MEERKEUZEVRAGEN 1. KEUZES MAKEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MEERKEUZEVRAGEN 1. KEUZES MAKEN"

Transcriptie

1 MEERKEUZEVRAGEN 1. KEUZES MAKEN 1. Iemand die in de Tweede Kamer zit is een politicus, omdat hij: A. lid is van een politieke partij. B. beslissingen en keuzes moet maken voor het hele land. C. in dienst is van de overheid. D. ambtenaar is. 2. De overheid bestuurt het Rijk, de provincies en: A. de ministers. B. de Eerste en Tweede Kamer. C. de gemeenten. D. het land. 3. Wat hoort het meest bij het begrip politiek? A. Algemeen belang. B. Normen en waarden. C. Veiligheid, gezondheidszorg en onderwijs. D. Financiële en economische problemen. 4. I. Ambtenaren zijn in dienst van de overheid. II. Burgers betalen belasting, bedrijven niet. 5. I. Politici en ambtenaren noem je samen de overheid. II. Politici nemen besluiten over maatschappelijke kwesties. 6. Hoeveel geld geeft de overheid per jaar uit? A. Ruim 1 miljard euro. B. Ruim 8 miljard euro. C. Ruim 100 miljard euro. D. Ruim miljard euro. 7. Wat kan de overheid doen om meer geld te krijgen? A. De belastingen verlagen. B. De belastingen verlagen of geld lenen. C. De belastingen verhogen. D. De belastingen verhogen of geld lenen. 8. Wat valt onder de overheid? A. Een reisbureau. B. Een uitzendbureau. C. Een school. D. Een bank. 9. Wie werkt bij de overheid? A. Een uitgever van boeken. B. Een loodgieter. C. Een advocaat. D. Een rechter. 10. In de troonrede staan de plannen van de: A. minister-president en de leden van de Tweede Kamer. B. leden van de Tweede Kamer. C. koningin en de minister-president. D. ministers. 11. I. Op Prinsjesdag leest de koningin de miljoenennota voor. II. In de troonrede staan de plannen voor dit jaar. 12. Prinsjesdag vindt plaats in: A. Den Haag. B. Den Haag en Amsterdam. C. het hele land. D. Nederland en de Antillen.

2 13. Prinsjesdag vindt plaats op: A. de eerste vrijdag van april. B. de derde dinsdag van september. C. 11 november. D. de tweede donderdag van december. 14. Welke uitspraak is het meest volledig? In de miljoenennota staat: A. waar de regering geld aan wil besteden. B. hoe de regering aan geld wil komen. C. de inkomsten en uitgaven van de regering. D. hoe de economie er dit jaar voor staat. 2. WIE HEEFT MACHT? 1. Een docent stuurt je de klas uit. Is dit macht? A. Ja, want een leraar hoort bij de overheid. B. Ja, want hij dwingt je om iets te doen. C. Nee, want alleen de overheid heeft macht. D. Nee, want het is niet formeel, maar informeel. 2. Een vriend haalt je over om uit te gaan, terwijl je er eigenlijk geen zin hebt. Is dit macht? A. Ja, want hij heeft invloed op je. B. Ja, want hier is sprake van een formele machtsverhouding. C. Nee, want een vriend kan geen macht over je hebben. D. Nee, want het is niet formeel, maar informeel. 3. Formele macht: A. is gebaseerd op vriendschap. B. wil zeggen alle ongeschreven regels bij elkaar. C. is officieel vastgelegd in de wet of een reglement. D. noemen we ook wel invloed. 4. Informele macht: A. noemen we ook wel invloed. B. is de macht van de politie. C. is officieel vastgelegd in de wet. D. heeft alleen de koningin. 5. Voorbeelden van machtsmiddelen zijn: A. afkomst en geweld. B. kennis en geld. C. aantal en invloed. D. invloed en afkomst. 6. De mobiele eenheid treedt op tegen een grote groep vechtende voetbalsupporters. Er wordt dan gebruikgemaakt van het machtsmiddel: A. geld. B. aanzien. C. kennis. D. geweld. 7. Als een leraar strafwerk geeft, maakt hij gebruik van het machtsmiddel: A. beroep of functie. B. aanzien. C. kennis. D. overtuigingskracht. 8. Het hele personeel van een bedrijf gaat staken voor een hoger loon. Zij maken gebruik van het machtsmiddel: A. beroep. B. aanzien. C. geweld. D. aantal.

3 3. WIE BESLIST? 1. In een dictatuur: A. is de macht in handen van één persoon of een kleine groep mensen. B. worden geen verkiezingen gehouden. C. bestaan geen politieke partijen. D. zijn manipulatie en indoctrinatie verboden. 2. De overheid dwingt burgers om iets te doen of juist niet te doen. Dit vindt: A. vooral plaats in dictaturen. B. vooral plaats in democratieën. C. plaats in dictaturen én democratieën. D. vooral plaats in landen waar wordt gemanipuleerd én geïndoctrineerd 3. Wie hebben in een dictatuur vaak last van beperkingen? A. Bedrijven. B. De militairen. C. Banken. D. Media. 4. Volksvertegenwoordigers worden gekozen door: A. het staatshoofd. B. burgers. C. het parlement. D. de regering. 5. I. Een dictator treedt meestal hard op tegen politieke tegenstanders. II. De koningin is ons staatshoofd en hoeft zich daarom niet aan de Grondwet te houden. 6. In de Nederlandse democratie: A. worden belangrijke besluiten genomen door middel van een referendum. B. kiest de bevolking vertegenwoordigers in politieke besturen. C. stemt de bevolking indirect over referenda. D. heeft het staatshoofd veel macht. 7. Bij een referendum: A. kiest het volk direct vertegenwoordigers in een parlement. B. stemt het volk over een bepaalde politieke kwestie. C. kiest het volk direct het staatshoofd. D. kiest het volk de minister-president. 8. Welke begrippen horen bij elkaar? A. Directe democratie en parlement. B. Directe democratie en volksvertegenwoordiging. C. Indirecte democratie en volksvertegenwoordiging. D. Indirecte democratie en referendum. 9. Bij een indirecte democratie: A. kiest de bevolking politici die voor hen besluiten nemen. B. stemt de bevolking zelf over elk besluit. C. regeert de koningin zonder parlement. D. zijn de kiezers verantwoordelijk voor een besluit. 10. Burgers hebben de meeste politieke invloed in een: A. dictatuur. B. politiestaat. C. directe democratie. D. indirecte democratie. 11. De mensen die door de bevolking zijn gekozen om beslissingen te nemen, noemen we: A. democraten. B. ministers. C. staatssecretarissen. D. volksvertegenwoordigers. 12. In een democratie is er een taakverdeling tussen: A. zij die beslissen over wetsvoorstellen, de wetten uitvoeren en rechters. B. zij die de economie besturen, de wetten uitvoeren en rechters. C. zij die de economie uitvoeren, over wetsvoorstellen beslissen en rechters. D. zij die wetsvoorstellen maken en deze voorleggen aan het volk en aan rechters.

