Eindrapport Pilootproject Waarderen. Waarderen over de grenzen van musea heen.

Vergelijkbare documenten
Architectuurarchieven waarderen

Casestudy Op de museale weegschaal. Op bezoek bij een verzamelaarsechtpaar

Schenken aan een museum?!

Zorg voor kloostererfgoed. Wat doet het CRKC voor de kloosters?

Het museum: - beschikt over een kwaliteitslabel als museum - heeft tijdig een aanvraag ingediend voor Vlaamse indeling en subsidiëring

Een workshop rond het maken van beschrijvingen op collectieniveau

korte historiek Wielermuseum collectiegeschiedenis en -profiel collectiewaardering en positionering toekomstvisie

Vrijdag 1 april 2011 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Officiële Opening Studio Alijn - Gent

Regionale infosessie Erfgoeddag 2016 Rituelen

PERSTEKST HUIS VAN ALIJN MUSEUM VAN HET DAGELIJKS LEVEN

Het object is stabiel en zal stabiel blijven in de huidige omgevingsomstandigheden. Het object vereist geen restauratie

Nog een Heilig Hart. Inventarisatie en herbestemming collectie Theo Broers in Moelingen (Voeren) Lieve Opsteyn en Katrien Houbey. Erfgoed Haspengouw

Waarderen en herbestemmen van roerend religieus erfgoed een stappenplan

MICHEL REMAUT (73) VERWELKOMT BEZOEKERS PER JAAR

Het Brussels Museum van de Molen en de Voeding Windmolenstraat 21 Lindestraat Evere

Inventaris van het roerend religieus patrimonium in de kerk van Serskamp. Waarom en hoe?

Agenda. Wat is een collectie? Onderverdeling collecties Wat is een collectieplan? Wat is een collectieplan niet Overlopen van de verschillende stappen

Weet wat je in huis hebt

Keramiekmuseum Princessehof Leeuwarden Verwervingsprocedure

TERf Dataprofiel voor Archeologisch Vindplaatsen

INHOUD. 2. Inleiding. 3. Analyse. 4. Plan van aanpak. 6. Opdracht en Organisatie. 7. Financiën. 8. Doelstelling

Een Egyptische collectie in Leiden

Een digitale kerkinventaris als instrument voor de waardering van religieus erfgoed

KONINKLIJKE MUSEA VOOR SCHONE KUNSTEN

Mijn Stad Mijn Dorp. Resultaten eerste fase. Wendy Oude Nijeweme d Hollosy

EVALUATIERAPPORT LOKS ZIEKTEPREVENTIE EN GEZONDHEIDSPROMOTIE BIJ SOCIAAL KWETSBARE GROEPEN: INZICHTEN EN STRUIKELBLOKKEN 2015

Beeldende kunst archieven RKD / Nederlands instituut voor Kunstgeschiedenis

Persmap - Vergeten Grafheuvels Limburgs Museum

Bouwkroniek Premium is het nieuwe online platform voor een efficiënt beheer van al uw aanbestedingen.

Prospectie naar Nederlandstalige gedrukte publicaties voor de deponering

SCHATTEN VAN VRIENDEN. 60 JAAR AANWINSTEN

Beleidsregel selectiecriteria gemeentelijke monumenten Gemeente Etten-Leur

Onderzoek naar archieven en collecties in de beeldende kunsten

Maandag 21 november Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR

De Doodendraad De elektrische draadversperring aan de Oost- en Zeeuws-Vlaamse grens tijdens de Eerste Wereldoorlog

Lokale erfgoedinstellingen

den AST Meiboom Halle Omvat het stadsarchief, het streekmuseum ( het vroegere Zuidwestbrabants museum) en de toerismeambtenaar

Jules De Bruycker te gast bij Frank Brangwyn

Verhuizing naar de erfgoeddepots: een blik achter de schermen

DE EETFABRIEK - MECHANICA IN DE KEUKEN

Draaiboek mini-burgerkabinet

Acquisitiebeleidsplan Noord-Hollands Archief

Standaarden in het (digitaal) beschrijven van vormgevingsarchieven Bernadine Ypma, zelfstandig onderzoeker

Criteria voor goed museaal handelen

Tentoonstellingskalender

Stichting Geschiedenis Fysiotherapie

Buurten met erfgoed. Het verhaal van de schoolomgeving. Schooljaar Dilbeek. Buurten met erfgoed in het kort:

MSK geeft schilderijen Frits Van den Berghe terug aan erfgenamen

BELVUE MUSEUM. Jongeren eerst!

AANVRAAG TOT KANDIDATUUR

ROYAL ANTWERP IDENTITY TERUG NAAR DE TRADITIE

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit

Cijferboek cultureel erfgoed algemeen rapportageverslag

Provinciale gespreksavond over Zelfzorg en lokaal sociaal beleid een haalbare kaart?

RICHES Renewal, Innovation and Change: Heritage and European Society

Dienstverlening roerend religieus erfgoed

praktijkseminarie de operationele aanpak valorisatieproblematiek

Buurten met erfgoed. Het verhaal van de schoolomgeving. Schooljaar Dilbeek. Buurten met erfgoed in het kort:

WAT IS DE LIBERATION ROUTE EUROPA

Beschermwaardigheidstoetsing Gezicht op de abdij van Grottaferrata van Caspar van Wittel

provinciale infodag archeologie 2008 Dienst Erfgoed Departement Cultuur Dienst Erfgoed Koningin Elisabethlei Antwerpen

Verhuis- en blijfmotieven van jonge gezinnen en jongvolwassenen in de centrumsteden

40 jaar Ring Shopping Kortrijk Noord

Een nieuw boek van Ter Palen!

150 jaar Koninklijke Oudheidkundige Kring van het Land van Waas (K.O.K.W.)

conceptnota ithaka 25

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Tiende bijeenkomst 04/11/15

Verklaring inzake cookies

Gemeente Houten: Onderzoek Kieskompas. Den Dolder, 26 januari 2011 Ir. Martine van Doornmalen Rianne van Beek Msc.

Toelichting kwaliteitslabel

museabrugge.be MUSEA BRUGGE PERSDOSSIER PASSÉ COMPOSÉ HET ONTSTAAN VAN DE GRUUTHUSECOLLECTIE

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN

Invulboek MovE - Minimale registratie

Een beginners handleiding voor energie en vermogen

STAGEVOORSTELLEN - ERFGOED ZUIDWEST

Subsidiedossier Projectsubsidiereglement van 4 februari 2009 ter versterking van het lokaal cultureel erfgoedveld herziene versie juli 2010

Stap 1: Mindmap design. Wat is design volgens Marktplaats. Wat is design volgens Judith. Informatie Architectuur Design op marktplaats

Cijferboek cultureel erfgoed algemeen rapportageverslag

NIEUWE TOPSTUKKEN UIT HET BRUGSE PRENTENKABINET

Bouwkroniek Premium is het nieuwe online platform voor een efficiënt beheer van al uw aanbestedingen.

17 december 2018, 08:45 (CET) Opstelling De collectie als tijdmachine in Van der Steur gebouw

Mondelinge geschiedenis en architectuur Een voorstel voor format diepte-interview Centrum Vlaamse Architectuurarchieven _ draft 28 april 2010

'Geheime' kunstcollectie Imtech komt in de verkoop

10 jaar MovE. Van museuminzicht.be naar erfgoedinzicht.be

GENTMOMENTEN. lessenreeks n.a.v. de stadsklassen 21 tot 23 april 2009

Overzicht vragen aanvraag Inventaris Vlaanderen

Snapshot 9: Kantje boord. Kant vroeger en nu door de lens van Karin Borghouts

Gezocht én gevonden: vrijwilligers met een hart voor religieus erfgoed Lothar Casteleyn, Coördinator Erfgoedbeleid

Desinfectie van flexibele endoscopen met lumen. Studiedag Verpleegkundigen Infectiebeheersing 19 maart 2018

OVEREENKOMST VAN SCHENKING

Cijferboek cultureel erfgoed algemeen rapportageverslag

sponsordossier ithaka 25

Wie vindt, die zoekt verder. Speuren naar het verleden van je vereniging

Richtlijnen indienen en acceptatie. Modeltreinen

RELIGIEUS ERFGOED INVENTARISEREN

XXL Formaten. digitalisering en online presentatie

XXL Formaten. digitalisering en online presentatie

Bruikbare Aanbevelingen om de EILEEN- Benadering toe te passen

Transcriptie:

Eindrapport Pilootproject Waarderen Waarderen over de grenzen van musea heen. Huishoudelijke apparaten en modelfragmenten in de Gentse stedelijke collecties van Design Museum Gent, Industriemuseum, Huis van Alijn en STAM. 1

Inhoud 1. Situering... 4 2. Huishoudelijke apparaten... 5 2.1. AANPAK... 5 2.1.1. Afbakening... 5 2.1.2. Bronnenonderzoek... 6 2.1.3. Veldonderzoek... 10 2.1.4. Methodiek... 12 2.2. WAARDERING... 13 2.2.1. Voorbereidende registratie in Adlib... 13 2.2.2. Klankbordgroepen... 13 2.2.3. Waarderingsteam... 16 2.2.4. Verloop van de waarderingssessies... 17 2.3. NAZORG... 19 2.3.1. Referentiecollectie?... 19 2.3.2. Collectievorming... 20 2.3.3. Verdere afstemming tussen de musea... 20 2.3.4. Aanbevelingen / Knelpunten... 21 2.4. BIJLAGEN... 22 2.4.1. Bijlage 1: Blanco waarderingsformulier met hulpvragen en definities... 23 2.4.2. Bijlage 2: Ingevuld waarderingsformulier (met weergave van velden uit Adlib)... 26 2.4.3. Bijlage 3: Waardenstellingen per subcollectie... 27 2.4.4. Bijlage 4: Samenvattende waardering deelcollectie Elektrische huishoudelijke apparaten in Design Museum Gent, Huis van Alijn en MIAT... 73 3. Houten modelfragmenten... 82 3.1. AANPAK... 82 3.1.1. Afbakening... 82 3.1.2. Bronnenonderzoek... 83 3.1.3. Veldonderzoek... 83 3.1.4. Methodiek... 84 3.2. WAARDERING... 84 3.2.1. Eerste algemene klankbordgroep... 84 3.2.2. Waardering... 85 3.2.3. Tweede klankbordgroep rond het toekomstige potentiële gebruik... 86 3.2.4. Knelpunten... 87 2

3.2.5. Bijlage 5: Waardering deelcollectie houten (model)fragmenten in Design Museum Gent en STAM op 12/6/2018... 88 3

1. Situering Design Museum Gent voerde dit waarderingsproject van oktober 2017 tot oktober 2018 in aanloop naar een grootschalig waarderingstraject per deelcollectie, dat voorzien is tijdens de beleidsperiode 2019-2023. Met dat ruimere traject wil het als museum groeien naar een waarde gebaseerd collectiebeleid volgens het model van de collectiemanagementsdriehoek van het RCE (de Nederlandse Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed). Samengevat betekent dit dat je steeds de waarde van collectiestukken voor ogen houdt, volgens meerdere criteria, en dat je inspanningen doet om die waarde te behouden, in te zetten en te ontwikkelen. Dit waarderingstraject zal Design Museum Gent in staat stellen om op het ritme van de deelcollecties zijn collectie systematisch door te lichten en prioriteiten te stellen op vlak van collectievorming, conservatie, onderzoek en ontsluiting/digitalisering. Voor dit pilootproject, waarmee we in functie van het ruimere traject het waarderen in de vingers wilden krijgen, kozen we twee uiteenlopende deelcollecties die goed (huishoudelijke apparaten) en minder goed (modelfragmenten) passen in ons huidige collectieprofiel. Voor het eerste spoor kozen we bewust voor een collectie die we gemeenschappelijk hebben met twee andere Gentse musea, namelijk Industriemuseum (toen nog MIAT) en Huis van Alijn, om het voeren van een waarde gebaseerd collectiebeleid op te tillen naar het niveau van de Stad Gent en te onderzoeken of de Gentse collectie het potentieel heeft om uit te groeien tot een Vlaamse referentiecollectie voor huishoudelijke apparaten. Het is de bedoeling dat deze eerste gezamenlijke waarderingsoefening een vervolg krijgt, structureel in de vorm van een overleg, en projectmatig wanneer andere gemeenschappelijke collecties aan bod zullen komen. De focus voor het waarderen van de tweede collectie lag niet op stukniveau maar op het niveau van de collectie zelf, waarbij we voornamelijk het gebruik en het ontwikkelingspotentieel van de collectie als een geheel wilden onderzoeken. De houten (model)fragmenten behoren namelijk tot het oude deel van onze collectie, dat verzameld werd in de eerste helft van de 20 ste eeuw vanuit de oorspronkelijke missie van het museum om modellen te verzamelen voor de vakman en de kunstenaar. Hoewel ze zeker deel uitmaken van de historiek en identiteit van het museum, werd er tot voor kort niet meer mee gewerkt. Bij dit tweede spoor van het project betrokken we STAM gezien de prille geschiedenis van de collectievorming en de presentatie van collectiestukken in de twee musea deels parallel loopt. Met dit eindrapport maken we het verslag van dit pilootproject, dat liep van 01/10/2017 tot 30/09/2018. Het bevat ook alle waardenstellingen per subcollectie en een samenvattende eindwaardering van de deelcollectie huishoudelijke apparaten. Het verslag werd opgemaakt door Sanne Van Bellingen, projectmedewerker voor dit waarderingsproject, en nagelezen en aangevuld door Eva Van Regenmortel, onderzoeker in Design Museum Gent. 4

2. Huishoudelijke apparaten 2.1. AANPAK 2.1.1. Afbakening Voor de afbakening werd oorspronkelijk vertrokken van de definitie van de Art & Architecture Thesaurus (AAT), nl. toestellen die door brandstof of elektriciteit worden aangedreven en die in het huishouden worden gebruikt voor het vergemakkelijken van taken zoals het bereiden van een maaltijd, het opslaan van voeding, schoonmaken en verzorging. Oorspronkelijk was besloten om ook de manueel aangedreven toestellen te waarderen omdat ze een deel van de vormelijke, technische en gebruiksevolutie van toestellen vertellen. Er werd na verloop van tijd echter voor geopteerd om enkel de elektrische huishoudelijke toestellen te waarderen. De collectie huishoudelijke apparaten van de drie musea samen omvat bijna 2000 objecten, wat een waardering op objectniveau binnen de beschikbare tijd onmogelijk maakte. Tijdens de waarderingssessies werden de niet elektrische voorlopers en manuele tegenhangers in de collectie vermeld, maar ze werden niet mee gewaardeerd. Ook toestellen voor professioneel gebruik werden niet gewaardeerd. We maakten geen chronologische afbakening, maar doordat de eerste elektrische toestellen pas begin 20 ste eeuw op de Belgische markt verschenen, werden de oudste objecten circa 100 jaar geleden geproduceerd. Ook geografisch werden geen objecten uitgesloten. Er werd getracht de levensloop van het toestel tot op vandaag op te nemen bij de herkomst- en verwervingsgegevens. Uiteindelijk groepeerden we onderstaande elektrische huishoudelijke apparaten uit onze collecties in drie clusters, namelijk voeding, schoonmaak en lichaamsverzorging, die we tijdens 11 sessies waardeerden, onderverdeeld in dertien subcollecties volgens soort toestel. In totaal waardeerden we 804 apparaten, ongeveer gelijk verdeeld over de collecties van Design Museum Gent, Industriemuseum en Huis van Alijn. Een restfractie van 122 apparaten (massagetoestellen, elektrische messen, frituurpannen, ) geraakte niet gewaardeerd. Voeding: - Koffiezetmachines, percolators, espressotoestellen - Waterkokers - Mixers, blenders - Koffiemolens - Koelkast, diepvries - Wafelijzers, croque- en grilltoestellen - Broodroosters - Warmhoudplaten, fornuizen - Frituurpannen - Vruchtenpersen - Ovens, microgolfovens - Elektrische messen - Yoghurtmakers, ijsmakers - Fonduetoestellen - Elektrische raspen 5

Schoonmaak en interieurverzorging: - Strijkijzers - Stofzuigers, boeners - Wasmachines - Droogkasten Lichaamsverzorging: - Scheerapparaten, ladyshaves, epileertoestellen - Massage-toestellen - Haardrogers, krultangen 2.1.2. Bronnenonderzoek Om een goed beeld te krijgen van de technische, vormelijke en gebruiksevoluties van de verschillende huishoudelijke apparaten, werd een beperkt literatuur- en bronnenonderzoek gevoerd. De historiek van producenten waarvan stukken in de collectie werd ook nagegaan. De geschiedenis van de huishoudelijke apparaten in België is grotendeels nog onontgonnen terrein. De geschiedenis van de Belgische producenten en de vormelijke evoluties van de toestellen zijn onderbelicht in de literatuur. Informatie werd voornamelijk gevonden op het internet, bij verzamelaars en in reclames, brochures en tijdschriften. Huis van Alijn ontsloot alle advertenties uit tijdschriften uit de jaren 1950, 1960 en 1970 in Adlib. Foto s op veilingsites, video s op verzamelaarsplatformen of Youtube geven veel informatie over toestellen en hun oorspronkelijke staat. We zochten ook contact met betrokkenen bij dit erfgoed zoals producenten, voormalige werknemers, verkopers, verzamelaars en gebruikers. Er werd gezocht naar personen met verschillende achtergronden om de kennis over de collectie te vergroten en de waardering accurater te maken. We deden meerdere oproepen via Facebook (Design Museum Gent, Huis van Alijn, Industriemuseum, STAM, ETWIE, KVLV Vrouwen met vaart, Stadsarchief Tongeren). Buiten de oproep door Stadsarchief Tongeren (zie verder) bracht dit geen extra informatie aan. Wel werden verschillende toestellen aangeboden voor schenking (zie verder). Er verscheen een oproep in het januarinummer van Vrouwen met Vaart van KVLV en in de Unizo-nieuwsbrief. Er werd ook contact opgenomen met de voornaamste producenten die aanwezig zijn in de collectie: Nova (nu Princessgroep), Philips Nederland, Hoover en Moulinex. Ook hierop kwam helaas geen reactie. Aan de collega s van Design Museum Gent werd gevraagd naar elektrozaken met geschiedenis. Dit bracht ons in contact met de elektrozaak van Chris Feys, die lid werd van het waarderingsteam. Erfgoedcel Pajottenland werd gecontacteerd omwille van het project Fabrieksburen. Industrie in de Zennevallei dat zij voerden in 2017. Dit ging onder andere over de ACEC-fabriek, waar men ook een kleine publicatie over uitbracht. Verschillende personen raadden ons aan contact op te nemen met de Kringwinkel of een Repair Café. Hier werken vaak enthousiaste mensen met kennis van elektrische apparaten of oudwerknemers. Hiervoor werd de vraag gesteld aan de reparateurs van de Gentse Repair Cafés via de Dienst Ontmoeten en Verbinden. In hetzelfde kader werd ook gemaild naar Dokter Elektro, een 6

voormalige arbeider bij verschillende producenten en nu hersteller van elektrische huishoudelijke apparaten. Maar ook hierop kregen we helaas geen reacties. Bibliografie Archiefbronnen: - Archief Nova, Stadsarchief Tongeren Literatuur: - Pauline Webb, Suggitt Mark, Gadgets and necessities: an encyclopedia of household innovations, Santa Barbara, 2000. - Jan Raymaekers, Aan de kook, een halve eeuw keukengeschiedenis, Brussel 2016. - Ad Maas, Tiemen Cocquyt, De eeuw van de elektrotechniek in: TICC (Tijdschrift voor Industriële Cultuur) 122, 2013, p. 2-23. - 110 jaar Miele - weerspiegeld in de tijd, Gütersloh, 2009. - Breton, Tristan Gaston; Defever-Kapferer, Patricia, La magie Moulinex: la conquête des femmes, Parijs, 1999. - Ruth Schwartz-Cowan, More work for mother: the ironies of household technology from the open hearth tot the microwave, Lexington, 1983. - E. Townsend Artman, Toasters 1909-1960 : a look at the ingenuity and design of toaster makers, Atglen 1996. - Bernd Polster, Braun: fifty years of design and innovation, Stuttgard, 2009. - Bob Gordon, Early electrical appliances, Aylesbury, 1984. - Ingeborg Kelling, Alles Elektrisch. 100 Jahre AEG Hausgeräte, Nürnberg. - den Besten, G. J.; den Besten-den Burger, L. S. J., Strijk, streek, gestreken, Zutphen, 1983. - Brian Jewell, Smoothing irons: a history and collector's guide, Turnbridge Wells, 1977. - Anne H. Mulder, In Holland staat een huis, Zeven eeuwen Nederlandsche levenskunst : een geschiedenis van het dagelijksch leven, Amsterdam 1946. - John Vince, Laundrywork, 1996. - David Johan, Wassen en strijken, Grimbergen, 1988. - Henk Povée, De eeuw van Blokker: 100 jaar huishoudbranche in Nederland, Bussum 1996. - Christina Hardyment, From mangle to microwave: the mechanization of household work, Cambridge 1988. - Jean Bernard Hebey, Esthétique Domestique. Les arts ménagers 1920-1970, Milaan 2002. - Nele Desimpelaere, De koelkasten en wasmachines van Philips in: TIC (Tijdschrift voor Industriële Cultuur), 25(2008), 103, pp. 40-47. - Dirk van Delft, Ad Maas, Philips research, 100 jaar uitvindingen die ertoe doen, Zwolle, 2013. - Willem Scheire, Geschiedenis van het evidente: het verhaal van de koelkast in: Volkskunde 113(2), 2012, p. 129-151. - Els De Vos, Hoe zouden we graag wonen? : woonvertogen in Vlaanderen tijdens de jaren zestig en zeventig, Leuven, 2012. - Ruth Oldenziel, Carolien Bouw, Schoon genoeg: huisvrouwen en huishoudtechnologie in Nederland 1898-1998, Nijmegen, 1998. 7

- Adrien Brysse, Philips in België, s.l., s.d. - Peter van Dam, Ir. Louis C. Kalff 1897-1976, Het artistieke geweten van Philips, Eindhoven 2006. - Penny Sparke, Electrical appliances, Londen, 1987. - Timo De Rijk, Het elektrische huis: vormgeving en acceptatie van elektrische huishoudelijke apparaten in Nederland, Rotterdam 1998 - Johan W. Schot, Techniek in Nederland in de twintigste eeuw. 4: Huishouden, medische techniek, Zutphen, 2001. - P. Van Overbeke, Kachels, geisers en fornuizen: keuzeprocessen en energieverbruik in Nederlandse huishoudens 1920-1975, Eindhoven 2001. - William F. George, Antique electric waffle irons 1900-1960 : a history of the appliance industry in 20th century America, Trafford 2003. - Marie Ange Vanwezer, De evolutie van de Belgische industrie van de elektrische huishoudapparaten (licentiaatsverhandeling RUG), Gent, 1974. - Willem Scheire, IJSKOUD! Koelkasten, massaconsumptie en materiële cultuur in België tussen 1945 en 1975 (doctoraatsverhandeling VUB), Brussel 2018. - Kristien Van Hecke, Den Acec van Ruisbroek. Geschiedenis in Tijdschrift van de werkgroep voor streek- en volkskunde van Sint-Pieters-Leeuw (jaargang 36n nr. 3-4), Sint-Pieters-Leeuw 2017. - Fabrieksburen, Industrie in de Zennevallei, Dilbeek 2017. - Raymond Loewy, un pionnier du design américain, Parijs 1990. - S. Bayley, In good shape; style in industrial products, 1900 to 1960, Londen 1979. - David Hanks, Anne Hoy, American streamlined design : the world of tomorrow, Parijs 2005. - Lars Dybdahl, De industrielle ikoner: Design Danmark, Kopenhagen 2004. - G. Breuer, K. Plüm, Design-Sammlung. Stiftung Schriefers; Produktgestaltung im 20 Jahrhundert, Keulen 1997. - Patrick Cook, Gad Sassower, Catherine Slessor, Bakeliet: een geïllustreerde gids voor verzamelobjecten van bakeliet, Alphen a/d Rijn 1992. Documentatie, tijdschriften en brochures: - Studio Alijn, Huis van Alijn, Gent - MIATFactory, Industriemuseum, Gent - MOT, Grimbergen Internetbronnen: - Woman's Work: The Housewife, Past and Present - Ann Oakley - Google Boeken - Household Appliances Timeline - Greatest Engineering Achievements of the Twentieth Century - History of Household Items - Household Appliances History. Museums of the World - YouTube - The History of Household Technology - YouTube - 551659.pdf - Alle titels dbnl - Philips shavers - Philips 90 coffeemakers - Philips 90 Alessi - Philips 90 Kitchen appliances - Over Inventum 8

