GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Vergelijkbare documenten
de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Circulaire. Brussel, 8 mei 2017

(Voor de EER relevante tekst)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

De voorbereiding op de terugtrekking is niet alleen een zaak van de EU en de nationale overheden, maar ook van bedrijven en burgers.

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

GEDELEGEERD BESLUIT (EU) / VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 mei 2017 (OR. en)

BIJLAGEN. bij GEDELEGEERDE VERORDENING (EU).../... VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02

BESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, en artikel 218, lid 9,

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

Hierbij gaat voor de delegaties document D043090/01.

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D015695/01.

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

(Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad L 234. van de Europese Unie. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang 18 september Uitgave in de Nederlandse taal

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2014 (OR. en)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/886 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 september 2014 (OR. en)

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of

Transcriptie:

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.1.2017 C(2017) 149 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 20.1.2017 tot correctie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie van 4 oktober 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters ten aanzien van technische reguleringsnormen met betrekking tot risicolimiteringstechnieken voor niet door een centrale tegenpartij geclearde otcderivatencontracten (Voor de EER relevante tekst) NL NL

TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 van de Commissie bevat een fout in artikel 37, dat moet voorzien in een bepaling voor de gefaseerde invoering van variatiemargevereisten voor intragroeptransacties, op een wijze die analoog is aan die voor initiëlemargevereisten. Er moet een gedelegeerde verordening tot correctie van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 worden vastgesteld. De ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 is gebaseerd, die op 8 maart 2016 door de Europese toezichthoudende autoriteiten bij de Commissie werden ingediend, bevatten dezelfde infaseringsperiode voor initiële en variatiemarges. De noodzaak van de correctie spruit voort uit een technische fout in het proces dat tot de vaststelling van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 heeft geleid, waarbij verzuimd werd twee leden over de infasering van de variatiemargevereisten voor intragroeptransacties in de tekst op te nemen. 2. RAADPLEGINGEN VOORAFGAAND AAN DE VASTSTELLING VAN DE HANDELING Er heeft overleg plaatsgevonden met de Juridische Dienst, het Secretariaat-generaal, DG AGRI, DG CLIMA, DG COMM, DG ECFIN, DG ENER, DG GROW, DG JUST, DG TAXUD en DG TRADE. 3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING Deze gedelegeerde verordening corrigeert Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 door toevoeging van twee nieuwe leden aan artikel 37, het artikel waarin de gefaseerde invoering van de variatiemargevereisten wordt omschreven. Deze leden zijn analoog aan de bestaande bepalingen van artikel 36, lid 2 en lid 3, hetgeen tot gevolg heeft dat wanneer een intragroeptransactie plaatsvindt tussen een entiteit van de Unie en een entiteit van een derde land, de uitwisseling van variatiemarge eerst drie jaar na de inwerkingtreding van de verordening vereist zal zijn indien er geen gelijkwaardigheidsbesluit voor dat derde land is. Wanneer er een gelijkwaardigheidsbesluit is, zullen de vereisten vier maanden na de inwerkingtreding van het gelijkwaardigheidsbesluit van toepassing zijn, of volgens het algemene tijdschema, naargelang welke datum de laatste is. NL 2 NL

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 20.1.2017 tot correctie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie van 4 oktober 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters ten aanzien van technische reguleringsnormen met betrekking tot risicolimiteringstechnieken voor niet door een centrale tegenpartij geclearde otcderivatencontracten (Voor de EER relevante tekst) DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Gezien Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters, en met name artikel 11, lid 15, Overwegende hetgeen volgt: (1) Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 van de Commissie 1 werd aangenomen op 4 oktober 2016 en bekendgemaakt op 15 december 2016. Deze verordening voorziet in de normen voor de tijdige, nauwkeurige en passend gescheiden uitwisseling van zekerheden wanneer derivatencontracten door een centrale tegenpartij worden gecleard, en bevat een aantal gedetailleerde vereisten waaraan een groep moet voldoen om vrijstelling van het stellen van marge voor intragroeptransacties te verkrijgen. Naast die vereisten moet, indien één van de twee tegenpartijen in de groep is gevestigd in een derde land waarvoor nog geen gelijkwaardigheidsverklaring op grond van artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012 is verstrekt, de groep variatiemarges en adequaat gescheiden initiële marges voor alle intragroeptransacties met dochterondernemingen in die derde landen uitwisselen. Om een onevenredige toepassing van de margevereisten te voorkomen en rekening houdend met soortgelijke voorschriften voor clearingverplichtingen, voorziet de gedelegeerde verordening in een uitgestelde implementatie van dit specifieke voorschrift, om voldoende tijd voor voltooiing van het proces van de gelijkwaardigheidsverklaring te gunnen, zonder dat een inefficiënte toewijzing van middelen aan groepen met in derde landen gevestigde dochterondernemingen vereist is. (2) In artikel 37 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 ontbreekt de bepaling over de toepassing van de infasering van de variatiemargevereisten op intragroeptransacties, die analoog zou moeten zijn met de bepaling in artikel 36, lid 2 (die betrekking heeft op initiëlemargevereisten). Daarom moeten twee nieuwe leden 1 Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie van 4 oktober 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters ten aanzien van technische reguleringsnormen met betrekking tot risicolimiteringstechnieken voor niet door een centrale tegenpartij geclearde otcderivatencontracten, PB L 340 van 15.12.2016, blz. 9. NL 3 NL