4 4. REGELS ZIJN REGELS 1. I. Regels in een samenleving gaan over plichten en belangen. II. De belangrijkste regels voor de samenleving staan in de Grondwet. 2. Spelregels in de sport zijn: A. ongeschreven regels. B. geschreven regels. C. informele regels. D. tegengestelde regels. 3. Bij een ontmoeting iemand de rechterhand schudden is een: A. ongeschreven regel. B. geschreven regel. C. formele regel. D. wettelijke regel. 4. In de Grondwet staat onder andere dat je: A. belasting moet betalen. B. mag stemmen als je zestien bent. C. bij verkiezingen moet stemmen. D. verkeer van rechts voorrang moet geven. 5. I. In de Grondwet staat dat discriminatie verboden is. II. In de Grondwet staat dat er geen briefgeheim is. 6. Eerst wordt er over een wetsvoorstel gestemd, daarna wordt de wet door iemand anders uitgevoerd. Welk begrip hoort hier het meeste bij? A. Democratie. B. Trias politica. C. Rechtsstaat. D. Grondwet. 7. Een rechtsstaat is een land waar: A. rechters de belangrijkste beslissingen nemen. B. de gekozen volksvertegenwoordigers niet de eindbeslissing mogen nemen over wetsvoorstellen. C. de rechten van de burgers staan omschreven in wetten. D. politieke partijen geen macht hebben. 8. Het doel van de rechtsstaat en de trias politica is om: A. de overheid geen macht te geven. B. het volk alle macht te geven. C. bestuurders niet te veel macht te geven. D. de plichten van burgers vast te leggen. 9. Wat is een kenmerk van een rechtsstaat? A. Regels die geen zin hebben, worden aangepast of afgeschaft. B. Een regel die die je niet zinvol vindt, hoef je niet op te volgen. C. Burgers mogen zelf een wetsvoorstel indienen. D. De Grondwet wordt jaarlijks aangepast aan wat de bevolking kiest. 10. Volgens de trias politica worden de wetten uitgevoerd door: A. de ministers. B. het parlement. C. de Eerste Kamer. D. de Tweede Kamer. 11. Volgens de trias politica beslist of beslissen over alle wetsvoorstellen uiteindelijk: A. de ministers. B. de Eerste en Tweede Kamer. C. de koningin. D. de rechters. 12. I. In de Grondwet staan ook plichten. II. In een rechtsstaat hebben burgers rechten die vastgelegd zijn in wetten.

5 5. NEDERLAND KIEST! 1. Welke instantie of personen wordt of worden rechtstreeks gekozen? A. Ministers. B. Provinciale Staten. C. Eerste Kamer. D. Staatssecretarissen. 2. Passief kiesrecht betekent dat: A. je niet gaat stemmen bij verkiezingen. B. je te jong bent om te mogen stemmen. C. je bij verkiezingen mag gaan stemmen. D. mensen bij verkiezingen op jou kunnen stemmen. 3. Een Nederlander van 22 jaar heeft: A. alleen actief kiesrecht. B. alleen passief kiesrecht. C. actief en passief kiesrecht. D. actief óf passief kiesrecht. 4. Actief kiesrecht betekent dat iemand: A. zich verkiesbaar stelt bij verkiezingen. B. een politieke partij mag oprichten. C. op de kandidatenlijst van een partij is geplaatst. D. bij verkiezingen mag stemmen. 5. Buitenlanders met een verblijfsvergunning die langere tijd in Nederland wonen hebben alleen kiesrecht bij: A. gemeenteraadsverkiezingen. B. Tweede Kamerverkiezingen. C. Eerste Kamerverkiezingen. D. Provinciale Statenverkiezingen. 6. Hoeveel jaar moeten buitenlanders in Nederland wonen om kiesrecht te hebben? A. vier jaar. B. vijf jaar. C. zes jaar. D. zeven jaar. 7. Degene die door een partij als eerste op de kandidatenlijst is gezet, noemen we de: A. premier. B. lijsttrekker. C. fractievoorzitter. D. partijvoorzitter. 8. I. Een jongere van zestien jaar mag nog geen politieke partij oprichten. II. Als je wilt stemmen bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer, dan moet je Nederlander zijn. 9. I. Een lijsttrekker is het bekende gezicht van de partij. II. De verkiezingen voor het Europese parlement worden om de vier jaar gehouden. 10. Wie beslist of beslissen welke personen op verkiezingslijsten worden gezet? A. De leden van de Provinciale Staten. B. De leden van de Tweede Kamer. C. De politieke partijen. D. De regering. 11. Zwevende kiezers zijn mensen die: A. niet iedere keer op dezelfde partij stemmen. B. alleen passief kiesrecht hebben. C. in het buitenland wonen en hun stem per brief uitbrengen. D. principieel niet stemmen. 12. I. Lijstrekkers proberen met name stemmen te winnen van zwevende kiezers. II. Veel mensen bekijken de debatten op tv tussen de lijsttrekkers.

6 6. LINKS EN RECHTS 1. Linkse partijen: A. vinden dat rijke mensen evenveel belasting moeten betalen als arme mensen. B. willen het verschil tussen arm en rijk vergroten. C. vinden dat de regering moet opkomen voor zwakkeren in de samenleving. D. hechten veel waarde aan het geloof. 2. Rechtse partijen: A. zijn voor een actieve overheid. B. zijn voor bescherming van de zwakkeren. C. vinden dat de overheid zo min mogelijk moet doen. D. willen de inkomensverschillen verkleinen. 3. De VVD is een voorbeeld van een: A. rechtse partij. B. linkse partij. C. middenpartij. D. actieorganisatie. 4. De PvdA is een voorbeeld van een: A. rechtse partij. B. linkse partij. C. middenpartij. D. actieorganisatie. 5. Een linkse politieke partij wil waar mogelijk: A. vrijheid. B. regeren volgens de Bijbel. C. dictatuur. D. gelijkheid. 6. Een rechtse politieke partij wil waar mogelijk: A. vrijheid. B. gelijkheid. C. regeren volgens de Bijbel. D. een sterke overheid. 7. Te grote verschillen in inkomen moet je vermijden. Deze uitspraak hoort het meeste bij: A. links. B. rechts. C. midden. D. zowel links als rechts. 8. Een werknemer die veel meer presteert dan een ander moet ook veel meer kunnen verdienen. Deze uitspraak hoort het meeste bij: A. links. B. rechts. C. midden. D. zowel links als rechts. 9. De overheid moet de zwakkeren in onze samenleving beschermen. Deze uitspraak hoort het meeste bij: A. links. B. rechts. C. midden. D. zowel links als rechts. 10. De overheid moet het bedrijfsleven zo veel mogelijk economische vrijheid geven. Deze uitspraak hoort het meeste bij: A. links. B. rechts. C. midden. D. zowel links als rechts. 11. Een links kabinet zou kunnen bestaan uit: A. PvdA, CDA en GroenLinks. B. VVD, D66 en SP. C. GroenLinks, SP en PvdA. D. SP, ChristenUnie en D Wat is de juiste volgorde van links naar rechts van de volgende partijen? A. PvdA, D66, CDA, VVD. B. VVD, LPF, D66, GroenLinks. C. GroenLinks, SGP, PvdA, CDA. D. SP, VVD, D66, PvdA. 13. I. Eerlijke verdeling van inkomen en macht is een typische gedachte van politiek rechts. II. Opkomen voor mensen die het minder goed hebben in de samenleving is een typische gedachte van politiek rechts.

