EUROPEES PARLEMENT. Commissie juridische zaken en interne markt. van de Commissie juridische zaken en interne markt

Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

Belangrijke onderdelen uit Richtlijn 90/496/EEG inzake de voedingswaarde-etikettering van levensmiddelen

AANGENOMEN TEKSTEN. van de vergadering van. donderdag. 26 mei 2005 DEEL II P6_TA-PROV(2005)05-26 VOORLOPIGE UITGAVE PE 357.

Publicatieblad van de Europese Unie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

2006R1924 NL

Publicatieblad van de Europese Unie

Voedings- en gezondheidsclaims

14795/05 ADD 1 gys/lep/dm 1 JUR

(Voor de EER relevante tekst)

VERORDENING (EG) Nr. 1924/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen

EUROPEES PARLEMENT C6-0018/2006. Gemeenschappelijk standpunt. Zittingsdocument 2003/0165(COD) 19/01/2006

New EU Claims Regulation. EU Claims Verordening: belangrijkste gevolgen voor bedrijfsleven. Inhoud. Marieke Lugt, Friesland Foods

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 januari 2003 (12.09) (OR. en) 16373/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0165 (COD) LIMITE

EUROPEES PARLEMENT. Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling. van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 januari 2011 (OR. en) 5610/11 DENLEG 7

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

EUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ***I ONTWERPVERSLAG

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Zittingsdocument B7-0000/2011 ONTWERPRESOLUTIE

1997R0258 NL

A7-0440/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

Hierbij gaat voor de delegaties document D034098/02.

Handhaving voedingclaims Datum: oktober 2010

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D016748/2011.

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

(Voor de EER relevante tekst)

Claims op levensmiddelen

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme

EUROPEES PARLEMENT Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling. van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

COMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Nr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8)

A8-0417/141

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

INLEIDING Vraag&Antwoord lijst

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 september 2010 (07.09) (OR. en) 12963/10 DENLEG 79

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2013 (OR. en) 6875/13 DENLEG 18 AGRI 121

EUROPEES PARLEMENT ONTWERPVERSLAG. Commissie cultuur, jeugd, onderwijs, media en sport VOORLOPIGE VERSIE 2001/2086(COS) 30 mei 2001

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, onderzoek en energie PE v01-00

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst) (9) Op grond van de ingediende gegevens concludeerde de

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

EUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van Richtlijn 2001/110/EG inzake honing

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0278(COD) van de Commissie visserij

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Titel Nummer 1 Datum september 2015

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken * ONTWERPVERSLAG. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

(Voor de EER relevante tekst)

NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 43/ 1

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

2009R0041 NL

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT. Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling. van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

RICHTLIJN 96/8/EG VAN DE COMMISSIE. van 26 februari 1996

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0433(COD) van de Commissie internationale handel

3336 TRA-DIS Eieren - VERPAKKING EN ETIKETTERING (INCLUSIEF HANDELSNORMEN) [3336] v1

10729/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/fb 1 DRI

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE

10728/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/ev 1 DRI

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

2040 Eieren : handelsnormen en etikettering [2040] v4

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :

TXTG R bas-cnl

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 augustus 2011 (OR. en) 13422/11 DE LEG 114 AGRI 558

Warenwetregeling Dieetvoeding voor medisch gebruik

Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :

EUROPEES PARLEMENT ONTWERPADVIES. Commissie interne markt en consumentenbescherming VOORLOPIGE VERSIE 2004/0065(COD)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RICHTLIJN 96/8/EG VAN DE COMMISSIE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN CONSUMENTEN

Gearchiveerd op 05/01/2015

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op voedingssupplementen

Kennismaking VIL Academie - M&A in one day

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Q&A-lijst Laatst gewijzigd: 18 januari 2007

DIS 2419 Distributie: Voedingsmiddelen etikettering [2419] v1

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

betreffende met GGO's geproduceerde levensmiddelen

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2010/0199(COD) van de Commissie juridische zaken

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

Transcriptie:

EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie juridische zaken en interne markt VOORLOPIGE VERSIE 2003/0165(COD) 13 november 2003 ONTWERPADVIES van de Commissie juridische zaken en interne markt aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (COM(2003) 424 C5-0329/2003 2003/0165(COD)) Rapporteur voor advies (*): Piia-Noora Kauppi (*) Versterkte samenwerking tussen commissie overeenkomstig artikel 162a van het Reglement PA\513633.doc PE 338.436

PA_Leg PE 338.436 2/42 PA\513633.doc

PROCEDUREVERLOOP De Commissie juridische zaken en interne markt benoemde op haar vergadering van 11 september 2003 Piia-Noora Kauppi tot rapporteur voor advies. De commissie behandelde het ontwerpadvies op haar vergadering(en) van.... Op dezelfde/laatstgenoemde vergadering hechtte zij met... stemmen voor en... tegen bij... onthouding(en)/met algemene stemmen haar goedkeuring aan de hierna volgende amendementen. Bij de stemming waren aanwezig:... (voorzitter/waarnemend voorzitter),... (ondervoorzitter), Piia-Noora Kauppi (rapporteur voor advies),... (verving...),... (verving... overeenkomstig artikel 153, lid 2 van het Reglement),... en.... PA\513633.doc 3/42 PE 338.436

Standpunt van de rapporteur voor advies BEKNOPTE MOTIVERING De rapporteur voor advies verwelkomt en steunt het voorstel van de Commissie, dat aansluit bij de resoluties van het Parlement van maart 1998 over het groenboek over de algemene beginselen van het levensmiddelenrecht in de Europese Unie, en van juni 2001 over het witboek over voedselveiligheid. Zij steunt met name de formulering van algemene beginselen en voorwaarden voor het gebruik van claims en verwelkomt de opstelling van een lijst van gezondheidsclaims, de vaststelling van voorwaarden voor vergelijkende claims, het onderscheid dat wordt gemaakt tussen gezondheidsclaims met betrekking tot lichaamsfuncties en gezondheidsclaims met betrekking tot de beperking van ziekterisico's, en de definitie van het begrip "consument" op basis van de uitspraken van het Europese Hof van Justitie. Het voorstel dient volgens haar evenwel op diverse punten te worden verbeterd. De rapporteur voor advies: - is van oordeel dat het voorstel moet worden gezien in de ruimere context van de bestaande richtsnoeren van de Wereldgezondheidsorganisatie, de Codex Alimentarius en de Raad van Europa, en rekening moet houden met het recente voorstel van de Commissie voor een verordening betreffende gemeenschappelijke regels voor de toevoeging van vitaminen en mineralen aan levensmiddelen ("verrijking"). Daarnaast dient ook het voornemen van de Commissie om eerlang een herziening voor te stellen van richtlijn 90/496/EEG van de Raad inzake de voedingswaarde-etikettering van levensmiddelen, in aanmerking te worden genomen; - juicht het systeem van dubbele garantie waarin voor gezondheidsclaims wordt voorzien toe, maar is bezorgd over de voorgestelde preventieve vergunningsprocedure voor gezondheidsclaims, die zij disproportioneel en te restrictief acht. Het voorstel dient er rekening mee te houden dat algemene bescherming van de belangen van de consument zal worden geboden door het verbod om de consument te misleiden ten aanzien van alle in artikel 3 bedoelde claims. Gezondheidsclaims dienen bovendien te worden goedgekeurd of voor te komen in de communautaire lijst van toegestane claims. De toepassing van het proportionaliteitsbeginsel impliceert dat de wetgeving niet verder gaat dan wat noodzakelijk is om de doelstellingen te verwezenlijken. Voorschriften die verder gaan, met name artikel 4, artikel 11 en de bepaling dat bij indiening van een vergunningsaanvraag een precieze formulering vereist is, mogen niet worden gesteund; - vreest dat indien de gezondheidsclaim beperkt wordt tot een speciale formulering, het recht van de consument op informatie op grond van artikel 153 van het EG-Verdrag kan worden geschonden en beperkt. De verordening moet garanderen dat de geclaimde gezondheidsvoordelen op gepaste wijze worden medegedeeld, en wel zodanig dat de consument zinvolle informatie wordt verschaft, die wordt geplaatst in de context van de voeding in het algemeen. Er dient tevens een onderscheid te worden gemaakt tussen het wetenschappelijke verband en de mededeling van de claim; - is van oordeel dat het voorstel om voedingsprofielen te bepalen te ver gaat en niet mag worden gehandhaafd. Er zijn geen goede of slechte voedingsmiddelen indien zij worden PE 338.436 4/42 PA\513633.doc