- home appliance Britannica.com - The history of Bosch home appliances. - 50 years BSH household appliances - Bosch History Blog - What Came First? Electric Appliances Timeline - Geschiedenis Miele - VOOR U GETEST Huis van Alijn - Retroscoop - Online magazine met een warm hart voor Retro. - Collectie - NEMO Science Museum - huishoudbeurs museum - Hier brandt de lamp! Museum ETWIE - Van der Heem stofzuigers - erres - van der Heem NV Erres - Van der Heem - Nieuwe opstellingen 'Wat een meisje weten moet' en 'Kinderen van toen, senioren van nu' - Bezoekers - Hall of Fame Continium - Streamlined Irons - History of ironing and irons - flat-irons, sad-irons, mangles - The History of Irons.doc - Pifco - Graces Guide - De geschiedenis van Bosch huishoudtoestellen. - Doorheen de geschiedenis - Seb - Opleiding Hersteller van elektrische huishoudapparaten Elektriciteit en airco opleidingen Syntra West - hersteldienst elektro huishoudtoestellen reparatie herstellen wasmachines koelkasten - Geschiedenis Nilfisk Consumer - Eerste stofzuigers werden voortgetrokken door paarden - The History of the Kitchen Blender - Mixer History - Invention of the Mixer - Retro Kitchen Mixers - Who Invented Vacuum Cleaners? - History of the Oven (Cast Iron to Electric) - History of Tin Cans and Can Openers - Love Your Latte? Learn the History of Coffee - History of Kitchen Appliance Inventions - Introduction to Electricity and Electronics - The History of the Refrigerator and Freezers - The First Electric Pop-Up Toaster - The First Washing Machine Wasn't a Machine at All - Beauty Related Inventions - History of Makeup - The History of Hair Styling Products and Tools - www.toastermuseum.com - ANTIQUE TOASTERS for TOASTER COLLECTORS - History - Siemens Global Website - Technological innovation - Hoover - Electrolux design history Electrolux Group - Exeter couple sell household appliances from 50 years ago Daily Mail Online - Wie ben ik? Dr. Elektro - Edgar's Stofzuiger verzameling - Elektroman uit Koekelare showt stokoude huishoudtoestellen - Nieuws - KW.be - Deelnemers 9

- The Hoover Company - Wikipedia - OPGELET! HEET! De strijkijzercollectie van het MIAT. - Collectie Nederland: Musea, Monumenten en Archeologie - Nilfisk R40 hangar - Philips Historische Producten - Hoover Senior 652A (1964) Vintage Vacuum Cleaner Review - YouTube - The Hausfrau Journal: No bees in this bonnet - 1976 Amana Radarange Microwave Oven - YouTube - The Radarange Collection & Repair - Porsche Design Siemens Nespresso - YouTube - Unboxing A Vintage Hoover S4256 Powerglide Vacuum Cleaner - YouTube - Hoover Service Manual - 1987 - SowdenDesign: - Electrolux Trilobite 2.0 - YouTube - Elektrische broodrooster met groene fronten en zwarte handgrepen, snoer en stekker ~ Museum Rotterdam - van stad - A History of Braun Design, Part 1: Electric Shavers - Core77 - Stofzuigercollectie - erres_sz175 - Stofzuigerinzameling - Home - 1987 Electrolux 612 Electronic - YouTube - Vactric - Unboxing a Vintage Hoover Dustette 2614C Hand Held Vacuum Cleaner - YouTube - ibaisaic - YouTube - YouTube - ibaisaic - YouTube - YouTube - Holland Electro, Sniffy - HSS, Old vintage / retro stick vacuum cleaner, 60s 70s, movie #25 4bq - YouTube - Juniors 370-1334 - The Vintage Hoover Emporium - NOVA IN FAILLISSEMENT: REPRENEURS ZIJN REEDS OP DE CHRONOLOGIE RANKS OF A FAIL - Le Soir - www.rowenta.be/nl/onze-geschiedenis - philishave - Holdings - Search Museum of Design in Plastics, MoDiP - Vacuum Cleaner Collection - HOOVER - The Brave Little Toaster - Wikipedia - Moulinex - Wikipedia - History of Moulinex S.A. FundingUniverse - Erfgoedcentrum Industriële Vormgeving - - History - www.bamix.com EN - Les ressources en ligne du Musée d'art moderne et contemporain de Saint-Étienne Métropole - Hans Erich Slany - Wikipedia 2.1.3. Veldonderzoek In de eerste fase van het project werden ook andere instellingen en personen met vergelijkbare collecties gecontacteerd om de zeldzaamheid van de Gentse collectie te onderzoeken. Er werden contacten gelegd met zowel publieke instellingen in België en Nederland als met private collectiebeheerders en verzamelaars. Een eerste verkenning gebeurde via de Vlaamse depotconsulenten, de Belgische museumconsulenten en de Nederlandse museumconsulenten. 10

In België zijn er verschillende instellingen en personen die een collectie elektrische huishoudelijke apparaten beheren, variërend in omvang en inhoud: - Elektriciteitsmuseum - Hier brandt de lamp Pulderbos Privaat museum van Gust Van den Brande. Hij beheert circa 4500 objecten die iets met elektriciteit te maken hebben: schakelaars, zekeringen, lampen, toestellen, In zijn collectie bevinden zich ook strijkijzers, scheerapparaten, een aantal waterkokers en koffiezetmachines, broodroosters en andere kleine apparaten die hij verwierf door schenkingen. De projectmedewerker ging langs en nam foto s van de toestellen. - Museum voor Oude Technieken Grimbergen MOT beheert een grote collectie handwerktuigen, maar de focus van het museum ligt niet op elektrische toestellen. Design Museum Gent vergeleek de lijst huishoudelijke toestellen van MOT met de eigen collectie en wisselde informatie uit (zie verder). - La Fonderie Brussel Gegevens over de inhoud en omvang van de collectie elektrische huishoudelijke apparaten van La Fonderie werd verkregen en vergeleken met de toestellen in de Gentse collectie. - Musée de la Vie wallonne Luik MVW heeft een collectie elektrische huishoudelijke apparaten, ontsloten op http://www.viewallonne.be/collections. Het museum beheert ook een collectie toestellen uit een privaat fonds, waarvan niet zeker is of het in de toekomst wordt opgenomen in de museumcollectie. Bij de waardering werd enkel rekening gehouden met de collectie in bezit van het museum. - Gerard Segers (Maaseik) is verzamelaar van mechanische en elektrische scheerapparaten uit Europa en de VS. Hij heeft circa 400 scheerapparaten in zijn collectie. Bij de waardering werd geen rekening gehouden met zijn private collectie. Hij werd wel als expert gevraagd bij de waardering van de subcollectie scheerapparaten. - Bakkerijmuseum Veurne Het Bakkerijmuseum beheert een kleine collectie elektrische huishoudelijke apparaten. Daarnaast waardeert men jaarlijks een deelcollectie op collectieniveau. Er werd samengekomen om ervaring i.v.m. het waarderen uit te wisselen. Gegevens over de elektrische toestellen werden verkregen en meegenomen in de waardering. - Volkskundemuseum - Brugge In Brugge loopt de vaste opstelling Wat een meisje weten moet waarin verschillende elektrische huishoudelijke apparaten didactisch opgesteld zijn. Daarnaast bevinden er zich in het depot nog verschillende toestellen die niet geregistreerd zijn. - Stedelijke Musea Sint-Niklaas beheren een Kappermuseum met haardrogers, krul-, stijl- en friseertangen en andere benodigdheden voor het modelleren van het haar. De collectie uit Gent werd vergeleken met deze uit Sint-Niklaas. - Bokrijk (werd gecontacteerd en ging een lijst bezorgen die we uiteindelijk niet ontvingen) Bokrijk heeft een kleine collectie huishoudelijke apparaten. Het merendeel van de tentoongestelde objecten in de Sixties-tentoonstelling is afkomstig van Industriemuseum. - Wasserijmuseum Spa (werd gecontacteerd en ging de collectie vergelijken, maar raakte niet gefinaliseerd) 11

- Benoit Vanhees bezit een uitgebreide privécollectie, waaronder huishoudelijke apparaten, en publiceert daarover op zijn website Retroscoop, zie www.retroscoop.com. Hij maakte deel uit van het waarderingsteam. - Karel Cole bezit een uitgebreide verzameling objecten in bakeliet. Hij engageert zich al jaren als vrijwilliger voor Huis van Alijn en maakte deel uit van het waarderingsteam. Ook in verschillende Nederlandse museumcollecties bevinden zich elektrische huishoudelijke apparaten. Doordat we waardeerden op landelijk niveau in België, werd er geen rekening gehouden met deze collecties bij het waarderen. - NEMO Science Museum - Amsterdam: kerncollectie Techniek in en rond het huis - Limburgs Museum Venlo: deelcollectie Klein huisraad en keukengerei - Continium Discovery Center Kerkrade: deelcollectie Techniek van het Huishouden Internationale private collecties: - Alfaro Hoffmann (S): http://www.alfarohofmann.com/en/holdings - Jean-Bernard Hebey (F): Esthétique domestique: Les Arts ménagers, 1920-1970, 2002. 2.1.4. Methodiek Projectmedewerker Sanne Van Bellingen nam deel aan de vormingsreeks Waarderen bij Faro. Vervolgens werden verschillende waarderingsmethodieken onderzocht op hun bruikbaarheid en aanpasbaarheid voor het project. De methodiek moest toepasbaar zijn voor zowel het spoor van de huishoudelijke apparaten als voor de waardering van de houten (model)fragmenten. Uiteindelijk werd gekozen voor de methodiek Op de museale weegschaal. Door zijn duidelijke onderverdeling in verschillende kenmerken en waarden leek deze methodiek ons eenvoudiger om mee aan te slag te gaan dan zijn Britse tegenhanger Significance 2.0. Belangrijker nog was dat we de criteria konden toetsen aan de collectieprofielen van de drie musea. We pasten de hulpvragen en de definities van een hoge, een gemiddelde en een lage waarde aan aan de eigenheid van de collecties van de drie musea. Vervolgens werd het waardenkader getest met verschillende objecten. Er werd gekozen om te waarderen op landelijk niveau, daar de deelnemende musea een erkenning hebben als landelijk museum. Daarnaast wilden we nagaan of de Gentse collectie voor huishoudelijke toestellen potentieel heeft als referentiecollectie voor Vlaanderen. Dit had als gevolg dat we in de waardering rekening hielden met andere publieke collecties in België en dat we de historische en artistieke waarde ook op landelijk niveau bepaalden. Zie Bijlage 1: het blanco waarderingsformulier met de aangepaste hulpvragen en definities van een lage, gemiddelde en hoge waarde. Door de gezamenlijke waardering door drie musea, die elk een eigen collectieprofiel hebben, speelden er bij de waardering voor elk museum verschillende kwaliteiten/aspecten van een object mee. De museale waarde (als onderdeel van de cluster gebruik van het waarderingskader) bepaalden we telkens afzonderlijk vanuit de drie collectieprofielen. Die hebben alle drie betrekking op de materiële cultuur, maar ze leggen andere accenten. De profielen van Design Museum Gent en Industriemuseum liggen het dichtst bij elkaar. Voor beide collecties is een huishoudelijk apparaat interessant als het aspecten en scharniermomenten illustreert van de Belgische productie en 12

consumptie van dit segment van gebruiksvoorwerpen. Industriemuseum let daarbij in eerste instantie op vernieuwende technieken en materialen, en op het in beeld brengen van de verschillende stappen van de ontwikkeling van een product. Design Museum Gent wil met zijn collectie de intenties weerspiegelen waarmee ontwerpers en producenten doorheen de tijd huishoudtoestellen vorm gaven vanuit een voeling met die materialen en technieken, en met functionele en artistieke kwaliteiten als resultaat. Voor het Huis van Alijn speelt de nationaliteit van een object minder mee, wel zijn representativiteit en zijn herkenbaarheid, met andere woorden de mate waarin het apparaat nostalgie oproept over het dagelijkse huishouden. 2.2. WAARDERING 2.2.1. Voorbereidende registratie in Adlib In een tweede fase werden de registratie en de beschrijvingen van alle toestellen gecontroleerd, aangevuld en gecorrigeerd. De projectmedewerker kreeg ervoor schrijfrechten in de collectiedatabanken van de drie musea. Voor de objecten van Design Museum Gent werd gebruik gemaakt van de interne beschrijvingsrichtlijnen (gebaseerd op het invulboek van Erfgoedinzicht) en er werd gestreefd om minimaal de velden titel, datering, vervaardiger, beschrijving en verwerving aan te vullen. Die gegevens waren cruciaal voor het waarderen van de objecten en werden na afloop van de waarderingssessies vaak nog gecorrigeerd of aangevuld. Ook de informatie aanwezig in het analoge klassement van Design Museum Gent werden gecontroleerd en aangevuld in Adlib. De toestellen van de collectie van Huis van Alijn werden door een medewerker van het museum zoveel mogelijk nagekeken en de gegevens in Adlib aangevuld. De basisregistratie van de objecten bij Industriemuseum was vrij volledig en werd slechts minimaal aangevuld. Er werd noodgedwongen op basis van foto s van de objecten gewaardeerd, omdat het project samenviel met een verhuisoperatie van de collectie naar een centraal erfgoeddepot. Sommige vragen in functie van het scherper stellen van de waardering bleven hierdoor onbeantwoord. Anderzijds kon er zo tempo gemaakt worden om tientallen objecten per sessie aan bod te laten komen. Deze voorbereiding van de waarderingssessies, die over het hele waarderingstraject doorliep, vroeg mee tijd dan initieel gepland. Om de sessies met het waarderingsteam vlot te laten verlopen, bleek het echter zeer nuttig om alle beschikbare informatie op voorhand bij de hand te hebben. 2.2.2. Klankbordgroepen Voorafgaand aan de waardering werden er verschillende klankbordgroepen georganiseerd waarbij verschillende betrokkenen en erfgoedgemeenschappen werden bevraagd over hun kennis en beleving van elektrische huishoudelijke apparaten. De eerste reeks klankbordgroepen vonden plaats in maart en april 2018 en werden gevormd door de gebruikers van de toestellen, namelijk huisvrouwen die de evolutie van de niet elektrische apparaten tot nu meemaakten. Er werd een gesprek georganiseerd bij de grootouders en buren van projectmedewerker Sanne Van Bellingen. Dit was interessant doordat de aanwezigen opgroeiden in een dorpscontext, waar de opkomst van de elektrische apparaten zich later voordeed dan in de steden. Een tweede klankbordgroep vond plaats bij Woonzorgcentrum De Vijvers in Ledeberg, waar zeven bewoonsters hun kennis en herinneringen 13

deelden. Een laatste vergelijkbaar gesprek werd georganiseerd met drie publieksmedewerkers van Huis van Alijn. De laatste twee groepen waren geboren en getogen in of in de nabijheid van de stad. Voor de voorbereiding van deze gesprekken werd overlegd met Bernadette De Loose, hoofd publiekswerking van Design Museum Gent. Zij had circa 10 jaar geleden reeds een dergelijk gesprek met bewoners van WZC De Vijvers. Er werd voor gekozen om aan de hand van een aantal afbeeldingen van toestellen de deelneemsters zelf te laten vertellen over types toestellen, het gebruik, de merken, ervaringen en herinneringen die ze eraan hadden. Ideaal was geweest om de toestellen zelf mee te nemen naar de gesprekken, maar om praktische en museale redenen was dit niet mogelijk. We toonden onder meer een wafelijzer en wasmachine van Nova, een haardroger van Moulinex, een klopzuiger van Hoover, een zwierder van Flandria en een scheerapparaat van Philips. Van deze gesprekken werden korte verslagen gemaakt. Vanaf eind jaren 1960 was er een explosie in de aankoop van elektrische huishoudelijke apparaten en keukengadgets. De dames uit het woonzorgcentrum waren gemiddeld tussen de 80 en 90 jaar. Zij groeiden op met kachelbouten en niet elektrische verwarming. De elektrische toestellen waren voor hen een luxe die ze pas op latere leeftijd aankochten. Men kocht of kreeg ook veel toestellen in de jaren 1970, maar veel ervan werden amper gebruikt. Uit de gesprekken bleek ook dat men een toestel niet kocht omwille van zijn vormgeving, kleur of merk. Het aanbod bij de plaatselijke elektrohandelaar was niet zo uitgebreid als nu en de aankoopprijs primeerde. Men kocht ook toestellen van rondtrekkende vertegenwoordigers van producenten zoals Hoover en Electrolux of op beurzen. Meermaals kwam terug dat de toestellen vroeger van betere kwaliteit waren dan nu. Men liet toestellen ook vaker repareren in plaats van een nieuw exemplaar aan te kopen. Een belangrijke erfgoedgemeenschap zijn de oud-werknemers van de Belgische producent van huishoudelijke apparaten Nova, waarvan de Gentse musea een groot aantal toestellen in de collectie hebben. Het bedrijf uit Tongeren sloot de deuren in 1997 maar de werknemers hebben nog steeds goede herinneringen aan hun toestellen en voelen zich nog heel verbonden met het bedrijf. Na een Facebook-oproep van Stadsarchief Tongeren (zie boven) werd er besloten om eind maart 2018 een contactdag te organiseren in Tongeren waarop alle oud-werknemers werden uitgenodigd. Door deze dag te organiseren hoopten we meer te weten te komen over het bedrijf, de toestellen en hun ontwikkeling, geschiedenis en gebruik. Daarnaast wilden we ook polsen wat het erfgoed van Nova nog betekende voor de aanwezigen (cfr. de huidige sociaal-maatschappelijke waarde). Deze samenkomst kon op veel bijval rekenen en de lokale pers bracht er in kranten en op de radio verslag van uit. Tijdens een presentatie in het cultureel centrum van Tongeren werd een stand van zaken gegeven van het project, lieten we een aantal Nova-werknemers aan het woord en konden de aanwezigen zelf een aantal toestellen waarderen. Vier toestellen werd geprojecteerd. Aan de aanwezigen werden een rood en een groen kaartje gegeven om te antwoorden op de stellingen uit het waarderingsformulier: - Het toestel heeft een originele of vernieuwende vormgeving. - Het toestel is representatief voor het dagelijkse leven. - De huidige bevolking van België heeft herinneringen aan dit toestel en heeft er een band mee. - Dit toestel hoort in een museum en moet tentoongesteld worden. 14

De aanwezigen bleken een zeer levende erfgoedgemeenschap te vormen die nog erg trots is op de toestellen. De bijeenkomst werd gefilmd en er werd een verslag opgemaakt door Wendy Van Hoorde van Huis van Alijn. Alle aanwezigen werd gevraagd een formulier in te vullen met hun voormalige functie bij Nova, herinneringen, de betekenis die het merk vandaag nog heeft en welk toestel ze vonden thuishoren in een museum. Enkele aanwezigen, voornamelijk personeel dat te werk gesteld was op de dienst productontwikkeling en materiaaltesting, gaf aan om verder informatie te willen geven m.b.t. de waardering. Oorspronkelijk werd gedacht om een aantal van hen op te nemen in het waarderingsteam dat elke maandag in mei en juni in Gent zou waarderen. De afstand bleek hiervoor echter een obstakel. Daarom vond een tweede, kleinere klankbordgroep plaats, specifiek voor de Nova-toestellen in het Stadsarchief van Tongeren. Alle Nova-toestellen die zich in de Gentse collectie bevinden werden (op papier) bekeken. Bijkomende informatie over de techniek, naamgeving, datering, vormgeving of ontwerpers van toestellen werd aangevuld. Van dit gesprek werd een audioopname gemaakt, waarvan een samenvatting werd uitgeschreven. Ten slotte werd ook nog een klankbordgroep georganiseerd in Design Museum Gent waarvoor personen met een historische en technische achtergrond m.b.t. elektrische toestellen werden uitgenodigd. In tegenstelling tot de eerste klankbordgroep met de gebruikers, werden hier alle elektrische huishoudelijke apparaten van de drie musea, gegroepeerd per deelcollectie, getoond. Er werd gevraagd naar input voor het waarderen, bronnen en andere collecties. Deze klankbordgroep vormde de basis van waaruit het waarderingsteam samengesteld werd. - Jan Raymaekers, auteur - Benoit Vanhees, verzamelaar - Karel Cole, verzamelaar - Nina Serulus, designhistorica, Vlaams Architectuurinstituut - Chris Feys, elektrohandelaar op rust - Tiemen Cocquyt, Rijksmuseum Boerhaave (NL) - Willem Scheire, doctor in de geschiedenis, doctoraat over koelkasten (uitgenodigd, maar kon zich niet vrijmaken) - Joeri Januarius, coördinator ETWIE 15

2.2.3. Waarderingsteam Voor het samenstellen van het kernteam dat de waardering zou uitvoeren, werd gelet op een mix van personen met aanvullende expertises die de verschillende waarden konden vertegenwoordigen. - Sanne Van Bellingen, projectmedewerker Design Museum Gent: kennis van de collectie, kunsthistorische waarde en bewaken van het waarderingskader - Annelies De Mey, collectiemanager Design Museum Gent: bewaken van het waarderingskader en verslaggever - Wendy Van Hoorde, onderzoeker, voor Huis van Alijn - Pieter Neirinckx, onderzoeker, voor MIAT - Benoit Vanhees, erfgoedconsulent Departement CJSM en verzamelaar - Chris Feys, had meer dan 30 jaar een elektrohandel in Gent en werkte ook in de dienst na verkoop - Karel Cole, vrijwilliger bij Huis van Alijn en verzamelaar - Nina Serulus, designhistorica, Vlaams Architectuurinstituut (waardeerde uiteindelijk niet wegens tijdsgebrek) - Eva Van Regenmortel, onderzoeker Design Museum Gent (nam slechts deel aan drie sessies wegens tijdsgebrek) - Voor het waarderen van de subcollectie scheerapparaten nam ook verzamelaar Gerard Segers deel Voorbereidend vond er een bijeenkomst plaats ter introductie. Hierin werd de methodiek overlopen, het waarderingskader werd scherp gesteld en als oefening werd een kleine subcollectie (vruchtenpersen) gewaardeerd. Zo konden we de methodiek testen in groep, de rollen binnen het waarderingsteam verdelen en de timing per object bekijken. Door deze oefensessie konden de latere sessies vlotter starten en zagen we dat de dynamiek in het waarderingsteam goed zat. 16

Niet iedereen kon uiteindelijk alle waarderingssessies bijwonen. De afwezigen stuurden vooraf hun voorbereiding door of vulden achteraf de waardering aan (maar zelfs dat bleek voor sommigen moeilijk haalbaar). Voorbereiding: 2.2.4. Verloop van de waarderingssessies - Alle objecten werden gegroepeerd per objecttype (strijkijzers, stofzuigers, ) in subcollecties. Alle objecten uit die subcollectie, van de drie collecties samen, werden in één document geplaatst. - In zo n document werd per object een selectie van velden uit Adlib gebundeld die het object beknopt identificeerden (bv. objectnummer, titel, beschrijving, vervaardiger, datering, materialen, toestand, verwerving, ). Per object bevonden alle gegevens en een afbeelding zich telkens op één pagina, aangevuld met een blanco tabel met het waarderingskader, waarin per criterium een hoge, gemiddelde of lage waarde kon worden aangegeven, en ernaast de argumentatie en het ontwikkelingspotentieel. - De kenmerken (toestand, ensemble, herkomst en zeldzaamheid) werden reeds op voorhand door de projectmedewerker ingevuld. Deze informatie is in principe neutraal en beschreven in Adlib. Door ze op voorhand in te vullen, wonnen we tijd bij de waardering. Waardering: - In totaal hielden we 11 waarderingssessies, waarvan 10 gedurende een volledige dag. Er werd gekozen om dit wekelijks op maandag te doen zodat er regelmaat en continuïteit in zat. o 02/05: Inleiding en deelcollectie vruchtenpersen en sapcentrifuges o 14/05: deelcollectie mixers en blenders o 28/05: deelcollectie koffiemolens, koffiezetmachines en waterkokers o 04/06: deelcollectie strijkijzers, deel 1 o 11/06: deelcollectie strijkijzers, deel 2 o 18/06: deelcollectie scheerapparaten o 23/06: deelcollectie wafelijzers, grills, croque-toestellen en broodroosters o 02/07: deelcollectie wasmachines, droogkasten, zwierders, koelkasten en diepvriezers o 09/07: deelcollectie stofzuigers, deel 1 o 27/08: deelcollectie stofzuigers, deel 2 en deelcollectie haardrogers, deel 1 o 03/09: deelcollectie haardrogers, krul- en stijltangen deel 2 en deelcollectie ovens en microgolfovens - De subcollectie niet elektrische strijkijzers en bouten werd apart gewaardeerd. Twee externe experten bekeken en waardeerden deze collectie, die zich voornamelijk in Huis van Alijn en MIAT bevindt. Hiervan werd een apart verslag opgemaakt waaruit bleek dat de collectie van een gemiddelde historische en artistieke waarde is (Zie bijlage 3M). De collectie moet echter nog verder onder de loep genomen worden om de meest waardevolle stukken beter te kunnen identificeren. 17