worden toegevoegd aan artikel 37, het artikel waarin de gefaseerde invoering voor de variatiemargevereisten wordt omschreven. Deze leden moeten analoog zijn met de bestaande leden 2 en 3 van artikel 36 zodat wanneer er een intragroeptransactie tussen een entiteit van de Unie en een entiteit van een derde land plaatsvindt, de uitwisseling van variatiemarge niet eerder vereist is dan drie jaar na de inwerkingtreding van de verordening indien er geen gelijkwaardigheidsbesluit voor dat derde land bestaat. Wanneer er een gelijkwaardigheidsbesluit is, moeten de vereisten vier maanden na de inwerkingtreding van het gelijkwaardigheidsbesluit worden toegepast, of volgens het algemene tijdschema, naargelang welke datum de laatste is. (3) De ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 is gebaseerd, die op 8 maart 2016 door de Europese toezichthoudende autoriteiten bij de Commissie werden ingediend, bevatten dezelfde infaseringsperiode voor initiële en variatiemarges. De noodzaak van de correctie spruit voort uit een technische fout in het proces dat tot de vaststelling van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 heeft geleid, waarbij verzuimd werd twee leden over de infasering van de variatiemargevereisten voor intragroeptransacties in de tekst op te nemen. (4) Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 moet derhalve dienovereenkomstig worden gecorrigeerd. (5) Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/2251 is op 4 januari 2017 in werking getreden. Om een onregelmatigheid in de toepassing van de infaseringstermijnen voor initiële en variatiemarges te voorkomen, moet deze verordening spoedig in werking treden en met terugwerkende kracht worden toegepast, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Aan artikel 37 van Verordening (EU) nr. 2016/2251 worden de volgende leden 3 en 4 toegevoegd: "3. In afwijking van lid 1 zijn, indien aan de voorwaarden van lid 4 van dit artikel is voldaan, artikel 9, lid 1, artikel 10 en artikel 12 als volgt van toepassing: a) drie jaar na de datum van inwerkingtreding van deze verordening, indien geen gelijkwaardigheidsbesluit ingevolge artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012 voor de toepassing van artikel 11, lid 3, van die verordening is vastgesteld ten aanzien van het relevante derde land; b) de laatst vallende van de volgende datums indien een gelijkwaardigheidsbesluit ingevolge artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012 voor de toepassing van artikel 11, lid 3, van die verordening is vastgesteld ten aanzien van het relevante derde land: i) vier maanden na de datum van inwerkingtreding van het besluit vastgesteld ingevolge artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012 voor de toepassing van artikel 11, lid 3, van die verordening ten aanzien van het relevante derde land; ii) de toepasselijke datum bepaald ingevolge lid 1. 4. De afwijking waarvan sprake in lid 3 is alleen van toepassing indien tegenpartijen bij een niet-centraal gecleard otc-derivatencontract aan alle volgende voorwaarden voldoen: a) de ene tegenpartij is in een derde land gevestigd en de andere in de Unie; NL 4 NL

b) de in een derde land gevestigde tegenpartij is een financiële of een niet-financiële tegenpartij; c) de in de Unie gevestigde tegenpartij is een van de volgende: i) een financiële tegenpartij, een niet-financiële tegenpartij, een financiële holding, een financiële instelling of een aan adequate prudentiële vereisten onderworpen onderneming die nevendiensten verricht, en de onder a) bedoelde tegenpartij van een derde land is een financiële tegenpartij; ii) een financiële of een niet-financiële tegenpartij en de onder a) bedoelde tegenpartij van een derde land is een niet-financiële tegenpartij; d) beide tegenpartijen zijn overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 op volledige basis in dezelfde consolidatie opgenomen; e) beide tegenpartijen zijn onderworpen aan adequate gecentraliseerde risicobeoordelings-, risicometings- en risicobeheersingsprocedures; f) de vereisten van hoofdstuk III zijn vervuld.". Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Zij is van toepassing met ingang van 4 januari 2017. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, op 20.1.2017 Voor de Commissie De Voorzitter Jean-Claude JUNCKER NL 5 NL