7 14. Linkse politieke partijen benadrukken in hun standpunten dat: A. de overheid een zwakke positie heeft. B. burgers veel vrijheid moeten hebben. C. mensen gelijke kansen moeten hebben. D. bedrijven meer met elkaar moeten kunnen concurreren. 15. De laatste jaren schuiven politieke partijen steeds meer: A. naar rechts. B. naar links. C. uit elkaar. D. naar elkaar toe. 16. Een voorbeeld van een linkse partij is: A. het CDA. B. de PvdA. C. D Een voorbeeld van een rechtse partij is: A. het CDA. B. de PvdA. C. D De gezondheidszorg moet gratis zijn. Dit is een standpunt van: A. de SGP. B. de SP. C. de PvdA. 19. Het sterkst voor belastingverlaging is: A. de SP. B. de PvdA. C. het CDA. 20. Euthanasie moet onder alle omstandigheden strafbaar blijven. Deze uitspraak hoort het meeste bij: A. de VVD. B. de ChristenUnie. C. de PvdA. D. GroenLinks. 21. Christelijke normen en waarden moeten de politiek bepalen. Dit is een uitspraak die het meeste hoort bij: A. de VVD. B. GroenLinks. C. D66. D. het CDA. 7. POLITIEKE STROMINGEN 1. Nederland is een land van het politieke midden, omdat: A. er geen partijen zijn met echt linkse of rechtse standpunten. B. de meeste partijen christen-democratisch zijn. C. partijen altijd iets moeten toegeven als ze afspraken met elkaar maken. D. er geen echte linkse of rechtse kiezers zijn. 2. Welke politieke stroming vindt het belangrijk dat de overheid zo weinig mogelijk regeltjes aan de burgers en het bedrijfsleven oplegt? A. De christen-democratie. B. De sociaal-democratie. C. Het liberalisme. D. Geen van deze politieke stromingen. 3. Welke begrippen zijn kenmerkend voor de sociaal-democraten? A. Gelijkheid en vrijheid. B. Gelijkheid en gelijkwaardigheid. C. Vrijheid en gelijkwaardigheid. D. Vrijheid en naastenliefde. 4. Liberale partijen benadrukken dat: A. mensen gelijke kansen moeten krijgen. B. burgers meer vrijheid moeten krijgen. C. de overheid een sterke positie moet hebben. D. het gezin weer de hoeksteen van de samenleving moet worden. 5. I. Het liberalisme is een rechtse politieke stroming. II. De sociaal-democratie is een linkse politieke stroming.

8 6. Welke politieke stroming vindt het belangrijk dat de overheid de verschillen tussen arm en rijk moet verkleinen? A. Het liberalisme. B. De sociaal-democratie. C. De christen-democratie. D. Het politieke midden. 7. Als bedrijven mogen kopen en verkopen wat ze willen, hoort dat typisch bij: A. de liberalen. B. de sociaal-democraten. C. de christen-democraten. D. het politieke midden. A. het CDA. B. de PvdA. C. GroenLinks. 9. Een voorbeeld van een christendemocratische partij is: A. het CDA. B. de PvdA. C. D Een voorbeeld van een sociaaldemocratische partij is: A. het CDA. B. de PvdA. C. D Een voorbeeld van een liberale partij is: 8. WIE BESTUURT NEDERLAND? 1. Een belangrijke taak van de koningin is: A. het controleren van de Tweede Kamer. B. het voorlezen van de troonrede. C. het kiezen van de volksvertegenwoordigers. D. het maken van wetsontwerpen. 2. De regering bestaat uit: A. de koningin en de ministers. B. de ministers en de staatssecretarissen. C. de Eerste en de Tweede Kamer. D. de koningin en de Staten-Generaal. 3. Het kabinet bestaat uit: A. de koningin en de ministers. B. de ministers en de staatssecretarissen. C. de Eerste en de Tweede Kamer. D. de koningin en de Staten-Generaal. 4. Het parlement bestaat uit: A. de koningin en de ministers. B. de ministers en de staatssecretarissen. C. de Eerste en de Tweede Kamer. D. de koningin en de Staten-Generaal. 5. Een nieuwe regering zet, als zij begint te regeren, afspraken in: A. een verkiezingsprogramma. B. de miljoenennota. C. de troonrede. D. een regeerakkoord. 6. Welk politiek bestuursorgaan wordt door de bevolking gekozen? A. De Eerste Kamer. B. Het kabinet. C. De Tweede Kamer. D. De regering. 7. Ministers en staatssecretarissen vormen samen: A. het parlement. B. het kabinet. C. de Eerste Kamer. D. de Tweede Kamer. 8. Het dagelijks bestuur van ons land wordt gevormd door: A. de Tweede Kamer. B. de koningin. C. de regering. D. de staatssecretarissen. 9. Een staatssecretaris is: A. een soort onderminister. B. een minister met een eigen departement. C. lid van de Tweede Kamer. D. de privésecretaris van de koningin.

9 10. Kunnen voorstellen uit de miljoenennota meteen worden uitgevoerd? A. Ja, want de miljoenennota is tot stand gekomen met medewerking van de regeringspartijen. B. Ja, want het kabinet is akkoord gegaan met de inhoud van de miljoenennota. C. Nee, want belangrijke maatschappelijke organisaties moeten eerst advies uitbrengen over de miljoenennota. D. Nee, want de Tweede Kamer moet de voorstellen uit de miljoenennota eerst goedkeuren. 11. I. De koningin zit in de regering. II. Staatssecretarissen zitten in de regering. 12. I. De leden van de Tweede Kamer moeten het regeerakkoord ondertekenen. II. De koningin moet onder elke wet haar handtekening zetten. 13. I. De Tweede Kamer is het dagelijks bestuur van ons land. II. De koningin mag in het openbaar niets zeggen over politieke kwesties.

