DG CONTROLEBELEID Directie Plantenbescherming en Veiligheid van de Plantaardige Productie NIEUWE PROCEDURE VOOR FYTOSANITAIRE INVOERCONTROLE Sinds 1 januari 2005 is de wetgeving over de fytosanitaire invoercontroles gewijzigd. Het principe is dat de fytosanitaire invoercontrole van planten en plantaardige producten, vermeld in bijlage V, deel B van het KB van 3 mei 1994 steeds op de plaats van binnenkomst, zijnde de grensinspectieposten, moet uitgevoerd worden. Enkel bij wijze van uitzondering wordt de fytosanitaire invoercontrole op bestemming toegestaan. Ten einde de beide mogelijkheden ten gronde toe te lichten, wordt hieronder zowel de standaardprocedure (controle in de grensinspectiepost) als de afwijkende procedure (controle op bestemming) toegelicht. Ook een aantal aspecten van de standaardprocedure wijzigen waaronder het gebruik van een fytosanitair vervoersdocument i.p.v. een fytosanitair invoercertificaat. STANDAARDPROCEDURE: identiteits- en fysische controle op de plaats van binnenkomst 1) Producten die in bijlage V, deel B van het KB van 3 mei 1994 opgenomen zijn en die uit derde landen ingevoerd worden, moeten in de grensinspectiepost van de lidstaat van binnenkomst aangeboden worden ter uitvoering van de documentaire en de fysische controle (zijnde identiteits- en fytosanitaire controle). 2) De gegevens van de zending moeten door de invoerder of zijn gemachtigde aan de PCE van de plaats van binnenkomst, overgemaakt worden door middel van het fytosanitair vervoersdocument, het origineel fytosanitair certificaat of fytosanitair certificaat van wederuitvoer en eventuele andere vereiste documenten. a. Fytosanitair vervoersdocument: i. dit document vervangt het vroegere fytosanitair invoercertificaat, dit in het kader van een harmonisering van de invoercontroles in de verschillende lidstaten ii. dit document wordt in 5-voud opgesteld 1. groen exemplaar voor douane 2. geel exemplaar dat de goederen vergezelt 3. blauw exemplaar voor de invoerder 4. wit exemplaar voor het FAVV (PCE) 5. roze exemplaar voor de agent iii. een voorraad van deze documenten kan bekomen worden in iedere PCE C:\Documents and Settings\patjos\Desktop\Afsca\16\BSalgemeen_aangepast-nl.doc 1
iv. de rubrieken 3, 4, 5.1 en 6A moeten door de invoerder of zijn gemachtigde in machineschrift of in handgeschreven drukletters ingevuld worden voordat het document aan de PCE wordt overgemaakt. In rubriek 6A wordt als goedgekeurde plaats van inspectie de naam van de grensinspectiepost vermeld. b. Origineel fytosanitair certificaat of fytosanitair certificaat van wederuitvoer i. Sinds 01/01/2005 mag géén controle meer uitgevoerd worden op basis van een kopie van het fytosanitair certificaat. Dit was vroeger wel mogelijk voor de uitvoering van de documentaire controle van goederen die in transit door België reisden, met een andere lidstaat als bestemming, alwaar de fysische controle vervolgens gebeurde. ii. Voor goederen die in de Gemeenschap in het vrije verkeer gebracht worden, moet de volledige controle in België plaatsvinden als de eerste plaats van binnenkomst in de Gemeenschap in België gelegen is. De documentencontrole wordt uitgevoerd op basis van het origineel fytosanitair certificaat. Het uitvoeren van de fysische controle in een andere lidstaat is enkel mogelijk indien de invoerder of zijn gemachtigde het aanvraagt én indien er een overeenkomst bestaat tussen België en die lidstaat (Zie verder afwijkende procedure). iii. Voor goederen die het grondgebied van de Gemeenschap niet worden binnengebracht en dus rechtstreeks vanuit een derde land naar een derde land uitgevoerd worden via een Belgische haven wordt de documentaire controle toegestaan op basis van een kopie van het fytosanitair certificaat. 3) Na het uitvoeren van controles wordt het fytosanitair vervoersdocument door de agent vervolledigd. 4) Het resultaat van de controles wordt ingevuld in rubriek 10 (besluit) van het vervoersdocument. Enkel indien vrijgave aangeduid wordt, kan de zending en het begeleidend vervoersdocument aan de douane voorgelegd worden ter inklaring. Eerder kan de verantwoordelijke niet over de zending beschikken. Indien officiële maatregel aangeduid is, wordt de aangekruiste maatregel opgelegd. 5) Het fytosanitair vervoersdocument moet de zending vergezellen tot het in het vrije verkeer stellen van de zending. Indien de producten naar een bestemming buiten de Gemeenschap verzonden wordt, blijft het fytosanitair vervoersdocument bij de zending aanwezig tot de wederuitvoer heeft plaatsgevonden. AFWIJKENDE PROCEDURE: fysische controle op een erkende inspectieplaats (plaats van bestemming) Inleiding De invoerder beschikt ook over de mogelijkheid om de fysische controles, zijnde de identiteits- en de fytosanitaire controle, te laten uitvoeren op een andere plaats dan de plaats van binnenkomst als dit een erkende inspectieplaats is. De documentencontrole wordt steeds op de eerste plaats van binnenkomst uitgevoerd. C:\Documents and Settings\patjos\Desktop\Afsca\16\BSalgemeen_aangepast-nl.doc 2
