernaar te kijken. Soms zijn ze handig omdat ze ons beschermen (hond). Er zijn mensen die met hun huisdier naar (schoonheids)wedstrijden gaan. Deze dieren krijgen jongen omdat mensen ze willen verkopen.. - 5 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Organisatie op de boerderij Wanneer er genoeg begeleiding is, is het mogelijk om in groepjes langs de verschillende dieren te gaan en samen de borden te bekijken en met behulp van het opdrachtenboekje wat verder op het onderwerp in te gaan. Dit is ook mogelijk met de hele groep maar het maakt het natuurlijk wel lastiger. Belangrijk om te bedenken is dat hier op de boerderij de kinderen de dieren kunnen zien, voelen, horen en ruiken. Informatie kan ook uit een boekje gehaald worden. De boerderijbeheerder heeft het vaak druk in deze periode, maar heeft meestal wel de gelegenheid om wat vragen te beantwoorden of te wijzen op een aantal details. Om het nogmaals te benadrukken, het is geen les maar een excursie / bezoek. Er is rekening gehouden met een verblijf van ongeveer 45 min. per groep. Er is geen afgesloten leslokaal en u zult dus ook andere bezoekers van de boerderij tegen kunnen komen. De panelen over de dieren zullen zoveel mogelijk bij de betreffende diersoort hangen. Dierenwelzijnsbeleid van de gemeente Den Haag: De gemeente Den Haag heeft onder de titel Boeren met Beleid regels vastgesteld over het houden van dieren op de boerderij. Eén van de uitgangspunten voor het dierenwelzijnsbeleid is, dat dieren zoveel mogelijk via aanschaf worden verkregen. Hierdoor mag nog maar een zeer beperkt aantal dieren gefokt worden. Kijk ook op www.denhaag.nl/stadsboerderijen Kort een aantal regels op een rij: * Alleen fokken met koeien wanneer er een plek is voor de nieuwe kalfjes. * Niet meer fokken met cavia s, konijnen en kippen van de boerderij. Nieuwe dieren worden aangekocht of bijvoorbeeld via knaagdierenopvang verkregen. * Op beperkte schaal fokken met schapen en geiten. Per boerderij mag van ieder ras één dier gedekt worden. Dat komt neer op ongeveer 2 geiten en 2 schapen met lammetjes per boerderij. Jonge dieren op de boerderij, tijdens de les: * Natuurlijk zullen er jonge dieren aanwezig zijn bij de les. Het zal echter kunnen dat niet van alle soorten jonge dieren aanwezig zijn. De boerderij met al zijn dieren en voorzieningen is een heel aantrekkelijke en educatieve plek om met de kinderen naar toe te gaan. * De DVD Jonge dieren worden groot is volgens ons een erg mooie aanvulling op deze excursie. Het is een kijkje achter de schermen, met beelden die u niet snel ergens anders zult vinden! Bedenk wel: beelden kunnen nooit de beleving op een boerderij met echte dieren vervangen. Wilt u precies weten welke dieren aanwezig zijn dan is het handig om even te bellen met de boerderijbeheerders van de stadsboerderij waar u naar toe gaat. Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 6 -

Kijk goed op de borden en omcirkel bij elke vraag het goede antwoord. Bij elk antwoord hoort een letter. Zet de goede letter van vraag 1 in vakje 1. De goede letter van vraag 2 in vakje 2, enz. De 8 letters vormen samen weer een woord. 1 2 3 4 5 6 7 8 1. Van welk dier noemen we het jong een lamprei? G cavia D konijn E geit 2. Hoeveel jongen kan een cavia ongeveer krijgen? R 2 5 jongen O 4 14 jongen R 1 jong 3. Welk dier heeft een draagtijd van ongeveer 9 maanden? Zolang zat jij ook in de buik van je moeder. S schaap A koe E cavia Ga nu naar de draaikubus en draai de foto s goed 4. Welk dier wordt in het voorjaar geschoren? J konijn Z koe A schaap 5. Van welk dier is het jong een nestblijver? G konijn E geit S kip Ga nu naar de voeldozen toe voor de volgende 2 vragen. 6. Waar slaapt een kip? E in het hooi T op een stok 7. Waar poept een eend? IJ op het gras K in het water 8. Drinken alle jonge dieren melk bij hun moeder? S ja T nee, alleen vogels D nee, alleen zoogdieren

