Capture Argo Handleiding. Versie 21.1.5

Vergelijkbare documenten
Capture Polar Handleiding. Versie 2.11

Net2 kaarten bedrukken

AN1034-NL Net2 kaarten bedrukken

Net2 kaarten bedrukken

PAGINATITEL SNELTOETSEN

Aan de slag met AdminView

Beschrijvings SW gebruikers handleiding (V1.1) Voor Apple Macintosh computers Voor Macintosh Computer

AN0016-NL. Een plattegrond toevoegen. Overzicht. Een plattegrond toevoegen

Head Pilot v Gebruikershandleiding

Doe het zelf installatiehandleiding

13. Symbool-, Lijnstijlbibliotheek (Resource Editor)... 1

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 4) Handicom, 2011, Nederland

Gebruikershandleiding

Product Documenten ( ) Product type: pcon.planner Sneltoetsen

Priva Blue ID Network scanner / Syslog Tool

Na het inloggen met de gegevens die je hebt gekregen, verschijnt het overzichtsscherm zoals hieronder:

Handleiding Adscan 2 (Beta) Datum:

MagicQ Visualiser. Inleiding

AN0019-NL. Videorapporten gebruiken. Overzicht. Algemene bediening. Tijdlijn

HTA Software - Klachten Registratie Manager Gebruikershandleiding

Verkleinen- en uploaden van beelden

Windows 8, Windows 8.1, deel II

Handleiding voor de update naar TouchSpeak 10 op Windows XP

Handleiding NarrowCasting

Google Drive: uw bestanden openen en organiseren

IMPACTXRM CRM GENERAL GEBRUIKERSHANDLEIDING. IMPACTXRM NV Zuidleiestraat 12/1b 9880 Aalter 0032 (50)

Globale kennismaking

NACSPORT TAG&GO HANDLEIDING Eigenschappen knop

Basis Live Mode Functies Je kan eenvoudig camerabeelden bekijken in een layout naar keuze. Kies een layout bovenaan het scherm, in de Live Mode.

1. Inleiding. 1. Inleiding Installatieprocedure De installatie van LisCAD Licentieprocedure...

Elementen bewerken. Rev 00

I. Vorming 4-5 (3&10/05/2012)

PICASA PICASA. FOTOBEWERKING Een handleiding Computertraining voor 50-plussers

2. Wanneer moet ik een afbeelding verkleinen?

Prezi. een handleiding voor beginners. door Chris Goevaerts

Tekenen met Floorplanner

Wordpress handleiding LOA Lak B.V.

Symbol for Windows BlissEditor

Start de applicatie op om naar het inlogscherm te gaan. Onthoudt mijn gegevens

Comic Life: Maak een fotostrip in de klas

Werken met PIXresizer:installeren

Handleiding Albupad - Album Page Designer versie 1700

Les in Flash nr. 2: Jouw eerste Flash film

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken

1 van :43

TMC Summerschool 2019 Workshop LumenRT

1. Introductie 2. Omschrijving 2 Omschrijving van de onderdelen (voorzijde) Algemeen 3

Handleiding Sportlink Club

Ga naar en log in met de gebruikersnaam en wachtwoord verkregen via mail.

Inventus Software. Antum Secured Mail / Message System. Gebruikershandleiding

Handleiding Picasa. Inleiding Verwijderen, verplaatsen en hernoemen Opzoeken Importeren Selecties maken Opslaan...

Upgrade Accowin van versie 1 naar versie 2

Menu. Open een document. Zoomen. Het Claro Boeklezer's menubalk bevat een aantal nuttige functies.

Fuel. Handleiding voor installatie en gebruik

Contict Drive Versie 3.0 Laatst herzien: juni 2016

Demo Sweetlight. 04 maart 2014 Niels Vanmarcke

Handmatig je lokale mailbox migreren

1 Inleiding 1 / 24. DATUM UITGIFTE : DATUM HERZIENING : Gebruikershandleiding ivms-4200-client 2.0 HIKVISION

Handleiding Zorgverzekeraar Winmens versie 7.29

Inloggen. In samenwerking met Stijn Berben.

Handleiding Albupad - Album Page Designer versie 1600

Deel 7: PowerPoint. Presentaties gemakkelijker maken

2 mei Remote Scan

Manager. Doro Experience. voor Doro PhoneEasy 740. Nederlands

Handleiding Webviewer Radiologie PatientPortal

Installatie handleiding Reinder.NET.Optac

Web Presence Builder. Inhoud

Hoe werkt u met een Bordboek Plus?

Monteren van een STOP MOTION filmpje ADOBE PREMIER Stap 1: Hoe start je een nieuw project.

Hoofdstuk 16: Grafieken en diagrammen: hoe

Handleiding VirtualBox

INSTALLATIE IN PRINT INSTALLEREN. Aan de slag met Communicate In Print

Firmware Upgrade Utility

In dit document staat beschreven hoe je de meetgegevens vanuit Coach kunt opslaan en later in kunt lezen in Excel en hier een grafiek van kunt maken.

Bestanden ordenen in Windows 10

Welkom bij BOEKLEZER

Windows Movie maker. Inhoud. 1. Installeren van Windows Movie Maker. FILM

Handleiding Remote Engineer Client

Handleiding FlatFix Fusion Calculator (BETA 1.3.1)

GEEF UW INVESTERINGEN EEN BOOST MET LIVE TRADER

RIE Vragenlijst Editor

mailgroep photoshop Copyright Lesje: Stel je eigen kamer samen -

Handleiding voor bloemenboek (open boek)- PP 2007

Besturingssystemen Windows Verkenner

Handleiding Nieuwe versie Wikiwijs Maken. Overzicht van veranderingen en nieuwe functionaliteiten

Cloud2 Online Backup - CrashplanPRO

Hoofdstuk 1 Afbeeldingen scannen via Intramed OnLine

Voer uw gegevens in en tik 'Account maken' Tik 'Akkoord' voor het accepteren van de gebruiksvoorwaarden

27/08/2007. Lut Ronsmans

PREZI (

ActiveBuilder Handleiding

Google Drive: uw bestanden openen en ordenen

Door velen wordt Photoshop beschouwd als de industriestandaard voor zowel drukwerk en DTP als voor het web wat betreft digitale beeldbewerking.

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 3) Handicom, 2006, Nederland

MATHBUILDER-SOFTWARE. MathBuilder-software. MoreToMath-software in de klas. Systeemvereisten

MEDIABIBLIOTHEEK HANDLEIDING. OTYS Recruiting Technology

Inloggen in AccountView online voor Mac OS 30 april 2015 versie 9.1 en hoger

Central Station. CS website

EBUILDER HANDLEIDING. De Ebuilder is een product van EXED internet EXED CMS UITLEG

Transcriptie:

Capture Argo Handleiding Versie 21.1.5 Laatst bewerkt: 14.07.2015

Pagina 2 van 102 v20.1.8 Inhoud 1 Inleiding... 5 1.1 Microsoft Windows XP/Vista/7/8/10 installatie... 5 1.2 Mac OS X installatie... 5 1.3 De licentie key-file... 5 1.4 Beperkingen demoversie... 6 1.5 Bibliotheek updates... 6 1.6 Support... 6 2 Installatie software... 7 2.1 Aan de hand van een ontvangen key-file ticket... 7 2.2 Installatie aan de hand van een ontvangen key of installatie 2 e licentie 8 2.3 Verwijderen licentie en/of overdragen naar andere computer... 9 3 De Capture interface... 10 3.1 Hoofdmenu... 10 3.2 Software opties... 11 3.3 Toetsenbord snelkoppelingen... 13 3.4 Simulator venster settings... 14 3.5 De navigator... 20 3.5.1 Camera manipulatie... 20 3.5.2 Object manipulatie... 22 3.5.3 Invoegpunt... 23 3.5.4 Nummering groep... 24 3.5.5 Nummering circuit... 24 3.5.6 Sequentieel patchen... 24 3.5.7 Nummering apparaten... 25 3.5.8 Patching ongedaan maken... 25 3.5.9 Transformeer... 25 3.5.10 Aligneer... 26 3.5.11 Gelijke spreiding... 26 3.5.12 Kloon... 27 3.5.13 Verwijder... 27 4 Het project venster... 28 4.1 Render instellingen... 29 5 Object manipulatie... 30 6 Apparaten... 34

