WINKELSPEL Doelstellingen de deelnemers worden zich bewust van hun bestedingspatroon de deelnemers leren mogelijkheden kennen om te besparen op hun dagelijkse kosten Duur 50 min. Materiaal druk 1 x de bijlages op de juiste kleur papier af o stelling 1 - geel o vraag 2 - groen o groepssopdracht 3 - blauw druk per groepje volgende werkbladen 4 af o werkblad 1 logo s raden o werkblad 2 raad de prijs o werkblad 4 procenten berekenen 1 o werkblad 5 procenten berekenen 2 per groepje een balpen Werkwijze Je vertelt dat er 3 categorieën zijn in dit spel: categorie 1 stelling gele kaartjes categorie 2 vraag groene kaartjes categorie 3 opdracht blauwe kaartjes Al de kaartjes liggen omgekeerd op tafel (met de tekst naar beneden). Bij een geel of groen kaartje: Een deelnemer leest de vraag voor en geeft als eerste een antwoord op de vraag. Nadien overleggen we in groep en/of vullen we aan. Bij een blauw kaartje: Een deelnemer leest de vraag voor. Dan gaan al de deelnemers per twee zitten en krijgen ze het bijhorende werkblad (zie bijlage 4). De groepjes krijgen eventjes de tijd om dit werkblad op te lossen. Nadien overlopen we de antwoorden in groep. 1 zie bijlage 1 stelling 2 zie bijlage 2 vraag 3 zie bijlage 3 opdracht 4 zie bijlage 4 werkbladen
STELLINGEN - GEEL door kortingsbons te gebruiken, kom je altijd goedkoper uit ik kijk steeds naar de prijs van een product alvorens het in de winkelkar te leggen ik heb al eens ene product gekocht omdat mijn vrienden mij erover vertelden ik heb al eens bewust een product van een bepaald merk gekocht, omdat er reclame voor werd gemaakt ik koop merkproducten omdat deze producten volgens mij van een betere kwaliteit zijn dan andere producten reclame speelt een rol wanneer ik boodschappen doe ik heb de neiging om een product te kopen wanneer het door iemand bekends (vb. een bekende Vlaming) wordt aangeprezen ik ben geneigd om een product sneller te kopen, wanneer er iets extra aan verbonden is (vb. geschenkje, gratis GSM, ) VRAGEN - GROEN als je gaat winkelen gebruik je dan een boodschappenlijst? wat kan jij goed klaarmaken met weinig centjes? hoeveel keer per week kook jij? hoe willen winkels jou meer doen kopen? GROEPSOPDRACHT- BLAUW Logo s raden: ga per twee zitten en vul werkblad 1 in. Raad zoveel mogelijk logo s. LOGO WINKEL / BEDRIJF / 1 McDonalds 2 Mitsubishi 3 Albet Heijn 4 AXA 5 Adidas 6 Badman 7 World Wide Fund for Nature 8 Carrefour (market) 9 Krefel 10 Shell 11 Delhaize
Raad de prijs: de deelnemer raden de prijs van een bepaald product PRODUCT PRIJS Sun protect (zonnecreme) Nivea 14,99 én refresh fles (after-sun) 200 ml 1 krop ijsbersla Markt 0,89 1 vetstof bakken en braden vloeibaar Solo 2,39 1 zak houtkool van 6 kg 365 3,99 1 doosje batterijen 24 stuks type AA Panasonic 8,79 Procenten bereken 1: Je wil een waterkoker kopen. In de Carrefour kost het apparaat 25 euro en ik krijgt 10% korting. In de Colruyt kost hetzelfde apparaat 30 euro, maar ik krijg daar 20% korting. In welke winkel koop ik het voordeligst? Carrefour: 55 5,5 = 49,5 Colruyt: 60 12 = 48 We gaan deze in de Colruyt kopen. Procenten berekenen 2: Verbind de percenten en breuken met elkaar. 75% 50% 20% 25% 1/2 1/5 1/4 3/4
BIJLAGE 1 - STELLING Druk deze stellingen af op een geel papier en knip ze uit. Door kortingsbons te gebruiken, kom je altijd goedkoper uit Ik kijk steeds naar de prijs van een product alvorens het in de winkelkar te leggen Ik heb al eens ene product gekocht omdat mijn vrienden mij erover vertelden Ik heb al eens bewust een product van een bepaald merk gekocht, omdat er reclame voor werd gemaakt Ik koop merkproducten omdat deze producten volgens mij van een betere kwaliteit zijn dan andere producten Reclame speelt een rol wanneer ik boodschappen doe Ik heb de neiging om een product te kopen wanneer het door iemand bekends (vb. een bekende Vlaming) wordt aangeprezen Ik ben geneigd om een product sneller te kopen, wanneer er iets extra aan verbonden is (vb. geschenkje, gratis GSM, )
BIJLAGE 2 - VRAAG Druk deze opdrachten af op een groen papier en knip ze uit. Als je gaat winkelen gebruik je dan een boodschappenlijst? Wat kan jij goed klaarmaken met weinig centjes? Hoeveel keer per week kook jij? Hoe willen winkels jou meer doen kopen?
BIJLAGE 3 - OPDRACHT Druk deze opdrachten af op een blauw papier en knip ze uit. Logo s raden Ga per twee zitten en vul werkblad 1 in: raad zoveel mogelijk winkellogo s. De juist prijs Ga per twee zitten en vul werkblad 2 in: raad de prijs van een product. Procenten bereken 1 Ga per twee zitten en vul werkblad 3 in: bereken onderstaande korting. Procenten berekenen 2 Ga per twee zitten en vul werkblad 4 in: verbind de percenten en breuken met elkaar.
BIJLAGE 4 - WERKBLADEN WERKBLAD 1 LOGO s RADEN Raad zo veel mogelijk logo s LOGO WINKEL / BEDRIJF / 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
BIJLAGE 4 WERKBLADEN WERKBLAD 2 RAAD DE PRIJS PRODUCT Sun protect (zonnecreme) én refresh fles (after-sun) Nivea 200 ml 1 krop ijsbersla Markt 1 vetstof bakken en braden vloeibaar Solo 1 zak houtkool van 6 kg 365 1 doosje batterijen 24 stuks type AA Panasonic PRIJS
BIJLAGE 4 WERKBLADEN WERKBLAD 3 PROCENTEN BEREKENEN 1 Je wil een waterkoker kopen. In de Carrefour kost het apparaat 55 euro en ik krijgt 10% korting. In de Colruyt kost hetzelfde apparaat 60 euro, maar ik krijg daar 20% korting. In welke winkel koop ik het voordeligst? WERKBLAD 4 PROCENTEN BEREKENEN 2 Verbind de percenten en breuken met elkaar. 75 % 50% 20% 25% 1/2 1/5 1/4 3/4