Je hebt nu alle letters voor het woord in de vakjes kunnen zetten. Weet je ook wat het woord betekent? Kijk eens bij de kuikentjes, hebben ze al echte veertjes? Ga ook eens in de wei kijken. Je mag de dieren borstelen. Woordzoeker K O N I J N P O E S C A V I A J O D N G E D G E B O O R T E L A M P R E I A I E E M R S C H A A P N K U I K E N E G N D A I B I G G E T J E L S Z O O G D I E R F L A M M E T J E! K I P B R O E D E N Zoek de volgende woorden: biggetje eend konijn muis broeden geboorte kuiken poes cavia kalf lammetje schaap draagtijd kip lamprei zoogdier De letters die overblijven kun je hier invullen:

Doe-activiteiten 1. Voeldozen Er zijn een aantal voeldozen aanwezig waar de kinderen door voelen moeten raden waar het dier een nest maakt. Bijvoorbeeld: Een vak met water en een vak met stro en haar. Welk nest is van de kikker en welk nest is van het konijn? 2. Draaikubus Een grote kubus moet zo gedraaid worden dat een goede combinatie gemaakt wordt. Bijvoorbeeld: Drie foto s van een diersoort: Man, vrouw en jong; dus stier, koe en kalf moeten bij elkaar gedraaid worden. 3. Meetlat Een grote meetlat aan de deur geeft aan hoe groot een jong dier is en hoe groot het ouderdier kan zijn. Vergelijk het met jezelf. Ga op handen en voeten staan zoals het dier. * Je bent nu ongeveer zo groot als een... * Past het nog in je huis? - 9 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Begrippenlijst broedtijd draagtijd drachtig klauwtjes nestblijver nestvlieder pikorde spenen uier de tijd die nodig is om een ei uit te broeden duur van de zwangerschap zwanger hoefjes van schapen en geiten Het jong wordt zonder haren/veren en blind geboren. Het is nog helemaal afhankelijk van de moeder en het nest. Het jong kan vrijwel direct lopen en kijken en is behaard of heeft donsveren. Het eet ook al snel vast voedsel. Kippen hebben een strenge rangorde. De hoogste in rang pikt de lagere op zijn plaats. tepels De borsten van een dier met daaraan de tepels. Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 10 -

Inleiding informatiepanelen Het aantal informatiepanelen en de dieren kunnen per boerderij verschillen. Het dierenbestand en de beschikbare ruimte zijn per boerderij anders. Er zullen echter minimaal 6 panelen aanwezig zijn. konijn of rat * huisdier * nestblijver * zoogdier cavia * huisdier * nestvlieder * zoogdier kip of eend * huisdier, boerderijdier of natuurdier * nestvlieder * vogel; uit het ei kikker of pad * natuurdier of exotisch huisdier * metamorfose * anders uit het ei geit, schaap, varken, ezel, koe (in ieder geval 3 diersoorten aanwezig) * landbouwhuisdier of productiedier * nestvlieder * zoogdier - 11 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3-4 Jonge dieren worden groot

Achtergrondinformatie over de dieren De volgende pagina s geven over een aantal van de dieren nog wat extra informatie. Als begeleider kunt u daarvan gebruik maken om de vragen van de kinderen beter te kunnen beantwoorden. Ook kunt u deze teksten gebruiken bij de nabespreking van de les op school. Vooral voeding en huisvesting zijn hierbij van belang en daarnaast ook de grote verantwoordelijkheid die je hebt voor je dieren, hun hele leven lang. - 37 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

