Versie 2 augustus Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 2

Vergelijkbare documenten
Lokale aanpak energiebesparing. Particuliere woningen

Notitie energiebesparing en duurzame energie

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden

Helmonds Energieconvenant

Doelstelling en doelgroep

PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF

Uitvoeringsmaatregelen Hier zijn als beeldvorming de richtingen aangegeven waar het college verder inhoud aan te geven.

Tussenevaluatie Zutphen energieneutraal anno 2012 Forum 23 april 2012

Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen

Duurzame ontwikkeling:

Duurzaamheidsonderzoek en subsidiescan Combibad De Vliet te Leiden. 11 februari 2016

Ja. Ja. D66 wil dat Groningen in 2040 al CO 2- neutraal is en wil dat de provincie een ambitieuze regionale energiestrategie opstelt.

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

Paragraaf duurzaamheid

Ontwerp Gezonde Systemen

De Lokale Duurzame Energie Coöperatie. EnergieCoöperatieBoxtel Betaalbaar, duurzaam, eigen en onafhankelijk

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory.

Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025

1 van :03

Presentatie Warmteproductie met snoeihout. 3 November 2011 Doen! Ervaring en tips uit de praktijk Ben Reuvekamp HeatPlus

dorpsinformatie avond Haarle Energieneutraal

De warmtemarkt van morgen: rol van gas, elektriciteit en warmtedistributie bij verwarming van woningen.

Almere. Uitkomsten van de zoektocht naar dé klimaatneutrale gemeente in Flevoland 2015

Overijssel maakt werk van nieuwe energie!

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2013/18

Duurzaamheidvisie Gemeente Staphorst

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Beleid dat warmte uitstraalt. Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

Naar een klimaatneutrale sportvereniging

Oosterhout Nieuwe Energie Voorbereiding oprichting coöperatie

Utrecht. De partij zal sociale windmolens actief stimuleren, ook solitair staande sociale molens.

CPB doorrekening verkiezingsprogrammaʼs: Duurzaamheid"

Groen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op?

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE DUURZAAMHEID

VNG Raadsledencampagne

EEN DUURZAME ENERGIEVOORZIENING VOOR IEDEREEN

Duurzaamheidsmonitor 2017 Voorbeeld

Markt functioneert nu mondjesmaat, er is meer potentieel dan nu wordt gerealiseerd, want:

Winst en comfort uit duurzaamheid. Bouw op onze kennis

Aardgasloze toekomst, waarom? ecn.nl

Hoe kijkt de Nederlander tegen het aankomende klimaat- en energieakkoord aan? Nathalie Vermeij 2 mei 2018 H5285

PARKSTAD LIMBURG ENERGIE TRANSITIE

Presentatie Duurzame Energie. Podiumbijeenkomst 17 maart

Rabin Baldewsingh. 27 juni SBR congres

Windenergie in Almere

tot eind LED verlichting bij vervanging - inzet slimme verlichtingsconcepten

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers

Betere energieprestaties met Nuon Stadswarmte. Kansen voor woningcorporaties, vastgoedeigenaren en projectontwikkelaars

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving

Verduurzaming bestaande gebouwde omgeving

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt

Duurzaam (T)huis. Evaluatie fase 1

Evaluatie Uitvoeringsprogramma versie: 29-jan Doelen Doelstelling bereikt? reductie

Bijlage 2 Potentieelberekening energiestrategie 1/5

DUURZAAMHEID, KLIMAATVISIE EN REGIONALE ENERGIE STRATEGIE. Bijeenkomst gemeenteraad 5 februari 2019

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

MVO Programma

Samenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente

Concept Raadsvoorstel

Energie en duurzaamheid. Beleidsvoornemen gemeente Nuth

Een 10 puntenplan gemeenten die echt iets aan het klimaatprobleem willen doen

Flevoland. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie

Totale uitstoot in 2010: kiloton CO 2

Regionaal Energie Convenant

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 8 april 2015

Samen werken aan een klimaatbestendige en energieneutrale gemeente

Nieuwveense Landen Meppel Diep onder Drenthe Door Wouter Deddens

Duurzaam warmtenet in Ede

Vereniging Amersfoort Bedrijven (VAB) Dinsdag 3 maart 2015

Bijlage: Green Deal Sun Share Breda

Schriftelijke vragen van de CDA-fractie aan het college van B&W. Datum: 16 juni Geacht college,

ECO Oostermoer in oprichting

Sportsymposium De toekomst van de sportvereniging

Wat wordt de energiestrategie van de gemeente?

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

Duurzaam Sportcomplex De Tukkers Albergen

CONCEPT FACTSHEETS KLIMAATCONTRACT PROVINCIE DRENTHE GEMEENTE HOOGEVEEN Datum: Blad 1 van 5

CO2 prestatieladder. Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie. Inzicht. Doelstelling CO2-reductie

Bijlage nota gs: / Uitvoeringsregeling subsidie duurzaam renoveren Noord- Holland 2015

AT OSBORNE. Practice what you preach: Hoofdkantoor AT Osborne 3 jaar later. 19 september Gerhard Jacobs Directeur Huisvesting & Vastgoed

Initiatiefvoorstel aan Provinciale Staten HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH

NOTITIE. 1 Scenario s voor CO 2 -reductie Inleiding. Nulsituatie, klimaatwinkelen en klimaatbeleidsplan gemeente Schiedam

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

Raadscommissievoorstel

WIJKAVOND ALPHEN AAN DEN RIJN LAGE ZIJDE

Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Elektriciteit. Versie maart 2017

SAMEN OP WEG NAAR EEN DUURZAME SAMENLEVING. Wat kunnen wij voor u betekenen?

De Rijswijkse Situatie. Beeldvormende sessie gemeenteraad Rijswijk 13 november Mark Bal

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 26 januari 2016

Nieuwsbrief CO2-Prestatieladder. Q1, Q2 en Q3 2017

Postbus ZG OPHEUSDEN. Uitgevoerd door Duitslandweg 4 Postbus AG BODEGRAVEN Telefoon adres

Presentatie Pioneering 27 september 2011

Duurzaamheid & innovatie. Stadsraad Goedereede 25 september 2018

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Energieneutraal Krimpen aan den IJssel. Te besluiten om

Energie in de provincie Utrecht. Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel

Rev maart 2018

kijk Warmtegids Informatieavond Aa-landen / Holtenbroek 12 maart 2019 Raymond Frank, Energieadviseur Gemeente Zwolle

Transcriptie:

Versie 2 augustus 2011 Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 2

Samenvatting Gemeente Heerde wil haast maken met de uitvoering van haar klimaatbeleid. Zij streeft daarbij naar effectiviteit en efficiëntie: zoveel mogelijk resultaat bereiken met zo min mogelijk middelen. In dit masterplan energiebesparing en duurzame energie wordt beargumenteerd op welke gebieden de gemeente haar beleid en inspanningen het beste kan richten. Binnen de gemeente veroorzaakt de gebouwde omgeving 50% van de CO2-uitstoot. Het bedrijfsleven (MKB/industrie) en verkeer veroorzaken ieder ongeveer een kwart van de uitstoot, de gemeentelijke organisatie slechts 1,5%. De invloed en de impact van gemeentelijke activiteit op bepaalde sectoren en thema s is groter dan op andere. Aan de energieprestatie van nieuwbouw worden vanuit het Bouwbesluit eisen gesteld, die geleidelijk steeds strenger worden. Dankzij deze norm zijn nieuwe gebouwen relatief zeer energiezuinig. De gemeente hanteert bovendien aanvullende eisen in de vorm van een GPR-score. De duurzaamheid van de nieuwbouw is hiermee voldoende gewaarborgd. Bij bestaande gebouwen is dit anders: woningen van voor 1980 gebruiken erg veel energie. Particuliere woningeigenaren kunnen worden gestimuleerd en geholpen om energiebesparende maatregelen aan hun woning te nemen. Het blijkt dat gemeenten door onafhankelijke voorlichting, ontzorging in het traject en financiële ondersteuning woningeigenaren kunnen overtuigen maatregelen te nemen. Voor bestaande bedrijfsgebouwen geldt exact hetzelfde. Door ondernemers actief te ondersteunen met op hun situatie toegespitste voorlichting en financiering zullen zij veel eerder investeren in energiebesparende maatregelen. Hoewel het aandeel van de gemeentelijke organisatie in de CO2-uitstoot niet erg hoog is, gaat er een belangrijke voorbeeldfunctie van de gemeente uit. Het is belangrijk dat gemeentelijke & openbare gebouwen en openbare verlichting zo energiezuinig mogelijk worden gerealiseerd of geoptimaliseerd. Bij voorkeur gebeurt dit op een duidelijk zichtbare wijze. Wat duurzame energie betreft liggen de grootste kansen op het vlak van bio-energie. Uit een studie van DWA blijkt dat er in Heerde een groot onbenut potentieel aan duurzame energie uit biomassaverbranding is. Het verzamelen van snoeiafval en hout uit bossen hiervoor vergt een goede coördinatie en bosbeheer. Hierbij is een actieve rol van de gemeente vereist. Het opbouwen van een distributiestructuur voor biomassa kan het best op regionale schaal (H2O-gemeenten en regio Noord-Veluwe) worden uitgevoerd. ROVA kan hier een regierol spelen. Nieuw aandachtspunt vormt de mogelijke samenwerking binnen de economische regio Zwolle ten aanzien van duurzame energieopties. Naast biomassaverbranding is het belangrijk dat de gemeente in regionaal verband streeft naar ontwikkeling van een biogasinfrastructuur (van mestvergisting tot rijden op biogas). De gemeente kan soepele medewerking bieden in het vergunningtraject voor vergistinginstallaties en vulpunten. Het inrichten van de complete keten van productie tot eindgebruik (in voertuigen die rijden op biogas/aardgas) is echter een complexe taak die op provinciaal niveau moet worden uitgevoerd. In de tabel op de volgende pagina staan de beleidsvelden waarop de invloed van de gemeente het grootst is en waarmee de meeste impact kan worden gemaakt. In de tabel worden de rol van de gemeente en de eerste stap die gezet moet om uiteindelijk concrete resultaten te bereiken weergegeven. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 3