10 9. DE TWEEDE KAMER 1. Het parlement bestaat uit: A. de regering en het kabinet. B. de Eerste Kamer en de koningin. C. de Eerste en de Tweede Kamer. D. de Tweede Kamer en de koningin. 2. Taken van het parlement zijn: A. stemmen over wetsvoorstellen en ministers controleren. B. de Provinciale Staten en gemeenteraden kiezen. C. wetten uitvoeren en de troonrede opstellen. D. de troonrede opstellen en ons land regeren. 3. In de Eerste Kamer zitten: A. 75 leden. B. 100 leden. C. 150 leden. D. 175 leden. 4. Hoeveel leden heeft de Tweede Kamer? A. 75. B C D I. Eerst stemt de Tweede Kamer over een wetsvoorstel en daarna de Eerste Kamer. II. De leden van de Tweede Kamer voeren de wetten uit. 6. I. Een amendement is een schriftelijke uitspraak van de Tweede Kamer over het beleid van een minister. II. Bij het vragenrecht roept de Kamer de minister ter verantwoording in een spoeddebat. 7. Een voorbeeld van een pressiegroep is: A. Stop kernenergie nu! B. GroenLinks. C. de NS. D. een belangenvereniging van winkeliers. 8. Politieke partijen: A. zijn pressiegroepen. B. vertegenwoordigen de belangen van een kleine groep mensen. C. komen op voor het algemeen belang. D. maken deel uit van de regering. 9. Het recht van interpellatie houdt in dat de Tweede Kamer: A. een motie van wantrouwen tegen een minister mag indienen. B. het recht heeft een minister ter verantwoording te roepen. C. een motie van afkeuring mag indienen. D. een wetsvoorstel van een minister mag tegenhouden. 10. Pressiegroepen: A. proberen de overheid te beïnvloeden bij hun beslissingen. B. zijn politieke partijen. C. komen op voor het algemeen belang. D. maken wetsvoorstellen. 11. De Tweede Kamer mag wetsvoorstellen doen. Dit is vastgelegd in het recht: A. van interpellatie. B. van motie. C. van initiatief. D. van medezeggenschap. 12. I. In een motie geeft de Tweede Kamer haar mening over iets. II. Tweede Kamerleden mogen wel stemmen over een wetsvoorstel, maar ze mogen geen wetsvoorstel wijzigen.

11 13. I. Coalitiepartijen stemmen vaak tegen de plannen van de regering. II. De minister-president is lid van een van de oppositiepartijen. 10. POLITIEK IN DE BUURT 1. De bevolking kiest in de gemeente: A. alleen de burgemeester. B. alleen de gemeenteraadsleden. C. de gemeenteraad en de commissaris van politie. D. alleen de wethouders. 2. De burgemeester is in de gemeente de baas van: A. de politie en de brandweer. B. de politie en de scholen. C. de scholen en de brandweer. D. het openbaar vervoer en de politie. 3. De afkorting B&W betekent: A. Burgerlijk Wetboek. B. Burgemeester en Wethouders. C. Burgemeester en Waterschappen. D. Bestuur en Wethouders. 4. De gemeenteraad lijkt het meest op: A. de Eerste Kamer. B. de ministersvergadering. C. het kabinet. D. de Tweede Kamer. 5. Het dagelijks bestuur van de gemeente bestaat uit: A. alleen de burgemeester. B. de gemeenteraadsleden. C. het college van B&W. D. alleen de wethouders. 6. Wie is de voorzitter van de gemeenteraad? A. De burgemeester. B. De gemeentesecretaris. C. De gemeentecommissaris. D. De wethouder van de grootste partij. 7. De gemeenteraad: I. stemt over de belangrijke beslissingen. II. controleert het college van B&W. 8. I. Het werk van een lid van de gemeenteraad is een volledige dagtaak. II. Wethouders zijn geen lid van een politieke partij. 9. B&W worden ook wel genoemd: A. de 'Tweede Kamer van de gemeente'. B. het 'parlement van de gemeente'. C. de 'ministers van de gemeente'. D. het 'staatshoofd van de gemeente'. 10. Is het werk van een wethouder een hele dagtaak? A. Alleen in grote steden zoals Amsterdam en Den Haag. B. Ja, in alle gemeenten. C. Nee, een wethouder moet er ook een gewone baan naast hebben. D. Nee, want hij hoeft maar een of twee keer per maand te vergaderen.

12 11. POLITIEK VER WEG 1. Het belangrijkste doel van de Europese Unie is samenwerking: A. op het terrein van veiligheid en energie. B. op militair gebied. C. voor een gemeenschappelijk landbouwbeleid. D. voor een gemeenschappelijke handelsmarkt. 2. De EU is opgericht in: A B C D I. Door de concurrentie van bedrijven uit andere EU-landen kunnen bedrijven in ons land failliet gaan. II. Door de EU kan onze regering niet alles meer zelf beslissen. 4. Wie vormt het dagelijks bestuur van de Europese Unie? A. De Raad van Ministers. B. De Europese Commissie. C. Het Europees Parlement. D. De Europese Raad. 5. Militairen met blauwe helmen worden gestuurd door: A. de VN. B. de VS. C. de EU. D. de NAVO. 6. Een organisatie van de VN is: A. de EU. B. Artsen zonder Grenzen. C. de UNHCR. D. de Raad van Ministers. 7. De VN probeert haar doel onder andere te bereiken door: A. militairen te sturen naar landen met een dictatuur. B. de productie van wapens te verbieden. C. wapens te geven aan onderdrukte mensen in oorlogssituaties. D. militairen te sturen naar landen waar oorlog is.

13 8.De VN is opgericht in: A B C D De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is opgesteld door: A. Amnesty International. B. de Europese Unie. C. de Verenigde Naties. D. het Europese Gerechtshof. 10. I. Politiek gezien hebben de VN weinig macht. II. Alle VN-landen vergaderen van september tot december met elkaar in New York. 11. I. De EU is vooral een militaire organisatie. II. De Franse president is tegelijkertijd ook voorzitter van de EU. 12. I. Nederland is wel lid van de EU, maar niet van de VN. II. Unicef is een VN-organisatie. 13. Het hoofddoel van de VN is om: A. armoede in de wereld te bestrijden. B. oorlogen in de toekomst te voorkomen. C. de wereldeconomie te verbeteren. D. natuurrampen te voorkomen.

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Boekverslag door E. 2025 woorden 23 oktober 2014 5.9 8 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Paragraaf 1: wat leer je bij maatschappijleer? Iets is een maatschappelijk probleem

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek Samenvatting door een scholier 1057 woorden 17 maart 2016 7,8 8 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 1 Hoofdstuk 1 In de politiek gaat het om keuzes maken. Dat

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek Samenvatting door een scholier 1027 woorden 10 augustus 2010 5,3 17 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 3. Politiek 3.1. Keuzes

Nadere informatie

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari 2005 5,9 76 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2 Politieke Besluitvorming Democratie bestaat uit 2 basisprincipes: Vrijheid

Nadere informatie

Samenvatting door M woorden 15 januari keer beoordeeld. Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk 1. Algemeen belang:

Samenvatting door M woorden 15 januari keer beoordeeld. Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk 1. Algemeen belang: Samenvatting door M. 1124 woorden 15 januari 2014 9 12 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Hoofdstuk 1 Algemeen belang: Openbare orde en veiligheid Buitenlandse betrekkingen

Nadere informatie

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld.

