MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Vergelijkbare documenten
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Bulletin nr : B081 - Schriftelijke vraag en antwoord nr : Zittingsperiode : 51

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Dosimetrisch toezicht Nota over de wetgeving

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

Standaard informatie voor de aanvraag tot goedkeuring van een GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR FYSISCHE CONTROLE

Regeling voorzieningen stralingsbescherming werknemers

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

KONINKLIJK BESLUIT VAN 25 APRIL 1997 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE WERKNEMERS TEGEN DE RISICO'S VOORTKOMENDE UIT IONISERENDE STRALING.

Afdeling I.- Toepassingsgebied en definities

Reglement privacybescherming

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het individueel dosimetrisch toezicht van de werknemers

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS (NRG-Arnhem)

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op:

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 juli

R e g i s t r a t i e k a m e r. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

1) Art > De onderstreepte passages toevoegen:

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Concordantietabel boek V Omgevingsfactoren en fysische agentia van de codex welzijn op het werk

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli

Codex over het welzijn op het werk. Boek V.- Omgevingsfactoren en fysische agentia. Titel 5. Ioniserende stralingen

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op:

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 21 maart

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

AANGIFTE VAN BEROEPSZIEKTEN. Verklarende nota

Werkzaamheden, resultaten overzicht en voorstelle

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 7 december

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 1 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 4 februari

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Kadering en basisprincipes van het project Medische blootstellingen

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november

A D V I E S Nr

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op... (datum);

nationale arbeidsraad

Gelet op het koninklijk besluit van 24 maart 2009 tot regeling van de invoer, de doorvoer en de uitvoer van radioactieve stoffen;

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 29 april

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 20 maart

Informatieveiligheidscomité Verenigde kamers (sociale zekerheid en gezondheid/federale overheid)

Ingekapselde of nietingekapselde. bronnen. bronnen Installatie kl. II 8 uur 8 uur 8 uur 8 uur Installatie kl. III 8 uur 8 uur - -

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 september

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 20 december

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017

Medische stralingstoepassingen en -stralingsbescherming

Artikel 1. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op alle activiteitsmeters die bestemd zijn voor gebruik in de nucleaire geneeskunde.

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 6 december

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 januari

A D V I E S Nr Zitting van maandag 27 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017

Medische blootstellingen

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 27 maart

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 juli

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 20 februari

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Behandeld door Commissie Medisch Toezicht 2009 werkgroep ad hoc 2008

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 6 mei

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 13 november

HERZIENING FYSISCHE CONTROLE

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Transcriptie:

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 4 van 23 juni 1997 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit betreffende het individueel boekje voor de aan ioniserende straling blootgestelde externe werknemer. I. VOORSTEL EN MOTIVERING De Hoge Raad heeft op 18 maart 1994 advies nr. 467 uitgebracht over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 februari 1963 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking en van de werknemers tegen het gevaar van de ioniserende stralingen. (doc. SHE-P488-1778). Dat ontwerp van koninklijk besluit beoogt het omzetten in intern recht van een deel van de richtlijn 90/641/EURATOM van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 4 december 1990 inzake de praktische bescherming van externe werkers die gevaar lopen aan ioniserende straling te worden blootgesteld tijdens hun werk in een gecontroleerde zone (het deel betreffende de inachtneming van de algemene beginselen en de dosisbeperkingen, de informatie en opleiding inzake stralingsbescherming alsook de definities gebruikt in de richtlijn). Die richtlijn diende uiterlijk op 31 december 1993 te zijn omgezet in intern recht. Bij brief van 21 december 1994 heeft de Minister aan de voorzitter van de Hoge Raad gevraagd om een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico s te wijten aan ioniserende stralingen en een ontwerp van koninklijk besluit betreffende het individueel boekje van de werknemer beroepshalve blootgesteld aan ioniserende stralingen voor advies aan de Hoge Raad voor te leggen. Het individueel boekje is het gevolg van een bepaling voorzien in de richtlijn 90/641/EURATOM met betrekking tot de externe werknemers. Het is nuttig gebleken een afzonderlijk besluit voor dat boekje te voorzien gelet op de specifieke problemen dat het stelt. Dat besluit zal echter in de voorschriften van de Codex over het welzijn op het werk worden opgenomen. In het advies nr. 494 dat de Hoge Raad hieromtrent op 19 april 1996 heeft uitgebracht (doc.she-p507-1849) heeft de Hoge Raad gevraagd dat aan het ontwerp van besluit met betrekking tot het individueel boekje een nieuwe uitwerking zou worden gegeven onder de vorm van een geïnformatiseerd systeem. Op de vergadering van 17 september 1996 heeft het Uitvoerend Bureau een werkgroep van de Hoge Raad belast met het onderzoek van de problematiek van het individueel boekje onder de vorm van een geïnformatiseerd systeem op basis van een ontwerp van koninklijk besluit voor te bereiden door de Administratie.