Naast de beleidsvelden in de tabel geldt dat er overkoepelend coördinatie plaats moet vinden vanuit de gemeente. Vanuit deze coördinatie wordt de samenhang tussen de activiteiten gewaarborgd, waarbij wordt aangesloten op de visie die in het Meerjarenprogramma klimaat en duurzaamheid 2009-2012 en in dit masterplan uiteengezet is. Voor zowel de invulling van de overkoepelende coördinatierol als de gemeentelijke rol in de verschillende beleidsvelden is capaciteit nodig in de vorm van uren en financiële middelen. Er dient naar aanleiding van dit document budget te worden toegekend aan de verschillende activiteiten. Beleidsveld Rol gemeente Eerste stap Energiebesparing in bestaande gebouwde omgeving: woningen en bedrijfsgebouwen Initiator & regisseur Financier (revolverend fonds) Opzetten energieloket + revolverend fonds (woningen) Energiebesparing in de gemeentelijke organisatie: openbare gebouwen, openbare verlichting, duurzaam inkopen Voorbeeldfunctie Energiescan en maatregelen gebouwen en verlichting Biomassatoepassing Initiator & regisseur Uitwerken samenwerking met ROVA Voorlichting & educatie Samenwerking en coördinatie Initiator, regisseur, financier Uitbreiden bestaande website en communicatieplan Overkoepelende coördinatie en samenwerking (lokaal, H2O, Rova, Regio, Provincie) Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 4

Masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde Inleiding We kunnen er niet meer om heen: de aarde wordt steeds warmer en fossiele brandstoffen raken langzaam op. Deze mondiale problemen moeten uiteindelijk op lokaal niveau worden opgelost. In het Meerjarenprogramma klimaat en duurzaamheid 2009-2012 is opgenomen dat Heerde moet voorzien in de behoefte van huidige en toekomstige generaties. Gemeente Heerde sluit hiermee aan bij de landelijke doelstellingen op dit vlak. Het doel is uiteindelijk het realiseren van een CO2- neutraal Heerde. In de DWA-studie op weg naar een CO2-neutraal Heerde is onderzocht dat Heerde in 2050 CO2-neutraal kan zijn. Hiervoor zijn uiteraard wel de nodige inspanningen vereist. Gemeente Heerde wil nu haar verantwoordelijkheid nemen door concrete stappen te nemen en meters te maken met het reeds ingezette duurzaamheidsbeleid. Deze stappen zullen worden opgenomen in een door de Raad vast te stellen masterplan (uitvoeringsplan klimaatbeleid). Korte termijndoelstellingen van de gemeente zijn een CO2-neutrale gemeentelijke organisatie in 2012 en 100% duurzaam inkopen in 2015. De gemeente is zich bewust van haar voorbeeldfunctie. Bij de uitvoering van het beleid wordt gestreefd naar samenwerking daar waar mogelijk met de H2Ogemeenten binnen de regio Noord Veluwe. Initiatieven vanuit de In deze beleidsnotitie wordt uiteengezet op welke terreinen gemeentelijk beleid de meeste resultaten kan boeken en welke gemeentelijke rol hierbij past. De notitie behandelt uitsluitend mitigerende maatregelen (beperken van de uitstoot van broeikasgassen) en gaan niet in op adaptatie (beperken van de nadelige effecten van de klimaatverandering). De volgende onderwerpen worden behandeld: Situatie gemeente Heerde: welke sectoren veroorzaken de grootste uitstoot en wat is het potentieel voor duurzame energie en energiebesparing? Rol van de gemeente: welke rollen zijn mogelijk? Visie: wat is de visie van de gemeente Heerde op energiebesparing en duurzame energie? Sectoren: welke verschillende sectoren/doelgroepen zijn er? Kansen voor energiebesparing en duurzame energie: welke terreinen zijn kansrijk vanuit het oogpunt van de gemeente? Waar kan de meeste impact worden gerealiseerd? Conclusie: op welke terreinen kan de gemeente zich het beste richten? Situatie gemeente Heerde Uit de studie van DWA blijkt tevens dat ongeveer de helft van de CO 2 -uitstoot in Heerde wordt veroorzaakt door de gebouwde omgeving. Het bedrijfsleven (MKB/industrie) en verkeer veroorzaken ieder ongeveer een kwart van de uitstoot. De uitstoot van de gemeentelijke organisatie vertegenwoordigt met 1,5% slechts een klein percentage van de totale gemeentelijke uitstoot. Er is gezien het landschappelijke karakter van de gemeente een groot potentieel voor energie uit biomassa (snoeiafval, hout uit bossen en mestvergisting). Daarnaast is er potentieel voor energieopwekking met afvalverbranding en windmolens. Het totale potentieel voor duurzame energie is de helft van het totale energieverbruik in de gemeente; dit betekent dat de andere helft van het energieverbruik door energiebesparende maatregelen of compensatie moet plaatsvinden. Compensatie kan via inkoop van duurzame stroom of groencertificaten; dit betreft duurzame energie die niet binnen de gemeentegrenzen is opgewekt. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 5

Rollen van de gemeente De gemeente Heerde kan verschillende rollen spelen bij de verduurzaming van Heerde: Voorbeeldrol. Daar waar de gemeente optreedt als opdrachtgever dient zij het goede voorbeeld te geven. Gebouwen moeten worden ontwikkeld met een hoge ambitie op duurzaamheid en de gemeente koopt duurzaam in. Het draait hierbij om een zichtbare keuze voor duurzaamheid. Handhaver. Bij haar taak als handhaver van de wet kan de gemeente duurzaamheid hoger op de agenda zetten. De gemeente kan voorwaarden stellen bij gebiedsontwikkeling in de vorm van bijvoorbeeld een minimale GPRscore (Gemeentelijke Praktijkrichtlijn). Dit gebeurt in Heerde nu al. De feitelijk gerealiseerde EPC kan scherper worden gecontroleerd. Er kunnen beleidsregels/richtlijnen voor duurzaam bouwen worden opgesteld. In de milieuparagraaf in bestemmingsplannen kunnen aanvullende toetsingscriteria worden opgenomen. De 5- jaarsregel uit de Wet milieubeheer kan scherper worden gehandhaafd: energiemaatregelen die binnen 5 jaar kunnen worden terugverdiend moeten worden doorgevoerd. Initiator, regisseur. Omdat duurzame oplossingen meestal een andere manier van denken, werken of samenwerken inhouden, ontstaan ze niet van zelf. In de opstartfase is veel coördinatiewerk vereist. Het draait bijna altijd om een verzameling van partijen die verschillende rollen en belangen hebben. De gemeente brengt deze partijen bij elkaar en vertegenwoordigt het algemeen belang. In latere fasen neemt de inzet van de gemeente af maar de regierol blijft: bewoners en bedrijven in Heerde moeten erop kunnen vertrouwen dat zij de juiste adviezen en producten krijgen. Onder deze rol vallen ook aspecten als voorlichting en educatie. Financier. Omdat er geen level playing field bestaat waarbij de negatieve effecten van fossiele energie worden betaald door de gebruikers, is duurzame energie relatief duur. In de toekomst zal duurzame energie voordeliger worden. Om bewoners en bedrijven te overtuigen nu al te investeren in maatregelen is aanvullende financiering vaak onontbeerlijk. Dit kan door middel van subsidies, maar ook met leningen of participaties vanuit een revolving fund, waarbij het geld uiteindelijk weer terugkomt en opnieuw ingezet kan worden. Overwogen kan worden hiervoor een gedeelte van de afvalstofreserve te benutten, die daarmee op maatschappelijk zinvolle wijze wordt ingezet. Visie: randvoorwaarden en uitgangspunten Bij het opstellen van het Masterplan worden vanuit de visie van de gemeente de volgende randvoorwaarden en uitgangspunten gehanteerd: Kosteneffectiviteit. De gemeente streeft ernaar meters te maken. Dit betekent dat het laaghangende fruit eerst geplukt zal worden. Er wordt ingezet op de CO2-reductie die het voordeligst gerealiseerd kan worden. Impact. De meeste impact wordt behaald op die aspecten waar de invloed van de gemeente relatief groot is en tegelijkertijd de potentiële milieuwinst groot is. Zichtbare voorbeeldfunctie. De gemeente geeft het goede voorbeeld: practice what you preach. De gemeente maakt zichtbare keuzes voor duurzaamheid. Dit betekent dat sommige projecten met een bescheiden milieuwinst toch gerealiseerd moeten worden. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 6