geconsumeerd in een evenwichtig voedingspatroon dat de consument zelf bepaalt. Het wenselijke voedingsprofiel bepalen kan technisch uiterst moeilijk zijn, en een groot aantal producten zullen daarbij grensgevallen zijn. Er dient voor te worden gezorgd dat elk voedingsmiddel in aanmerking komt voor een voedings- en/of gezondheidsclaim, op voorwaarde dat de claim onderbouwd wordt. De rechtsgrondslag van het voorstel (artikel 95 van het EG-Verdrag) lijkt in deze context betwistbaar, aangezien het hoofddoel van het voorstel de bescherming van de consument en de gezondheid is. De voedingsprofielen kunnen ook niet worden geharmoniseerd, aangezien er niet in alle lidstaten nationale voorschriften bestaan waarop de harmonisatie betrekking zou kunnen hebben; - bekritiseert de technische kwaliteit van het voorstel, dat in talrijke opzichten ontoereikend is en aanleiding kan geven tot problemen van interpretatie en rechtsonzekerheid, bijvoorbeeld wat betreft de reikwijdte van de bescherming die wordt geboden door de opname van een toegestane reclameclaim in het repertorium (worden daardoor ook claims met een vergelijkbare inhoud en vergelijkbare claims in vreemde talen gedekt?), de betekenis van termen als "psychologische en gedragsfuncties" of "normale lichaamsfunctie", of "ongepaste of alarmerende teksten"; - is bezorgd over het feit dat een letterlijke interpretatie van het voorstel ertoe kan leiden dat op het opteren voor een gezonde voeding gerichte merken, die zijn ontwikkeld om de consument duidelijker keuzemogelijkheden voor gezonde voedingsalternatieven te verschaffen, worden verboden. Het verbieden van zulke eenvoudige en duidelijke "wegwijzers" zou nadelig zijn voor de consument. De verordening zou dan ook duidelijk moeten stellen dat assortimentsaanduidingen niet worden beschouwd als claims en dat dergelijke assortimenten niet onder de verboden claims vallen; - is bezorgd over het feit dat de verordening de bestaande nationale zelfreguleringssystemen niet erkent; - acht het noodzakelijk dat wordt voorzien in een overgangsperiode voor legaal op de markt afgezette producten, voordat de voorgestelde verordening in werking treedt, indien er een vergunningsprocedure bij de Autoriteit in behandeling is; - stelt voor de in de bijlage opgenomen lijst van voedingsclaims uit te breiden. PA\513633.doc 5/42 PE 338.436

AMENDEMENTEN De Commissie juridische zaken en interne markt verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen: Door de Commissie voorgestelde tekst 1 Amendementen van het Parlement Amendement 1 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) Er mogen geen nieuwe barrières voor de handel in voedingsmiddelen met derde landen worden gecreëerd. Het is van essentieel belang dat de voorgestelde verordening voor zover mogelijk wordt afgestemd op de werkzaamheden van de Codex Alimentarius inzake voedings- en gezondheidsclaims. Amendement 2 Overweging 6 (6) Wanneer levensmiddelen met claims worden aangeprezen, kan bij de consument de indruk ontstaan dat zij in nutritioneel, fysiologisch of ander met de gezondheid verband houdend opzicht beter zijn dan soortgelijke of andere producten waar dergelijke nutriënten niet aan toegevoegd zijn. Dit kan de consument ertoe brengen om keuzes te maken die zijn totale inname van nutriënten of andere stoffen beïnvloeden op een wijze die strijdig is met de wetenschappelijke adviezen. Om dit eventuele ongewenste effect tegen te gaan, moeten bepaalde beperkingen worden opgelegd ten aanzien van producten met claims. Het gehalte aan bepaalde stoffen, zoals alcohol, in een product of het voedingsprofiel ervan kan een geschikt criterium zijn om te bepalen of voor dat product claims mogen worden gedaan. (6) Wanneer levensmiddelen met claims worden aangeprezen, kan bij de consument de indruk ontstaan dat zij in nutritioneel, fysiologisch of ander met de gezondheid verband houdend opzicht beter zijn dan soortgelijke of andere producten waar dergelijke nutriënten niet aan toegevoegd zijn. Dit kan de consument ertoe brengen om keuzes te maken die zijn totale inname van nutriënten of andere stoffen beïnvloeden op een wijze die strijdig is met de wetenschappelijke adviezen. Om dit eventuele ongewenste effect tegen te gaan, moeten bepaalde beperkingen worden opgelegd ten aanzien van producten met claims. Het gehalte aan bepaalde stoffen, zoals alcohol, in een product dient in aanmerking te worden genomen om te bepalen of voor dat product claims mogen worden gedaan. 1 Nog niet in het PB gepubliceerd. PE 338.436 6/42 PA\513633.doc