Pagina 3 van 102 v20.1.8 6.1 Kleurenfilter toevoegen aan conventioneel licht... 35 6.2 Gobo toevoegen aan profielspot... 35 6.3 Patchen... 36 6.4 Universes... 37 6.5 Fixture settings... 38 6.6 Omwisselen van fixtures... 39 6.6.1 Custom gobo/kleuren wielen... 40 6.7 Manueel instellen functies van een fixture... 41 7 Gebruik van materialen... 42 7.1.1 Mappen van materialen... 43 8 Video projectors en digitale lichten... 44 8.1 Weergave video via video projector... 45 8.2 Patchen van video players op DMX... 46 8.3 LED schermen... 47 9 Lagen en lagen sets... 50 9.1 Gebruik van lagen... 50 9.1.1 Gebruik van lagen sets... 51 10 Gebruik van scènes... 52 11 Plots en papierwerk... 54 11.1 Plots... 54 11.1.1 Plot opties... 55 11.1.2 Fixture eigenschappen i.v.m. plots... 55 11.1.3 Plot stijlen... 56 11.1.4 Exporteren plots... 56 11.2 Rapporten... 61 12 Gebruik van CITP media bronnen... 62 12.1 Overzicht verbindingen... 63 12.2 Media servers... 64 12.2.1 DESKTOPSTREAMER... 64 13 Fonteinen... 69 14 DMX bewegingscontrollers... 70 14.1 Gebruik van DMX bewegingscontrollers... 70 14.2 Toevoegen van een DMX Mover... 71 14.3 Toevoegen van een DMX Rotator... 73 14.4 Patchen van een bewegend element... 76 14.5 Verschillende modes:... 76 14.6 Motion Construct bewegend element... 77 15 Geavanceerde bestand menu functies... 78 15.1 Gebruik maken van de importeer model tool... 78

Pagina 4 van 102 v20.1.8 15.2 Gebruik maken van de importeer data tool... 79 15.3 Importeren van andere formaten... 80 15.3.1 Autodesk DXF/DWG... 80 15.3.2 3D Studio 3DS... 80 15.3.3 LightWave OBJ... 80 15.3.4 Sketchup SKP... 80 15.3.5 Importeren SKP/DWG/DXF/3DS/OBJ... 81 15.4 Gebruik maken van de exporteer data tool... 84 15.5 Gebruik van de export focus documenten tool... 85 16 Exporteer als presentatie... 86 17 Momentopname... 87 17.1 Beeld opnemen... 87 17.2 Film opnemen... 88 18 Screenshot maken (foto rendering)... 89 19 Metingen... 90 19.1 Afstand meten tussen twee punten... 90 19.2 Hoek meten tussen drie punten... 92 20 Capture koppelen met ChamSys... 94 21 Oplossingen voor problemen... 98 21.1 Graphics en video gerelateerde problemen... 98 21.2 IP Netwerk problemen... 98 21.3 Wat indien uw Windows/Mac PC niet verbonden is met een netwerk. 99 21.3.1 Hardware oplossing werkende voor Pc en Mac:... 99 21.3.2 Software oplossing:... 99 21.4 Mac OS X netwerk probleem...100 22 Links...101 23 Contact gegevens...102

Pagina 5 van 102 v20.1.8 1 Inleiding Deze handleiding dient als één van de primaire tools voor de installatie en werking van de Capture Argo software. Capture Sweden s e-mail support en online web forum zijn beschikbaar als belangrijke ondersteuning van deze handleiding. http://www.capturesweden.com Bezoek de website regelmatig voor software updates en belangrijke productinformatie. Denk er ook aan om ons te verwittigen indien uw e-mail adres verandert omdat dit ons primair communicatiekanaal is! 1.1 Microsoft Windows XP/Vista/7/8/10 installatie Capture Argo kan eenvoudig geïnstalleerd worden via het MSI installatiepakket dat beschikbaar is op onze website. Vooraleer te beginnen met de installatie controleert u best of u beschikt over de laatste versie van het installatiepakket. Eens u het MSI installatiepakket gedownload hebt, dubbelklikt u eenvoudig op de file om de installatie te starten. Krijgt u de keuze tussen installatie voor Just for me of For Everyone, dan raden wij aan dat u optie Just for me neemt i.p.v. For everyone. Voert u de installatie uit als administrator op een computer die gebruikt wordt door meerdere gebruikers, dan moet u kiezen voor de For everyone optie. Maar wees voorzichtig om dit altijd te kiezen omdat Microsoft s installatiesysteem in Windows kan verward geraken in dit geval. 1.2 Mac OS X installatie Capture wordt verdeeld als een.app pakket binnenin een.dmg (Disk Image) dat beschikbaar is op onze website. Eens gedownload, kan het gestart worden van om het even welke locatie. Bij het starten wordt automatisch de laatste versie van de bibliotheek geïnstalleerd indien nodig (het is zelfs mogelijk meerdere software versies op één systeem staan te hebben, maar zij zullen allen steeds de laatste versie van de bibliotheek gebruiken). 1.3 De licentie key-file Capture licenties worden aangeboden op een persoonlijke basis, dit betekent dat het mogelijk is de key-file te gebruiken op meer dan één computer. Maar, elke installatie vereist een aparte deblokkering (unlock) van de key-file, zodat wij uw Capture installaties kunnen opvolgen. Indien u een Capture licentie aangekocht hebt en de key-file ontvangen hebt, dient u deze te installeren. Dit wordt gedaan van in Capture; open de licentie dialoog via het hulpmiddelen menu en klik op Licentie Installatie licentie sleutel. Eens u de key-file geïnstalleerd hebt op uw computer, dient u deze te deblokkeren. Indien u toegang hebt tot internet, kunt u klikken op de Ontgrendeling via internet toets, anders klikt u op de Manueel ontgrendelen toets en volgt u de instructies op het scherm. Het manuele ontgrendelingsproces kan enige tijd duren omdat het een manuele interventie vereist van het Capture Sweden personeel, maar zij zullen u zo snel mogelijk helpen.

Pagina 6 van 102 v20.1.8 1.4 Beperkingen demoversie De demo versie van Capture bezit twee (en geen andere) beperkingen: De bewaar functie is uitgeschakeld. De software zal slechts 90 minuten werken, nadien dient u de software te herstarten. Er zijn geen beperkingen op gebied van verbinding met consoles of Media servers of het aantal universes beschikbaar voor visualisatie. 1.5 Bibliotheek updates Bibliotheek updates zijn constant beschikbaar op onze website, http://www.capturesweden.com. Indien u gevraagd hebt om toestellen toe te voegen aan de bibliotheek, dan is dit de plaats waar u een upgedate bibliotheek kan downloaden, wanneer wij u gemeld hebben dat uw aanvraag verwerkt is. Elke nieuwe versie van Capture bevat ook de laatste beschikbare bibliotheek. 1.6 Support Ondersteuning voor klanten wordt geboden via e-mail en het online web forum op http://www.capturesweden.com. Onder speciale omstandigheden kunnen wij ook contact nemen via telefoon, Skype of MSN. Indien u een vraag hebt betreffende de functies of manier van werken, e-mail ons dan op één van de volgende e-mail adressen: support@capturesweden.com (Engelstalig) of support@avl.be (Nederlands- of Franstalig). Vindt u een fout in de bibliotheek of wenst u een nieuw apparaat te laten opnemen in de bibliotheek, mail dan naar library@capturesweden.com (Engelstalig) of mailto: support@avl.be (Nederlands- of Franstalig). Voor een snelle respons vragen wij u om gebruik te maken van één van deze e-mail adressen. Hier zijn enkele zaken die wij u steeds zullen vragen om uit te voeren, alvorens wij u verder kunnen helpen: Indien u een Microsoft Windows gebruiker bent, zorg er dan voor dat u de laatste beschikbare service packs en hot fixes via Windows Update geïnstalleerd hebt. Indien u problemen ondervindt met de grafische weergave, zorg er dan ook voor dat de harde schijf gedefragmenteerd is omdat dit invloed kan hebben op bepaalde drivers. Controleer dat u de laatste drivers hebt voor uw computer componenten en vooral voor uw grafische kaart. Controleer of u de laatste versie van Capture en de laatste bibliotheek geïnstalleerd hebt.

