Studiehandleiding Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Naam onderwijseenheid: Capita selecta: Maatschappelijke activering en gezinsbegeleiding Code onderwijseenheid: HBOMIGV20151MA Studiejaar: 1 Onderwijsperiode: 4 Studiebelasting: 5 ec Docent: H. Yar Versie: september 2017 1
Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Eindkwalificaties en leerdoelen... 3 2.1 Eindkwalificaties... 3 2.2 Leerdoelen... 3 3 Opbouw en inhoud van de onderwijseenheid... 4 3.1 Schematisch overzicht van de colleges... 4 3.2 Studiebelasting... 5 4 Toetsing... 5 5 Literatuur [en/of materialen]... 5 6 Bijlage: opdracht en beoordelingsformulier werkstuk... 5 6.1 Opdracht werkstuk... 5 6.2 Beoordelingsformulier... 6 2
1 Inleiding Maatschappelijke activering en gezinsbegeleiding in het algemeen en de activering en gezinsbegeleiding van islamitische allochtonen gezinnen in het bijzonder vereist een waaier aan competenties van de hulpverleners. In deze onderwijseenheid wordt de vereiste kennis voor activering en begeleiding van moslimgezinnen in kaart gebracht. De student verdiept zich, via de literatuur, erin. Er wordt gevraagd om vanaf praktische casussen een zorgplan te bedenken die brengt naar voren de problematiek de doelen van de hulpverlening en de aanpak. Het uitvoeren van deze activering en begeleiding vereist basiskennis en competenties op de volgende gebieden met haar bijbehorende thema s: - Psychologie: behoeftehiërarchie, motivatietheorieën, leven tussen twee culturen: de liminaliteit 1 tussen de migranten ouders, identiteitsontwikkeling van de kinderen, de bijdragen van de islamitische opvoeding aan de identiteit ontwikkeling van de moslimjeugd, leren omgaan met de dilemma s binnen een gezin. - Pedagogie: de rol van de pedagogische omgeving zoals: gezin, school, moskee en jeugdzorg. - Transculturele hulpverlening: transculturele communicatie, transculturele aanpak in de hulpverlening aan de specifieke doelgroep de allochtone moslimgezinnen. Met de vraag over de bijdraag van de jeugdzorg op allochtone jeugd en gezinnen. 2 Eindkwalificaties en leerdoelen 2.1 Eindkwalificaties Bij deze onderwijseenheid werk je in het bijzonder aan de ontwikkeling van de volgende eindkwalificaties van de opleiding: g. het kunnen begeleiden van personen in de zoektocht naar het op bevredigende wijze kunnen omgaan met de vragen op het gebied van juridische en maatschappelijke kwesties, desgewenst mede door referentie aan de godsdienstige leer en traditie; n. het in staat zijn islamitische standpunten en houdingen op het gebied van ethiek, zingeving en maatschappelijke ontwikkeling zodanig te ontwikkelen, dat zij enerzijds in overeenstemming zijn met de fundamentele principes en waarden van de islam en anderzijds met de specifieke omstandigheden van Europa in het algemeen en Nederland in het bijzonder en beantwoorden aan de specifieke behoeften van moslims in het hedendaagse Nederland en Europa. 2.2 Leerdoelen De leerdoelen voor deze onderwijseenheid zijn als volgt: 1. Je hebt inzicht in moslimgezinsproblematiek. 2. Je kunt oplossingen aandragen en bent in staat geschikte hulpverlening in te schakelen voor verdere hulp aan de gezinsleden. 3. Je hebt kennis van motiverende en ondersteunende theorieën en weet hoe die in kunnen worden gezet ter bevordering van het doorzettingsvermogen van de kwetsbare of moeilijk te begeleiden cliënt. 1 Niet geaccepteerd of niet gedefinieerde rol binnen een cultuur. 3
3. Je bent in staat om je hermeneutische competentie te gebruiken in het kader van activering en begeleiding van de doelgroep. (Het komt erop neer dat je in staat bent een brug te slaan tussen de bronnen van de godsdienstige en levensbeschouwelijke traditie en mensen in hun dagelijks leven. Je toont inzicht in hedendaagse religieuze vragen en levensvragen van mensen.) Bij deze onderwijseenheid werk je in het bijzonder aan de ontwikkeling van de volgende eindkwalificaties van de opleiding: - Met gebruik van de behoeften theorieën en de Piramide van Maslow en de piramide van Pinto ben je in staat de behoeften van elke lid te herkennen. - Op basis van deze theorieën ben je in staat een zorgplan te maken met als doel: de begeleiding van personen in hun zoektocht naar het bevredigen van hun behoeften op gebieden