Het voorstel rekening te houden met de aanwezigheid van alcohol om te bepalen of voor een product claims mogen worden gedaan moet worden verdedigd, maar voedingsprofielen mogen daarentegen niet in aanmerking worden genomen. (7) Bij de vaststelling van een voedingsprofiel kan gekeken worden naar het gehalte aan verschillende nutriënten en stoffen met een nutritioneel of fysiologisch effect, met name vetten, verzadigde vetten, transvetzuren, zout/natrium en suikers, waarvan een overmatige inname in de totale voeding niet aanbevolen wordt, alsmede enkelvoudig en meervoudig onverzadigde vetten, andere beschikbare koolhydraten dan suikers, vitaminen, mineralen, eiwitten en voedingsvezels. Bij de vaststelling van de voedingsprofielen moeten de verschillende categorieën levensmiddelen en het aandeel en de rol van deze levensmiddelen in de totale voeding in aanmerking genomen worden. Voor bepaalde levensmiddelen of categorieën levensmiddelen kan het, afhankelijk van hun rol en betekenis in de voeding van de bevolking, nodig zijn van de inachtneming van de vastgestelde voedingsprofielen af te wijken. Dit zijn complexe technische aangelegenheden en het nemen van de desbetreffende maatregelen ter zake moet aan de Commissie worden toevertrouwd. Vloeit voort uit het amendement op artikel 4. Amendement 3 Overweging 7 Amendement 4 Overweging 11 schrappen (11) De wetenschappelijke onderbouwing dient bij het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims op de eerste plaats te (11) De wetenschappelijke onderbouwing dient bij het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims op de eerste plaats te PA\513633.doc 7/42 PE 338.436

komen en exploitanten van levensmiddelenbedrijven die claims gebruiken, moeten die rechtvaardigen. komen en exploitanten van levensmiddelenbedrijven die claims gebruiken, moeten die rechtvaardigen. De wetenschappelijke onderbouwing van voedings- en gezondheidsclaims dient in verhouding te staan tot de geclaimde heilzame effecten. Wetenschappelijke onderbouwing moet gericht zijn op de rechtvaardiging van de voedingsen gezondheidsclaim en het geclaimde heilzame effect, maar mag niet disproportioneel zijn ten aanzien van de verwezenlijking van deze doelstelling, i.e. het bewijs moet worden geleverd "binnen de grenzen van de waarschijnlijkheid" en niet "boven alle gerede twijfel". Amendement 5 Overweging 13 bis (nieuw) (13 bis) In de mogelijkheid de claim "verlaagd vetgehalte" te gebruiken voor smeerbare vetproducten is voorzien in verordening (EG) 2991/94. Claims met betrekking tot het vetgehalte mogen dan ook voorlopig niet worden toegepast op smeerbare, voor de voeding bestemde vetproducten. De verordening mag niet worden toegepast op smeerbare vetproducten, waarvoor verordening (EG) 2991/94 specifieke regels bevat. Volgens punt 23 van de toelichting van de Commissie zal verordening (EG) 2991/94 aan de thans voorgestelde verordening worden aangepast. Verordening (EG) 2991/94 heeft betrekking op smeerbare vetproducten. Zij kan moeilijk volledig worden aangepast aan een algemene verordening die alle voedingsmiddelen betreft. Er dient dan ook duidelijk te worden gesteld dat claims betreffende het vetgehalte voorlopig niet op smeerbare, voor de voeding bestemde vetproducten kunnen worden toegepast. Dergelijke claims zijn reeds toegestaan in het kader van de richtlijn inzake de etikettering van voedingsmiddelen, in samenhang met de algemene etiketteringsrichtlijn, en op basis van specifieke nationale wetgevingen en/of richtsnoeren (Oostenrijk, Duitsland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, enz.). Deze claims worden reeds sinds meer dan 40 jaar gebruikt. Zij hebben bijgedragen aan de kennis van de consument en hebben producenten ertoe aangespoord het vetgehalte te wijzigen conform de jongste wetenschappelijke bevindingen. Amendement 6 Overweging 17 (17) Gezondheidsclaims die de rol van nutriënten of andere stoffen bij de groei en (17) Gezondheidsclaims die de rol van nutriënten of andere stoffen bij de groei en PE 338.436 8/42 PA\513633.doc

ontwikkeling en de normale fysiologische functies van het lichaam beschrijven, en die gebaseerd zijn op reeds lang bekende, onomstreden wetenschappelijke gegevens, moeten volgens een andere procedure beoordeeld en toegelaten worden. Daarom moet er een lijst worden vastgesteld van toegestane claims die de rol van een nutriënt of andere stof beschrijven. ontwikkeling en de normale fysiologische functies van het lichaam beschrijven, en die gebaseerd zijn op reeds lang bekende, onomstreden wetenschappelijke gegevens, moeten volgens een andere procedure beoordeeld en toegelaten worden. Daarom moet er een communautaire lijst worden vastgesteld van toegestane claims die de rol van een nutriënt of andere stof beschrijven. Vloeit voort uit het amendement op artikel 12. Amendement 7 Overweging 20 (20) Om ervoor te zorgen dat gezondheidsclaims waarheidsgetrouw, duidelijk en betrouwbaar zijn en voor de consument zinvol zijn bij het kiezen voor een gezonde voeding moeten de formulering en presentatie van gezondheidsclaims in het advies van de Autoriteit en de daaropvolgende vergunningsprocedure in aanmerking genomen worden. (20) Om ervoor te zorgen dat gezondheidsclaims waarheidsgetrouw, duidelijk en betrouwbaar zijn en voor de consument zinvol zijn bij het kiezen voor een gezonde voeding moeten de doeltreffendheid van het product en de presentatie van gezondheidsclaims in het advies van de Autoriteit en de daaropvolgende vergunningsprocedure in aanmerking genomen worden. De Autoriteit zou niet zozeer de formulering van de voorgestelde gezondheidsclaim moeten onderzoeken en toestaan, als wel de doeltreffendheid ervan. Amendement 8 Overweging 21 bis (nieuw) (21 bis) Er dient rekening te worden gehouden met de behoeften van de Europese voedingsmiddelindustrie, met name de MKB's, teneinde te garanderen dat de innovatie en het concurrentievermogen niet worden ondermijnd. PA\513633.doc 9/42 PE 338.436

De procedure voor de opneming van een gezondheidsclaim in het repertorium mag niet zó technisch moeilijk, kostbaar en tijdrovend zijn dat zij de innovatie, die de consument duidelijk ten goede komt, en het algemene concurrentievermogen van de voedingsmiddelenbedrijven op de Europese of de globale markten, ondermijnt. Er dient met name op te worden toegezien dat de hele procedure werkbaar blijft voor de MKB's. Het is dan ook van groot belang dat de kennisgeving- en de vergunningsprocedure waarin is voorzien in de artikelen 14 tot en met 17 van het voorstel doeltreffend zijn en tijdige besluitvorming mogelijk maken. Amendement 9 Overweging 22 (22) Met het oog op de transparantie en ter vermijding van meerdere aanvragen betreffende claims die al zijn beoordeeld, moet er een repertorium van die claims worden samengesteld. (22) Met het oog op de transparantie en ter vermijding van meerdere aanvragen betreffende claims die al zijn beoordeeld, moet er een openbaar repertorium van die claims worden samengesteld en bijgehouden. Het repertorium moet toegankelijk zijn voor het publiek en moet regelmatig worden bijgewerkt. Amendement 10 Overweging 23 (23) Om de ontwikkeling van wetenschap en techniek bij te houden moet het repertorium telkens wanneer dat nodig is, snel worden herzien. Die herzieningen zijn uitvoeringsmaatregelen van technische aard en om de procedure te vereenvoudigen en te versnellen dient de vaststelling daarvan aan de Commissie te worden overgelaten. schrappen Is in tegenstrijd met artikel 18 van het voorstel. Amendement 11 Artikel 2, lid 4, letter a) a) de energetische waarde (calorische waarde) die het a) de energetische waarde (calorische waarde) die het PE 338.436 10/42 PA\513633.doc

