1 Nota van beantwoording zienswijzen Datum: 24 november 2009 Van 11 september 2009 tot en met 22 oktober 2009 heeft het ontwerpbestemmingsplan Staatsliedenkwartier ter inzage gelegen. Tijdens deze periode heeft een ieder de mogelijkheid gehad een zienswijze in te dienen. De ingekomen zienswijzen zijn samengevat en beantwoord. Van het betreffende perceel is per zienswijze een uitsnede van de verbeelding (plankaart) van het ontwerpbestemmingsplan toegevoegd. De volgende zienswijzen zijn tijdens de terinzagelegging ingekomen: nr. Indiener Adres Datum ontvangst Wijze van indiening 1. 19 oktober 2009 schriftelijk 2. 19 oktober 2009 schriftelijk 3. 22 oktober 2009 schriftelijk 4. 21 september 2009 schriftelijk 5. 28 september 2009 mondeling nummer Deze zienswijzen zijn allen binnen de daarvoor gestelde termijn ontvangen en zijn derhalve ontvankelijk. Tevens is de volgende zienswijze nagekomen buiten de termijn van terinzagelegging en is derhalve niet ontvankelijk: Indiener Adres Datum Wijze van indiening 6. 26 oktober 2009 mondeling nummer
2 Indiener 1. ingekomen op 19 oktober 2009 a) Bezwaar wordt gemaakt tegen de aanduiding karakteristiek op het perceel Utrechtsestraatweg 36 vanwege de beperkingen. Verzocht wordt de aanduiding op het perceel te laten vervallen. In de toelichting van het bestemmingsplan is niet aangegeven op welke wijze is bepaald dat op de betreffende woningen een beperking moet worden opgelegd. In de toelichting is niet aangegeven welke panden nog meer in het MIP zijn opgenomen. Er valt niet na te gaan of het pand op het perceel Utrechtsestraatweg 36 daarin is opgenomen. Tevens is niet duidelijk welke criteria zijn gebruikt om tot een oordeel van karakteristiek te komen. b) Verzocht wordt de aanduiding specifieke vorm van horeca zalenverhuur op het perceel Utrechtsestraatweg 34 zodanig te wijzigen dat alleen de oorspronkelijke vormen van horeca, zoals opgenomen in het vigerende bestemmingsplan, van toepassing blijven. Het is niet uit te sluiten dat de zalenverhuur zich uitbreidt tot partycentrum. Gevreesd wordt voor overlast als gevolg van veelvuldig gebruik van de zaal voor feesten en partijen ten aanzien van geluid en parkeren. De uitbreiding van de vigerende bestemming met de functie zaalverhuur wordt vanuit planologische en milieutechnische overwegingen onaanvaardbaar geacht. Beantwoording a) Uitgangspunt in het bestemmingsplan is dat de rijksmonumenten een aanduiding monument krijgen en de gemeentelijke monumenten en MIP-panden (Monumenten Inventarisatie Project) aangeduid worden als karakteristiek. Binnen de gemeente is een lijst met de rijks- en gemeentelijke monumenten aanwezig. De MIP-panden worden op basis van de Kennisinfrastructuur Cultuurhistorie (KICH) aangewezen. De informatie op KICH-site komt overeen met de MIP inventarisatie uit de jaren 90. Dit project was een initiatief van het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur om een landelijk overzicht te krijgen van de bouwkunst en stedenbouw uit de periode 1850-1940. Het aantal MIP-panden in Staatsliedenkwartier bedraagt 16 panden. In de toelichting zal verwezen naar Kennisinfrastructuur Cultuurhistorie en zal er een lijst met alle MIP-panden in Staatsliedenkwartier worden opgenomen. Omdat de
3 panden als cultuurhistorisch waardevol worden beschouwd, wil de gemeente deze panden zoveel mogelijk behouden. Om die reden is in het bestemmingsplan een sloopverbod voor dergelijke panden opgenomen. Voor het overige zijn er geen beperkingen opgelegd. b) Uitgangspunt is de bestaande situatie als zodanig te bestemmen. Sinds vele jaren vindt op de locatie Utrechtsestraatweg 34 zalenverhuur plaats. In het bestemmingsplan is dan ook een maatbestemming voor deze activiteit opgenomen. Het is daarom niet mogelijk dat ter plaatse een partycentrum ontstaat. Tevens is het perceel en het bouwvlak van beperkte omvang waardoor uitbreiding niet mogelijk is. Het instrumentarium van de horeca-exploitatievergunning biedt mogelijkheden tot handhaving.