Pagina 7 van 102 v20.1.8 2 Installatie software 2.1 Aan de hand van een ontvangen key-file ticket 1. Download de laatste demo van Capture Argo op de website: www.capturesweden.com of www.avl.be. Zorg ervoor dat u voor PC de Windows versie neemt en voor MAC de Mac versie! 2. Installeer de demo en test eerst of alles perfect werkt op de PC/MAC, ook de visualisatie. Op deze manier bent u zeker dat de hardware van de PC voldoet. 3. De grafische kaart is het meest belangrijke. Neem een kijkje op de volgende link: http://www.videocardbenchmark.net/high_end_gpus.html. Een PassMark G3D van 2000 of meer kan beschouwd worden als de absolute minimum vereiste prestatie voor Capture. Maar in praktijk zullen de actuele vereisten sterk variëren van de manier waarop u Capture gebruikt en de grootte van uw projecten. 4. Start de Capture Argo Software. 5. Klik op Hulpmiddelen licentie en het volgende venster wordt geopend: 6. Klik op Aanvragen license key file. 7. Vul hier de Key-File ticket tekst in die u ontvangen hebt. Naam, e-mail en land. Het e- mail adres zal gebruikt worden om u in de toekomst te verwittigen indien er een nieuwe versie is. Eens alles ingevuld is, klikt u op License key file aanvragen. De key file wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd in de key folder van Capture.

Pagina 8 van 102 v20.1.8 8. Wijzig de ontvangen.cky key niet van naam! 9. Klik nu op Ontgrendeling via internet. Eens dit gedaan, is de software gebruiksklaar. 10. Bewaar de ontvangen sleutel op een veilige plaats, stuur desnoods een kopie van deze sleutel naar AVL als back-up. 11. Herstart Capture Argo demo melding moet verdwenen zijn en uw versie van Capture Argo is geactiveerd en kan volledig gebruikt worden. 12. U mag Capture Argo installeren op twee Pc s/mac s. 13. Om van start te gaan bekijkt u eerst best de filmpjes via de volgende link: http://www.capturesweden.com/default.aspx?tabid=75 Deze geven u een idee hoe te werk te gaan. 2.2 Installatie aan de hand van een ontvangen key of installatie 2 e licentie 1. U hebt een file ontvangen welke eindigt op.cky. 2. Indien het om een 2 e installatie gaat en u deze.cky niet terug vindt, ga dan naar Hulpmiddelen licentie en het volgende venster wordt geopend: 3. Klik op exporteer license key file. 4. Geef de locatie waarop u deze file wil opslaan. 5. Transfereer deze naar de andere computer. 6. Wijzig de ontvangen.cky key niet van naam! 7. Ga naar Hulpmiddelen licentie. 8. Klik op Installatie licentie sleutel. 9. Vewijs hem naar de plaats waar u de licentie sleutel geplaatst hebt. 10. Klik op ontgrendeling via internet. 11. Deze Capture licentie is nu ook klaar voor gebruik.

Pagina 9 van 102 v20.1.8 2.3 Verwijderen licentie en/of overdragen naar andere computer 1. Ga naar Hulpmiddelen licentie en het volgende venster wordt geopend: 2. Klik op exporteer license key file indien u de key file niet meer terug vindt. 3. Geef de locatie waarop u deze file wil opslaan. 4. Klik nu op Verwijder licentie sleutel, de sleutel zal verwijderd worden van deze PC en de installatie wordt ongedaan gemaakt. 5. Transfereer deze naar de andere computer. 6. Op de andere computer, ga naar Hulpmiddelen licentie. 7. Klik op Installatie licentie sleutel. 8. Vewijs hem naar de plaats waar u de licentie sleutel geplaatst hebt. 9. Klik op ontgrendeling via internet. 10. Deze Capture licentie is nu ook klaar voor gebruik.

Pagina 10 van 102 v20.1.8 3 De Capture interface Hoofdmenu Simulator vensters Navigator Simulator settings Project venster 3.1 Hoofdmenu Het hoofdmenu is beschikbaar links bovenaan. De grootte is zo klein mogelijk gemaakt om het storend element minimaal te houden. In het Bestand menu zult u de basis commando s vinden voor het openen, bewaren en sluiten van Capture project files. De Importeer model functie wordt gebruikt om andere project files parallel te openen en u toe te laten om items te kopiëren, uit andere projecten, naar het project waarin u werkt (wat gedaan wordt via de pijl navigator toets). De Import data functie laat u toe om een verscheidenheid aan bestandsformaten, van andere programma s binnen te lezen, alsook specifieke project data zoals fixture patch, gewicht, enz. De Exporteer model functie laat u toe het project te bewaren in DXF of DWG formaat. Op deze manier kan uw project ook nog bewerekt worden in andere software dan Capture. De Exporteer data functie laat u toe om specifieke project data zoals fixture patch, gewicht, enz. weg te schrijven in een.csv bestand. Op deze manier kunt u all gegevens ook gebruiken in andere software pakketen.

Pagina 11 van 102 v20.1.8 De Export focus documenten functie creëert een set van beelden, één per toestel (of zoals geconfigureerd in de configuratie dialoog), wat u een beeld geeft van de openingshoek van de spots. Het verwacht dat u een folder aanduidt waar de beelden geplaatst mogen worden. De Exporteer presentatie functie creëert een executable file die uw project zal lanceren, dat opgeslagen is binnen de file, en het alpha venster zal getoond worden. Presentaties worden meestal gebruikt voor het bekijken, of laten visualiseren/voorprogrammeren van het project door niet Capture bezitters of als presentatietool. In het Editeer menu vindt u toegang tot de ongelimiteerde ongedaan maken en opnieuw uitvoeren commando s. Het Hulpmiddelen menu geeft u toegang tot het Opties venster en het vertalingsvenster. Software versie informatie en extra helpbronnen zijn beschikbaar in het Help menu. 3.2 Software opties De software opties zijn beschikbaar via het Hulpmiddelen/Opties.. menu commando en ze zijn opgesplitst in 2 categorieën. Onder de Algemeen tab kunt u de taal wijzigen van de gebruikersinterface in Capture. Standaard zal deze de instellingen volgen van uw computer operating system. Taal bepaalt de taal van de gebruikersinterface. Standaard neemt deze de taal van het operating system. Maatstelstel laat u kiezen tussen metrisch en Engels. Standaard neemt deze het stelsel van het operating system. De Negeer C: drive optie is belangrijk bij Microsoft Windows machines welke hun Windows installatie staan hebben op een andere drive dan de C:\. Controleer voor updates, indien ingesteld op ja, gaat Capture steeds kijken of er al dan niet een nieuwe software versie beschikbaar is van Capture, bij het opstarten van de software en indien er een internet verbinding beschikbaar is. De Live update transformaties optie aanschakelen zorgt ervoor dat alle simulatie vensters in eens upgedate worden bij het verplaatsen of roteren van objecten. Het blokkeren van lagen is handig wanneer u wilt voorkomen dat er per ongeluk wijzigingen gebeuren aan vaste items, zoals de constructie van uw zaal. De Vergrendeling lagen niet selecteerbaar optie gaat nog één stap verder en voorkomt zelfs dat u deze items kunt selecteren. De Toon navigatie bij externe selectie is een functie voor de gebruikers die over een console beschikken die toelaat om toestellen te selecteren vanaf de console. Indien

