VOLUME I VADEMECUM VOOR WEGVERKEERSLAWAAI IN DE STAD. Wegdekken



Vergelijkbare documenten
Transportlawaai: Welke lokale acties om er iets aan te doen?

Geluid in agglomeraties. dr. Luc Goubert Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw

Toekomstperspectief voor geluidarme wegdekken. Luc Goubert Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw

Meer informatie over asfalt, voor- en nadelen kan u raadplegen op onze partnersite:

VADEMECUM VOOR WEGVERKEERS- LAWAAI IN DE STAD WEGDEKKEN

Luidheid bij Belgische wegverhardingen. Barbara Vanhooreweder Agentschap Wegen en Verkeer Vlaamse Overheid

Proefproject N19 Turnhout - Kasterlee Visie van Colas Belgium

7.1. Overzicht van de meest gebruikte types wegdekken Eigenschappen van het wegdek relevant voor lawaaiproductie...9

Handleiding Kostentool Stille Wegdekken

Asfalt voor zwaar belaste verhardingen. Eric Van den Kerkhof Johan Trigallez Colas Belgium

Berekening wegverkeerslawaai Standaard Rekenmethode I - Reken- en Meetvoorschrift Geluid 2012

Asfalt en bitumendag 2010

Traploos Regelbare Stelinrichting

NEXT GENERATION CONCRETE SURFACE (NGCS). EINDELIJK EEN STILLE ÉN DUURZAME WEGVERHARDING?

Polymeervoeg. Gebruiksaanwijzing. voor tegels en straatstenen. Droog in de voegen keren Wordt hard na bevochtiging. techniseal.com

Geluid van klinkers: de onderste steen boven

REV:02-18/07/13. RapidRoof Waterproof Anti-Skid Specificaties op metaal

Antraciet Grijs-Antraciet Grijs Rood genuanceerd

Plaatsing van straatstenen en boordstenen

Keuzes maken bij de aanleg van geluidarme wegverhardingen. Frits Stas en Jacob Groenendijk KOAC NPC

REV:02-18/07/13. RapidRoof Waterproof Anti-Skid Specificaties op hout

Vergelijking verschillende vormen van wegdek voor het Pad van Twintig

DARK CLOUD. Toepassingen. Eigenschappen. Beschikbare formaten. Product informatie

Stille wegdekken Handleiding Kostentool

REV:02-18/07/13. RapidRoof Waterproof Anti-Skid Specificaties op asfalt

Dr.ir. Jacob Groenendijk KOAC-NPC

OPPERVLAKBEHANDELINGEN OP BRUGGEN EN VIADUCTEN

TECHNISCHE FICHE. Leempleisters van Wanlin. Samenstelling van de pleistermaterialen. Verpakking en opslag. Fysieke eigenschappen.

Plaatsingsvoorschriften DELTA -THENE: Afdichting in de spouwmuur Conform EN 14967:2006

Advies wegverharding Het onderzoek en advies is uitgevoerd door het Wegenbouwlab te Heerhugowaard.

Prof.dr.ir.Anne Beeldens Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw 0486/

Nieuwe ontwikkelingen voor de bestrijding van verkeerslawaai

CILO REPLICASTENEN. Productinformatie. Toepassingen. Eigenschappen. Kleuren

REV:02-18/07/13. RapidRoof Waterproof Anti-Skid Specificaties op beton

Kenmerken. Productiemethodes

Kleuren Canvas Belgian Blue Ash Basalt. Pebble Grey Iron Grey Ocean Blue Rice

Opmerking: de kleuren en texturen op de foto s kunnen afwijken van de werkelijke kleuren en texturen.

Wehner/Schulze proef als methode voor de bepaling van de aanvangsremvertraging.

Kosten en baten stille wegdekken

nora 1-componenten voegpasta

Hoe maak je een Ultra Stil Wegdek?

APPLICATION RULES Mechanische bevestiging van de waterdichting

TECHNISCHE FICHE Sika FastFix-131

Glas en akoestische isolatie Decibels berekenen

- Het menselijke gehoor kan tonen waarnemen van 20 tot Hz. Echter, voor spraak is het gebied rond 500, 1000 en 2000 Hz het belangrijkst.

EVENNESS SMOOTHNESS EVENNESS. Betonwegendag Inleiding

Uitdagingen voor beton in publieke ruimte en infrastructuur. ir. Luc Rens Raadgevend ingenieur infrastructuur FEBELCEM

ADDENDUM STANDAARDBESTEK 250. Gefigureerd beton

Een troef van alle kleinschalige bestratingelementen

1 Voorbereiden van de werkplek.

REALTA SATIN. Toepassingen. Eigenschappen. Kleuren Marigold Nemo Java. Product informatie

BETONPLATEN. Betonplaten, van zware industrie tot design verharding.

Annemarie van Beek Milieu en Natuurplanbureau Jan Hooghwerff M+P raadgevende ingenieurs

TECHNISCHE INGREPEN TEGEN VOCHT ONDERAAN DE MUREN. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen :

Montage Handleiding van SignWorld

Algemene kenmerken. Markeringen in kunststof. Grasbetontegels

Manor Raven Limestone. Opmerking: de kleuren en texturen op de foto s kunnen afwijken van de werkelijke kleuren en texturen.

Figuur 1B: Kans op blijvende gehoorschade in functie van het gemiddeld geluidsniveau (uitgedrukt in dba) en de blootstellingsduur.

PenTack. Preventief asfaltonderhoud. Duurzaam. 60% Kostenbesparing. Snel & efficiënt. Milieuvriendelijk. Voor alle soorten asfalt

Figuur 1 - typische opbouw van een weg.

ROND PALISSADE. Toepassingen. Eigenschappen. Kleuren grijs zwart bruin. Product informatie

Mengeling van gele, grijze en bruine kleurnuanceringen

C wegdek 2002 het verhaal er om heen! Marc Eijbersen Jan Hooghwerff

Als veiligheid telt. Dé innovatieve oplossing voor wegdekschade

Sabi. Breed gamma in voorraad! HD-PP afvoergoten met voorgemonteerde roosters LICHT, STEVIG, ECONOMISCH, SNEL EN GEMAKKELIJK TE PLAATSEN

Fietspaden. ontwerp en keuze materiaal. Koning Albert II-laan 20 bus Brussel T wegenenverkeer.be

Betonnen straatstenen en tegels

Akoestische achteruitgang stille wegdekken afhankelijk van verkeersintensiteit!!

BRENG RUST EN COMFORT MET DEZE THERMISCHE EN AKOESTISCHE ISOLATIE

crow gerelateerde VerkeerSdrempelS & -plateaus

BECLIP. Fixing Systems by Bewood. Handleiding voor de aanleg van een Bewood -terras met het Beclip -bevestigingssysteem

Fundamentele testen op asfalt Dr. A. Vanelstraete

Fiche 1 (Observatie): Definities, orde van grootte

Brussels Hoofdstedelijk Gewest ****** Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Mobiliteitscel

IMPALA. Productinformatie. Toepassingen. Eigenschappen

Busbanen in beton. 1

Rubbermat op de rol voor. ligboxen loopgangen melkstallen

Bestekomschrijving - Trapeziumvormige verkeersdrempels - Standaard

Trillingsonderzoek Thamerweg 3 te Uithoorn; schade

Zijn stille wegdekken duur?

1.2 Verhardingselement: straatbaksteen, betonstraatstenen, betontegels en (natuursteen)keien.

Ondergrondse water gamma. Inleiding. Omschrijving van de tanks. Grondstoffen

B.1 Bestekteksten. B.1.1 Blokken

Akoestische duurzaamheid stille wegdekken

BESTEKTEKST - FLUVIO 90. BUITENVERHARDINGEN...

