5.1 De kaart van Nederland



Vergelijkbare documenten
5.1 De kaart van Nederland

Groep 7/8. 0 Hoofstuk. Groep 7/8

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

Een gedeelte van een stad of een groter dorp. Een wijk bestaat uit meerdere buurten.

Samenvatting 1 Kan de regen opraken?

Ik en de maatschappij. Reizen

Thema 4 Platteland. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 5

IN DE TREIN LES 1. Meer of minder

Toeristen in Nederland

1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot.

DASSENWERK. werkbladen opdrachten Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen. Locatie De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen

aardrijkskunde PROVINCIES VAN NEDERLAND

Lesbrief DUURZAAM BOUWEN OPDRACHT 1 - WAT IS DAT, DUURZAAMHEID?

Wegwijzer is het derde deel in de Op-wegreeks. De andere delen zijn: Onderweg (tekstboek incl. cd),

Een moeilijk woord voor Natuurbrug is Ecoduct. Wat dat nu precies is, legt de schrijver Frank van Pamelen hieronder nog eens uit.

Werkblad Meander Thema 1: Onderweg

De omgekeerde quiz Wie weet het meest van de Nederlandse provincies?

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Bij de tijd Groep 6 thema 3, les 1 De Opstand Werkblad 1. dit is Klaas. Klaas is veer-tien jaar. hij loopt al heel lang.

Jouw idealen in de provincie Basisverkiezingsprogramma. Provinciale Staten 2015 in eenvoudige taal

thema 1 Nederland en het water topografie

Stem ook! Woensdag 18 maart kiezen we twee keer

WERKBLAD mijn landschap

plattegronden van delft

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Samenvatting Nederland ABC

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Wat en waar zijn de wadden? Les met werkblad - topografie

Techniekkit: Oost Nederland. Domein: Overbrengingen. Competentie: Ontwerpen Toepassen Reflectie. Leergebied: Aardrijkskunde

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen.

naam WERKBLAD in de buurt van de school Bekijk de buurt waar de school staat. Probeer de vragen te beantwoorden.

WERKBLAD OPDRACHTEN. Locatie: De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen

D C B F. Welke provincie ligt in het midden van het land? Utrecht of Drenthe? Utrecht

Werkkatern 6 Welkom in onze provincie

Woningen Provincie/Gemeenten Marktgegevens en prognoses Prijzen en transacties. Prijs per m² GBO in mediaan 2017

Het onderzoek van de burgemeester 5/6

.22. Hoe ziet een centrum eruit?

Wie bestuurt de provincie?

1 De tropische regenwouden liggen.. de evenaar. 2 Nederland ligt.de evenaar. 3 Het Amazone gebied ligt. de evenaar.

Enquête 'De Nieuwe Wildernis' van de Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

1 Vul in. 2 Vul in. Zoek de pagina in het lesboek. Lees de tekst en bekijk de foto of tekening. Maak dan de vraag. pagina 2 en 3

Werkkatern 6 Welkom in onze provincie

Werkblad Meander Thema 5: Over de grens

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN

Bestellen, versturen en betalen via Greetz.nl en Post NL bezorgd de kaart op het aangegeven adres.

Dagboek Nederland onder water?! Komt Nederland onder water te staan? En wat kunnen jij en de politiek doen om dit te voorkomen?

Thema: Noordpool, natuur, dieren, reizen, klimaat

Studieplanner leerlingen NAAM: Datum Weekopdracht. Doel en in: klaar Week 1 Week 2 Leren leren : Tekst 1 lezen tot aan het plaatje met de

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

Woningen. Prijzen en transacties. Provincie / Steden. Marktgegevens en prognoses. Transactieprijzen koopwoningen in mediaan 2016

Aardrijkskunde Toets. Leontine Helmer. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting. 1 Kan jouw school overstromen? Weet je nu of jouw school kan overstromen?