Lokaal en decentraal. Duurzame energie wordt decentraal opgewekt. Dit leidt tot lokale werkgelegenheid en lokale kennis over innovatieve techniek, waardoor op de lange termijn banen gecreëerd kunnen worden. Investeringen in duurzame energie komen zo in de lokale gemeenschap terecht. Samenwerking en draagvlak. Duurzaamheid vereist brede maatschappelijke samenwerking en draagvlak. Er zal worden samengewerkt met bewonersinitiatieven, woningcorporaties, het MKB, ondernemersverenigingen, de agrarische sector, scholen, kerken, etc. Beperking effecten energieprijzen. In de afgelopen tien jaar is de gemiddelde energierekening meer dan verdubbeld. De tarieven voor gas en elektriciteit zullen in de komende jaren naar verwachting nog verder stijgen. Dit heeft vooral gevolgen voor woningen met een laag energielabel, die immers meer energie verbruiken. Energiebesparende maatregelen gaan een verdere stijging van de energiekosten tegen. Binnen de grenzen van haalbaarheid. De uitvoering van het masterplan moet geen onevenredig hoge druk op de gemeentelijke organisatie en financiën leggen. SMART. Doelstellingen moeten specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden worden geformuleerd. Door de voortgang en effectiviteit te meten kan het beleid van de gemeente op ieder moment nuchter tegen het licht gehouden worden. Trias energetica Bij het verduurzamen van de energievoorziening geldt er voor de aanpak een voorkeursvolgorde: de Trias Energetica. De volgorde is: 1. Energiebesparing (voorkomen van energieverbruik en CO2- uitstoot) 2. Inzet van duurzame energie (energieverbruik zonder CO2- uitstoot) 3. Inzet van schoon fossiel voor het overgebleven deel (energieverbruik met lage CO2-uitstoot). De derde stap is een restcategorie. Opties binnen deze categorie hebben niet veel met verduurzaming te maken. Het beleid van de gemeente moet zich daarom uitsluitend richten op energiebesparing en duurzame energie. In deze notitie zal de derde stap niet verder behandeld worden. Sectoren Het beleid van de gemeente zal zich richten op verschillende sectoren, die een eigen aanpak vereisen: Woningen Bedrijven Gemeentelijke organisatie Mobiliteit Grootschalige duurzame energie (aanpak verschilt sterk met kleinschalige maatregelen) Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 7

Hieronder zullen de belangrijkste kansen voor de verschillende sectoren worden benoemd. Daarbij wordt ingegaan op de rol van de gemeente en de effectiviteit van de gemeentelijke inzet in termen van CO2-reductie. Er wordt eerst gekeken naar kansen op het gebied van energiebesparing (stap 1) en vervolgens naar duurzame energie (stap 2). In de bijlage staan voor de verschillende sectoren voorbeelden van beleidsmaatregelen genoemd. Kansen voor energiebesparing Energiebesparing is vaak de meest aantrekkelijke vorm van verduurzaming. Het potentieel voor energiebesparing in de hele samenleving wordt geschat op 50%: dit betekent dat wij nu tweemaal zoveel energie verbruiken als eigenlijk nodig is. Een deel van deze energieverspilling bevindt zich buiten de invloedssfeer van de gemeente: aan zaken als opwekkingsrendement van energiecentrales, inefficiënte industriële processen & bedrijfsketens en onzuinige auto s kan de gemeente niet veel veranderen. Een belangrijk deel van de energie wordt echter verspild binnen de gemeentegrenzen: in gebouwen (woningen, bedrijfsgebouwen, openbare gebouwen), openbare verlichting (meestal zo n 50-60% van het energieverbruik van de gemeentelijke organisatie) en onnodige vervoersbewegingen. Hieronder wordt voor de sectoren woningen, bedrijven, mobiliteit en de gemeentelijke organisatie ingegaan op de belangrijkste kansen voor energiebesparing. Woningen Particulier woningbezit. Bestaande woningen die ouder zijn dan 30 jaar zijn vaak ongeïsoleerd en verbruiken erg veel gas: gemiddeld zo n vijf keer meer dan een nieuwbouwwoning. Na-isolatie en plaatsen van HR++-glas zijn daarom vaak aantrekkelijk te realiseren. Omdat bewoners weinig kennis over de mogelijkheden hebben, aannemers geen duidelijk advies (kunnen) geven, het teveel gedoe vinden en soms niet over voldoende financiële middelen beschikken, hebben zij een steuntje in de rug nodig. Hier is een actieve rol voor de gemeente weggelegd. Uit andere gemeenten blijkt dat met een energieloket- aanpak goede resultaten worden geboekt. In zo n aanpak coördineert de gemeente maatwerkadviezen (EPA s), voorlichting, ontzorging en financiering van energiebesparende maatregelen. Met een energieloket wordt bovendien lokaal werkgelegenheid gecreëerd. Middels een revolving fund kan invulling worden gegeven aan de financiering van de maatregelen. Corporatiebezit. De corporaties hebben relatief veel slecht geïsoleerde naoorlogse woningen in bezit. In deze voordelige woningen zitten vaak huurders die het niet al te breed hebben en dus erg gevoelig zijn voor stijging van de energielasten. De corporaties hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid en zijn vanuit het Convenant Energiebesparing Corporatiesector bezig hun bezit te verduurzamen. Dankzij het nieuwe WWS (woningwaarderingsstelsel) krijgen corporaties de kans investeringen in energiebesparing terug te verdienen. De gemeente heeft via de prestatieafspraken invloed op het tempo van de verduurzaming door corporaties. Lokaal zal afstemming plaatsvinden omtrent het door de corporatie ingezette beleid en de ambities van de gemeente. Nieuwbouw. Het is belangrijk om nieuwbouw zo zuinig mogelijk te realiseren. Voor nieuwbouw geldt de EPC-norm uit het Bouwbesluit: de gemeente mag geen scherpere eisen stellen dan deze norm en treedt in eerste instantie dus op als handhaver. Aanvullend hanteert de Gemeente Heerde een minimale GPR-score van 7 voor locaties waar zij grondposities heeft en een score van 8 bij de ontwikkeling van eigen gebouwen. De nieuwbouw vertegenwoordigt echter maar een klein deel van de woningvoorraad: het potentieel voor verduurzaming in de bestaande bouw Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 8

is veel groter. Flankerend zal duurzaamheid wel in het planproces als belangrijk thema worden meegenomen en kan worden toegepast in het kader van revitalisering/herinrichting wijkconcepten. Doelgroep Rol gemeente Invloed gemeente Slagingskans Kosten gemeente* Totaalscore Effect CO2- reductie Eigenaarbewoners Regisseur +++ +++ +++ + Zeer Financier kansrijk Corporatie Regisseur + ++ ++ +++ Kansrijk Nieuwbouw Facilitator Handhaver ++ + + ++ Gemiddeld * + = hoge kosten, +++ = lage kosten Bedrijven Bedrijfsgebouwen. Voor bedrijfsgebouwen geldt in principe hetzelfde als voor woningen: er is veel potentieel voor energiebesparing. In veel bedrijfsgebouwen wordt onnodig energie gebruikt voor verlichting en verwarming van ongebruikte ruimtes, slecht ingeregelde verwarming en koeling, en apparatuur die niet afgeschakeld wordt. Het implementeren van een energiezorgsysteem leidt gemiddeld tot 10% energiebesparing. De gemeente kan in samenspraak en samenwerking met ondernemersvereniging Bedrijvencontact Heerde een actieve rol spelen door vanuit een MKBenergieloket energiebesparing in bedrijfsgebouwen te stimuleren. Bij nieuwe bedrijventerreinen kan duurzaamheid een vestigingscriterium zijn. Het is voor een kleine gemeente echter lastig om eisen te stellen; dit is dus niet direct een gebied waarnaar de aandacht uitgaat. Bedrijfsprocessen. Gemeenten hebben niet veel kennis over energyefficiency van processen in het MKB, de industrie en de agrarische sector. Op dit vlak kan de gemeente naast het handhaven van de milieuvergunning niet veel betekenen. Duurzaam ondernemen en innoveren. Lokale kennis en innovatie moeten worden gestimuleerd. Hiervoor is samenwerking met regionale overheden en kennispartners vereist. Vanuit de samenwerking kunnen ondernemers worden ondersteund en begeleid om lokale kansen om te zetten in concrete producten en diensten. Hierbij moet worden gedacht aan ondersteuning bij businessplannen, huisvesting en financiering. Het effect op de korte termijn is echter beperkt. Doelgroep Rol gemeente Invloed gemeente Effect CO2- reductie Slagingskans Kosten gemeente* Totaal score Bedrijfsgebouwen Regisseur Financier ++ +++ +++ + Zeer kansrijk Bedrijfsprocessen Handhaver + + + +++ Niet kansrijk Innovatie Initiator + ++ + +++ Gemiddeld * + = hoge kosten, +++ = lage kosten Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 9