De werkgroep heeft de werkzaamheden op 25 november 1996 aangevat en heeft ze na twee vergaderingen beëindigd op 17 januari 1997. Het eindverslag van de werkgroep werd op 2 april 1997 aan het Uitvoerend Bureau voorgelegd. (doc. SHE-P507II (D4)-BE13) Het Uitvoerend Bureau besliste om het eindverslag van de werkgroep met het dossier aan de Hoge Raad voor te leggen (doc. PBW-P507II(D4)-6). II. ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE HOGE RAAD OP DE VERGADERING VAN 23 JUNI 1997 Tussenkomst van de vertegenwoordiger van de Administratie van de arbeidshygiëne en geneeskunde Het model van individueel boekje werd uitgewerkt naar het voorbeeld dat in Nederland van toepassing is. Dat systeem is gegroeid uit de samenwerking tussen de radiologische diensten van de kerncentrales en werd naderhand uitgebreid tot de erkende radiologiediensten. De gecumuleerde dosis van de aan ioniserende stralingen blootgestelde werknemers wordt op maandbasis toegezonden (on line voor de kerncentrales, off line met diskette voor de erkende radiologiediensten) aan het NDRIS (Nationaal Dosisregistratie- en Informatisatiesysteem) dat de gegevens beheert op last van de overheid. Voor de werknemers die in het buitenland in gecontroleerde zones werken en waar geen on line of off line systeem is worden de gegevens schriftelijk genoteerd en vervolgens ingevoerd in het geïnformatiseerd systeem. In Nederland zijn drie personen tewerkgesteld voor het beheer van het systeem. Een financiële bijdrage wordt gevraagd van de exploitanten voor alle werknemers (met inbegrip van de externe werknemers) die blootgesteld zijn aan ioniserende stralingen (32.000 werknemers à rato van 15 gulden per werknemer per jaar). Het Nederlands systeem zou in België kunnen worden toegepast mits prioriteit wordt gegeven aan de dosimetrie via elektronische dosimeters. Het systeem zou enkel gebruikt worden voor de externe werknemers. Het exact aantal externe werknemers is niet gekend. Hun aantal wordt geschat op maximum ± 3.000 à 4.000. Een probleem is het budget. De Administratie beschikt thans niet over de nodige middelen voor het beheer van het systeem.

In een Europese technische aanbeveling wordt bepaald dat het dosisregistratiesysteem het best wordt opgezet en beheerd door de instantie die in de Lidstaten belast is met het erkennen van de dosimeters. In aansluiting op de wet betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle zou die taak in België aan die instantie kunnen worden toevertrouwd. Tussenkomst door een plaatsvervangend deskundige In het ontwerp van koninklijk besluit is geen melding gemaakt van de bescherming van de medische gegevens. De stralingsdosis die een werknemer oploopt is evenwel een persoonsgebonden materie. Niettegenstaande het boekje eigendom is van de Administratie komen de respectieve werkgevers tussen in de procedure. Er dient dan ook aandacht te worden geschonken aan de bewaking van de medische gegevens. Naast de doelstelling van bescherming van de individuele werknemers is het eveneens van belang dat de gegevens collectief worden verwerkt en gebruikt om tot een betere preventie te komen. Hierbij zou uitdrukkelijk moeten vermeld worden wie verantwoordelijk is voor het collectief verwerken en ter beschikking stellen van de gegevens. Tussenkomst ter zake door de vertegenwoordiger van de Administratie van de arbeidshygiëne en geneeskunde De vraag kan worden gesteld of de stralingsdosis een medisch gegeven is. In ieder geval laat elke opgelopen dosis toe iets te zeggen over de potentiële mogelijkheid voor de werknemer om verder tewerkgesteld te worden. De individuele dosisgegevens dienen met dezelfde omzichtigheid te worden behandeld als de andere medische gegevens. Wat de collectieve verwerking van de gegevens betreft: in Nederland worden de gegevens verwerkt op basis van geslacht, leeftijd, sector om het beleid inzake radioprotectie te ondersteunen. Advies van de vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties De vertegenwoordigers van het ACV gaan akkoord met het eindverslag van de werkgroep. Zij wensen dat het voorgestelde systeem zou toegepast en getest worden tijdens een proefperiode. De nodige middelen voor het opstarten van het systeem dienen te worden voorzien.

