AANGETEKEND. uw kenmerk ons kenmerk aanslagjaar bijlage(n) 2012 in de bedrijfsvoorheffing 1

Vergelijkbare documenten
Technische fiche wetenschappelijk onderzoek Art , WIB 92

FISCALE LASTENVERLAGINGEN: VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING

Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art , WIB 92

VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING EN VERMINDERING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING BIJ OVERWERK

TOEPASSING VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING VOOR ONDERZOEK & ONTWIKKELING: CONTROLE VERSCHERPT!

Technische fiche overwerk Art , WIB 92

Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid

Technische fiche looncorrectie (IPA) Art , WIB 92

1. Fiscaal aantrekkelijke overschrijdingen

PROGRAMMAINDICATOREN SD1A. Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk

FICHE Nr JAAR 2016 Pagina 1 van Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek: Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ...

FICHE Nr JAAR 2017

Technische fiche startende ondernemingen Art , WIB 92

FICHE Nr JAAR 2016

FICHE Nr JAAR...

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in A1 =... B A2 =... B2...

NIEUWSBRIEF DECEMBER 2014

Financiering van Innovatie:

PROGRAMMAINDICATOREN SD3B. Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in A1 =... B A2 =... B2...

De regels van de arbeidsduur anno 2017 Overuren en vrijwillige overuren

Steunmaatregel N 603/2003 België Steun ten gunste van nacht- en ploegenarbeid

Overzicht programma-indicatoren: definities en toelichting


TOELICHTING 274 APT - 8

Handleiding Financiële Personeelsadministratie Einde. Boek 2 Hoofdstuk 7.5 : Bedrijfsvoorheffing Inhoudstafel

Percen- tage. 8. TOTAAL (nrs. 1 tot 7)... (A)... Afschrijfbare aanschaffings- of beleggingswaarde. 3. TOTAAL (nrs. 1 en 2)... (B)...

Wetswijziging op komst voor vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijk onderzoek

NIEUWSBRIEF JUNI 2013

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap Integratiecentra

NIEUWSBRIEF MEI 2009 VAKANTIEGELD ARBEIDERS BOUWSECTOR

Formulier 276 Front./Grens. Verklaring betreffende grensarbeiders Instructies

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS )

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Art. 275 code percentage berekeningsgrondslag inwerkingtreding ,75 % ( art. 154bis ) 32,19 %


BERICHT AAN DE WERKGEVERS EN AAN DE ANDERE SCHULDENAARS VAN AAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING ONDERWORPEN INKOMSTEN ATTEST * * * VERSIE 2018

FAQ VRIJSTELLING VAN DOORSTORTING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING - STARTENDE ONDENREMINGEN

De inkomsten uit de deeleconomie

2. Beslissing om het stelsel toe te passen

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR

Versie DEEL X Titel II De inhouding voor bijdrage aan de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

INSTRUCTIES AAN DE WERKGEVERS ASR

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren.


Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap

Nieuwe horecamaatregelen vanaf 1 december 2015

Personeelskosten. Handboek p. 143 tot 173 ANDERE VERRICHTINGEN PERSONEELSCYCLUS INVESTERINGEN FINANCIERINGEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

Gemeenschappelijke Raadszitting van woensdag 11 februari

Verklaring de-minimissteun voor de toepassing van de steunmaatregel 'vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor systeemvaart'

Bijlage: voorwaarden voor verminderingen en vrijstellingen van doorstorting bedrijfsvoorheffing - eblox

Derde Bewerking : Aftrek van vrijgestelde verdragswinsten Aftrek van niet-belastbare bestanddelen

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. minfin.fgov.be. Onderwerp

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari 2019

Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement

Modelprojectplan Subsidieregeling MIT R&D samenwerking Noord-Nederland 2018

Metaalverwerkingsondernemingen Nationaal

1 Wettelijke grondslagen

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren.

Zevende scenario Maandelijkse aangifte van arbeid als werknemer tewerkgesteld in een beschermde werkplaats

REGELING ARTIKEL 30bis: CONTROLE MEDECONTRACTANT (AANNEMER/ONDER- AANNEMER) OP SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN

Newsletter. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources.

O p w e l k e p u n t e n c o n t r o l e e r t d e i n s p e c t i e h e t m e e s t?

BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010

Versie van DEEL X Titel V Hoofdstuk I Bepaling van de bedrijfsvoorheffing Inhoudsopgave 1. Wettelijke en reglementaire basis 2.

WETSONTWERP BETREFFENDE WERKBAAR EN WENDBAAR WERK

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. Onderwerp

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010

DE WERKNEMER DIE UITKERINGEN WIL GENIETEN MOET DIT FORMULIER, NA DE PERIODE GEDEKT DOOR LOON,

NIEUWSBRIEF MAART 2016

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources.

Vak XVI. - WINST uit nijverheids-, handels- of landbouwondernemingen.

Informatiefiche Arbeidsduur in de sector

Nr september 2015

INDUSTRIEEL ONDERZOEK EN EXPERIMENTELE ONTWIKKELING

IN TE VULLEN DOOR DE UITBETALINGSINSTELLING : 1 ste aanvraag RU VW... datumstempel WB

CIRCULAIRE AOIF Nr. 27/2010

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) DEEL 2

Nieuwe ontslagregels 2012

Vermindering bedrijfsvoorheffing werken in onroerende staat in ploegen op locatie

Taksreglement betreffende het gebruik van een woonplaats door een bewoner die niet in de bevolkingsregisters is ingeschreven.

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

Federale Overheidsdienst FINANCIEN - Centrale diensten. Directie I/5A. Circulaire nr. Ci.RH.242/ (AAFisc Nr. 43/2011) dd

Nachtarbeid Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007 (84.302) Arbeid op zon en feestdagen... 4

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg door:

Hi-Ant. Module. Prato Services nv

1 Wettelijke grondslagen

1. Deze circulaire heeft betrekking op de anciënniteitspremies die aan werknemers worden toegekend tijdens hun loopbaan bij een werkgever.

CIRCULAIRE. AOIF nr. 24/2009. Brussel, 9 mei 2009

Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Lexalert informeert u gratis en per over de juridische actualiteit. Schrijf gratis in via

Staatssteun nr. N 833/2000 NEDERLAND Besluit Subsidies Technische Ontwikkelingsprojecten

Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalige onderwijs

Transcriptie:

Federale Overheidsdienst FINANCIEN BELASTINGEN EN INVORDERING Administratie van de Ondernemings-en Inkomensfiscaliteit Sector Directe Belastingen AANGETEKEND uw kenmerk ons kenmerk aanslagjaar bijlage(n) 2012 in de bedrijfsvoorheffing 1 INKOMSTENBELASTINGEN VRAAG OM INLICHTINGEN Origineel/ Afschrift belastingplichtige Mijnheer, Mevrouw, Krachtens artikel 316 van het Wetboek van de Inkomstenbelasting 1992 is de belastingplichtige verplicht de administratie, op haar verzoek, binnen één maand na de datum van verzending van de aanvraag, schriftelijk alle inlichtingen te verstrekken die van hem worden gevorderd met het oog op het onderzoek van zijn fiscale toestand. Krachtens artikel 317 van het Wetboek van de Inkomstenbelasting 1992 kunnen de aldus ingewonnen inlichtingen eveneens worden ingeroepen met het oog op het belasten van derden. U gelieve derhalve de hierna gestelde vragen te beantwoorden binnen een TERMIJN VAN EEN MAAND te rekenen van de derde werkdag volgend op de verzending van deze aanvraag. Die termijn kan worden verlengd wegens wettige redenen, die mij vóór het verstrijken ervan zijn mede te delen. Ik acht het nuttig u eveneens te wijzen: Op de bepalingen van artikel 351 van het voormelde wetboek, op grond waarvan de administratie de aanslag ambtshalve kan vestigen, onder meer ingeval de belastingplichtige nagelaten heeft de gevraagde inlichtingen binnen de gestelde termijn te verstrekken; Op de bepalingen van artikel 352 van hetzelfde wetboek die, bij ambtshalve aanslag, de bewijslast van het juiste bedrag van de belastbare inkomsten en van de andere in aanmerking komende gegevens ten laste leggen van de belastingplichtige die niet aantoont, dat wettige redenen hem hebben verhinderd die inlichtingen binnen de gestelde termijn te verstrekken; Op de bepalingen van de artikelen 445 en 449 van het voornoemde wetboek, die in de toepassing voorzien van administratieve boeten en van strafrechterlijke sancties wegens de overtreding van het artikel 316 waarover het gaat. Denk erom uw antwoord te dagtekenen en te ondertekenen (zie keerzijde). Hoogachtend, Kristof Aerts, Attaché - Inspecteur bij een fiscaal bestuur Controlecentrum Herentals Team 3 Aanvullende informatie betreffende deze briefwisseling kan verkregen worden bij: Taxatieambtenaar Kristof Aerts Attaché Inspecteur bij een fiscaal bestuur Tel. 0257/84703. kristof.aerts@minfin.fed.be