De cavia Waar komt de cavía vandaan? De cavia komt oorspronkelijk uit Zuid Amerika, waar hij door de toenmalige bewoners, de Inca's, als huisdier en voedsel werd gehouden. De wilde cavia is bruingrijs (agouti) van kleur. Cavia's worden ten onrechte nogal eens 'marmotten' genoemd. Een onjuiste en vreemde naam, omdat de cavia niet lijkt op de veel grotere, en een staart hebbende, marmot die in de Alpen voorkomt. De aard van het beestje Cavia's zijn echte gronddieren. Van nature verschuilen ze zich overdag in dichte begroeiing of in door andere dieren gegraven holletjes. Een cavia heeft een heel aantal verschillende geluiden waaruit z'n stemming valt op te maken (fluiten, piepen, klappertanden, knorren). Cavia's zijn echte knaagdieren. Ze leven in kleine familiegroepen. Twee vrouwtjes kunnen goed samen gehouden worden. Twee mannetjes gaan uiteindelijk toch met elkaar vechten. De verzorging en huisvesting De kooi van de cavia moet het liefst in een droge, tochtvrije omgeving staan. Op de bodem van de kooi hoort een dikke laag zaagsel met een huisje (waarin de cavia weg kan kruipen). Gebruik geen stro als bodembedekking. Door de stugheid kan stro wondjes veroorzaken aan ogen en poten. Voor 1 cavia moet het hok minimaal 60 x 40 x 40 cm zijn. Cavia's zijn geen klimmers, de bovenkant van het hok hoeft dus niet afgesloten te worden. Bij sommige cavia's slijten de teennagels niet voldoende af. Het is dus goed de nagels in de gaten te houden en indien nodig bij te (laten) knippen. Dit voorkomt loopproblemen. De voeding Cavia's kunnen zelf geen vitamine C maken. Ze moeten dit uit het voedsel halen. Er bestaat een speciaal caviavoer waar vitamine C in zit, dit is beperkt houdbaar. Knaagdierenvoer of konijnenkorrels kan ook gevoerd worden. Het is belangrijk dat er altijd voldoende groente en fruit bijgevoerd wordt zodat de cavia's hier de vitamine C uit op kunnen nemen. Zorg er voor dat er afwisseling zit in het aangeboden groenvoer. Hooi is een belangrijke aanvulling op het menu en kan het beste een ruifje gegeven worden. Om constant schoon, vers drinkwater beschikbaar te hebben, dit het beste aangeboden worden in een drinkflesje. De voortplanting Met 2 tot 4 maanden is een cavia geslachtsrijp. Na een draagtijd van ca. 9 weken brengt de cavia 2 tot 5 jongen ter wereld. In tegenstelling tot andere knaagdieren zoals ratten of muizen, zijn de jongen bij de geboorte al volledig behaard en hebben geopende ogen. Ze worden 3 weken door de moeder gezoogd, maar eten al vrij snel na de bevalling mee aan het voedsel van de moeder. Het zeugje mag als ze ouder is dan één jaar niet meer voor de eerste keer gedekt worden. Het bekken is dan verhard en te smal om jongen te krijgen. De leeftijd Namen van dieren Cavia s worden ongeveer 5 tot 7 jaar oud. mannetje beer vrouwtje zeugje Draagtijd jong jonge cavia 62 dagen Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 38 -

Hanteren van de cavia Draagtijd 62 dagen Namen jong jong caviaatje mannetje beer vrouwtje zeugje Aantal jongen gemiddeld 3 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik Nestvlieder 5 weken 3-4 maanden 1 kilogram 5-7 jaar piepen, knorren, klappertanden, fluiten. Konijnenvoer, groenvoer, hooi en brood Cavia s worden gehouden als huisdier - 39 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Het konijn Waar komt het konijn vandaan? Oorspronkelijk kwam het konijn alleen in Spanje en het noordwesten van Afrika voor. In de loop van de eeuwen werd het konijn door de mens over de hele wereld verspreid, vooral t.b.v. de jacht. In sommige delen van de wereld ontstond als gevolg hiervan, en het ontbreken van natuurlijke vijanden, een enorme konijnenplaag. Wilde konijnen zijn bruingrijs van kleur. Hun hol bestaat uit een uitgebreid gangenstelsel. `s Avonds en `s nachts komen ze naar buiten om op zoek te gaan naar eten. De aard van het beestje Konijnen leven in de natuur in familiegroepen. In gevangenschap kunnen twee of meer vrouwtjes (voedsters) bij elkaar gehouden worden; bij voorkeur op jonge leeftijd al bij elkaar zetten. Twee mannetjes (rammen) kunnen niet bij elkaar blijven omdat ze uiteindelijk met elkaar gaan vechten. Als een konijn hard met z'n achterpoten op de vloer slaat, is hij ergens van geschrokken en slaat hij alarm. In de natuur worden op deze manier groepsgenoten gewaarschuwd. Het konijn is een echte knager en graver. De verzorging en de huisvesting De afmetingen van het hok voor een konijn zijn afhankelijk van het ras of de grootte van het konijn. Een dwergras heeft minimaal een hok van 60 x 50 x 50 cm nodig. Terwijl een groot ras minimaal 120 x 60 x 60 nodig heeft. Dit zijn minimale maten, meer ruimte zal door het konijn zeer op prijs worden gesteld. Belangrijk is dat het konijnenhok tochtvrij en droog is. Als dit het geval is kan het konijn ook 's winters buiten blijven. Een konijn kan een gedeelte van het jaar in een ren gehouden worden. Het nachthok dient dan iets van de grond te staan (vanwege optrekkend vocht). De onderkant van de ren moet voorzien zijn van gaas om te voorkomen dat het konijn zich een weg naar buiten graaft. Op de bodem van het (nacht)hok van een konijn moet een laag zaagsel gelegd worden, dit neemt de urine goed op. Daarbovenop een laagje stro aanbrengen. Een konijn is zindelijk, wat wil zeggen dat hij z'n behoefte in één hoek van het hok doet. Soms slijten de nagels en tanden van een konijn niet voldoende af. Let hierop zodat het geen problemen met lopen en eten geeft. Het konijnenverblijf moet minimaal 1 keer per week schoongemaakt worden. De voeding Het konijn kan gemengd konijnenvoer of konijnenkorrels gevoerd krijgen. De voorkeur gaat uit naar konijnenkorrels omdat ze dan niet kunnen kiezen en alle voedingsstoffen naar binnen krijgen. Als aanvulling op de brok moet hooi gevoerd worden. Groente en fruit kan beperkt gegeven worden. Om z'n knaaglust te stillen kan hard geworden brood of een wilgentak gegeven worden. Daarnaast heeft een konijn schoon drinkwater nodig. De voortplanting Een voedster kan al na een maand of vier gedekt worden, maar beter is het om het konijn uit te laten groeien en te wachten tot het ongeveer een jaar oud is. Na 31 dagen worden er (afhankelijk van de grootte van het ras) 4 tot 10 jongen geboren. De jongen zijn kaal, blind en hulpeloos en blijven de eerste weken in het nest. Het is belangrijk dat moeder en jongen in deze weken niet teveel gestoord worden. Na ongeveer 10 dagen gaan de ogen van de jonge konijnen open. Als ze ca. 14 dagen oud zijn beginnen de jongen het nest af en toe te verlaten. Na 6 tot 8 weken kunnen de jongen bij hun moeder vandaan gehaald worden. De leeftijd Namen van de dieren Konijnen worden ongeveer mannetje rammelaar 6 tot 8 jaar oud. vrouwtje voedster jong lamprei Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 40 -

