Bureau voor Ontwikkeling & Groei Sebastiaan van der Valk & Mathijs van Schijndel Dag 1 Reflectie op je huidige situatie
Dag 1 Reflectie op je huidige situatie Oefening 1: Jouw huidige situatie onder de loep. Deze oefening is bedoeld om op een eenvoudige manier naar jezelf te kijken op verschillende onderdelen van jouw leven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan je werk, je vriendenkring maar gaat aan je fysieke en mentale gesteldheid. Noteer in de onderstaande tabel even kort voor jezelf hoe het er op dit moment voor staat, met een cijfer van 1 tot 10. Hierbij staat een 1 voor knap waardeloos en een 10 voor geweldig. Ga er maar even rustig voor zitten en neem de tijd voor reflectie. Let op, op deze oefening zullen we later deze week nog een keer terug komen. Wat gaat goed? Onderdeel van jouw leven Jouw vriendschappen Jouw familierelaties Jouw liefdesrelaties Jouw materiële behoeften (bijvoorbeeld: je woning, auto, kantoor etc.) Je fysieke gezondheid Je mentale gezondheid Jouw werk Ontwikkeling, uitdaging en groei Maatschappelijke bijdrage Spiritualiteit / geloof Ontspanning en plezier Cijfer op dit moment Waar zie je mogelijkheden tot verbetering? Oefening 2: Ontdek jouw sterke eigenschappen. Voor deze opdracht kun je gebruik maken van de gratis (en wetenschappelijk onderbouwde) karaktereigenschappen test van het VIA Institute on Character. Het duurt ongeveer een kwartier om de vragen in te vullen, waarna je een vereenvoudigd rapport voor jezelf kunt uitdraaien. Dit rapport geeft een heel aardig beeld van jouw voorkeuren op de 24 door het VIA geïdentificeerde eigenschappen. Ga voor het invullen van de test naar: https://www.viacharacter.org/survey/account/register
Oefening 3: 360 graden inzicht in jouw denkstijlen en gedrag. Ieder brein werkt anders. Een manier om hier inzicht in te vergaren is d.m.v. metaprogramma s. Metaprogramma's zijn kenmerkende patronen in iemands denken, voelen en doen binnen een bepaalde context. Het zijn onze 'filters' om naar de wereld te kijken. In verschillende situaties kun je heel verschillend denken, voelen en doen. Op je werk laat je misschien ander gedrag zien dan wanneer je met hobby, vrienden of kinderen bezig bent. Inzicht in je denkstijlen kan je helpen om effectiever gedrag te gaan vertonen binnen de context waarin jij dat wenst. Vandaar dat het heel waardevol is om ook anderen te bevragen over het zichtbare deel, namelijk je gedrag. De manier waarop wij denken bepaalt dus in belangrijke mate hoe wij ons voelen en hoe we handelen. Deze oefening bestaat dan ook uit twee delen; Deel 1: Deel 2: Deel 3: Je eigen beeld: het vormen van een beeld van jouw eigen denkstijlen. Leren van anderen: het bevragen van anderen m.b.t. jouw denkstijlen. Algemene reflectievragen voor jezelf. Je denkstijl is context afhankelijk en kan dus per situatie of omgeving waarin we onszelf bevinden verschillen. Dit betekent dus ook dat je gedrag steeds anders kan zijn. Het is de bedoeling dat je de vragenlijst denkstijlen eerst voor jezelf beantwoordt binnen de verschillende contexten. Vervolgens vraag je iemand uit die context (bv. Een collega, vriend of gezinslid/huisgenoot) hetzelfde te doen en jou feedback te geven over je gedrag. Zo verkrijg je inzicht in hoe jij zelf denkt en hoe je jezelf gedraagt, gecombineerd met feedback van anderen om je heen. Uiteindelijk kun je deze 360 graden analyse inzetten om jezelf te ontwikkelen op de vlakken waarvan je dat zou willen. Deel 1 - Je eigen beeld: het vormen van een beeld van jouw eigen denkstijlen Zet per context een kruisje op de plek die voor jou van toepassing is. 1. Proactief of reactief? Ben ik meer een doener of een denker? Neem ik snel initiatief of overweeg ik eerst verschillende kanten van de zaak? THUIS Proactief Reactief WERK Proactief Reactief VRIENDEN Proactief Reactief 2. Naartoe of weg van? Word ik geleid door de doelen die ik wil bereiken? Of wil ik vooral problemen oplossen en moeilijkheden voorkomen? THUIS Naartoe Weg van WERK Naartoe Weg van VRIENDEN Naartoe Weg van
3. Interne of externe referentie? Ga ik af op mijn eigen normen en waarden of op die van anderen af om te weten wat goed of fout is? THUIS Intern Extern WERK Intern Extern VRIENDEN Intern Extern 4. Opties of procedures? Denk ik meer in keuzemogelijkheden of denk ik meer in stappenplannen? THUIS Opties Procedures WERK Opties Procedures VRIENDEN Opties Procedures 5. Voldoet wel of voldoet niet? Richt ik mijn aandacht op wat er goed gaat en wat er klopt of richt ik mijn aandacht op wat er niet goed gaat en wat er niet klopt? THUIS Wel Niet WERK Wel Niet VRIENDEN Wel Niet 6. Controle binnen of buiten zelf? Heb ik het idee dat ik mijn omgeving bepaal, of denk ik dat mijn omgeving mij bepaalt? THUIS Ik Omgeving WERK Ik Omgeving VRIENDEN Ik Omgeving 7. Globaal of specifiek? Denk ik in grote lijnen of let ik op de details? THUIS Grote lijnen Details WERK Grote lijnen Details VRIENDEN Grote lijnen Details 8. Handhaving, ontwikkeling of verandering? Houd ik van stabiliteit, houd ik van geleidelijke verandering of houd ik van snelle verandering? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Handhaving Ontwikkeling Verandering WERK Handhaving Ontwikkeling Verandering VRIENDEN Handhaving Ontwikkeling Verandering