VRAGEN De vennootschap vroeg voor 2012 diverse vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing aan. Er dient aangetoond te worden of de vennootschap recht had op deze vrijstellingen. Daartoe vindt u hieronder een aparte vragenlijst voor elke vrijstelling. Gelieve ten behoeve van de overzichtelijkheid de antwoorden op de vragenlijsten zoveel mogelijk te ordenen per vrijstelling en volgens de structuur van deze vraag om inlichtingen. Gelieve ook de bezorgde documenten te nummeren en naar de nummers van de bijlagen te verwijzen in uw antwoord. Bij voorkeur zijn de gegevens die berekeningen of tijdsregistratie bevatten, te bezorgen via elektronische weg, in een format dat in Excel geopend kan worden. Deze gegevens kunnen verzonden worden naar volgend e-mailadres : kristof.aerts@minfin.fed.be Ook andere gegevens kunnen via deze weg bezorgd worden. Indien bepaalde gevraagde gegevens te omvangrijk zouden zijn om per post of mail te versturen, is het mogelijk om deze ter beschikking te stellen op de maatschappelijke zetel tijdens de controle ter plaatse. Gelieve desgevallend in uw antwoord bij de respectievelijke vragen te vermelden over welke documenten het concreet gaat. Opdat de bezoeken ter plaatse beperkt kunnen blijven, is het wel aangewezen de documenten zoveel mogelijk van tevoren op te sturen of ter beschikking te stellen. Voor vragen kan u zich wenden tot het genoemde e-mailadres kristof.aerts@minfin.fed.be U kan de dossierbehandelaar ook contacteren op het telefoonnummer 0257/84703. Gelieve er evenwel rekening mee te houden dat deze niet bereikbaar is van 15 april 2014 tot en met 5 mei 2014. Een aantal zaken wordt steekproefsgewijs gevraagd. Deze steekproeven kunnen later uitgebreid worden. Vragen met betrekking tot de vrijstelling ploegen- en nachtarbeid: Met betrekking tot de bezoldiging van uw werknemers in 2012 heeft u toepassing gemaakt van de vrijstelling van door te storten bedrijfsvoorheffing in het kader van ploegen-of nachtarbeid (negatieve aangiftes 274.06). Teneinde de juiste toepassing van deze vrijstelling te kunnen onderzoeken, zou ik u willen vragen volgende gegevens te bezorgen met betrekking tot 2012: 1) a) De arbeidsreglementen die in 2012 van toepassing waren op de betreffende werknemers, specifiek de bepalingen met betrekking tot ploegen- en nachtarbeid, alsook b) De cao s die op uw onderneming van toepassing waren in 2012, inzake ploegen- en nachtarbeid. 2) Om van ploegenarbeid te kunnen spreken in de zin van art 275 5 WIB92 dient het te gaan om : - arbeid in minstens twee ploegen van minstens twee werknemers - die hetzelfde werk doen zowel qua inhoud als qua omvang en - die elkaar in de loop van de dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende ploegen (dit houdt ook in dat deze ploegen op dezelfde locatie moeten tewerkgesteld zijn) en - zonder dat de overlapping meer bedraagt dan een vierde van hun dagtaak,

