Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2, paragraaf 4 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Kiezen en Delen 5 paragrafen

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 (Politieke Besluitvorming)

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 Politieke Besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Kiezen en Delen

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2

Samenvatting door een scholier 3431 woorden 22 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Aantekening Geschiedenis Hoofdstuk 6: Staatsinrichting

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming

5,9. Samenvatting door een scholier 1608 woorden 12 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

6,7. Samenvatting door een scholier 1795 woorden 16 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek

6,8. Samenvatting door een scholier 2639 woorden 16 januari keer beoordeeld

7,4. Samenvatting door een scholier 2092 woorden 2 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Toets politieke besluitvorming H2

Samenvatting Maatschappijleer Politiek H3 H4 H5 H6

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld.

1. Politiek, staat en dictatuur

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Massamedia tot en met 8.2

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

7,1. Samenvatting door een scholier 1863 woorden 25 november keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer H4 t/m H6

Samenvatting door een scholier 2432 woorden 18 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke besluitvorming.

6,6. Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer POLITIEK

Samenvatting Maatschappijleer Kiezen en delen

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

2 keer beoordeeld 20 februari 2016

Maatschappijleer par. 1!

Samenvatting door R woorden 23 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer PAR.1

Samenvatting door M woorden 15 januari keer beoordeeld. Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk 1. Algemeen belang:

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

7, Het parlement is baas boven baas. Samenvatting door een scholier 1995 woorden 13 januari keer beoordeeld.

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer Thema 3 Hoofdstuk 1-6 en 8

Paragraaf 1: Democratie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Hoofdstuk 1 t/m 3

7,5. Paragraaf 1. Samenvatting door een scholier 2232 woorden 17 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming H1

7, wat is politiek. Samenvatting door een scholier 2134 woorden 24 november keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 7

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting door M woorden 15 november keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen. H3: De vertegenwoordigende lichamen en Trias Politica

6,9. Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke Besluitvorming

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO

Samenvatting Maatschappijleer H3: Hoe worden in de Nederlandse parlementaire democratie besluiten genomen?

Samenvatting Maatschappijleer politiek module 1

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting door E woorden 5 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer: parlementaire democratie.

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Paragraaf 1: Democratie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3: Politiek

Bestuurslagen in Nederland rijksoverheid provinciale overheid gemeentelijke overheid

-De meeste onderwerpen zijn van algemeen belang dat iedereen er direct mee te maken heeft, bijv. de kwaliteit van drinkwater.

6,6. Samenvatting door een scholier 2067 woorden 5 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

7,9. Samenvatting door een scholier 2095 woorden 10 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer

6,5. Samenvatting door een scholier 3346 woorden 16 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2, Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politieke beluistvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting door een scholier 2262 woorden 7 april keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire Democratie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 politiek

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9

Democratie = Een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

6,1. Politiek: het omzetten van verlangens, eisen en wensen vanuit de samenleving in bindende besluiten. Een

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie (H2)

Hoofdstuk 1: Wat is politiek?

Paragraaf 1: Wat is politiek?

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6 Politieke besluitvorming

Samenvatting Geschiedenis Staatsinrichting H3+4

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie - par 1t/m 6

Cursus Politiek Actief Bijeenkomst 1: Introductie, algemene staatsinrichting en verkiezingen

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming

Samenvatting Politieke Besluitvorming

Maatschappijleer Parlementaire democratie. 1 wat is politiek

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO

Bij een maatschappelijk probleem zijn altijd meerdere personen betrokken. Bij een maatschappelijk probleem gaat het dus altijd om een probleem:

NL: Parlementaire democratie met constitutionele vorst.

Parlementaire democratie!

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par 2 T/M 5

Samenvatting Maatschappijleer Parlemenataire democratie Hoofdstuk 2

Samenvatting door een scholier 2452 woorden 13 december keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. Inhoud.