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld. Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november 2004 5,8 19 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer: Hoofdstuk 3! Par 1: Staat! Nederland is een onafhankelijke staat, waarvan we spreken

Nadere informatie

5,9. Samenvatting door een scholier 1608 woorden 12 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

5,9. Samenvatting door een scholier 1608 woorden 12 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Samenvatting door een scholier 1608 woorden 12 januari 2015 5,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer Toets P.D. par. 1 t/m par.6. Paragraaf Politiek

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat Samenvatting door een scholier 1047 woorden 16 maart 2008 5,7 7 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Democratie en rechtstaat Hoofdstuk

Nadere informatie

6,6. Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer POLITIEK

6,6. Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer POLITIEK Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei 2004 6,6 25 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer POLITIEK Politiek is de manier waarop voor een land besluiten worden genomen (de meeste besluiten worden

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst

Verklarende woordenlijst Bijlage 4 Verklarende woordenlijst Ambtenaar persoon die een baan heeft bij de overheid Amendement de Tweede Kamer wil iets aan een voorstel voor een wet veranderen B en W de burgemeester en de wethouders

Nadere informatie

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015 Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015 Mensbeelden, ideologieën, politieke partijen Politieke partijen Welke politieke partijen zijn er eigenlijk in Nederland en wat willen ze? Om antwoord

Nadere informatie

7,1. Samenvatting door een scholier 1863 woorden 25 november keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer H4 t/m H6

7,1. Samenvatting door een scholier 1863 woorden 25 november keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer H4 t/m H6 Samenvatting door een scholier 1863 woorden 25 november 2004 7,1 8 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer H4 t/m H6 Hoofdstuk 4 1. - in ons land kiezen wij volksvertegenwoordigers via de

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6 Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1199 woorden 12 januari 2005 7,9 31 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer Hoofdstuk

Nadere informatie

6,7. Samenvatting door een scholier 1795 woorden 16 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

6,7. Samenvatting door een scholier 1795 woorden 16 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Samenvatting door een scholier 1795 woorden 16 november 2006 6,7 8 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Politieke besluitvorming De manier

Nadere informatie

7,4. Samenvatting door een scholier 2092 woorden 2 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Toets politieke besluitvorming H2

7,4. Samenvatting door een scholier 2092 woorden 2 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Toets politieke besluitvorming H2 Samenvatting door een scholier 2092 woorden 2 april 2002 7,4 22 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Toets politieke besluitvorming H2 Wat is een parlementaire democratie? : Democratie is dat burgers ook

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Politiek Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Politiek Samenvatting door M. 1603 woorden 10 januari 2015 6,9 6 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer Hoofdstuk

Nadere informatie

Handboek Politiek. Derde Kamer der Staten-Generaal

Handboek Politiek. Derde Kamer der Staten-Generaal Handboek Politiek Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid van de Derde Kamer der Staten-Generaal, Gefeliciteerd! Deze week ben jij een politicus. Je gaat samen met je klasgenoten discussiëren over

Nadere informatie

2 keer beoordeeld 20 februari 2016

2 keer beoordeeld 20 februari 2016 5,4 Samenvatting door een scholier 1315 woorden 2 keer beoordeeld 20 februari 2016 Vak Maatschappijleer Methode Thema's maatschappijleer Maatschappijleer hoofdstuk 3 Parlementaire democratie Par. 1 wat

Nadere informatie

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming. Samenvatting door L. 1165 woorden 13 januari 2013 4,8 12 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer Hoofdstuk 3: Parlementaire democratie Paragraaf 1 t/m 4 1; Wat is politiek? Deelvraag: Wat

Nadere informatie

Module 7 Staatsinrichting en rechtsstaat

Module 7 Staatsinrichting en rechtsstaat Module 7 Staatsinrichting en rechtsstaat 7.1 Onze democratie Tekst 1: Wie is de baas in Nederland? Nederland is een democratie. Dat betekent: de bevolking is de baas. Maar je kunt niet 16,7 miljoen bazen

Nadere informatie

Wie bestuurt het land?

Wie bestuurt het land? Wie bestuurt het land? 2 Nederland is een democratie. Een belangrijk kenmerk van een democratie is een parlement. In zo n parlement zitten mensen die door de bevolking zijn gekozen. Zij zitten namens een

Nadere informatie

Wie bestuurt het land?

Wie bestuurt het land? Wie bestuurt het land? Nederland is een democratie. Een belangrijk kenmerk van een democratie is een parlement. In zo n parlement zitten mensen die door de bevolking zijn gekozen. Zij zitten namens een

Nadere informatie

Bestuurslagen in Nederland rijksoverheid provinciale overheid gemeentelijke overheid

Bestuurslagen in Nederland rijksoverheid provinciale overheid gemeentelijke overheid Vak Maatschappijwetenschappen Thema Politieke besluitvorming (katern) Klas Havo 5 Datum november 2012 Hoofdstuk 4 Het landsbestuur (regering en parlement) Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit vier

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politiek Samenvatting Maatschappijleer Politiek Samenvatting door een scholier 2064 woorden 30 juni 2003 7,4 92 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 1.1 Politiek = houdt zich bezig met nemen van beslissingen over

Nadere informatie

1. Politiek, staat en dictatuur

1. Politiek, staat en dictatuur Boekverslag door F. 2224 woorden 13 augustus 2008 6.8 297 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 1. Politiek, staat en dictatuur POLITIEK Algemeen belang = dingen waar veel mensen gebruik van maken of voordeel

Nadere informatie

Polderen voor beginners

Polderen voor beginners Jongerenkamer Polderen voor beginners Voorwoord De Tweede Kamer is het hart van de Nederlandse democratie. De 150 gekozen Kamerleden gaan met elkaar en de regering in debat over de toekomst van Nederland.

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politiek Samenvatting Maatschappijleer Politiek Samenvatting door een scholier 1031 woorden 22 juni 2007 7,7 12 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Maatschappijleer samenvatting 1. Democratie Wetten:

Nadere informatie

5.4. Boekverslag door B woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer. Inhoudsopgave

5.4. Boekverslag door B woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer. Inhoudsopgave Boekverslag door B. 1102 woorden 2 juni 2003 5.4 32 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Inhoudsopgave - Inleiding - Samenvatting verkiezingsstrijd - Artikelen - Bronvermelding Inleiding Verkiezingen We

Nadere informatie

Samenvatting door E woorden 5 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer: parlementaire democratie.

Samenvatting door E woorden 5 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer: parlementaire democratie. Samenvatting door E. 1264 woorden 5 april 2016 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer: parlementaire democratie 1 wat is politiek Politiek: manier waarop een land bestuurd wordt Politici

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek H3 H4 H5 H6

Samenvatting Maatschappijleer Politiek H3 H4 H5 H6 Samenvatting Maatschappijleer Politiek H3 H4 H5 H6 Samenvatting door een scholier 2516 woorden 8 november 2005 6 4 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 3.1 Nederland is een staat. Er is pas een onafhankelijk

Nadere informatie

HIER. Interview EERSTE KAMERLEDEN Esther-Mirjam Sent & Ben Knapen. Dit doet de Eerste Kamer GEBEURT HET! INVLOED VAN DE EERSTE KAMER EERSTE KAMER

HIER. Interview EERSTE KAMERLEDEN Esther-Mirjam Sent & Ben Knapen. Dit doet de Eerste Kamer GEBEURT HET! INVLOED VAN DE EERSTE KAMER EERSTE KAMER STEM 2019 VOOR (V)MBO MAGAZINE OVER DE EERSTE KAMER HOE WORDT DE EERSTE KAMER GEKOZEN? Interview EERSTE KAMERLEDEN Esther-Mirjam Sent & Ben Knapen Dit doet de Eerste Kamer HIER GEBEURT HET! INVLOED VAN

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke beluistvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke beluistvorming Samenvatting Maatschappijleer Politieke beluis Samenvatting door een scholier 1711 woorden 16 februari 2005 4,3 19 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Begrippen politieke beslui Trias politica = Driedeling

Nadere informatie

Derde Kamer. Derde Kamer. Handboek Politiek 1. der Staten-Generaal

Derde Kamer. Derde Kamer. Handboek Politiek 1. der Staten-Generaal erde Kamer Derde Kamer Kamer e Kamer Handboek Politiek 1 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid, Jij bent lid van de Derde Kamer der Staten-Generaal. Als politicus moet je natuurlijk wel verstand

Nadere informatie

Maatschappijleer par. 1!