CHINEES BLAUW. Toepassingen. Eigenschappen. Beschikbare formaten. Product informatie

Lengte (mm) Breedte (mm) Dikte (mm)

GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053

Actualiteiten stille wegdekken. Jan Hooghwerff (M+P) Saneringsdag 2012

Bestek Gefigureerd Beton

Notitie. Henk Groeneveld (gemeente Alblasserdam) Ad de Hek (Milieudienst Zuid-Holland Zuid) Openstelling Randweg/Oude Torenweg voor alle verkeer

VERWERKING KERAMISCHE BUITENTEGELS

DELTA -LIQUIXX FX: Plaatsingsvoorschriften «binnentoepassing»

Holle vloerplaten van spanbeton. Holle vloerplaten zijn onmisbaar bij het ontwerpen van een modern huis!

Uitgewerkt ontwerp voor een stille modulaire betonweg vanuit geluidtechnische uitgangspunt

ON/OFF UF 05 (S) UF 16 (S) UF 18 (T) UR 01 (S) UZ 01 (D) UR 02 (D) UF 20 (T) UZ 07 (D) UF 02 (T) UZ 05 (D) UR 09 (S)

EEN VERGELIJKING VAN DE VOORSCHRIFTEN VOOR BETONVERHARDINGEN ONDER DE BELGISCHE TYPEBESTEKKEN

FICHE TECHNIQUE TECHNISCHE FICHE LEVEL DESIGN 1

Voor de montage van de Bear County schutting Garden Design WPC

Voor de afmetingen en kleuren van deze verkeerselementen verwijzen we naar de volgende pagina s.

Transcriptie:

VOLUME I VADEMECUM VOOR WEGVERKEERSLAWAAI IN DE STAD Wegdekken 7

RICHTLIJN VOOR DE LEZER Op de rechter pagina vindt de lezer een geordende en doorlopende tekst. Op de linker pagina wordt aanvullende informatie weergegeven. fiche x Tekst x Tekst Tekst Bij tekst die VET, in HOOFDLETTERS of in het ZACHTPAARS is afgedrukt, kan de lezer zich wenden tot een kader op de linkerpagina voor bijkomende informatie. Voor nadere informatie kan de lezer zich wenden tot de fiche waarvan het nummer is weergegeven op het uithangbord. De cijfers die worden weergegeven als exponent verwijzen naar referenties aan het einde van de fiche. Verklaring van een begrip of een belangrijk element. Woord of begrip gevolgd door zijn definitie.

INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 Basisbegrippen i.v.m. wegverhardingen... 5 Wegdektypes... 7 Oorzaken van rolgeluiden... 15 Kenmerken van een "stille" wegverharding... 21 Akoestische kwaliteiten van wegdektypes... 23 Herstelling van wegdekken... 31 Kostprijs van een wegdek... 33 Referenties... 34

2

INLEIDING fiche 4 Het rollen van de wielen van een voertuig over een oppervlak veroorzaakt lawaai, het zogenaamde rolgeluid. Het wegdek speelt hierbij een belangrijke rol. Rolgeluid is bij personenwagens al bij relatief lage snelheden de dominante geluidsbron. De voorbije decennia werd veel onderzoek verricht om de mechanismen te doorgronden die het rolgeluid doen ontstaan. Als logisch vervolg hierop werd onderzocht hoe een wegdek kan worden aangelegd dat een minimum aan rolgeluid genereert. In deze fiche wordt onder andere een antwoord geboden op de volgende vragen: Welke mechanismen zijn verantwoordelijk voor het ontstaan van rolgeluid? Welke zijn de courante wegdektypes en wat zijn hun akoestische eigenschappen? Welke zijn de meest voorkomende wegdekken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) en wat zijn hun akoestische kwaliteiten? Wat is een stil wegdek? Hoe kan men de kostprijs van een stil wegdek berekenen? In deze fiche worden eerst enkele basisbegrippen in verband met wegdekken aangebracht en worden de in ons land meest courante wegdekken besproken. Vervolgens worden de mechanismen overlopen die aanleiding geven tot rolgeluiden, met daarop aansluitend aanbevelingen welke eigenschappen zijn van een stil wegdek. Er wordt vervolgens aangegeven hoe een dergelijk stil oppervlak in de praktijk kan benaderd worden, welke geluidsreductie mag worden verwacht en wat hun technische eigenschappen zijn. Dan worden de invloed van weersomstandigheden en de reparatie van wegdekken worden behandeld. Op het eind van de fiche wordt de kostprijs van de diverse types wegdek gegeven. 3

FUNCTIE VAN DE TOPLAAG VAN EEN WEGVERHARDING Een toplaag heeft ook nog een paar functies met betrekking tot de onderliggende lagen: de toplaag moet de onderlaag beschermen tegen vocht, behalve bij toplagen die poreus zijn. Een poreuze of zeer open toplaag bevat een groot percentage aan holtes die met elkaar in verbinding staan. In dit geval moet een ondoordringbare laag onder de toplaag worden aangebracht om de grondlagen te beschermen tegen waterinsijpeling; de toplaag spreidt de erop uitgeoefende krachten en beschermt de grondlagen tegen een al te hoge plaatselijke belasting. Hoewel rolgeluiden ontstaan door contact tussen de banden en de toplaag, zijn ook de onderliggende lagen van groot belang voor het vermijden van lawaaihinder. Een ontstabiele ondergrond doet de toplaag snel scheuren en verbrokkelen. Een toplaag in slechte staat is één van de oorzaken van overmatig rolgeluid (zie verder). SAMENSTELLING VAN HET WEGLICHAAM ONDERFUNDERING: deel van het weglichaam met een beschermende, drainerende, vorstwerende, anticapillaire en dragende functie. De lagen van de onderfundering noemt men onderfunderingslagen. FUNDERING: deel tussen de onderfundering en de verharding, samengesteld uit een of meer lagen, funderingslagen genoemd. VERHARDING: bovenste deel van het weglichaam, bestaand uit een of meer onderlagen (of tussenlagen) en de toplaag (of bovenlaag of slijtlaag); dit is de laag waarmee de de banden van de voertuigen in contact komen. Al deze lagen samen noemt men de oppervlaktelagen. OPPERVLAKTEBEHANDELING: behandeling van de oppervlakte van een laag met of zonder toevoeging van toeslagstoffen op het ogenblik van de aanleg ervan of erna, bedoeld om de eigenschappen van de laag in kwestie te verbeteren. Bron: TB 2000 4

BASISBEGRIPPEN I.V.M. WEGVERHARDINGEN FUNCTIES Een weg bestaat uit een toplaag (het wegdek) en één of meerdere grondlagen. De toplaag beschermt de onderliggende grondlagen en moet aan volgende VEREISTEN voldoen: De banden van het voertuig moeten voldoende grip hebben om op een veilige manier te kunnen remmen en bochten nemen De weggebruiker moet er op een comfortabele en niet te lawaaierige manier kunnen over rijden Het verbruik van de voertuigen moet zo laag mogelijk zijn 5

ANDERE TYPES ASFALT Nog enkele andere variëteiten van asfalt zijn: begrind asfalt is DAB, waarbij men in warme toestand steentjes heeft gestrooid en ingerold om de slijtweerstand van het oppervlak te vergroten; dunne lagen: asfalt wordt soms als een dunne laag (van 6 tot 25 mm dik) over een ander materiaal aangebracht. Begrind asfalt Dunne laag BESTANDDELEN VAN EEN WEGDEK Vier basisingrediënten die voor de aanmaak van een wegdek worden gebruikt zijn: steentjes (ook aggregaat genoemd) met afmetingen groter dan 2 mm; zand (kleinere korrelgrootte dan steentjes, maar groter dan 0,063 mm); vulmateriaal (al het resterende steenachtige materiaal met korrelgrootte kleiner dan 0,063 mm); bindmiddel (meestal bitumen (pek) of cement). 4 cm Zeer open asfaltbeton 6 cm dichtasfaltbeton (DAB) 6 cm dichtasfaltbeton (DAB) 20 cm fundering met steenslag 20 cm onderfundering in zand Voorbeeld van de structuur van de lagen van een weg 6