Pagina 12 van 102 v20.1.8 ingesteld op Neen, zal dit enkel de toestellen highlighten in het rood en de navigator met de commando toetsen niet tonen. De grootte van het navigator rotatie anker kan gewijzigd worden met de Rotatie hoek boog en Rotatie lengte boog opties. De snap rotatie hoek kan ingesteld worden via de Rotatie snap hoek optie. De navigator snap (koppel) functie is geactiveerd met een kleine vertraging om ongewenst snappen te voorkomen en de gebruiker de keuze te geven of hij al dan niet items wil koppelen. Deze vertraging wordt ingesteld via de Snap Timeout optie. De Verbindingen tab bevat opties voor de console en media server verbindingen. Het kan belangrijk zijn om het geprefereerde netwerk adres van een machine in te stellen indien deze meerdere netwerkkaarten bevat, dit om er zeker van te zijn dat Capture gaat kijken naar de juiste netwerkkaart voor dat wel bepaald netwerk protocol. Maar het is niet aangeraden om de CITP Compatible mode in te schakelen omdat u dan geen verbinding kunt maken met nieuwere consoles, tenzij u natuurlijk nog een oudere console gebruikt die het nieuwere CITP protocol niet ondersteunt. U kunt hier ook het inkomende CIPT Videoformaat wijzigen voor CIPT communicatie. Standaard, Art-Net, sacn (E1.31), Compulite VC, ETC Net 2, HippoMap (HMap3), Lan Box, Lasergraph DSP en PangolinLD staan allen ingesteld op Automatisch. In het geval dat uw computer meer dan één netwerkkaart heeft (vaste kaart + draadloos)kan het nodig zijn om de Automatische instelling te wijzigen in een specifiek adres dat beschikbaar is voor het relevante protocol. Tot de verbindingsopties krijgt u ook toegang door rechts te klikken in de Externe universes sectie van het project venster.

Pagina 13 van 102 v20.1.8 3.3 Toetsenbord snelkoppelingen De volgende globaal toepasbare snelkoppelingen zijn beschikbaar: O S Z Y Open project Bewaar project Undo (laatste bewerking ongedaan maken) Redo (laatste bewerking opnieuw uitvoeren) De volgende simulator venster snelkoppelingen zijn beschikbaar: 1 Bovenaanzicht 2 Vooraanzicht 3 Zijaanzicht 4 Perspectief 5 Orthografisch Q W E F9 ENTER G B T C DEL A V I CAD mode Live mode Papier mode Schakelen tussen percent en DMX waarde voor de level blokken Toon eigenschappen van geselecteerde objecten Groepeer de geselecteerde objecten Verbreek de groep in geselecteerde objecten Transformeer geselecteerde objecten Kloon geselecteerde object Verwijder de geselecteerde object Aligneer de geselecteerde objecten Spreidt de geselecteerde objecten Bewaar beeld SHIFT Object selecteren of anker selecteren en dan Shift toets ingedrukt houden laat u toe het item te verplaatsen volgens één bepaalde as

Pagina 14 van 102 v20.1.8 3.4 Simulator venster settings Eens een project aangemaakt of geopend is, zal het hoofdvenster verdeeld worden in 4 sub vensters, zijnde drie simulatievensters (genaamd Alpha, Beta en Gamma) en het Project venster. De simulator vensters kunnen geconfigureerd worden zoals u wilt, de volgende sectie zal de beschikbare modes en opties bespreken, maar in ons voorbeeld hier is het Alpha zicht ingesteld op bovenaanzicht en CAD mode. Dit betekent eigenlijk dat u in 2D kijkt, van bovenaf, op alle objecten in het gebied. CAD mode voorziet een X en Y center punt markering en een zichtbare grid die kan helpen bij het plaatsen van objecten. Beta zicht is ingesteld op vooraanzicht, wat betekend dat u in 2D kijkt, rechtop op alle objecten in het gebied, ook in CAD mode. Gamma zicht is ingesteld op perspectief en live mode. Dit maakt van het gamma venster een 3D venster. Elk van deze vier vensters kan gemaximaliseerd worden door dubbel te klikken op de titel bar of door gebruik te maken van de toets. De vensters kunnen ook losgekoppeld worden door gebruik te maken van de toets (welke zeer handig is bij een opstelling met meerdere monitors). De simulator vensters voorzien navigatie en manipulatie functies via de navigator, welke verdeeld is in een rood en groen gedeelte. Lees hier meer over in de hiervoor gemaakte hoofdstukken.

Pagina 15 van 102 v20.1.8 Zoals al besproken in de vorige sectie, heeft Capture drie simulator vensters. Deze vensters kunnen geconfigureerd worden zoals u wilt. Configureren van een simulator venster wordt gedaan via de groene navigator sleutel. Bovenaanzicht Vooraanzicht Zijdelingszicht Perspectief Orthografisch CAD Live Papier Raster Venster is georiënteerd alsof u naar beneden kijkt Venster is georiënteerd alsof u naar voor kijkt Venster is georiënteerd alsof u langs de zijkant kijkt Optie om een object te kunnen bekijken in elke richting Orthografisch is zoals een 3D zicht, maar zonder het perspectief effect waarbij de objecten smaller worden volgens de afstand CAD zicht voorziet een X/Y center punt en een grid voor het plaatsen van uw objecten Live 3D zicht Papier mode wordt gebruikt bij het aanmaken van plots Activeert/deactiveert het raster/grid Labels Schakelt tussen onzichtbaar, nummer en blok + nummer Live informatie Camera s Verborgen objecten Kwaliteitsinformatie Zoom naar Omtrek Bewaar beeld Live informatie voorziet toestellen met programmatie informatie zoals shutter en kleurenmix status Schakelt de zichtbaarheid van de camera aan/uit Schakelt verborgen objecten aan/uit Schakelt fps en kwaliteitsinformatie aan/uit voor dat zicht Vervangt de Reset camera optie en zoomt naar de camera positie waarbij het hele project zichtbaar wordt Bewaar een beeld van dat zicht

Pagina 16 van 102 v20.1.8 Sommige settings zijn niet beschikbaar in de navigator. Extra instellingen voor elk venster zijn beschikbaar in de Ontwerp tab van het project venster. Er is één item per venster aan de linkerzijde, en eens geselecteerd, zullen meer eigenschappen verschijnen aan de rechterzijde. De Lagen set eigenschap laten u toe om de lagen set te kiezen voor filtering van lagen in het venster (wanneer leeg, zal geen lagenfiltering uitgevoerd worden). De Level blokken eigenschap wijzigt de manier waarop de labels in de blokken worden weergegeven zodat zij ofwel het toestelnummer tonen, ofwel de dimmerwaarde tonen voor elk toestel. De snelkoppeling hiervoor is F9 en kan gebruikt worden om te schakelen tussen de twee mogelijkheden (in het venster waarop de focus staat). De rasterbreedte en rasterhoogte bepalen de afstand tussen twee rasterlijnen. De gezichtsveld (Verticaal) eigenschap laat u toe de openingshoek te bepalen van het zicht van de camera. De hoogte-breedteverhouding van een venster kan ingesteld worden op 4:3, 16:9, of bepaald door het gezichtsveld. De helderheid, belichting, haze en Laser flikker instellingen laten u toe het uitzicht te wijzigen van een venster in Live mode. Indien u de Eenvoudige graphics optie gebruikt, dan zullen helderheid en belichting vervangen worden door licht apparaten en verschil in licht apparaten.