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 4, 5 en 6

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Paragraaf 1 t/m 5

Verklarende woordenlijst

MEERKEUZEVRAGEN 1. KEUZES MAKEN

Transcriptie:

Samenvatting door een scholier 2115 woorden 21 mei 2008 8 36 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Volkssoevereiniteit - Politieke macht is afgeleid van volk en wordt door hun uitgeoefend Democratie - Het volk heerst; politiek stelsel dat het mogelijk maakt om op basis van meerderheidsbesluiten conflicten vreedzaam en ordelijk op te lossen Conflict - Probleem over een vraagstuk, vanwege verschillende belangen Belangen - Verschillende groepen hebben bepaalde waarden en normen Waarden - Opvattingen over wat in het leven belangrijk is Normen - Geven aan hoe men zich in een situatie (niet) zou moeten gedragen Directe democratie - De belangrijkste beslissingen worden door de kiezers genomen Indirecte democratie - Beslissingen worden genomen door gekozen vertegenwoordigers Parlementair stelsel - De bevolking kiest het parlement rechtstreeks Presidentieel stelsel - De bevolking kiest het parlement én een president rechtstreeks Politiek - Situaties waarbij de overheid betrokken is / zou moeten zijn Totalitaire dictatuur - Het privé-leven wordt bespioneerd, en verklikken loont Algemeen belang - Welvaart, veiligheid, onderwijs, gezondheidszorg Ideologie - Het geheel van ideeën over de mens, menselijke relaties en de inrichting van de samenleving Politieke stroming - Een grote groep mensen die een ideologie aanhangt Rechtsbescherming - Het gedrag van burgers én overheid is beperkt door wetten Actief kiesrecht - Iedereen boven de 18 mag zijn stem uitbrengen Passief kiesrecht - Iedereen boven de 18 mag gekozen worden Lijsttrekker - Nummer 1 op de lijst van kiezers van een politieke partij Zwevende kiezers - Mensen die niet steeds op zelfde partij stemmen en t nu ook niet weten Kiesdrempel - Partij moet minimumpercentage halen om zetels te mogen delen Kiesdeler - De hoeveelheid stemmen die je nodig hebt voor één zetel Constitutionele monarchie - Er is een koning, maar ook n democratisch parlementair stelsel Het geheim van Noordeinde - De adviezen van de koningin blijven onder de ministers Troonrede - Regeerakkoord, wordt door de koningin uiteengezet Regering - Alle ministers en het staatshoofd (de koningin) Parlement - De Eerste en de Tweede Kamer = Staten-Generaal Eerste Kamer - 75 leden, toetst wetsvoorstellen, heeft vragenrecht, leden gekozen door leden van de provinciale staten, deeltijdfunctie i.t.t. Tweede Kamer Ministerraad - Alle ministers en de premier https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 1 van 6

Kabinet - Alle ministers en de staatssecretarissen Miljoenennota - Begroting: voornemens over de financiën worden gepresenteerd door de minister van Financiën, en zijn gebaseerd op veronderstellingen Informateur - Persoon die uitzoekt welke partijen gezamenlijk beleid kunnen voeren Formateur - Iemand die het kabinet daadwerkelijk gaat vormen wordt de leider (premier) van het nieuwe kabinet Regeerakkoord - De hoofdlijnen van het beleid dat de coalitie wil gaan voeren Coalitie - Verbond tussen politieke partijen, om samen de meerderheid te halen Oppositiepartijen - De niet-regeringspartijen, zij hebben een minderheid in de Kamer Fractie - De leden van een partij in de 2e Kamer, geleid door fractievoorzitters Fractiespecialisten - Andere leden in de partij, die over specialistische zaken gaan Raad van State - Adviescollege van de regering, geeft adviezen aan de 1e en 2e Kamer Kabinetscrisis - Hele kabinet moet aftreden, gevolg van een motie van wantrouwen tegen het gehele kabinet, tijdelijk demissionair, dan verkiezingen Dualisme - Regering en parlement zijn duidelijk gescheiden Monisme - De regeringsfracties zijn een verlengstuk van de regering Europese Unie - Nieuwe naam van de EGKS, voor een 3e machtsblok: Europa EGKS - Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, tegen oorlog Intergouvernementele Organisaties - Samenwerking tussen landen, maar ze blijven soeverein Supranationale Organisaties - Samenwerkingsverband van landen, mét soevereiniteits-verlies Vetorecht - Recht dat een staat heeft om een iets te verbieden / niet toe te laten Raad v Ministers - Uit ieder EU-lidstaat neemt één minister deel. Bijv Landbouwraad Europese Commissie - De EU-uitvoerende macht, ook één lid per staat (geleverd door regering), maakt arbeidsplannen en wetten, bijv verantw. voor milieu Europees Parlement - Kan wetten wijzigen, moet instemmen voor nieuwe leden, 786 leden Subsidiariteitsbeginsel - Hoger orgaan regelt slechts zaken als lager orgaan dat niet kan Europese richtlijnen - Landen moeten hun nationale wetgeving aanpassen aan EU-afspraken Euro. verordeningen - Gelden direct voor alle EU-burgers, zonder enige tussenkomst Euro. Hof v Justitie - Als land zich niet aan Euro. regelgeving houdt, kan burger hier melden Massamedia Media - zoals kranten, radio, televisie, internet. Brengen info over Wet openbaarheid v bestuur - Burgers kunnen toegang krijgen tot beleidsplannen en rapporten Verzuiling - Verdeling van de samenleving in gescheiden groepen, bijv protestanten Ontzuiling - Einde van de verzuiling. Gevolg: objectievere kijk op de wereld Pluriformiteit - Veelvormigheid: meerdere meningen / groepen leven naast elkaar Infotainment - Een mix van informatie en amusement bij sommige massamedia Referentiekader - Het geheel v opvattingen, kennis, etc. op grond waarvan wij waarnemen Sociale ongelijkheid - Ongelijke verdeling van inkomen, bezit, hulpmiddelen, kansen Politieke agenda - Lijst van onderwerpen waar de politiek binnenkort over zal besluiten Bureaucratie - Een organisatie, getypeerd door officiële voorschriften en structuur Ambtenaar - Iemand die bij de overheid in dienst is. Ook wel de vierde macht Vijfde macht - Pressiegroepen, bijv de FNV en de ANWB. Demonstreren vaak ook. Lobbyen - Het via persoonlijk contact proberen steun te krijgen bij politici voor je standpunten en https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 2 van 6