4 Indiener 2. Ingekomen op 19 oktober 2009 a) Verzocht wordt in de toelichting op te nemen wat het achterliggende beleid is omtrent het gebruik van Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten bij woningen. De functie van de lijst wordt in de toelichting niet verwoord. Het is niet duidelijk of een bedrijfsactiviteit die niet in de lijst is vermeld en geen hinder veroorzaakt wel is toegestaan. In het bestemmingsplan dient bepaald te worden dat de lijst, naast het bepalen van een bepaalde mate van hinder, ook een planologisch doel dient, namelijk het weren van al die bedrijfsactiviteiten die niet zijn opgesomd. b) Verzocht wordt verheldering in de toelichting c.q. uitbreiding in de regels van de criteria waaronder burgemeester en wethouders ontheffing kunnen verlenen. c) Verzocht wordt de regels aan te passen door in artikel 14.5 lid b te vermelden dat van het bepaalde in artikel 14.1 ontheffing kan worden verleend in plaats van artikel 14.4. d) Verzocht wordt Staat van bedrijfsactiviteiten bij woningen uit te breiden met de bedrijfsactiviteit Bed & Breakfast. Hierbij wordt verwezen naar de Beleidsnotitie Bed & Breakfast van Stichting Bed & Breakfast van 9 april 2009. De reden om Bed & Breakfast op te nemen is dat reeds op meerdere plaatsen in Woerden Bed & Breakfast-voorzieningen voorkomen en de activiteit in omvang beperkt blijft tot een ondergeschikte nevenactiviteit ten opzichte van de hoofdfunctie wonen die weinig hinder geeft. e) Verzocht wordt op het perceel Utrechtsestraatweg 93 een aanduiding Bed & Breakfast op te nemen en in de regels van het bestemmingsplan een ontheffing op te nemen die de bedrijfsactiviteit Bed & Breakfast mogelijk maakt voor alle gronden met de bestemming Wonen. Het perceel Utrechtsestraatweg is circa 1.577 m 2 groot en de woning meet circa 1.125 m 3 en er is voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein aanwezig. Tevens is de woning bouwkundig zo ingedeeld dat er een mogelijkheid is voor logies en ontbijt. De mate van hinder die uit het extra
5 (ondergeschikte) gebruik voor Bed & Breakfast voortvloeit, zal planologisch gezien geen afbreuk doen aan de woonbestemming en de omgeving van het perceel Utrechtsestraatweg 93. Beantwoording a) Voor beroepen en bedrijven aan huis is een geselecteerde staat van bedrijfsactiviteiten opgesteld, omdat het niet wenselijk is alle bedrijfsactiviteiten in categorie 1 en 2 in een woonwijk toe te staan. Onder categorie 2 valt namelijk ook een garagebedrijf. De staat van bedrijfsactiviteiten is geselecteerd op mate van hinder van de bedrijfsactiviteiten en activiteiten die passend zijn in een woonwijk. Hierbij zijn onder andere de activiteiten met betrekking tot horeca en detailhandel uitgesloten. In paragraaf 2.3 van de toelichting wordt hieromtrent het een en ander toegelicht. Om activiteiten toe te staan die niet in de lijst zijn opgenomen, maar geen grotere mate van hinder zullen veroorzaken zal in lid 14.4 en 14.5 worden toegevoegd dat bedrijfsactiviteiten worden toegelaten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten bij woningen zijn genoemd, voor zover de activiteit naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de toegelaten activiteiten/categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten bij woningen. b) De ontheffingsbevoegdheid bevat een limitatief imperatief stelsel. Voordat burgemeester en wethouders ontheffing kunnen verlenen dient voldaan te worden aan de gestelde randvoorwaarden. De tekst in de regels geeft dit duidelijk aan. Een ontheffing is een bevoegdheid van burgemeester en wethouders. c) De in lid 14.4 opgenomen specifieke gebruiksregels betreffen een specificatie van de in lid 14.1 opgenomen bestemmingsomschrijving. De ontheffing heeft zowel betrekking op de specifieke gebruiksregels als de bestemmingsomschrijving. Daarom zal in de ontheffing zowel naar lid 14.1 als lid 14.4 verwezen worden. d) De gemeente staat niet afwijzend tegenover Bed & Breakfast-gelegenheden, mits passend in de omgeving. In het bestemmingsplan zal daarom een ontheffing worden opgenomen voor Bed & Breakfast met randvoorwaarden onder andere ten aanzien van de oppervlakte en parkeren. e) De locatie Utrechtsestraatweg 93 wordt ruimtelijk geschikt geacht voor het exploiteren van een Bed & Breakfast. Echter dient wel aan diverse randvoorwaarden voldaan te worden. Op het perceel zal een aanduiding bed & breakfast worden opgenomen die ondergeschikt aan de woonfunctie Bed & Breakfast mogelijk maakt. De voorwaarden zullen hierbij in de begripsbepaling worden opgenomen. Deze voorwaarden betreffen onder andere dat de eigenaar een nachtregister bijhoudt.