1. Luisteren. 2. Luisteren

TASTBARE TIJD, LEIDSCHE RIJN

05 xxx De bodem van Nederland

Staphorst op de kaart

Grond onder je voeten

Zet een cirkel om de woorden die je met een hoofdletter schrijft

Handleiding voorbereidende les bij Provinciespel. basisonderwijs. Versie 26 april 2018

Materiaal Groen. Deel 2: Groen in de stad

Aanhangwagens en caravans trekken. Rijbewijs B of BE? Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

MAASTRICHT. 2. Limburg. 1. Limburg. Maastricht. 4. Limburg. 3. Limburg. 1. De provincie Limburg 2. Limburg en hoofdstad. 3. De hoofdstad Maastricht

Enquête Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Hanzelijn Monitor De tweede staat van de Hanzelijn

Speurtocht: De wereld op zak

KWT opdracht Atlas gebruik

Een deel van het onderzoek doe je met z n tweeën, het andere deel doe je zelfstandig. Dit onderzoek telt als repetitie A en B.

Drenthe. Meldpunt Discriminatie Drenthe. Bezoekadres: Eemland 5b, 9405 KD Assen. Postadres: Postbus 954, 9400 A Assen. Tel.

DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS MIDDENBOUW ANTWOORDEN

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN

Kwt opdracht atlas gebruik

Landengids voor: Landengids

VERSIE LERAARSKAMER. focusthema 2

Tastbare Tijd, Bilthoven

groep 7 blok 12 antwoorden Malmberg s-hertogenbosch

Demi Smit Sarah Lingaard. Atlas van de toekomst

Competentie: Leergebied: Zuid Nederland. Constructies

Een kaart wordt op schaal getekend. Dat is een verkleining van de werkelijkheid.

Verdeelplan PG Jaar 2018

8 4 Streken en klimaten

Vrijgestelde soorten per provincie

Wijzer. door het verkeer

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

Schoolkrant Juli 2012

zeer onbelangrijk 2,9% 21 zeer belangrijk 39,3% Hoe belangrijk vindt u het dat het 's nachts buiten de bebouwde kom donker is?

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - AARDRIJKSKUNDE OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS. Van:

Hallo wereld! Schrijf een reisverhaal

Week 10 6 maart 2012 C

HANDLEIDING THEMA 4 LES 3. Meander. Aardrijkskunde

Thema: Problemen voor V&D. Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Provincie Friesland Postbus HM Leeuwarden

VERKIEZINGSKRANT woensdag 20 maart 2019

1. Je gaat zo meteen een tekst lezen. Tijdens het lezen ga je vragen stellen. Lees eerst de uitleg.

BIJLAGE 2 LESBRIEF BEZOEK DE KERK!

Gedicht over de Loonse en Drunense Duinen (Uit: Bergen Zand met hoedjes op van Elle van Lieshout en Erik van Os)

kan een gebied krimpen?

Leefgebieden in de duinen. Les met werkblad - biologie

Transcriptie:

LB 40-4 5. De kaart van Nederland Wat betekent dit bord, denk je? Je rijdt de provincie Utrecht in. Welke zin hoort bij welk woord? Trek lijnen. Een schaalstok...... geeft de vier windrichtingen op de kaart aan. Een legenda...... geeft aan hoe groot een centimeter op een kaart in het echt is. Een windroos...... geeft aan wat de kleuren en figuurtjes op een kaart betekenen. > Lees Van klein naar groot. Wanneer gebruik je een atlas? Als je wilt weten hoe de mensen in een land eruitzien. Als je een kaart wilt zoeken. Als je de regels van een land wilt opzoeken. Als je wilt opzoeken waar een stad ligt. 4 Neem de kaart op bladzijde 66. Maak de opdrachten. Amsterdam DUITSLAND 4 0 W N Z O 50 km BELGIË