Wanneer de erkende inspectieplaats in een andere lidstaat gelegen is, kan de procedure enkel toegestaan worden indien de officiële diensten van de betrokken lidstaten een overeenkomst hebben gesloten. Erkende inspectieplaats Een erkende inspectieplaats moet aan volgende voorwaarden voldoen: - de ruimtes moet geschikt zijn voor het uitvoeren van fytosanitaire controles: o aanwezigheid van adequate belichting, o aanwezigheid van inspectietafels, o aanwezigheid van ontsmettingsmiddel, - er moet een afgescheiden quarantaineruimte voorhanden zijn, - indien de inspectieplaats eveneens een productieplaats is, moet er een volledige en permanente scheiding voorhanden zijn tussen de inspectieruimtes en de productieruimtes, - de inspectieplaats moet onder douanetoezicht staan. De lijst van erkende inspectieplaatsen in België, en van die in andere lidstaten waar België een overeenkomst mee gesloten heeft, wordt op de website van het Agentschap (www.favvafsca.fgov.be) geplaatst (Beroepssectoren/Plantaardige producten/fytosanitaire aspecten/invoercontroles) zodra die beschikbaar is. Voorwaarden Volgende voorwaarden moeten vervuld zijn vooraleer de invoerder of zijn gemachtigde een toestemming kan bekomen voor het uitvoeren van de fysische controles op een erkende inspectieplaats : 1) Geregistreerd zijn volgens artikel 13 van het KB van 3 mei 1994. 2) De bevoegde PCE (*) minimum 24 uur op voorhand in kennis stellen van de invoer van controleplichtige producten. 3) De kennisgeving bevat volgende gegevens : a. De naam, het adres en het erkenningsnummer van de erkende inspectieplaats b. De datum en het tijdstip van vermoedelijke aankomst c. Het specifieke volgnummer van het fytosanitair vervoersdocument, indien reeds gekend op het ogenblik van de vooraanmelding d. De naam, het adres en het registratienummer van de invoerder (of zijn gemachtigde) van de zending e. Het referentienummer van het fytosanitair certificaat en/of het fytosanitair certificaat van wederuitvoer of enig ander relevant document 4) Volgende garanties en documenten moeten voldaan worden inzake vervoer en opslag : a. Garanties inzake vervoer i. De verpakking of het vervoermiddel moet gesloten of verzegeld zijn zodat de identiteit van de producten ongewijzigd blijft en er geen besmetting met schadelijke organismen kan plaatsvinden. (*) De coördinaten van de PCE s waarop de kennisgeving kan gebeuren worden op de website van het Agentschap, rubriek : Contact/Organogrammen/ Bestuur Controle: Provinciale Controle-eenheden. C:\Documents and Settings\patjos\Desktop\Afsca\16\BSalgemeen_aangepast-nl.doc 3
Afwijkingen kunnen, mits grondige motivatie toegestaan worden door de PCE. ii. Wijziging van de opgegeven inspectieplaats is niet toegestaan zonder goedkeuring van de PCE van de plaats van binnenkomst en de bevoegde officiële instanties van de gewenste plaats van bestemming én van de douaneautoriteiten van de plaats van bestemming. b. Garanties inzake opslag i. Indien de erkende inspectieplaats een productieplaats is, moet de zending op zo n wijze opgeslagen worden dat ze afgescheiden is van: 1. communautaire goederen 2. zendingen die (mogelijks) door schadelijke organismen zijn aangetast 3. de productieplaats ii. De zending moet afzonderlijk opgeslagen worden of van merktekens voorzien worden zodat ze op elk ogenblik vóór het uitvoeren van de fysische controles identificeerbaar en traceerbaar is. c. Documenten De zending moet vergezeld gaan van: 1. het officieel fytosanitair certificaat of fytosanitair certificaat van wederuitvoer 2. het fytosanitair vervoersdocument waarvan de rubrieken 3, 4, 5.1 en 6A ingevuld werden en dit onder toezicht van het FAVV op de plaats van binnenkomst; in rubriek 6A moet de naam, het adres en het erkenningsnummer van de erkende inspectieplaats vermeld worden 3. indien van toepassing, alternatieve documenten of merktekens Na aankomst in de erkende inspectieplaats wordt de standaardprocedure vanaf stap 3 uitgevoerd. Procedure voor de erkenning van een inspectieplaats De aanvraag voor de erkenning van een inspectieplaats wordt schriftelijk ingediend bij de bevoegde PCE (*) en omvat een technisch dossier met de nodige informatie om te beoordelen of de voorgestelde inspectieplaats geschikt is. Dit dossier bevat : - de naam en de adresgegevens van de aanvrager ; - de adresgegevens van de voorgestelde inspectieplaats ; - informatie over de aard en de hoeveelheid producten die vermoedelijk zullen ingevoerd worden ; - de aanwezige inspectievoorzieningen - een plan en een beschrijving van de ruimtes waarop de aanvraag betrekking heeft ; (*) Zie beschikbare lijst op de website van het Agentschap, rubriek : Contact/Organogrammen/ Bestuur Controle: Provinciale Controle-eenheden. C:\Documents and Settings\patjos\Desktop\Afsca\16\BSalgemeen_aangepast-nl.doc 4
- de wijze waarop de afscheiding met andere "besmette" zendingen of productieruimtes wordt gegarandeerd ; - bewijs dat aan de betrokken douanevoorschriften is voldaan en, indien van toepassing, aan de aanvrager de status van toegelaten geadresseerde is verleend. Indien de voorgestelde inspectieplaats geschikt wordt bevonden, ontvangt de aanvrager van het Agentschap binnen redelijke termijn schriftelijk het erkenningsnummer voor de betrokken inspectieplaats. Indien de voorgestelde inspectieplaats niet geschikt wordt bevonden, ontvangt de aanvrager van het Agentschap binnen redelijke termijn schriftelijk de reden van de weigering. Ir. Gilbert Houins Directeur-generaal C:\Documents and Settings\patjos\Desktop\Afsca\16\BSalgemeen_aangepast-nl.doc 5