WEGDEKTYPES Hierna worden de in ons land meest voorkomende wegdektypes opgesomd. De wegdektypes kunnen in drie grote categorieën worden onderverdeeld: asfaltbeton, cementbeton en de wegdekken opgebouwd uit losse bouwelementen (straatstenen of tegels). ASFALTBETON (DIKWIJLS KORTWEG ASFALT GENOEMD) ASFALT wordt gemaakt van een mengsel van steentjes, zand, vulmiddel en het aardoliederivaat pek. Het kan zowel in warme als in koude toestand worden aangebracht. Er bestaan heel wat variëteiten van asfalt. Een zeer veel voorkomend type is het dicht asfaltbeton, afgekort DAB. Dit type vertoont zeer weinig holten, die zelden met elkaar in verbinding staan. Bij het zeer open asfaltbeton (ZOAB) zijn er relatief veel holtes die ook onderling verbonden zijn. Steenmastiekasfalt (SMA) is een compromis tussen DAB en ZOAB; het vertoont dezelfde open oppervlakstructuur als ZOAB, maar er zijn geen holtes. Onderstaande figuren tonen het typisch uitzicht van SMA, ZOAB en DAB. SMA ZOAB DAB 7

TRAITEMENT DU BÉTON DU REVÊTEMENT ROUTIER Men ontwikkelde en gebruikte in het verleden heel wat verschillende technieken om kunstmatig enige oneffenheid aan te brengen bij betonnen wegdekken om zo de stroefheid ( en dus de veiligheid) te verhogen: borstelen van het na de aanleg nog natte beton; het slepen van jute over het nog zachte beton; het kammen met een metalen kam van het nog natte beton; het aanbrengen van groeven in uitgehard beton met een diamantzaag. Gekamd beton Groeven in betonnen wegdek aangebracht met diamanzaag Lawaaierig bij deze rijrichting Lawaaierig bij deze rijrichting Onveilig bij deze rijrichting Onveilig bij deze rijrichting Geen van deze technieken levert een ideaal resultaat vanuit akoestisch oogpunt (zie pagina 14 en volgende). Indien men de groeven zou aanbrengen evenwijdig met de rijrichting, levert dit veiligeidsproblemen op voor de weggebruikers. Vooral de baanvastheid van motorrijders vermindert bij langsgroeven. 8

CEMENTBETON (OF KORTWEG BETON) In dit geval gebruikt men cement als bindmiddel. CEMENTBETON bevat meer zand, waardoor het oppervlak van nature vlakker is dan bij asfalt. Vroeger werd een betonweg aangelegd als een reeks opeenvolgende platen van elk ca. 20 m lengte. Tussen deze platen liet men telkens een voeg van enkele cm ( uitzettingsvoeg ), om de thermische uitzettingen van de individuele platen te kunnen opvangen. Bij de aanleg van betonnen wegdekken voorziet men tegenwoordig ofwel betonplaten met een geringere lengte gescheiden door fijnere uitzettingsvoegen, Weg met betonplaten Uitzettingsvoeg tussen twee betonplaten ofwel werkt men met een wapening, waarbij geen uitzettingsvoegen meer nodig zijn (continu gewa- pend beton). Op die manier zijn er geen afzondelijke, relatief korte betonplaten die ten opzichte van elkaar kunnen verzakken en breken. De lawaaierige en dus hinderlijke uitzettingsvoegen kunnen zo vermeden worden. BETONNEN WEGVERHARDINGEN hebben in principe een nadeel ten opzichte van andere verhardingen. Een al te vlak oppervlak is nadelig voor de veiligheid omdat bij regenweer het water tussen de band en het wegdek moeilijker kan worden afgevoerd in vergelijking met een wegdek met fijne oneffenheden. Er bestaan meerdere technieken om dit nadeel te verhelpen, maar die zorgen dan weer ervoor dat de verharding meer lawaai produceert. Band op nat, vlak wegdek (boven) en op een nat wegdek dat voorzien is van fijne oneffenheden (onder) 9

BETONNEN STRAATSTENEN De betonnen straatstenen kunnen in diverse verbanden worden gelegd. Motieven met rechthoekige klinkers. Pijl geeft rijrichting aan Normaal verband Blokverband Elleboogverband Visgraatverband keperverband Motieven waarbij de voegen tussen de klinkers niet loodrecht op de as van de weg lopen verdienen vanuit akoestisch oogpunt de voorkeur (zie pagina 14 en volgende). Overgangen tussen klinkers en andere verhardingen dienen zoveel mogelijk vermeden te worden. De abrupte verandering van het rolgeluid is immers extra hinderlijk voor de omwonenden. Klinkers zijn geschikt voor straten waar de snelheid van de voertuigen laag is (maximum 50 km/uur) en met niet meer dan sporadisch zwaar verkeer. Bij intensief zwaar verkeer (bijvoorbeeld bussen) krijgt men al snel spoorvorming. Het is van het allergrootste belang dat de klinkers (onder andere met voldoende hoogte:10 tot 13 cm) en de onderliggende lagen (fundering) aangepast zijn aan de voertuigintensiteit en tonnage waaraan het wegdek wordt blootgesteld. Zoniet gaat het wegdek binnen korte termijn stuk (breken en loskomen klinkers, verzakkingen,..), wat ook op de lawaaiproductie een zeer nadelige invloed heeft. De aanleg van klinkers vereist ook de nodige know-how. De meest voorkomende constructiefouten zijn: oneffenheden in de ondergrond, met als gevolg breken van klinkers; onvoldoende gecompacteerde ondergrond (verzakkingen); stilstaand water op een ondoordringbare onderlaag (verzakkingen); te geringe hoogte van de klinkers (onstabiele klinkers); te grote voegen tussen de klinkers (onstabiele klinkers). Een alternatief voor betonklinkers dat wél bestand is tegen intensief zwaar verkeer is het gefigureerd beton, waarbij men in een vers aangelegd betonnen oppervlak het patroon van een elementenverharding indrukt. In dit geval kan de verharding niet meer worden "opgenomen" (wat een nadeel is) en heeft ze dezelfde eigenschappen als gestort cementbeton (zie vorige pagina's). Sierbeton in trambedding 10

KLINKERS Klinkers worden meestal vervaardigd uit beton of gebakken aarde. Dit type wegverharding wordt weinig gebruikt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Zij kunnen verschillende vormen hebben zoals vierkant, rechthoek, zeshoek. Sommige klinkersoorten hebben een meer complexe vorm en zijn ontworpen om in elkaar te grijpen, wat de stabiliteit van het wegdek ten goede komt. Een voorbeeld zijn de klinkers van het type Victor. Zeer belangrijk voor de levensduur van een wegdek uit klinkers is de fundering en de hoogte van de klinkers, die beide aangepast moeten zijn aan het gewicht en de intensiteit van het verkeer dat erover rijdt. Een klinkerverharding is geschikt voor wegdekken gaande van geen verkeer (enkel voetgangers) tot matige intensiteit van zwaar verkeer (tot 150 zware voertuigen/dag/rijstrook). Klinkers bieden in vergelijking met een continue verharding een aantal specifieke voor- en nadelen. Een belangrijk voordeel in een stedelijke omgeving is de mogelijkheid om een dergelijk wegdek gedeeltelijk op te breken en te herleggen zonder sporen na te laten, bijvoorbeeld om aan nutsvoorzieningen onder het wegdek te werken. Een ander voordeel is het feit dat het wegdek onmiddellijk na aanleg opengesteld kan worden voor het verkeer. Nadelen zijn de relatief hoge kost voor de aanleg, de trage aanlegsnelheid en het feit dat men hiervoor beroep moet doen op gespecialiseerd en deskundig personeel. Klinkers behoren niet tot de stilste types wegdek, maar hoeven niet noodzakelijk echt lawaaierig te zijn. Klinkers van het type victor Rechthoekige klinkers met gekartelde rand voor betere stabiliteit 11