Pagina 17 van 102 v20.1.8 SidebySide 3D laat u het scherm in een 3D weergave mode te schakelen. Indien uw monitor 3D weergave ondersteund via Side by Side, kunt u op deze manier uw project in 3D bekijken. Antialiasing laat u toe om te kiezen voor een, x4 en x9 antaliasing. Hoe hoger de antialiasing des te beter dat objecten, afbeeldingen en video s worden weergegeven indien deze te veel uitgezoomd zijn. Zie aflijning box in de voorbeelden hieronder. Geen x4 x9

Pagina 18 van 102 v20.1.8 Bloem Effect laat u toe om het bloem effect van een spot in te stellen. Links met bloem effect op100%, rechts 0% Laser flikker effect laat u toe om het flikkeren van de laser simulatie aan/uit te schakelen. Omgevingslicht: laat u toe het omgevingslicht aan te passen. 0% is helemaal donker, 100% is veel omgevingslicht. Automatische belichting: laat Capture toe om automatsich de belichting bij te sturen. Aanpassing belichting: laat u toe om de belichting aan te passen. Haze/nevel: geeft de hoeveelheid haze/rook weer. Deze waarden kunnen ook meer dan 100% ingesteld worden. Haze/nevel contrast: 0% is mooie egale lichtbundels, hoe hoger de waarde minder egaal de lichtbundels worden, de nevel is dan minder gelijk verdeeld. Haze/nevel snelheid: bepaalt hoe snel de nevel zich verplaatst Haze/nevel contrast: 0% Haze/nevel contrast: 100%

Pagina 19 van 102 v20.1.8 Het is mogelijk om een venster te bedienen via DMX. Dit kan bekomen worden door ofwel manueel een Patch universe/kanaal toe te kennen, of door het venster te slepen van de linkerzijde van de ontwerp tab naar een kanaal in een universe venster, of door het camera zicht te slepen vanuit een simulator venster naar een kanaal in het universe venster. De Patch mode optie kan gebruikt worden om het aantal kanalen te selecteren die door de camera gebruikt worden. Patch Mode laat u kiezen tussen Standaard en Extended Standaard mode Extended mode Kanaal Beschrijving Beschrijving 1 X X 2 X Fijn X Fijn 3 Y Y 4 Y Fijn Y Fijn 5 Z Z 6 Z Fijn Z Fijn 7 Pan Pan 8 Pan Fijn Pan Fijn 9 Tilt Tilt 10 Tilt Fijn Tilt Fijn 11 Pitch Pitch 12 Pitch Fijn Pitch Fijn 13 Zoom Zoom 14 Omgevingslicht Omgevingslicht D15 Licht apparaten Licht apparaten 16 Atmosfeer Atmosfeer 17 Lagen set* 18 Scène* * 0-3 = Slot 1 4-7 = slot 2 252-255 = slot 64 Lagen set en scène bediening dient extra geconfigureerd te worden met hun Controle slot eigenschappen. Het is mogelijk te kiezen tussen maximaal 64 lagen sets en 64 scènes.

Pagina 20 van 102 v20.1.8 3.5 De navigator De navigator is één van de hoofdtools van Capture. De navigator wordt gebruikt voor 2 primaire functies - navigatie en manipulatie. 3.5.1 Camera manipulatie De navigator is aanwezig in de rechter benedenhoek van de Alpha, Beta en Gamma zichten. De wordt gebruikt om het zicht te manipuleren op gebied van wijzigen van het camerapunt en zoom binnen het venster, als ook toegang geven tot de zicht settings via de groene sleutel. Groen navigatie Rood manipulatie Zoals al vermeld, de navigator vindt u terug rechts onderaan van het zicht en wordt primair gebruikt voor camera manipulatie. De eerste toets, een kruis met pijltjes, laat u toe zich te verplaatsen in het zicht. In een venster ingesteld op orthografisch, vooraanzicht, bovenaanzicht of zijaanzicht, de toets ingedrukt houden en de muis bewegen, om de rond de X en Y as te bewegen. In één van deze 2D zichten, indien u de toets ingedrukt houdt en u beweegt de muis naar boven, dan zal het zicht deze beweging volgen, indien u de toets ingedrukt houdt en de muis beweegt naar links of naar rechts dan, dan zal het zicht deze beweging volgen. Combineer deze toets met de Shift en Ctrl toetsen voor verschillende stijlen van navigeren in het driedimensionale zicht, een helptekst zal verschijnen om u bij te staan. Indien uw muis voorzien is van een derde toets (meestal door het indrukken van het scrol-wiel), dan werkt deze toets ter vervanging van deze panorama toetsen. Bekijk hoe het focus punt van het venster de rotatie beïnvloedt in een 3-dimensionaal zicht, en hoe dit relateert tot de zoom zoals hieronder beschreven. De tweede toets wordt gebruikt om te zoomen in een zicht. Houdt de toets ingedrukt en beweeg de muis op of neer om de camera in of uit te zoomen. Opnieuw, gebruik de Shift en Ctrl toetsen voor verschillende stijlen van het zoomen. De reden voor de verschillende stijlen voor de zoom komt door de mogelijkheid dat u hebt om de camera van het zicht te verplaatsen en eveneens het focus punt van de camera van dat zicht, als het centrum van het 2-dimensionele zicht. Tenslotte, de derde toets biedt toegang tot de settings van het geselecteerde zicht. Extra settings zijn beschikbaar in de ontwerp tab van het project venster.

Pagina 21 van 102 v20.1.8 Alpha zicht camera viewport is gevisualiseerd wanneer geselecteerd, met de camera focus dichtbij het centrum van de box.

Pagina 22 van 102 v20.1.8 3.5.2 Object manipulatie Wanneer u objecten selecteert, binnen één van de alpha, beta, gamma zichten, in Capture; zal een tweede type navigator verschijnen. Wanneer objecten geselecteerd zijn, worden ze rood gekleurd met een rode grid er rond, die een paar toets heeft onderaan. Dit tweede type navigator wordt gebruikt bij de manipulatie van objecten. Objecten kunnen geselecteerd worden door ze aan te klikken met de muis. Gebruik de shift toets om objecten toe te voegen aan uw selectie en de Ctrl toets om individuele object selecties aan of uit te schakelen. Door met de muis te klikken en een groep van objecten te omlijnen, kunt u ze allemaal tegelijk selecteren. Indien u ze omlijnt van links naar rechts, moet het object volledig binnen de omlijning vallen, maar indien u omlijnt van rechts naar links, is het voldoende dat het object gedeeltelijk binnen de omlijning valt om geselecteerd te worden. Verspreidingsgrip Rotatieanker Verplaatsingsgrip Individuele rotatie Groep rotatie Rotatie center Klikken en verplaatsen van de muis om het even waar in de verplaatsingsgrip laat u toe om de objecten te verplaatsen. Dit gebied is opzettelijk groter zodat het gemakkelijk is om items te verplaatsen. Tijdens het verplaatsen van items, kunt u de ortho mode activeren door het drukken van de shift toets. Dit betekent dat u het object verplaatst volgens één van de assen, dus ofwel verticaal ofwel horizontaal. Snappen in de zin van items op een minimale afstand van elkaar brengen is ingebouwd en geactiveerd gedurende het verplaatsen, maar wordt niet uitgevoerd tenzij na een korte vertraging. Wanneer snappen actief is, zal het resultaat van het snappen weergegeven worden met een andere kleur. Klikken en verplaatsen van de muis binnen de verspreidingsgrip (anker) laat u toe om de geselecteerde objecten te verspreiden of naar elkaar toe te brengen, over het ingesteld gebied, op een proportionele manier. De ortho mode is eveneens beschikbaar door het drukken van de shift toets. Dit betekent dat u het anker verplaatst volgens één van de assen, dus ofwel verticaal ofwel horizontaal. Het rotatieanker wordt gebruikt om objecten te roteren. Het kan verplaatst worden rondt het gedefinieerde rotatiecenter en laat zowel individuele rotatie als groep rotatie toe. Indrukken van de shift toets activeert de snap rotatie optie.