- levert, - levert, of - in verlaagde of verhoogde mate levert, of - in verlaagde of verhoogde mate levert, of - niet levert, en/of - niet levert, en/of Amendement 12 Artikel 2, lid 4, letter b) b) niet levert, en/of b) niet levert, en/of - bevat, - bevat, of - in verlaagde of verhoogde hoeveelheid bevat, of - niet bevat; - niet bevat; - in verlaagde of verhoogde hoeveelheid bevat, of Amendement 13 Artikel 3, letter c) c) stellen of impliceren dat een evenwichtige, gevarieerde voeding in het algemeen geen toereikende hoeveelheden nutriënten kan bieden; c) stellen, suggereren of impliceren dat een evenwichtige, gevarieerde voeding in het algemeen geen toereikende hoeveelheden nutriënten kan bieden; Vloeit voort uit de in artikel 2 gegeven definities van claims. Amendement 14 Artikel 4 1. Binnen 18 maanden na de vaststelling van deze verordening stelt de Commissie overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure specifieke voedingsprofielen op waaraan levensmiddelen of bepaalde categorieën levensmiddelen moeten voldoen om van voedings- of gezondheidsclaims te mogen worden voorzien. schrappen De voedingsprofielen worden met name opgesteld aan de hand van de in het levensmiddel aanwezige hoeveelheden van de volgende nutriënten: (a) vetten, verzadigde vetzuren, PA\513633.doc 11/42 PE 338.436

transvetzuren; (b) (c) suikers; zout/natrium. De voedingsprofielen worden opgesteld op grond van wetenschappelijke kennis omtrent de voeding en de betekenis daarvan voor de gezondheid, en met name de rol van nutriënten en andere stoffen met een nutritioneel of fysiologisch effect bij chronische ziekten. Bij de vaststelling van de voedingsprofielen vraagt de Commissie de Autoriteit om advies en overlegt zij met de belanghebbende partijen, met name de exploitanten van levensmiddelenbedrijven en de consumentenorganisaties. Uitzonderingen en aanpassingen aan relevante wetenschappelijke ontwikkelingen worden volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure vastgesteld. 2.In afwijking van lid 1 zijn voedingsclaims met betrekking tot de verlaging van de hoeveelheid vetten, verzadigde vetzuren, transvetzuren, suikers en zout/natrium toegestaan, mits zij in overeenstemming zijn met de in deze verordening vastgelegde voorwaarden. 3. Dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent mogen niet voorzien zijn van: (a) gezondheidsclaims; (b) voedingsclaims, afgezien van claims betreffende een verlaagd alcoholgehalte of een verlaagde energetische waarde. 4. Andere dan de in lid 3 bedoelde levensmiddelen of categorieën levensmiddelen, waarvoor voedings- of gezondheidsclaims beperkt of verboden moeten worden, kunnen worden PE 338.436 12/42 PA\513633.doc

vastgesteld volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure in het licht van wetenschappelijke gegevens. De vaststelling van voedingsprofielen mag niet worden gesteund. Indien de Commissie vorderingen wil maken op dit gebied, dan dient zij een apart voorstel voor te leggen aan het Europees Parlement. De vaststelling van voedingsprofielen gaat verder dan de "noodzakelijke" restricties en is dan ook in strijd met het proportionaliteitsbeginsel. Het is onaanvaardbaar dat de voedingsprofielen pas 18 maanden na de aanneming van de verordening in het kader van de comitéprocedure worden vastgesteld. Het is ook onaanvaardbaar dat het Europees Parlement van deze procedure wordt uitgesloten. De Commissie stelt bovendien voor niet alleen de voedingsprofielen maar ook de andere voedingsmiddelen waarvoor voedings- en gezondheidsclaims verboden zijn (artikel 4, lid 4) te bepalen op grond van de comitéprocedure. Er zij tevens op gewezen dat voedings- en gezondheidsclaims steunen op ofwel reële gehalten aan nutriënten ofwel een algemeen bekend of nagestreefd effect van een voedingsmiddel of het (de) ingrediënt(en) ervan. Er bestaat dus geen grond voor het in dit artikel geformuleerde verbodsbeginsel. Men kan zich trouwens afvragen op welke grondslagen de voedingsprofielen kunnen worden bepaald. Het is evenmin duidelijk wat de uiteindelijke formulering van de voedingsprofielen zou zijn en hoe dergelijke profielen zouden worden toegepast. En tot slot: gezondheidsclaims mogen alleen worden toegestaan indien er op grond van deze verordening een vergunning voor is verleend. Er dient meer te worden gedaan om doeltreffende middelen te vinden om mensen te helpen hun energie-input en hun energie-output in evenwicht te brengen. De Commissie heeft bijvoorbeeld een Netwerk van experts van de lidstaten inzake voeding en lichaamsbeweging opgericht, teneinde bij te dragen aan de ontwikkeling van een gemeenschappelijk Europees beleid op het gebied van voeding en volksgezondheid. Dit dient op ruimere schaal te worden gestimuleerd. De voorlichting en de educatie van de consument dienen eveneens te worden verbeterd. Wij dienen daartoe eerst te weten wat de Commissie precies van plan is ten aanzien van de indiening van een voorstel tot aanpassing van de richtlijn van de Raad inzake de etikettering van voedingsmiddelen. Dat de consument de informatie over levensmiddelen niet altijd begrijpt is een van de hoofdoorzaken van de "misleiding" van de consument. Er dient derhalve te worden gezocht naar doeltreffender middelen om de consument te helpen de algemene "nutritionele integriteit" van de producten die hij consumeert beter te begrijpen. Er zou tot slot ook op moeten worden gewezen dat er reeds nationale en EU-wetgeving bestaat inzake misleidende claims of reclame. De vraag is in hoeverre deze wetgeving werkelijk wordt toegepast en op de naleving ervan wordt toegezien. De bestaande wetgeving inzake consumentenbescherming dient te worden versterkt door de voorgestelde richtlijn inzake oneerlijke handelspraktijken, die de reikwijdte van de consumentenbescherming zal uitbreiden tot niet alleen "misleidende acties", maar ook "misleidende omissies" met betrekking tot alle "op de consument gerichte" commerciële informatie (buiten de reclame). PA\513633.doc 13/42 PE 338.436