Maatschappijleer par. 1! Maatschappijleer par. 1 Iets is een maatschappelijk probleem als: 1. Het groepen mensen aangaat 2. Het samenhangt met of het is gevolg is van maatschappelijke verandering 3. Er verschillende meningen zijn

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Paragraaf 1 t/m 5

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Paragraaf 1 t/m 5 Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Paragraaf 1 t/m 5 Samenvatting door een scholier 2135 woorden 26 oktober 2003 6,6 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer, Politieke

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Samenvatting door M. 1798 woorden 20 januari 2014 5,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Paragraaf 1 Wat is politiek? Politiek

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2

Samenvatting Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2 Samenvatting Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 2322 woorden 29 mei 2013 3,3 4 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 2262 woorden 7 april keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting door een scholier 2262 woorden 7 april keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Samenvatting door een scholier 2262 woorden 7 april 2016 0 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer samenvatting paragraaf 1t/m 5 Wat is politiek? Politiek

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Politieke besluitvorming Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Politieke besluitvorming Samenvatting door een scholier 2740 woorden 19 november 2006 7,2 18 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Nadere informatie

6,6. Samenvatting door een scholier 2067 woorden 5 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

6,6. Samenvatting door een scholier 2067 woorden 5 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Samenvatting door een scholier 2067 woorden 5 maart 2003 6,6 278 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer PTA Hoofdstuk 1 t/m 6.4 Hoofdstuk 1: Politiek v Politiek:

Nadere informatie

1Nederland als democratie

1Nederland als democratie Thema 1Nederland als democratie en rechtsstaat 1.1 Inleiding Nederland is een democratie. Wij kiezen bepaalde mensen - de volksvertegenwoordigers - die namens ons regeren. Zij nemen besluiten en besturen

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming paragraaf 1 t/m 6 Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming paragraaf 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 2864 woorden 13 november 2003 8,5 29 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Nadere informatie

Derde Kamer Handboek Politiek 1

Derde Kamer Handboek Politiek 1 Derde Kamer Handboek Politiek 1 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid, Jij bent lid van de Derde Kamer der Staten-Generaal. Als politicus moet je natuurlijk wel verstand hebben van politiek. Samen

Nadere informatie

Handboek Politiek deel 2

Handboek Politiek deel 2 Handboek Politiek deel 2 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid van de Derde Kamer der Staten-Generaal, Gefeliciteerd! Deze week ben jij een politicus. Je gaat samen met je klasgenoten discussiëren

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Samenvatting door een scholier 2429 woorden 17 november 2002 8,7 41 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 2, Politieke besluitvorming.

Nadere informatie

e Kamer Derde Kamer Handboek Politiek 2 der Staten-Generaal

e Kamer Derde Kamer Handboek Politiek 2 der Staten-Generaal erde Kamer Derde Kamer e Kamer Handboek Politiek 2 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid, Jij bent lid van de Derde Kamer der Staten-Generaal. Als politicus moet je natuurlijk wel verstand hebben

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 2432 woorden 18 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke besluitvorming.

Samenvatting door een scholier 2432 woorden 18 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke besluitvorming. Samenvatting door een scholier 2432 woorden 18 januari 2002 8 42 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Politieke besluitvorming. Oriëntatie Politiek voltrek zich in een sociaal-economisch en een sociaal-culturele

Nadere informatie

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015 Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO 2014-2015 Dilemma s Inleiding Tijdens de vorige les heb je geleerd dat het woord democratie een samentrekking is van de woorden demos (volk) en kratein

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Samenvatting door een scholier 1669 woorden 25 december 2004 6,2 25 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Koningin

Nadere informatie

Samenvatting door M woorden 15 november keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen. H3: De vertegenwoordigende lichamen en Trias Politica

Samenvatting door M woorden 15 november keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen. H3: De vertegenwoordigende lichamen en Trias Politica Samenvatting door M. 1319 woorden 15 november 2012 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen H3: De vertegenwoordigende lichamen en Trias Politica 3.1 De structuur van het Nederlandse stelsel van

Nadere informatie

Ofwel: parlementaire democratie omdat parlement belangrijkste beslissingen neemt.

Ofwel: parlementaire democratie omdat parlement belangrijkste beslissingen neemt. Hoofdstuk 1 Politiek : manier waarop land geregeerd word. Algemeen belang : Openbare orde en veiligheid Buitenlandse betrekkingen Infrastructuur Welvaart Welzijn Onderwijs Een democratie is een staatsvorm

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par 2 T/M 5

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par 2 T/M 5 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par 2 T/M 5 Samenvatting door Joris 2529 woorden 12 april 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Politieke stromingen Er

Nadere informatie

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Samenvatting door D. 971 woorden 31 mei 2013 5,7 2 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Memo 1848 Censuskiesrecht Grondrechten Ministeriele verantwoordelijkheid

Nadere informatie

MAATSCHAPPIJLEER 2/K/4 Toelichtingen bij exameneenheid Politiek en beleid

MAATSCHAPPIJLEER 2/K/4 Toelichtingen bij exameneenheid Politiek en beleid MAATSCHAPPIJLEER 2/K/4 en bij exameneenheid Politiek en beleid Vooraf Woorden en zinnen in cursief gelden alleen voor de kader, de gemengde en de theoretische leerweg (KB,GL/TL). Woorden en zinnen met

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6 Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6 Politieke besluitvorming Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6 Politieke besluitvorming Samenvatting door een scholier 3613 woorden 16 april 2006 7,3 3 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer HF1 Politiek 1.1 Wat is politiek?

Nadere informatie

Wie bestuurt de gemeente?

Wie bestuurt de gemeente? Wie bestuurt de gemeente? De gemeente iedereen heeft er op een of andere manier mee te maken. Zo zorgt de gemeente ervoor dat uw huishoudelijk afval wordt opgehaald en dat er wegen en fietspaden worden

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9 Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9 Samenvatting door een scholier 2945 woorden 24 januari 2011 3 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer samvenvatting

Nadere informatie

Beginselen van de politieke partijen die in 2006 in de Tweede Kamer vertegenwoordigd waren

Beginselen van de politieke partijen die in 2006 in de Tweede Kamer vertegenwoordigd waren Beginselen van de politieke partijen die in 2006 in de Tweede Kamer vertegenwoordigd waren Partij van de Arbeid (PvdA) Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) Christen-democratisch Appèl (CDA) Democraten

Nadere informatie

7, wat is politiek. Samenvatting door een scholier 2134 woorden 24 november keer beoordeeld. Maatschappijleer

7, wat is politiek. Samenvatting door een scholier 2134 woorden 24 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Samenvatting door een scholier 2134 woorden 24 november 2005 7,1 7 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer (blz 7 t/m 63) Wat is maatschappijleer? Maatschappelijke problemen (voorbeelden)

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Wat is politiek?