Pagina 23 van 102 v20.1.8 De eerste toets is de select/deselect toets. Deze laat u toe om objecten te selecteren of deselecteren, met de toegevoegde volgens laag optie. Gebruikmakend van de volgens laag optie, kunt u alles selecteren of deselecteren binnen de huidige laag. Lagen worden besproken in een ander hoofdstuk. De tweede toets is een andere opties toets, maar in dit geval, erop drukken geeft een lijst weer van alle mogelijke bewerkingen die relevant zijn aan de geselecteerde objecten. De lijst die verschijnt, is context gevoelig, d.w.z. dat selecteren van een licht apparaat andere opties zal weergeven in de lijst dan indien het een truss zou zijn. Elke beschikbare optie/commando wordt later besproken in de desbetreffende hoofdstukken. De pijl toets wordt gebruikt om een object te verslepen van uit één zicht naar een ander. Indien u gebruik maakt van deze toets worden ze eigenlijk niet verplaatst, maar eerder gekopieerd. Selecteer één of meerdere fixtures/objecten, houdt de pijl ingedrukt en sleep deze naar een andere locatie. Fixtures/objecten worden nu gekopieerd naar de nieuwe locatie. De toets wordt primair gebruikt voor het patchen van toestellen. Selecteer meerdere toestellen in de volgorde dat u ze wil patchen en gebruik de pijltoets om ze te slepen naar een universe in het project venster of een open universe venster. Deze functie wordt verder besproken in het relevante hoofdstuk. De toets met een vraagteken is de snelle samenvatting toets. Drukken van deze toets, wanneer objecten of licht apparaten geselecteerd zijn, zal een venster te voorschijn brengen met daarin extra informatie van de geselecteerde zaken. Deze toets wordt gebruikt om de invoegpunt dialoog te openen en is enkel beschikbaar direct na dat een object ingevoegd is in het project. Deze toets opent het bedieningspaneel van een toestel en is enkel zichtbaar wanneer ten minste één licht apparaat geselecteerd is en het zicht zich in live mode bevindt. 3.5.3 Invoegpunt Wanneer u een object of fixture vanuit de bibliotheek sleept naar een zicht, dan zal er enkel en alleen op dat moment het volgende symbool verschijnen:. Klik op dit symbool om de coördinaten in te geven, gerelateerd aan het zicht. Na het ingeven van de positie, kunt u klikken op Voer eenmaal uit en dan wordt de positie enkel en alleen nu toegepast, of u klikt op Voer uit en houd bij en dan wordt de positie ook toegepast op de volgende objecten/fixtures die u toevoegt in dit zicht. Op deze manier kunt u er voor zorgen dat alle objecten/fixtures op bijvoorbeeld dezelfde hoogte komen te hangen.

Pagina 24 van 102 v20.1.8 3.5.4 Nummering groep Dit commando laat u toe om een nummering door te voeren binnen een groep van geselecteerde objecten op een openeenvolgende logische manier. U kunt een voorvoegsel en een extensie meegeven aan de nummering. De start bepaalt het begin van het nummer van de reeks. De overlapping eigenschap laat u toe series te creëren zoals 1, 1, 2, 2, 3, 3 en de Tussenruimte eigenschap laat u toe series te creëren zoals 1, 3, 5, 7. Denk er aan indien u de objecten manueel selecteer, één per één, dat dit de volgorde van nummering bepaalt. Hoewel, indien u de objecten selecteert door ze te omlijnen met de muis, de volgorde van de objecten niet bepaald is. 3.5.5 Nummering circuit Sequentieel circuit laat u toe een circuit nummer toe te kennen aan elke spot. U kunt een voorvoegsel en een extensie meegeven aan de nummering. De start bepaalt het begin van het nummer van de reeks. De overlapping eigenschap laat u toe series te creëren zoals 1, 1, 2, 2, 3, 3 en de Tussenruimte eigenschap laat u toe series te creëren zoals 1, 3, 5, 7. 3.5.6 Sequentieel patchen Sequentieel patchen laat u toe om de geselecteerde spots tegelijk te patchen. Start adres: geef hier het universe nummer in gevolgd door het dmx adres waarop u wilt starten met het patchen. Bijvoorbeeld 2.15 zal starten met patchen op universe 2, dmx adres 15. Toestellen per kanaal geeft u de mogelijkheid om meerdere toestellen op één en hetzelfde kanaal te patchen. Standaard krijgt elk toestel een ander kanaal. Offset laat u toe om te bepalen hoeveel kanalen er tussen de spots dienen gelaten te worden. Standaard is dit 0 en volgen de spots mooi na elkaar in de patch, er wordt natuurlijk rekening gehouden met het aantal kanalen dat de spot zelf nodig heeft. Geeft u offset = 1 in dan wordt de 1 bijgeteld bij het aantal kanalen dat de spot heeft. Een spot van bijvoorbeeld 16 kanalen zal dan een ruimte van 17 kanalen in beslag nemen.

Pagina 25 van 102 v20.1.8 Nodige kanalen geeft aan hoeveel DMX kanalen er nodig zijn in de patch. Is er niet voldoende ruimte in de universe om alle toestellen te patchen, dan zal Capture u vragen of er verder mag gepatcht worden op de volgende universe. 3.5.7 Nummering apparaten Nummering van apparaten werkt identiek zoals nummering van eenheden maar met dit verschil dat u een toestelnummer of kringnummer toekent aan een apparaat. Aangezien het een nummer is en geen tekst, hebt u niet de mogelijkheid om een voor- of achtervoegsel mee te geven. 3.5.8 Patching ongedaan maken Dit commando verwijdert de geselecteerde toestellen uit de patch. Zij zijn dus nog steeds aanwezig in het project, maar niet meer gepatcht. 3.5.9 Transformeer Dit commando laat u toe om een verplaatsing of rotatie door te voeren met een exacte afstand of aantal graden. Gebruik de groene navigator kubus om u te begeleiden bij de X, Y en Z richtingen in het huidige venster. Denk er aan dat de rotatiehoek de plaats van het rotatieanker in rekening brengt en altijd een groep rotatie uitvoert. Via Soort kunt u bepalen of relatief of absoluut moet gebeuren. Voorbeeld 1: u wil de geselecteerde items 2m naar recht verschuiven op de X-as. Stel dan bij X Offset 2m in en en soort op relatief. Items zullen nu 2m. naar rechts verplaatst worden bij het drukken op transformeer. Voorbeeld 2: u wil de geselecteerde items centreren op X positie 0. Stel dan bij X Offset 0m in en en soort op absoluut. Items zullen nu gecentreerd worden op X positie 0 bij het drukken op transformeer.

Pagina 26 van 102 v20.1.8 3.5.10 Aligneer De aligneer optie laat u toe om een groep van objecten of fixtures te selecteren en deze snel te aligneren volgens een bepaalde as. De beschikbare opties worden hieronder getoond. 3.5.11 Gelijke spreiding De gelijk spreiden optie laat u toe om een groep van objecten of fixtures te selecteren en deze snel te gelijkmatig te spreiden volgens een horizontale of verticale as. Dit is zeer handig om snel lijnen te maken met objecten.