Om van nachtarbeid te kunnen spreken dient het te gaan om werknemers die: - overeenkomstig de in de onderneming toepasselijke arbeidsregeling, - prestaties verrichten tussen 20 uur en 6 uur met uitsluiting van: - de werknemers die enkel prestaties verrichten tussen 6 uur en 24 uur, - de werknemers die gewoonlijk beginnen te werken vanaf 5 uur. Gelieve aan te tonen dat deze voorwaarden voldaan zijn door een gedetailleerde beschrijving te geven van het systeem van ploegen- of nachtarbeid in 2012: a. welke ploegen waren er? Uit welke personeelsleden waren deze respectievelijke ploegen samengesteld? b. welke taken werden in ploegen- of nachtarbeid verricht? Verschillen deze qua inhoud en/of omvang? c. op welke locaties werkten deze respectievelijke ploegen? d. wie was belast met het toezicht op de verschillende ploegen? e. hoe werd bepaald of iemand recht had op de ploegen- en nachtpremie? f. Hoe werd de toeslag berekend? g. Hoe gebeurde de toewijzing aan ploegen? h. Welke stappen werden er ondernomen in het proces van toekenning? i. Hoe werd opgevolgd/gecontroleerd of de prestaties die daarop recht geven effectief waren gepresteerd? Bestaat er een systeem van tijdsregistratie binnen uw onderneming? Zo ja, gelieve de werking ervan te omschrijven. j. Wordt eenzelfde premie alleen toegekend aan werknemers die ploegen-of nachtarbeid verrichten? k. Wordt deze ploegenpremie apart vermeld op de loonstaten van de betrokken werknemers? Zoja, onder welke code? l. Hoe verloopt de ploegen- en nachtarbeid? Zijn er onderbrekingen en/of overlappingen en zo ja, van welke omvang? m. welke gegevens worden verder door de onderneming bewaard (ter attentie van het sociaal secretariaat bijvoorbeeld) om te bepalen welke werknemers het recht openen op het voordeel en de perioden tijdens dewelke zij dit recht geven op dit voordeel? Gelieve deze ter beschikking te houden tijdens de controle ter plaatse. 3) Werd er vrijstelling doorstorting BV gevraagd voor werknemers die niet aan alle stelsels van de Sociale zekerheid onderworpen zijn (bv. studentenarbeiders)? Indien ja, graag een overzicht van de desbetreffende werknemers te bezorgen. 4) De nominatieve lijst met personeelsleden waarop de vrijstelling van toepassing was, met voor elke persoon de vermelding van de periode waarin er gedurende het jaar in ploegen en/of 's nachts werd gewerkt; 5) a) het detail van de berekening die werd gemaakt voor het bepalen van - de basis van de vrijstelling van doorstorting van BV en - van de vrijstelling zelf. b) Gelieve aan te tonen dat het dubbel vakantiegeld, de eindejaarspremie, opzeggingsvergoedingen en achterstallen niet begrepen zijn in de berekeningsbasis. Dit laatste kan bijvoorbeeld met enkele voorbeelden aan de hand van de loonstaten Er kan naderhand een bredere steekproef genomen worden. 6) de jaarlijkse individuele rekeningen van de betrokkenen voor 2012, met gedetailleerde maandloonafrekeningen en met aanduiding van de betaalde ploegenpremie. 7) Gelieve aan te tonen dat er voor de maanden juli, augustus en december per werknemer nooit meer werd vrijgesteld dan de werkelijk ingehouden BV (bv. aan de hand van de loonstaten).