STRAATKEIEN VAN NATUURSTEEN Het is tegenwoordig niet evident om een weg te verharden met straatkeien van natuursteen, onder andere omwille van de nadelen die eraan kleven (gebrekkige stabiliteit, wegspoeling, lawaai, enz.) Hoewel er ondertussen heel wat is veranderd op verkeersgebied, vinden veel mensen het jammer dat de kasseien letterlijk uit het straatbeeld zijn verdwenen. Wetenschappers en industrie zoeken momenteel naar procédés en technieken om de nadelen van dit type wegverharding weg te nemen. Daarbij concentreert men zich op de de volgende elementen: de aanvaardbare maattoleranties bij de levering van de kasseien, waarvan vooral het ondervlak lang en regelmatig moet zijn; of de straatkeien in zand dan wel in gestabiliseerd zand (door sommigen afgeraden) moeten worden gelegd; de minimum- en maximumbreedte van de voegen; de zijdelingse vastzetting van de bestrating, het belang van de boogvorm, de keuze en de kwaliteit van het verband; de voordelen van de opvoeging met asfaltmortel (soepeler maar laat sporen na op de nieuwe bestrating) in vergelijking met cementmortel en met de nieuwe synthetische producten, rol van de toeslagstoffen. 12

KASSEIEN STRAATKEIEN VAN NATUURSTEEN zijn in kubussen of in langwerpige blokken gezaagd graniet (meestal porfier). Dit type verharding was vroeger erg populair omwille van zijn stevigheid en duurzaamheid. Tegenwoordig hebben kasseien meestal (of voornamelijk) een historisch-culturele of esthetische functie. De meest voorkomende types zijn: kasseien met zes gekloven zijden met een lengte van 14 tot 20 cm; mozaïekkasseien met zes gekloven zijden met afmetingen 9 x 9 x 9 cm; kasseien met behandeld oppervlak (gewassen, gehamerd, gezandstraald, ) met zeer uiteenlopende afmetingen. Net zoals klinkers bieden kasseien het voordeel dat zij zonder problemen kunnen opgebroken en herlegd worden. Net zoals bij een klinkerverharding kan een kasseienwegdek onmiddellijk na de aanleg opengesteld worden voor het verkeer. Kasseien kunnen ook bijna onbeperkt worden gerecycleerd. Nadelen zijn de hoge kostprijs, de lage aanlegsnelheid, de vereiste deskundigheid bij de aanleg. Kasseien kunnen zeer glad zijn bij regenweer en ook oncomfortabel voor voetgangers (hoge hakken!). Doorgaans zijn de akoestische eigenschappen slecht door een uitgesproken grove oneffenheid. De oppervlakkenmerken van een kasseienwegdek hangt af van: de eventuele oppervlakbehandeling van de kasseien; de breedte van de voegen; de aard van het gesteente. fiche 4 Veel lawaaierige elementenverharding in een nauwe straat met U-profiel kan aanleiding geven tot akoestisch zeer ongunstige situaties en moet dus worden afgestemd op het type verkeer in de straat in kwestie (dezelfde aanbevelingen als voor de klinkers) en op de bestemming ervan (woonstraat, winkelstraat, enz.) Kasseien op het Paleizenplein te Brussel Rodepoortstraat, Brussel Porseleinstraat, Anderlecht 13

TEXTUUR EN TEXTUURSPECTRUM In onderstaande figuur worden de begrippen profiel, amplitude en textuurgolflengte gedefinieerd. profiel amplitude Textuur gloflengte MICRO- TEXTUUR MACRO- TEXTUUR MEGA- TEXT. ROUGHNESS afstand Wegdekprofiel De vier textuurklassen De figuur met het wegdekprofiel (links) toont een doorsnede van het wegdek, bijvoorbeeld evenwijdig met de rijrichting. De abscis geeft de afstand evenwijdig met de weg aan en de ordinaat de verticale variatie van de oneffenheden van het wegoppervlak. De typische afmetingen van de oneffenheden duidt men aan met hun textuurgolflengte. De textuurgolflengten van een wegdek kunnen gaan van minder dan 0,05 mm tot meer dan 50 m. Men deelt de textuurgolflengten in in vier klassen, naargelang hun textuurgolflengte (figuur rechts). In de praktijk drukt men de amplitude niet uit in m of mm, maar voert men een logaritmische schaal in door het textuur- of profielniveau te definiëren. Een amplitude van 10 µm komt aldus overeen met een textuurniveau van 20 db; een amplitude van 1 mm met 60 db en een amplitude van 1 cm met 80 db. De meeste textuurniveaus situeren zich in de praktijk tussen 20 en 80 db, wat een handige schaal is. Geheel analoog aan een octaaf- of tertsbandspectrum van een geluid, kan men ook een octaaf- of tertsbandspectrum van een profiel definiëren. Een voorbeeld van een dergelijk spectrum wordt gegeven in bijgaande figuur. Men merkt dat in dit voorbeeld de dominante onregelmatigheden een textuurgolflengte hebben tussen de 5 en 20 mm. 14

OORZAKEN VAN ROLGELUIDEN Rolgeluiden vinden hun oorsprong in verschillende ontstaansmechanismen. De belangrijkste zijn: BANDENTRILLINGEN Bij het rollen van de band over een oppervlak dat niet perfect glad is, worden door de oneffenheden als het ware een reeks slagen gegeven op het loopvlak van de band. Dit is vergelijkbaar met het in een hoog tempo kloppen met een hamertje op de band. Hierdoor wordt het loopvlak en (onrechtstreeks) ook de zijkanten van de band aan het trillen gebracht. Deze trillende elementen stralen lawaai af, net zoals het trillende vel van een trommel geluid genereert. Bandentrillingen zijn doorgaans het dominante ontstaansmechanisme voor rolgeluid. Onderzoek toonde aan dat niet alle oneffenheden bandentrillingen veroorzaken. Oneffenheden die (horizontaal gemeten) kleiner zijn dan een muntstuk van 5 cent veroorzaken nauwelijks trillingen in de autoband, dit in tegenstelling tot oneffenheden die groter zijn dan een muntstuk van 1. De autoband wordt het sterkst aan het trillen gebracht wanneer het wegdek bulten en/of putten vertoont met de afmetingen van het dekseltje van een jampotje met een diameter van 5 tot 10 cm. Dergelijke oneffenheden zijn dan ook absoluut te vermijden. In het vervolg van deze fiche worden de oneffenheden met grote horizontale afmetingen, die dus het lawaai ongunstig beïnvloeden, grove oneffenheden genoemd. In het jargon worden zij aangeduid met de term MEGATEXTUUR. 15

TEXTUUR VAN HET WEGDEK EN ROLGELUID Onderzoek toont aan dat rolgeluid in belangrijke mate bepaald wordt door de textuur van het wegdek. Het op de vorige bladzijde ingevoerde textuurspectrum biedt veel informatie omtrent de lawaaierigheid van het bewuste wegdek. Trillingen van de banden wordt vooral veroorzaakt door textuur in het megatextuurgebied (textuurgolflengte tussen 5 cm en 50 cm). Het spectrum van een stil wegdek vertoont in die omgeving dan ook een laag textuurniveau. Het pompen van lucht is prominent aanwezig op een wegdek zonder fijne textuur. Dit fenomeen kan dan ook vermeden worden door het aanbrengen van macrotextuur ( textuurgolflengte tussen 5 mm en 5 cm). Het textuurspectrum van een wegdek vertoont in dat gebied idealiter hoge textuurniveaus. Het (geluids-)spectrum van het rolgeluid is ook gerelateerd met de textuur van een wegdek. Wanneer het pompen van lucht de dominante geluidsbron is, wordt vooral geluid met een hogere frequentie geproduceerd (1000 tot 1500 Hz). Bandentrillingen brengen een laagfrequenter geluid voort (500 tot 1000 Hz). 16