De vertegenwoordigers van het ABVV gaan akkoord met het principe van het individueel boekje. Zij wijzen evenwel op de logheid van het systeem en het gebrek aan duidelijkheid. Zij wensen dat direct een betrouwbaar geïnformatiseerd systeem dat elektronisch beheerd wordt zou worden ingevoerd. Advies van de vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties 1. De besprekingen binnen de werkgroep van de Hoge Raad leiden tot volgende vaststellingen: - de werknemers blootgesteld aan ioniserende stralingen worden reeds gevolgd en de dosissen van de blootstelling worden reeds genoteerd via de arbeidsgeneeskundige diensten en de diensten voor fysische controle. De Administratie van de arbeidshygiëne en geneeskunde beschikt reeds over deze gegevens. - er stelt zich geen specifiek veiligheidsprobleem ten opzichte van externe werknemers blootgesteld aan ioniserende stralingen in België. De registratie van de dosissen in hoge risicozones zoals kerncentrales, wordt zeer goed opgevolgd. Over de totale groep werknemers die blootgesteld zijn aan ioniserende stralingen werden in het verleden geen belangrijke blootstellingen vastgesteld, die aanleiding zouden geven tot meer controle of bijkomende maatregelen. - De bedoeling van de Europese richtlijn, waarvan dit ontwerp van koninklijk besluit een omzetting zou moeten zijn, is te komen tot één uniform Europees document, dat moet bijgehouden worden door externe werkers. Het voorstel van de Administratie beantwoordt niet aan dit criterium omdat men er totnogtoe niet in geslaagd is één uniform Europees document voor te stellen. In die zin mist het voorstel volledig het gestelde doel. - Het voorgestelde document is niet praktisch uitgetest en uit een eerste voorlopige test bij werkgevers blijkt dat heel wat gegevens voor interpretatie vatbaar zijn en niet zonder meer op het gestelde tijdstip en voor de verschillende werkzaamheden kunnen genoteerd worden. - Tijdens de vergaderingen van de werkgroep werd heel wat tijd besteed aan de discussie welke werknemers juist onderworpen waren en welke niet. Totnogtoe heeft men geen juist beeld welke werknemers onderworpen zijn en over hoeveel personen het gaat. 2. Op basis van deze vaststellingen nemen de vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties het volgende standpunt in: - het opleggen van een individueel boekje aan externe werknemers vormt geen prioriteit vanuit het oogpunt van de veiligheid en de gezondheid en de bescherming van de werknemers. Het systeem voorgesteld door de Administratie moet nog beoordeeld worden vanuit zijn kostenaspect. De administratieve last die daaruit voortvloeit zowel ten

laste van de overheid als ten laste van de ondernemingen is zwaar en geeft geen meerwaarde voor de veiligheid en de gezondheid. - vermits de eigenlijke doelstelling van de richtlijn: het bekomen van één Europees document, niet bereikt wordt omdat op het Europees niveau geen overeenstemming kan bereikt worden, is het doorvoeren van dit voorstel zeker niet dringend en kan er in principe gewacht worden tot er meer duidelijkheid is op Europees niveau. - Alvorens het voorgestelde document in de praktijk kan doorgevoerd worden, dient het intensief uitgetest te worden in de praktijk, dit zowel in de energiesector, als in de sector waar apparaten met ioniserende stralen gebruikt worden. - De administratieve last voor de werkgevers moet onderzocht worden door de cel daartoe opgericht bij de diensten van de eerste minister. - Het systeem moet getoetst worden aan de bepalingen van de wet op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van de persoonsgegevens. III. BESLISSING Het ontwerp van koninklijk besluit met het dossier en het advies van de Hoge Raad aan Mevrouw de Minister toezenden.