Pagina 27 van 102 v20.1.8 3.5.12 Kloon Dit commando laat u toe om één of meerdere kopijen te maken van een object of groep van objecten welke u geselecteerd hebt. Gebruik de groene navigator kubus om u te begeleiden bij de X, Y en Z richtingen in het huidige venster. De compensatiewaarde worden oplopend toegepast wat betekent dat indien u twee kopijen specificeert met een compensatie van 2m, de eerste kopij zal gecreëerd worden 2m van het origineel en de tweede kopij zal gecreëerd worden 4m van het origineel. Denk er aan dat de rotatiehoek rekening houdt met de plaats van het rotatieanker. U kunt bijvoorbeeld een cirkel creëren van tien boxen door het selecteren van een box, het rotatieanker verplaatsen van de cirkel naar het center, kies het kloon commando, geef een hoek in van 36 (een volledige cirkel van 360 gesplitst in 10 objecten) en 9 kopijen (aangezien één box al bestaande is, zal het resultaat 10 boxen zijn). Creatie van een cirkel met 10 boxen 3.5.13 Verwijder Verwijdert de geselecteerde toestellen/objecten uit het project.

Pagina 28 van 102 v20.1.8 4 Het project venster Het project venster is het belangrijkste informatie gebied in Capture. Het verzamelt de eigenschappen van de geselecteerde items, additionele instellingen voor alpha, beta en gamma zichten, instellingen voor lagen en lagen sets, scène instellingen, materiaal instellingen, custom gobo wielen, custom frame (kleuren) lijsten, rapporten en plots. Verder, is het venster opgesplitst in een navigatie lijst een de linkerzijde en met lijst van eigenschappen van om het even wat geselecteerd is, aan de rechterzijde. Bovenaan zijn er enkele tabs - Ontwerp, apparaten, universes, media en bibliotheek. Basis voorbeelden van het soort data elke tab normaal toont, wordt weergegeven in de galerij hieronder. Algemeen gesproken, om een object toe te voegen aan om het even welk type Capture project, dient het gesleept te worden vanuit de bibliotheek naar één van de 2D zichten. Objecten kunnen momenteel niet gesleept worden in een 3D zicht.

Pagina 29 van 102 v20.1.8 4.1 Render instellingen Onder de render instellingen sectie van de ontwerp tab krijgt u toegnag tot de render instellingen van de live view. Dit was voorheen Visualisatie settings en was te bereiken via het opties menu. De visualisatie meedere diafragmaopeningen optie is een optie die rendering regelt van toestellen met meerdere beam elementen (striplights, BB-7, multi element led moving heads). De Atmosferische resolutie laat u toe de kwaliteit te bepalen op gebied van resolutie i.v.m. rook en haze weergave. Hoe hoger de resolutie, des te meer uw grafische kaart belast wordt. De Atmosferische details beams optie laat u toe te bepalen hoe gedetailleerd de weergave moet zijn van een beam die rook/haze doorkruist in de atmosfeer. De Beam schaduw resolutie optie laat u toe om de resolutie te wijzigen van schaduwen gecreëerd door beams.

Pagina 30 van 102 v20.1.8 5 Object manipulatie Elk fysisch ding in een Capture project file is een object, of het nu een licht apparaat, deel van een podium, LED scherm, tafel of stoel is, dit is niet van belang. Zij worden allen identiek behandeld in verband met toevoegen in het project, ze verplaatsen, kopiëren, ze wissen en toegang krijgen tot hun eigenschappen. Om meer te leren over object manipulatie, start u een nieuw Capture project. Doe dit door naar het menu te gaan links bovenaan en druk op Bestand Nieuw project. Laat de alpha en beta zichten zoals ze zijn. Wijzig het gamma zicht naar de perspectief en live mode door te klikken op de groene sleutel en deze modes te selecteren. U venster dient eruit te zien zoals het venster hieronder. Nu hebben we een leeg project, en kunnen we verder gaan met het toevoegen van objecten. Om een object toe te voegen aan het project, moeten we het eerst lokaliseren in de bibliotheek. De bibliotheek tab in het project venster is waar alle objecten zich bevinden. Wij willen een stage vloer toevoegen. Navigeer naar de bibliotheek, dubbel klik op Objecten, dan opnieuw op Forms. Klik op de box en sleep deze naar het alpha of het beta zich. Uw project dient er nu uit te zien zoals hieronder.

Pagina 31 van 102 v20.1.8 Nu kunnen we verder met het wijzigen van de eigenschappen van de box zodat deze meer lijkt op een vloer. U kunt de box selecteren door er op te klikken in één van de zichten. De rode navigator zal verschijnen rond de box. Druk nu op de rode sleutel om de opties te bekijken van deze box. Klik op de eigenschappen optie. Dit zal het project venster schakelen naar de ontwerp tab sectie en al de eigenschappen tonen van de box. Wijzig de afmetingen naar een breedte van 12m, hoogte van 0,1m en een diepte van 8m. U eigenschappen dienen er als volgt uit te zien. Het eindresultaat van de box zal nu meer op een vloer lijken, zoals hieronder getoond.

Pagina 32 van 102 v20.1.8 Nu hebben een stage vloer en kunnen we verder met het toevoegen van andere objecten. Wij zullen een paar trussen toevoegen in de hiervoor aangemaakte stage. Toevoegen van een stuk truss wordt op dezelfde manier gedaan als dat we de box toegevoegd hebben. Lokaliseer het gewenste stuk in de bibliotheek en sleep het naar ofwel het alpha of het beta zicht. Voor ons project zullen wij een stuk truss nemen uit de Generic folder. Dubbelklik op de Truss folder, dubbelklik opnieuw op de Generic folder, en opnieuw op Box. Kies de Generic Rechte sectie 2m en sleep deze in één van de views. De truss is 2m lang. Wij weten dat de stage vloer 12m breed is. Wij wensen nu meer 2m secties toe te voegen van de truss, om als resultaat één lange truss te bekomen, die van de ene zijde van de stage naar de andere loopt. Dit kan eenvoudig gedaan worden met de kloon functie.

Pagina 33 van 102 v20.1.8 Klik op het stuk truss om deze te selecteren. Druk op de rode sleutel om toegang te krijgen tot de beschikbare opties van de truss. Klik op de Kloon optie, dit brengt het kloon venster tevoorschijn. Stel de X compensatie in op 2m en stel het aantal klonen in op 5. Dit zal dan 5 secties van 2 m truss toevoegen zodat we in totaal 12m hebben. Momenteel, zijn dit nog steeds 6 verschillend stukken truss. Selecteer de stukken en druk opnieuw op de rode sleutel. Kies de Groep optie en nu worden de 6 stukken samen gegroepeerd. Zij kunnen nu allen als één geheel verplaatst en gemanipuleer worden.

Pagina 34 van 102 v20.1.8 6 Apparaten Lichtapparaten kunnen zo goed als hetzelfde behandeld worden zoals elk ander type object. Om een fixture toe te voegen, dient het gesleept te worden uit de bibliotheek naar één van de 2D zichten. Fixtures kunnen gekloond, verplaatst, geroteerd en gewist worden op dezelfde manier als elk ander object. In dit voorbeeld, voegen wij een MAC 700 profile toe. Wij klonen deze en eindigen met één MAC700 per meter van de truss. Kloon de MAC 700 Profile 11 keer zodat de 12m truss elke meter 1 MAC700 heeft. De Mac 700 s zijn nu egaal verdeelt over heel de truss.

Pagina 35 van 102 v20.1.8 6.1 Kleurenfilter toevoegen aan conventioneel licht Filters kunnen toegevoegd worden aan fixtures door deze te verslepen vanuit de bibliotheek tab in het project venster naar een fixture in een simulatievenster. Om dezelfde filter toe te voegen aan verschillende toestellen, kunt u eerst de toestellen selecteren en dan de filter er naar toe slepen. Filters kunnen ook toegevoegd worden aan een framelijst door deze te slepen in het framelijst editor venster. (zie Ontwerp tab Framelijsten) 6.2 Gobo toevoegen aan profielspot Gobo s werkt zoals bij filters, maar met de extra mogelijkheid om uw eigen gobo s te creëren in uw project. Dit kan gedaan worden in de Gobo s folder van de ontwerp tab en er zal u gevraagd worden om een file te kiezen voor de gobo. Voor optimale performantie gebruikt u best beelden van 128 bij 128 pixels (.jpg of.png).