> Lees Provincies en De kaart van Nederland. 5 Vul de juiste woorden in. Kies uit: provinciehuis bestuur provinciegrens provincie hoofdstad Nederland is verdeeld in stukken. Elk stuk heet: een provincie. Tussen alle provincies staan lijnen. Zo n lijn heet: de provinciegrens. Op de kaart is de hoofdstad van elke provincie onderstreept. In die stad staat het provinciehuis. Daarin werkt het bestuur van de provincie. > Kijk nog eens naar plaatje 4 en bekijk de legenda. 6 In de legenda zie stad landsgrens _._._._._._._._ je allerlei tekens. Teken wat hoort bij... rivier provinciegrens kanaal > Lees Zoeken op de kaart. 7 a Wat is een register? Een register is een lijst met namen achter in de atlas. b Waarom is een register handig? In een register kun je opzoeken waar je plaatsen kunt vinden. 8 Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 40. 9 Zoek jouw woonplaats op in het register achter in je atlas. Op welke kaart staat jouw woonplaats?. In welk vak staat jouw woonplaats?. 0 a Kijk op de kaart Nederland provincies. Welke provincie in Nederland grenst aan zes andere provincies? Gelderland b Welke landen grenzen aan Nederland? Duitsland en België c Hoe heet de zee ten westen van Nederland? de Noordzee 5

LB 4-45 5. Amsterdam a Welk soort boot zie je hier? een rondvaartboot b Wanneer wordt deze boot gebruikt? Als mensen dingen willen zien op en bij het water. Trek een lijn tussen de provincie en de juiste hoofdstad. Noord Holland Arnhem Fryslân Zeeland Noord Brabant Gelderland Leeuwarden Haarlem s-hertogenbosch Middelburg > Lees De hoofdstad van Nederland en bekijk plaatje. Kijk op de kaart Europa staatkundig. Zoek nog vijf landen met de hoofdstad die erbij hoort. land Nederland hoofdstad Amsterdam > Lees De stad verandert. 4 Hoe komt Amsterdam aan haar naam? De stad begon als een dorpje bij een dam in de rivier de Amstel. 6

5 a Kijk naar Veranderingen in kaart Amsterdam en omgeving, kaart A en B. b Noem drie steden die nu vast zitten aan Amsterdam. in 950 Wanneer is kaart B gemaakt? in 00 Amstelveen Diemen Zaandam, Badhoevedorp Wanneer is kaart A gemaakt? > Bekijk plaatje. 6 Wanneer werden de huizen gebouwd? Zet de letters op de goede plaats op de tijdlijn. A 00 7 B B 600 C C 800 D D 950 A E 990 E nu Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 40. > Bekijk plaatje nog eens en lees de teksten bij foto en. 8 a Noem de namen van drie grachten in Amsterdam. Singel, Prinsengracht, Herengracht, Keizersgracht b Welke gracht is de oudste? Waarom? De Singel, die gracht ligt het dichtst om het oude centrum. 9 Wat zou je willen bekijken in Amsterdam en waarom? 7 747_boek.indb 7 8-0-0 6:40:4

LB 46-48 5. Van hier naar daar Met een vervoermiddel kun je je verplaatsen. Noem drie vervoermiddelen. auto, schip en fiets Onder de grond liggen veel kabels. Waar zijn die voor? voor stroom, telefoon en tv > Lees Met de trein. a Trek een lijn van het woord naar het juiste plaatje. goederen vervoer personen vervoer HSL lijn b Schrijf onder het juiste plaatje: HSL-lijn Betuwelijn Betuwelijn > Lees Met de auto. 4 a Kijk naar de kaart Kaarten om ons heen C. Wegenkaart. Welk soort weg is de A? een autosnelweg b Hoe heten de drie parkeerplaatsen aan de A? Vundelaar De Paal De Hucht c Is de N45 een snelweg? ja nee > Lees Door de lucht. 5 a Kijk naar de kaart Nederland verkeer D. Vliegvelden. In welke provincie ligt Schiphol? Noord Holland 8 b Heeft Nederland nog meer vliegvelden die net zo groot zijn als Schiphol? ja nee