Hanteren van het konijn Draagtijd 31 dagen Namen jong lamprei mannetje rammelaar vrouwtje voedster Aantal jongen gemiddeld Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik 4-10 jongen Nestblijver 6 weken 4 maanden 1-6 kilogram 6 tot 8 jaar piepen of trommelen met de achterpoten konijnenkorrel Konijnen worden als huisdier gehouden, maar ook voor het vlees - 41 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

De kip Waar komt de kip vandaan? De voorouder van onze kippen is het Bankivahoen uit Zuid-Oost Azië. Omstreeks 3000 jaar voor Christus werden er in India al kippen door mensen gehouden. In de loop van de jaren zijn hierdoor diverse rassen met verschillende kleuren, bevedering. en karakters ontstaan. De aard van het beestje Kippen zijn van nature heel actief. Ze scharrelen graag met hun soortgenoten de hele dag rond op zoek naar lekkere hapjes. Af en toe nemen ze een stofbad om hun veren te beschermen tegen ongedierte. Tegen de avond zoeken ze een hoge plek (bv. boom) om in te gaan slapen. Als een kip een ei gaat leggen zondert zij zich af van de rest van de groep en zoekt een rustig plekje op. Binnen een toom (groep) kippen bestaat een zeer strenge rangorde (pikorde). De kippen die het laagst in rangorde staan worden door alle andere dieren gepikt. Als er een haan in een toom kippen loopt zorgt dit voor meer rust in de groep. De verzorging en huisvesting Er zijn verschillende manieren om kippen te huisvesten. Belangrijk bij de huisvesting is dat de kippen een nachthok hebben waar ze droog en tochtvrij kunnen zitten / slapen. In dit nachthok moeten zitstokken aangebracht worden (een kip slaapt van nature niet op de grond). Een legnest waar de kip een rustig plekje heeft om haar eitje te leggen is ook belangrijk. Een grote uitloop is zeer aan te bevelen. Vanwege het gescharrel mag de ondergrond van de buitenren onverhard zijn. De volgende maten kunnen gehanteerd worden om te bepalen hoeveel dieren er op een oppervlak (nachthok) gehouden kunnen worden grote rassen: 3 grote kippen per 2 m² kleine rassen, 3 krielen per m². De voeding Kippen moeten als basisvoer legkorrel of legmeel gevoerd krijgen. Hierin zit voldoende voedingswaarde om eieren te produceren. Daarnaast kan als extra dagelijks een handje gemengd graan over de hokbodem gestrooid worden ter afleiding. Grit (gebroken schelpen) zijn belangrijk voor de kalkbehoefte van de kip. Ook hebben ze kleine steentjes nodig die het voedsel in de spiermaag 'malen'. Kippen zoeken graag naar wormen, kleine insecten of groen. Regelmatig groenvoer geven is goed voor de kip. Voer- en waterbakken worden vaak opgehangen om vervuiling te voorkomen en de aanwezigheid van muizen tegen te gaan. De voortplanting Een kip gaat eieren leggen als ze ongeveer zes maanden oud is. Het leggen van de eieren gebeurt ook bij afwezigheid van een haan in een hok. De eieren die gelegd worden zijn dan onbevrucht. De bevruchte eieren van de kip moeten 3 weken bebroed worden alvorens er een kuiken uit kan kruipen. Veel van de kippen die gehouden worden, zijn het zelf broeden verleerd. Dit is eruit gefokt. De broedmachine kan dan uitkomst bieden. Belangrijke onderdelen bij het broedproces zijn de luchtvochtigheid en de temperatuur. De kuikens komen met open ogen en donsveren ter wereld. Na enkele uren lopen ze al en beginnen met het oppikken van voer. Als er geen moederkip (kloek) aanwezig is zal een warmtelamp de benodigde warmte aan de kuikens moeten geven. De leeftijd Namen van de dieren Kippen worden ongeveer 6-8 jaar oud mannetje haan vrouwtje hen jong kuiken Broedtijd 21 dagen Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 42 -