Pagina 36 van 102 v20.1.8 6.3 Patchen Er zijn twee manieren van patchen van fixtures in Capture. U kunt de fixtures selecteren die u wenst te patchen, in de volgorde dat u wenst dat ze gepatcht worden, en via de rode sleutel menu (opties), kunt u Sequentieel patchen. Het sequentieel patch venster zal verschijnen en u de mogelijkheid geven een start adres in te stellen, wat kan door dubbel te klikken op de optie en universe.adres in te geven. Bijvoorbeeld ingeven van 2.1 zal de fixtures patchen op universe 2, adres 1. U kunt ook een Offset ingeven indien u meer kanalen wil laten tussen de toestellen dan het aantal kanalen dat het toestel nodig heeft. Offset = 0 houdt zelf rekening met het aantal kanalen dat het toestel heeft. De tweede optie is de fixtures te slepen naar een start adres in een universe venster. Open eerst de project universes door dubbel te klikken op de universe in de universe tab van het project venster. Selecteer dan de fixtures in de volgorde dat u ze wenst te patchen, klik op de rode pijl, houdt deze ingedrukt, en sleep deze naar het gewenste start adres in het open universe venster.

Pagina 37 van 102 v20.1.8 6.4 Universes Eens fixtures gepatcht zijn op de interne Capture universes, kunt u deze interne universes linken met een inkomende universe van Capture, via externe protocollen zoals Art-Net, sacn (E1.31), MA-Net (enkel voor de Windows versie), Compulite VC s, ETC Net 2/3 en LAN Box. Zeer weinig interventie is nodig met de meeste van deze protocollen. Capture zal de meesten accepteren op een Plug & Play manier. Eens een universe getoond wordt in de Externe universes sectie van de universe tab, dan kunnen deze gelinkt worden op één van de twee manieren. Universes worden gemanaged in de Universe tab van het project venster. De linkerzijde toont de universes van uw project en de rechterzijde toont de beschikbare universes van de lichtconsoles. Capture probeert om deze automatisch te koppelen, maar indien u werkt met meerdere lichtconsoles, kan het zijn dat u de automatisch instellingen wenst aan te passen. Om dit te doen, selecteert u een project universe en dubbelklik dan aan de rechterzijde op een externe universe die u wilt koppelen. Door dit te doen, zal ook de blokkeer automatisch connectie eigenschap van deze project uiniverse geactiveerd worden. Project universes worden standaard ingesteld als onafhankelijke 1-512 kanalen universes. De gebruik kolom geeft aan hoe de adressering van apparaten, gepatcht in elke universe, weergegeven wordt. In een theateromgeving kan het handig zijn om te werken met een opeenvolgend bereik van kanaalnummers (bijvoorbeeld 1-2048). Dit kunt u bekomen door de patch basis in te stellen per universe zodanig dat deze overeenkomt met de instellingen van de console. Opgepast met het hernoemen van de universes. De universes worden alfabetisch gesorteerd en toegewezen. Laat dus best de letter bestaan voor de naam! Bijvoorbeeld indien u universe B wil hernoemen, doe dit dan bijvoorbeeld als: B Moving heads.

Pagina 38 van 102 v20.1.8 6.5 Fixture settings Wijzigen van de settings van een fixture in het project wordt gedaan in de Ontwerp tab van het project venster. Enkele van de belangrijkste eigenschappen verschijnen hier:

Pagina 39 van 102 v20.1.8 6.6 Omwisselen van fixtures Omwisselen van fixtures is in Capture zeer eenvoudig. Om fixtures om te wisselen, selecteert u eerst de oude fixtures, lokaliseer dan de nieuwe fixtures in de bibliotheek. Sleep de nieuwe fixtures op de geselecteerde oude fixtures. De selectie zal nu purper kleuren, eens u de purper kleur ziet, laat u de muistoets los en de fixtures zijn omgewisseld.

Pagina 40 van 102 v20.1.8 6.6.1 Custom gobo/kleuren wielen Wijzigen van de gobo/kleuren frames in intelligent fixtures is zeer eenvoudig, open het huidige wiel via de eigenschappen van de fixture, dubbel klikken op één van de huidige kleuren/gobo slots in de eigenschappen opent het wiel, sleep dan een nieuwe kleur of gobo uit de bibliotheek naar een slot op het wiel en de fixture wordt automatisch upgedate. De gewijzigde versie komt te staan in de frames folder van de project tab. Bij het invoegen van een fixture van het zelfde type, zal deze fixture de originele framelijst behouden uit de bibliotheek. Maar u kunt uw gewijzigde framelijst slepen naar een andere fixture van hetzelfde type, wat automatisch deze gewijzigde framelijst zal toepassen. De gewijzigde framelijst is enkel en alleen geldig in dit project.

Pagina 41 van 102 v20.1.8 6.7 Manueel instellen functies van een fixture U kunt ten allen tijde, vele van de functies van een spot manueel instellen, zonder gebruik te make van een lichtconsole. Selecteer een spot, en klik op het icoon in het Live visualisatie venster. Links in het venster zal een nieuwe venster verschijnen met de functies van het toestel. Al deze functies zijn manueel instelbaar, waaronder ook de positie van de messen bij profielspots. Positionering van de beam van de spot kan steeds door de spot te selecteren en met de rechtermuisknop te klikken op de positie waar u de beam wil geplaatst zien. Voorbeeld met profielspot Voorbeeld met moving head

Pagina 42 van 102 v20.1.8 7 Gebruik van materialen Materialen bieden de mogelijkheid om kleuren, statische beelden of video toe te passen op een object. De beste manier om materialen te gebruiken is om na te denken hoe u wilt dat er uw object uit ziet. Het is zeer handig indien u bijvoorbeeld een beeld, zoals een afbeelding van bakstenen, mapt op een dunne box, dit laat het lijken op een muur. De bibliotheek bevat een selectie van materialen welke kunnen toegepast worden op objecten door ze te slepen vanuit de bibliotheek op het object. Om het zelfde materiaal op meerdere objecten toe te passen, kunt u eerst de objecten selecteren en dan het materiaal er naar toe slepen. Het beeld en kleur van het materiaal wordt gecombineerd met de kleur van het object waaraan het materiaal gekoppeld wordt. Opgepast, wanneer het object zwart is, zal het materiaal als zwart worden weergegeven. U kunt uw eigen objecten aanmaken in de ontwerp tab van het project venster door rechts te klikken op de Materialen folder. U kunt dan een beeld van een bestand of een streaming video van een verbonden media server toepassen. Om uw eigen materiaal toe te kennen aan objecten, sleept u het materiaal uit de materiaal folder naar het object i.p.v. uit de bibliotheek tab. Bestanden kunnen jpeg of png zijn met een maximale grootte van 512x512 pixels. De helderheid eigenschap laat u toe om materialen te creëren die een lichtgevend oppervlak simuleren zoals LCD Schermen of LED panelen. U kunt de helderheid ingeven in nits (nits wordt veel gebruikt in de videowereld). Gebruik de breedte en hoogte eigenschappen om de fysische afmetingen van het beeld of de streaming video te bepalen die toegepast wordt. Deze afmetingen bepalen de grootte van het beeld ongeacht het object waarop het toegepast wordt. In dit voorbeeld, zullen wij bekijken hoe materiaal de verschijning verandert van een dunne box. Maak eerst en vooral een nieuw materiaal in het project venster. U kunt uw materiaal een naam geven door rechts te klikken en op Hernoem te klikken.