Het voorstel dient rekening te houden met de mate waarin dergelijke praktijken het koopgedrag van de consument beïnvloeden, uitgaande van het begrip "gemiddelde consument". Amendement 15 Artikel 5, lid 1, letter a) a) de aanwezigheid of afwezigheid van of het verlaagde gehalte aan de stof waarvoor de claim wordt gedaan, heeft een bewezen heilzaam nutritioneel of fysiologisch effect, dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens; a) de aanwezigheid of afwezigheid van of het verlaagde gehalte aan de nutriënt of een andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, heeft een bewezen heilzaam nutritioneel of gezondheidseffect, dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis, of op basis van de vergunning die is verleend conform de in de artikelen 14 tot en met 17 omschreven procedure. Indien een gezondheidsclaim wordt gedaan voor het voedingsmiddel of de categorie van voedingsmiddelen, dan heeft het voedingsmiddel of de categorie van voedingsmiddelen waarop de claim betrekking heeft een bewezen heilzaam nutritioneel of gezondheidseffect dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis; Algemene beginselen en voorwaarden voor het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims dienen in positieve zin te worden beschouwd als criteria die de bevoegde instanties kunnen hanteren voor de controle op de in hun lidstaten gedane claims. Er dient evenwel duidelijk te worden gesteld dat gezondheidsclaims die eigen zijn aan een voedingsmiddel of een categorie van voedingsmiddelen eveneens toegestaan zijn. Deze benadering wordt ondersteund door de definitie van het begrip "gezondheidsclaim" die wordt gegeven in artikel 2 van het voorstel en de richtsnoeren terzake van de Raad van Europa ("Guidelines Concerning Scientific Substantiation of Health Related Claims for Functional Foods") en de Codex Alimentarius ("Draft Guidelines for Use of Health and Nutrition Claims"). Amendement 16 Artikel 5, lid 1, letter b) b) de stof waarvoor de claim wordt gedaan: b) de nutriënt of een andere stof waarvoor de claim wordt gedaan: i) is in het eindproduct aanwezig in een significante hoeveelheid zoals gedefinieerd in de communautaire wetgeving of, indien i) is in het eindproduct aanwezig in een significante hoeveelheid zoals gedefinieerd in de communautaire wetgeving of, indien PE 338.436 14/42 PA\513633.doc

geen voorschriften ter zake bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt, dan wel ii) is niet aanwezig of aanwezig in een verlaagd gehalte dat volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; geen voorschriften ter zake bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of gezondheidseffect bewerkstelligt, dan wel ii) is niet aanwezig of aanwezig in een verlaagd gehalte, zoals bepaald door de communautaire wetgeving of, wanneer dergelijke regels niet bestaan, in een gehalte dat volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of gezondheidseffect bewerkstelligt; Verduidelijking. Amendement 17 Artikel 5, lid 1, letter c) c) indien van toepassing de stof waarvoor de claim wordt gedaan, aanwezig in een vorm die door het lichaam kan worden gebruikt; c) indien van toepassing de nutriënt of een andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, aanwezig in een vorm die door het lichaam kan worden gebruikt; Verduidelijking Amendement 18 Artikel 5, lid 1, letter d) d) de hoeveelheid van het product die de consument naar redelijkerwijs kan worden aangenomen, tot zich zal nemen, levert een significante hoeveelheid van de stof waarvoor de claim wordt gedaan, zoals gedefinieerd in de communautaire wetgeving of, indien geen voorschriften ter zake bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; d) de hoeveelheid van het product die de consument naar redelijkerwijs kan worden aangenomen, tot zich zal nemen, levert een significante hoeveelheid van de nutriënt of een andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, zoals gedefinieerd in de communautaire wetgeving of, indien geen voorschriften ter zake bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of gezondheidseffect bewerkstelligt; PA\513633.doc 15/42 PE 338.436

Verduidelijking Amendement 19 Artikel 5, lid 3 bis (nieuw) 3 bis. Dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent mogen niet voorzien zijn van: (a) gezondheidsclaims; (b) voedingsclaims, afgezien van claims betreffende een verlaagd alcoholgehalte of een verlaagde energetische waarde. Het voorstel dat dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent niet voorzien mogen zijn van gezondheids- of voedingsclaims, afgezien van claims betreffende een verlaagd alcoholgehalte of een verlaagde energetische waard, dient te worden gesteund. Deze regel dient te worden vermeld als een van de voorwaarden voor het toegestane gebruik van claims. Amendement 20 Artikel 7 Wanneer een voedings- en gezondheidsclaims, met uitzondering van generieke reclame, wordt gedaan, wordt informatie over de voedingswaarde verstrekt overeenkomstig Richtlijn 90/496/EEG. Voor gezondheidsclaims worden de in groep 2 van artikel 4, lid 1, van Richtlijn 90/496/EEG genoemde gegevens verstrekt. Voorts wordt in voorkomend geval van stoffen waarop een voedings- of gezondheidsclaims betrekking heeft en die niet in de voedingswaarde-etikettering vermeld staan, in de nabijheid van de voedingswaarde-informatie de hoeveelheid vermeld. Wanneer een voedings- en gezondheidsclaims, met uitzondering van reclame, wordt gedaan, wordt informatie over de voedingswaarde verstrekt overeenkomstig Richtlijn 90/496/EEG. Voor gezondheidsclaims worden de in groep 2 van artikel 4, lid 1, van Richtlijn 90/496/EEG genoemde gegevens verstrekt. Voorts wordt in voorkomend geval van nutriënten of andere stoffen waarop een voedings- of gezondheidsclaims betrekking heeft en die niet in de voedingswaardeetikettering vermeld staan, in de nabijheid van de voedingswaarde-informatie de hoeveelheid vermeld. PE 338.436 16/42 PA\513633.doc

De Commissie heeft er in het verleden mee ingestemd dat de informatie op het etiket niet vereist is in de reclame. Het woord "generieke" dient dan ook te worden geschrapt. De voorgestelde wijziging in de derde alinea van dit artikel heeft betrekking op het gebruik van de definities van artikel 2 van het voorstel. Niet van toepassing op de Nederlandse versie Amendement 21 Amendement 22 Artikel 9, lid 1 1. Onverminderd Richtlijn 84/450/EEG mag een voedingsclaim waarin de hoeveelheid van een nutriënt en/of de energetische waarde van een levensmiddel wordt vergeleken met die van levensmiddelen van dezelfde categorie, alleen worden gedaan als de vergeleken levensmiddelen door de gemiddelde consument gemakkelijk geïdentificeerd kunnen worden of duidelijk zijn aangegeven. Het verschil in de hoeveelheid van een nutriënt en/of de energetische waarde wordt vermeld en de vergelijking heeft betrekking op dezelfde hoeveelheid levensmiddel. 1 Onverminderd Richtlijn 84/450/EEG mag een voedingsclaim waarin de hoeveelheid van een nutriënt en/of de energetische waarde van een levensmiddel wordt vergeleken met die van een ander levensmiddel, alleen worden gedaan als de vergeleken levensmiddelen door de gemiddelde consument duidelijk geïdentificeerd kunnen worden of duidelijk zijn aangegeven. Het verschil in de hoeveelheid van een nutriënt en/of de energetische waarde wordt vermeld en de vergelijking heeft betrekking op dezelfde hoeveelheid levensmiddel. Dat vergelijkende claims aan een aantal voorwaarden moeten voldoen is positief. Dit artikel dient evenwel te worden verduidelijkt, teneinde te garanderen dat de vergeleken levensmiddelen waarop de claims betrekking hebben duidelijk geïdentificeerd kunnen worden door de consument. Het amendement heeft tevens tot doel een vergelijking mogelijk te maken tussen verschillende voedingsmiddelen, bijvoorbeeld een vergelijking tussen het calciumgehalte in een glas melk en het calciumgehalte in een glas sinaasappelsap. Amendement 23 Artikel 10, lid 2, letter a) (a) een vermelding waarin wordt gewezen op het belang van een evenwichtige voeding en een gezonde leefstijl; (a) een vermelding waarin wordt gewezen op het belang van een evenwichtige voeding en een gezonde leefstijl, op voorwaarde dat de evenwichtige voeding of de gezonde leefstijl relevant is voor het PA\513633.doc 17/42 PE 338.436