Hanteren van de kip Broedtijd 21 dagen Namen jong kuiken mannetje haan vrouwtje kip Aantal jongen gemiddeld 10 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Nestvlieder Kuikens zijn meteen zelfstandig. Ze hebben warmte nodig tot ze goed in de veren zitten. 6 maanden 1-2 kilogram 6-8 jaar Geluid hennen kakelen hanen kraaien kuikens piepen Wat is het hoofdvoedsel Gebruik legkorrel / legmeel, graan. Kippen worden gehouden voor de eieren, maar ook voor het vlees. - 43 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

De geit Waar komt de geit vandaan? Het schaap en de geit zijn waarschijnlijk de oudste landbouwhuisdieren. Het zijn van oorsprong bergbewoners en ook nu nog leven de meeste wilde geiten in vaak onherbergzame bergachtige gebieden. De botten van deze dieren zijn moeilijk te onderscheiden en worden vaak in één naam genoemd. Ze zijn ± 11.000 jaar geleden gedomesticeerd (tam gemaakt). In Noord-Europa waren geiten minder van belang dan in het Middellandse Zeegebied. In Zwitserland was de geit wel van betekenis. Onze geitenrassen stammen oorspronkelijk van deze Zwitserse rassen af De aard van het beestje Rustig omgaan met geiten is erg belangrijk. Om een geit te vangen moet je nooit achter het dier aanrennen. Beter is het om de geit te lokken met wat brokjes speciaal voer. Ze kunnen erg eigenwijs en opdringerig zijn vooral als er gevoerd wordt. De verzorging en huisvesting Geiten moeten de beschikking hebben over een weide of een verharde uitloop en een stal. Voor dwerggeiten voldoet een schuilhut. De afrastering moet stevig zijn, want ze zijn meesters in het ontsnappen. Geiten zijn groepsdieren en moeten daarom samen worden gehouden. Eén geit doet het niet goed. Omdat er een onderlinge rangorde is, moet ieder dier kunnen uitwijken. Daarom is het belangrijk de stalruimte niet te klein te houden. Ongeveer 2m² per dier. De stal moet droog en tochtvrij zijn met een bodembedekking van stro. Een regelmatige klauwverzorging is noodzakelijk om kreupelheid te voorkomen. Klauwverzorging betekent dat men de hoef, klauw, van de geit nakijkt en eventueel overtollig hoef wegsnijdt. De voeding Het menu van geiten bestaat vooral uit gras en andere plantaardige stoffen (ruwvoer). Dit plantaardige voer is voor de mens slecht te verteren. Maar de herkauwer zet in zijn magen het gras en andere voor de mens oneetbare producten om in waardevolle producten als vlees en melk. Ruwvoer is bovendien erg belangrijk voor de werking van de grootste maag van de herkauwer; de pens. Daarnaast worden ze ook bijgevoerd met een aantal andere producten, die of uit de voedingsmiddelenindustrie komen of voor dit doel speciaal worden gekweekt. Aanvullend voer zoals wortels en brood kunnen ook worden gegeven. In de stal kan een zoutliksteen worden gehangen. Verder moet er altijd vers drinkwater aanwezig zijn. De voortplanting Geiten worden "bronstig" in het najaar. Dit is de periode dat de geiten door de bok bevrucht kunnen worden. Daardoor worden de jongen in het voorjaar geboren, wat de meest gunstige periode is voor jonge dieren. De draagtijd is gemiddeld 150 dagen. Meteen na de geboorte van haar jong en soms zelfs al een paar dagen ervoor stroomt de uier van de geit vol en zal ze melk gaan geven. Deze melk zal over het algemeen de eerste 8 weken voor de lammeren zijn, daarna worden deze afgespeend (bij de moeder weggehaald) en worden de moederdieren gemolken. De melk wordt dan gebruikt voor menselijke consumptie. De periode dat het dier melk geeft noemen we de lactatieperiode. De lactatieperiode van een geit kan hooguit 10 maanden zijn. Tenminste 2 maanden voor de verwachte werpdatum moet er gestopt worden met melken. Het dier heeft dan de energie nodig voor de groei van de lammeren. Deze tijd noemen we droogstand. Het is afhankelijk van de conditie van het dier hoe lang er doorgemolken kan worden. De leeftijd Namen van dieren Een geit kan 15 jaar oud worden. mannetje bok vrouwtje geit jong lam Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 44 -