POMPEN VAN LUCHT Een band die over een glad oppervlak (bijvoorbeeld een onbehandeld betonoppervlak) rolt, maakt relatief veel lawaai (figuur links). Het deel van de band dat het wegdek raakt (de contactzone ) speelt hierbij een grote rol. Aan de voorzijde wordt lucht samengedrukt in het reliëf van de band en ontsnapt weer op een lawaaierige manier. Aan de achterzijde van de contactzone wordt lucht aangezogen in de holtes van het bandenprofiel. Bij een oppervlak dat bultjes en putjes vertoont met ongeveer de afmetingen van een muntstukje van 1 cent (bijvoorbeeld ZOAB) heeft men dit fenomeen niet of veel minder. In dit geval kan de lucht horizontaal tussen de oneffenheden ontsnappen voor hij wordt samengedrukt en is er om dezelfde reden geen lawaaierig aanzuigeffect aan de achterzijde van de contactzone (figuur midden). Een alternatief is een poreus wegoppervlak, dit is een oppervlak met verticale gaten. Het ontsnappen en aanzuigen van lucht gebeurt in dit geval verticaal op een stille manier via de gaten in het wegdek (figuur rechts). In het vervolg van deze fiche worden de oneffenheden met kleine horizontale afmetingen, die dus een gunstig effect hebben op de akoestische kwaliteit van een wegdek, aangeduid met fijne oneffenheden. In het jargon wordt dit ook macrotextuur genoemd. 17

GELUIDSABSORPTIE DOOR HET WEGDEK Om het hoorneffect te onderdrukken is het van belang het wegdek geluidsabsorberend uit te voeren. De geluidsabsorptie van een wegdek is doorgaans sterk afhankelijk van de frequentie. In onderstaande figuur (rechts) wordt een absorptiecurve gegeven voor een tweelagig ZOAB-wegdek. Een absorptiecurve geeft aan welk percentage van de invallende geluidsenergie wordt geabsorbeerd bij de verschillende geluidsfrequenties. De getoonde absorptiecurve vertoont een reeks pieken: bij 700 Hz, 1900 Hz en 3500 Hz. Geluid met dergelijke frequentie wordt sterk geabsorbeerd door het wegdek. Vooral de piek met de laagste frequentie is van belang in het geval van verkeersgeluid. Het is van het grootste belang dat de absorptiecurve een piek vertoont in het gebied van het spectrum waar het spectrum van het rolgeluid maximaal is (500 tot 1000 Hz indien de bandentrillingen de dominante geluidsbron zijn, zoals bij ZOAB). Zoniet brengt de absorptie weinig zoden aan de dijk. De figuur rechts toont het rolgeluidspectrum (in tertsbanden, zie fiche 1) gemeten op een wegdek met een goede absorptie. De grafiek toont het geluidsdrukniveau van het rolgeluid voor elke tertsband. De absorptie door het wegdek veroorzaakt een lokale depressie in het spectrum, net waar dit spectrum zonder absorptie precies maximaal is. Inzinking veroorzaakt door absorptie lawaai door wegdek absorptiecoëfficiënt frequentie (Hz) frequentie (Hz) Absorptiecurve Spectrum rolgeluid op dubbellaags ZOAB 18

HET HOORNEFFECT Dit mechanisme veroorzaakt op zich geen geluid, maar versterkt het lawaai afkomstig van andere ontstaansmechanismen. In de luchtwig ( hoorn ) gevormd door het loopvlak van de band en het wegdek, kan het geluid meerdere keren weerkaatsen, waardoor het versterkt wordt. Hetzelfde principe wordt toegepast in een megafoon. Dit fenomeen kan onderdrukt worden door het WEGDEK GELUIDSABSORBEREND uit te voeren. 19

GROVE ONEFFENHEDEN De grove oneffenheden zijn dus een vanuit akoestisch oogpunt ongewenste eigenschap, die nogal wat bestaande wegdekken echter wel vertonen. Het manifesteert zich onder verschillende vormen: een aantal types wegdekken vertonen op zich grove oneffenheden, omdat ze opgebouwd zijn uit bouwstenen met grote afmetingen. Voorbeelden hiervan zijn kasseien, klinkers en tegels; fouten bij de constructie van het wegdek kunnen ook grove oneffenheden veroorzaken. Een typisch voorbeeld hiervan zijn de typische golvingen die nogal wat betonoppervlakken vertonen en die het gevolg zijn van het op een verkeerde manier gladstrijken van het nog natte beton. Slecht ingewerkte putdeksels en ventilatieroosters (bijvoorbeeld voor de verluchting van de metro) kunnen eveneens aanleiding geven tot grove oneffenheden. een derde oorzaak van grove oneffenheden kunnen veroorzaakt worden door fijne oneffenheden! Dit is het geval wanneer deze laatste niet gelijkmatig gespreid zijn over het wegdek. Groepjes fijne oneffenheden vormen samen grove oneffenheden. wegdekken kunnen ook meer grove oneffenheden gaan vertonen door slijtage: putten, scheuren, 20

KENMERKEN VAN EEN "STILLE" WEGVERHARDING Uit het voorgaande kan worden afgeleid aan welke vereisten een wegdek zou moeten voldoen om een minimum aan rolgeluiden te genereren: zo weinig mogelijk GROVE ONEFFENHEDEN (dus met horizontale afmetingen groter dan pakweg een muntstuk van 1 ) en dit om bandentrillingen te voorkomen; voldoende fijne oneffenheden op het wegdek (zoals reeds gesteld met horizontale afmetingen niet veel groter dan een muntstukje van 1 cent) en/of gaten in het wegdek om het pompen van lucht tegen te gaan. De fijne oneffenheden moeten homogeen zijn en mogen geen regelmatig patroon vertonen (bijvoorbeeld geen groeven die zich op regelmatige afstanden van elkaar bevinden); absorberende eigenschappen voor rolgeluid om het hoorneffect te vermijden. Een goede geluidsabsorptie helpt ook om het motorgeluid te absorberen (dit is dominant bij lage snelheden). De kuilen en barsten die na verloop van tijd ontstaan in het wegdek, kunnen zich ontwikkelen tot grove oneffenheden. Sommige types verharding vertonen van nature grove oneffenheden 21

AKOESTISCHE EIGENSCHAPPEN VAN VERSCHILLENDE TYPES In volgende grafiek worden de meetwaarden weergegeven van geluidsmetingen bij passages van voertuigen bij drie verschillende snelheden op wegdekken die veel voorkomen in het BHG. Maximumgeluidsniveaus op 7,5 m L Amax db(a) 90 85 80 75 70 65 60 30 km/u 50 km/u 70 km/u Cementbeton SMA ZOAB DAB 0/14 WGA DAB 0/10 Kasseien Klinkers Klinkers Victor Type wegdek 22