als opvoedingsondersteuning en maatschappelijke kwesties - Met behulp van casuïstiek analyse ben je in staat te laten zien hoe je methodisch een persoon kunt motiveren, activeren en ondersteunen om samen de afgesproken doelen van het zorgplan te bereiken. (De referentie aan de godsdienstige leer en traditie is vaak een sterke motiveren facteur voor de meeste moslim gezinnen. We gaan ervan uit in deze module dat je de islamitische standpunten en houdingen op het gebied van opvoeding, ethiek, zingeving, maatschappelijke ontwikkeling en maatschappelijke participatie ontwikkeling in pacht hebt. Het is een onmisbare kennis voor de hulpverleners die met moslim gezinnen werken.) 3 Opbouw en inhoud van de onderwijseenheid Ter voorbereiding op de colleges lees je desbetreffende hoofdstukken of bereidt de opdrachten voor. 3.1 Schematisch overzicht van de colleges Bijvoorbeeld: Week Inhoud Werkvorm/contacttijd Voorbereiding door student 1 Inleiding: Overzicht begeleiding en begrip problematiek van allochtone moslim gezinnen in Nederland Hoorcollege -- 2 Idem Hoorcollege Theorie van Maslow 3 Behoeftentheorieën: Maslow en Pinto Besprekingscollege Bespreken eenvoudige casuïstiek 4 Motivatietheorie Hoorcollege Motivation and personality 5 Opvoeding in de migratiecontext Hoorcollege Pels: Opvoeding in de migratiecontext 6 Opvoeding en integratie Hoorcollege Pels: Opvoeding en integratie 7 Multiproblematische gezinnen Besprekingscollege Bespreken complexe casuïstiek 4
3.2 Studiebelasting De studiebelasting kan globaal op de volgende wijze nader aangegeven worden: Colleges: 7 x 100 min. = 11 uur, 40 min. Schriftelijke toets: 1 uur, 40 min. Bestudering aantekeningen docent en literatuurstudie ter voorbereiding van de colleges: 7 x 3 uur = 21 uur Herhaling leerstof ter voorbereiding op presentatie 35 uur, 40 min. Voorbereiding (literatuuronderzoek, interviews) en redactie werkstuk: 70 uur Totaal: 140 uur (5 ec). 4 Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst door middel van de ingeleverde essays gebundeld in een werkstuk waar de student een complexe casuïstiek analyse kan voorstelen. De conclusie van het werkstuk is een zorgplan. Het voorstel bevat niet minder dan 2000 en niet meer dan 5000 woorden. Kleine afwijkingen zijn toegestaan. 5 Literatuur [en/of materialen] MASLOW, A. (1954). Motivation and personality. New York, NY: Harper (ook beschikbaar op het internet) BERRY (1990) Psychology of acculturation. Understanding individuals moving between cultures. PELS E.A. (2009) Opvoeding in de migratiecontext: review van onderzoek naar de opvoeding in gezinnen van nieuwe Nederlanders. T. Pels, M. Distelbrink, L. Postma; 2009; Verwey-Jonker Instituut (VJI), Utrecht. PELS E.A. (2000) Opvoeding en integratie. Een vergelijkende studie van recente onderzoeken naar gezinsopvoeding en de pedagogische afstemming tussen gezin en school. T. Pels (red.); 2000 (2 de, ongewijzigde druk 2004); Assen: Van Gorcum. PINTO D. (2000). Intercultural communication.a three-step method for dealing with differences. Louvain-Apeldoorn, Garant (2000). (Veel gelijkwaardige bronnen beschikbaar op het internet van de auteur, zie b.v. Een nieuw perspectief ) 6 Bijlage: opdracht en beoordelingsformulier werkstuk 6.1 Opdracht werkstuk De criteria aan de hand waarvan de essays en de presentatie worden beoordeeld, vind je in het beoordelingsformulier. 5
6.2 Beoordelingsformulier De beoordeling is een cijfer van 0 tot 10. De volgende criteria zullen mee wegen voor de beoordeling van je werkstuk: 1- Is de opdracht helder geformuleerd? 2- Is er een duidelijke lijn en structuur in de uitwerking van de opdracht? 3- Maak je duidelijk hoe je te werk bent gegaan om de opdracht te maken, uit te werken en op schrift te stellen? 4- Ben je consequent in je argumentatie? 5- Is het origineel of is het enkel een samenvatting van de aangehaalde literatuur? 6- Heb je genoeg literatuur geraadpleegd? Het is niet van te voren aan te geven hoeveel punten voor elk onderdeel de docent zal geven. Het kan ook zo zijn dat je een van de zes criteria zo slecht hebt aangetoond dat het daar door een onvoldoende kan zijn. Met andere woorden: de beoordeling is gebaseerd op het geheel. Voor elk criterium, waaraan niet wordt voldaan wordt een punt afgetrokken. 6