Mobiliteit Op het gebied van mobiliteit is veel energie te besparen; alleen is de invloed van de gemeente hierop beperkt. Met wagenparkscans bij bedrijven, gerichte inzet van OV, stimuleren van deelautogebruik en campagnes als het nieuwe werken of het nieuwe rijden kan wel wat worden bereikt, maar het effect is onzeker terwijl er wel kosten worden gemaakt. Uit het oogpunt van effectiviteit ligt op het gebied van mobiliteit dus niet direct een kans voor verduurzaming. Wel kan de gemeente faciliteren in de ontwikkeling van infrastructuur elektrische laadpunten voor bijv. auto/fietsverkeer en oprichting aardgastankstations Gemeentelijke organisatie Hoewel de CO2-uitstoot als gevolg van gemeentelijke gebouwen en straatverlichting slechts een klein deel is van de totale CO2-uitstoot, is het belangrijk dat de gemeente zichtbaar haar voorbeeldfunctie uitstraalt. Openbare gebouwen. Er moet worden gestreefd naar een goed energielabel voor bestaande gemeentelijke kantoren en openbare gebouwen als scholen. De gemeente heeft als opdrachtgever voor nieuwbouw de mogelijkheid om gebouwen met een scherpe EPC te realiseren. Het realiseren van een energieneutraal gebouw leidt in de praktijk tot 10-20% extra kosten, die op de lange termijn in de exploitatie van het gebouw worden terugverdiend. Openbare verlichting. Openbare verlichting is meer dan 50% van het gemeentelijk energieverbruik, zodat besparing hierop een zeer effectieve manier is om het energieverbruik van de eigen organisatie te reduceren. Een besparing van 20% is goed haalbaar. Duurzaam inkopen. Duurzaam inkopen van producten, diensten en elektriciteit beperkt de CO2- uitstoot die hieraan is gerelateerd. Hiermee worden duurzame producenten en leveranciers beloond voor hun investeringen. Doelgroep Rol gemeente Invloed gemeente Effect CO2- reductie Slagingskans Kosten gemeente* Totaalscore Openbare gebouwen Voorbeeldrol +++ ++ +++ + Zeer kansrijk Openbare verlichting Voorbeeldrol Handhaver +++ +++ +++ + Zeer kansrijk Duurzaam inkopen Voorbeeldrol +++ + +++ ++ Kansrijk * + = hoge kosten, +++ = lage kosten Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 10

Kansen voor duurzame energie Naast de mogelijkheden voor energiebesparing zijn er kansrijke gebieden voor de toepassing van duurzame energie. Bij duurzame energie kan onderscheid worden gemaakt in duurzame warmte, die per definitie lokaal opgewekt moet worden, en duurzame elektriciteit die niet per se locatiegebonden is. Daarnaast kan er onderscheid worden gemaakt in kleinschalige duurzame energie (gerelateerd aan gebouwen) en grootschalige duurzame energie (gerelateerd aan gebieden). In de onderstaande tabel staan de meest gangbare vormen van duurzame energie. Duurzame warmte Duurzame elektriciteit/gas Kleinschalig Zonneboilers Houtketels Warmtepompen Warmte- en koudeopslag Grootschalig Diepe aardwarmte Zonnepanelen Kleine windturbines Vergisting/biogas Biomassacentrale Grote windturbines Biobrandstoffen Hieronder wordt voor de sectoren woningen, bedrijven, mobiliteit, de gemeentelijke organisatie en grootschalige duurzame energieopties ingegaan op de belangrijkste kansen voor duurzame energie in Heerde. Woningen, bedrijven, gemeentelijke organisatie: kleinschalige duurzame energie Duurzame energie gerelateerd aan gebouwen is kleinschalig. Opties als warmtepompen en warmteen koudeopslag zijn in beginsel alleen geschikt voor de nieuwbouw. Oplossingen voor bestaande bouw zijn daarentegen wel in ontwikkeling doch vragen om veel maatwerk. De gemeente heeft weinig invloed op de keuze die de ontwikkelaar maakt om de EPC-norm te halen. Het heeft daarom geen zin een specifieke vorm van duurzame energie te stimuleren in de nieuwbouw. Bij bestaande gebouwen is het aantal opties beperkt: zonneboilers, hout gestookte CV-ketels en zonnepanelen zijn de enige zinvolle maatregelen. Kleine windturbines zijn zeer inefficiënt. Zonnepanelen hebben een laag effect op de CO2-uitstoot en een lange terugverdientijd. Met een gemiddeld oppervlakte aan zonnepanelen reduceert een huishouden nog geen 5% van de uitstoot. Zonneboilers en houtketels hebben een iets betere kosten/co2-reductieverhouding. Met energiebesparende maatregelen als isolatie is echter een veel grotere CO2-reductie mogelijk, tegen lagere kosten. Het verdient daarom vooralsnog de voorkeur het beleid vooral te richten op energiebesparing in gebouwen. Doelgroep Rol gemeente Kleinschalige duurzame energie Regisseur Financier Invloed gemeente * + = hoge kosten, +++ = lage kosten Effect CO2- reductie Slagingskans Kosten gemeente* Totaalscore + + ++ + Niet kansrijk Grootschalige duurzame energie en duurzame mobiliteit Uit de studie van DWA blijkt dat er in Heerde een groot onbenut potentieel aan duurzame energie uit biomassa is. Dit betreft enerzijds verbranding van snoeiafval en hout in een elektriciteitscentrale Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 11

en anderzijds vergisting van mest, waarmee biogas wordt geproduceerd. Met beide bronnen gecombineerd kan circa 45% van het duurzame energiepotentieel in Heerde worden benut. Door in te zetten op deze opties kan er dus een aanzienlijke klapper gemaakt worden met het beperken van de CO2-uitstoot (circa 23% reductie bij realiseren van het gehele potentieel). Het verzamelen van snoeiafval en energiehout uit bossen vergt een goede coördinatie en bosbeheer. Hierbij is een actieve rol van de gemeente vereist. Het opbouwen van een distributiestructuur voor biomassa kan het best op regionale schaal worden uitgevoerd. ROVA kan hier een regierol spelen. Uit een inventarisatie van biomassastromen in de regio Noord-Veluwe door KEMA blijkt dat er in de gehele regio kansen voor biomassaverbranding en vergisting liggen. Op initiatief van de provincie Gelderland is het Netwerk Duurzame Energie in 2010 opgestart. Binnen dit netwerk is het kennis en leertraject op eigen hout ontwikkeld waar informatie en ontwikkelingen worden gedeeld rond het gebruik van hout als biomassa. Bij het realiseren van vergistinginstallaties en een biogasnetwerk speelt de gemeente een faciliterende rol. De gemeente kan soepele medewerking bieden in het vergunningtraject. Het inrichten van de complete keten van productie tot eindgebruik (in voertuigen die rijden op biogas/aardgas) is echter een complexe taak die op regionaal of provinciaal niveau moet worden uitgevoerd. Verduurzaming van mobiliteit in de vorm van rijden op aardgas is daarmee een taak die tevens op dat niveau moet worden neergelegd. De gemeente kan zich bereidwillig opstellen door medewerking te verlenen aan plaatsing van lokale vulstations voor aardgas. Uit provinciaal onderzoek blijkt dat 140 MW aan windenergie in Gelderland gerealiseerd kan worden. In gemeente Heerde is hiervoor geen draagvlak: er wordt hoog ingezet op recreatie & toerisme, waarvoor de landschappelijke uitstraling erg belangrijk is. Conclusie is dat lokale ontwikkeling niet realistisch is en Heerde aan zou moeten sluiten bij bovengemeentelijke initiatieven elders in de regio/land. Diepe aardwarmte (geothermie) is een techniek die in Nederland nog in de kinderschoenen staat. Er is nog geen enkel project gerealiseerd waarbij warmte aan gebouwen wordt geleverd. Door de complexiteit, hoge investeringen en grote risico s is dit geen techniek waarin Heerde een voortrekkersrol zou moeten ambiëren. Doelgroep Rol gemeente Biomassaverbranding Initiator en regisseur Vergisting Facilitator Handhaver Rijden op Facilitator aardgas/biogas Handhaver * + = hoge kosten, +++ = lage kosten Invloed gemeente Effect CO2- reductie Slagings kans Kosten gemeente* Totaalscore +++ +++ +++ ++ Zeer kansrijk + ++ + +++ Gemiddeld + ++ + +++ Gemiddeld Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 12