AKOESTISCHE KWALITEITEN VAN WEGDEKTYPES Door de grote verschillen in textuur zijn ook de akoestische eigenschappen van de verschillende wegdektypes sterk verschillend. In niveau 2 worden MEETWAARDEN gegeven voor wegdektypes die voorkomen in het BHG en dit voor verschillende snelheden. Hierna volgt een bespreking van de meest courante wegdektypes. Tussen haakjes wordt de typische geluidsemissie weergegeven bij een voertuigsnelheid van 50 km/uur. Dit zijn slechts richtwaarden. Binnen éénzelfde type kunnen er grote variaties optreden. DAB (CA. 71 DBA) De dichte structuur van dit type wegdek zorgt voor het karakteristieke luchtpompen. Als het wegdek goed aangelegd is (d.w.z. met weinig grove oneffenheden), komen er relatief weinig bandentrillingen voor, waardoor het wegdektype gemiddeld scoort. Dit type wordt vaak als referentie gebruikt. Er is een enorme spreiding op de resultaten wanneer men geluidsmetingen uitvoert op verschillende secties DAB. SMA (CA. 70 DBA) Dit wegdektype vertoont fijne oneffenheid, waardoor het lawaai van de banden die erover rollen veroorzaakt wordt door bandentrillingen. De akoestische kwaliteiten van SMA situeert zich tussen DAB en ZOAB. 23

FACTOREN DIE DE LAWAAIERIGHEID VAN EEN WEGDEK BESTAANDE UIT BETONNEN STRAATSTENEN BEPALEN Voegdikte: mag niet meer dan 8 mm bedragen bij transversale voegen (dwz loodrecht op de rijrichting) of 12 mm bij diagonale voegen. Afstand tussen de voegen: deze moet meer dan 150 mm bedragen, ongeacht de voegdikte. Aantal stenen per m 2 : niet meer dan 36 stenen per m 2 voor vierkante, rechthoekige of zeshoekige klinkers en niet meer dan 39 stenen per m 2 voor in elkaar grijpende types. Hierbij dient opgemerkt dat bij klinkertypes met schijnvoegen het te rekenen aantal stenen gelijk is aan het aantal klinkers vermenigvuldigd met het aantal schijnbare elementen per klinker. Oneffenheden met textuurgolflengte tussen de 2 cm en 20 cm op de klinkers: textuuramplitude van meer dan 1 mm vermijden. De studie waarop bovenstaande aanbevelingen zijn gebaseerd (zie referentielijst) werd uitgevoerd voor klinkers, maar de resultaten ervan kunnen worden uitgebreid naar klinkerpatronen in een betonoppervlak en kasseien. Zo kan eruit worden besloten dat het voor kasseien aanbeveling verdient om indien mogelijk een type met een zo vlak mogelijke (gezaagde) top te gebruiken. Kasseien met een ronde kop, zoals de welbekende kinderkopjes vertonen gemakkelijk een amplitude van 1 cm of meer in het ongunstige textuurgebied. Er dient eveneens op gewezen dat bovenstaande aanbevelingen slechts gelden voor een klinkerbestrating in goede staat, dus zonder verzakkingen, ontbrekende klinkers enz... Klinkers en kasseien moeten worden aangelegd volgens de regels van de kunst en met een aangepaste fundering. Een klinkerwegdek in slechte staat is immers extreem lawaaierig! 24

ZOAB (CA. 68 DBA VOOR EENLAAGS EN 66 DB(A) VOOR TWEELAAGS) Dit is een asfalt wegdek met veel iets grotere steentjes met min of meer dezelfde afmetingen. Het wegdek bevat relatief veel holtes, die ook nog onderling verbonden zijn. Een nog meer geavanceerde variante is tweelagig ZOAB, met een bovenlaag met kleinere en een onderlaag met grotere steentjes. ZOAB combineert in principe een minimum aan grove oneffenheden (weinig bandentrillingen), een poreuze structuur (geen pompen van lucht) en soms ook een goede geluidsabsorptie (vooral dan tweelaags ZOAB). ZOAB blijkt door zijn steenskelet goed bestand tegen vervormingen (spoorvorming), maar is kwetsbaarder voor slijtage (loskomen steentjes), waardoor de levensduur ervan aanzienlijk korter is dan DAB. BETONNEN STRAATSTENEN (CA. 73 DBA) EN KASSEIEN (CA. 81 DBA) BETONNEN STRAATSTENEN en a fortiori kasseien behoren tot de meest lawaaierige types wegdekken en zijn niet aangewezen indien men grote prioriteit hecht aan het lawaaiarm maken van een bepaald wegdek. Opteert men om één of andere reden (esthetische of cultuurhistorische) toch om klinkers of kasseien aan te leggen, kan men door het maken van de juiste keuze toch ervoor zorgen dat de lawaaiproductie zo laag mogelijk wordt gehouden. Niet alle klinkers zijn immers even lawaaierig en door het maken van de juiste keuzes kan men een klinkerwegdek bekomen dat niet lawaaieriger is dan een gemiddeld DAB-wegdek. In eerste instantie dient te worden nagegaan wat de snelheid is van de voertuigen die over het aan te leggen oppervlak zullen rijden. Indien die snelheid lager is dan 20 km/uur, speelt het wegdek geen rol bij de lawaaiproductie en hoeft men bij de keuze van de klinkers of kasseien verder geen rekening te houden met het aspect lawaai. Indien de snelheid 20 tot 30 km/uur bedraagt kán men opteren voor minder lawaaierige klinkers en bij snelheden van 30 tot 50 km/uur is het ten zeerste aanbevolen. Het gebruik van klinkers of kasseien op wegen waar meer dan 50 km/uur wordt gereden wordt afgeraden. Elementenbestratingen zijn minder geschikt voor wegen die meer dan sporadisch worden bereden door zwaar verkeer. Dit type bestratingen moeten worden aangelegd volgens de regels van de kunst en met een aangepaste fundering. Zoniet vertoont het wegdek snel putten en/of spoorvorming. In tegenstelling tot klinkers vertonen kasseien dikwijls onvoldoende stroefheid. Hoe een klinkerverharding kan worden aangelegd zonder overmatige lawaaihinder te veroorzaken, wordt uiteengezet in niveau 2. 25

EIGENSCHAPPEN VAN STILLE In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de akoestische en de voornaamste niet-akoestische eigenschappen van DAB en enkele courante geluidsarme(re) wegdektypes. DAB ZOAB SMA Bestrijking met hars Gewassen beton Dunne laag gemiddelde geluidsreductie ten opzichte van DAB in db(a) 0 3 (enkellaags) 5 (dubbellaags) 1 tot 3 8 1 tot 3 1 tot 3 weerstand aan permanente vervorming goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed gemiddelde levensduur in jaren 12 tot 15 10 tot 12 12 tot 15 12 tot 13 30 10 Stroefheid (µ) 0,35-0,55 0,4 0,5 0,4 0,55 0,85 0,9 0,4 0,7 0,35-0,55 doorlatendheid waterdicht doorlatend waterdicht waterdicht waterdicht waterdicht opspattend water normaal laag normaal normaal normaal normaal structureel onderhoud normaal voegen! 4 normaal normaal normaal normaal functioneel onderhoud normaal moeilijk 6 normaal normaal normaal normaal duur aanleg 5 uur tot 1 dag 7 5 uur tot 1 dag 5 uur tot 1 dag 3 tot 7 dagen 8 5 uur tot 1 dag 1 spoorvorming 2 een voldoende stroefheid van het wegdek is één van de belangrijkste parameters voor de veiligheid van de voertuigen die erop circuleren. µ is een imensieloos meetresultaat met de SCRIM (Side Force Coefficient Routine investigation Machine). µ < 0,35: onvoldoende stroefheid; 0,35 µ 0,45: kritieke waarde en µ > 0,45: voldoende stroefheid 3 instandhouding alle eigenschappen, behalve de akoestische 4 bij aanleg van een nieuwe toplaag moet men ervoor zorgen dat er geen ondoordringbare voegen ontstaan tussen oude en nieuwe lagen, dit om steeds een goede waterafvoer te behouden 5 instandhouding akoestische eigenschappen 6 het reinigen van ZOAB (openhouden holtes) staat nog steeds niet helemaal op punt 7 afkoeling afhankelijk van de dikte van de laag en de omgevingstemperatuur 8 afhankelijk van de lengte van de aan te leggen sectie 26