belangen Corruptie - Illegale middelen om politiek te beïnvloeden, bijv ambtenaren omkopen Planbureau - Instellingen die de gevolgen van beleidsvoornemens voorspellen Adviesorganen - Belangengroepen die meepraten over het beleid van de regering Consensus - Overeenstemming, kenmerkend voor de Nederlandse politieke cultuur Politieke cultuur - De manier waarop mensen met elkaar omgaan in de politiek Polderen - Het zoeken en streven naar compromissen (= consensus) Politieke participatie - Interesseren en overhalen deel te nemen van burgers voor de politiek Individualisering - Het richten op eigenbelang, zonder belangstelling voor de publieke zaak Representatie - De manier waarop parlementariërs hun kiezers vertegenwoordigen Referendum - Volksstemming, bijv over een aan te nemen wet Correctief referendum - Na handtekeningenactie tegen een wet, een referendum aanvragen. Als de meerderheid tegen stemt, wordt de wet afgewezen IJzeren Ring - Bestaat uit regeerakkoord, ambtenaren, belangengroepen adviesorganen Legitimiteit - De mate waarin mensen het gezag als rechtmatig ervaren Autonomie - Provincies en gemeenten kunnen alles zelf regelen Medebewind - Lagere overheden voeren opdrachten uit van hogere overheden Verordeningen - Regels voor de gemeente of belasting, gemaakt door bestuur daarvan Gedeputeerde Staten - Vormen samen met de commissaris van de Koningin het dagelijks bestuur van de provincie: over Ruimtelijk ordening, verkeer, milieu Afspiegelingscollege - Alle grote partijen van de provinciale Staten nemen deel aan de GS Meerderheidscollege - De GS steunt op meerderheidsbesluiten van de Provinciale Staten Burg. en Wethouders - Het college van B en W is het dagelijks bestuur van de gemeente Televisiedemocratie - Personen worden soms belangrijker dan hun standpunten door media Rechtsstaat: - Alle burgers hebben gelijke rechten - Legaliteitsbeginsel = misdrijven zijn alleen strafbaar, als zij al in het wetboek stonden - Rechtsbescherming = Burgers en overheid houden zich aan de wet - Machtenscheiding (trias politica) = wetgevende, uitvoerende, rechtsprekende - Klassieke grondrechten worden gewaarborgd Democratie: - Alle volwassen inwoners kunnen d.m.v algemeen kiesrecht invloed uitoefenen op besluiten - Een aantal grondrechten is gewaarborgd, om in vrijheid invloed te kunnen uitoefenen - Er is sprake van een rechtstaat - Inwoners zijn burgers, met plichten en rechten - Meerderheidsbesluit is slechts democratisch als sprake is van vrijheid: eigen levensinrichting - en gelijkheid: geen discriminatie - Conflicten worden erkent en gereguleerd - Garanties tegen machtsmisbruik Parlementaire democratie: - Algemeen kiesrecht, stemmen zijn geheim https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 3 van 6