- Een waarderingsdag zag er praktisch als volgt uit: o 9u30 tot 16u30/17u o Foto s van de objecten werden geprojecteerd bij gebrek aan het fysieke object. Zo kon ook ingezoomd worden om details te bekijken. o Taakverdeling: Een verslaggever noteerde digitaal per object alle info en de waardering in het formulier. De projectmedewerker stuurde de waardering aan en bewaakte het waarderingskader, zodat steeds dezelfde criteria aangehouden werden, en de tijd. Het waarderingsteam gaf input, op basis van een voorbereiding, of door op het moment zelf informatie op te zoeken op internet of in andere beschikbare bronnen. - Voor de externe leden van het waarderingsteam was een vrijwilligersvergoeding voorzien. v.l.n.r.: Wendy Van Hoorde, Eva Van Regenmortel, Karel Cole, Chris Feys, Sanne Van Bellingen, Benoit Vanhees. Ontbreken op de foto: Annelies De Mey en Pieter Neirinckx. Verwerking achteraf: - Nieuwe informatie die uit waarderingssessie voortkwam, werd aangevuld in Adlib (gecorrigeerde datering, extra info i.v.m. de producent, compleetheid, schrijffouten in beschrijving, enz.). Alle extra informatie die tijdens het waarderen aan het licht kwam, werd in de formulieren in kleur aangeduid, zodat duidelijk is welke informatie er reeds gekend was en welke tijdens het waarderen werd aangevuld. - Soms was het nodig om de nieuwe informatie dubbel te checken of aanvullingen te onderzoeken vooraleer ze in Adlib konden worden verwerkt. 18

- Sommige leden van het waarderingsteam stuurden hun voorbereiding op de waarderingssessie (informatie over de toestellen, afbeeldingen, advertenties, ) ervoor of erna door. Ook die aanvullingen werden in de formulieren geplaatst, met vermelding van de initialen van wie de info of het materiaal bezorgde. - Aanvankelijk werd gedacht om een waardenstelling of Statement of Significance te schrijven voor elk gewaardeerd object. Dit werd uitgetest voor de eerste gewaardeerde subcollectie, namelijk de vruchtenpersen. De tijdsinvestering hiervoor bleek echter te groot in relatie tot de meerwaarde. Daarom werd er gekozen om een samenvattende waardenstelling te maken voor elke subcollectie. Daarin werden alle kenmerken en waarden, beschreven in de waarderingsformulieren, voor de subcollectie als een geheel beschreven, zonder er nog een hoge, gemiddelde of lage waardering aan toe te kennen. De argumentatie en de objecten die eruit springen werden er aangehaald, evenals het ontwikkelingspotentieel dat zich binnen elke waarde bevindt. Van de subcollectie ovens en microgolfovens werd gezien het kleine aantal objecten geen waardenstelling gemaakt. - Uiteindelijk resulteerden de waardenstellingen van alle subcollecties samen in één overkoepelende waardenstelling voor de gehele deelcollectie van elektrische huishoudelijke apparaten, waarin de nadruk nog meer ligt op aanbevelingen m.b.t. verwerving, afstoot, restauratie en ontwikkeling van de toestellen. Zie Bijlage 2: het ingevulde waarderingsformulier (met uitdraai van een selectie van velden uit Adlib) van één object Zie Bijlage 3: de waardenstellingen per subcollectie Zie Bijlage 4: de samenvattende eindwaardering van de volledige deelcollectie elektrische huishoudelijke apparaten 2.3. NAZORG 2.3.1. Referentiecollectie? Mag de Gentse collectie elektrische huishoudelijke apparaten zich een referentiecollectie noemen of niet? Ze is alvast de grootste collectie in België. De andere publieke collecties (van het Museum voor Oudere Technieken (MOT), La Fonderie, Le Musée de la Vie wallonne, het Bakkerijmuseum, het Volkskundemuseum Brugge, Bokrijk en de Stedelijke Musea Sint-Niklaas en Lokeren) bleken voorlopig onvoldoende geregistreerd, wat de vergelijking met de onze bemoeilijkte. Ze bevatten echter geen topstukken of stukken die scharniermomenten illustreren en die niet in de Gentse collecties zijn vertegenwoordigd. De historische waarde van onze stukken is over het algemeen gemiddeld tot gemiddeld +. (We ervoeren in de loop van het project de behoefte om met vier categorieën te werken in plaats van drie.) De meeste soorten toestellen, de meeste technieken en de gekendste producenten zijn goed vertegenwoordigd. De toestellen zijn ook relatief goed verspreid in de tijd, met een zwaartepunt in de jaren 1970. Een belangrijke vaststelling was dat we opvallend minder stukken hebben vanaf de jaren 1980. Voor die recentste periode zouden we een inhaalbeweging moeten maken, bv. door het verwerven van het eerste model van een Senseo koffiemachine van Philips i.s.m. Dauwe Egberts. 19

Uitgroeien tot een referentiecollectie is mogelijk als we inzetten op de consistentie en de representativiteit van de collectie volgens onze collectieprofielen, en als we vanaf nu eerder verzamelen in de diepte en met visie, in plaats van in de breedte. Op het einde van de waardenstelling van elke subcollectie zijn aanbevelingen gedaan voor toekomstige verwervingen, waarbij rekening is gehouden met de representativiteit in België, internationale technische en artistieke innovaties en de context die ze aan andere toestellen in de collectie kunnen bieden. 2.3.2. Collectievorming Wat collectievorming betreft, willen we voortaan met de drie musea samen waarderen aan de deur, door ons telkens de vraag te stellen of een potentieel nieuw huishoudelijk apparaat onze gezamenlijke collectie wel degelijk versterkt. Al tijdens het projectjaar werden er meerdere objecten aangeboden voor de collectie. Begin september werd dit aanbod bekeken aan de hand van het waarderingsformulier, en bij groen licht werd beslist in welk museum het toestel het beste thuishoort. Ook Chris Feys, de elektrohandelaar die lid was van het waarderingsteam, bood bij de sluiting van zijn elektrowinkel enkele toestellen, documentatie en reclamefolders aan, waarvoor we dezelfde procedure volgden. Het zal in functie van collectievorming ook cruciaal zijn om de band te onderhouden met privéverzamelaars die met veel toewijding en een onverdeelde focus waardevolle collecties en kennis over dit erfgoed opbouwen. Aan de andere kant van het spectrum van de collectievorming is afstoten nuttig om je collectie scherper te zetten. Op dat vlak hebben we de intentie om na de oplevering van het nieuwe depot het beste exemplaar van een bepaald object zo volledig mogelijk samen te stellen (alle onderdelen en hulpstukken, de verpakking, eventueel de handleiding en het garantiebewijs) aan de hand van andere exemplaren van hetzelfde object die we afstoten omdat ze dubbel en in een slechtere staat zijn. Andere dubbele objecten kunnen terechtkomen in onze educatieve collecties of dienen om ontleed te worden in functie van het onderzoek naar materialen en mechanieken. Voorlopig werden nog geen inwisselbare toestellen, m.a.w. toestellen die binnen je deelcollectie zo goed als hetzelfde verhaal vertellen, herbestemd naar collecties buiten Gent. Ook van toestellen die over de hele lijn een lage waardering kregen en geen ontwikkelingspotentieel hebben, moet later de herbestemming nog worden bekeken. Dergelijk proces is bijzonder tijdrovend en was binnen het tijdsbestek van dit project niet haalbaar. 2.3.3. Verdere afstemming tussen de musea De drie deelnemende musea werkten constructief samen aan dit pilootproject. Medewerkers van de musea maakten deel uit van het waarderingsteam en bekijken voortaan samen het schenkingsaanbod voor huishoudelijke apparaten. De uitdaging is nu om de samenwerking verder te zetten, structureel in de vorm van afstemming rond collectievorming, zowel aan de deur als het eventueel aan elkaar overdragen van stukken volgens de drie collectieprofielen, en projectmatig van zodra de waardering van andere gemeenschappelijke deelcollecties aan bod komt. 20

MOT was niet alleen geïnteresseerd in het waarderingstraject en de -methodiek, maar ook inhoudelijk in de resultaten van de waardering. Na de waardering bezorgden we de ingevulde waarderingsformulieren van de gemeenschappelijke objecten, zodat MOT de kennis en de waardering van de toestellen kan overnemen. Aanbevelingen 2.3.4. Aanbevelingen / Knelpunten - Een waardering begint met het verzamelen van alle data die gekend zijn over het object. Het is belangrijk om die in de mate van het mogelijke te verzamelen in de collectiedatabank. Het is wenselijk de basisregistratie uit te breiden met de opschriften op de objecten. Die geven informatie over producent, merk, type, model, enz. Specifiek voor elektrische toestellen is het nuttig om ook gegevens omtrent wattage en voltage op te nemen. Dit geeft informatie over het type toestel (reistoestel, speelgoed, professioneel gebruik, ) en de streek of regio waar het in gebruik was. - Een goede afbeelding is onontbeerlijk. We waardeerden aan de hand van de afbeeldingen die in Adlib beschikbaar waren. Vaak was dit er maar één, nl. van de voorzijde van het toestel. Het is ook nodig om foto s te hebben vanuit andere perspectieven en van de achter- of onderzijde. Wanneer er hulpstukken, onderdelen of een productverpakking aanwezig zijn, dienen die ook zichtbaar te zijn op de foto s. - De methodiek bleek makkelijk in gebruik en voldoende aanpasbaar aan de verschillende collectieprofielen van de deelnemende musea. Wel bleek het onderscheid tussen een lage, gemiddelde of hoge waarde onvoldoende gradatie te geven. Er werd tijdens het traject al snel gewerkt met gemiddeld + en gemiddeld. In de toekomst wordt dan ook aangeraden om de waardering gemiddeld te vervangen door matig en redelijk, zoals bij de onderverdeling die gebruikt wordt voor het beoordelen van de toestand van een object. Knelpunten - Waarderen is zeer tijdsintensief. Het voorbereiden van de waardering door onderzoek naar de context van elk object bleek essentieel te zijn voor een vlotte waardering. Dit onderzoek gebeurde ook niet alleen ter voorbereiding van de waarderingsdag. Ook tijdens en na het waarderen werd nog relevante informatie gezocht. Voor het waarderen van de toestellen werd oorspronkelijk uitgegaan van zeven à acht volle dagen. Dit bleek gezien de omvang van collectie niet voldoende. Uiteindelijk werd er tien en een halve dag gewaardeerd. - Voor één externe persoon met een vaste job bleek het onhaalbaar om bij alle waarderingssessies aanwezig te zijn. Er werd afgesproken om de waardering op papier voor te bereiden, maar ook dit bleek moeilijk. Hetzelfde gold voor de onderzoeker van Design Museum Gent. - De objecten waarvan de afbeelding ontbrak, werden niet gewaardeerd. Zij zouden in de toekomst nog moeten bekeken worden, wat mogelijk een invloed zal hebben op de waardenstellingen per subcollectie en de eindwaardering. - Uiteindelijk werden niet alle apparaten gewaardeerd wegens tijdsgebrek. Er werd van start gegaan met de waardering van de subcollecties met de het grootste aantal toestellen. Kleinere subcollecties en varia geraakten niet meer gewaardeerd. - Tijdens het voorbereiden, onderzoeken en waarderen van de collectie werd veel info gevonden op het internet. Wikipedia, de historiekpagina van producenten, websites van verzamelaars, 21

internetfora voor verzamelaars, videokanalen met unboxing-video s, veilingwebsites met toestellen of documentatie e.d., vormen een schat aan informatie. Van deze bronnen kan men wel de URL bewaren, maar over de inhoud en het verdere bestaan van deze pagina s heeft men geen controle. 2.4. BIJLAGEN 22

2.4.1. Bijlage 1: Blanco waarderingsformulier met hulpvragen en definities 23

24

25

2.4.2. Bijlage 2: Ingevuld waarderingsformulier (met weergave van velden uit Adlib) 26

2.4.3. Bijlage 3: Waardenstellingen per subcollectie Bijlage 3A: Waardering subcollectie broodroosters - 25/06/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole en Benoit Vanhees. Omvang van de gewaardeerde collectie: 44 objecten Toestellen waarvan de afbeelding ontbreekt, werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen foto beschikbaar was, werden niet gewaardeerd. Design Museum Gent bewaart ook een randcollectie met incomplete broodroosters of losse onderdelen ervan, voornamelijk van de Belgische producent Nova. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. De eerste elektrische broodrooster was een toestel met aan elke zijde een uitklapbaar deurtje waarbij de weerstanden zichtbaar bleven. Opvolger was de pop-up broodrooster, al dan niet met timer of schakelaar om de roostertijd en de graad van het roosteren te bepalen. Moderne toestellen hebben een ontdooi- of warmhoudfunctie en andere technische snufjes. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Bij de meeste toestellen ontbreekt de productverpakking. De toestellen zelf bevinden zich over het algemeen in een goede en complete staat. Bij de oudste toestellen ontbreekt vaak het snoer. Dit was niet altijd aanwezig bij de aankoop van het toestel en kon ook gebruikt worden voor andere toestellen. Veel toestellen hebben kleine roestvlekken aan de binnen- en/of buitenzijde. Ook gebruikssporen, zoals krassen en kruimelresten, worden aangetroffen. Een aantal toestellen bevinden zich zowel in goede toestand en zijn compleet mét productverpakking: Kalorik (HvA 2007-150-893), Kalorik 1039 (MIAT 2007-150-893), Kalorik 5047 (HvA 2011-081-061), Nova Toast or (DMG 2017-0378), Guzinni G-Plus (DMG 2007-0027), Alessi SG68 W (DMG 2007-0035) en Bosch-Siemens Type CTAT5 (DMG 2007-0031). Enkel van de meest recente broodroosters uit de collectie maken sommige deel uit van een ensemble. Type CTAT5 is een samenwerking tussen Bosch-Siemens en het Porsche Design Team, waarvan Design Museum Gent de volledige reeks in de collectie heeft. Ook de reeks van vier ontwerpen van Stefano Giovannoni voor Alessi bevindt zich compleet in de collectie alsook de collectie van Studio Snowden voor Guzzini. De broodrooster (en de later toegevoegde blender) uit de samenwerking tussen Alessi en Philips zijn de enige stukken die uit dit ensemble ontbreken. Bij de meeste toestellen is de verwervingsmethode volledig of gedeeltelijk gekend. Bij één enkel toestel is de producent of fabrikant niet of slecht gekend. De ontwerper is enkel gekend bij de toestellen die Raymond Loewy ontwierp voor Nova en de recente toestellen die verworven werden n.a.v. de tentoonstelling Esthétique Domestique in Design Museum Gent in 2007. Het grootste deel van de broodroosters zijn uniek in de Gentse collectie en bevinden zich, 27

Historisch Artistiek tot zover gekend, niet in andere publieke collecties in België. Een aantal toestellen bevinden zich meerdere keren in de Gentse musea. Opvallend is dat dit toestellen zijn van Belgische producenten en naar alle waarschijnlijkheid ook populaire toestellen in hun tijd. Een aantal van deze broodroosters bevinden zich ook in de collecties van MOT, La Fonderie of Musée de la Vie wallonne. Kalorik 5039 bevindt zich tweemaal in de collectie, waarvan één maal met originele verpakking. Ook Musée de la Vie wallonne heeft dit toestel in de collectie. De Nova broodrooster met klapdeurtjes bevindt zich twee keer in goede toestand in de collectie, en ook één keer zonder deurtjes. Nova s Toast or bevindt zich vijf keer in de collectie, in verschillende kleurcombinaties. Ook zijn opvolger bij Nova is drie keer in de collectie terug te vinden, de Toast'ormatic twee maal. De Philips Type HM 3410 bevindt zich eenmaal met groene en eenmaal met zilverkleurige behuizing in de collectie. Broodroosters van de Belgische producenten Kalorik en Nova werden historisch hoger gewaardeerd dan toestellen van buitenlandse producenten doordat ze deel uitmaken van de Belgische industriële- en designgeschiedenis. De vroege toestellen van Kalorik (HvA 2007-150-893) en Nova (DMG 2017-0297) komen meerdere keren in de collectie voor en waren in hun tijd ook regelmatig terug te vinden in de Belgische huishoudens. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Werden toestellen van Nova en Kalorik tentoongesteld op Expo 58? Mogelijk was de broodrooster Type 1039 (MIAT 2007-150-893) de eerste broodrooster die Kalorik, opgericht in 1930, op de markt bracht. Later werd, ook bij andere producenten, het model met de openklappende deurtjes vervangen door een toestel met pop-up mechanisme (DMG 2015-0069). Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Kalorik werkte samen met het Franse Noirot. Het is niet duidelijk hoe die bedrijven samenwerkten en wie welke ontwerpen en toestellen maakte. De overgang naar het pop-up mechanisme is ook te zien bij Nova begin jaren 1970 met de Toast ormatic (DMG 2017-0301 en 2017-0345). De latere broodroosters van Nova, waarvan het typenummer met 5 begint, zijn niet ontwikkeld en door Nova zelf geproduceerd. Ze werden aangekocht bij externe producenten en onder het merk Nova verkocht. Hierdoor werden ze eerder gemiddeld gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Bij welke producent kocht Nova zijn toestellen aan, wanneer zij die niet meer zelf produceerden? De nieuwste broodroosters in de collectie zijn door hun designvormgeving weinig tot niet representatief voor de Belgische huishoudens. De broodrooster van Bosch-Siemens, type CTAT5, is wel technisch vernieuwend door de vele snufjes en hightech mogelijkheden. Het Alessi toestel is niet algemeen representatief, maar wel representatief voor Alessi en het specifieke publiek dat deze producent aanspreekt. De oudste broodroosters, met openklappende deuren, hebben decoratie op de deuren zelf. Deze insneden zijn niet louter decoratief, maar zorgen ook voor de afkoeling van het toestel. Bij de broodrooster van Kalorik type 1039, wellicht het oudste toestel van Kalorik in de collectie, is deze decoratie in stervorm nog eenvoudig. Bij Kalorik 5039 zijn het vlamvormige insneden die doen denken aan opstijgende warmte. Het toestel heeft ook licht gebogen pootjes waardoor het licht lijkt. De handvatjes zijn schelpvormig en bevestigen dat Kalorik een meer frivole vormgeving hanteerde voor zijn toestellen. De schelpvormige handvatjes zijn ook gebruikt bij een later toestel, maar ogen hier ouderwets tegenover de meer moderne vormgeving van het geheel. Het Novatoestel met klapdeurtjes heeft een pijlvormige decoratie op de zijkanten en de bovenzijde van het toestel. De Toast or type B1 heeft een meer gestroomlijnde vormgeving met naar boven toelopende vormen en een behuizing in zwart of rood/wit, kleurencombinaties die ook terugkomen in het strijkijzer Matic 1, dat in diezelfde periode op de markt kwam. De opvolger hiervan werd ontworpen door Raymond Loewy en de Compagnie d Esthétique Industrielle. Het lijkt erop dat er slechts kleine aanpassingen aan het ontwerp gebeurden. Het toestel oogt minder gestroomlijnd en hoekiger. Bij de pop-up broodroosters komt in de jaren 1950 de bolle vorm van de zijkanten op. Dit is te zien in het toestel van Morphy Richards (MIAT V36206). 28

Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal Economisch De typische jaren 1970 vormgeving is ook terug te vinden bij de broodroosters. Philips type 4149 heeft een oranje behuizing met groene cirkels. Calor type 4210 heeft oranje details en de Kalorik, (geen typenummer gekend) en Nova type 563 hebben een seventies decoratie op de bruinbeige behuizing. De meest recente toestellen in de collectie bevinden zich in Design Museum Gent en werden geschonken n.a.v. een tentoonstelling. Deze toestellen hebben een vernieuwende vormgeving en werden ontworpen door gerenommeerde vormgevers (Stefano Giovannoni voor Alessi, Porsche Design Team voor Bosch-Siemens en George Sowden voor Guzinni). Alle broodroosters hebben een gemiddelde informatieve waarde. Bij de oudste broodroosters is het interessant om de gebruikte materialen te onderzoeken en de gebruikte opwarmingstechnieken. Toestellen in slechte of onvolledige toestand kunnen gebruikt worden in een educatieve collectie of voor het testen van materialen, reinigingstechnieken, enz.. Broodroosters met klapdeuren zijn door de huidige Belgische bevolking niet meer gekend. Een broodrooster was ook geen essentieel onderdeel van de keukenuitrusting. Veel personen haalden pas na de jaren 1970 een broodrooster in huis. De vroegere toestellen van bv. Nova en Kalorik worden wel verzameld door liefhebbers van huishoudtoestellen en bakeliet. Nova heeft nog een grote erfgoedgemeenschap in Tongeren en omgeving. De Novatoestellen, al dan niet door Nova zelf geproduceerd, worden maatschappelijk hoog gewaardeerd door de band die de oud-werknemers nog voelen met het merk. De oudste broodroosters intrigeren doordat het interne mechanisme zichtbaar is. Ook toestellen waarvan de productverpakking aanwezig is, werden hoger gewaardeerd (Kalorik 1039, MIAT 2007-150-893). De bolle zijkanten van broodroosters uit de jaren 1950 ziet men nu terugkomen in toestellen met een retrovormgeving. De beleving van de oorspronkelijke toestellen is dan ook hoog (Morphy Richards, MIAT V36206). Ook de retrovormgeving van de toestellen uit de jaren 1960 en 1970 is herkenbaar en nog aantrekkelijk voor velen. De belevingswaarde van de toestellen van Alessi, Bosch-Siemens en Guzzini is hoog wanneer ze als volledig ensemble samen gepresenteerd worden. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld de belevingswaarde van sommige toestellen kan verhoogd worden door het reinigen. MIAT: - DMG 2017-0346 - MIAT 2007-150-893 - MIAT V36206 - DMG 2015-0069 - DMG 2007-0035 Huis van Alijn: - DMG 2015-0076 - HvA 2012-007-005 Design Museum Gent: - HvA 2007-150-893 - DMG 2017-0297 - MIAT 2007-150-893 - DMG 2015-0069 - DMG 2015-0076 - DMG 2017-0378 - DMG 2017-0301 - DMG 2007-0027 - DMG 2007-0035 - DMG 2007-0031 Er wordt voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Opmerkingen waardering 29

De verschillende generaties broodroosters zijn aanwezig in de collectie. Ontbreken: - Oudste toestellen in België (jaren 1920) - Representatieve toestellen na 1980 Te verwerven: - Proctor Toaster, 1947 - Broodrooster samenwerking Alessi Philips - Hedendaags toestel met retro-vormgeving 30