6 Indiener 3. Ingekomen op 21 september 2009 a) Aangegeven wordt dat de gronden ter plaatse van het voormalige bedrijf Den Oudsten door Burgland zijn aangekocht met het oog op herontwikkeling van de locatie. Over de mogelijkheden van herontwikkeling is sinds de aankoop van de gronden regelmatig overleg gevoerd met de gemeente. Door de gemeente is daarbij meerdere malen toegezegd op korte termijn duidelijkheid te verschaffen ten aanzien van de door de gemeente gewenste invulling van de betreffende locatie en het daarvoor te doorlopen tijdpad. Dit is de gemeente echter niet nagekomen en heeft tijdens recente overleggen niet gemeld dat het bestemmingsplan Staatsliedenkwartier reeds in procedure was. b) In de toelichting van het bestemmingsplan wordt aangegeven dat de locatie in de toekomst als woningbouwlocatie zou kunnen dienen. Door reclamant wordt de daadwerkelijke ontwikkeling tot woningbouwlocatie van het Den Oudstenterrein binnen de gebruikelijke bestemmingsplanperiode zeer onwaarschijnlijk geacht. Binnen de gemeente Woerden zijn nog verschillende andere locaties waarbij evenzeer aan toekomstige woningbouw wordt gedacht waarbij de gemeente omvangrijke grondposities heeft. Tevens zijn de huidige en verwachte marktomstandigheden slecht voor de ontwikkeling van woningbouw. c) Voorgesteld wordt een gefaseerde ontwikkeling van kleinschalige bedrijfsbebouwing in de lichte milieuklasse dat gericht is op de verkoop/verhuur van kleine eenheden geschikt voor particulieren. Deze ontwikkeling past binnen de bouwmogelijkheden van het vigerende bestemmingsplan kan door middel van een gebruiksvrijstelling worden gerealiseerd. Er wordt daarom bezwaar gemaakt tegen de beperking van de bebouwings- en gebruiksmogelijkheden van de gronden in het ontwerpbestemmingsplan Staatsliedenkwartier.
7 Beantwoording a) De eigenaar is op de hoogte gebracht van dat er in 2009 een structuurvisie zou worden vastgesteld. Destijds is medegedeeld dat de structuurvisie de basis is indien de eigenaar een functiewijziging naar wonen wilt. b) In de structuurvisie van de gemeente Woerden, zoals door de raad op 2 juli 2009 is vastgesteld, is de volgende tekst opgenomen: De locatie Breeveld, nu nog een bedrijventerrein (o.a. voorheen Den Oudsten) maar wel gelegen binnen de rode contour, is een aantrekkelijke locatie waar een groen, tuinstedelijk woonmilieu ontwikkeld kan worden in aanvulling op de binnenstedelijke locaties. In het uitvoeringsprogramma van de structuurvisie is daarbij aangegeven dat de transformatie Breeveld tot wonen (grond gemeente) in de periode 2009 2015 gaat plaatsvinden. Dit is dus ruim binnen de bestemmingsplanperiode. De transformatie Breeveld tot wonen (grond particulier) staat in het uitvoeringsprogramma gepland voor de periode 2015 2030. Na vaststelling van de structuurvisie is het uitvoeringsprogramma nader geconcretiseerd. Hierin is opgenomen dat de planvorming voor beide delen (particulier en gemeente) van de locatie Breeveld tegelijkertijd gaat plaatsvinden. Dit houdt in dat de ontwikkeling van het particuliere deel tevens in de periode van 2009-2015 zal gaan plaatsvinden. Omdat de ontwikkelingen binnen de bestemmingsplanperiode (binnen 5 jaar) gaan plaatsvinden is er voor gekozen om de totale locatie Breeveld uit het bestemmingsplan Staatsliedenkwartier te halen. Het is niet logisch om de locatie in een conserverend bestemmingsplan op te nemen, als de ontwikkeling van deze locatie binnen een periode van vijf jaar gepland staat. Tevens is het gedeelte uit het plangebied gehaald om geen ongewenste ontwikkelingen te krijgen en de zuiverheid over de discussie over groeiontwikkelingen op Breeveld niet in de weg te staan. Voor de te ontwikkelen woningbouwtypes zal aangesloten worden op de verwachte behoeftes. c) Het voornemen is op de locatie woningbouw te ontwikkelen. Er zal daarom geen medewerking worden verleend aan de ontwikkeling van bedrijfsbebouwing. Tevens past het voorstel niet in het vigerende bestemmingsplan, omdat alleen een carrosseriebedrijf mogelijk is.