> Lees Over het water. 6 a Is dit een zeeschip of binnenvaart schip? een zeeschip een binnenvaart-schip b Hoe weet je dat? Het schip vaart over een rivier. > Lees Ander verkeer en Stroom. 7 a Wat hoort bij data verkeer? internet telefoon brief televisie b Wat heb je altijd nodig om data verkeer te kunnen gebruiken? Zet daar een rondje om. water stroom gas riolering 8 Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 40. 9 a Kijk naar de kaarten Nederland verkeer. In welke vier provincies zijn de minste auto s op de weg? Fryslân Drenthe Zeeland 4 Groningen 0 MP speler radio a Waar zie je dit bord? b In welke provincies rijden de meeste personen treinen? Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht c In welke provincie zijn geen water wegen getekend? Drenthe d In welke provincies vind je een militair (spreek uit: mie lie tèr) vliegveld? Fryslân en Utrecht 747_boek.indb 9, Noord-Brabant bij een spoorlijn bij een rivier bij een snelweg b Wat betekent het bord, denk je? Je mag hier geen anker uitgooien. 9 8-0-0 6:40:9

Kijk mee terug De kaart van Nederland a Een atlas is: een boek met plaatjes van landen een plattegrond een boek met landkaarten een register b Zet het cijfer van de provincie voor de juiste hoofdstad. Fryslân 7 Middelburg Groningen 9 Arnhem Drenthe 5 Haarlem 4 Overijssel s-hertogenbosch 5 Noord Holland 6 Den Haag 6 Zuid Holland Maastricht 7 Zeeland 0 Lelystad 8 Utrecht 8 Utrecht 9 Gelderland Groningen 0 Flevoland Assen Noord Brabant 4 Zwolle Limburg Leeuwarden Amsterdam a Amsterdam is de hoofdstad van Nederland. b Wat vind je in Amsterdam? grachten zee weilanden grachtenhuizen de Jordaan de Bijlmermeer toeristen heide Van hier naar daar a Wat gaat over het land? Kleur die hokjes groen. Wat gaat over het water? Kleur die hokjes blauw. Wat gaat door de lucht? Kleur die hokjes geel. helikopter schip bus vrachtwagen rondvaartboot auto vliegtuig HSL trein b Welke soorten dataverkeer staan hier? Haal de woorden uit de war. feeltoon tentrein vieseteil telefoon internet televisie 40

Kies wijzer Extra wijzer Maak de opdrachten op herhalingsblad 5.. Rondje topo Maak de opdrachten op herhalingsblad 5., blad en. Elke provincie is anders Je bent op vakantie in een andere provincie. Je bekijkt in de atlas wat er anders is dan in de provincie waar jij woont. Je schrijft dat in een brief aan een vriend of een vriendin. Je doet de opdracht alleen. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 5.. 4 Op schoolreis Je gaat een plan maken voor een schoolreis naar Amsterdam. Waar wil je naartoe? Je maakt een poster van je plan. En je vertelt erover aan de klas. Misschien gaat deze schoolreis wel echt door! Je doet de opdracht met een groepje. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 5.. 5 Meet de weg Hoeveel kilometer autosnelweg ligt in Nederland? En hoeveel kilometer spoorweg? Meet de afstanden en kleur de snelwegen en de spoorwegen in op een kaart. Je doet de opdracht alleen. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 5.. 6 Dat is bijzonder! Wat is er bijzonder in Nederland? Je zoekt informatie over bijzonderheden in een provincie. Je schrijft alle informatie op een groot vel papier. Je zoekt er ook plaatjes bij. Je doet de opdracht met een groepje. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 5.4. 4