8) Gelieve (bv. op basis van de loonstaten) voor de maanden juli, augustus en december voor elke werknemer maandelijks de volgende zaken te bepalen: - het totaal aantal werkdagen of werkuren, - de dagen (of uren) van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, met loonbehoud, - de dagen (of uren) van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, zonder loonbehoud, - de werkelijk gepresteerde tijd in ploegen volgens de erkende criteria. In de mate dat deze gegevens vermeld zijn op de loonstaat, kan hiernaar verwezen worden. 9. Gelieve aan te tonen dat de BV-bedragen waarvoor U voor boekjaar 2012 de vrijstelling van storting heeft toegepast, op passende wijze in de resultatenrekening zijn opgenomen. Vragen met betrekking tot de vrijstelling overwerk: Met betrekking tot de bezoldiging van uw werknemers in 2012 heeft u toepassing gemaakt van de vrijstelling van door te storten bedrijfsvoorheffing in het kader van gepresteerd overwerk (negatieve aangiftes 274.44). Ten einde de juiste toepassing van deze vrijstelling te kunnen onderzoeken, zou ik u willen vragen volgende gegevens te bezorgen met betrekking tot 2012: 1) a) De arbeidsreglementen die in 2012 van toepassing waren op de betreffende werknemers, specifiek de bepalingen met betrekking tot ploegen- en nachtarbeid. Indien het volledige arbeidsreglement reeds bezorgd werd n.a.v. vragen ploegen- en nachtarbeid, kan het volstaan hiernaar te verwijzen. b) Indien voor de onderneming de mogelijkheid werd voorzien om flexibel te werken in het kader van art20bis van de Arbeidswet van 16 maart 1971: werd hiervan gebruik gemaakt in 2012? c) De CAO s die op uw onderneming van toepassing waren in 2012 inzake overwerk en elk ander document dat aantoont dat u kan afwijken van de wettelijke grens van de arbeidsduur. 2) Beschrijving van het systeem van overwerk: a) toelichting met betrekking tot de toepassingsvoorwaarden van de overwerktoeslag b) welk registratiesysteem werd gebruikt? 3) een nominatieve lijst met elke werknemer die overuren heeft gepresteerd met daarin, voor elke werknemer, de volledige identiteit en de periode van het jaar gedurende dewelke die werknemer werkelijk overuren heeft verricht en het aantal gepresteerde overuren; 4) bewijs dat de toegekende overwerktoeslag gepaard gaat met werkelijk overwerk, gepresteerd boven de toegestane of onderhandelde arbeidsduur. Gelieve dit bewijs te leveren per werknemer voor de maanden juli, augustus en december (o.a. op basis van de tijdsregistratie). Deze steekproef kan later worden uitgebreid naargelang de vaststellingen. Er is in principe slechts sprake van overuren waarvoor een toeslag verschuldigd is, wanneer 1 van volgende grenzen is overschreden : meer dan 9u per dag meer dan 40 u op weekbasis meer dan wat voorzien is in de (lagere) grenzen van een CAO/arbeidsreglement Werden deze regels gerespecteerd bij het bepalen of er werkelijk een overuur (overuren) werd(en) gepresteerd tijdens elke maand (waarvoor een vrijstelling werd berekend)?

5) jaarlijkse individuele rekeningen van de betrokken werknemers met gedetailleerde maandloonafrekeningen met aanduiding van de bezoldiging overuren en de betaalde overwerktoeslag. 6) detail van de berekening per werknemer van de berekeningsgrondslag van de overurentoeslag, deze omvat alle overuren, d.w.z. ook de uren die niet uitbetaald worden, maar worden omgezet in inhaalrust. 7) detail van de berekening van de vrijstelling zelf, deze is te beperken tot de eerste 130 overuren per werknemer per jaar. 8) details van de boekingen in opbrengsten met betrekking tot de niet doorgestorte bedrijfsvoorheffing Vragen met betrekking tot de vrijstelling looncorrectie: Met betrekking tot de bezoldiging van uw werknemers in 2012 heeft U toepassing gemaakt van de vrijstelling van door te storten bedrijfsvoorheffing in het kader van de looncorrectie (negatieve aangifte BV 274.46). Ten einde de juiste toepassing van deze vrijstelling te kunnen onderzoeken zou ik u willen vragen volgende gegevens te bezorgen met betrekking tot 2012: 1) een nominatieve lijst, eventueel opgesplitst tussen werknemers die behoren tot een nonprofit paritaire commissie en andere werknemers, met daarin, voor elke werknemer, de volledige identiteit, en het bedrag van de bruto bezoldiging (vóór inhouding van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdragen); 2) de jaarlijkse individuele rekeningen van de betrokken werknemers met gedetailleerde maandloonafrekekeningen; 3) detail van de berekening voor het bepalen van de vrijstelling; de basis is het bruto bedrag van de bezoldiging van de werknemers vóór inhouding rsz-werknemer (met uitsluiting van 8% vermeerdering op de bruto bezoldiging van arbeiders voor de berekening van de rsz) en met uitsluiting van kosten eigen aan de werkgever; 4) details van de boekingen in opbrengsten met betrekking tot de niet doorgestorte bedrijfsvoorheffing. Vragen met betrekking tot de vrijstellingen wetenschappelijk onderzoek: U heeft als onderneming voor het jaar 2012 negatieve aangiften bedrijfsvoorheffing ingediend waardoor U te kennen gaf dat U een vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing vraagt wegens het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek. De volgende vragen zijn erop gericht om te controleren of deze vrijstelling terecht werd gevraagd: 1) Gelieve een nominatieve lijst te bezorgen van alle werknemers waarvan de op hun bezoldiging ingehouden BV gedeeltelijk werd vrijgesteld van doorstorting krachtens de bepalingen van art 275³ WIB92 (toepassing Bijlage III ter III KB/WIB92), en per vrijstellingscode: Per werknemer te vermelden: - Volledige identiteit - Nationaal nummer - de vrijstellingscode die werd ingeroepen