Hoofdstuk 1: Wat is politiek? Samenvatting door een scholier 3074 woorden 21 januari 2010 6,6 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Hoofdstuk 1: Wat is politiek? Wat is politiek en waarom is het belangrijk dat we ons ermee bemoeien?

Nadere informatie

Paragraaf 1: Democratie

Paragraaf 1: Democratie Samenvatting door een scholier 2221 woorden 29 juni 2011 3,7 9 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Paragraaf 1: Democratie Nederland heeft representatieve/ vertegenwoordigende

Nadere informatie

7, Het parlement is baas boven baas. Samenvatting door een scholier 1995 woorden 13 januari keer beoordeeld.

7, Het parlement is baas boven baas. Samenvatting door een scholier 1995 woorden 13 januari keer beoordeeld. Samenvatting door een scholier 1995 woorden 13 januari 2010 7,2 36 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Impuls Samenvatting Maatschappijleer Impuls H4/H5/H6 4.1 Het parlement is baas boven baas

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl I

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl I POLITIEK EN BELEID tekst 8 VVD en D66 samen voor Europese verkiezingen DEN HAAG - D66 gaat toch in zee met de VVD voor de Europese verkiezingen in juni. De samenwerking blijft beperkt tot een lijstverbinding.

Nadere informatie

Samenvatting door R woorden 23 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer PAR.1

Samenvatting door R woorden 23 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer PAR.1 Samenvatting door R. 1969 woorden 23 maart 2014 7 1 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer PAR.1 Politiek: de wijze van het besturen van een land. - onderwerpen van maatschappelijk

Nadere informatie

Belangen: Macht van de Eerste Kamer

Belangen: Macht van de Eerste Kamer Belangen: Macht van de Eerste Kamer Korte omschrijving werkvorm: Aan de hand van een werkblad ontdekken leerlingen dat de plannen van het kabinet waarschijnlijk wel door de Tweede Kamer komen, maar niet

Nadere informatie

Derde Kamer Handboek Politiek 2

Derde Kamer Handboek Politiek 2 Derde Kamer Handboek Politiek 2 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid, Jij bent lid van de Derde Kamer der Staten-Generaal. Als politicus moet je natuurlijk wel verstand hebben van politiek. Samen

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Samenvatting door een scholier 2641 woorden 24 januari 2007 6,5 4 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Politieke besluitvorming Oriëntatie Politiek

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Kiezen en Delen 5 paragrafen

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Kiezen en Delen 5 paragrafen Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Kiezen en Delen 5 paragrafen Samenvatting door M. 3239 woorden 14 april 2015 6 1 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Samenvatting Maatschappijleer

Nadere informatie

Politiek in Nederland

Politiek in Nederland Politiek in Nederland Dit werkboek is van Klas M. VAN SON, DE CSV/ HET PERRON, Spoorlaan 11-13, Veenendaal. Beste leerling, Dit is jouw werkboek Politiek in Nederland. Over een paar jaar mag jij ook stemmen

Nadere informatie

2.1 Omcirkel het juiste antwoord.

2.1 Omcirkel het juiste antwoord. 2.1 Vraag 1 Het Parlement in Nederland bestaat uit... A. Eerste en Tweede Kamer B. Tweede Kamer en Provinciale Staten C. Provinciale staten en Gemeenteraad D. Tweede Kamer en Gemeenteraad Vraag 2 Waarom

Nadere informatie

6.7. Boekverslag door P woorden 6 juli keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. 2 Politieke stromingen en partijen.

6.7. Boekverslag door P woorden 6 juli keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. 2 Politieke stromingen en partijen. Boekverslag door P. 2527 woorden 6 juli 2004 6.7 24 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer 2 Politieke stromingen en partijen. 1 Stroming: een geheel van opvattingen. Ideologie:

Nadere informatie

6,9. Samenvatting door een scholier 3365 woorden 15 september keer beoordeeld

6,9. Samenvatting door een scholier 3365 woorden 15 september keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 3365 woorden 15 september 2006 6,9 24 keer beoordeeld Vak Economie De deelnemer heeft inzicht in verschillende regerings vormen. Democratie: Een staatsvorm waarbij de burgers

Nadere informatie

Tweede Kamerverkiezingen. groep 7 en 8

Tweede Kamerverkiezingen. groep 7 en 8 Tweede Kamerverkiezingen groep 7 en 8 inhoud blz. 1. Inleiding 3 2. Democratie 4 3. Politieke partijen 5 4. De Tweede Kamer 6 5. Kiezen 7 6. De uitslag 8 7. De meerderheid 9 8. Het kabinet 10 9. De oppositie

Nadere informatie

Democratie = Een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Democratie = Een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming. Samenvatting door Chi 2891 woorden 19 juni 2017 8,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Maatschappijleer H3 3.1 - Wat is politiek Politiek = de manier waarop een land

Nadere informatie

Wie bestuurt de gemeente?

Wie bestuurt de gemeente? Wie bestuurt de gemeente? De gemeente iedereen heeft er op een of andere manier mee te maken. Zo zorgt de gemeente ervoor dat uw huishoudelijk afval wordt opgehaald en dat er wegen en fietspaden worden

Nadere informatie

6,9. Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke Besluitvorming

6,9. Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke Besluitvorming Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei 2005 6,9 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Politieke Besluitvorming 1. Onafhankelijke staat bestaat uit drie elementen. Een vast grondgebied (territoir),

Nadere informatie

Hoofdzaken staatsinrichting

Hoofdzaken staatsinrichting Hoofdzaken staatsinrichting 1 staatsinrichtinghoofdpunten.doc 2 1 WAT IS POLITIEK? Politiek is alles wat met het besturen van een stad, land, gebied te maken heeft. In de politiek zijn verschillende groepen

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie Samenvatting door een scholier 2087 woorden 13 januari 2011 7,8 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 1. Wat is politiek? Politiek kan je het beste

Nadere informatie

Parlementaire democratie!

Parlementaire democratie! Parlementaire democratie 1 wat is politiek? Politiek = de manier waarop een land bestuurd word. terreinen waarover voortdurend word besloten: - openbare orde en veiligheid (blauw op straat) - buitenlandse

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2003 - I

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2003 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. POLITIEK 1p 1 Welk orgaan behoort niet tot de overheid? A de Provinciale Staten B de vakcentrale FNV C het college van burgemeester

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie Samenvatting door Hieke 1816 woorden 11 maart 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Hoofdstuk Parlementaire

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Samenvatting door een scholier 1365 woorden 30 mei 2012 0 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi 1 Democratie Democratie is historisch gezien een

Nadere informatie

WIE BESTUURT DE GEMEENTE?