Bijlage 3B: Waardering subcollectie haardrogers en krul- en friseertangen - 27/08 en 03/09/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole, Chris Feys en Benoit Vanhees. Deze subcollectie bestaat uit alle elektrische toestellen die gebruikt werden voor het drogen en modelleren van het haar. Het gaat hier om haardrogers, haardroog- en zweefkappen, krulblazers, krul- en friseertangen en stijltangen. Omvang van de gewaardeerde collectie: 59 objecten Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen foto beschikbaar was, werden niet gewaardeerd. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch Argumentatie en ontwikkelingspotentieel De productverpakking is vaak aanwezig en bevindt zich nog in goede toestand. De toestellen bevinden zich ook vaak in goede en complete toestand. Bij de oudste toestellen is er gebruiksschade aan het handvat en kan de kunststof blaasmond gebarsten zijn door de warmte en het veelvuldig gebruik. Ensembles zijn niet van toepassing binnen deze subcollectie. Op één uitzondering na zijn alle producenten gekend. Bij een aantal toestellen is de producent gekend, maar is er weinig tot niets over geweten. Enkel bij de haardroger van AEG en de toestellen van Braun is ook de ontwerper gekend. De verwerving van het toestel in de collectie is meestal gedeeltelijk of volledig gekend. Een klein aantal toestellen bevindt zich meerdere keren in de collectie. Er is een beperkte overlapping met de collectie van het Stedelijk Museum Sint-Niklaas (Kappermuseum). In andere publieke collecties in België zijn er amper toestellen gekend. Het oudste toestel in de collectie is de haardroger van AEG, naar ontwerp van Peter Behrens. Er bevinden zich verschillende van deze toestellen in de collectie, met slechts kleine verschillen in het materiaal van het handvat (hout bakeliet) en de aanwezigheid van een schakelaar. Dit zijn niet alleen de oudste haardrogers in de collectie, maar wellicht ook op de Europese markt en werden daarom historisch hoog gewaardeerd. De eerste toestellen waren grotendeels in metaal uitgevoerd. Latere modellen bestonden volledig of gedeeltelijk uit bakeliet. Later kregen de toestellen een kunststof behuizing. De verschillende soorten toestellen die op de markt waren, bevinden zich allemaal in de collectie. Ze dienen om het haar te drogen, vorm te geven, te stijlen of te krullen (nat of droog), waarbij meestal op de verpakking aangegeven staat of ze voor het hele gezin gebruikt konden worden, of vooral gericht waren op vrouwen. Het zwaartepunt van de collectie ligt in de jaren 1970-1980, toen veel vrouwen hun haar thuis in model brachten. Later gingen ze frequenter naar de kapper en werden droog- en zweefkappen minder aangekocht voor thuisgebruik. Dit is wellicht ook verbonden met de veranderende haarmodes. Binnen de collectie bevinden zich veel gadgets ; toestellen met een beperkt gebruik die men vaak cadeau kreeg of gaf met moederdag of eindejaar. Hiertoe behoren de krultangen die ook warme lucht bliezen, verwarmde haarkammen en andere haistylers. Zweefkappen maakten een klein deel van het segment uit, hier was vooral Krups het populairste merk (HvA 2011-081-089). Andere representatieve merken die zich ook in de collectie bevinden zijn Philips, Kalorik, Calor en Moulinex. Van de laatste was vooral Model 1 (HvA 2010-037) in roze en wit, een populair toestel. De klassieker onder de krultangen was de Babyliss (MIAT V09105), ook gekend voor de friseertangen. Nova bracht verschillende haardroogkappen op de markt, die ook veel aangekocht werden. Deze werden hoog gewaardeerd. Van Nova is geweten dat men samenwerkte 31

Artistiek Informatief Maatschappelijk met het Franse Calor, maar of deze haardroogkappen ook in Frankrijk geproduceerd werden kan nog onderzocht worden (ontwikkelingspotentieel). In de collectie bevinden zich twee haardrogers die beide zowel door Kalorik als het Franse Solis op de markt gebracht werden. Het is niet duidelijk wie de producent was en wie het toestel onder licentie verkocht (ontwikkelingspotentieel). In de collectie bevinden zich een aantal toestellen die vermoedelijk afkomstig zijn uit het voormalige Oostblok. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld hoe zijn die hier terechtgekomen? Hoog ontwikkelingspotentieel is er wat betreft het gebruik van de compacte haardroger van Nilfisk. Er was niet geweten dat Nilfisk haardrogers produceerde. Was dit een opzetstuk voor eens stofzuiger? Uniek is de krultang op gas van Braun (MIAT V26507). Dit toestel kon makkelijk meegenomen worden op reis. Er zijn geen andere merken die dit op de markt hebben gebracht en het kreeg ook geen navolging. Bij de handhaardrogers volgt de vorm van het toestel de techniek en functionaliteiten, met een handvat, een motorgedeelte, waar verluchtingsgaten in aanwezig zijn, en een blaasstuk. Ontwerpers zijn enkel gekend bij de haardroger van AEG en de toestellen van Braun. Peter Behrens startte in 1907 als artistiek adviseur bij AEG. Hij ontwierp voor het bedrijf niet alleen het fabrieksgebouw, maar ook de volledige huisstijl, publiciteit en diverse producten waaronder deze haardroger. De ventilatieopeningen zijn functioneel, maar leiden de aandacht ook naar het AEG-logo. Braun is een bedrijf dat gekend is voor zijn aandacht voor vormgeving. De gaskrultang zit in de lijn van de gekende vormgeving en oogt tijdloos. De toestellen van Kalorik staan gekend als meer frivool. Ook de haardrogers van Kalorik / Solis (zie historische waarde) hebben decoratieve lijntjes die de blaasrichting volgen. Doordat veel van de productverpakkingen nog aanwezig zijn, maken ze deel uit van de artistieke waardering van de collectie. Zo werd de Hairstyler van Remington( HvA 2007-150-247) gemiddeld gewaardeerd omwille van het houtpatroon op de verpakking. De haardroger en zweefkap van Philips (HvA 2007-150-248) kunnen compact opgeborgen worden in een avocadogroene cassette (hier niet volledig: ontwikkelingspotentieel). De Ormond haardroger (DMG 2001-0110) vormt een mooi geheel met de bewaarkoffer in hetzelfde materiaal. De haardroger op zich heeft een verouderde vorm, maar het geheel past binnen het Britse kader. De droogkap Hair Hostess 2 van Nova, meerdere keren in de collectie, heeft een mooi vormgegeven verpakking. De kap zelf heeft kleine vinnetjes en de onderdelen vormen een mooi geheel. Toestellen uit de jaren 1970 zijn herkenbaar door hun oranje of groene kleurgebruik. De haardroger van Kalorik (HvA 2007-150-251) is hier een goed voorbeeld van. De haardroogkap van Bauknecht (HvA 2011-081-100) heeft vrolijke oranje bollen op de plastic kap. Ook de zweefkap van Krups verscheen in verschillende kleuren oranje, met bijpassend etui. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld sommige toestellen konden niet goed gewaardeerd worden omdat de foto niet toeliet om het toestel in zijn geheel te bekijken. Foto s vanuit meerdere posities of het bekijken van het toestel zelf is nodig. Alle toestellen kregen een gemiddelde informatieve waarde. De oudste toestellen werden laag gewaardeerd daar ze niet meer gekend zijn en niemand hier nog een band mee heeft. De haardroog- en zweefkappen op statief werden gemiddeld gewaardeerd. De huidige bevolking heeft hier nog herinneringen aan en heeft ze nog zelf nog gebruikt of zien gebruiken bij ouders of grootouders. De kappen van het Belgische Nova werden hoog gewaardeerd daar er nog een erfgoedgemeenschap bestaat die zich nog nauw betrokken voelt bij de toestellen die men er produceerde. De haardrogers van Moulinex werden gemiddeld tot hoog gewaardeerd door hun herkenbaarheid en populariteit bij de toenmalige bevolking. Nog steeds veel gezinnen hebben deze haardroger in huis (hij wordt regelmatig aangeboden aan musea). Toestellen van BaByliss zijn herkenbaar en worden ook nu nog veel gebruikt. 32

Beleving Museaal Economisch Zweefkappen hebben een lage belevingswaarde indien ze niet opgeblazen gepresenteerd worden. Hiervoor is het dus nodig om het gebruik te illustreren aan de hand van een foto, video of door middel van het toestel zelf. De aanwezigheid van de verpakking draagt bij aan de belevingswaarde. Dit geldt zeker voor de Moulinex haardroger (MIAT V29760) waar alle accessoires en hulpstukken zich nog bevinden in de originele verpakking. De bakelieten haardroger in een opbergdoos van Ormond is een verzamelstuk voor bakelietverzamelaars en vormt daarnaast ook een mooi geheel. Dit geldt in mindere mate voor de andere bakelieten haardrogers waar geen verpakking of etui bij aanwezig is. Voor de toestellen uit de jaren 1970 geldt dat hiervoor wellicht seventies- en retro verzamelaars zijn. De witte haardrogers van Kalorik / Solis spreken aan door hun witte kleur en decoratieve lijntjes. De gaskrultang (MIAT V26507) van Braun spreekt aan als curiosum. De verpakking draagt echter niet bij aan de beleving van het toestel. De samenstelling van de collectie berust op toeval en is geen resultaat van een uitgeschreven beleid. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. MIAT: - MIAT V09398 - MIAT V09399 - MIAT V26087 - MIAT V09510 Huis van Alijn: - HvA 2007-119-110 - MIAT V29760 - HvA 2010-037 - HvA 2011-081-089 - HvA 2009-046-003 Design Museum Gent: - MIAT V09398 - MIAT V09399 - MIAT V29760 Er werd voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Geen van de toestellen wordt aanzien als een publiekstrekker of een object dat inkomsten kan genereren door presentatie. Opmerkingen waardering Ontbreken in de collectie: - Meer recente haardrogers (na 1985) - Stijltangen 33

Bijlage 3C: Waardering subcollectie koelkasten en diepvriezers - 02/07/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole en Benoit Vanhees. Omvang van de gewaardeerde collectie: 17 objecten Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was, werden niet gewaardeerd. In deze subcollectie werden niet enkel elektrische koelkasten opgenomen maar ook de toestellen die werken op gas. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch Argumentatie en ontwikkelingspotentieel De originele productverpakking is bij geen van de toestellen aanwezig. Het bezitten van het garantiebewijs en de handleiding is wel een meerwaarde voor de bewaring van het toestel. Een koelkast is compleet wanneer alle onderdelen aanwezig zijn: glazen platen, leggers, eventuele eiervormen, ijsblokjeshouder, thermometer, e.d.. De aanwezigheid hiervan kon meestal onvoldoende ingeschat worden doordat er enkel een foto van de voorzijde beschikbaar was en we de toestellen fysiek niet konden bekijken (ontwikkelingspotentieel). De meeste toestellen bevinden zich in matige of redelijke toestand, met verkleuring, vuil en krassen aan de buitenzijde als voornaamste schade. N.v.t. De ontwerper is altijd onbekend. Verwervingsgegevens ontbreken bij een aantal koelkasten. De toestellen op gas werden verworven door een schenking van het voormalige Gasmuseum in Leuven. De Philips-koelkast (MIAT V08623) werd geschonken door een ingenieur die betrokken was bij de ontwikkeling ervan. In één enkel geval is ook de producent of het merk niet gekend. Enkel het toestel van Servel bevindt zich dubbel in de collectie. De andere toestellen zijn uniek. In andere museale collecties in België zijn geen koelkasten of diepvriezers gekend. Het toestel van Philips (MIAT V08623) krijgt een hoge historische waarde doordat het ontworpen en geproduceerd is in Leuven. De inbouwkoelkast van het Zweedse Electrolux (MIAT V08324) is niet enkel een vroeg elektrisch toestel, het is wellicht een van de eerste inbouwtoestellen die bij ons op de markt kwamen. Het toestel past in de veranderende wooncultuur waarbij de toestellen deel gingen uitmaken van de keuken. Ook het toestel van General Motors (DMG 2010-0110) is een vroeg type koelkast, waarbij de vorm van het toestel afgeleid lijkt van de vroegere ijskast. In de collectie zijn slechts een aantal Belgische producten aanwezig. Die koelkasten worden historisch hoog gewaardeerd. Nestor Martin (MIAT V08550) maakte volledige keukens en grote huishoudelijke toestellen. Ook ACEC (DMG 2003-0123) produceerde gedurende een korte periode koelkasten, die hoog gewaardeerd werden. Uit het doctoraat van Willem Scheire (zie onder) kan opgemaakt worden dat Bosch en Frigidaire (General Motors) lang de populairste koelkastmerken waren in België. Deze toestellen werden gemiddeld tot hoog gewaardeerd doordat ze representatief zijn voor het dagelijkse leven. 34

Artistiek Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal Economisch Het fornuis van Electrolux combineert een fornuis en koelkast op gas in één toestel. Die combinatie komt nauwelijks voor en is eerder een curiosum, waardoor het hoog gewaardeerd werd. De vroegste koelkasten hebben kleine decoratieve versieringen op de voorzijde. De koelkast van Frigidaire (DMG 2010-0110) heeft decoratieve sloten en scharnieren, pootjes en een afgeronde bovenzijde. De koelkast heeft nog de vormgeving van een ijskast. De koelkast van Servel (MIAT V13239) heeft afgeronde hoeken en bolle vormen, maar is een zwak voorbeeld van een Amerikaanse koelkast. Ook de gaskoelkast van Electrolux (MIAT V08464) heeft eenvoudige decoratieve elementen en een bolle vorm. De inbouwkoelkast van Elektrolux werd artistiek gemiddeld tot hoog gewaardeerd door zijn relevantie voor de veranderende wooncultuur waarbij de keuken en haar indeling gestandaardiseerd werd. Alle koelkasten kregen een gemiddelde informatieve waardering. De meeste koelkasten hebben een lage maatschappelijke waarde. De toestellen dateren van de periode voor 1970, waar de huidige Belgische bevolking weinig tot geen herinneringen aan heeft. De beleving van de collectie koelkasten is laag tot gemiddeld. Met uitzondering van de Amerikaanse koelkasten met de bolle vormen, waarop de huidige koelkasten met retrovormgeving gebaseerd zijn. Een aantal toestellen worden momenteel tentoongesteld en/of in bruikleen gegeven, waaronder het Philips-toestel in Bokrijk. De toestellen die een hoge museale waarde kregen worden hieronder per museum weergegeven. MIAT: - MIAT V08464 - MIAT V08550 - MIAT V09193 - DMG 2010-0110 - DMG 2003-0123 - MIAT V13239 - MIAT V08623 Huis van Alijn: - MIAT V09193 Design Museum Gent: - MIAT V08464 - DMG 2010-0110 Alle toestellen hebben een geringe tot lage economische waarde. Opmerkingen waardering - Bron: W. Scheire, IJSKOUD! Koelkasten, massaconsumptie en materiële cultuur in België tussen 1945 en 1975 (Proef ingediend met het oog op het behalen van de graad van doctor in de geschiedenis), Brussel, 2018. - Voor het waarderen van een koelkast is het ook nodig om de binnenzijde te bekijken. Zijn er onderverdelingen in de deur, zijn de vakken en legplanken nog aanwezig,? - Ontbrekend in de collectie: o Nieuwere toestellen met nieuwe technieken (energiezuinig, automatisch ontdooien, slimme koelkasten etc.) o Hedendaagse toestellen met een retrovormgeving (bvb. SMEG met snoepjeskleuren) o Toestellen van na 1980 o Type Amerikaanse dubbele koelkast met ijsmaker o Toestel Raymond Loewy o Top Cooler Electrolux o Houten koelkasten 35

Bijlage 3D: Waardering subcollectie scheerapparaten - 18/06/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Benoit Vanhees, Karel Cole, Chris Feys. Het team werd aangevuld met Gerard Segers, verzamelaar van scheerapparaten. Omvang van de gewaardeerde collectie: 99 objecten. Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Binnen de elektrische droogscheerapparaten onderscheiden we zowel de scheerapparaten voor heren als ladyshaves en epileertoestellen voor dames. Naast de elektrische scheerapparaten zijn ook natscheertoestellen en scheermesjes blijven bestaan. Binnen de elektrische toestellen wordt er een onderscheid gemaakt naar de gebruikte scheertechniek en het aandrijvingsmechanisme. In de eerste plaats kennen we de scheerapparaten met snoer. Daarnaast bestaan er ook combi-toestellen die gebruik maken van een snoer en al dan niet oplaadbaar zijn met batterijen. Ook bestaan er toestellen die enkel op batterijen werkten. Dit waren veelal toestellen die geschikt waren voor gebruik onderweg. In de tweede plaats worden er drie verschillende scheertechnieken toegepast, vaak samenhangend met verschillende producenten. Philips werkt met roterende scheerkoppen in zijn Philishavetoestellen, eerst één, dan twee en uiteindelijk met drie scheerkoppen. Andere producenten plaatsten meerdere langwerpige mesjes achter elkaar en lieten die bewegen (Remington, Sunbeam). Bij een derde techniek is er een metalen net aanwezig over de scheermesjes (Braun). Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Een scheerapparaat bestaat uit verschillende onderdelen: het scheerapparaat zelf, eventuele hulpstukken (borsteltje, olie, zalf, opzetstukken, ), het snoer, de bewaardoos of het etui, de productverpakking, de handleiding en het garantiebewijs. Circa de helft van de toestellen bevindt zich nog in het originele etui en het snoer en het afdekkapje voor de scheeroppervlak zijn bewaard. Het enige toestel waarbij dit geheel compleet is, is de Philishave 6 (MIAT V09530). Een aantal toestellen bevinden zich in zeer slechte en incomplete toestand. De waardering voor deze toestellen is, mede doordat er weinig over geweten is, laag. Ze krijgen wel een hoge informatieve waarde (zie verder). Ensembles zijn niet van toepassing binnen deze subcollectie. De producent is meestal gekend. Wel bevinden er zich in de collectie een aantal scheerapparaten waarvan niemand van het waarderingsteam de producent kende. Ontwerpers zijn zelden gekend. Enkel bij Braun en de eerste Philips apparaten zijn de 36

Zeldzaamheid Historisch Artistiek ontwerpers gekend. De verwerving is meestal volledig of gedeeltelijk gekend en berust voornamelijk op schenkingen. Zo ontving MIAT een groot aantal scheerapparaten via Walta Shop. De meeste toestellen zijn uniek, zowel in de Gentse collectie als vergeleken met andere gekende publieke collecties in België. De populairste scheerapparaten zijn in meerdere exemplaren aanwezig in de collectie, met name de Philishave 7736, 7735, 7743 en 7910. Sommige van deze toestellen bevinden zich ook in de collecties van MOT, La Fonderie en Musée de la Vie wallonne. Ook de Remington Super 60 bevindt zich meerdere keren in de collectie. Wanneer er dubbele exemplaren zijn, is er meestal maar één toestel waarbij zowel de toestand goed is en het geheel compleet. Het eerste elektrische droogscheerapparaat werd ontwikkeld door het Amerikaanse Schick. Dit toestel (MIAT V00289) is historisch waardevol door zijn pioniersrol, maar weinig representatief voor de Belgische markt. Het toestel bevindt zich helaas niet in goede en complete toestand. De gekendste en meest verkochte merken waren Philips (Philishave), Braun en tot circa jaren 1980 Remington en Sunbeam. Het populairste en meest representatieve toestel was en is nog steeds de Philishave. Het eerste toestel, de Philishave met één scheerkop, model SC 7736 6, is zowel technisch als historisch van hoge waarde. De grote doorbraak kwam met het zogenaamde eenkops eitje en tweekops eitje. Toestellen SC 7910 en 7860 waren de opvolgers en eveneens zeer populaire scheerapparaten. Het driekops scheerapparaat type HP 1109 (HvA 2007-147-008) heeft een hoge herkenbaarheid en hoge representativiteit waardoor het ook historisch hoog gewaardeerd wordt. Philishave SC 8010 '2000 S' (DMG 1999-0068) is wellicht het laatste toestel met twee scheerkoppen, maar is wel technisch waardevol omwille van de ingebouwde tondeuse en omdat dit het eerste apparaat is met dit type snoer. Elk van deze types wordt historisch hoog gewaardeerd voor zijn representativiteit en zijn plaats binnen de technische evoluties van scheerapparaten. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Het overzicht van de verschillende types Philishave apparaten is vrij volledig. Het kan verder uitgebouwd worden met het verder verwerven van latere modellen en evoluties. Braun maakte gebruik van een net als scheeroppervlakte. Technisch was dit innoverend. Braun was tevens een goed gekend en representatief merk voor scheerapparaten. Het oudste exemplaar in de collectie (MIAT V01820) heeft nog het oude ronde logo. De verschillende gebruikte technieken zijn aanwezig in de collectie, zowel van niet elektrische natscheermesjes tot opwindbare toestellen als apparaten met snoer en/of batterijen. Toestellen met batterijen werden vaak als tweede toestel aangekocht om mee te nemen op reis of voor onderweg. Ze waren goedkoper dan de toestellen met een snoer maar werden minder gekocht. De Philishave SC 7930 (MIAT V26272) heeft een etui waarin de batterijen in het scharnier zitten en waarin zich een automatisch oprolbaar snoer bevindt. Technisch worden hier verschillende onderdelen ingepast in het kunststof etui. Zowel het toestel zelf als het etui worden hoog gewaardeerd. Belgische producenten van huishoudelijke apparaten brachten weinig scheerapparaten op de markt. Door hun rol in de Belgische industrie worden ze wel historisch hoog gewaardeerd. Nova produceerde twee scheerapparaten, wellicht in samenwerking met Calor. Het scheerapparaat Tourist (HvA 2009-086-020) zou ook in België gemaakt zijn. Hoewel dit reistoestel weinig verkocht en gekend is, is dit wel een interessant object binnen de Belgische productie. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld wat was de relatie tussen Calor en Nova? Zijn deze scheerapparaten Belgische of Franse productie? Ladyshaves werden over het algemeen minder verkocht dan scheerapparaten voor mannen. Het is niet uit te sluiten dat vrouwen het scheerapparaat van hun partner gebruikten voor het scheren van benen en oksels. De Philishave SC 7860 (MIAT V12032) had een apart opzetstuk te koop waarmee het scheerapparaat voor mannen kon omgevormd worden tot een toestel voor vrouwen. Voor het beoordelen van de artistieke waarde is het nodig dat het toestel zich in goede toestand bevindt en compleet is. 37

Informatief Maatschappelijk Beleving Het scheerapparaat heeft door zijn compacte grootte beperkte vormgevingsmogelijkheden. Toch slaagden verschillende fabrikanten erin om het apparaat een eigenheid en herkenbaarheid te geven. Het oudste toestel van Schick heeft een gemiddelde artistieke waarde in tegenstelling tot het latere toestel van Harab (MIAT V09534) dat mooier en meer gestroomlijnd is vormgegeven. De toestellen van Braun zijn duidelijk herkenbaar en de ontwerpers van hun toestellen zijn gekend (MIAT V26570, DMG 2009-0023, HvA 2007-150-232). Op artistiek vlak worden zij hoog gewaardeerd. De oranje Krups (HvA 2011-081-091) lijkt de vorm en de eenvoud van Braun te kopiëren, maar slaagt hier maar gedeeltelijk in. De eerste Philishave 6 met één scheerkop was een samengaan van techniek, ergonomie en vormgeving. Voor het ontwerp van het latere Philishave eitje werd een beroep gedaan op Raymond Loewy die dit toestel zijn kenmerkende witte streamline behuizing gaf. Die vormgeving werd behouden in het tweekops eitje, SC 774. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld onderzoek naar de rol van Raymond Loewy bij de vormgeving van huishoudelijke toestellen. Ook de opvolgers van de Philips eitjes, modellen SC 7910 en 7860, zijn eigentijds in vorm en kleurgebruik. Een aantal toestellen van andere producenten springen er qua vormgeving uit. Het scheerapparaat op batterijen van het Franse Atilla (MIAT V09533) heeft een compacte en barokke vormgeving die tevens ergonomisch is. De Kobler (MIAT V12026) is compact en past in een mooi vormgegeven cilindervormig leder etui. De Remington Super 60 (oa MIAT V26274) kenmerkt zich door zijn bolle vorm in streamline-vormgeving. De Remington Roll A Matic (HvA 2011-018-002) is rijkelijk gedecoreerd met gouden details. Het toestel oogt echter weinig ergonomisch. Elke producent bracht ook een of meerdere varianten van hun toestellen voor vrouwen op de markt. Zowel de vormgeving als de kleur en de aanwezige decoratie werd aangepast aan een vrouwelijk publiek. De Philips Ladyshave (HvA 2011-027) kreeg een gouden afwerking. De productverpakking, die een artistieke meerwaarde zou geweest zijn, ontbreekt echter. De Lady Braun verscheen in de typische jaren 1970 kleuren: wit met oranje, in een mooi vormgeven etui. Bij de Lady Braun Elegance 2 (DMG 2009-0025) kan de artistieke waarde nog verhoogd worden door toevoeging van de productverpakking. Dit toestel werd opnieuw verworven door een schenking van Chris Feys, waarbij de volledige productverpakking aanwezig is. Ontwikkelingspotentieel: hoog Vaak zijn niet alleen de scheerapparaten, maar ook het etui en de productverpakking met oog voor detail vormgegeven en weerspiegelen ze de periode waarin ze op de markt gebracht werden. Door de productverpakking bij het toestel te voegen wordt de artistieke waarde verhoogd. De toestellen in zeer slechte en incomplete toestand krijgen een hoge informatieve waarde doordat ze geschikt zijn voor materiaaltesten en voor het ontleden van de toestellen om de mechaniek bloot te leggen en de onderdelen en hun constructie te onderzoeken (MIAT V26572, V26571, V26579). Het best gekende en meest herkenbare scheerapparaat is de Philips met drie scheerkoppen, onder andere de Philishave type HP 1109 (HvA 2007-147-008). De een- en tweekops toestellen van Philips zijn nog slechts bij een beperkt publiek gekend. Remington en Sunbeam waren gekende merken voor de jaren 1980. De huidige inwoners van België kennen deze merken weinig tot niet, in tegenstelling tot Philips en Braun. Nova produceerde slechts korte tijd scheerapparaten. Nochtans hechten de oudwerknemers van de Belgische producent nog een grote waarde aan alle toestellen die Nova op de markt bracht. Toestellen met batterijen en reisscheerapparaten werden ook minder gekocht en hebben een lagere maatschappelijke waarde. Ladyshaves zijn gekende toestellen, maar werden weinig gekocht en gebruikt. Ze zijn maatschappelijk dan ook van gemiddelde waarde. Een aantal toestellen zijn gegeerd bij verzamelaars van scheerapparaten. Het toestel van Schick met etui (MIAT V00289) is een verzamelobject door zijn pioniersrol binnen de geschiedenis van de scheerapparaten. Dit geldt ook voor de eerste Philishave (MIAT 38