- het bedrag van de vrijstelling voor wetenschappelijk onderzoek dat voor deze werknemer werd ingeroepen - De bezoldiging welke als grondslag heeft gediend voor de berekening van de vrijstelling en de desgevallende proratering in functie van de tijd besteed aan het onderzoek (zodat de aansluiting kan worden gemaakt met de per maand gevraagde vrijstelling van doorstorting van BV). 2) Gelieve voor elke werknemer waarvoor deze vrijstelling werd gevraagd de gedetailleerde berekening van de ingehouden bedrijfsvoorheffing te bezorgen voor de maand december 2012 (eventueel kopie attest sociaal secretariaat met de maandelijkse cijfers). Deze steekproef kan later uitgebreid worden. 3) De individuele loonrekening van de betrokken werknemers over 2012 en per maand. 4) Gelieve aan te tonen dat het totaal van de niet-doorgestorte BV voor 2012 werd geboekt in de vennootschap. 5) Per werknemer waarvoor vrijstelling wordt gevraagd : een detail van de in 2012 toegekende vergoedingen voor kosten eigen aan de werkgever (zowel forfaitaire als werkelijke). 6) Indien er subsidies aangevraagd werden voor het onderzoeksproject of onderzoeksprogramma: de dossiers en rapporten terzake evenals de beslissing van de toekennende overheid. 7) een inventaris van alle projecten waaraan gewerkt werd in 2012 en waarvoor de supra vermelde vrijstelling werd gevraagd, met vermelding per project : a) Projecttitel en/of identificatienummer b) Korte omschrijving thema c) Projectleider d) Aanvangsdatum e) Voltooiingsdatum of vooropgestelde voltooiingsdatum f) Eventuele datum van aanmelding bij de POD Wetenschapsbeleid g) Eventuele datum van aanvraag advies bij de POD Wetenschapsbeleid h) Eventuele datum van ontvangst advies vanwege de POD Wetenschapsbeleid 8) Gelieve voor elk van de betrokken projecten de volgende gegevens te bezorgen: 8.1. Identificatie en verloop van het project: a) overzicht van alle leden van het projectteam waarvoor vrijstelling BV voor wetenschappelijk onderzoek werd gevraagd, inclusief de projectleider, met telkens vermelding van: - de identiteit, - het rijksregisternummer, - diploma - periode van tewerkstelling ( tijdens het jaar 2012), b) Start van het project c) Mijlpalen of tussentijdse evaluatiedata d) Voltooiings- of voorziene voltooiingsdatum: e) Waar wordt de O&O-activiteit uitgevoerd (exacte locatie(s))? Is dit een zelfstandig O&Ocentrum, een laboratorium, een commerciële afdeling, een productieafdeling, f) Een afschrift van de administratieve documenten die inherent zijn aan het projectbeheer van een wetenschappelijk project bij de start van het project : - een opgave van de doelstellingen en van de inhoud van het project of programma, - een valideringsdocument door de leidende instanties, - de planning van het project of programma, met voorziene begin en einddata, en tijdstippen van rapportering,