WIE BESTUURT DE GEMEENTE? WIE BESTUURT DE GEMEENTE? De gemeente dichtbij Dagelijks heeft u met de gemeente te maken. Zo zorgt de gemeente ervoor dat uw vuilnis wordt opgehaald en dat er wegen en fietspaden worden aangelegd. Bij

Nadere informatie

VAK: MAATSCHAPPIJLEER 2 METHODE: Examenkaternen uitgeverij Essener druk 4

VAK: MAATSCHAPPIJLEER 2 METHODE: Examenkaternen uitgeverij Essener druk 4 PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING TSG VMBO CURSUSJAAR 06-07 NIVEAU BASIS VA: MAATSCHAPPIJLEER METHODE: Examenkaternen uitgeverij Essener druk LAS: CONTACTUREN PER WEE: 3 x uten per week P periode C

Nadere informatie

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2014-I

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2014-I Opgave 1 Besluitvorming rondom studiefinanciering Bij deze opgave horen de teksten 1 en 2 en figuur 1 uit het bronnenboekje. Inleiding Tijdens de regeringstermijn van kabinet-rutte 1 (oktober 2010 tot

Nadere informatie

Inhoud. Mijn leven. de democratie en ik

Inhoud. Mijn leven. de democratie en ik Inhoud Inleiding...3 Hoofdstuk 1 Koning... 4 Hoofdstuk 2 Regering... 6 Hoofdstuk 3 Democratie... 8 Hoofdstuk 4 Partijen... 10 Hoofdstuk 5 Kiesrecht... 12 Hoofdstuk 6 Gemeente... 14 Hoofdstuk 7 Provincie...

Nadere informatie

wat is politiek? Boekverslag door J woorden 17 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

wat is politiek? Boekverslag door J woorden 17 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Boekverslag door J. 1987 woorden 17 februari 2008 7.4 581 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Samenvatting maatschappijleer. PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 1 wat is politiek?

Nadere informatie

Cliptoetsen Derde Kamer docentenhandleiding

Cliptoetsen Derde Kamer docentenhandleiding Kamer Cliptoetsen Derde Kamer docentenhandleiding Derde Kame Derde Kam Wie is de baas van Nederland? Hoe werken de verkiezingen? Wat is een Grondwet? En waarom is Prinsjesdag zo belangrijk? In het lespakket

Nadere informatie

Paragraaf 1: Democratie

Paragraaf 1: Democratie Samenvatting door een scholier 3985 woorden 9 februari 2005 8 35 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Samenvatting Maatschappijleer. Hoofdstuk 2: Politieke besluitvorming. Paragraaf 1: Democratie

Nadere informatie

Handboek Politiek 2. Derde Kamer der Staten-Generaal

Handboek Politiek 2. Derde Kamer der Staten-Generaal Handboek Politiek 2 Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid, Jij bent lid van de Derde Kamer der Staten-Generaal. Als politicus moet je natuurlijk wel verstand hebben van politiek. Samen met je

Nadere informatie

NL: Parlementaire democratie met constitutionele vorst.

NL: Parlementaire democratie met constitutionele vorst. 1. Wat is democratie? Soeverein: een staat die op een bepaald gebied met duidelijke grenzen het hoogste gezag uitoefent en het monopolie van geweld uitoefening heeft. Politiek: het maken van keuzes waaraan

Nadere informatie

Handboek Politiek 1. Derde Kamer der Staten-Generaal

Handboek Politiek 1. Derde Kamer der Staten-Generaal Handboek Politiek 1 Derde Kamer der Staten-Generaal Plak hier je pasfoto Derde Kamerlid Dit Handboek Politiek is van: Naam Klas Leeftijd Fractie Fotografie: Hans Kouwenhoven Anneke Janssen / HH: pagina

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 - Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 - Parlementaire democratie Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 - Parlementaire democratie Samenvatting door een scholier 2536 woorden 22 februari 2012 6,9 28 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Nadere informatie

Doe mee en test je kennis. Stuur je antwoorden naar mij en ik informeer je over de scoren.

Doe mee en test je kennis. Stuur je antwoorden naar mij en ik informeer je over de scoren. Quiz over politiek, Europa en staatsrechtelijke spelregels Toelichting In de periode 2008-2010 werkte ik als staatsrechtjurist binnen het projectteam versterking Grondwet bij het Miniserie van BZK. Dit

Nadere informatie

Stemmen Europese verkiezingen 2014

Stemmen Europese verkiezingen 2014 Stemmen Europese verkiezingen 2014 2 Voorwoord Dit boek gaat over de verkiezingen voor het Europees Parlement van 22 mei 2014. Het boek is gemaakt door de medewerkers van het Educatief Centrum voor Cliënten,

Nadere informatie

Wie bestuurt de gemeente? Wie bestuurt de gemeente?

Wie bestuurt de gemeente? Wie bestuurt de gemeente? Wie bestuurt de gemeente? 1 Wie bestuurt de gemeente? 2 De gemeente iedereen heeft er op een of andere manier mee te maken. Zo zorgt de gemeente ervoor dat uw huishoudelijk afval wordt opgehaald en dat

Nadere informatie

VERKIEZINGEN EUROPEES PARLEMENT Donderdag 23 mei 2019 BEPAAL MEE WIE IN DE EUROPESE UNIE BESLISSINGEN GAAN NEMEN. Den Haag

VERKIEZINGEN EUROPEES PARLEMENT Donderdag 23 mei 2019 BEPAAL MEE WIE IN DE EUROPESE UNIE BESLISSINGEN GAAN NEMEN. Den Haag VERKIEZINGEN EUROPEES PARLEMENT Donderdag 23 mei 2019 BEPAAL MEE WIE IN DE EUROPESE UNIE BESLISSINGEN GAAN NEMEN. Den Haag WAT DOET DE EUROPESE UNIE? Nederland is lid van de Europese Unie (EU). In de EU

Nadere informatie

Verdieping Verkiezingen Eerste Kamer

Verdieping Verkiezingen Eerste Kamer Verdieping Verkiezingen Eerste Kamer Korte omschrijving werkvorm Aan de hand van het krachtenveld De macht in de provincie herhaalt u kennis over onze staatsinrichting: de Eerste Kamer wordt gekozen door

Nadere informatie

Proeftoets E2 havo

Proeftoets E2 havo Proeftoets E2 havo 5 2016 1. Een verdachte kan te maken krijgen met een aantal personen en instanties. Wat is de juiste volgorde? A. 1. de politie 2. de rechter 3. de officier van justitie. B. 1. de officier

Nadere informatie

Politiek en beleid. Leertekst. Maatschappijkunde.nl voor leerlingen en docenten

Politiek en beleid. Leertekst. Maatschappijkunde.nl voor leerlingen en docenten Politiek en beleid Leertekst Maatschappijkunde.nl voor leerlingen en docenten Inhoudsopgave Leerdoelen Checklist 2 1 Nederland als parlementaire democratie in een rechtsstaat 1.1 Een parlementaire democratie

Nadere informatie