Voorlichting Naast de hierboven genoemde maatregelen gericht op energiebesparing en duurzame energie in de verschillende sectoren, is het belangrijk dat de gemeente inzet op bewustwording bij alle bewoners en organisaties in Heerde. Met brede voorlichting kan energieverspillend gedrag thuis, op de werkplek en in het verkeer inzichtelijk worden gemaakt. Op scholen kunnen educatieve trajecten worden ingezet, zodat kinderen zich al vroeg bewust worden van de energie die ze verbruiken en leren wat duurzame energie is. Op deze manier komt de kennis ook bij de ouders terecht. Voor de voorlichting en educatie kunnen verschillende kanalen worden gebruikt, zoals een website, flyers, een stand op evenementen, een nieuwsbrief, etc. Door de middelen geconcentreerd in te zetten (bijvoorbeeld in een campagne) kunnen veel mensen worden bereikt. Voorlichting en campagnes kunnen worden gecoördineerd vanuit het energieloket. Conclusie Uit het voorgaande blijkt dat de invloed en de impact van gemeentelijke activiteit op bepaalde sectoren en thema s groter is dan andere. Op deze gebieden moet de gemeente het beleid en de uitvoering daarvan concentreren en een actieve rol spelen. In de tabel op de volgende pagina staan de beleidsvelden waarop de invloed van de gemeente het grootst is en waarmee de meeste impact kan worden gemaakt. In de tabel is de rol van de gemeente en de eerste stap die gezet moet worden weergegeven. Naast deze kansrijke gebieden is het belangrijk dat de gemeente in regionaal verband streeft naar ontwikkeling van een biogasinfrastructuur (vergisting tot rijden op biogas). Naast de beleidsvelden in de tabel geldt dat er overkoepelend coördinatie plaats moet vinden vanuit de gemeente. Vanuit deze coördinatie wordt de samenhang tussen de activiteiten gewaarborgd, waarbij wordt aangesloten op de visie die in het Meerjarenprogramma klimaat en duurzaamheid 2009-2012 en in dit masterplan uiteengezet is. Voor de invulling van de overkoepelende coördinatierol en de gemeentelijke rol in de verschillende beleidsvelden is capaciteit nodig in de vorm van uren en financiële middelen. Het is de bedoeling dat Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 13

na de discussie in de themaraad van 16 mei een uitvoeringsprogramma wordt opgesteld waarin concreet de maatregelen en de daarbij behorende financiële middelen / fte wordt benoemd. Beleidsveld Rol gemeente Eerste stap Energiebesparing in bestaande gebouwde omgeving: woningen en bedrijfsgebouwen Energiebesparing in de gemeentelijke organisatie: openbare gebouwen, openbare verlichting, duurzaam inkopen Initiator & regisseur Financier (revolverend fonds) Voorbeeldfunctie Opzetten energieloket + revolverend fonds (woningen) Energiescan en maatregelen gebouwen en verlichting Biomassatoepassing Initiator & regisseur Uitwerken samenwerking met ROVA Voorlichting & educatie Samenwerking en coördinatie Initiator, regisseur, financier Uitbreiden bestaande website en communicatieplan Overkoepelende coördinatie en samenwerking (lokaal, H2O, Rova, Regio, Provincie) Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 14

Discussie themaraad Op 16 mei 2011 heeft op het gemeentehuis te Heerde een Themaraad Duurzaamheid plaatsgevonden. Tijdens deze avond is de inhoud van deze beleidsnotitie besproken. Er zijn vier themakaarten opgesteld met daarin de vier beleidsvelden die in de notitie zijn uitgewerkt. 1. Energiebesparing in bestaande gebouwen 2. Energiebesparing in de gemeentelijke organisatie 3. Energie uit biomassa 4. Voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie De themakaarten zijn te vinden in Bijlage A. Deze themakaarten zijn vervolgens besproken in vier groepen, die werden ondersteund door een groepsbegeleider. Aan de groepen is gevraagd alle vier de themakaarten te beoordelen. Er is gevraagd of men het eens was met de doelstelling, de gemeentelijke rol, en de manier waarop de doelstelling moet worden gerealiseerd. Na de groepssessies zijn plenair de resultaten behandeld. De groepsindeling, het verslag van het plenaire deel, en de lijst met de eindresultaten zijn te vinden in Bijlage B. Hieronder volgt voor ieder van de vier beleidsvelden een uitwerking van de groepsdiscussies en de plenaire discussie. Energiebesparing in bestaande gebouwen Men is het in grote lijnen eens met de inhoud van de themakaart. Uit de opmerkingen tijdens de groepssessies en de plenaire sessie blijkt dat op de volgende punten aanvullingen zijn: De gemeentelijke rol van informatieverstrekker wordt gemist (deze rol is vooral uitgewerkt onder het vierde beleidsveld). Het is belangrijk om op het gedrag van mensen in te zoomen. De aanpak moet proactief zijn in het verstrekken van informatie. De gemeente moet geen bank van lening worden. Het is dus belangrijk hoe het revolving fund vormgegeven wordt. Het opzetten van een energieloket moet bij voorkeur in H2O-verband gebeuren. De gemeente moet onafhankelijk en objectief zijn in deze rol. De gemeente heeft een functie als initiator en facilitator. Uitvoerende partijen in de markt moeten uiteindelijk het werk doen. Verlichting van reclameborden is specifiek genoemd als onderwerp waarbij over verduurzaming nagedacht dient te worden. Energiebesparing in de gemeentelijke organisatie Men is het in grote lijnen eens met de inhoud van de themakaart. Op de volgende punten zijn er aanvullingen: Openbare verlichting kan worden aangepakt in H2O-verband, hoewel de besluitvorming wel binnen de eigen gemeenten moet plaatsvinden. Samenwerking moet meerwaarde bieden: dit is het geval als de voordelen van de schaalgrootte opwegen tegen de nadelen voor de gemeentelijke beleidsvrijheid. De ambities van gemeenten op dit gebied kunnen uiteenlopen. Heerde moet de ambities niet verlagen tot de gemiddelde ambities van de H2O-gemeenten. Energiezuinige openbare verlichting mag niet ten koste gaan van (sociale) veiligheid. Bij de bouw van openbare gebouwen moet de toekomstige functie van het gebouw worden meegenomen. Levensduur moet worden meegenomen in investeringen. Gestelde ambities dienen realistisch en in balans met de financiële haalbaarheid en kaders te zijn. Voordat er kan worden besloten over uitvoering van maatregelen moet de haalbaarheid in termen van milieuprestatie en economische prestatie worden bepaald. Het gaat niet om de investering, maar vooral om de terugverdientijd. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 15