Omgaan met de geit / lopen met de geit Draagtijd 150 dagen Namen jong lam mannetje bok vrouwtje geit Aantal jongen gemiddeld 2 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik Nestvlieder 8-10 weken 1 jaar 70 kg 15 jaar mekkeren gras, hooi, rundveebrokken Geiten worden gehouden om het vlees, de melk en de vacht of huid. - 45 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Het schaap Waar komt het schaap vandaan? Het schaap en de geit zijn waarschijnlijk de oudste landbouwhuisdieren. De botten van deze dieren zijn moeilijk te onderscheiden en worden vaak in één naam genoemd. Ze zijn ± 11.000 jaar geleden gedomesticeerd (tam gemaakt). Voorouders van de hedendaagse schapenrassen zijn de nog bestaande Aziatische wilde schapen ofwel oerrassen: Argali, Urial en Moeflon. De aard van het beestje Rust is de basis voor een goede omgang met schapen. Er moet nooit achter schapen worden aangerend om ze te pakken. Ze kunnen het beste gelokt worden met behulp van wat schapenbrokken. Voor het hanteren pakt men een schaap vast met een hand om de hals en met de andere hand bij de wol in de lies. Blijf naast het dier staan en plaats de hand van de hals naar de kin van het schaap en til de kop een beetje op. Op deze wijze heeft men het schaap in bedwang. Om het schaap te verplaatsen drukt men met de hand bij de staart het dier vooruit en stuurt met de hand op de kin. Het schaap mag niet bij de vacht op de rug worden gepakt. Dit kan leiden tot onderhuidse bloeduitstortingen. De verzorging en huisvesting Een schaap moet de beschikking hebben over een weide met een schuilhut, die aan één kant open is. Schapen kunnen het hele jaar buiten leven. Toch stellen ze een schuilplaats tegen regen, wind en felle zon op prijs. Ook om te voeren is een droge plek van belang. De schuilhut moet droog, tochtvrij en ruim zijn. Er moet een aparte ruimte zijn voor het aflammeren. Een regelmatige klauwverzorging is noodzakelijk om kreupelheid te voorkomen. Klauwverzorging betekent dat de hoef, de klauw, van het schaap wordt nagekeken en eventueel overtollig hoef wordt weggesneden De voeding Het menu van schapen bestaat vooral uit gras en andere plantaardige stoffen (ruwvoer). Dit plantaardige voer is voor de mens slecht te verteren. Maar de herkauwer zet in zijn magen het gras en andere voor de mens oneetbare producten om in waardevolle producten als vlees en melk. Ruwvoer is bovendien erg belangrijk voor de werking van de grootste maag van de herkauwer; de pens. Daarnaast worden ze ook bijgevoerd met krachtvoer die uit de voedingsmiddelenindustrie komt. Om aan de zout- en mineralenbehoefte te voldoen, kan een liksteen worden opgehangen. De voortplanting Mannetjesschapen, rammen, en vrouwtjesschapen, ooien, zijn met ruim een half jaar fokrijp. De meeste schapenrassen zijn bronstig in de vruchtbaarheidsperiode vanaf augustus tot februari. De paring vindt plaats in de wei waar de ram bij de ooien wordt gelaten. Deze ram krijgt dan aan de onderzijde een kleurblok, zodat de boer kan zien welke schapen wel en welke niet zijn gedekt. Dit kleurblok wisselt per maand, zodat tevens kan worden uitgerekend wanneer de eerste en de laatste lammeren zich zullen aandienen. De draagtijd van een schaap is gemiddeld 145 dagen (vijf maanden min vijf dagen). Voor de geboorte van de lammeren wordt een kraamhok ingericht met vers stro, drinkwater en een verwarmingslamp. Die is alleen nodig als het kouder is dan 10 C. Het is niet goed pas geboren lammeren te veel aan te raken. De moeder kan ze hierdoor verstoten. De leeftijd Een schaap wordt ongeveer 12 jaar Namen van dieren mannetje ram vrouwtje ooi jong lam Draagtijd 145 dagen Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 46 -