bereiken van het geclaimde gezondheidseffect; Een evenwichtige voeding en een gezonde leefstijl zijn factoren die uiteraard de gezondheid van de consument positief beïnvloeden. Deze informatie dient dan ook alleen op het etiket te worden vermeld wanneer er een verband bestaat tussen de gezonde voeding of de gezonde leefstijl en het geclaimde heilzame effect, en niet in andere gevallen. Amendement 24 Artikel 10, lid 2, letter c) c) indien van toepassing, een vermelding voor mensen die het gebruik van het levensmiddel dienen te vermijden; c) indien van toepassing, een waarschuwing voor mensen die het gebruik van het levensmiddel dienen te vermijden; en Amendement 25 Artikel 11 De volgende impliciete gezondheidsclaims zijn niet toegestaan: schrappen (a) claims met betrekking tot algemene, niet-specifieke voordelen van de nutriënt of het levensmiddel voor de gezondheid en/of het welzijn; (b) claims met betrekking tot psychologische functies of gedragsfuncties; (c) onverminderd Richtlijn 96/8/EG, claims met betrekking tot gewichtsvermindering of -beheersing, de snelheid of de mate van gewichtsvermindering als gevolg van het nuttigen van het levensmiddel, een vermindering van het hongergevoel, een versterking van het gevoel van verzadiging, of beperking van de in de voeding beschikbare energie; (d) claims waarin wordt verwezen naar het advies van artsen of andere gezondheidswerkers, hun PE 338.436 18/42 PA\513633.doc

beroepsverenigingen of liefdadigheidsinstellingen, of waarin de indruk wordt gewekt dat het niet nuttigen van het levensmiddel de gezondheid kan schaden. 2. Zo nodig publiceert de Commissie na raadpleging van de Autoriteit uitvoerige richtsnoeren voor de toepassing van dit artikel. Voedingsclaims dienen te steunen op erkend en gestaafd onderzoek of algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis. Indien de claim te algemeen is (punt 19 van de toelichting van de Commissie) kan ze worden aangevuld, voorzover ze kan worden bewezen. Er bestaat op zijn minst een preliminair bewijs van de effecten van voedingsmiddelen op bijvoorbeeld psychologische activiteiten, gedrag, vermindering van het hongerig gevoel of versterking van het gevoel van verzadiging. In een gemeenschap zoals de EU moet het mogelijk zijn te verwijzen naar verklaringen, opinies, enz. van gezondheidswerkers en relevante organisaties (zoals de Nationale tandartsenvereniging of de Finse vereniging van hartspecialisten), indien de organisatie of de gezondheidswerker het gebruik van zijn/haar naam en verklaring op het product in kwestie toestaat. Indien men erbij blijft dat sommige claims (zoals de in punt 19 van de toelichting van de Commissie vermelde claims "verhoogt de weerstand van uw lichaam tegen stress", "zuivert het organisme") dienen te worden verboden, dan moet de lijst van deze claims zeer kort zijn, teneinde de ontwikkeling van voedingsmiddelen die een heilzaam gezondheidseffect hebben niet te belemmeren. Deze visie weerspiegelt de jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie (zaak C-77/99, zaak C-221/00 en zaak C-421/00). In al deze zaken heeft het Hof van Justitie gesteld dat er andere, adequatere middelen bestaan om dubieuze claims te behandelen dan ze simpelweg te verbieden. De voornaamste aanbeveling is dat indien er twijfel bestaat over de geldigheid van een claim, de bewijslast wordt omgekeerd en van de producent wordt geëist dat hij zijn claim onderbouwt en de geldigheid ervan aantoont. Ik wens daaraan toe te voegen dat algemene verboden in feite de verwezenlijking van de doelstellingen van de Wereldgezondheidsorganisatie en de EU inzake volksgezondheid kunnen tegenwerken, door de mogelijkheden van de consument om met kennis van zaken keuzes te maken wat betreft de soorten voedingsmiddelen die hij wenst te consumeren al te zeer te beperken, en de consument mogelijk te beletten toegang te hebben tot voedingsmiddelen met een heilzaam gezondheidseffect. Een verbod op claims zoals "afslankend effect" of "gewichtsbeheersing" bijvoorbeeld, zou weliswaar de positieve claims betreffende maaltijdvervangers (PARNUTS-voedingsmiddelen) beperken, maar zou dergelijke claims voor alle andere conventionele voedingsmiddelen terzelfder tijd uitsluiten, ook wanneer deze wetenschappelijk kunnen worden onderbouwd. PA\513633.doc 19/42 PE 338.436

Amendement 26 Artikel 12 1. In afwijking van artikel 10, lid 1, zijn gezondheidsclaims die de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei en ontwikkeling en de normale functies van het lichaam beschrijven, en die gebaseerd zijn op algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens en door de gemiddelde consument goed begrepen worden, toegestaan als zij in de in lid 2 bedoelde lijst zijn opgenomen. 2. De lidstaten verstrekken de Commissie uiterlijk op [één jaar na de laatste dag van de maand waarin deze verordening is vastgesteld] een lijst met claims als bedoeld in lid 1. Na raadpleging van de Autoriteit stelt de Commissie volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure uiterlijk op [drie jaar na de laatste dag van de maand waarin deze verordening is vastgesteld] een communautaire lijst op van toegestane claims als bedoeld in lid 1 die de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei, de ontwikkeling en de normale functies van het lichaam beschrijven. De lijst kan op initiatief van de Commissie of op verzoek van een lidstaat worden gewijzigd volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure. 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening tot de vaststelling van de in lid 2, tweede alinea, bedoelde lijst kunnen gezondheidsclaims als bedoeld in lid 1 worden gedaan onder verantwoordelijkheid van de exploitanten van levensmiddelenbedrijven, mits zij in overeenstemming zijn met deze verordening en de desbetreffende nationale bepalingen, onverminderd de vaststelling 1. In afwijking van artikel 10, lid 1, zijn gezondheidsclaims die de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei en ontwikkeling en de normale functies van het lichaam beschrijven, en die gebaseerd zijn op algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens en door de gemiddelde consument goed begrepen worden, toegestaan als zij in de in lid 2 bedoelde communautaire lijst met toegestane gezondheidsclaims zijn opgenomen. 2. De lidstaten verstrekken de Commissie uiterlijk op [één jaar na de laatste dag van de maand waarin deze verordening is vastgesteld] een lijst met gezondheidsclaims die zij opgenomen willen zien in de communautaire lijst met toegestane gezondheidsclaims. Na raadpleging van de Autoriteit stelt de Commissie volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure uiterlijk op [drie jaar na de laatste dag van de maand waarin deze verordening is vastgesteld] een communautaire lijst op van toegestane gezondheidsclaims als bedoeld in lid 1 die de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei, de ontwikkeling en de normale functies van het lichaam beschrijven. De lijst kan op initiatief van de Commissie of op verzoek van een lidstaat worden gewijzigd volgens de in artikel 23, lid 2, bedoelde procedure. 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening tot de vaststelling van de communautaire lijst met toegestane gezondheidsclaims kunnen gezondheidsclaims als bedoeld in lid 1 worden gedaan onder verantwoordelijkheid van de exploitanten van levensmiddelenbedrijven, mits zij in overeenstemming zijn met deze verordening en de desbetreffende nationale PE 338.436 20/42 PA\513633.doc