Museaal V09530) en de Zwitserse Harab (MIAT V09534). De een- en tweekops eitjes van Philips hebben een hoge belevings- en verzamelwaarde doordat ze zijn vormgegeven door Loewy en een aantrekkelijke vorm hebben. De Remington Roll A Matic (HvA 2011-018-002) heeft een hoge belevingswaarde en lijkt een luxueus toestel geweest te zijn door zijn gouden decoratie. De Attila Ruby (MIAT V09533) is een zeldzaam toestel en intrigeert door zijn vorm, decoratie en naam. De toestellen van Braun worden verzameld omwille van hun vormgeving bij ons en in thuisland Duitsland. De ladyshaves die zijn uitgebracht in de jaren 1970 hebben een grote herkenbaarheid door hun oranje of avocadogroene kleur en de frivole decoratie met bloemen. Dit zijn toestellen die verzameld worden door personen die geïnteresseerd zijn in deze periode. De belevingswaarde wordt, net zoals bij de artistieke waarde, verhoogd wanneer de originele productverpakking en etui ook worden gepresenteerd. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld productverpakkingen toevoegen aan de toestellen. Toestellen die in slechte toestand verkeren of incompleet zijn hebben een lage belevingswaarde. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld door schoonmaken kan de belevingswaarde verhoogd worden. Bij toestellen met een slechte en incomplete toestand kan de beleving niet meer verhoogd worden. De toestellen die zich in goede staat bevinden en waarvan het etui, de productverpakking en de hulpstukken aanwezig zijn, zijn museaal van hogere waarde. Enkel de toestellen die een hoge museale waarde hebben of waarin een hoog museaal potentieel gezien wordt, worden hier opgelijst. MIAT: - Schick, MIAT V00289 - Philishave 6, MIAT V09530 - Philishave 7735, MIAT V09531 - Philishave 7910, HvA 1987-003-022 - Philishave 7930, MIAT V26272 - Philishave 1109, HvA 2007-147-008 - Harab, MIAT V09534 - Sunbeam Shavemaster W, MIAT V26275 - Attila Ruby, MIAT V09533 - Braun 300 deluxe, MIAT V01820 - Braun, MIAT V26570 - Braun Cassett, HvA 2007-150-232 - Wahl Super 89, MIAT V12008 - Remington Roll A Matic, HvA 2011-018-002 HvA: - Philishave 7910, HvA 1987-003-022 - Philishave 1109, HvA 2007-147-008 - Philips Beauty, HvA 2011-081-092 - Lady Braun, HvA 2007-150-239 DMG: - Philishave 7920, MIAT V01821 - Philishave 7735, MIAT V09531 - Philishave 6, MIAT V09530 - Philishave 7910, HvA 1987-003-022 - Philishave 7930, MIAT V26272 - Krups Flexonic Junoir, HvA 2011-081-091 - Braun 300 deluxe, MIAT V01820 - Braun, MIAT V26570 - Braun Cassett, HvA 2007-150-232 - Lady Braun, HvA 2007-150-239 39

Economisch Er wordt voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Geen van de toestellen wordt aanzien als een publiekstrekker of een object dat inkomsten kan genereren door presentatie. Er moet wel opgemerkt worden dat wanneer een groot aantal Nova-toestellen zouden gepresenteerd worden, hier een geïnteresseerde erfgoedgemeenschap voor is. Opmerkingen waardering - Volledigheid Philishave-toestellen nodig? Philipsmuseum? Wel alle scharnierpunten in de evolutie aanwezig. Afweging maken tussen zelf verzamelen of bruiklenen bij Philipsmuseum - Kijken naar toestand en compleetheid bij verwerving van de toestellen - Ook aandacht besteden aan natscheren - Te verwerven: o Begin: elektrische natscheerapparaten o Andere technieken en manieren van energieoverdracht bij toestellen o Ladyshaves en epileertoestellen o Merken: Calor, scheerapparaat van Pagers (Porsche Design), Raselet Ducati, enz. - Info over geschiedenis, ontwerp en interessante toestellen te vinden bij Gerard Segers 40

Bijlage 3E: Waardering subcollectie stofzuigers - 09/07 en 27/08/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey/Eva Van Regenmortel (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole, Chris Feys en Benoit Vanhees. Omvang van de gewaardeerde collectie: 115 objecten Professionele toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen foto beschikbaar was, werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. De voorloper van de elektrische stofzuiger was de manuele of mechanische tapijtveger. Deze toestellen bevinden zich ook in de collectie, maar werden niet gewaardeerd. Binnen de subcollectie elektrische stofzuigers kunnen de toestellen onderverdeeld worden naargelang het model. De oudste modellen zijn sledestofzuigers, waarbij het motorgedeelte gedragen wordt door twee sledes die later vervangen werden door wieltjes. De stofzuigerzak bevindt zich in de behuizing van het motorgedeelte. Veelvoorkomend zijn de steelstofzuigers waarbij het motorgedeelte samen met een externe stofzuigerzak, veelal in textiel, gemonteerd is op een steel. Bepaalde merken waren gekend omwille van hun klopzuigers. Dit zijn steelmodellen waarbij de zuigmond niet alleen stof zuigt, maar ook het stof opklopt uit tapijten en vloerkleden. Dit soort stofzuiger was meer gekend en populair in Angelsaksische gebieden waar er meer gebruik gemaakt werd van vaste tapijten in huis. Ton- of ketelstofzuigers hebben vaak ook wieltjes onderaan met daarboven een emmer of ketel waarin de motor en de stofzak zich bevinden. Varianten op de stofzuiger zijn modellen met schouderriem, rugzakmodellen en handstofzuigers en kruimeldieven. Naast de stofzuigers zijn er ook boeners die de - voornamelijk houten - vloer nat boenen. Hiervoor waren er verschillende hulpstukken die de vloer polijstten en opblonken. Op technisch vlak is er een onderscheid te maken op basis van de plaats waar de stofzak geplaatst is ten opzichte van de motor, wat de zuigkracht beïnvloedt, en of er een stofzak aanwezig is. Stofzuigers evolueerden van zware toestellen met een metalen behuizing met veel onderdelen en hulpstukken naar lichtere modellen in kunststof met minder zuigmonden, of met één combinatiezuigmond. Ze evolueerden ook naar geluidloze stofzuigers met een grotere zuigkracht. Waardering Waarde Toestand Argumentatie en ontwikkelingspotentieel De stofzuigers bevinden zich vaak in matige tot redelijke toestand. Dit is een gevolg van het gebruik. Veelvoorkomend zijn gebruikssporen; krassen, deuken en roest op de stootranden en de behuizing. Het geheel van een stofzuiger bestaat uit het motorgedeelte, een zuigbuis, een zuigsteel, een of meerdere zuigmonden voor speciaal gebruik, eventueel een stofzak in of buiten de behuizing, een snoer en eventuele andere accessoires, hulpstukken en onderdelen in een productverpakking. De steel, zuigbuis en stofzak zijn onderdelen die regelmatig ontbreken. In de collectie van Huis van Alijn bevinden zich verschillende toestellen en onderdelen, maar het is niet duidelijk welke onderdelen bij welk toestel horen. De productverpakking ontbreekt bij bijna alle oudere toestellen. Enkel bij enkele meer recente toestellen in Design Museum Gent is de originele productverpakking aanwezig. Die zijn echter in slechte staat door waterschade. 41

Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch De kruimeldief van Stefano Giovannoni voor Alessi vormt een ensemble met een keukenweegschaal, vruchtenpers en broodrooster. Verder zijn ensembles binnen deze deelcollectie niet van toepassing. Wel zijn er lijnen van toestellen geproduceerd waarbij één model soms tientallen jaren na elkaar op de markt werd gebracht, met kleine technische aanpassingen en verbeteringen in vorm, materiaal en kleur. In deze subcollectie is dit het geval bij de Siemens Vampyrette en de Siemens Rapid. Deze toestellen werden lang geproduceerd, met behoud van vorm en kleurenpalet. De producent is meestal gekend. Wel bevinden er zich een aantal stofzuigers in de collectie waarbij niemand binnen het waarderingsteam de producent kende. Een online zoektocht bracht ook geen duidelijkheid. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld onbekende producenten identificeren: van waar is het merk afkomstig, waar werd het toestel geproduceerd,? De ontwerper is enkel gekend bij een aantal klopzuigers van Hoover. Voor de Hoover Junior, Hoover Senior en Hoover Constellation is dat Henry Dreyfuss (zie artistieke waarde). De verwerving is meestal volledig of gedeeltelijk gekend en berust voornamelijk op schenkingen. De meeste toestellen zijn uniek, zowel in de Gentse collectie als in België, tot zover gekend. Musée de la Vie walonne heeft een kleine collectie stofzuigers, waarbij enkel de Hoover Constellation dubbel is met de Gentse collectie. Een aantal stofzuigers bevinden zich meerdere keren in de collectie, meestal met slechts kleine verschillen in toestand en compleetheid. De Hoover Junior bevindt zich vier maal in de collectie, waarvan het toestel van MIAT (V01701) in de beste toestand is. Ook de Hoover Constellation en de Hoover Senior bevinden zich meerdere keren in de collectie, maar steeds in andere kleurencombinaties. Dit is opvallend, daar uit de klankbordgroepen bleek dat Hoover klopzuigers niet zo populair waren hier en vrij duur in aankoop. De oudste toestellen in de collectie dateren van het interbellum. Ze zijn niet representatief voor de Belgische huishoudens omdat ze nog erg duur waren. Electrolux bracht de eerste sledestofzuiger op de markt in de jaren 1920 en de oudste sledemodellen in de collectie komen dan ook van deze Zweedse producent (MIAT V26636, V01704, HvA 1973-034-001). Hoover was gekend voor zijn deur-aan-deurverkoop en het onderhoud van klopzuigers. Hoewel duurder in aankoop was dit wel de best verkochte klopzuiger door de jaren heen. De oudste klopzuiger van Hoover in de collectie is model Junior (MIAT V01701). De ruime aanwezigheid van dit toestel (4x) lijkt erop te wijzen dat dit toestel ook aanwezig was in de huishoudens. Zijn opvolger (DMG 2008-0055) was de eerste met een kunststof behuizing en wegwerpstofzakken. Tegenover de Junior stond model Senior dat iets groter was. Die bevindt zich in verschillende kleurcombinaties in de collectie en had een extra buisstuk waardoor hij in een hogere versnelling ging zuigen. Ook de Hoover Constellation werd veel verkocht. De bolle stofzuiger zweefde boven de grond. Technisch innovatief en van goede kwaliteit was dit een vernieuwing op de stofzuigermarkt. Zowel in zijn naam als vorm verwijst hij naar de fascinatie in de ruimtevaart in die periode. Nilfisk is voornamelijk bekend als producent van industriële stofzuigers, maar bracht ook toestellen voor huishoudelijk gebruik op de markt. De ketelstofzuigers waren duur in aankoop, maar gekend als zeer kwalitatief. Het bedrijf behield ook eenzelfde model doorheen de tijd (Zie HvA 2011-098-001, 2007-119-111 en DMG 2007-0042). Nilfisk bracht eind jaren 1990 nog een rugstofzuiger uit (DMG 2007-0041). Die werd wellicht gebruikt voor semi- of professioneel gebruik, maar is interessant omwille van zijn opbouw en lichtheid. De Vox R 50 is onder meer stofzuiger, boener, blender en haardroger. Hij werd hoog gewaardeerd binnen deze subcollectie. De verschillende functies die gecombineerd werden waren vernieuwend, slechts een aantal andere producenten brachten vergelijkbare toestellen op de markt. Een meer recente innovatie is de Dyson zakloze stofzuiger die gebruik maakt van een cyclonische technologie. De lucht blijft gescheiden van het stof, waardoor de zuigkracht zelfs bij een volle stofbak even sterk blijft. Deze stofzuiger is vernieuwend, kwalitatief en 42

Artistiek wordt over de hele lijn hoog gewaardeerd. Daarnaast hanteerde Dyson een slimme strategie om hun toestellen op de markt te brengen en aan te bieden aan museumcollecties over de hele wereld. De laatste technische innovatie is de ontwikkeling van de robotstofzuiger. De Trilobite van het Zweedse Electrolux (DMG 2007-0040) was de eerste commercieel toegankelijke robotstofzuiger. Toen hij op de markt verscheen was hij nog te duur voor de doorsnee huishoudens en ook functioneel waren er nog verbeteringen nodig door een gebrek aan geheugen en een lage zuigkracht. Interessant zijn ook toestellen van goedkopere merken of huismerken van supermarktketens zoals Neufunk (MIAT V12012) en Tomado (MIAT V26623). Neufunk was zelf geen producent, maar het huismerk van Grand Bazaar (GB). Vanaf de jaren 1960 verschijnen er Aziatische producenten op de Europese markt, die voornamelijk via demonstraties aan de man gebracht werden. De Hitachi (MIAT V09104) is een goed voorbeeld van een veel verkocht kwalitatief toestel. In de collectie bevinden zich ook een aantal boeners. De meeste merken hadden ook een of meerdere boeners in hun aanbod. Die werden in België minder verkocht en zijn dus weinig representatief voor de huishoudens. Samen met de handstofzuigers, kruimeldieven en boen/zuig combinatietoestellen tonen ze de breedte aan technische mogelijkheden binnen deze subcollectie aan. Toestellen zonder gekende producent werden laag gewaardeerd, maar met ontwikkelingspotentieel om hier meer over te weten te komen. De eerste sledestofzuigers bewogen zich voort op sledes of ski s en hebben een torpedoof sigaarvorm. Bij deze toestellen is er vaak een fel kleurgebruik, in combinatie met de metalen onderdelen van de behuizing (HvA 2007-150-274, 2007-150-275). De Erres SZ175 (DMG 2009-0043) springt eruit op vlak van vorm en door zijn felblauwe kleur. In de jaren 1950 maken de stofzuigers en boeners gebruik van afgeronde vormen en snoepjeskleuren op de veelal kunststof behuizing. Deze toestellen zijn geen echte uitspringers, maar zijn eigen aan hun tijd en werden gemiddeld gewaardeerd. Ergonomie speelt een grote rol bij stofzuigers. Het handvat moet makkelijk te bedienen zijn en hoe lichter en wendbaarder de stofzuiger is, hoe makkelijker men de moeilijk te bereiken plaatsen kan reinigen. De evolutie hierin is dat men in de loop van de tijd gaat zoeken naar lichtere materialen en het compact maken van de toestellen. De steelstofzuiger van Balex (MIAT V26626) oogt zwaar en ongemakkelijk in gebruik en werd daarom laag gewaardeerd. Het Britse Hoover deed voor de vormgeving van zijn klop- en stofzuigers lang beroep op Henry Dreyfuss. Onder andere Hoover Junior, met gestroomlijnde art deco motieven uit 1936, Hoover Senior en Hoover Constellation werden door Dreyfuss ontworpen. De Hoover Senior kenmerkt zich door zijn ronde vormen en een licht dat vooraan aangaat wanneer de klopzuiger gebruikt wordt. De Senior en Constellation verschenen in verschillende kleurcombinaties. De Hoover Constellation heeft een unieke en originele bolle vorm en is te zien op het kunstwerk van Richard Hammilton 'Just What Is It That Makes Today's Homes So Different, So Appealing?' waarop alle in 1956 populaire artikelen zijn afgebeeld. Nilfisk-stofzuigers hebben een tijdloze vormgeving en brengen de industriële vormgeving van hun professionele toestellen de huiskamer binnen. De vorm en kleur van de stofzuiger blijven behouden doorheen de decennia en men zet zelfs bewust in op het behoud van de oude vormgeving (zie DMG 2007-0042). De boener van Electrolux heeft afgeronde vormen, een aerodynamisch voorkomen en een evenwichtig kleurgebruik. Volgens het waarderingsteam is dit de mooiste boener die Electrolux ooit op de markt bracht. De boener SZ25 van Philips is naar alle waarschijnlijkheid een toestel van Erres dat onder het merk Philips op de markt gebracht werd. De voorzijde doet denken aan een auto of radiator en is mooi vormgegeven. Ook de boener van REM, een ongekend merk, heeft opvallende bolle vormen. Een uitspringer is het combi-toestel van Vox dat verschillende functies combineert, vertrekkend vanuit een centraal motorgedeelte met gestroomlijnde vorm. De ontwikkeling van de Dyson stofzuiger was een technische vernieuwing waar ook een 43

Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal nieuwe vorm voor gevonden werd. Er werd gebruik gemaakt van verschillende kleuren kunststof waarbij de cyclonen zichtbaar blijven. De kruimeldief van Stefano Giovannoni heeft een gepolijst spiegelend oppervlak. De vorm van het toestel is zeer gestroomlijnd vormgegeven en doet denken aan een dolfijn. Technisch is er niets uitzonderlijk aan dit toestel, dat het van zijn vorm en naam moet hebben. De naam van de robotstofzuiger van Electrolux, Trilobite, verwijst niet alleen naar de functie van het uitgestorven diertje. Ook in de vorm van de stofzuiger komt de vorm van het fossiel terug. De matte afwerking versterkt de vormgeving. Tenzij een object een uitgesproken potentieel heeft voor verder onderzoek, omwille van het materiaalgebruik, afkomst of techniek, werden alle objecten een gemiddelde informatieve waarde toegekend. De stofzuigers geproduceerd voor WOII kregen een lage maatschappelijke waarde. Pas vanaf de jaren 1950 haalden de meeste gezinnen een stofzuiger in huis. Boeners en klopzuigers werden minder verkocht en hebben dus ook een lagere maatschappelijke waarde. De Hoover klopzuigers werden in de klankbordgroepen vaak herkend. Daarnaast zijn ze ook het type stofzuiger dat te zien is in Amerikaanse films en series van of over deze periode. Onder andere in Engelstalige landen, maar ook in Nederland, spreekt men van hoovering in plaats van stofzuigen. Nilfisk stofzuigers zijn ook gekend, maar eerder als professionele toestellen. Men ziet geen verschil tussen de toestellen geproduceerd in de jaren 1960 en de jaren 1990 (zie ook artistieke waarde). De recentere stofzuigers, daterend vanaf 1980, zijn als type herkenbaar voor de meesten. Merken als Miele en Electrolux bleven altijd populair. Overal ter wereld zijn er verzamelaars van stofzuigers, al dan niet afgebakend in de tijd of omwille van een bepaald aspect. Sledestofzuigers van voor WOII zijn verzamelobjecten wanneer ze zich in goede en complete staat bevinden. Het toestel van Electrolux (MIAT V01704) heeft een behuizing in gevlamde bakeliet en wordt om die reden verzameld. Toestellen uit de jaren 1970 met een oranje kunststof behuizing worden aanzien als retro en vintage-verzamelobjecten. Stofzuigers zijn daarnaast ook toestellen die voor zichzelf spreken, zich makkelijk laten lezen en door een publiek kunnen bewonderd worden. Hierdoor worden ze over het algemeen gemiddeld gewaardeerd. De toestellen van Hoover spreken aan door hun afgeronde vormen en vrolijke kleuren. Zeker de Constellation is intrigerend door zijn vorm en techniek. Wanneer de verschillende toestellen in de verschillende kleuren samen gepresenteerd zouden worden, wordt de beleving nog groter. Ook andere toestellen vallen op door hun vorm, waaronder een aantal boeners (REM, MIAT V01709). De Vox R 50 heeft een hoge belevingswaarde door zijn vormgeving, maar vooral door de verschillende functies die het toestel combineert en is in dat opzicht een curiosum. De Nilfisk Backuum rugstofzuiger intrigeert door zijn rugzakvorm. Dyson stofzuigers zijn algemeen gekend en herkenbaar. Het zijn dure toestellen en daarom eerder luxe-stofzuigers. Ze worden ook uitgesproken lelijk of mooi gevonden. De kruimeldief van Alessi is duidelijk een pronkobject dat niet gemaakt is om op te bergen in de keukenkast, maar eerder thuishoort in een open keuken. Stofzuigers waarvan essentiële onderdelen ontbreken of zich in zeer slechte staat bevinden, zijn onherkenbaar als stofzuiger en hebben een lage belevingswaarde. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld door het vervolledigen van het toestel (zuigbuis, hulpstukken) wordt de belevingswaarde vergroot. Ook wanneer de toestellen gereinigd worden, vergroot de beleving. De samenstelling van de subcollectie berust op toeval en was tot nu toe niet het resultaat van een beleid. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. MIAT: - MIAT V00306 - HvA 2018-035-005 44

Economisch - HvA 2007-150-275 - MIAT V26624 - MIAT V01701 - DMG 2009-0016 - MIAT V09354 - MIAT V00303 - DMG 2006-0109 - HvA 2007-150-277 - Hoover Senior alle kleuren - DMG 2002-0062 - MIAT V09143 - DMG 2007-0040 - DMG 2007-0042 Huis van Alijn: - HvA 2007-150-277 - Hoover Senior alle kleuren - HvA 2007-150-129 - HvA 2007-119-112 - DMG 2002-0062 Design Museum Gent: - HvA 2018-035-005 - HvA 2007-150-275 - MIAT V01701 - DMG 2008-0055 - MIAT V09354 - MIAT V00303 - MIAT V01709 - DMG 2006-0109 - HvA 2007-150-277 - Hoover Senior alle kleuren - HvA 2007-119-112 - DMG 2002-0062 - DMG 2007-0034 - DMG 2007-0040 - DMG 2007-0042 Ontwikkelingspotentieel: hoog door de toestellen te vervolledigen stijgt de museale waarde. Voor presentatie wordt gekeken naar stofzuigers waarvan de zuigbuis en stang aanwezig zijn. Voor alle toestellen geldt dat er een beperkte economische waarde is. Opmerkingen waardering Ontbreken in de collectie: - Kruimeldief Black&Decker: meest populaire kruimeldieven 45