Rijksvoorschriften voor duurzaam inkopen zijn al snel achterhaald. Er moet aansluiting zijn met technische ontwikkelingen en voortschrijdend inzicht vanuit de markt. Maatregelen moeten concreet, tastbaar en zichtbaar zijn om burgers enthousiast te maken. Het voordeel van minder energiegebruik moet inzichtelijk worden gemaakt en gecommuniceerd worden naar burgers. Energie uit biomassa Niet iedereen is het eens met de inhoud van de themakaart. Vooral over de gemeentelijke rol bestaat discussie. Op de volgende punten zijn er aanvullingen: Energie uit biomassa wordt niet door iedereen gezien als gemeentelijke taak. De markt moet kansen op kunnen pakken zonder subsidie: voor afvalverbranding geldt dit al. De gemeente is geen ondernemer maar faciliteert alleen. De energie moet op een verantwoorde wijze gewonnen kunnen worden. Bij het in kaart brengen van de milieuprestatie moet daarom het hele plaatje worden meegewogen: milieulasten van transport, de ecologische functie van de biomassa, brandgevaar van overtollig hout, nabijheid van afnemers van duurzame warmte, etc. Biomassakringlopen bestrijken een veel groter gebied dan binnen de gemeentegrenzen. Oplossingen zijn grootschalig en bevatten meerdere elementen in de keten die geïntegreerd moeten worden: energie, transport, logistiek, warmtebenutting. Energie uit biomassa is dus een thema dat op regionale schaal gecoördineerd moet worden. ROVA is een goede kandidaat voor deze rol. Er moet voordeel voor de burgers zijn, bijvoorbeeld korting op groen gas wanneer men organisch afval inlevert. Er dient voor gewaakt te worden dat de opbrengsten van maatschappelijke duurzame energieontwikkelingen weer terecht komt bij de burgers. Hiervoor is een goede regievoering nodig. De gemeente moet bijv. zorgdragen dat de winsten van ROVA uit bio-energie deels weer ten goede komen aan de burgers. Er is behoefte aan meer gedetailleerde informatie. De economische haalbaarheid en lokale kansen voor afzet van duurzame warmte moeten in kaart worden gebracht. Voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie Men is het in grote lijnen eens met de inhoud van de themakaart. Op de volgende punten zijn er aanvullingen: Voor veel zaken kan worden samengewerkt in H2O-verband, hoewel dit niet betekent dat er geen ambtelijke capaciteit mee gemoeid zal zijn. Vooral sociale minima kunnen baat hebben van energiebesparing. Het is daarom zinvol om in de prestatieafspraken met woningcorporatie Triada ook het thema duurzaamheid gericht op minima op te nemen. Naast particulieren zijn ook het MKB, sport- en buurtverenigingen, kerkgenootschappen etc. belangrijke doelgroepen. De communicatie moet zich vooral richten op de financiële prikkel. Het is belangrijk dat er met concrete voorbeelden gewerkt wordt en dat de informatie duidelijk is. De verschillende doelgroepen moeten op een passende manier benaderd worden. Er is al veel kennis op dit gebied in andere gemeenten. Er moet worden uitgezocht wat het beste werkt voor gemeente Heerde. Niet het wiel opnieuw uitvinden. Realistisch en doelmatig. Dit beleidsveld is een essentieel onderdeel voor de andere drie beleidsvelden. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 16

Bijlage A: themakaarten A.1: themakaart 1. Energiebesparing gebouwde omgeving A.2: themakaart 2. Energiebesparing gemeentelijke organisatie A.3: themakaart 3. Energie uit biomassa A.4: themakaart 4. Voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 17

Bijlage A.1: themakaart 1. Energiebesparing gebouwde omgeving Beleidsveld Energiebesparing in de bestaande gebouwde omgeving, woningen en bedrijfsgebouwen. Doel en eerste stap Opzetten energieloket + revolverend fonds (particuliere woningen) Samenwerking woningcorporatie en lokaal bedrijfsleven Rol gemeente Initiator & regisseur Financier (revolverend fonds voor particuliere woningen) Achtergrondinformatie Algemene stelling Bestaande woningen en bedrijfsgebouwen gebruiken veel energie. Vaak zijn na-isolatie en HR++-glas aantrekkelijk te realiseren (relatief korte terugverdientijden) Bewoners en bedrijven hebben weinig kennis over de mogelijkheden (vinden het te ingewikkeld en/of onduidelijk) Particuliere woningeigenaren beschikken soms niet over voldoende financiële middelen. Om voornoemde redenen is hier een actief stimulerende rol voor de gemeente weggelegd. Realisatie Energieloket Uit ervaringen bij andere gemeenten blijkt dat met een energieloket goede resultaten worden geboekt. Het energieloket is onafhankelijk, verstrekt voorlichting, en ontzorgt. Vanuit een energieloket coördineert de gemeente maatwerkadviezen (EPA s) en financiering van energiebesparende maatregelen (subsidies en duurzaamheidsleningen) Met een energieloket wordt lokaal werkgelegenheid gecreëerd: lokale uitvoerders nemen deel aan een uitvoeringsplatform en voeren de maatregelen uit. Er wordt samengewerkt met lokaal MKB via ondernemersverenigingen en Bedrijven Contact Heerde met als doelstelling het opzetten van een lokaal platform Revolverend Fonds (duurzaamheidleningen particuliere woningeigenaren) Vanuit het revolverend fonds worden duurzaamheidleningen verstrekt waarmee bewoners voordelige leningen kunnen aangaan om energiemaatregelen te realiseren (isolatie en opwekking energie) Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederland beheert het fonds en verzorgt de BKRtoetsing en uitbetaling/aflossing van de lening. Het Revolverend fonds kan (deels) gevuld worden vanuit de gemeentelijke afvalstoffenreserve, die hiermee een maatschappelijke bestemming krijgt. Daarnaast zal provincie verzocht worden om een financiële bijdrage in het fonds te leveren Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 18

Bijlage A.2: themakaart 2. Energiebesparing gemeentelijke organisatie Beleidsveld Energiebesparing in de gemeentelijke organisatie, openbare gebouwen, openbare verlichting, duurzaam inkopen. Doelstelling en eerste stap Energiescan en maatregelen gebouwen, bouwprojecten en verlichting Visie en verduurzaming openbare verlichting (H2O) Duurzaam inkopen in 20015 Rol gemeente Voorbeeldfunctie Financier (opdrachtgever) Achtergrondinformatie Algemene stelling Daar waar de gemeente optreedt als eigenaar en/of opdrachtgever dient zij het goede voorbeeld te geven en een zichtbare keuze voor duurzaamheid te maken Realisatie Openbare gebouwen Streven naar goed energielabel en energiebesparing in bestaande gemeentelijke kantoren en openbare gebouwen met als uitgangspunt o Labelen van alle gebouwen o EPA-U * maatwerkadvies of quickscan bij alle gebouwen. Opmerking: de verplichte labeling en maatwerkadvisering heeft inmiddels plaatsgevonden. o Maatregelen met een terugverdientijd tussen 5 a 10 jaar worden toegepast o Energiezorgsysteem in alle gebouwen implementeren (gemiddeld 10% energiebesparing) Nieuwbouw met een lage EPC realiseren waarbij het geheel aan (jaarlijkse) exploitatiekosten maatgevend zal zijn en dus niet alleen wordt gekeken naar de investeringskosten. Op basis van beleid meerjarenprogramma wordt GPR=8 ** als uitgangspunt toegepast. Openbare verlichting (visie H2O) Openbare verlichting vormt ca. 25% van het gemeentelijk energieverbruik Besparing hierop vormt een zeer effectieve manier om het energieverbruik van de eigen organisatie te reduceren. (streven naar reductie van 2% per jaar) Vaststellen verlichtingsnorm en maatregelen in H2O verband Duurzaam inkopen Duurzaam inkopen van producten, diensten en elektriciteit beperkt de CO2-uitstoot die hieraan is gerelateerd. Hiermee worden duurzame producenten en leveranciers beloond voor hun investeringen. Inkoop van duurzame energie (groene stroom certificaten) voor de gemeentelijke organisatie (gebouwen, openbare verlichting, gemalen). Hiermee is 100% klimaatneutraliteit van de gemeentelijke organisatie haalbaar. Het streven is dat deze energie binnen de gemeentegrenzen opgewekt wordt. (bijv. toepassing biomassa) * EPA-U = Energie Prestatie Advies Utiliteitsgebouwen ** GPR = Gemeentelijke Prestatie Richtlijn Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 19

Bijlage A.3: themakaart 3. Energie uit biomassa Beleidsveld Toepassing en benutting (lokaal) potentieel aan bio-energie. Doelstelling en eerste stap Benutten potentieel en stimuleren ontwikkelingen duurzame energie uit biomassa Uitwerken samenwerking met ROVA en H2O/regionaal verband Haalbaarheidsstudie warmtenetwerk Stimuleren gebruik groengas Rol gemeente Initiator & regisseur Achtergrondinformatie Algemene stelling Er is in Heerde een groot potentieel aan duurzame energie uit biomassa aanwezig (studie DWA). Uit een inventarisatie van biomassastromen in de regio Noord-Veluwe door KEMA blijkt eveneens dat er in de gehele regio kansen voor energie uit biomassa liggen. Dit betreft enerzijds verbranding van groenafval en energiehout in een elektriciteits- en/of warmtecentrale en anderzijds vergisting van mest, waarmee biogas wordt geproduceerd. Met beide bronnen gecombineerd kan op termijn bijna 50% van het duurzame energiepotentieel in Heerde worden benut, overeenkomend met 20-25% CO2-reductie. Duurzame energie wordt in beginsel lokaal opgewekt: er zijn lokale partijen bij betrokken. Waar mogelijk zal opschaling/afstemming plaatsvinden op H2O/regionaal niveau Realisatie Biomassastromen Het verzamelen van groenafval en energiehout uit bossen en de gemeentelijke afvalketen vergt een goede coördinatie en beheer van stromen. Hierbij is een actieve rol van de gemeente vereist. Het opbouwen van deze structuur voor biomassatoepassing kan het best op regionale schaal worden uitgevoerd. ROVA kan hier in opdracht van de Gemeente Heerde een regierol spelen. Vanuit het regiocontract wordt een haalbaarheidsstudie verricht naar de ontwikkeling van een warmtenetwerk in de omgeving Berghuizer zwem- en recreatiebad. Toepassing biomassa: Vergisting en rijden op groengas Bij het realiseren van vergistinginstallaties en een biogasnetwerk speelt de gemeente een faciliterende rol in het vergunningtraject en ruimtelijke planvorming. Het inrichten van de complete keten van productie tot eindgebruik (in voertuigen die rijden op groengas) is een complexe taak waarvan de regierol op provinciaal niveau ligt. De gemeente stelt zich bereidwillig op door medewerking te verlenen aan plaatsing van lokale vulstations voor groengas. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 20