9. Mensen, activiteiten of informatie? Wat vind ik het belangrijkste? Relaties, handelingen of gegevens? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Mensen Activiteiten Informatie WERK Mensen Activiteiten Informatie VRIENDEN Mensen Activiteiten Informatie 10. Concept, structuur of gebruik? Ben ik meer bezig met de essentie, met de samenhang of met de toepassing in de praktijk? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Concept Structuur Gebruik WERK Concept Structuur Gebruik VRIENDEN Concept Structuur Gebruik 11. Samen, nabijheid of alleen? Houd ik van hechte samenwerkingsverbanden, van lossere teams of doe ik het liever helemaal alleen? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Samen Nabijheid Alleen WERK Samen Nabijheid Alleen VRIENDEN Samen Nabijheid Alleen 12. Heden, verleden of toekomst? Op welke van deze drie tijdsfactoren ben ik het meest gericht? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Heden Verleden Toekomst WERK Heden Verleden Toekomst VRIENDEN Heden Verleden Toekomst 13. Visueel, auditief of kinesthetisch? Denk ik meer in beelden, meer in geluiden of meer in gevoelens? Omcirkel wat het meest van toepassing is. THUIS Visueel Auditief Kinesthetisch WERK Visueel Auditief Kinesthetisch VRIENDEN Visueel Auditief Kinesthetisch Deel 2 - Leren van anderen: het bevragen van anderen m.b.t. jouw denkstijlen. Vraag iemand waarmee je samenwoont en/of een gezin vormt, een vriend/vriendin en een collega hun beeld van jou op de 13 terreinen te omschrijven. Zie het te printen formulier verderop in dit document dat door hen kan worden ingevuld. Het kan zijn dat dit een beetje oncomfortabel voor je voelt, dit is helemaal niet erg. Het gaat uiteindelijk om het inzicht dat het je oplevert. Bekijk zodra je alle input hebt rustig wat anderen hebben opgeschreven, gebruik onderstaande reflectievragen om voor jezelf een concreet beeld te vormen van de bevindingen.
Deel 3 - Algemene reflectievragen voor jezelf Neem zodra je de vragen hebt beantwoord en de input van je gezinslid, vriend(in) en collega hebt ontvangen in alle rust de tijd om hierop te reflecteren. Wat is het verschillen tussen je eigen input (1) en de input van anderen(2)? Welke belangrijke inzichten heb je opgedaan? Waar ben je blij mee? Waar ben je minder blij mee? Wat zou je graag willen veranderen? Welke eerste stap zou je daartoe willen zetten?
Beste., Ik doe deze week mee met de 5daagse workshop van Bureau voor Ontwikkeling & Groei en zou graag wat feedback van jou willen ontvangen. Ik ga dit gebruiken om te vergelijken met de scores die ik mijzelf heb gegeven en zo iets leren over hoe anderen mij zien en wat er door hen aan kenmerkend gedrag wordt opgemerkt. Alvast hartelijk bedankt! 1. Proactief of reactief? Ben ik meer een doener of een denker? Neem ik snel initiatief of overweeg ik eerst verschillende kanten van de zaak? Proactief Reactief 2. Naartoe of weg van? Word ik geleid door de doelen die ik wil bereiken? Of wil ik vooral problemen oplossen en moeilijkheden voorkomen? Naartoe Weg van 3. Interne of externe referentie? Ga ik af op mijn eigen normen en waarden of ga ik op anderen af om te weten wat goed of fout is? Intern Extern 4. Opties of procedures? Denk ik meer in keuzemogelijkheden of denk ik meer in stappenplannen? Opties Procedures
5. Voldoet wel of voldoet niet? Richt ik mijn aandacht op wat er goed gaat en wat er klopt (wel) of richt ik mijn aandacht op wat er niet goed gaat en wat er niet klopt (niet)? Wel Niet 6. Controle binnen of buiten zelf? Heb ik het idee dat ik mijn omgeving bepaal, of denk ik dat mijn omgeving mij bepaalt? Ik Omgeving 7. Globaal of specifiek? Denk ik in grote lijnen of let ik op de details? Grote lijnen Details 8. Handhaving, ontwikkeling of verandering? Houd ik van stabiliteit, houd ik van geleidelijke verandering of houd ik van snelle verandering? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Handhaving Ontwikkeling Verandering
9. Mensen, activiteiten of informatie? Wat vind ik het belangrijkste? Relaties, handelingen of gegevens? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Mensen Activiteiten Informatie 10. Concept, structuur of gebruik? Ben ik meer bezig met de essentie, met de samenhang of met de toepassing in de praktijk? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Concept Structuur Gebruik 11. Samen, nabijheid of alleen? Houd ik van hechte samenwerkingsverbanden, van lossere teams of doe ik het liever helemaal alleen? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Samen Nabijheid Alleen 12. Heden, verleden of toekomst? Op welke van deze drie tijdsfactoren ben ik het meest gericht? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Heden Verleden Toekomst
13. Visueel, auditief of kinesthetisch? Denk ik meer in beelden, meer in geluiden of meer in gevoelens? Omcirkel wat het meest van toepassing is. Visueel Auditief Kinesthetisch Heel erg bedankt voor de tijd die je hieraan hebt besteed! Ik ga er naar kijken en er op reflecteren en kom nog bij je terug mocht ik het er met je over willen hebben of vragen aan je willen stellen!