Bijlage 3F: Waardering subcollectie wafelijzers - 25/06/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole en Benoit Vanhees. Omvang van de gewaardeerde collectie: 66 objecten Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was, werden niet gewaardeerd, evenmin onderdelen. Design Museum Gent bezit ook een collectie wafelijzervormen, geschikt voor verschillende toestellen van Nova. Ook die vormen werden niet gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: hoog er kan nagegaan worden bij welk type wafelijzers deze vormen gebruikt konden worden. Hierdoor zou de waarde van het geheel van het toestel vergroten. In de Gentse collectie bevinden zich tevens niet elektrische wafelijzers, die gebruikt werden op kachels. Die werden niet opgenomen in de waardering, en evenmin wafelijzers voor professioneel gebruik en andere bakijzers die niet voor huishoudelijk gebruik waren (bvb. hostie-ijzers). Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Binnen de subcollectie van de wafelijzers is er een evolutie van een aparte verwarming van de twee bakzijden (twee snoeraansluitingen nodig) naar een toestel met één stekkeraansluiting. Er bestaan toestellen met vaste of verwisselbare, enkelvoudige en dubbele bakvormen voor een enkele of een dubbele wafel. Ook zijn er toestellen die vaststaan op vier pootjes en toestellen die kunnen omgekeerd worden over een centrale voet. Dit zorgt voor een gelijkmatige bak van de wafel. Ronde wafels waren vooral populair in Scandinavië en Duitsland, terwijl men in onze streken eerder rechthoekige wafels verkoos. Er bestaan wafelvormen met rasters in verschillende groottes voor verschillende soorten wafels: Luikse, Brusselse, galette wafels of zelfs vormen voor ronde koeken, madeleines of ander gebak. Standaard werden een of meerdere vormen bijgeleverd, maar ze konden ook apart bijgekocht worden. Deze subcollectie bevat ook elektrische croque-en grilltoestellen en toestellen die, door het wisselen van de bakvormen, verschillende functies combineren (croque, wafel, grill). Waardering Waarde Toestand Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Bij de meeste toestellen ontbreekt de productverpakking. De productverpakking ontbreekt bij het wafelijzer van Kalorik, type Picnic, in Design Museum Gent (2017-0340), maar is aanwezig bij het toestel in MIAT (V28062) dat zich in slechtere staat bevindt. Ontwikkelingspotentieel: groot het toestel uit Design Museum Gent zou kunnen samengevoegd worden met de productverpakking van MIAT, waardoor er een geheel in goede toestand ontstaat. Een aantal Nova-toestellen zijn bewaard gebleven in de originele productverpakking, maar bevinden zich niet altijd in goede staat. De toestellen bevinden zich in een redelijke tot goede toestand. Veelvoorkomend is schade aan de behuizing (krassen, roest en verkleuring). Een aantal toestellen hebben ook schade en aantasting aan de bakplaten als gevolg van het gebruik van het toestel (aanslag van suiker, beslag of hitte). De Gauf-grill van Nova bevindt zich in zeer slechte staat waarbij de coating van het toestel volledig loskomt. Reinigen en restaureren zijn niet meer mogelijk. Indien mogelijk dient dit toestel opnieuw verworden te worden. 46

Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch Het grootste deel van de toestellen bevinden zich in complete toestand. Bij een aantal toestellen ontbreken een of meerdere essentiële onderdelen zoals een handvat, voet of snoer. De Nova Magic (DMG 2017-0292) is zowel historisch als artistiek (zie verder) een uniek toestel. Het handvat ontbreekt echter waardoor de gehele waarde van het toestel daalt. Het snoer ontbreekt bij de meeste oudere toestellen, waarbij er een los snoer met aansluiting op de twee bakzijden nodig was. Het is niet altijd duidelijk of dit snoer bij het toestel geleverd werd of apart diende aangekocht te worden. Geen enkel wafelijzer maakt deel uit van een ensemble. Een aantal producenten brachten wel reeksen uit van verschillende types wafelijzers met verschillende afmetingen of baksystemen: - Kalorik: Picnic, Waflux, Monolux - Nova Duplex, Uniplex, Multiplex, Simplinter, Doublinter - Nova Unex, Dulex, Multex, Unilex - Nova-Harmonie: Unilex, Unex, Dulex en Multex: volledig in de collectie aanwezig De ontwerper is enkel gekend bij de wafelijzers uit de Nova-Harmonie-reeks en de laatste toestellen die men produceerde. Voor de vormgeving van de toestellen werd eind jaren 1950 een beroep gedaan op het Parijse ontwerpbureau van de gerenommeerde Frans- Amerikaanse ontwerper Raymond Loewy, nl. de Compagnie d Esthétique Industrielle. Vanaf de jaren 1980 werd de vormgeving uitbesteed aan het Duitse ontwerpbureau Slany Design. Slechts van één toestel is de producent noch de ontwerper gekend. Het is ook weinig waarschijnlijk dat de producent nog kan achterhaald worden. De meeste toestellen in de collectie zijn echter voornamelijk Nova-toestellen. De verwervingsgegevens zijn meestal volledig of gedeeltelijk gekend. Een groot aandeel Nova-toestellen zijn verworven door een schenking van Stadsarchief Tongeren (afkomstig uit de Nova fabriek in Tongeren) aan Design Museum Gent. De meeste wafelijzers zijn uniek in de Gentse collectie en in België. Wafelijzer Picnic van Kalorik bevindt zich tweemaal in de collectie, waarvan eenmaal met originele productverpakking. Ook de Kalorik Minilux bevindt zich tweemaal in de collectie. Van Nova bevinden verschillende toestel zich meerdere keren in de collectie: Multiplex, Simplinter (ook in Bakkerijmuseum), Duplex, Multex, Dulex, Unex, Dulex (Harmoniereeks), Unex (Harmonie-reeks), Gaufrex 80 en Multex 2. De Belgische producenten Nova en Kalorik zijn goed vertegenwoordigd in de Gentse collectie. Er wordt dan ook aangenomen dat ze representatief zijn voor de Belgische huishoudens. Vooral Nova-wafelijzers bleken zeer gekend in de klankbordgroepen. Nova stond voor kwaliteit en toestellen die een leven lang meegingen. Wafelijzers behoorden tot de eerste toestellen die men op de markt bracht en bleven tot de sluiting van de fabriek een kernproduct van Nova, waarbij ze de toestellen zelf ontwikkelden en produceerden. Nova produceerde wafelijzers in verschillende reeksen, met een onderscheid in enkele of dubbele bakvormen en vaste of keerbare toestellen. Een uitspringer is het toestel Magic, dat er meer luxueus en duurder uitziet dan de andere toestellen die men produceerde. Het toestel is niet herkenbaar als een Nova en wellicht minder verkocht dan hun andere wafelijzers. De reeks Harmonie werd ontworpen door Raymond Loewy en in 1958 op de markt gebracht. De vier toestellen die tot de reeks behoren, bevinden zich in de Gentse collectie en worden hoog gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: groot Er dient onderzoek gedaan te worden naar de rol van Loewy in het ontwerpen van de toestellen van Nova. Ook kan er nagegaan worden of er een link is met Expo 58 en of Nova als Belgische producent een stand of paviljoen had. Bij de Nova-wafelijzers is er, net als bij hun strijkijzers, onduidelijkheid over de naamgeving en de types. Zo worden de namen Dulex en Duplex voor verschillende toestellen gebruikt, maar worden deze niet vermeld op het toestel zelf. Nova brengt in de jaren 1970 ook grill- en croque-toestellen op de markt, om zo tegemoet te komen aan de beweging waarbij alles in de keuken elektrisch wordt. De grill-toestellen passen ook in de toenmalige gezondheidsgolf waarbij er reclame werd gemaakt voor vetvrij bakken en grillen. Voor de croque-machine (MIAT V26096) wordt eenzelfde techniek en vormgeving gebruikt als voor de wafelijzers. Technische innovaties als een 47

Artistiek Informatief Maatschappelijk Beleving antikleefcoating (Nova Novagrill Major, DMG 2017-0289) worden ingevoerd. Vanaf midden jaren 1970 worden de wafelijzers en grilltoestellen in een kunststof behuizing uitgevoerd. De toestellen verschijnen in de bruin en oranje kleuren die eigen zijn aan de tijd (Gaufrex 80, ITT/Nova Grill Medium 1 ). Het laatste toestel van Nova was een combitoestel waar zowel grillplaten als bakplaten voor wafels konden ingeplaatst worden, de Nova Gauf-grill (DMG 2017-0295). Het toestel is helaas in zeer slechte staat. De Kalorik-toestellen die kort na WOII geproduceerd werden, ogen luxueus en zijn wellicht minder representatief voor het gebruik in die tijd. Ontwikkelingspotentieel: groot hoe komt Kalorik erbij om kort na WOII, wanneer er materiaal schaarste is en het land in wederopbouw, zowel een grote reeks strijkijzers als wafelijzers op de markt te brengen die er zeer luxueus uitzien? Honor was ook een Belgische producent van wafelijzers, echter minder gekend op de Vlaamse markt. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld was Honor meer gekend en populair in Waalse huishoudens? De oudste toestellen in de collectie zijn vormelijk een verderzetting van de niet elektrische wafelijzers, aangepast en uitgebreid met verwarmingselementen en een stekker. De reeks toestellen die de Belgische producent Kalorik eind jaren 1940 op de markt brengt ogen frivool en hebben meer decoratie dan gelijkaardige toestellen in die tijd. Er wordt gebruik gemaakt van een metalen behuizing en handvaten en pootjes in een zwierig vormgegeven bakeliet. De toestellen hebben afgeronde hoeken en zijkanten. De Kalorik Minilux (type 5355) zou mogelijk door Raymond Loewy ontworpen zijn. Hiervoor is er echter nog verder onderzoek nodig ontwikkelingspotentieel: hoog De oudste reeks toestellen van Nova hebben een eenvoudige decoratie, waarbij sommige toestellen (Uniplex, Multiplex) zijn gemonteerd op een metalen gedecoreerde grondplaat. De schroeven waarmee de bakvormen vastgezet worden zijn gedecoreerd met een N. De ijzeren onderdelen van de toestellen worden geleidelijk aan vervangen door zwart bakeliet (handvaten, pootjes, steun). Uniek is de Nova Magic. Het toestel heeft een opvallend bolle vorm dat bij geen andere producent werd teruggevonden. Het toestel springt uit de reeks toestellen die Nova op de markt bracht en was wellicht ook duurder in aankoop (zie ook artikel Retroscoop). Vanaf eind jaren 1950 deed Nova voor het ontwerp van zijn toestellen beroep op Raymond Loewy. Zijn ontwerpbureau ontwierp een reeks van vier wafelijzers, reeks Harmonie: Unex, Dulex, Unilex en Multex. De wafelijzers hebben een vormgeving die ook sterk doet denken aan de Expo 58-stijl. De vormgeving van de toestellen ontworpen door Loewy werd nog door gebruikt bij nieuwere toestellen. Ontwikkelingspotentieel: groot Er dient onderzoek gedaan te worden naar de rol van Loewy in het ontwerpen van de toestellen van Nova. Ook kan er nagegaan worden of er een link is met Expo 58. Vanaf midden jaren 1970 deed Nova voor het ontwerp een beroep op het ontwerpbureau van Hans Erich Slany, die zich specialiseerde in kunststof behuizing voor toestellen en apparaten. Incomplete toestellen (waarvan bvb. een bakzijde ontbreek) zijn museaal niet waardevol. Ze zijn echter informatief wel interessant voor het onderzoeken van de gebruikte materialen, technieken en constructie. Wanneer de toestellen zich in slechte staat bevinden, kunnen ze tevens gebruikt worden voor materiaaltesten of als onderdeel van een gebruikscollectie. De andere toestellen kregen een gemiddelde informatieve waarde. Nova-wafelijzers zijn nog steeds goed gekend. Ze zijn de trots van de oud-werknemers van Nova. Velen hebben nog steeds een Nova in huis. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld ook erfgoedgemeenschap voor Kalorik en Honor (andere Belgische producenten)? De belevingswaarde van de toestel verhoogt wanneer een reeks samen gepresenteerd wordt en/ of wanneer de productverpakking aanwezig is, dit is zeker het geval met de 1 Nova produceert toestellen en brengt deze op de markt onder de eigen merknaam, maar maakt deel uit van de groep ITT, onder wiens merk het ook toestellen produceert. 48

Museaal Economisch Harmonie-reeks van Nova. De toestellen van Kalorik zijn rijker gedecoreerd en doen luxueuzer aan dan andere toestellen uit die tijd. De samenstelling van de collectie berust op toeval en is geen resultaat van een uitgeschreven beleid. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. MIAT: - DMG 2017-0394 - DMG 2015-0068 - DMG 2017-0340 - DMG 2017-0338_0-4 - DMG 2017-0291 - DMG 2017-0280 - MIAT V01614 - MIAT V26096 - DMG 2017-0293 - DMG 2017-0395 - HvA 2012-007-004 - DMG 2017-0294 Huis van Alijn: Design Museum Gent - DMG 2015-0068 - DMG 2017-0340 - DMG 2017-0338_0-4 - MIAT V01614 - DMG 2017-0287 (hele Harmonie-reeks) - DMG 2017-0294 De Nova-toestellen hebben een gemiddelde economische waarde. Wanneer er een tentoonstelling met Nova-toestellen zou worden opgebouwd, zou er zeker een geïnteresseerd publiek zijn. Opmerkingen waardering - Retroscoop wafelijzers: http://www.retroscoop.com/toestellen.php?artikel=295 - Retroscoop Nova Magic: http://www.retroscoop.com/toestellen.php?artikel=296 - Overwegend Nova-toestellen: wellicht ook meest aanwezig in de Vlaamse huishoudens. Quasi volledig van wat Nova aan wafelijzers produceerde. Ontbreekt in de collectie: - Productverpakkingen toestellen Loewy - Croque monsieur toestellen: wanneer eerst verschenen; maar klein aantal van. - 2017-0295 opnieuw kopen - Design toestellen? - Gecombineerde toestellen - Cupcakemakers, pop-sticks, hartjesvormen, - Frifri nam de matrijzen van Nova over bij het faillissement in 1997. De wafelijzers die Frifri nu produceert, kunnen dus beschouwd worden als Nova-toestellen. Frifri-toestel verwerven om de link te leggen? - Jaren 1990-2000 - voor WOII? - Andere populaire of goedkope merken? - Toestellen met retro-vormgeving? 49

Bijlage 3G: Waardering subcollectie was- en droogmachines - 02/07/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen en Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole en Benoit Vanhees. Chris Feyt was afwezig, maar gaf zijn opmerkingen op papier door. Omvang van de gewaardeerde collectie: 51 objecten Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen foto beschikbaar was, werden niet gewaardeerd. De subcollectie van de was- en droogmachines omvat elektrisch aangedreven wasmachines, droogzwierders, droogkasten, was- en droogcombinaties en vaatwasmachines. Technisch kunnen de wasmachines onderverdeeld worden volgens het mechanisme binnenin waarmee het water en de zeep ronddraaien. Naast elektrische toestellen bevinden er zich in de collectie ook nog manueel aangedreven toestellen, maar die werden buiten deze waardering gelaten. Ook industriële toestellen werden niet gewaardeerd. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch Argumentatie en ontwikkelingspotentieel De productverpakking ontbreekt bij alle objecten in deze collectie. De objecten bevinden zich in het algemeen in een matige of redelijke toestand. Voornaamste schade is roest aan de waskuip, vuil en degradatie van de materialen. Bij een aantal toestellen ontbreken onderdelen zoals de aandrijfriem, de afvoerdarm, het deksel en de voetjes. Handleiding en garantiebewijs zijn een meerwaarde voor de bewaring van de toestellen. Enkel bij de vaatwasmachine van AEG (MIAT V09367) is gekend dat die bewaard is. In de eerste helft van de 20 ste eeuw werden waskuipen door de eigenaar zelf aangepast, verbouwd of beschilderd. Daardoor is de oorspronkelijke toestand moeilijk te bepalen en te achterhalen welke onderdelen origineel zijn of later toegevoegd. Van de Nova Sirocco heeft Design Museum Gent twee productverpakkingen in de collectie. Het toestel zelf ontbreekt echter (zie onder, te verwerven). Bij geen enkel toestel is er sprake van een ensemble. Een aantal producenten brachten wel reeksen van verschillende toestellen op de markt met een verschillende inhoudsmaat, enz. (bv. L Avenir, Falda). Het is een meerwaarde wanneer een dergelijke reeks zich volledig in de collectie bevindt. De ontwerper is bij geen van de toestellen gekend. De producent is bij de meeste toestellen gekend. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld toestellen zelf bekijken om d.m.v. opschriften de producent te achterhalen. De verwerving is meestal volledig of gedeeltelijk gekend. Een aantal toestellen bevinden zich dubbel in de Gentse collectie waaronder de Falda 1002 en de eerste Nova Miniwash. Enkel de Nova Miniwash bevindt zich ook in de collectie van MOT. Er zijn geen andere wasmachines, zwierders e.d. gekend in andere publieke collecties in België. Ontwikkelingspotentieel: hoog de collectie van Het Wasserijmuseum in Spa werd nog niet onderzocht (conservator gecontacteerd augustus 2018). België telde ooit meer dan 100 Belgische producenten van wasmachines, zwierders, e.d. Hieronder bevinden zich een aantal grotere merken, maar ook heel veel lokale kleinere producenten (zie artikel Retroscoop: http://www.retroscoop.com/toestellen.php?bt=lees+meer&artikel=298). Toestellen van Belgische producenten werden hoog gewaardeerd door hun representatie van de industriële geschiedenis in ons land. De bekendste Belgische merken zijn Flandria en Falda. De grote aanwezigheid van de Falda-toestellen in de Gentse collectie, alhoewel niet 50

Artistiek Informatief Maatschappelijk gekend in de klankbordgroepen, kan verklaard worden doordat ze te verkrijgen waren bij de Coop. Maar ook de kleinere, lokale producenten zoals SAM en L Avenir zijn waardevol en geven de breedte aan productie weer. Ontwikkelingspotentieel: hoog er kan veel meer informatie gevonden worden over het brede veld van de wasmachineproducenten in Vlaanderen en Wallonië. Het is aanbevolen om niet alleen toestellen te verwerven van de grotere spelers, maar ook van de kleinere lokale producenten. Nova neemt met zijn Miniwash een unieke plaats in in de geschiedenis van de wasmachines. De Tongerse producent startte met het op de markt brengen van de Miniwash, die door Calor ontwikkeld werd. Deze eerste versie werd veel verkocht en vormde voor Nova de start voor het zelf ontwikkelen van een kleine wasmachine. Zowel dit eerste toestel als de opvolgers die bij Nova zelf ontwikkeld en geproduceerd werden, werden hoog gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld de Nova Sirocco is volgens oud-werknemers (cf. klankbordgroep) het belangrijkste toestel dat in eigen huis ontwikkeld werd. Design Museum Gent bezit twee productverpakkingen (merk ITT), maar het toestel zelf ontbreekt. De oudste elektrische toestellen in de collectie waren wellicht op het zelfde moment in gebruik als de manueel aangedreven varianten. Het is ook mogelijk dat men zelf een elektrische motor plaatste op een manuele waskuip (MIAT V15531, V08521, V13047). Vanaf de jaren 1960 brachten verschillende producenten combinatietoestellen op de markt die zowel een was- als een droogmachine bevatten in dezelfde behuizing. Zowel SAM, Robusta, als het bekende Hoover brachten deze toestellen op de markt. De Protos wasmachine was een van de eerste elektrische wasmachines op de markt met een ingebouwde elektrische motor. Technisch was die ook vernieuwend door de mogelijkheid om de snelheid van de motor in te stellen. Uniek in de collectie is ook de vaatwasmachine van de Nederlandse producent Edy (MIAT V08517). Wellicht niet representatief voor de Belgische huishoudens, maar een zeer vroege vaatwasmachine en daarom hoog gewaardeerd. Een bekend en vertrouwd merk voor wasmachines en droogkasten was Miele. Hiervan bevindt zich maar één toestel in de collectie (MIAT V09955). De vormgeving van wasmachines, zwierders en droogkasten is over het algemeen vrij sober. De toestellen werden veelal gebruikt op een binnenplaats of in de wasplaats en waren niet gemaakt om in het zicht te staan. Ze zijn dan ook veelal praktisch van uitzicht, zonder extra decoratie of frivole elementen en werden laag tot gemiddeld gewaardeerd. Het verschil is te zien met de vaatwasmachine van Edy (MIAT V08517) waar wel, hetzij in beperkte mate, aandacht is besteed aan de vormgeving en die artistiek hoog gewaardeerd werd. De overheersende kleur is wit, vermoedelijk door de link met het schoonmaken. Alle toestellen van Falda bestaan uit een witte cilinder met zwarte accenten. Als reeks zijn ze herkenbaar vormgegeven als toestellen van Falda en werden ze gemiddeld gewaardeerd. De oudste vierkante en cilindervormige modellen wasmachines en zwierders zijn bovenladers en hebben een vorm afgeleid van hun functie. Latere toestellen zijn vierkant, kunnen in een keuken of wasplaats ingebouwd worden en worden langs voor ingeladen. De Falda Matic 1009 (MIAT V09194) heeft een strakkere vormgeving en heeft een duidelijk modernere vorm dan de andere toestellen die de producent op het zelfde moment uitbracht. De meeste toestellen kregen een gemiddelde informatieve waardering. Interessant zijn de verschillende mechanismes om de was te laten draaien. Ontwikkelingspotentieel: Hoe zijn de vroegste toestellen die mogelijk omgebouwde manueel aangedreven toestellen zijn samengesteld? Welke materialen werden gebruikt? De Nova Miniwash-toestellen werden door alle klankbordgroepen herkend als een toestel dat ze in huis hadden voor de kleine en/of delicate was. Daarnaast is er nog een Novagemeenschap die de Miniwash, weliswaar het latere, zelf ontwikkelde toestel, als het paradepaardje van het merk beschouwt. De Nova-toestellen werden maatschappelijk hoog gewaardeerd door het bestaan van deze erfgoedgemeenschap. De cilindervormige droogzwierders hebben een hoge graad van herkenbaarheid bij de 51

Beleving Museaal Economisch oudere bevolking. Zij herinneren zich nog dit soort toestel in huis gehad te hebben. Deelnemers van de klankbordgroepen kennen de producenten Flandria en Miele in hoge graad, maar Falda was niet gekend. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld door het grote aantal lokale producenten, zijn er waarschijnlijk ook nog lokale betrokkenen bij dit erfgoed. Hier kan nog verder onderzoek naar gedaan worden (samenwerking erfgoedcellen?) De deelcollectie heeft een lage tot gemiddelde belevingswaarde. De beleving van de toestellen wordt vergroot wanneer ze in hun context gepresenteerd worden. Daarnaast vergroot de beleving ook door toestellen uit eenzelfde reeks te groeperen (bvb. Falda-reeks). Reeksen toestellen zijn interessant om samen te presenteren. MIAT: - Reeks Falda-toestellen - DMG 2003-0125 - MIAT V08517 - Nova Miniwash (HvA 2007-119-105, DMG 2017-0321) - MIAT V09194 - HvA 2017-009-067 Huis van Alijn: - Nova Miniwash (HvA 2007-119-105, DMG 2017-0321) - MIAT V09194 - HvA 2017-009-067 - MIAT V40049 Design Museum Gent: - 2003-0125 - MIAT V08517 - Nova Miniwash (HvA 2007-119-105, DMG 2017-0321) - HvA 2017-009-067 Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld wanneer meer geweten is over de (lokale) producenten van de toestellen kan de museale waarde stijgen. Deze deelcollectie heeft geen of een geringe economische waarde. Opmerkingen waardering Ontbreekt in de collectie: - Toestellen na ca. 1980 - Vaatwasmachines - Inbouwtoestellen - Populaire merken: Siemens, Miele, Bosch, Electrolux, Whirlpool, - Nova Sirocco Bron: http://www.retroscoop.com/toestellen.php?bt=lees+meer&artikel=298) 52