Omgaan met schapen / lopen met schapen Draagtijd 145 dagen Namen jong lam mannetje ram vrouwtje ooi Aantal jongen gemiddeld 2 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik nestvlieder 8-10 weken 6 maanden 70 kg 12 jaar Blaten Gras, hooi, schapenbrok Schapen worden gehouden voor de wol en het vlees en de melk. - 47 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Het varken Waar komt het varken vandaan? Het varken wordt al lang als landbouwhuisdier gehouden. Opgravingen in het huidige Irak tonen aan dat er al varkens werden gehouden zo n 8500 jaar voor Christus, dus nu ruim 10.000 jaar geleden. Varkens zijn van oorsprong bosdieren en werden ook zo gehouden. Grote kuddes werden in bossen geweid. In de steden werden de varkens als afvalopruimers gehouden. Men neemt nu aan dat de "tamme" varkens afstammen van het Europese wilde zwijn en/of van het Oost-Aziatische varken. De aard van het beestje Een varken houdt van rust en regelmaat. Het dier moet altijd rustig worden benaderd en toegesproken. De stal moet op vaste tijden worden schoongemaakt. Hoewel het niet zo lijkt als het dier buiten in het weiland in de modder loopt is het varken van nature een schoon dier en deponeert het zijn/haar mest altijd op een vaste plek in de stal. Deze plek moet elke dag worden schoongemaakt, terwijl de stal eens in de week moet worden uitgemest. De verzorging en huisvesting Het varken heeft een stal en een goed afgezette verharde buitenuitloop nodig. Het liefst ook nog een plek waar het varken in de modder kan liggen. Deze modder heeft als voordeel dat huidparasieten (kleine diertjes die op de huid gaan zitten), eraf vallen bij het opdrogen van de modder. Op die manier houdt het varken zijn huid in orde. De varkensstal moet droog, tochtvrij, licht en ruim zijn. De vloer moet bedekt zijn met een laag stro, zodat het varken erin kan wroeten. Voor het voeren moet er een aparte bak zijn. De trog of een zware metalen bak. Anders gaat die door de hele stal heen. De voeding Het varken is een alleseter. Het wilde varken wroet in de bosgrond en vindt daar wormen, slakken, kevers, beukennootjes en eikels. Ze eten ook wel eieren, jonge vogels en konijnen als ze die vinden. Varkens moeten niet teveel en te eenzijdig worden gevoerd. Het voeren van (plantaardig en dierlijk) afval is bij wet verboden. De voortplanting Een vrouwtjesvarken heet een "zeug" en een mannetjesvarken "beer". Een zeug is met ongeveer zeven maanden fokrijp. Dat is de leeftijd om mee te gaan fokken. Een beer is met ongeveer 8 maanden fokrijp. Naast de natuurlijke paring, dekking van de zeug door de beer, bestaat er ook kunstmatige inseminatie. De draagtijd van een zeug is ongeveer 115 dagen (3 maanden, 3 weken en 3 dagen). Na de geboorte van de biggen is het belangrijk dat de zeug niet op de biggen kan gaan liggen. Deze worden daarom via een hek, waar de biggen wel onderdoor kunnen en de zeug niet, van elkaar gescheiden. In de biggenstal hangt dan een "warmtelamp" waar de biggen onder kunnen schuilen en zich verwarmen. De biggen blijven 9 weken bij de moeder, dan kunnen ze zichzelf verzorgen en eten. De leeftijd Een varken kan 10 jaar worden. Meestal halen ze deze leeftijd niet, omdat ze voor die tijd al lang geslacht zijn. Vleesvarkens worden maar 8 maanden tot 1 jaar. Zeugen, die gehouden worden om biggen te produceren worden na ± 4 jaar opgeruimd. Draagtijd Namen van dieren 115 dagen mannetje beer vrouwtje zeug jong big Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 48 -

Omgaan met het varken Draagtijd 115 dagen Namen jong big mannetje beer vrouwtje varken Aantal jongen gemiddeld 10-12 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Geslachtsrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik Nestvlieder 9 weken 8 maanden 250 kg 10 jaar knorren Zeugenmeel Varkens worden gehouden om het vlees en de huid (leer en haren). - 49 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