- een opsomming van de middelen die worden bestemd voor het project of programma, met inbegrip van human ressources, - de beschrijving van het projectteam met vermelding van de (het percentage) verwachte arbeidsduur besteed aan het project. g) duidelijke en volledige functiebeschrijving (van toepassing in 2012) van iedere medewerker die voor het programma werd ingezet en waarvoor de vrijstelling wordt ingeroepen. h) het organigram van de vennootschap zoals het bestond vóór de inwerkingtreding van het onderzoeksproject, en het organigram vanaf de inwerkingtreding ervan, met details van de activiteiten en (her)verdeling van het personeel tussen de verschillende departementen i. Gelieve aan te tonen dat de betrokken werknemers waarvoor vrijstelling van doorstorting van BV werd gevraagd - effectief werden tewerkgesteld in het onderzoeksproject, volledig of in voorkomend geval slechts voor een deel van de arbeidsduur. Dit kan op alle mogelijke manieren : onderzoeksverslagen, notities, briefwisseling, rapporten, deelnames aan vergaderingen, werkplannen, timesheets van de onderzoekers ter verantwoording van hun prestaties, enzovoort. j. de basisdocumenten opgemaakt in het kader van het management van de onderzoeks-en ontwikkelingsprojecten (cfr afgesproken data ivm evaluatie, rapportering en conclusies) : tussentijdse verslagen en rapporteringen en desgevallend eindverslag. 8.2. Het verrichte onderzoek: a) Gelieve aan te tonen dat het ingeroepen project wel degelijk onderzoek of ontwikkeling uitmaakt d.i. : - Onderzoek : vernieuwende en planmatige onderzoeken met het oog op het verwerven van inzicht en nieuwe wetenschappelijke of technische kennis, - Ontwikkeling : toepassing van de onderzoeksresultaten of andere kennis op een plan of een model voor de productie van nieuwe of aanzienlijk verbeterde materialen, apparaten, producten, processen, systemen of diensten, voorafgaand aan het begin van hun commerciële productie of gebruik. b) Welk soort onderzoek wordt (werd) beoogd met het project? Kies hiervoor uit de onderstaande definities: optie 1: Fundamenteel onderzoek: Experimentele of theoretische activiteiten die voornamelijk worden verricht om nieuwe kennis te verwerven over de fundamentele aspecten van verschijnselen en waarneembare feiten, zonder dat hiermee een rechtstreekse praktische toepassing of gebruik wordt beoogd (art. 30, 2 EG-verordening 800/2008). Optie 2: Industrieel onderzoek: Planmatig of kritisch onderzoek dat gericht is op het opdoen van nieuwe kennis en vaardigheden met het oog op de ontwikkeling van nieuwe producten, procedés of diensten, of om bestaande producten, procedés of diensten aanmerkelijk te verbeteren. Het omvat de vervaardiging van onderdelen van complexe systemen, die noodzakelijk is voor industrieel onderzoek, met name voor algemene validering van technologieën, met uitzondering van prototypes (art. 30, 3 EG-verordening 800/2008). Optie 3: Experimentele ontwikkeling: Het verwerven, combineren, vormgeven en gebruiken van bestaande wetenschappelijke, technische, zakelijke en andere relevante kennis en vaardigheden voor plannen, schema s of ontwerpen van nieuwe, gewijzigde of verbeterde producten, procedés of diensten. Hieronder kan tevens de conceptuele formulering en het ontwerp van alternatieve producten, procedés of diensten worden verstaan. Deze activiteiten kunnen tevens het maken van ontwerpen, tekeningen, plannen en andere documentatie omvatten, mits zij niet voor commercieel gebruik zijn bestemd. De ontwikkeling van commercieel bruikbare prototypes en proefprojecten valt eveneens onder experimentele ontwikkeling wanneer het prototype het commerciële eindproduct is en de