Bijlage 3H: Waardering subcollectie koffiezettoestellen en waterkokers - 28/05/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen, Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Benoit Vanhees, Karel Cole, Chris Feys. Omvang van de gewaardeerde collectie: 44 objecten. Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarbij de afbeelding ontbreekt, werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Binnen de subcollectie van de koffiezettoestellen bevinden zich klassieke koffiezettoestellen (met filter), espresso-toestellen, percolators, reiskoffiemakers en een capsuletoestel. Bij de waardering zijn tevens de waterkokers en theemakers in deze subcollectie ondergebracht. In de collectie bevinden zich verschillende industriële koffiezetapparaten of toestellen die wellicht in de horeca gebruikt werden. Die zijn niet gewaardeerd, daar het niet gaat om huishoudelijke apparaten. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Bij de meeste objecten ontbreekt de productverpakking. Hulpstukken en accessoires zijn meestal bewaard gebleven. Over het algemeen bevinden de toestellen zich in een goede staat, waarbij ze zonder grote ingrepen kunnen gepresenteerd worden. Ontwikkelingspotentieel: hoog zoeken van productverpakking, handleiding en vervolledigen van de hulpstukken. Binnen deze deelcollectie bevinden zich een aantal ensembles. Een eerste ensemble bestaat uit een samenwerking tussen Alessi en Philips, die een ontbijtensemble op de markt brengen. De reeks bestaat uit een waterkoker, koffiezetmachine, broodrooster en vruchtenpers, en later ook nog een blender (enkel de broodrooster en de blender ontbreken in de collectie van Design Museum Gent). Een tweede ensemble is een samenwerking tussen het Porsche Design team en Bosch/Siemens waarvan alle toestellen zich in de collectie van Design Museum Gent bevinden. Van weinig toestellen is zowel de producent / fabrikant, ontwerper en verwervingsmethode gekend, en dus heeft deze subcollectie een gedeeltelijk gekende herkomst. Van de meeste objecten is zowel de verwerving als de producent gekend. Slechts van een aantal producten, waaronder die van Braun, is ook de ontwerper gekend. Bij een aantal toestellen is ook de producent niet gekend of is er sprake van een onbekend merk. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld over de slecht gekende producenten kan er meer info gezocht worden waardoor ook de andere waarden kunnen stijgen. 53

Zeldzaamheid Historisch Artistiek In de publieke collecties van andere musea en organisaties zijn weinig koffiezettoestellen en waterkokers terug te vinden. In deze subcollectie bevindt zich slechts één dubbel exemplaar, namelijk de reiskoffiemaker. Het oudste elektrische huishoudelijke toestel dat zich in de collectie bevindt is de waterkoker van Peter Behrens voor AEG uit 1909 en wordt hiervoor ook hoog gewaardeerd. Het koffiezetapparaat van Wigomat (HvA 2017-002-028) is het eerste toestel dat de druppeltechniek gebruikt. Het toestel is dus technisch innoverend en kende veel navolgers. In de collectie bevinden zich twee spiraaldompelaars, toestellen die louter gebruikt worden voor het verwarmen van een kleine hoeveelheid vloeistof. Dit zijn toestellen die vroeger regelmatig gebruikt werden, vooral onderweg of op reis. Binnen de opkomst van het reizen zijn er tevens twee identieke coffeemakers (HvA) terug te vinden. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld opkomst van het reizen en de productie van reistoestellen onderzoeken (koffiemakers, reisstrijkijzers, enz.). Het koffiezettoestel en de waterkoker van Nova zijn geen eigen producten van de Belgische producent, maar werden ingekocht. Technisch en op het vlak van vormgeving zijn ze niet vernieuwend, maar deze toestellen tonen wel de werking en strategie van het bedrijf en het brede gamma dat ze wilden aanbieden onder hun eigen merk. De toestellen van Braun zijn steeds populair geweest. De koffiezettoestellen zijn vernieuwend in opbouw en mechanisme en waren kwalitatief. Ze bestonden in verschillende uitvoeringen en versies. De waterkoker (DMG 2012-0021) was een zeer krachtig en goed verkopend toestel. Binnen deze subcollectie bevinden zich twee samenwerkingen tussen een ontwerpteam en een producent, resulterend in een ensemble van toestellen die dienen bij het ontbijt. De geslaagde samenwerking tussen Alessi en Philips is een interessant voorbeeld waarbij er gestreefd werd om vier (en later vijf) toestellen op de markt te brengen die zowel betaalbaar als goed vormgegeven zijn. Ook Bosch/Siemens bracht een reeks van ontbijtgerelateerde toestellen op de markt die ontworpen werden door het Porsche Design Team. Deze toestellen zijn technisch vernieuwend door de vele snufjes en hightech mogelijkheden. Beide samenwerkingen werden hoog gewaardeerd door de samenwerking van een producent met een extern en gekend ontwerper of ontwerpteam. Rond de eeuwwisseling ontstonden er samenwerkingen tussen producenten van toestellen en producenten van koffie. Die illustreren een maatschappelijke evolutie waarbij er ook thuis een koffiecultuur ontstond. Een grote vernieuwing en zeer populair tot op heden was de komst van de Philips Senseo, een samenwerking met Dauwe Egberts, waarvoor speciale koffiepads moesten aangekocht worden. Een andere samenwerking was er tussen Nespresso en (onder andere) Krups waarbij gebruik wordt gemaakt van koffiecapsules voor het thuis klaarmaken van espresso. In de collectie bevindt zich een toestel van Bosch/Siemens naar een ontwerp van Porsche Design Team. In het geheel bevinden zich ook koffiekopjes, lepeltjes en de capsules zelf. De waterkoker van Behrens voor AEG wordt ook artistiek hoog gewaardeerd. Het toestel is een van de vroegste industrieel vormgegeven huishoudelijke apparaten en bevindt zich in kunst- en designmusea over de hele wereld. Daarnaast is Behrens ook een gekende architect en vormgever. Doordat het toestel van Wigomat het eerste toestel in zijn soort was, bracht dit een nieuwe vormgeving met zich mee, waarbij de gebruikte techniek zichtbaar is door het gebruik van glas. De percolators van de Nederlandse fabrikant Daalderop worden bovengemiddeld gewaardeerd. Ze hebben een tijdloze vormgeving, waarbij aandacht besteed is aan het gebruiksgemak door de doorzichtige knop op het deksel. Ook het toestel van Rowenta (Hva 2010-127) is sober en eenvoudig vormgegeven, waardoor het aantrekkelijk en kwalitatief oogt. De koffiezetapparaten van Braun hebben een doordacht ontwerp en, ondanks dat ze verschenen in alle seventies-tinten, ogen ze nog steeds eigentijds. Ook de waterkoker van Braun heeft zachte lijnen die het toestel aantrekkelijk maken. Het handvat oogt 54

Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal Economisch ergonomisch en degelijk. De samenwerkingen tussen Alessi/Philips en Bosch/Siemens/Porsche Design team werden artistiek ook hoog gewaardeerd. Ze hebben een vernieuwende vormgeving en vormen een samenhangend geheel. Ook de andere toestellen die Alessi op de markt bracht hebben een artistiek hoge waarde. Ze werden ontworpen door gerenommeerde ontwerpers en zijn herkenbaar als een product van Alessi, waarbij steeds het speelse en originele naar voor komt. Vaak bestaan de toestellen ook in meerdere kleuren of motieven. Tenzij een object een uitgesproken potentieel heeft voor verder onderzoek, omwille van het materiaalgebruik, de afkomst of techniek, werd aan alle objecten een gemiddelde informatieve waarde toegekend. De oudste toestellen hebben een lage maatschappelijke waarde. Populaire toestellen vanaf de jaren 1970, zoals die van Braun of Philips, zijn nog gekend of nog in gebruik. De verschillende soorten koffiezetapparaten zijn nog steeds aanwezig in de huiskamers. Zowel de klassieke druppelaar als espressotoestellen worden nog steeds aangekocht. Percolators dienen op heden eerder voor professioneel gebruik. Alessi toestellen zijn zeer herkenbaar en worden nog steeds gekocht en verzameld door een hierin geïnteresseerd publiek. De eerste waterketel van AEG is een mooi voorwerp en intrigeert door zijn ouderdom, net zoals de Wigomat. Toestellen met een vintage- of retro uitstraling worden nog steeds verzameld door een specifiek publiek. Ook de toestellen van Braun worden internationaal aanzien als designklassiekers en om deze reden verzameld. Beide ensembles aanwezig in de collectie hebben een hoge belevingswaarde wanneer ze samen gepresenteerd worden. Vooral het Alessi-ensemble oogt aantrekkelijk door de zachte ronde vormen en de pastelkleuren. Alessi-toestellen worden door velen beschouwd als een luxe-product eerder dan gebruiksvoorwerpen. Ze stralen eerder pronkzucht uit dan alledaagsheid. De samenstelling van de collectie berust eerder op toeval. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. MIAT verzamelt technisch vernieuwende toestellen tot nu. Men verwacht een volgende golf waarin duurzaamheid een grote rol speelt. - HvA 2010-090-003 - MIAT V09286 - DMG 1997-0001 - HvA 2017-002-028 - HvA 2007-150-034 - DMG 2007-0030 - DMG 2007-0032 Voor HVA is belangrijk dat de toestellen alledaags zijn en gebruikt werden in alledaagse huishoudens. - HvA 2007-150-034 - MIAT V27131 Voor DMG ligt de focus op representativiteit binnen de Belgische design- en consumptiegeschiedenis. - DMG 1997-0001 - HvA 2017-002-028 - MIAT V21081 - DMG 2017-0002 - DMG 1997-0045 - DMG 2007-0037 - DMG 2007-0036 - DMG 2007-0030 - DMG 2007-0032 Er wordt voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Geen van de toestellen wordt aanzien als een publiekstrekker of een object dat inkomsten kan genereren door presentatie. 55

Aanvullingen en opmerkingen - Algemeen bevinden er zich weinig klassieke koffiezetapparaten in de collectie. Die kwamen nochtans veel voor in de Belgische huishoudens. Populaire merken waren Philips, Melitta, Seb, Braun en Tefal. September 2018: Klassiek koffiezetapparaat van Domo in productverpakking opgenomen in collectie Huis van Alijn schenking van Chris Feys - Het zwaartepunt ligt op toestellen geproduceerd in de jaren 1960-1970. Toestellen van voor deze periode, de eerste elektrische toestellen tot 1950, en na 1985 ontbreken in de collectie. - Een aantal technisch vernieuwende toestellen ontbreken die tevens een verandering in de koffiecultuur illustreren: o Philips Senseo: toestel voor het maken van één of twee kopjes koffie, te gebruiken met koffiepads. Hiervoor werkte Philips in de eerste plaats samen met Dauwe Egberts voor het op de markt brengen van de pads. Philips bracht het toestel op de markt in 2001 in verschillende kleuren. (toestel aanwezig in collectie Musée de la Vie wallonne) September 2018: Opgenomen in de collectie Design Museum Gent schenking van Chris Feys o Krups of gelijkaardige toestellen die werden geproduceerd voor het gebruik met Nespressocapsules. Deze apparaten voor het maken van koffie, variërend in grootte en sterkte, zijn eveneens een samenwerking tussen koffieproducent Nespresso en verschillende producenten van huishoudelijke toestellen zoals Krups en Magimix. 56

Bijlage 3I: Waardering deelcollectie koffiemolens - 14/05/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen, Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Benoit Vanhees, Karel Cole, Chris Feys. Omvang van de gewaardeerde collectie: 37 objecten. Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Binnen de subcollectie van koffiemolens kan men twee technieken onderscheiden. Enerzijds bestaan er toestellen die de koffiebonen fijnmalen door middel van een maalsteen. Deze techniek is veel gebruikt in Duitsland en geeft een zachtere smaak aan de koffie, die zijn aroma beter behoudt. Anderzijds zijn er koffiemolens die de bonen breken of mixen door middel van mesjes, waardoor de koffie een meer bittere smaak krijgt. Deze techniek is vooral in België terug te vinden. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Historisch Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Bij de meeste objecten ontbreekt de productverpakking. Ontwikkelingspotentieel: hoog zoeken van productverpakking en handleiding Er is geen sprake van ensembles binnen deze subcollectie. Van weinig toestellen is zowel de producent / fabrikant, ontwerper en verwervingsmethode gekend, en dus heeft deze deelcollectie een gedeeltelijk gekende herkomst. Van de meeste objecten is zowel de verwerving als de producent gekend. Slechts van een aantal producten, waaronder Braun, is ook de ontwerper gekend. Ontwikkelingspotentieel: hoog onderzoek naar de vormgeving en ontwerpers van Moulinex. In de publieke collecties van andere musea en organisaties zijn weinig koffiemolens terug te vinden. Een aantal toestellen bevinden zich ook in MOT en Musée de la Vie wallonne. Een aantal koffiemolens bevinden zich meerdere keren in de Gentse collectie, waaronder een groot aantal toestellen van Moulinex. Dit kan duiden op de ruime verspreiding van deze toestellen (zie ook Historische waarde). De elektrische koffiemolen verscheen op de markt in de jaren 1950 en werd veel verkocht tot ca. de jaren 1990. Koffiemolens verloren vanaf de jaren 1980 stilaan aan populariteit door de verkoop van gemalen koffie. Desalniettemin worden ze tot op vandaag nog steeds verkocht. Ze werden en worden niet enkel gebruikt om koffie te malen, maar kunnen ook kruiden, noten of gedroogd fruit fijnmalen. Hierin overlapt het toestel met de hakmolen. Het zwaartepunt van de collectie ligt in de jaren 1970, met de toestellen van Moulinex. Moulinex, bekend om zijn mixers, was het bekendste en meest verkochte merk van koffiemolens, mede door zijn goede prijs-kwaliteitverhouding. Deze toestellen zijn ruim vertegenwoordigd in de collectie, wat erop kan wijzen dat ze ook veel aanwezig waren in de Belgische keukens. De Belgische producenten Kalorik, Nova en ACEC zijn ook in de collectie aanwezig. Hun producten zijn relevant voor de geschiedenis van de Belgische productie van huishoudelijke apparaten en werden daarom hoog gewaardeerd. 57

Artistiek Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal Ook toestellen met zowel de maal- als de mixtechniek zijn in de collectie aanwezig. Zij tonen de diversiteit aan gebruikte technieken. De koffiemolen van Braun (HvA 2009-032-146) is interessant omdat het mogelijk specifiek voor de Belgische markt gemaakt werd. Ontwikkelingspotentieel: verwerving van toestellen uit de periode voor 1970 en na 1985 om de collectie te vervolledigen (zij het vanaf 1990 minder in gebruik); onderzoek naar de consumptiegeschiedenis van koffiemolens in België en de verhouding daarin tussen buitenlandse en binnenlandse merken; onderzoek van de samenwerking van Nova met de Compagnie d Esthétique Industrielle van Raymond Loewy. Een koffiemolen is een toestel waarvan de mogelijkheden naar vormgeving eerder beperkt zijn. Veel koffiemolens lijken dan ook op elkaar en de vorm lijkt de functie te volgen. Een uitspringer is de koffiemolen van AEG, type KME 4 (in MIAT en HvA). Dit toestel maakt wellicht gebruik van de maaltechniek. Zijn vormgeving is uniek en het toestel is terug te vinden in verschillende museum- en designcollecties. Net als voor al zijn huishoudelijke toestellen, besteedde Braun ook aandacht aan de vormgeving van zijn koffiemolens. De koffiemolen (HvA 2009-032-146) is zeer sober met een opvallende oranje bedieningsknop. In lijn met zijn andere toestellen oogt deze koffiemolen nog steeds eigentijds. Begin jaren 1960 ontwierp Raymond Loewy s Compagnie d Esthétique Industrielle ook een koffiemolen voor Nova. Die heeft een strakke en compacte vormgeving. (HVA 2007-150- 033; DMG 2017-0318; DMG 2015-0137) De koffiemolens van Moulinex worden artistiek gemiddeld gewaardeerd, maar zijn zeer herkenbaar als toestellen van Moulinex door hun oranje kleur en bolle vormen. Ook de toestellen van Krups (2011-081-051) en Seb (2011-081-052), beide latere toestellen, hebben een felle oranje kleur en een opvallende vorm en worden artistiek hoog gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: hoog onderzoek naar de vormgeving en ontwerpers van Moulinex; onderzoek van de samenwerking van Nova met Loewy, zie ook Historische waarde; onderzoek van buitenlandse producten die werden aangepast voor de Belgische markt. Tenzij een object een uitgesproken potentieel heeft voor verder onderzoek omwille van materiaalgebruik, de afkomst of techniek, werd aan alle objecten een gemiddelde informatieve waarde toegekend. De oranje koffiemolens van Moulinex, Krups en Seb hebben een hoog retro- en vintagegehalte. Door het veel voorkomen van deze merken op de Belgische markt, is er nog een grote groep mensen die deze toestellen gebruikt hebben en die er herinneringen aan hebben. Het is tevens denkbaar dat er voor deze toestellen een publiek van verzamelaars en liefhebbers te vinden is. De Braun en AEG koffiemolen, die artistiek hoog gewaard werden, worden nog verzameld door designliefhebbers. De koffiemolens van Nova hebben voor een doorsnee gezin slechts een gemiddelde waarde. Oud-werknemers van de Belgische fabrikant hebben nog een nauwe band met de toestellen die zowel in Luik als in Tongeren (na 1963) geproduceerd zijn. Wat Nova betreft is er dus sprake van een actieve erfgoedgemeenschap. Mogelijk bestaat er ook een dergelijke gemeenschap voor ACEC. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld onderzoeken of er voor ACEC een dergelijke erfgoedgemeenschap bestaat. De koffiemolens worden allemaal gemiddeld of laag gewaardeerd. Buiten de sfeer van de jaren 1970 met de Moulinex toestellen zijn er geen andere emoties of belevingen die worden ervaren. De samenstelling van de collectie berust eerder op toeval. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. Museaal zijn de jaren 1970 toestellen van onder andere Moulinex hoog gewaardeerd voor presentatie bij Huis van Alijn en gemiddeld bij Design Museum Gent. De koffiemolens met de maaltechniek zijn voor MIAT interessant om naast de voor ons gangbare koffiemolens te plaatsen. MIAT: 58

Economisch - HvA 2011-081-054 - MIAT V12029 (ook in DMG, slechtere staat) Huis van Alijn: - HvA 2008-213-018 Design Museum Gent: - HvA 2007-150-031 - MIAT V12029 (ook in DMG, slechtere staat) - HvA 2007-150-033 (ook in DMG, slechtere staat) - HvA 2009-032-146 Er wordt voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Geen van de toestellen wordt aanzien als een publiekstrekker of een object dat inkomsten kan genereren door presentatie. Er moet wel opgemerkt worden dat wanneer een groot aantal Novatoestellen zouden gepresenteerd worden, hier een geïnteresseerde erfgoedgemeenschap voor is. Aanvullingen en opmerkingen - Aanvulling: Philips jaren 60 met knop in handvat deksel - Toestellen na 1985 59

Bijlage 3J: Waardering subcollectie mixers en blenders - 14/05/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen, Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Karel Cole, Chris Feys en Benoit Vanhees. Omvang van de gewaardeerde collectie: 65 objecten. Professionele en niet elektrische toestellen werden niet gewaardeerd. Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. Binnen de mixers onderscheiden we klop- of handmixers en staafmixers. Ook bestaan er toestellen die beide functies combineren. Daarnaast zijn er blenders. Dit is een motorblok met (veelal) een glazen mengbeker op gemonteerd. Een keukenrobot is een toestel dat niet enkel kan mixen, mengen of kloppen, maar vaak ook nog hulpstukken heeft voor het malen van vlees, groenten, enz. Aparte vlees- en groentenmolens werden ook op de markt gebracht. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Zeldzaamheid Argumentatie en ontwikkelingspotentieel Bij de meeste objecten ontbreekt de productverpakking. Hulpstukken en accessoires zijn veelal wel bewaard gebleven. Over het algemeen bevinden de toestellen zich in een goede staat, waarbij ze zonder grote ingrepen kunnen gepresenteerd worden. Bij enkele blenders ontbreekt het motorgedeelte. Hierdoor is weinig gekend over het toestel. Ze worden dan ook algemeen laag gewaardeerd. Ontwikkelingspotentieel: hoog zoeken van productverpakking, handleiding en vervolledigen van de hulpstukken. Er is geen sprake van ensembles binnen deze subcollectie. De staafmixer van George Sowden voor Guzzini (DMG 2007-0029) werd wel als een ensemble op de markt gebracht met een broodrooster en een elektrische rasp (beiden ook in de collectie van DMG). Aan het ensemble van Philips voor Alessi werd later nog een blender toegevoegd (niet in de collectie). Van weinig toestellen is zowel de producent / fabrikant, ontwerper en verwervingsmethode gekend, en dus heeft deze deelcollectie een gedeeltelijk gekende herkomst. Van de meeste objecten zijn de verwerving en de producent gekend. Slecht van een aantal producten, waaronder die van Braun, is ook de ontwerper gekend. Bij een aantal toestellen is ook de producent niet gekend of is er sprake van een onbekend merk. Ontwikkelingspotentieel: hoog onderzoek naar de vormgeving en ontwerpers van Moulinex. Over de slecht gekende producenten kan er meer info gezocht worden waardoor ook de andere waarden kunnen stijgen. In de publieke collecties van andere musea en organisaties zijn weinig blenders en mixers terug te vinden. Enkele toestellen van de belangrijkste Belgische producenten bevinden zich tevens in MOT en/of Musée de la Vie wallonne (o.a. Nova Novamix en Novachef, ACEC Mixoup en Kalorik Kalomix). Ook de Turmix-blender bevindt zich in de collectie van Musée de la Vie wallonne. Een aantal toestellen bevinden zich meerdere keren in de Gentse collectie, waaronder enkele toestellen van Moulinex. Dit kan duiden op de ruime verspreiding van deze toestellen (zie ook Historische waarde). 60

Historisch Artistiek Informatief Maatschappelijk Beleving Mixers (zowel hand- als staafmixers) zijn veel verkochte en gebruikte toestellen in de Belgische huishoudens. Blenders werden minder aangekocht. De aankoopprijs hiervan lag dan ook hoger. Keukenrobots bevonden zich in de hoogste prijsklasse en zijn het minst aanwezig in de Belgische keukens. Moulinex stond en staat nog steeds bekend om zijn mixers. Het bedrijf vindt zijn oorsprong in de ontwikkeling en productie van groentenmolens (moulin legumes > Moulinex). Toestellen van Moulinex, zowel combi-toestellen als de klassieke mixers, zijn ruim aanwezig in de Gentse collecties, met een zwaartepunt in Huis van Alijn, waar ze ook de hoogste museale waarde hebben (zie Museale waarde). Van hoge historische waarde is de Turmix blender (HvA 2007-097). Als eerste blender op de Europese markt is dit toestel zowel vormelijk als technisch innovatief en zette het de trend voor latere blenders. Hoewel weinig representatief in de huishoudens van de jaren 1950, wegens zeer duur, is dit zeker een topstuk. Ook de Electrolux Assistent (HvA 2012-041-001) is op technisch en artistiek vlak een topstuk. Het was een van de eerste keukenrobots en had een vernieuwende techniek waarbij de kom ronddraait in plaats van de menghaak. De voornaamste Belgische producenten zijn vertegenwoordigd in de collecties. De Mixoup van Acec, de Kalomix en Mixette van Kalorik en de Novachef en Novamix van Nova zijn belangrijke toestellen in de Belgische productie van huishoudelijke apparaten. Dit waren ook gekende en veel gekochte toestellen binnen de Belgische huishoudens. Een buitenbeentje is de Vox R 50, een combitoestel (stofzuiger, boener, haardroger, blender, enz.). Dit toestel werd niet binnen deze subcollectie gewaardeerd, maar bij de stofzuigers en boeners. Het zwaartepunt van de collectie ligt bij de jaren 1970 met de verschillende Moulinextoestellen. Deze toestellen zijn zeer herkenbaar door hun typische seventies Moulinex vormgeving. Ook werd er door Moulinex duidelijk aandacht besteed aan de productverpakking, die vaak veelkleurig is en past binnen de tijdsgeest. De Turmix (zie Historische waarde) en de rode blender van Braun (MIAT V09857 en V09858) zijn de oudste blenders in de collectie. Beide hebben een nieuwe vormgeving die ook voorkomt bij latere navolgers en andere merken. Een latere blender van Braun (HvA 2017-003-016) heeft een strakke en hierdoor tijdloze vormgeving. Braun staat bekend als een bedrijf dat bewust aandacht besteedt aan de vormgeving van zijn toestellen en hiervoor ook vormgevers aantrekt. Deze blender, ontworpen door Gerd Müller breekt met de vormgeving van blenders die ervoor geproduceerd werden en oogt nog steeds actueel. In de collectie bevinden zich drie Mixette-mixers van Kalorik. Die kenmerken zich door een meer frivole vormgeving die herkenbaar is voor Kalorik en refereert naar de streamlinevormgeving. Artistiek zijn ook de Novachef en Novamix, ontworpen door Raymond Loewy s Compagnie d Esthétique Industrielle, van hoge waarde. Nova was als Belgische producent van huishoudtoestellen een van de eerste bedrijven die met een bekende ontwerper samenwerkten voor de vormgeving van zijn toestellen. Tenzij een object een uitgesproken potentieel heeft voor verder onderzoek, omwille van het materiaalgebruik, de afkomst of techniek, werden alle objecten een gemiddelde informatieve waarde toegekend. Daar mixers (zowel hand- als staafmixers) ruim aanwezig waren in de huiskamers sinds de jaren 1960 zijn het ook toestellen die bij velen nog herinneringen oproepen. Toestellen van Moulinex, die zich in de gemiddelde prijsklasse bevonden, werden veel gekocht en zijn dan ook nog steeds voor velen zeer herkenbaar als een toestel dat men in huis had. Door hun oranje kleuren zijn ze ook herkenbaar als 1970-toestellen en worden ze mogelijk verzameld door vintage-liefhebbers. De Novachef en Novamix hebben voor een doorsnee gezin slechts een gemiddelde waarde. Oud-werknemers van de Belgische fabrikant hebben nog een nauwe band met de toestellen die zowel in Luik als in Tongeren (na 1963) geproduceerd zijn. Wat Nova betreft is er sprake van een actieve erfgoedgemeenschap. Toestellen als de Turmix en keukenrobots in het algemeen waren in hun tijd dure toestellen die degelijk waren, maar wel luxeproducten. 61