Bijlage A. 4: themakaart 4. Voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie Beleidsveld Via voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie met publieke en private partijen klimaat en energiemaatregelen onder brede aandacht brengen en stimuleren. Doelstelling en eerste stappen Inzetten op bewustwording over energiegebruik bij alle bewoners, organisaties en de jeugd. Samenwerking en coördinatie met betrekking tot lokale en regionale duurzaamheidsinitiatieven Uitbreiden bestaande website en communicatieplan Overkoepelende coördinatie en samenwerking (lokaal, H2O, Rova, Regio, Provincie) Rol gemeente Initiator, regisseur, financier Achtergrondinformatie Algemene stelling Duurzaamheid vereist brede maatschappelijke samenwerking en draagvlak. Hierbij kan eveneens aansluiting worden gezocht met het lokaal minimabeleid Verduurzaming en initiatieven hieromtrent hebben een belangrijke maatschappelijke, bindende functie. Dit vormt een belangrijke motivatie voor lokale partijen om samen te werken. Met brede voorlichting kunnen energiebesparende maatregelen en gedrag thuis, op de werkplek, en in het verkeer inzichtelijk worden gemaakt en gestimuleerd Stimuleren van educatieve trajecten in het onderwijs zodat leerlingen zich bewust worden van de energie die ze verbruiken en leren over duurzame energie. Het initiëren van contacten met lokale belangenverenigingen als bijvoorbeeld bewonersgroepen, (buurt)verenigingen, kerken etc. blijkt in de praktijk belangrijk voor draagvlak en stimulering. Realisatie Samenwerking en draagvlak Er zal worden ingezet op, intensivering van de, samenwerking met bewonersinitiatieven, woningcorporaties, het MKB, ondernemersverenigingen, de agrarische sector, scholen, kerken, etc. De inzet van lokale initiatieven met betrekking tot duurzame energie leidt tot lokale werkgelegenheid en lokale kennis over innovatieve techniek, waardoor op de lange termijn banen gecreëerd kunnen worden. De gemeente is hierbij de centrale spil en coördineert de samenwerking tussen alle partijen. Voor de voorlichting en educatie kunnen verschillende kanalen worden gebruikt: website, flyers, stands op evenementen, nieuwsbrief, nieuwe media. Door daarnaast middelen geconcentreerd in te zetten in een basis campagne kunnen veel mensen worden bereikt. Naast de lokale samenwerking zal worden ingezet op (versteviging van de) samenwerking in H2O verband, Rova, Regio en provincie Gelderland. Voorlichting en campagnes kunnen worden gecoördineerd vanuit de gemeentelijke regiefunctie. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 21

Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 22

Bijlage B: discussie B.1: groepsindeling B.2: verslag Themaraad Duurzaamheid van 16 mei 2011 B.3: lijst met eindresultaten Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 23

Bijlage B.1: groepsindeling Themaraad 16 mei Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Gr. Links: S.I. van Amerongen PvdA: J.H. den Boef Roeke CDA: J. Grotenhuis van der Horst Locatie: Raadzaal VVD: GJ van Dijk PvdA; S. Buist CU-SGP: BJ v.d. Linde CDA: H.R. Visser GB-BP: J. Bijsterbosch CU-SGP: J. Nitrauw P.v.d.A: B. Horst CU-SGP: G.W. Visser CDA: J. Pierik van der Snel Gr. Links: FJM Goes Locatie: kamer weth. Bögeman CDA: J. Kampherbeek Locatie: Maquettekamer VVD: A. Jalink D66: A.J. vd Ham Locatie: Spreekkamer Hoogwatergeul Ondersteuning: Annie Reiling Ondersteuning: Bianca Espeldoorn Ondersteuning: GertJan Brand Ondersteuning: Faruk Dervis Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 24

Bijlage B.2: verslag van de Themaraad Duurzaamheid van 16 mei 2011 Aanvang Plaats Aanwezig 19.30 uur gemeentehuis te Heerde de voorzitter: W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen. de leden: S.I. van Amerongen, J.H. den Boef-Roeke, S. Buist J. Bijsterbosch, F.J.M. Goes, G.J. van Dijk, J. Grotenhuis-van der Horst, T. van der Ham, B. Horst, T. Jalink, J. Kampherbeek, B.J. van der Linde, J. Nitrauw, J. Pierik-van der Snel, W. Visscher en H.R. Visser. het college: de heer H.G. van der Stege. de griffie: B. Espeldoorn-Bloemendal en Z. van der Beek-van Weeghel. Verder aanwezig: G. Haas, M. Venema, W. Blankvoort, A. Reiling, J. Bont, G.J. Brand en F. Dervis Afwezig met kennisgeving H.A.M. Bögemann, A. Westerkamp, I.T.M.S. Bunnik-van Loon, H. Dijkslag, H.W. Hulsebos, W. de Weerdt, M.J.A. van Broekhoven, A. van Dijk-Bruins, J. Tuinman, H. Kanter 1. Opening en mededeling. De voorzitter opent de vergadering, heet de aanwezigen van harte welkom en geeft een korte inleiding. 2. Presentatie G.J. Brand en G. Haas. De heren Brand en Haas geven een presentatie over het Nationaal beleid, bestaand gemeentelijk beleid, rapport Op weg naar een CO2 neutrale gemeente, Focus/rol gemeente en de actuele stand van zaken. 3. Presentatie J. Bont De heer Bont geeft een presentatie over de openbare verlichting in de gemeente Heerde. Opmerkingen uit de vergadering: Het aspect communicatie is wat onderbelicht. Er moet ook een stukje voorlichting worden gegeven. Bijvoorbeeld bij kerstverlichting. Bij het weghalen van lantaarnpalen moet ook het aspect hulpdiensten meegenomen worden. Dat behoort bij verkeersveiligheid. Allereerst moet de vraag bepaald worden wat Heerde wil besparen, geld of een hoeveelheid kwh bijvoorbeeld. Antwoord: In het beleid komt in de financiële paragraaf een onderdeel waarin dergelijke cijfers terug komen. Tip lichtvervuiling: de lichtkoepel bij het transferium is vanaf het Heerderstrand apart zichtbaar. Hierover moet overleg plaatsvinden met de provincie. 4. Groepsdiscussie aan de hand van themakaarten Vervolgens gaat de vergadering in 4 groepen uiteen. Elk van de groepen bediscussieerd 4 verschillende thema s. Groep 2 heeft enkel themakaart 2 en 3 behandeld. Over de verschillende themakaarten zijn de volgende opmerkingen gemaakt: Themakaart 1: Energiebesparing gebouwde omgeving Groep 1, Van Amerongen: De groep heeft zich laten overtuigen door de plaatjes dat er 50% winst te behalen is bij energiegebruik. Eens met de rol van de gemeente, misten de rol van informatieverstrekking. Belangrijk is op gedrag van mensen in te zoomen (kerstverlichting etc.) Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 25

