CIJFERS/RAPPORTAGES EN OVERGANGSNORMEN SCALA COLLEGE 2018-2019 A. UITGANGSPUNTEN 1. Op het Scala College wordt gewerkt met de volgende cijfercode: 10 uitmuntend 9 zeer goed 8 goed 7 ruim voldoende (prestaties voldoen ruim aan de minimumeisen) 6 voldoende (prestaties voldoen aan de minimumeisen) 5 bijna voldoende (aansluiting bij minimumeisen is haalbaar) 4 onvoldoende (geen aansluiting bij minimumeisen) 3 gering (geen aansluiting bij minimumeisen) 2 slecht 1 zeer slecht 2. Elke sectie vermeldt in het vakwerkplan, het PTO (= Programma Toetsing en Overgang) of het PTA (= Programma Toetsing en Afsluiting) welk gewicht de diverse onderdelen hebben en hoe hiermee een eindcijfer wordt berekend. 3. Een niet-geleverde prestatie wordt in principe niet verwerkt in een beoordeling. Indien echter een leerling fraudeert, ongeoorloofd verzuimt, of werk na herhaalde oproep niet inlevert, kan een docent een onvoldoende toekennen. De docent bespreekt dit vooraf met de teamleider. 4. Een leerling kan een leerjaar slechts één keer doubleren, ongeacht het niveau. Een leerling kan niet in twee achtereenvolgende leerjaren doubleren. Hierop zijn twee uitzonderingen: a. Voor leerlingen die van 4 vmbo-t naar 4 havo opstromen is nu middels de toelatingscode vmbo-havo geregeld, dat zij mogen doubleren in 4 havo. b. Een eindexamenklas mag altijd een keer worden overgedaan. 5. Elke leerling kan ter bespreking op de vergadering worden voor gedragen. Leerlingen die in hetzelfde jaar gedoubleerd hebben worden altijd besproken. 6. De rapportvergadering heeft het recht in bijzondere gevallen van de normen af te wijken. 7. Het besluit van een rapportvergadering is bindend. B. RAPPORTAGES LEERJAAR 1 en 2 (onderbouw), 3-(T)HAVO EN 3-(T)VWO 1. Het voortschrijdende gemiddelde van elk vak wordt op één decimaal bepaald en in het administratieve systeem vermeld. 2. De overgangsnormen hebben betrekking op de op gehelen afgeronde voortschrijdende gemiddelden van elk vak over het schooljaar zoals omschreven in het PTO; de afronding geschiedt in twee stappen naar een geheel getal. 3. In de onderbouw (leerjaar 1 en 2) wordt 3 als laagste cijfer gebruikt. 4. Een cijfer 5 telt als één tekort, een 4 of een 3 als twee tekorten 5. Leerlingen worden na het eerste leerjaar in principe bevorderd naar het tweede. Een leerling kan slechts bij hoge uitzondering (ten gevolge van langdurige afwezigheid in verband met ziekte en grote persoonlijke problemen ) doubleren, zulks ter beoordeling van de docentenvergadering. 6. In een dakpanklas, havo / vmbo-t en vwo / havo wordt op het hoogste niveau les gegeven. Leerlingen die voldoen aan de overgangsnormen die hieronder genoemd staan, stromen dus door naar het hoogste niveau. Leerlingen die niet aan deze overgangsnormen voldoen, stromen in de andere stroom in d.w.z. van vmbo-t / havo in de vmbo-t stroom, en van de havo /
vwo stroom in de havo stroom. 7. Vmbo basis/kader leerlingen in leerjaar 1, 2 en 3 worden op hun niveau bediend: de instructie is gedifferentieerd en er wordt op twee niveaus getoetst. Een leerling maakt een toets op het niveau van de basisberoepsgerichte of de kaderberoepsgerichte leerweg. Het niveau kan per vak verschillen. Basisleerlingen kunnen zodoende bij hun diploma een lijst ontvangen met vakken die ze op kaderniveau gevolgd hebben. 8. In de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg van het vmbo- basis en kader is sprake van een doorlopende determinatie. 