- Regelmatige parlementsverkiezingen, bijv. elke 4 jaar - Vrijheid van meningsuiting - Vrijheid van vereniging en vergadering - Machtenscheiding De kans dat het met een democratie goed gaat, is groot als: - Er gunstige sociaal-economische ontwikkeling is - Er een zekere mate van sociaal-economische gelijkheid bestaat - Er een democratische politieke cultuur is, en er dingen getolereerd (verdragen) worden - Burgers zich hebben verenigd in organisaties (kerken, vakbonden, milieuactiegroepen) - Militairen geen invloed hebben op de politiek - De staat goed functioneert, goede diensten verleent, niet de belangen v één groep behartigt - Er geen hevige conflicten zijn tussen etnische groepen / godsdiensten - Burgers hebben respect voor de grondrechten - Er hoge participatie is bij verkiezingen, in organisaties, en bij activiteiten - De ervaring dat politiek & democratie ertoe doen, en t welzijn van de bevolking bevorderen Dictatuur: - Er is geen rechtsstaat - Er heerst vaak angst - Verschillen in belangen en opvattingen worden onderdrukt - Mensen met afwijkende opvattingen zijn vijanden van het volk - Inwoners hebben weinig / geen invloed op de besluitvorming - weinig rechten, veel plichten, en zijn onderdaden - Macht is in handen van één persoon / familie / kleine groep mensen / partij / militairen - De media zijn in handen van de staat en moeten alles voorleggen aan de censuur Politieke partij: Georganiseerde groep mensen die - Ideeën heeft over alle belangrijke beleidsterreinen. De ideeën samen vormen programma - Kandidaten stelt bij verkiezingen. Hoe meer gekozen worden, hoe meer kans om programma uit te voeren Verkiezingen: Elke 4 jaar, voor - De Tweede Kamer - De Provinciale Staten - De gemeenteraad - Deelgemeenteraden - Iedere 5 jaar voor het Europees Parlement - Eerste Kamer wordt indirect gekozen door de leden van de Provinciale Staten Kiesstelsels: 1. Districtenstelsel = meerderheidsstelsel: - Nauwe relatie kiezer en gekozene. - The winner takes it all snelle regeringsvorming - Kleine partijen hebben minder kans - Bij een enkelvoudig stelsel wint de grootste partij, bij een meervoudig stelsel wordt opnieuw een stemronde tussen de 2 grootsten gehouden: de meerderheidspartij wint alles. https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 4 van 6