productie ervan te duur is om alleen voor demonstratie- en validatiedoeleinden te worden gebruikt. De experimentele ontwikkeling en het testen van producten, procedés en diensten komen eveneens in aanmerking, voor zover deze niet voor industriële toepassing of commerciële exploitatie kunnen worden gebruikt of geschikt gemaakt. Onder experimentele ontwikkeling wordt niet verstaan routinematige of periodieke wijziging van bestaande producten, productielijnen, fabricageprocessen, diensten en andere courante werkzaamheden, zelfs indien deze wijzigingen verbeteringen kunnen inhouden (art. 30, 4 EGverordening 800/2008). c) Afhankelijk van het soort onderzoek dat U heeft vermeld, vragen wij U de overeenstemmende vragen te beantwoorden. Ingeval het industrieel onderzoek zich hoofdzakelijk situeert op het vlak van software dan vult U de vragenlijst in i.v.m. de ontwikkeling van softwareontwikkeling. Optie 1: FUNDAMENTEEL ONDERZOEK 1. Situeer de onderzoeksactiviteit binnen de context van het bedrijf. 2. Welke nieuwe wetenschappelijke vooruitgang wordt (werd) met het project nagestreefd? 3. Welk soort onderzoeksactiviteiten zullen worden (werden) uitgevoerd om deze nieuwe kennis te verkrijgen? 4. Welke hypotheses, theorieën, wetten zullen worden beproefd (of werden geformuleerd) door deze onderzoeksactiviteiten? Optie 2: INDUSTRIEEL ONDERZOEK algemeen 1. Situeer de onderzoeksactiviteit binnen de context van het bedrijf. 2. Welke nieuwe kennis en vaardigheden wordt (werd) met het onderzoek nagestreefd? 3. Welk soort O&O-activiteiten zullen worden (werden) uitgevoerd om deze nieuwe kennis en vaardigheden te verkrijgen? 4. Voor welke nieuwe producten, procedés, methodes of diensten zullen deze kennis en vaardigheden worden gebruikt? 5. Of, indien geen nieuwe, maar de verbetering van bestaande producten, procedés of diensten worden (werden) nagestreefd, wat was dan het uitgangspunt en waaruit bestaat (bestond) de verbetering? Optie 2: INDUSTRIEEL ONDERZOEK specifiek ONTWIKKELING VAN SOFTWARE PROGRAMMATEUR 1. Wat is (was) het toepassingsgebied van de softwareprogrammatuur? 2. Wat is (was) de functionaliteit? 3. Beschrijf de technische uitdaging waaraan wordt (werd) gepoogd een oplossing te geven? 4. Wat is (was) het concept dat bij de ontwikkeling van de programmatuur werd gebruikt? Welke denkpatronen (imperatief, functioneel, logisch, object-georiënteerd) en programmeertalen worden (werden) aangewend? 5. Beschrijf de verschillende etappes van de oplossingsrichting die u gebruikte; bijv. tijdens de planningsfase (de analyse van de vereisten), de ontwerpfase, de constructiefase en de testfase? 6. Welke bestaande modelleerprogramma's, programmeertools, componenten, methoden en technieken worden (werden) gebruikt? (max. 400 woorden) 7. Welke methoden en technieken worden (werden) zelf ontwikkeld? 8. In hoeverre zijn de IT-architectuur, applicaties / interfaces, data-architectuur, en algoritmen van de zelf ontwikkelde programmatuur, vernieuwend voor het bedrijf? Optie 3: EXPERIMENTELE ONTWIKKELING 1. Situeer de onderzoeksactiviteit binnen de context van het bedrijf. 2. Welke bestaande wetenschappelijke, technische of zakelijke kennis of vaardigheden was het uitgangspunt voor de O&O-activiteiten? 3. Welke technologische vooruitgang wordt (werd) gepoogd te bewerkstelligen?

4. Welke obstakels / onzekerheden worden (werden) getracht te overwinnen om deze technologische vooruitgang te bewerkstelligen? 5. Welk soort activiteiten worden (werden) gepland om deze obstakels / onzekerheden te overwinnen? 9) Gelieve te bezorgen: a) Een kopie van het diploma van ieder van deze onderzoekers (dit diploma moet vermeld zijn in art 275³ 2 WIB92) In geval van een diploma behaald in het buitenland, de beslissing genomen door de Vlaamse Gemeenschap (of het bewijs dat er een dergelijk verzoek tot gelijkwaardigheid recent werd ingediend ) b) Indien het onderzoek werd verricht bij, voor of in samenwerking met een klant, gelieve de overeenkomsten en desgevallend onderlinge facturen te bezorgen die hierop betrekking hebben. c) details van de boekingen in opbrengsten met betrekking tot de niet doorgestorte bedrijfsvoorheffing. ANTWOORDEN Met betrekking tot de vragen i.v.m. de vrijstelling voor ploegen- en nachtarbeid: 1) a) 1) b) 2) a. b. c.

d. e. f. g. h. i. j. k.

l. m. 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) Met betrekking tot de vragen i.v.m. vrijstelling overwerk: 1) a)

Zie bijlagen nrs b) 2) a) b) c) 3) 4) 5) 6) 7) 8) Met betrekking tot de vragen i.v.m. de vrijstelling looncorrectie: 1) 2)

3) 4) Met betrekking tot de vragen i.v.m. de vrijstellingen wetenschappelijk onderzoek: 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7)

8) Project 1: 8.1. 8.2. a) b) c) Project 2, 3, vul aan. 9) a) b) c) De aangever,.20 de aangeefster