LB 49-5 6. Hoe ziet het eruit? Wat zie jij thuis uit jouw raam? huizen bomen iets anders, namelijk water weilanden Op een kaart zijn gras en bomen groen. Hoe zie je op een kaart het verschil tussen weilanden en bossen? Weilanden zijn lichtgroen en bossen donkergroen. > Lees De plek waar je woont. a Wie ziet dit uit haar raam? Marijn 4 b Wat ziet de ander? Teken het hier. Nancy Neem de kaart op bladzijde 67. Maak de opdracht. N W 0 O Z 50 km 4 747_boek.indb 4 8-0-0 6:40:4

> Bekijk plaatje. 5 a Hoe zie je dat Fryslân veel grasland heeft? Er is veel lichtgroen ingekleurd. b Waar in Fryslân vind je akkers? in het noorden in het zuiden > Bekijk plaatje. 6 a Welke kleur hebben de duinen op de kaart? b Welke kleur hebben de akkers op de kaart? donkergeel lichtgeel c Hoe heet het water links en rechts van de Afsluitdijk? Waddenzee en IJsselmeer > Bekijk plaatje 4 en lees Heuvels en dalen. 7 a Zet naast het juiste plaatje: Betuwe of Veluwe. Betuwe tuinbouw b Welk landschap zie je op de plaatjes? Schrijf dat erbij. Kies uit: akkerbouw tuinbouw veeteelt natuurgebied Veluwe natuurgebied 8 Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 48. 9 a Zoek jouw woonplaats in de atlas. Welke kleur zie je het meest rondom jouw woonplaats? 0 b Wat voor landschap is dat? Hoe lang is de Afsluitdijk? ongeveer 0 kilometer 747_boek.indb 4 4 8-0-0 6:40:50

LB 5-54 6. Kiezen en delen Welke huizen zie je het meest in jouw buurt? Wie bepaalt wat er waar komt in een stad of dorp? het gemeentebestuur > Lees De ruimte verdeeld en bekijk plaatje. 4 Waar is ruimte voor in Nederland? Schrijf de woorden onder de juiste plaatjes. werken reizen vrije tijd veeteelt wonen akkerland wonen reizen veeteelt werken vrije tijd akkerland Waarom is er in Nederland niet veel ruimte meer? Nederland is een klein land. Maar er wonen heel veel mensen. 5 a Waarvoor moet er in Nederland volgens jou meer ruimte komen? b Waarom? 44 747_boek.indb 44 8-0-0 6:4:4

> Lees Ruimte moet je verdelen. 6 Jij mag een nieuwe woonwijk inrichten! Wat moet er komen? > Lees Weinig ruimte en Wonen op een eiland. 7 a Kijk op de kaart Veranderingen in kaart Amsterdam en omgeving C. Amsterdam: Java-eiland. Vergelijk de twee foto s. Hoeveel jaar verschil is er tussen C en C? 5 jaar b Wat is er veranderd in die tijd? Het havengebied werd woongebied. 8 Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 48. 9 a Zoek de provincie waar je woont op. Wat neemt in jouw provincie de meeste ruimte in? Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: akkerland, grasland, steden. b Wat is er niet in jouw provincie, maar zou jij wel graag willen? Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: duinen, natuurgebied, meren. 0 a Waar ben jij graag in je vrije tijd? op of bij het water in de natuur in de stad in een pretpark ergens anders, namelijk b Waarom ben je daar graag? 45

LB 55-57 6. Ruimte voor de natuur Welke dieren leven in Nederland in het wild in de natuur? Noem er tien. Eigen antwoord. 6 wilde zwijnen Bijvoorbeeld: reeën 7 hazen konijnen 8 eenden 4 eekhoorns, kikkers 9 zwanen 5 ratten 0 mussen Welke kleur hebben bossen op een kaart? groen > Lees Planten en dieren. Maak de zin af. Mensen moeten ruimte houden voor de natuur, omdat Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: dieren en planten ruimte nodig hebben om te leven. > Lees Help de natuur. 4 Waarom mogen in een natuurgebied meestal geen auto s komen? Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: De dieren schrikken daarvan, dieren kunnen overreden worden, de uitlaatgassen van de auto s zijn slecht voor de natuur. > Lees Zuinig op de natuur. 46 5 Hoe kun jij de natuur helpen? takken zagen de boswachter helpen met schoonmaken borden neerzetten bij het bos geen afval in de natuur gooien de boswachter helpen om takken te sjouwen