van vrijwaringsmaatregelen overeenkomstig artikel 22. bepalingen. Het is nuttig om gezondheidsclaims onder te verdelen in twee categorieën, zoals voorgesteld door de Commissie, te weten in claims met betrekking tot functies van het lichaam (art. 12) en claims met betrekking tot ziekterisicoreductie (art. 13). Het voorstel van de Commissie om een lijst met goedgekeurde claims met betrekking tot functies van het lichaam vast te stellen moet worden gesteund. Een dergelijke lijst is een goede manier om claims met een deugdelijke wetenschappelijke basis te reguleren, zodat een uitgebreide goedkeuringsprocedure per geval vermeden kan worden. Niettemin moeten de formulering en de verwijzingen naar de definities in artikel 2 van het voorstel worden verduidelijkt. Amendement 27 Artikel 13, lid 2 2. Afgezien van de algemene voorschriften van deze verordening en de specifieke voorschriften van lid 1 wordt bij claims over ziekterisicoreductie op het etiket vermeld dat ziekten meerdere risicofactoren hebben en dat verandering van één van die factoren al dan niet een heilzaam effect kan hebben. 2. Afgezien van de voorschriften van deze verordening wordt bij claims over ziekterisicoreductie op het etiket vermeld dat ziekten meerdere risicofactoren hebben en dat verandering van één van die factoren al dan niet een heilzaam effect kan hebben. Amendement 28 Artikel 14, lid 1 1. Om de in artikel 10, lid 1, bedoelde vergunning te verkrijgen wordt een aanvraag ingediend bij de Autoriteit. 1. Om de in artikel 10, lid 1 en artikel 13, lid 1 bedoelde vergunning te verkrijgen wordt een aanvraag ingediend bij de Autoriteit. Vergunningen worden ingediend op basis van beide artikelen. Amendement 29 Artikel 14, lid 1, letter (c) (c) maakt de in artikel 3, onder f), bedoelde samenvatting van het dossier openbaar. (c) maakt de in artikel 2, onder f), bedoelde samenvatting van het dossier openbaar. Er moet worden verwezen naar artikel 2, letter f), in plaats van naar artikel 3, letter f). PA\513633.doc 21/42 PE 338.436

Amendement 30 Artikel 14, lid 2, letter (b) (b) het levensmiddel of de categorie levensmiddelen waarvoor de gezondheidsclaim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; (b) het levensmiddel of de categorie levensmiddelen of een bestanddeel daarvan waarvoor de gezondheidsclaim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; Volgt uit de definitie van gezondheidsclaim in artikel 2. Amendement 31 Artikel 14, lid 2, letter (e) (e) een voorstel voor de tekst, in alle talen van de Gemeenschap, van de gezondheidsclaim waarvoor een vergunning wordt aangevraagd, in voorkomend geval met inbegrip van specifieke voorwaarden voor het gebruik ervan; (e) een illustratief voorbeeld van de formulering in de taal waarin het dossier bij de Autoriteit is ingediend en, in voorkomend geval, specifieke voorwaarden voor het gebruik ervan; Van de aanvrager mag geen exact voorstel (met de definitieve formulering) van de claim verwacht worden, en evenmin hoeft de exacte formulering in het besluit van de Autoriteit te worden weergegeven. Er hoeft slechts een illustratief voorbeeld van de formulering bij de Autoriteit te worden ingediend als onderdeel van de aanvraag van de vergunning, aangezien de rol van de Autoriteit beperkt moet blijven tot het controleren van de wetenschappelijke onderbouwing van de claim. Om dit te kunnen doen is het van wezenlijk belang dat het deskundigenpanel van de Autoriteit op de hoogte wordt gebracht van de betekenis van de claim. Evenmin hoeven de aanvraag en het besluit een formulering van de claim in elke officiële taal van de EU te bevatten, zoals voorgesteld in het artikel. Indien de claim wordt beperkt tot een speciale formulering zou het recht van consumenten om informatie te verkrijgen, vastgelegd in artikel 153 van het EG-Verdrag, kunnen worden geschonden. Daarom moet veeleer de inhoud van de voorgestelde gezondheidsclaim dan de formulering door de Autoriteit worden onderzocht en goedgekeurd. Amendement 32 Artikel 15, lid 1 1. Bij het uitbrengen van haar advies streeft de Autoriteit ernaar een termijn van drie maanden vanaf de datum van ontvangst van een geldige aanvraag in acht te nemen. Die termijn wordt verlengd 1. Bij het uitbrengen van haar advies neemt de Autoriteit een termijn van drie maanden in acht vanaf de datum van ontvangst van een aanvraag. Die termijn kan, indien de Autoriteit de aanvrager overeenkomstig lid PE 338.436 22/42 PA\513633.doc