Kritische noot: revolving fund -> de gemeente moet geen bank van lening worden. Belangrijk is hoe dat vorm gegeven wordt. Het is goed om duurzaam beleid te voeren w.b. verlichting van reclameborden. Kampherbeek: Bijvoorbeeld een H2O-Energieloket opzetten. Visser: pro-actief er in zijn. De boer op met informatie. Belangrijkste prikkel is geld verdienen. Van Dijk: energiemaatschappij doet ook een heel stuk voorlichting, daarbij aansluiting en samenwerking zoeken, die hebben het hele veld al in huis. Visser: de gemeente moet objectief en onafhankelijk informatie verstrekken. Den Boef: de rol van de gemeente ligt vooral bij nieuwbouw. Bij bestaande woning is het vaak een kostenoverweging wel of geen maatregelen te treffen. Visser en v.d. Linde: de belangrijkste winst is juist bij bestaande woningen te halen. Buist: de gemeente moet oppassen niet op de stoel van de (energie)ondernemer en het isolatiebedrijf te gaan zitten. Faciliterende rol. Meer een verwijzende functie. Bouwvoorschriften stellen en toepassen is een belangrijke taak. Verwijzende rol en informatievoorziening! Themakaart 2: energiebesparing gemeentelijke organisatie Groep 2, Goes: Eens met doelstelling en gemeentelijke rol. Rol -> als gemeente ook initiator. Openbare verlichting in H2O verband: besluitvorming binnen de eigen gemeente moet kunnen blijven plaatsvinden. Samenwerken waar samenwerking meerwaarde biedt. Bij het nemen van energiemaatregelen moet afgewogen worden wat de schaalgrootte is die daarvoor nodig is ten opzichte van het rendement. Daarbij moet de gemeentelijke beleidsvrijheid in acht worden genomen. Bij de bouw van openbare gebouwen moet ook de focus op de toekomstige functie van het gebouw liggen. Denk aan isoleren en koelen van gebouwen. Term duurzaamheid, duurzaam inkopen, moet geen doel op zich zijn. Maatregelen moeten praktisch, realistisch en haalbaar zijn. De ambities moeten in balans zijn met de financiële haalbaarheid en de kaders. Meer concretiseren van maatregelen. Waarvan reductie? In geld of in kwh. Buist: over duurzaamheid zijn door de Rijksoverheid of de EU voorschriften gemaakt. Het is echter belangrijker dat aansluiting wordt gevonden bij de ontwikkelingen van de techniek en voortschrijdende inzichten. Deze beweegt zich razend snel. Maatregelen moeten pragmatisch zijn. Visser: zaken concreet en tastbaar maken om mensen mee te nemen in het traject. Simpele maatregelen om mensen enthousiast te krijgen. Met de beide benen op de grond. Levensduur meenemen in de investering. Kampherbeek: openbare verlichting: norm goed scherp houden ten aanzien van besparing, niet per se het gemiddelde van H2O nemen. Liever de scherpste grens trekken. Jalink: Duurzaam inkopen mag duur zijn als de investering in de tijd wordt terugverdiend. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 26

Van Amerongen: bestaande rendementen gebouwen zijn relatief laag, dat moet juist benut worden vanuit de voorbeeldfunctie. Zichtbaar maken wat het voordeel is in het energiegebruik om mensen mee te nemen. Ook communiceren en ervaringen delen met burgers. Kritische noot over verlichting: maatregelen staan soms op gespannen voet met veiligheid of sociale veiligheid. Dat goed tegen elkaar afwegen. Andere manier zoeken om veiligheid te borgen. Hou het pragmatisch en realistisch! Themakaart 3: Energie uit biomassa Groep 4, Visser: Biomassa is niet direct een gemeentelijke taak/verantwoordelijkheid. Naast kleinschalig promoten dient participatie en activering plaats te vinden in grootschalige oplossingen. Zoeken naar sluitende (keten)oplossingen (warmtebenutting, energie, transport en logistiek). Oppassen dat geen verstoring van ecosystemen in het bos en natuur plaats zal vinden. Heeft alleen zin als je op korte afstand de warmte kwijt kunt. Als die relatie er niet is dan minder zinvol. Milieulasten van transport meewegen. Als gemeente ook voordeel bij halen waar je voor de burger wat mee kunt doen. Afval is van een negatieve waarde inmiddels grondstof geworden en levert geld op. De markt regelt zelf ook heel veel. Bedrijven moeten zelfregulerend zijn en niet afhankelijk van subsidies tot in lengte van dagen. Kampherbeek: Eens met stelling. Rova heeft een schitterend innovatief voorbeeld met de groenvergister en opwekking groen gas. Zorgen dat gemeente als afvalleverancier hier bij betrokken is en burgers hiervan (op termijn) profiteren. Als je afval inlevert dan krijg je daar goedkoper gas voor terug. Haas: Er is via het regiocontract momenteel een studie in voorbereiding naar de haalbaarheid ontwikkeling warmtenetwerk in de omgeving Berghuizer Bad. In deze omgeving zit een aanzienlijke warmtevraag. Het gaat om een afstudeeropdracht van een student van de Hogeschool Wageningen. Biomassawarmteopwekking is op zich vrij simpel toepasbaar. Vraag is wie de regierol gaat vervullen. Mogelijk dat ROVA in beeld is. In opdracht van de provincie is een verkenning gemaakt naar de beshikbaarheid van biomassa op de Veluwe. De vraag is of de gemeente/rova kan sturen in de kringloop biomassa en die op een positieve manier inzetten. Er moet hiermee meer op grote schaal (regionaal verband) gedacht worden. Goes: (groep 2) allen eens dat de gemeente zich niet als ondernemer zou moeten opstellen als het gaat om bioenergieleverancier. Alleen faciliterend. In de laatste drie bullets van de themakaart (toepassing biomassa) kon iedereen zich vinden. Buist: de gemeente moet zich opstellen als een goed beheerder/regisseur en niet in de rol van ondernemer stappen. Het is zaak dat de revenuen van ontwikkelingen bij de gemeenschap terecht komen. Subsidies mooi, maar wel realistisch blijven. Als het gaat om emissierechten moet als gemeente/gemeenschap ook haar/zijn rechten doen gelden. Ondernemer moet ondernemer en gemeente moet gemeente blijven. Van Amerongen: de groep is het met het onderwerp erg eens in de zin, dat het zinvol is gegeven de bijzondere ligging van Heerde en de potenties benut kunnen worden. Er zijn alternatieven voor handen die voor Heerde aantrekkelijk zijn om te exploiteren. De groep is meer positief over vergistinginstallatie dan over verbranden van hout. Met name over de omgeving zwembad, omdat de positie daarvan onzeker is. Er ligt een duidelijke rol voor de Rova. Ook de kostenbatenverhouding moet in beeld worden gebracht. Het is niet duidelijk hoe het zit met de aanloopkosten voor de organisatie voor dit soort installaties. Er is behoefte aan meer informatie. Vooral financieel. Wat betreft het hout uit de bossen is de groep positief dat het materiaal gebruikt Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 27

wordt. Maar dat is tegelijkertijd negatief voor de natuur. Brandgevaar is groot als het blijft liggen. De gemeente moet de middenweg bewandelen hierin. Van der Ham: groep 4 vraagt juist een integrale aanpak. Als er geen afzet is dan is er ook een probleem. Welke gelegenheden en mogelijkheden zijn er? Probleem bij biomassa is wat er met de warmte wordt gedaan. Ook aan koude- en warmteopslag denken. Themakaart 4 Voorlichting, educatie, samenwerking en coördinatie Groep 3, Kampherbeek De vraag komt naar boven of de raadsleden zelf weten hoeveel kuub gas en hoeveel kwh energie ze verbruiken. Meten is weten. Een aantal zaken kan in H2O verband. Daar is een stukje ambtelijke capaciteit voor nodig. Daar moet ook rekening mee gehouden worden. In september komen de raden in H2O-verband bijeen. Zij zouden daar dan over kunnen praten. Het blijkt dat de mensen die het minst verdienen het meest uitgeven aan energie door hun woonsituatie. Gedacht wordt om met Triada prestatieafspraken te maken i.k.v. duurzaamheid i.s.m. minimabeleid. Spaarlampen leveren bijvoorbeeld. Doch er zijn natuurlijk meerdere onderwerpen. Visser: m.n. de financiële prikkel is heel belangrijk. Werken met concrete voorbeelden. Afstemmen van informatie op de verschillende niveaus. Niet alleen de website inzetten, maar ook andere vormen van communicatie kiezen. Niet zelf het wiel uitvinden. Er zijn al veel gemeenten die Heerde hierin voorgingen. Zoeken naar de best practices. Onderscheid maken naar de verschillende doelgroepen. Duidelijkheid scheppen in de informatiestroom. Buist: opmerking Kampherbeek over koppeling met minimabeleid is een aardige. Daar zou sowieso een gemeentelijk verbeterpunt liggen door relaties te leggen met de andere beleidsterreinen. Van Amerongen: groep 1 heeft met name gepraat over het feit dat de rol van de gemeente ook de rol is van de uitvoerder. De gemeente moet echt initiatief nemen. Het is een onmisbaar iets met andere onderwerpen. Het mag niet de sluitpost zijn. Communicatie is een grote component. Een groep die belangrijk is om te bereiken is het MKB. Die kan bij de uitvoering een belangrijke partner zijn. En de sportverenigingen. Buist: Vanavond is een positieve discussie gevoerd omtrent een breed maatschappelijk onderwerp. Het is zaak dat de basisnotitie met de resultaten van vanavond binnen redelijke termijn wordt bijgewerkt en vervolgens de uitwerking plaats vindt. Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 28

Bijlage B.3: eindresultaat groepssessies Beleidsnotitie masterplan energiebesparing en duurzame energie Heerde 29