> Lees Nieuwe natuur. 6 Welke dieren kunnen een ecoduct gebruiken? Zet daar een rondje om. > Bekijk plaatje 5 en 6. 7 Noem twee dingen die veranderd zijn. Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Er is geen landbouw meer, er zijn nu meren. > Lees Oostvaarders-plassen, Wat moet je doen? en Laat de natuur haar gang gaan. 8 a Zoek op de kaart Flevoland de Oostvaardersplassen op. Wat betekent het donkergroen op de kaart? Dat het natuurgebied is. b Zijn de Oostvaardersplassen vanzelf ontstaan of zijn ze door mensen gemaakt? vanzelf ontstaan door mensen gemaakt 9 Maak opdracht van Kijk mee terug op bladzijde 48. 0 a Zoek een natuurgebied in jouw provincie. Hoe heet dit gebied? b Waar ligt het natuurgebied in jouw provincie? in het noorden in het zuiden in het westen in het oosten a Je mag zelf een nieuw natuurgebied aanleggen. Wat vind je er allemaal? b Hoe noem je jouw natuurgebied? 47

Kijk mee terug Hoe ziet het eruit? a Wat vind je helemaal niet in Nederland? Zet daar een rondje om. duinen heide woestijn rivieren grasland akkers oceanen bossen vulkanen eilanden b Welke kleur heeft het? Trek lijnen. duinen grasland akkerland bossen Kiezen en delen Vul de woorden in. reizen eten werken wonen Er moet ruimte zijn voor huizen, want we willen ergens wonen. Er is ook ruimte nodig voor wegen en spoorwegen, want we willen reizen. We gebruiken veel ruimte voor akkers, grasland en kassen, want we willen ook eten. We gebruiken ruimte voor fabrieken, kantoren, winkels en ziekenhuizen, omdat we moeten werken. Ruimte voor de natuur a Zoek drie soorten natuurgebieden. Streep ze door. d n e s s o b i e r d u i n e n n e s s a l p e n b r u g g e n b Welk woord vormen de overgebleven letters? dierenbruggen c Hoe noem je dierenbruggen ook wel? ecoducten 48

Kies wijzer Extra wijzer Maak de opdrachten op herhalingsblad 6.. Rondje topo Maak de opdrachten op herhalingsblad 6., blad en. Gedicht over Nederland In Nederland zijn provincies. Elke provincie ziet er anders uit. Er zijn provincies met veel bossen of met juist veel meren. Er zijn ook provincies met veel snelwegen en grote steden. Je schrijft korte gedichten over de diverse landschappen. Je doet de opdracht alleen. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 6.. 4 Een stad in de zee Je bedenkt hoe een stad in zee eruit kan zien. Hoe zorg je ervoor dat jouw stad niet zinkt? Je maakt een tekening van jouw stad. Je doet de opdracht met zijn tweeën. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 6.. 5 Stad en platteland In de stad zie je andere dingen dan op het platteland. In de stad ruikt het ook anders dan op het platteland. En je hoort er andere geluiden. Je maakt een poster over de verschillen tussen een stad en het platteland. Je doet de opdracht met zijn tweeën. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 6.. 6 Een provincie-quiz Je gaat een quiz maken die je met de hele klas kunt spelen. Je bedenkt vragen over de provincie waar je woont. En je zoekt de antwoorden erbij. Speel de quiz met groepjes in de klas! Wie wint? Je doet de opdracht met een groepje. Wil je deze opdracht doen? Vraag dan verdiepingsopdracht 6.4. 49