indien de Autoriteit de aanvrager overeenkomstig lid 2 om aanvullende informatie verzoekt. 2 om aanvullende informatie verzoekt, worden verlengd met de termijn waarin de aanvrager was verzocht zijn aanvraag aan te vullen. De betekenis van "geldige aanvraag" is in dit verband niet duidelijk en kan twijfels oproepen met betrekking tot het verstrijken van de termijn voor het advies. Met betrekking tot termijnen moet de Autoriteit niet alleen streven naar het inachtnemen van de termijn, maar deze daadwerkelijk respecteren. Indien de Autoriteit van mening is dat de aanvraag moet worden aangevuld, kan zij de aanvrager verzoeken de relevante informatie te leveren en een termijn vaststellen waarbinnen deze informatie moet worden verstrekt. In zo'n geval moet de Autoriteit de mogelijkheid, maar niet de plicht hebben om de termijn voor het uitbrengen van haar advies te verlengen. Amendement 33 Artikel 15, lid 3 3. Voor het opstellen van het advies van de Autoriteit gaat zij na of: (a) de voorgestelde tekst van de gezondheidsclaim door wetenschappelijke gegevens wordt onderbouwd; (b) de tekst van de gezondheidsclaim voldoet aan de criteria van deze verordening; (c) de voorgestelde tekst van de gezondheidsclaim voor de consument begrijpelijk en zinvol is. 3. Voor het opstellen van het advies van de Autoriteit gaat zij na of het illustratieve voorbeeld van de gezondheidsclaim: (a) door wetenschappelijke gegevens wordt onderbouwd; (b) voldoet aan de criteria van deze verordening; (c) voor de consument begrijpelijk en zinvol is. De Autoriteit moet de wetenschappelijke onderbouwing van een voorgestelde gezondheidsclaim onderzoeken met het oog op de inhoud van de betreffende claim. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven moet echter een zekere flexibiliteit worden toegestaan bij de presentatie van claims aan consumenten. Terwijl de algemene boodschap met betrekking tot voeding en gezondheid hetzelfde moet blijven, stelt een zekere mate van flexibiliteit bij de presentatie van deze boodschap exploitanten van levensmiddelenbedrijven in staat in te spelen op de marktdynamiek en de zich ontwikkelende kennis van consumenten. Amendement 34 Artikel 15, lid 4, letter (b) (b) de aanduiding van het levensmiddel of (b) de aanduiding van het levensmiddel of PA\513633.doc 23/42 PE 338.436

de categorie levensmiddelen waarvoor de gezondheidsclaim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; de categorie levensmiddelen of een bestanddeel daarvan waarvoor de gezondheidsclaim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; Volgt uit de definitie van gezondheidsclaim in artikel 2. Amendement 35 Artikel 15, lid 4, letter (c) (c) de aanbevolen tekst, in alle talen van de Gemeenschap, van de voorgestelde gezondheidsclaim; (c) een illustratief voorbeeld van de formulering van de voorgestelde gezondheidsclaim; Sluit aan bij de amendementen op artikel 14, lid 2, letter e) en artikel 15, lid 3. Amendement 36 Artikel 19, lid 1, alinea 1 1. De wetenschappelijke gegevens en de andere informatie in het dossier van de aanvraag overeenkomstig artikel 14, lid 2, mogen gedurende zeven jaar vanaf de datum van vergunningverlening niet ten behoeve van latere aanvragers worden gebruikt, tenzij de latere aanvrager met de eerdere aanvrager is overeengekomen dat die gegevens en informatie wel mogen worden gebruikt, indien: 1. Met betrekking tot de gezondheidsclaims waarvoor toestemming is verleend op grond van door eigendomsrechten beschermde gegevens mogen de wetenschappelijke gegevens en de andere informatie in het dossier van de aanvraag overeenkomstig artikel 14, lid 2, gedurende zeven jaar vanaf de datum van vergunningverlening niet ten behoeve van latere aanvragers worden gebruikt, tenzij de latere aanvrager met de eerdere aanvrager is overeengekomen dat die gegevens en informatie wel mogen worden gebruikt, indien: Verduidelijking. Amendement 37 Artikel 19, lid 2 bis (nieuw) 2 bis. De leden 1 en 2 sluiten niet uit dat de latere aanvrager een vergunning krijgt PE 338.436 24/42 PA\513633.doc

indien een gezondheidsclaim waarvoor deze aanvrager een aanvraag indient zou worden goedgekeurd op grond van door eigendomsrechten beschermde gegevens of op grond van enige andere wetenschappelijke gegevens en niet door eigendomsrechten beschermde informatie die bij de aanvraag zijn gevoegd, indien deze gegevens of informatie volstaan om de gezondheidsclaim goed te keuren. De bepaling die een periode van zeven jaar voor gegevensbescherming en marktexclusiviteit voor gezondheidsclaims op grond van door eigendomsrechten beschermde gegevens mogelijk maakt is welkom. De bedoeling van de Commissie is echter niet volkomen duidelijk. In het voorstel wordt bijvoorbeeld niet toegelicht of twee producenten die een dossier met hetzelfde ondersteunende materiaal indienen beiden een dergelijke exclusiviteit genieten en of andere aanvragers een vergunning geweigerd zou worden. Lid 3 dient daarom ter verduidelijking van dit punt. Amendement 38 Artikel 19, lid 2 ter (nieuw) 2 ter. De leden 1 en 2 zijn van toepassing op aanvragen op grond van door eigendomsrechten beschermde gegevens, ongeacht de volgorde van prioriteit waarin dergelijke informatie is ingediend. De bepaling die een periode van zeven jaar voor gegevensbescherming en marktexclusiviteit voor gezondheidsclaims op grond van door eigendomsrechten beschermde gegevens mogelijk maakt is welkom. De bedoeling van de Commissie is echter niet volkomen duidelijk. In het voorstel wordt bijvoorbeeld niet toegelicht of twee producenten die een dossier met hetzelfde ondersteunende materiaal indienen beiden een dergelijke exclusiviteit genieten en of andere aanvragers een vergunning geweigerd zou worden. Lid 4 dient daarom ter verduidelijking van dit punt. Amendement 39 Artikel 19 bis (nieuw) Vertrouwelijkheid 1. De aanvrager kan aangeven welke krachtens deze verordening ingediende gegevens en informatie vertrouwelijk PA\513633.doc 25/42 PE 338.436

dienen te worden behandeld aangezien de openbaarmaking van die gegevens en informatie een aanzienlijke nadelige invloed kan hebben op zijn concurrentiepositie. In dit geval moeten verifieerbare redenen worden aangevoerd. 2. De Commissie stelt na overleg met de aanvrager vast welke gegevens en informatie, met uitzondering van de in lid 3 genoemde gegevens en informatie, vertrouwelijk moeten worden behandeld en brengt de aanvrager op de hoogte van haar beslissing. 3. De volgende gegevens en informatie worden niet als vertrouwelijk beschouwd: a) benaming en essentiële kenmerken van het levensmiddel dat eigenschappen bezit die van invloed zijn op de gezondheid; b) de conclusies van de onderzoeken die zijn uitgevoerd op modellen in vitro, dieren en mensen, waar passend, die van belang zijn voor de evaluatie van de gevolgen van het levensmiddel en de bestanddelen daarvan op de menselijke voeding en gezondheid; c) methoden voor detectie en kwantificering van wezenlijke kenmerken van het levensmiddel of bestanddelen daarvan, die nodig kunnen zijn ten behoeve van officiële controle. 4. Onverminderd het bepaalde in lid 2 verstrekt de Autoriteit alle informatie waarover zij beschikt op verzoek aan de Commissie en de lidstaten, inclusief gegevens en informatie die krachtens lid 2 als vertrouwelijk zijn aangemerkt. 5. De Autoriteit past de beginselen toe van Verordening (EG) nr. 1049/2002 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, wanneer zij aanvragen behandelt voor toegang tot documenten die in haar bezit zijn. 6. De lidstaten, de Commissie en de PE 338.436 26/42 PA\513633.doc