9. Leerlingen in de vmbo-beroepsgerichte afdeling die niet voldoen aan het niveau en de overgangsnormen voor het Vakcollege zullen z.s.m. (na overleg met de intern begeleider) worden getest om de leerachterstanden in beeld te brengen. Bij onvoldoende capaciteiten zal afhankelijk van de uitslag, verwijzing naar het l.w.o.o. of het praktijkonderwijs volgen. C. OVERGANGSNORMEN LEERJAAR 1 en 2, 3-(T) HAVO en 3-(T) VWO De vakken worden ingedeeld in drie groepen. Blok I Nederlands, Frans, Engels, Duits, aardrijkskunde, geschiedenis, wiskunde, biologie & gezondheid, mens en maatschappij, natuurkunde, scheikunde, nask, Grieks, Latijn, economie, rekenen (alleen bij 1 e en 2 e leerjaar Vakcollege), vakmanschapsuren Blok II lichamelijke opvoeding, techniek, beeldende vorming, muziek en Europese & Internationale oriëntatie, rekenen (behalve bij 1 e en 2 e leerjaar Vakcollege) Blok III De accentvakken d.w.z. Engels en Bilingual Attitude bij TTO, accent sportklas, Vak highschool 1 e leerjaar: Bevordering naar het tweede leerjaar geschiedt bij: 1. Blok I: minimaal een gemiddelde van een 6.0 over de te volgen vakken met maximaal twee tekorten en 2. Blok II: minimaal een gemiddelde van een 6.0 over de te volgende vakken met maximaal één tekort en 3. Blok III: voldoende voor het accentvak of een hier ander genoemd vak. Bespreking voor bevordering naar het tweede leerjaar geschiedt bij: 1. Blok I: Gemiddelde van een 6.0 met drie tekorten of 2. Blok II: Gemiddelde van een 6.0 met twee tekorten of 3. Een onvoldoende in Blok III voor het accentvak Bevordering naar een hogere stroom geschiedt bij: 1. Blok I,II en III : gemiddelde van een 8,0 en 2. Blok II en III: geen tekorten
Bespreking voor bevordering naar een hogere stroom geschiedt bij: 1. Blok I,II en III : gemiddelde van een 7,2 en 2. Blok II en III: geen tekorten Leerlingen die in hetzelfde jaar gedoubleerd hebben, komen hier niet voor in aanmerking. 1 e leerjaar vmbo kader naar basis Bevordering van kaderleerlingen naar het tweede leerjaar basisberoepsgericht leerweg Kaderleerlingen die niet voldoen aan de eisen voor overgang naar de kaderberoepsgerichte leerweg worden bevorderd naar leerjaar 2 van de basisberoepsgerichte leerweg als zij na omrekening van de kadercijfers volgens de formule (kadercijfer*0,8+2= basiscijfer) voldoen aan de volgende eisen: 1. Blok I: minimaal een gemiddelde van een 5.0 over de te volgen vakken met maximaal vier tekorten en 2. Blok II: minimaal een gemiddelde van een 5.0 over de te volgende vakken en 3. Blok III: voldoende voor het accentvak of een hier ander genoemd vak. Leerlingen die niet aan deze norm voldoen worden besproken voor doubleren of worden verwezen naar ander onderwijs. 2 e leerjaar: Bevordering naar het derde leerjaar geschiedt bij: Zie hierboven 1 e leerjaar: punt 1, 2, 3 en 4. Maximaal één tekort binnen de vakken Nederlands, Engels en wiskunde Bespreking voor bevordering naar het derde leerjaar geschiedt bij: Zie hierboven 1 e leerjaar: punt 1, 2, 3 of 4. Maximaal twee tekorten binnen de vakken Nederlands, Engels en wiskunde Indien een leerling uit het Vakcollege vmbo bk niet voldoet aan de normen, kan de rapportvergadering beslissen tot overgang naar 3 vmbo niveau basis. 2 e leerjaar vmbo kader naar basis Bevordering van kaderleerlingen naar het derde leerjaar basisberoepsgericht leerweg Kaderleerlingen die niet voldoen aan de eisen voor overgang naar de kaderberoepsgericht leerweg worden bevorderd naar leerjaar 3 van de basisberoepsgerichte leerweg als zij na omrekening van de kadercijfers volgens de formule (kadercijfer*0,8+2= basiscijfer) voldoen aan de volgende eisen: 1. Maximaal één tekort binnen de vakken Nederlands, Engels, biologie of economie (verplicht profielvak) en 2. Maximaal één tekort binnen de overige vakken van blok 1. Leerlingen die niet aan deze norm voldoen worden besproken voor doubleren of worden verwezen naar ander onderwijs.