BESTRIJKING MET ALS BINDMIDDEL KUNSTHARS (CA. 63 DBA) In een laag harsachtig bindmiddel, die door zijne vloeibare karakter een zeer effen oppervlak vormt (plaatje a.), worden steentjes met kleine afmetingen aangebracht (b.). Deze worden effen uitgerold (c.). Het resultaat is een quasi afwezigheid van grove oneffenheden en voldoende fijne oneffenheden. Dit type wegdek, dat vanaf de beginjaren '90 werd getest, vertoont een grote slijtvastheid, een hoge ruwheid en uitstekende akoestische eigenschappen. Dat het tot dusver weinig wordt toegepast, is waarschijnlijk te wijten aan de relatief hoge kostprijs, die op zijn beurt is toe te schrijven aan het hoge percentage hars. (d.). Résine a. b. c. d. GEWASSEN BETON (CA. 70 DBA) Bij de aanleg van een beton wegdek wordt het oppervlak bedekt met een vertragend product (in de praktijk gebruikt men hiervoor een suikeroplossing). Het niet uitgeharde bovenste laagje cement wordt na enige tijd verwijderd, waardoor aan het oppervlak enkel nog de harde bestanddelen (fijne aggregaten) overblijven. Cementbeton is een zeer sterk en duurzaam type wegdek. Onderstaande reeks figuren illustreert het procédé: (a.) aanleg van het beton, (b.) gladstrijken, (c.) als vertragend product wordt in de praktijk een suikeroplossing gebruikt, die dan (d.) op het nog natte betonoppervlak wordt gesproeid. Na 10 tot 20 uur wordt de niet-uitgeharde betonspecie verwijderd met behulp van borstel en/of water onder hoge druk (e.). Het resultaat is een zeer duurzaam wegdek met redelijke akoestische kwaliteiten (f.). a. b. c. d. e. f. 27

INVLOED VAN WATER OP HET WEGDEK Tot nu toe werd gesproken over akoestische kwaliteiten van wegdekken bij droog weer. Hoe beïnvloedt regen de lawaaierigheid van wegdekken? Onderstaande tabel geeft de toename aan lawaaiproductie in functie van de neerslaghoeveelheid en de snelheid van de voertuigen en dit voor een dicht wegdek. Voor een wegdek met voldoende macrotextuur of met een poreuze structuur geeft neerslag geen aanleiding tot een noemenswaardige verhoging van de lawaaiproductie. Hoeveel water op wegdek Droog Vochtig (motregen) Nat (matige regen) Nat (Hevige regen) 0-50 km/uur 65-71 db(a) + 2 db(a) + 4 db(a) + 6 db(a) 50-70 km/uur 71-75 db(a) + 1 db(a) + 3 db(a) + 4 db(a) > 70 km/uur > 75 db(a) + 0 db(a) + 2 db(a) + 3 db(a) INTEGRATIE VAN VREEMDE ELEMENTEN IN EEN WEGDEK Bij de aanleg van een asfalt wegdek bestaan er twee mogelijke werkwijzen om putdeksels te integreren in het wegdek: 1. men plaatst eerst de ondersteunende ring en het putdeksel en vervolgens legt men de asfaltlaag aan. Hierbij dient men ervoor te zorgen dat het putdeksel niet enkel op dezelfde hoogte ligt van het wegdek in een straal van enkele tientallen cm, maar ook van het wegdek in een straal van ettelijke meter. Men dient er m.a.w. voor te zorgen dat het wegdek niet op- of afloopt naar het putdeksel. In de praktijk blijkt het zeer moeilijk om op deze manier met zekerheid tot een goed resultaat te komen; 2. een alternatieve, maar duurdere methode is om eerst het wegdek rond de locatie van de put aan te leggen en vervolgens het asfalt rond de locatie van de put uit te snijden (een rand van ca. 10 cm rondom). Vervolgens plaatst men de ring en het putdeksel. De ruimte rondom het putdeksel vult men vervolgens op met gietasfalt. Dit asfalt wordt op een hogere temperatuur aangebracht dan conventioneel warm asfalt (230 C in plaats van 160 C), maar het kan manueel worden uitgespreid en het hoeft niet verdicht te worden. Op die manier kan men putdeksels op een perfecte manier in het vlak van een wegdek integreren. 28

INVLOED VAN DE WEERSOMSTANDIGHEDEN OP DE LAWAAI- PRODUCTIE De hierboven besproken akoestische eigenschappen gelden voor een droog wegdek. Aangezien er in ons land een groot aantal dagen per jaar neerslag valt, is het ook van belang de akoestische kwaliteiten te kennen van een wegdek bij regenweer. Water op het wegdek kan de lawaaiproductie aanzienlijk BEÏNVLOEDEN. Dit is afhankelijk van het wegdektype en de snelheid van de voertuigen. Op dichte wegdekken (niet poreus en zonder fijne oneffenheden) blijft er bij regenweer een laagje water op het wegdek staan. Dit veroorzaakt een toename van het lawaai die overeenkomt met een verviervoudiging van de verkeersintensiteit. Bij hogere snelheden (meer dan 70 km/uur) is de toename beperkt tot het equivalent van een verdubbeling van de verkeersintensiteit. Bij wegdektypes met fijne oneffenheden (zoals SMA of gegroefd beton) of die poreus zijn (zoals ZOAB) zorgt neerslag nauwelijks voor een verhoging van het geluidsdrukniveau. Dit is één van de bijkomende voordelen van de stille wegdektypes. Ventilatierooster tunnel (Saincteletteplein, Brussel) ONEFFENHEDEN TEN GEVOLGE VAN PUTDEKSELS E.D. IN EEN WEGDEK Vreemde elementen in een wegdek zoals deksels van rioolputten e.d. zijn niet zelden een lokale onvlakheid en hierdoor een lawaaibron. Het is zaak om bij de aanleg van de toplaag de nodige zorg te steden, zodat het bovenvlak van deze vreemde elementen een perfect vlak vormt met de rest van het wegdek. Een ander voorbeeld van een vreemd element is een verluchtingsrooster van bijvoorbeeld de metro (foto). Een dergelijk rooster vertoont dikwijls een regelmatige structuur waardoor erover rijdend verkeer een hinderlijk, zingend geluid voortbrengt, net zoals dit het geval is bij b.v. gegroefd beton. Het verdient aanbeveling de nodige voorzorgen te nemen bij de inplanting van deze roosters om overmatige hinder voor de omwonenden te voorkomen. Voor de inplanting van vreemde elementen in een asfalt wegdek bestaan er VERSCHILLENDE MOGELIJK- HEDEN. 29

REPARATIE VAN EEN DICHT ASFALT WEGDEK Een duurzame reparatie zonder de akoestische kwaliteiten van het wegdek aan te tasten, kan enkel met een warm asfaltmengsel. De procedure omvat volgende stappen: reparatieplek afbakenen, verticaal insnijden en verwijderen, schoonmaken en drogen, kleefmiddel aanbrengen, voorgevormde voegband aanbrengen, gat vullen, verdichten, oppervlak afstrooien. Na één jaar ziet de herstelde plaats er nog steeds onberispelijk uit. INVLOED VAN SLIJTAGE OP DE LAWAAIPRODUCTIE De akoestische kwaliteiten van de diverse wegdektypes kunnen in de loop van de levensduur veranderen door slijtage-effecten. In grote lijnen kan de invloed van slijtage als volgt worden samengevat: DAB met weinig of geen oppervlaktextuur wordt de eerste twee jaar na de aanleg een beetje lawaaieriger. Daarna blijven de akoestische eigenschappen vrij constant tot aan het einde van de levensduur ven het wegdek. Cementbeton met weinig textuur blijft nagenoeg dezelfde akoestische kwaliteiten vertonen gedurende de volledige levensduur. Bij gegroefd, geborsteld of gekamd cementbeton worden de randen van de inkepingen wat afgerond, wat een gunstige invloed heeft op de lawaaiproductie. De groeven kunnen wel breder worden met meer megatextuur tot gevolg. Dit kan dan weer aanleiding geven tot meer lawaai. De wegdektypes met een zeer open textuur (ZOAB en ZOCB) verliezen geleidelijk hun aanvankelijk goede akoestische kwaliteiten door enerzijds verstopping van de holtes (vermindering absorptie) en anderzijds het loskomen van aggregaat uit de toplaag (toename van megatextuur). In bepaalde gevallen gaat de evolutie snel, in andere gevallen traag. Men mag rekenen op een toename van de lawaaierigheid met maximaal 3 db(a) gedurende de eerste vier jaar. Bij de aanleg van dit wegdektype dient bijzondere aandacht besteed aan het vermijden van megatextuur. Men dient een longitudinale balk te gebruiken voor het gladstrijken van de betonspecie. 30