8 Indiener 4. Ingekomen op 21 september 2009 Verzocht wordt de huidige (ruimere) horecabestemming te handhaven op de percelen Spoorlaan 1, 3, 17, 19, 33 en 35, ondanks het conserverende karakter van het bestemmingsplan. Beantwoording Het is niet wenselijk om in de directe omgeving van het station horecafuncties toe te staan. Uitsluitend de bestaande horecafuncties worden als zodanig bestemd. Horecafuncties dienen zoveel mogelijk in de binnenstad geconcentreerd te worden. Daarbuiten is het niet wenselijk om op incidentele plaatsen nieuwe horecavestigingen mogelijk te maken. Het vigerende bestemmingsplan dateert van 1965 en sinds die tijd is van de mogelijkheid om een horecavestiging te exploiteren geen gebruik gemaakt. Ook is daar als gevolg van tussentijdse appartementenbouw een andere situatie ontstaan. Horeca verdraagt zich daar niet met het wonen op de hogere verdiepingen. Hieruit is af te leiden dat er geen dringende behoeftes bestaan om op de locatie een horecavestiging toe te staan.
9 Indiener 5. ingekomen op 28 september 2009 a) Er is overlast door de gebruikers van het pand. Daarbij gaat het met name om geluidsoverlast. Gevraagd wordt of het gebruik legaal is en of er gehandhaafd kan worden. Gevraagd wordt of de Willemshoeve een horecavergunning heeft. Er is geen controle op de feestzaalverhuur, er is geen vergunning en geen toezicht. Nu kan er niemand aangesproken worden. Er is regelmatig contact met politie/wijkagent. b) De functie feestzaalverhuur past niet binnen het monumentenbeleid. Beantwoording a) Uitgangspunt is de bestaande situatie als zodanig te bestemmen. Sinds vele jaren vindt op de locatie Utrechtsestraatweg 34 zalenverhuur plaats. In het bestemmingsplan is dan ook een maatbestemming voor deze activiteit opgenomen. Het is daarom niet mogelijk dat ter plaatse een andere horecafunctie ontstaat. Tevens is het perceel en het bouwvlak van beperkte omvang waardoor uitbreiding niet mogelijk is. Het instrumentarium van de horeca-exploitatievergunning biedt mogelijkheden tot handhaving. b) Leegstand is funest voor het behoud van een monument. Daarom is het van belang dat wanneer een monument zijn oorspronkelijke functie verliest er een ander passend gebruik wordt gezocht, gevonden en toegestaan. De Willemshoeve aan de Utrechtsestraatweg 32 was oorspronkelijk een boerderij en had een agrarische functie. Inmiddels is het gelegen in een woonwijk en is er een nieuw gebruik gezocht en gevonden, namelijk horeca en zalenverhuur. Uiteraard is het van belang dat dit nieuwe gebruik met zorg in het bestaande pand wordt gepast. Daar is de wet- en regelgeving ook op ingesteld. Wijzigingen aan, op en bij een monument mogen niet worden gedaan zonder een bouwvergunning en in de meeste gevallen ook een monumentenvergunning.
10 Indiener 6. Ingekomen op 26 oktober 2009 Op 26 oktober 2009 is deze zienswijze mondeling ontvangen. Dit betekent dat deze buiten de termijn is ontvangen en daarom niet ontvankelijk is. Ten aanzien van de zienswijze wordt hieronder nog wel ambtshalve een opmerking gemaakt. De orthopedische schoenmakerij op het perceel Johan van Oldenbarneveltlaan 16 betreft ten dele een medisch bedrijf. De daadwerkelijke productie is een belangrijk aspect van de bedrijfsvoering. Vroeger is de functie als ambachtelijk bedrijf bestemd in verband met geluidsoverlast van machines. Wel worden er klanten ontvangen en geholpen. Dit betreffen patiënten die zijn doorverwezen door een arts, maar ook particuliere klanten. Gevraagd wordt of de functie past binnen de opgenomen bestemming Maatschappelijk. Ambtshalve opmerking De bedrijfsactiviteiten ten behoeve van de orthopedische schoenmakerij vormt de hoofdfunctie van het bedrijf. De paramedische / dienstverlenende functie is hieraan ondergeschikt. Daarom wordt ambtshalve voorgesteld de bestemming Maatschappelijk te wijzigen in de bestemming Bedrijf. Binnen deze bestemming zijn de genoemde activiteiten mogelijk.