3 e leerjaar: Bevordering naar het vierde leerjaar geschiedt bij: Zie hierboven 2 e leerjaar: punt 1, 2, 3, 4 en 5. Geen tekorten in de vakken van het door de leerling gekozen profiel Bespreking voor bevordering naar het vierde leerjaar geschiedt bij: Zie hierboven 2 e leerjaar: punt 1, 2, 3, 4 of 5. Maximaal één tekort in de vakken van het door de leerling gekozen profiel D. OVERGANGSNORMEN BOVENBOUW ( VMBO, (T)HAVO EN (T) VWO 1. Het voortschrijdende gemiddelde van elk vak wordt op één decimaal bepaald en in het administratieve systeem vermeld. 2. De overgangsnormen hebben betrekking op de op gehelen afgeronde voortschrijdende gemiddelden van elk vak over het schooljaar zoals omschreven in het PTA/PTO; de afronding geschiedt in twee stappen naar een geheel getal. 3. Voor de overgang moeten de handelingsdelen naar behoren zijn afgesloten. 4. Het vak rekenen maakt alleen in 5-(t)vwo deel uit van de overgangsnormen. VMBO THEORETISCHE LEERWEG Bevordering van leerjaar 3 naar leerjaar 4 geschiedt bij: 1. Geen onvoldoende in de twee profielvakken en 2. 1 x 5 of 3. 2 x 5, minimaal 36 punten of 4. 1 x 4, minimaal 36 punten en 5. Maximaal twee onvoldoendes in de vier niet gekozen examenvakken en geen onvoldoende voor het accentvak (lo2). 6. leerlingen die de keuze maken om zeven vakken te volgen, dienen gemiddeld een 6.8 te staan voor de gekozen vakken. Alle leerlingen die niet aan de overgangsnormen voldoen, worden besproken. VAKCOLLEGE Bevordering van leerjaar 3 naar leerjaar 4 op hetzelfde niveau geschiedt bij: 1. Minimaal een 6.0 voor het profielvak 2. 1 x 5 of 3. 2 x 5, mits er een 7.0 tegenover staat 4. 1 x 4, mits er een 7.0 tegenover staat 1. Minimaal een 6.0 voor het keuzevak 2. 1 x 5 of 3. 2 x 5, mits er een 7.0 tegenover staat 4. 1 x 4, mits er een 7.0 tegenover staat Alle leerlingen die niet aan de overgangsnormen voldoen, worden besproken. Bevordering van kaderleerlingen naar het vierde leerjaar basisberoepsgericht leerweg Kaderleerlingen die niet voldoen aan de eisen voor overgang naar de kaderberoepsgericht leerweg worden besproken voor bevordering naar leerjaar 4 van de basisberoepsgerichte leerweg als zij na omrekening van de kadercijfers volgens de formule (kadercijfer*0,8+2= basiscijfer) voldoen aan de
slaag-/zakregeling. Bevordering van kaderleerlingen naar het vierde leerjaar basisberoepsgericht leerweg Kaderleerlingen die niet voldoen aan de eisen voor overgang naar de kaderberoepsgericht leerweg worden besproken voor bevordering naar leerjaar 4 van de basisberoepsgerichte leerweg als zij na omrekening van de kadercijfers volgens de formule (kadercijfer*0,8+2= basiscijfer) voldoen aan de slaag-/zakregeling. (T)HAVO Bevordering van leerjaar 4 naar leerjaar 5 geschiedt wanneer: 1. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of 2. er 1x5 is behaald en voor de overige vakken 6 of hoger 3. er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde ten minste 6,0 is. 4. niet meer dan 1x5 is behaald voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde én 5. de vakken lo en arbeidsoriëntatie beoordeeld zijn met een v of g 6. een voldoende is behaald voor Engels in thavo Een leerling wordt besproken bij: 1. Maximaal één tekort om te voldoen aan de overgangsnormen zoals geformuleerd of 2. 1x4 of 2x5 voor de vakken Nederlands, Engels of wiskunde of 3. Een onvoldoende voor lo en/of arbeidsoriëntatie. (T) VWO - Bevordering van leerjaar 4 naar 5 In leerjaar 4 worden de cijfers van de vakken maatschappijleer (voor tweetalig vwo: social global studies ) en onderzoeksvaardigheden gemiddeld en als één cijfer meegerekend voor de bevordering. Voor het berekenen van dit gecombineerde cijfer worden de op de cijferlijst vermelde afgeronde cijfers (bestaande uit gehele getallen) gemiddeld. Vervolgens wordt dit gemiddelde weer afgerond op het nabij liggende gehele getal. Bevordering geschiedt wanneer: 1. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of 2. er 1x5 is behaald en voor de overige vakken 6 of hoger 3. er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde ten minste 6,0 is. 4. Niet meer dan 1x5 is behaald voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde én 5. Het vak lo beoordeeld is met een v of g én 6. Een voldoende is behaald voor Engels in het tvwo N.B. Leerlingen uit 4-tvwo hebben 3 van de 5 IB-qualifying tests voldoende gescoord om in 5-tvwo door te kunnen gaan met het IB-programma. Een leerling wordt besproken bij: 1. Maximaal één tekort om te voldoen aan de overgangsnormen zoals geformuleerd of 2. 1x4 of 2x5 voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. 3. Een onvoldoende voor Engels en/of de bilingual attitude in het tvwo.
(T) VWO - Bevordering van leerjaar 5 naar 6 In leerjaar 5 worden de cijfers van de vakken maatschappijleer (voor tweetalig vwo: social global studies )* en ckv gemiddeld en als één cijfer meegerekend voor de bevordering. Voor het berekenen van dit gecombineerde cijfer worden de op de cijferlijst vermelde afgeronde cijfers (bestaande uit gehele getallen) gemiddeld. Vervolgens wordt dit gemiddelde weer afgerond op het nabij liggende gehele getal. Bevordering geschiedt wanneer: 1. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of 2. er 1x5 is behaald en voor de overige vakken 6 of hoger 3. er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde ten minste 6,0 is. 4. Niet meer dan 1x5 is behaald voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde én 5. Het vak lo beoordeeld is met een v of g én 6. Een voldoende is behaald voor Engels in tvwo Een leerling wordt besproken bij: 1. Maximaal één tekort om te voldoen aan de overgangsnormen zoals geformuleerd of 2. 1x4 of 2x5 voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. 3. Een onvoldoende voor Engels en/of de bilingual attitude in het tvwo. *afgerond in klas 4