HERSTELLING VAN Beschadigingen van een wegdek geven nogal eens aanleiding tot meer lawaai. Herstellingen zijn noodzakelijk, maar moeten worden uitgevoerd volgens de regels van de kunst. ASFALTBETON Asfaltwegdekken kunnen PLAATSELIJK worden hersteld. Een dergelijke herstelling van een asfaltwegdek leidt in de praktijk nogal eens tot extra grove oneffenheden met meer lawaaihinder tot gevolg. Koude asfaltmengsels zijn enkel geschikt voor voorlopige herstellingen, want zijn niet duurzaam. CEMENTBETON Er bestaan een reeks methodes (frezen, slijpen met diamantschijven, hameren,...) om het oppervlak van een cementbeton wegdek dat grove oneffenheden vertoont (bijvoorbeeld door slijtage of constructiefouten) vlak te maken en ook nog te voorzien van gewenste fijne oneffenheden. Verzakte betonplaten, waarbij een trapje ontstaan is tussen de verschillende platen, kunnen opgeperst worden en geconsolideerd door het inspuiten van een betonmengsel onder de plaat. Kleinere, lokale beschadigingen kunnen hersteld worden met behulp van speciale mortels, o.a. op basis van epoxy-hars. 31

VERGELIJKING VAN DE KOSTPRIJS VAN VERSCHILLENDE SYSTEMEN De kostprijs van een wegdek wordt bepaald door drie componenten : de aanlegkosten; de kosten voor klein onderhoud (bijvoorbeeld het periodiek reinigen van ZOAB om de akoestische eigenschappen te vrijwaren); de kosten voor groot onderhoud (bijvoorbeeld het vervangen van de toplaag van een ZOAB wegdek). De kosten hangen samen met het type wegdek (gewapend of niet-gewapend cementbeton, gewassen cementbeton, ). Verder speelt de dikte van de toplaag en de fundering een rol. Ook de onderhoudsstrategie (de duur van de cycli voor klein en groot onderhoud en de aard van de onderhoudsacties) is een kostprijsbepalende factor. Gekozen wegdektype en onderhoudsstrategie moeten afgestemd zijn op het type en het gebruik van de weg (intensiteit en samenstelling van het verkeer). AFWEGING VAN VERSCHILLENDE SANERINGSMOGELIJKHEDEN Men dient zich voor een sanering volgende vragen te stellen: Welke saneringsmaatregelen zijn mogelijk, rekening houdend met alle beperkingen (o.a. stedenbouwkundige)? Welke geluidsreductie kan voor elk van de mogelijke saneringsmaatregelen worden verwacht? Welke zijn de niet-akoestische voor- en nadelen van de verschillende mogelijke saneringen? Welke maatregel levert de grootste geluidsreductie op en welke is de meest kostenefficiënt? 32

KOSTPRIJS VAN EEN WEGDEK De KOSTPRIJS VAN EEN STIL WEGDEK kan vanuit twee invalshoeken worden bekeken: 1. Wanneer een straat of weg (her-)aangelegd dient te worden moet een keuze worden gemaakt uit diverse types. De financiële consequentie van die keuze moet becijferd worden. In dit geval dient men de meerkost van een wat duurder lawaaiarm wegdek (ten opzichte van een conventioneel wegdek, zoals DAB) af tegen de toename aan comfort en levenskwaliteit van de omwonenden. 2. Wanneer verkeerslawaai gesaneerd dient te worden moet het aanbrengen van een stil wegdek ook financieel afgewogen worden tegenover ANDERE SANERINGSMAATREGELEN (plaatsen schermen, geluidsisolatie aanbrengen in woningen,...). De aanleg van een wegdek in DAB kost ongeveer 4,5 /m 2 (prijsniveau 2003). Onderstaande tabel geeft de kostprijs van de aanleg van de meest courante wegdektypes weer relatief ten opzichte van de kostprijs van de aanleg voor DAB (gelijkgesteld aan 100 %). Tevens wordt een indicatie gegeven van de onderhoudskost (in, prijsniveau 2003). Wegdektype DAB ZOAB gietasfalt bestrijking met kunsthars SMA cementbeton klinkers kasseien Aanlegkost (DAB=100%) 100 350 125 tot 310 125 750 11 ca. 500 ca. 600 Onderhoudskost (in per m 2 en per 30 jaar) 3 9 70 10 0 3 9 5 12 (afhankelijk van voegtype) (afhankelijk van voegtype) 9 herstellingen 10 voor één reiniging per jaar, aantal reinigingen afhankelijk van de situatie. 11 hierbij is ook de vervanging van de fundamenten inbegrepen, omdat dit aan het einde van de lange levensduur van een cementbetonoppervlak ook nodig is. In de kostprijs van de andere types wegdek is enkel de vervanging van de toplaag inbegrepen. 12 inspectie/herstel voegen 33

REFERENTIES Descornet G. e.a., Traffic Noise and Road Surfaces: State of the Art, SI.R.U.US PROJECT, uitgave van het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw, Brussel (2000). Sandberg U., Ejsmont J.A., Tyre/road reference book, INFORMEX, Kisa, Zweden (2002), tabel 19.8, p. 413. Kosten en kwaliteit van wegverhardingen, Vereniging tot Bevordering van Werken in Asfalt, PB 68, 3620 AB Breukelen, zie http:// www.vbwasfalt.org. Kosten en kwaliteit van wegverhardingen, Vereniging tot Bevordering van Werken in Asfalt, PB 68, 3620 Breukelen (NL). Steven H., Geräuschemissionen auf Betonsteinpflaster, FIGE GmbH, Forschungsinstitut Geräusche und Erschütterungen, Kaiserstrasse 100, 5120 Herzogenrath (D) (1992). Revêtements de pavés en béton, Conception Mise en oeuvre, FEBELCEM, dossier ciment, 8 (1996). «Prescriptions administratives et techniques pour la préparation d éléments de planification en matiére de lutte contre le bruit Lot 2 Les revêtements routiers», studie in opdracht van het BIM/IBGE, uitgevoerd door ATECH/FIGE (1997). «Structures et revêtements des espaces publics Guide technique», Centre d études sur les réseaux, les transports, l urbanisme et les constructions publiques, Ministère de l Equipement des Transports et du Logement (2001), zie http://www.certu.fr. «Mesure du bruit à faibles vitesses et pour différents types de revêtements routiers rapport interne» BIM (1993). «Manuel des Espaces Publics Bruxellois», Région de Bruxelles-Capitale. NBN EN 1342 :2002 «Straatkeien in natuursteen Eisen en proeven», te bestellen bij het Belgisch Instituut voor Normalisatie, zie bijvoorbeeld http:// www.bin.be. TB 2000 - Typebestek betreffend wegeniswerken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 34