2. Stelsel van evenredige vertegenwoordiging: - Grotere afstand kiezer en gekozene. - Eerlijke zetelverdeling trage regeringsvorming - Ook kleine partijen kunnen burgers vertegenwoordigen - Een zetel = 1 / 150 * 100 % = 0,67 % Democratisch socialisme Christen-democratie Liberalisme Communisme (mislukt altijd) Fascisme Populisme Positie (meestal) Links Midden Rechts Links Rechts ~~ Overheidsbemoeienis Veel Soms Weinig Geen ~~ Geen Kenmerkende Partij PvdA (& SP) CDA VVD Geen Geen LPF (& Wilders) Centrale waarde Gelijkheid Broederschap SolidariteitNaastenliefde Vrijheid (persoonlijk & economisch) Gelijkheid Geen (ongelijkheid) Volks-soevereiniteit Gedrag Progressief Verschillend Conservatief Progressief ~~ ~~ Rol overheid Sturend Aanvullend Terughoudend Geen overheid Sturend Niks Belangrijkste grondrechten Sociale ~~ Klassieke Sociale Geen ~~ Oorspronkelijke rechtsstaat Verzorgings-staat Verzorgings-staat Nachtwakers-staat ~~ Geen rechtsstaat ~~ Belangrijkste taken koningin: - Het plaatsen van haar handtekening onder alle wetten - Het voorlezen van de Troonrede op Prinsjesdag - Het benoemen van ministers en (in)formateurs - Het voeren van regelmatig overleg met de premier over het kabinetsbeleid - Ceremoniële functie van Nederland Lintjes doorknippen, staatshoofdbezoek De Tweede Kamer: 1. Taken: - Medewetgever - Controleert de regering 2. Rechten: - Initiatiefrecht = Kamerleden kunnen een wetsvoorstel indienen - Stemrecht = wetsvoorstellen van de regering verwerpen of aannemen - Amendementenrecht= wijzigen - Budgetrecht = begrotingsvoorstellen aannemen, verwerpen, wijzigen - Vragenrecht = regering moet binnen 3 weken antwoorden op kamervragen - Interpellatierecht = Een spoeddebat over een belangrijk onderwerp, minister legt uit - Motie recht = Kamer kan schriftelijke uitspraak doen over het beleid van een minister waarover de Kamer moet gaan stemmen - Enquête recht = Kamer mag zelfstandig onderzoek instellen als ze niet genoeg informatie krijgt De weg van wetsontwerp tot wet: - De regering maakt een ontwerp, in de praktijk doen ambtenaren dat, ze moeten verplicht advies vragen aan de Raad van State, dit ontwerp kan nog worden gewijzigd. - Regering stuurt het naar de Tweede Kamer, en de fractiespecialisten bekijken en wijzigen het, dan stemt de Tweede Kamer over de wijzigingsvoorstellen, dan over de gehele wet. https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 5 van 6

- Als de meerderheid vóór stemt, gaat het voorstel naar de Eerste Kamer: zij stemmen ook. - De betreffende minister en de koningin ondertekenen het voorstel. Áls één van hun weigert te tekenen, moet hij / zij aftreden. EU: - Streeft naar vrij verkeer van goederen, diensten, kapitaal, mensen - Streeft naar het afbreken van barrières tussen landen - Komen jaarlijks met zo n 200 wetsvoorstellen - Regelt alleen zaken die grensoverschrijdend zijn - Bemoeit zich veel met het landbouwbeleid, want ze geven subsidies aan boeren - Houdt concurrentie goed in de gaten, om vrij verkeer te garanderen - Heeft nauw samenwerkingsverband tussen landen, betreffende migratie Massamedia: 1. Kenmerken: - De informatie die ze overbrengen is voor een groot en anoniem publiek - De informatie is openbaar en voor iedereen toegankelijk - De relatie tussen zender en ontvanger is onpersoonlijk - De communicatie verloopt meestal eenzijdig - De ontvanger kan meestal slechts indirect en achteraf reageren 2. Functies: - Informatiefunctie = ze verschaffen info over belangrijkste problemen - Platform- of spreekbuisfunctie = ze bieden mensen / organisaties mogelijkheid standpunten kenbaar te maken - Controlefunctie = ze volgen de regering / parlement en hun beloften kritisch - Commentaarfunctie = journalisten leveren commentaar op politici en hun plannen - Onderzoeksfunctie = soms zoeken ze zaken tot op de bodem uit, bijv bij Nova Theorieën over invloed van de media: - Injectienaaldtheorie = de mensen worden volgespoten van meningen en informatie - Agendatheorie = media kiezen belangrijke onderwerpen, dit wordt een leuk punt op de politieke- en de gespreksagenda - Selectieve perceptietheorie = Mensen willen alleen die informatie krijgen die ze interesseert of die ze al wisten - Two-step-flowtheorie = Mensen gaan vooral af op wat de voor hen belangrijkste mensen vinden van de informatie uit de media Pressiegroepen: - Belangengroepen = voor belangen van een bepaalde groep uit de samenleving. Bijv de Consumentenbond en de vakbonden. - Actiegroepen = zetten zich voor korte tijd in voor één duidelijke kwestie. Bijv tegen een snelweg door de veluwe o.i.d. - Actieorganisaties = zetten zich voor langere tijd in voor één duidelijke kwestie. Bijv Amensty International of Greenpeace. Er worden protesten georganiseerd en plannen om aan te geven hoe het wél moet, waardoor ze meer invloed krijgen op de politieke besluitvorming. https://www.scholieren.com/verslag/29455 Pagina 6 van 6