De koe Waar komt de koe vandaan? Alle koeien stammen af van de oeros. De oudste resten van runderen, die van de oeros afstammen, zijn in Griekenland gevonden en zijn ± 6000 jaar oud. De laatste wilde oeros is in 1627 in Polen doodgeschoten. Van oorsprong werd de koe als werkdier gebruikt. Later kwam het nut van vlees, melk en huid daarbij. De aard van het beestje Koeien houden van regelmaat en rust. Het dier moet op vaste tijden twee maal per dag worden gevoerd en de stal moet regelmatig worden schoon gemaakt. Als je een koe wilt vangen moet er niet achteraan worden gerend. Als je de koe pakt moet je rustig naar de zijkant van de koe lopen en een hand op de rug leggen. Deze hand kan langzaam naar voren worden gebracht en dan kan met de andere hand de onderkaak worden vastgepakt. Dan kan de halster worden omgedaan. De verzorging en huisvesting Een koe heeft een stal en wei nodig. Voor de stallen waren er verschillende mogelijkheden, maar tegenwoordig wordt vooral de ligboxenstal veel gebruikt. Dit is een stal waarin de koe kan gaan liggen en eten. Op de stadsboerderij wordt nog de grupstal gebruikt. Hier staat de koe vast aan een halsband en achter de koe loopt een geul voor de mestopvang. De grup. De stal moet altijd droog, tochtvrij, ruim, licht en fris zijn. Ventilatie is erg belangrijk, koeien geven veel warmte af. De voeding Het menu van koeien bestaat vooral uit gras en andere plantaardige stoffen (ruwvoer). Dit plantaardig voer is voor de mens slecht te verteren. De herkauwer zet in zijn magen het gras en andere voor de mens oneetbare producten om in waardevolle producten als vlees en melk. Ruwvoer is bovendien erg belangrijk voor de werking van de grootste maag van de herkauwer; de pens. Daarnaast worden ze ook bijgevoerd met een aantal andere producten, die of uit de voedingsmiddelenindustrie komen of voor dit doel speciaal worden gekweekt. De voortplanting Onze koeien hebben geen bepaalde periode meer waarin ze bronstig worden zoals dat het geval is bij hun wilde soortgenoten. In het wild is de gunstige tijd om een kalf te krijgen in het voorjaar waarin het gras het meest aanwezig is en het voedzaamst is. Een koe heeft een draagtijd van ± 9 maanden (gem. 280 dagen). In het begin van de zomer zou de bronstperiode voor de runderen moeten vallen. Door selectie is deze periode vervallen en worden er het hele jaar door kalveren geboren. De leeftijd Een koe kan wel 15 jaar oud worden. Meestal halen ze die leeftijd niet omdat ze voor die tijd al lang geslacht zijn. Want voor een boer is vooral de melkproductie erg belangrijk en die gaat na zo n zeven jaar verder terug lopen. Namen van dieren mannetje stier vrouwtje koe jong kalf Draagtijd 9-9,5 maanden / 280 dagen Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 50 -

Hanteren van de koe / lopen met de koe Draagtijd 280 dagen Namen jong kalf mannetje stier vrouwtje koe Aantal jongen gemiddeld 1 soms 2 Nestvlieder / nestblijver Speendatum / scheiden van dieren Fokrijp Gewicht bij volwassenheid Leeftijd / levensduur Geluid Wat is het hoofdvoedsel Gebruik Nestvlieder Kan meteen na de geboorte, maar anders na drie maanden 1 ½ jaar 600 kilogram 15 jaar loeien gras, hooi, krachtvoer Koeien worden gehouden om de melk, het vlees en de huid. - 51 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot

Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot - 52 -

Spelregels van het boerderijdierenspel 1 Leg alle gekleurde kaartjes onder elkaar met MENS bovenaan, BIJ onderaan. 2 Leg alle andere kaartjes neer met de namen naar boven. 3 Zoek de kaartjes man vrouw kind op en leg ze achter het kaartje MENS. Doe het zo: MENS MAN VROUW KIND. 4 Zoek uit de kaartjes de dierennamen die je kent. Leg ze achter de goede diersoort. Let op: Van boven naar beneden moeten de dierennamen ook kloppen. Dus steeds eerst de mannetjes, dan de vrouwtjes en dan de kinderen. 5 De kaartjes die je nu nog over hebt kun je omdraaien. Op een aantal kaartjes zie je een teken staan: = mannelijk, = vrouwelijk. De kaartjes zonder teken op de achterkant zijn de jonge dieren. 6 Kun je nu nog wat kaartjes er bij leggen? 7 Heb je nu nog kaartjes over? Probeer ze te vinden in je woordenboek, je biologieboek of in de bibliotheek. 8 Heb je alle kaartjes neergelegd? Controleer dan nog één keer alle rijen. 9 Vraag je leerkracht of alle kaartjes goed liggen. Dit spel is een productie van Het kleine Loo, Tijdschrift over land-en tuinbouw voor het onderwijs. Uitgave: Stichting Public Relations Land en Tuinbouw. - 53 - Huisdieren groep 3 4 Jonge dieren worden groot