Museaal Economisch Toestellen waar de productverpakking van bewaard bleef, hebben doorgaans een grotere belevingswaarde doordat de verpakking bijdraagt aan de beleving van de tijdsgeest en de herkenbaarheid van het toestel. Slechts een aantal toestellen werden in het verleden reeds gepresenteerd. Op heden bevinden een aantal toestellen zich in bruikleen bij Bokrijk (klopper Peugeot uit MIAT) en Belvue museum (ACEC Mixoup). De Novamix bevindt zich in de collectiepresentatie van Design Museum Gent. Toestellen van Moulinex bevinden zich voornamelijk bij Huis van Alijn. Hier hebben ze ook de grootste museale waarde door hun herkenbaarheid en grote verspreiding in de huishoudens. Hieronder worden enkel de toestellen opgenomen die een hoge museale waarde kregen. Bij MIAT worden de toestellen die een technische innovatie of een vroeg exemplaar van het type zijn hoog gewaardeerd. - HvA 2007-119-173 - HvA 2010-058 - HvA 2012-041-001 - MIAT V09857 - MIAT V09856 - HvA 2007-097 - MIAT V09862 - HvA 2017-003-016 - HvA 2009-032-147 - DMG 2015-0070 - DMG 2003-0124 - MIAT V20695 (bruikleen Bokrijk) - DMG 2017-0336 Huis van Alijn: - HvA 2010-058 - HvA 2012-041-001 - MIAT V09856 - HvA 2009-032-147 - DMG 2015-0070 - HvA 2011-081-015 - DMG 2017-0336 Design Museum Gent focust op Belgische productie en toestellen die aanwezig waren in de Belgische huishoudens. Daarnaast zijn ook toestellen met een vernieuwende vormgeving of die ontworpen werden door een gerenommeerd bedrijf of ontwerper interessant. - HvA 2012-041-001 - HvA 2007-097 - HvA 2017-003-016 - HvA 2009-032-147 - DMG 2015-0070 - DMG 2007-0029 Er wordt voor alle toestellen een geringe economische waarde geschat. Geen van de toestellen wordt aanzien als een publiekstrekker of een object dat inkomsten kan genereren door presentatie. Er moet wel opgemerkt worden dat wanneer een groot aantal Novatoestellen zouden gepresenteerd worden, hier een geïnteresseerde erfgoedgemeenschap voor is. Aanvullingen en opmerkingen - Verzamelbeleid van 1980 tot nu verder aanvullen: SEB, Severin - Keukenrobots, type Kenwood, Braun KM31 (1957, ontwerp Müller) - ACEC baby als aanvulling op de ACEC-collectie - Latere technische evolutie naar kleinere en krachtigere motors 62

Bijlage 3K: Waardering deelcollectie strijkijzers - 04/06/2018 Waarderingsteam: Sanne Van Bellingen, Annelies De Mey (Design Museum Gent), Wendy Van Hoorde (Huis van Alijn), Pieter Neirinckx (MIAT), Benoit Vanhees, Karel Cole, Chris Feys. Omvang van de gewaardeerde collectie: 182 objecten. Professionele strijkijzers werden buiten deze waardering gelaten. Toestellen waarvan geen afbeelding beschikbaar was werden niet gewaardeerd. Deze waardering is een momentopname en werd uitgevoerd aan de hand van de methodiek Op de museale weegschaal. Er werd getracht om de waardering zo objectief mogelijk uit te voeren, maar doordat ze plaatsvond op een bepaald moment met een bepaald waarderingsteam is ze steeds subjectief. Op een ander tijdstip en met een andere samenstelling van het waarderingsteam, zou het resultaat verschillend zijn. De subcollectie van de strijkijzers bestaat uit een collectie elektrische en een collectie niet-elektrische strijkijzers. De niet-elektrische strijkijzers bestaan uit gietijzeren kachelbouten, kolenijzers, treven, strijkijzers met binnenijzer en strijkijzers voor speciaal gebruik (voor het strijken van korsetten, schoenen, hoeden, handschoenen e.d.). Deze collectie, die zich grotendeels in Huis van Alijn en MIAT bevindt, werd afzonderlijk van de elektrische toestellen gewaardeerd door Marc Steen en Agnes te Riele van de Nederlandse kring voor strijkboutenverzamelaars). Van die waardering (van de collectie van Huis van Alijn) werd een apart verslag gemaakt. (Zie bijlage 3M) De collectie elektrische strijkijzers bestaat uit traditionele droogstrijkijzers, stoomstrijkijzers, reisstrijkijzers, ontkreukers door middel van stoom, speelgoedstrijkijzers, broekenpersen en dassenpersen. Daarnaast bevinden er zich in de collectie nog onderdelen zoals stoomzolen, verwarmingselementen, handvaten en identificatieplaatjes van Nova en een dummy van een nooit uitgevoerd Nova-strijkijzer. Waardering Waarde Toestand Ensemble Herkomst Argumentatie en ontwikkelingspotentieel De toestellen zelf bevinden zich over het algemeen in een goede staat. Kleine beschadigingen als gebruikssporen, krassen op de strijkzool, corrosie en lichte verkleuringen komen regelmatig voor. Een klein aantal toestellen bevinden zich in een slechte staat waardoor presentatie niet meer mogelijk is. Veelvoorkomend is dat kleine onderdelen beschadigd zijn of ontbreken zoals het snoer, controlelampjes en de thermostaatknop. De productverpakking, de handleiding en het garantiebewijs ontbreken vaak, hoewel die belangrijke informatie bevatten die verschillende waarden zou kunnen vesterken. Ontwikkelingspotentieel: hoog productverpakking, handleiding en garantiebewijs zoeken en toestand vervolledigen Ensembles zijn niet van toepassing binnen deze deelcollectie. Een aantal producenten brachten eenzelfde toestel uit in verschillende kleuren, kleine vormelijke variaties (bvb. open of gesloten handvat) of een reeks toestellen binnen eenzelfde productlijn. Kalorik bracht na WOII twee maal een reeks strijkijzers op de markt die een variatie tonen aan vormen, gebruik en prijsklasse. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld vervolledigen van de productreeksen en samen presenteren van variaties en kleurcombinaties De verwerving in het museum is meestal gekend. Van een groot aandeel van de toestellen, vermoedelijk daterend uit de periode 1935-1955, is de producent en bijgevolg ook de ontwerper niet gekend of onbekend. Dit zijn toestellen met weinig kenmerkende elementen. Een aantal toestellen dragen wel een merk- of typenummer of -naam. Die levert echter geen extra informatie op over de herkomst en de productiedatum. 63

Zeldzaamheid Historisch Ontwikkelingspotentieel: hoog wanneer er een naam, nummer of teken aanwezig op het toestel. Laag wanneer het toestel geen tekens of opschriften bevat waarmee de herkomst of datering beter kan achterhaald worden. Een beperkt aantal toestellen van Belgische producenten bevindt zich meerdere keren in de Gentse collectie. Dit is onder andere het geval voor Kalorik Expo, Torpedo en Victory en Nova Plume, Matic en Jet 80. La Fonderie, MOT en Musée de la Vie wallonne hebben ook een aantal strijkijzers in de collectie, maar de overlap is zeer gering. Toestellen die hoog gewaardeerd werden, zijn in de eerste plaats de oudste toestellen in de collectie die dateren van voor 1930. Het toestel van Calor (MIAT V27577) dateert van circa 1917 en is wellicht een van de oudste elektrische strijkijzers op de Europese markt. Ook het eerste toestel van Rowenta (HvA 1974-300-002, circa 1919), een producent bij ons gekend omwille van zijn strijkijzers, is een van de oudste op de Belgische markt en een zeer vroeg reisstrijkijzer. Daarnaast zijn de toestellen die een diversiteit aan materialen (MIAT V09994) of een nieuw materiaal vertonen (HvA 2011-081-070) hoog gewaardeerd. Strijkijzers van Belgische producenten werden ook hoog gewaardeerd als een weerspiegeling van de Belgische industrie. Dit geldt voor de grotere fabrikanten als Nova en Kalorik, maar even interessant zijn de kleinere spelers zoals Micropress en Honor. Van ACEC bevindt er zich slechts één toestel in de collectie (HvA 2011-081-069). Het stoomstrijkijzer van Micropress (MIAT V08958, 1950-1960) is een vroeg stoomstrijkijzer. Ook de Vapomatic van Nova / Calor was een van de eerste stoomstrijkijzers op de Europese markt. Het is niet duidelijk of Nova of Calor dit toestel produceerde en onder welk merk het op de markt kwam. Het duurde vrij lang vooraleer Belgische vrouwen het stoomstrijkijzer genegen waren. Het kostte namelijk dubbel zoveel als een droogstrijkijzer. Technisch worden deze toestellen hoog gewaardeerd, maar ze zijn weinig representatief voor de Belgische huishoudens. Voor de toestellen van Nova is het moeilijk om een chronologie op te stellen doordat er geen uniforme nummering is die doorloopt en onderdelen en vormgeving hergebruikt lijken in latere modellen. Nova produceerde ook slechts tot midden jaren 1970 eigen strijkijzers, waarna men de toestellen inkocht. Die worden gemiddeld gewaardeerd omdat ze wel nog de breedte van het gamma en de filosofie van Nova aantonen. Ontwikkelingspotentieel: hoog Waar werden de toestellen geproduceerd? Vanwaar komen de latere toestellen van Nova, die ingekocht werden? Wat is de chronologie binnen de strijkijzers van Nova? Wellicht niet toevallig waren de toestellen die zich meerdere keren in de collectie bevinden ook de meest verkochte en aanwezige in de Belgische huishoudens. De Nova Plume was wellicht het toestel dat de strijkijzers voor het toenmalige Luikse bedrijf op de kaart zette, en een van de eerste lichtgewicht strijkijzers in Europa. Ook de eerste Nova Matic is ruim aanwezig in de collecties en was een populair en goed verkocht toestel. Kalorik bracht twee reeksen toestellen op de markt. Een eerste vlak na WOII (de 2000-reeks ) en een tweede vanaf midden jaren 1950 (de 5000-reeks ). Uniek hier is dat het bedrijf meerdere toestellen op het zelfde moment produceerde en zo een diversiteit aan soorten, prijsklassen en mogelijkheden aanbood. Dit is uniek omdat er in de naoorlogse periode nog materiaalschaarste heerste en de economie nog herstellende was. Een aantal toestellen hebben een directe link met historische gebeurtenissen. Model Expo van Kalorik verwijst in vorm en naam naar Expo 58. Model Sabena is een reisstrijkijzer en wijst op een samenwerking van Kalorik en de Belgische luchtvaartmaatschappij Sabena. Het speelgoedstrijkijzer van Rauco (MIAT V27624) is historisch waardevol doordat men het toestel op de markt bracht met een lager vermogen en zo spelen en huishoudelijke taken samenbracht. Reisstrijkijzers werden door elke fabrikant op de markt gebracht. Nochtans werden ze in mindere mate verkocht. Ze werden niet enkel aangekocht om te gebruiken in het buitenland, want ook binnen de landsgrenzen waren er tot de jaren 1980 verschillende wattages gangbaar. Deze reisstrijkijzers werden gemiddeld gewaardeerd omwille van hun rol in de opkomende reiscultuur vanaf de jaren 1960. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Tot wanneer waren er verschillende wattages 64

Artistiek naargelang de regio? Er zijn nog onderzoeksmogelijkheden naar de relatie tussen reizen en het aanpassen hiervoor van huishoudtoestellen. De groep toestellen, waarvan de productie vermoedelijk tussen 1935 en 1955 dateert maar waar geen verdere informatie over te vinden is, werden laag gewaardeerd, maar met een hoog ontwikkelingspotentieel wanneer er meer onderzoek gebeurt naar het type, de producent en de productiedatum. De artistieke waardering van een toestel is sterk afhankelijk van de periode waarin het op de markt gebracht is. Wanneer de vormgeving vernieuwend of eigentijds is, werd het toestel hoger gewaardeerd dan wanneer het teruggrijpt naar een oude vormgeving. Zo heeft de Nova Matic midden jaren 1950 een eigentijdse vormgeving die degelijk en herkenbaar is. Dezelfde vormgeving wordt midden jaren 1970 opnieuw gebruikt voor de Matic 5, terwijl andere modellen en producenten stappen zetten om toestellen met nieuwe materialen en technieken vorm te geven. In de jaren 1950 wordt voor veel strijkijzers in Europa nog voortgebouwd op de typische streamline-vormgeving, die beweging en vooruitgang belichaamde. Er wordt gebruik gemaakt van vinnetjes (Kalorik Victory, oa DMG 2017-0401, circa 1950), roosters (Nova Plume) en spits toelopende vormen in de strijkzool en het handvat (Nova Blue Ribbon, DMG, 2017-0262, 1947). De Kalorik Chromax (MIAT V27367, 1940-1950) komt uit de oudste reeks Kalorikstrijkijzers en heeft een strijkzool die doet denken aan een zeppelin. Model Expo van Kalorik verwijst met zijn vorm en naam naar Expo 58. De vormgeving van dit strijkijzer past binnen de kenmerkende Expo 58-stijl waarbij het handvat, in zwart en wit, mogelijk verwijst naar het sterrenstelsel en de kosmos. Het mooiste streamline-voorbeeld in de collectie is de Smoothie van Lucas Holder (MIAT V09992, circa 1947). Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld een echt Amerikaans streamline-toestel ontbreekt in de collectie (zie opmerkingen onder). De Calor Matic Plume (DMG 2015-0044, 1960-1970) breekt met zijn hoekige vorm bewust met de streamline-beweging. Het handvat is een weerspiegeling van de strijkzool en is hoekiger en rationeler dan die van zijn tijdgenoten. Ontworpen in 1963 door Raymond Loewy en zijn Compagnie d Esthétique Industrielle heeft de Novamatic III ook een hoge artistieke waarde. Loewy was een gerenommeerde vormgever en gaf het strijkijzer een strakke en aantrekkelijke vorm met een open handvat. Mogelijk was dit ook het eerste strijkijzer dat in Tongeren geproduceerd werd. De latere Matic IV (DMG 2017-0253, 1972) wordt door Nova zelf omschreven als het toestel met 'de hoogste graad van technische en esthetische perfectie'. Het toestel heeft een uitgepuurde vorm en een strakke lijnvoering. Ergonomie speelt een grote rol bij het vormgeven van het strijkijzer, en dan vooral de vorm van het handvat. Model Fonctionnel van Kalorik (MIAT V09395, midden jaren 1950) zou ontwikkeld en vormgegeven zijn na een enquête waarbij de huisvrouw gevraagd werd naar de ideale vorm van het strijkijzer. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld hoe ging dit onderzoek in zijn werk en wat waren de vormgevingsbeslissingen erna? Zowel een strijkijzer van een onbekende producent (MIAT V09994, 1930-1940) als het eerste toestel van Rowenta (HvA 1974-300-002, circa 1919) hebben een handvat uit rotan waardoor het een meer verfijnde afwerking heeft. Binnen de reisstrijkijzers vergt het compact maken van het toestel en zijn onderdelen een uitdaging voor de producent. Het reisstrijkijzer van Morphy Richards (MIAT V09390, 1970-1990) heeft een afneembaar handvat dat over de strijkzool kan geschoven worden ter bescherming van het ijzer. Het toestel Sabena van Kalorik (MIAT, V09372, 1960-1970) heeft een decoratief lijnenspel op het handvat en kan geplaatst worden in navolging van de Expo 58- vormgeving. Ook de productverpakking en het etui worden binnen dit thema vormgegeven bij de reisstrijkijzers. Zo is de originele doos van Nova s Holiday (DMG 2005-0025, tot circa 1972) vormgegeven als een reiskoffertje. Andere reisstrijkijzers springen er visueel uit door de felle kleuren van zowel het toestel als het etui: Neowatt (MIAT V09376, circa 1960), Rowenta (MIAT V09375, circa 1960) en Neumärker (MIAT V09528, circa 1950). De groep toestellen, waarvan de productie vermoedelijk tussen 1935 en 1955 dateert maar waar geen verdere informatie over te vinden is, werden ook artistiek laag gewaardeerd, maar met een hoog ontwikkelingspotentieel wanneer er meer onderzoek gebeurt naar het type, de producent en de productiedatum. 65

Informatief Maatschappelijk Beleving Museaal Tenzij een object een uitgesproken potentieel heeft voor verder onderzoek, omwille van het materiaalgebruik, de afkomst of techniek, werden alle objecten een gemiddelde informatieve waarde toegekend. Een hoge maatschappelijke waarde hebben vooral de meer recente toestellen (daterend van na 1970) en de toestellen die een hoge herkenbaarheid hebben voor de huidige bevolking, met populaire merken als Nova, Kalorik, Rowenta en Philips. De meeste strijkijzers hebben echter een lage maatschappelijke waarde doordat er of weinig over geweten is of omdat ze dateren van voor 1960. Ontwikkelingspotentieel: hoog verwerven van toestellen na 1985 en toen gekende merken als Braun, Philips, Rowenta en Domo. De medewerkers van de voormalige Nova-fabriek in Tongeren vormen een belangrijke erfgoedgemeenschap en voelen ook nog een sterke band met de Nova-toestellen. Hetzelfde geldt voor het Sabena-toestel van Kalorik. Er is nog steeds een grote groep personen die zich verbonden voelen met de voormalige luchtvaartmaatschappij en alle producten die hieraan gelinkt zijn. Het model Expo van Kalorik is zowel in de naam als de vormgeving gelinkt aan Expo 58, een gebeurtenis waar nog steeds veel personen herinneringen aan hebben. Reisstrijkijzers hadden een beperkte bruikbaarheid en werden minder verkocht. Hierdoor worden ze ook lager gewaardeerd, daar er nog slechts weinig personen herinneringen aan hebben. De belevingswaarde is hoog bij toestellen die om verschillende redenen verzameld worden door liefhebbers. Dit is het geval voor de eerder genoemde modellen Expo en Sabena van Kalorik, respectievelijk omwille van de gebeurtenis en het bedrijf. De Smoothie van Lucas Holder is zowel een verzamelobject voor bakeliet-liefhebbers als voor verzamelaars van streamline-toestellen. Hetzelfde geldt voor de Nova Plume. Reisstrijkijzers spreken aan omwille van hun compacte vorm en de verschillende onderdelen die konden opgebouwd of gedemonteerd worden (Neumärker, MIAT V09528). Vaak bevinden ze zich nog in een etui of tasje waardoor ze als een mooi geheel beschouwd worden. Tot de verbeelding sprekend zijn de kleine strijkijzers die als speelgoedtoestel verkocht werden. Hier is naast de beleving als huishoudelijk apparaat ook de speelgoedwaarde een factor. De beleving wordt ook versterkt of verminderd door de toestand. Een strijkijzer dat compleet is met verpakking en onderdelen wordt hoger gewaardeerd dan een strijkijzer waar onderdelen van ontbreken of dat beschadigd is door corrosie of verkleuringen. De Pifco Trouser Presser (HvA 2007-117-044, 1950-1960) heeft enkel een hoge belevingswaarde indien samen gepresenteerd met de verpakking. De verpakking van de Nova Holiday is vormgegeven als een reiskoffertje, wat de belevingswaarde verhoogt. Door het samen presenteren van toestellen met kleine vormelijke verschillen (eenzelfde toestel met open en gesloten handvat: NOVA HvA) of in verschillende kleuren (NOVA X3) wordt de belevingswaarde vergroot. Ontwikkelingspotentieel: gemiddeld Wanneer een toestel samen met de verpakking, de handleiding en de toenmalige reclame wordt getoond, vertelt dit meer over de tijdsgeest, het gebruik en de techniek. Hoe kunnen we deze elementen (of de informatie hierover) fysiek of virtueel samenbrengen? Een aantal toestellen worden aanzien als makkelijk in te passen in een tentoonstelling. Hieronder worden de toestellen met een hoge waarde per museum opgelijst. MIAT: toestellen met een nieuwe techniek, materiaalgebruik of als vertegenwoordiger van de Belgische industrie. - Kalorik Expo (MIAT V01729) in reeks Kalorik - Kalorik Functionel (MIAT V09395) in reeks Kalorik - Calor (MIAT V27577) - Nova Blue Ribbon (DMG 2017-0262) in reeks Nova - Nova Plume (MIAT V27358 of Hva 2009-086-026) in reeks Nova - Rauco (MIAT V27624) - Micropress (MIAT V08958) - Calor / Nova Vapomatic (MIAT V00265) - Nova Matic (MIAT V27371 of MIAT V09526 of DMG 2017-0409 met verpakking of HvA 2010-061-002 met verpakking) 66

Economisch - Honor (MIAT V09374) - Nova Economatic 2 en 3 (HvA 2014-021-001 en 2007-118-015) - Thomson Panoramic (MIAT V09373) Toestellen hebben voor Huis van Alijn een hoge museale waarde als ze herkenbaar zijn en representatief voor het toenmalige dagelijkse leven. - Dassenpers Aga (HvA 2011-044) - Nova Plume (MIAT V27358 of Hva 2009-086-026) in reeks Nova - Rauco (MIAT V27624) - Pifco (HvA 2007-117-044) - Nova Matic (MIAT V27371 of MIAT V09526 of DMG 2017-0409 met verpakking of HvA 2010-061-002 met verpakking) - Philips Standaardmodel (MIAT V09385) - Nova Economatic 2 en 3 (HvA 2014-021-001 en 2007-118-015) Toestellen van Belgische productie of die representatief zijn binnen het Belgische huishouden hebben een hoge waarde voor Design Museum Gent. - Kalorik Expo (MIAT V01729) - Calor Matic Plume (DMG 2015-0044) - Smoothie (MIAT V09992) - Nova Blue Ribbon (DMG 2017-0262) in reeks Nova - Nova Plume (MIAT V27358 of Hva 2009-086-026) in reeks Nova - Nova Matic (MIAT V27371 of MIAT V09526 of DMG 2017-0409 met verpakking of HvA 2010-061-002 met verpakking) - Nova Matic III (DMG 2017-0255 met verpakking) Er wordt voor de meeste toestellen een geringe economische waarde geschat. Er moet wel opgemerkt worden dat wanneer een groot aantal Novatoestellen zou gepresenteerd worden, hier een geïnteresseerde erfgoedgemeenschap voor bestaat. Aanvullingen en opmerkingen - Ontbreekt: o Strijkijzer uit VS met streamline-vormgeving: toont aan waar streamline voor stond en welke invloed dit had op de Europese productie en vormgeving http://streamlinedirons.com/pages/irons%2015.pdf o Toestellen uit de periode 1910-1930 o Toestellen van na 1985 Stoomstrijkijzer met generator 67