Werkblad 1: Marie Anne Tellegen. Mijn naam is Marie Anne Tellegen. Ik ben geboren in het jaar 1893 in Arnhem. Mijn vader was burgemeester van Amsterdam van 1915 tot 1921. In februari 1944 kwam ik in de leiding van het Nationaal Comité van Verzet. Mijn schuilnaam in het verzet was Dokter Max. Ik heb meegeholpen aan het organiseren van de spoorwegstaking van 1944. Op 17 september 1944 kwam via radio Oranje, een radioprogramma van de Nederlandse regering vanuit Londen, het codebericht: De kinderen van Versteeg moeten onder de wol. Dit bericht was een oproep tot een grote staking, 30.000 personeelsleden van de Nederlandse Spoorwegen legden het werk neer. Zij deden dit omdat ze niet meer mee wilden werken aan het vervoeren van Joden naar concentratiekampen en het wegvoeren van Nederlanders die in de Duitse industrie moesten werken. Marie Anne Tellegen overleefde de oorlog. Zij werd na de oorlog benoemd tot directeur van het Kabinet der Koningin (1945-1959).
Werkblad 2: Ben Telders Mijn naam is Ben Telders. Ik ben geboren in het jaar 1903 in Den Haag. Mijn vader was een advocaat. Ik heb zelf ook rechten gestudeerd in Leiden en ben bij mijn vader op kantoor gaan werken. Later werd ik hoogleraar volkenrecht aan de Rijksuniversiteit Leiden en vanaf 1938 ben ik de politiek in gegaan. Toen ik 35 jaar was, werd ik voorzitter van de Liberale Staats Partij de voorloper van de VVD). Ik heb me heel fel verzet tegen het ontslaan van Joodse ambtenaren aan de Leidse universiteit. Ik heb geprobeerd dat het personeel van de universiteit en de studenten mij daarbij gingen helpen. Op 18 december 1940 werd ik gevangen genomen. Eerst in de gevangenis in Scheveningen, daarna in het concentratiekamp Buchenwald, kamp Vught en kamp Sachsenhausen. In februari 1945 kwam ik in het concentratiekamp Bergen-Belsen terecht. Ben Telders overlijdt als hij 42 jaar is, vlak voor de bevrijding. Hij overlijdt aan de gevolgen van de vlektyfus.
Werkblad 3: Wim Eggink Mijn naam is Wim Eggink. Ik ben geboren in het jaar 1920 in Utrecht. Mijn vader was tandtechnicus. Ik was erg geïnteresseerd in de politiek. Ik was lid van de Bond van Jong-Liberalen. In 1940 ging ik studeren aan de universiteit van Utrecht en werd ik voorzitter van de studentenvereniging V.U.G.S. Op een zomerkamp van de Jong-Liberalen spraken we af dat we in het verzet zouden gaan. Ik kreeg de leiding over het studentenverzet van de Universiteit van Utrecht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ik werkte mee aan het illegale blad Ons Volk. Dit was een van de grootste verzetsbladen van Nederland. In 1944 werd ik opgepakt door de Sicherheitsdienst (SD). Ik werd gevangen gezet in Kamp Amersfoort tot augustus 1944. Daarna werd ik overgebracht naar een tuchthuis in Hameln. Wim Eggink overleed in het tuchthuis op 24 april 1945 een maand voordat hij 25 jaar zou worden.
Werkblad 4: Klaas Postma Mijn naam is Klaas Postma. Ik ben geboren in het jaar 1904 in Meppel. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak woonde ik in Utrecht. Ik was bouwkundig opzichter en tekenaar bij de Nederlandse Spoorwegen. De Duitsers wilden mijn kennis graag gebruiken, maar dat zag ik helemaal niet zitten. Ik heb geprobeerd hier steeds onderuit te komen. Ik begon de Duitsers steeds meer te haten, daarom richtte ik in 1941 een verzetsgroep op: de Oranje Vrijbuiters. We wilden vooral Joden, studenten en mannen die niet in Duitsland wilden werken helpen om ergens onder te duiken. We moesten bonkaarten en vervalste persoonsbewijzen voor hen regelen. Het werden steeds meer mensen, die we wilden helpen. We hebben toen in 1943 een knokploeg opgericht. De knokploeg pleegde overvallen op distributiekantoren, daar namen we bonkaarten en blanco persoonsbewijzen mee. In augustus, september en november 1943 werden alle Oranje-Vrijbuiters gevangen genomen en overgebracht naar het Oranjehotel in Scheveningen, dit was een gevangenis. We werden ter dood veroordeeld. Klaas Postma werd op 29 februari 1944 samen met 19 andere leden van de Oranje Vrijbuiters doodgeschoten op de Waalsdorpervlakte. (Zie ook fotoblad: Monument voor de Oranje Vrijbuiters)
Werkblad 5: Truus van Lier Mijn naam is Truus van Lier. Ik ben geboren in het jaar 1921. In 1940 ben ik rechten gaan studeren in Utrecht. Toen brak de tweede wereldoorlog uit en ben ik bij het verzet gegaan. Ik werd lid van de Amsterdamse verzetsgroep CS6. Op 3 februari 1943 heb ik de Utrechtse hoofdcommissaris van politie dhr. G.J. Kerlen in het Willemsplantsoen doodgeschoten. Ik deed dat omdat hoofdcommissaris Kerlen bezig was om een zwarte lijst te maken met de namen van Utrechters die in het oog gehouden zouden moeten worden. Hij deed dit om de Duitsers te helpen met het voorbereiden van een razzia. Een razzia is een jacht op mensen, meestal Joden, die uit hun huizen werden gehaald en weggevoerd. Een paar weken later werd ik gearresteerd. Truus van Lier werd in het concentratiekamp Sachsenhausen doodgeschoten.