Fysica. Een voorwerp wordt op de hoofdas van een dunne bolle lens geplaatst op 30 cm van de lens. De brandpuntsafstand f van de lens is 10 cm.

Vergelijkbare documenten
Augustus blauw Fysica Vraag 1

Augustus geel Fysica Vraag 1

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan:

Juli geel Fysica Vraag 1

Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde

Fysica. Een lichtstraal gaat van middenstof A via middenstof B naar middenstof C. De stralengang van de lichtstraal is aangegeven in de figuur.

Juli blauw Vraag 1. Fysica

Fysica. Indien dezelfde kracht werkt op een voorwerp met massa m 1 + m 2, is de versnelling van dat voorwerp gelijk aan: <A> 18,0 m/s 2.

Juli blauw Fysica Vraag 1


Q l = 23ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 23ste Vlaamse Fysica Olympiade 1

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur

In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 10 cm en h3 = 15 cm.

Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5

TENTAMEN NATUURKUNDE

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1

Examen mechanica: oefeningen

T G6202. Info: auteur: Examencommissie Toelatingsexamen Arts en Tandarts, bron: Juli 2015, id: 11941

jaar: 1989 nummer: 25

Naam : F. Outloos Nummer : 1302

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45

Q l = 24ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 24ste Vlaamse Fysica Olympiade 1

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden. Vraag 1

DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS.

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2018 theorietoets deel 1

Vlaamse Fysica Olympiade 27 ste editie Eerste ronde

ALGEMEEN 1. De luchtdruk op aarde is ongeveer gelijk aan. A 1mbar. B 1 N/m 2. C 13,6 cm kwikdruk. D 100 kpa.

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

Nationale Natuurkunde Olympiade

toelatingsexamen-geneeskunde.be

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eerste ronde theorie toets. 17 januari beschikbare tijd: 2 uur

TENTAMEN NATUURKUNDE

Vlaamse Fysica Olympiade 31ste editie Eerste ronde

Mkv Magnetisme. Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar.

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2016 TOETS APRIL :15 12:15 uur

Woensdag 24 mei, uur

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 NATUUR- EN SCHEIKUNDE I. Zie ommezijde. Vrijdag 19 augustus,

MEERKEUZEVRAGEN A B C D

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1976

OPGAVEN VOOR DE EERSTE RONDE VAN DE NEDERLANDSE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2008

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2015 theorietoets deel 1

Herhalingsopgaven 6e jaar

Nationale Natuurkunde Olympiade. Eerste ronde Beschikbare tijd: 2 klokuren

Welk van de onderstaande reeks vormt een stel van drie krachten die elkaar in evenwicht kunnen houden?

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1985 MAVO-C NATUURKUNDE. Donderdag 13 juni, uur. MAVO-C Il

Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde

Nationale Natuurkunde Olympiade. Eerste ronde januari Beschikbare tijd: 2 klokuren

Uitwerking examen Natuurkunde1 VWO 2006 (1 e tijdvak)

( ) -grafiek. blijkt dat de richtingscoëfficiënt: θ 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade theorietoets deel 1

jaar: 1990 nummer: 08

VAK : NATUURKUNDE DATUM : VRIJDAG 04 JULI 2008 TIJD : UUR (Mulo III kandidaten) UUR (Mulo IV kandidaten)

HEREXAMEN EIND MULO tevens IIe ZITTING STAATSEXAMEN EIND MULO 2009

Technische Universiteit Eindhoven Bachelor College

NATUURKUNDE. Donderdag 5 juni, uur. MAVO-C Il EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN C - niveau

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eerste ronde. 16 januari beschikbare tijd : 2 uur

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015

2 Van 1 liter vloeistof wordt door koken 1000 liter damp gemaakt.

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l

1ste ronde van de 19de Vlaamse Fysica Olympiade 1. = kx. = mgh. E k F A. l A. ρ water = 1, kg/m 3 ( θ = 4 C ) c water = 4, J/(kg.

Fysica: trillingen, golven en thermodynamica SCHRIFTELIJK EXAME VA 11 JU I 2014

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2016 theorietoets deel 1

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

Vlaamse Fysica Olympiade 26 ste editie Eerste ronde

jaar: 1990 nummer: 06

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (30 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

Eindexamen natuurkunde havo I

Eindexamen natuurkunde havo I

Dit tentamen bestaat uit vier opgaven. Iedere opgave bestaat uit meerdere onderdelen. Ieder onderdeel is zes punten waard.

Oplossing examenoefening 2 :

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg

Nationale Natuurkunde Olympiade. Eerste ronde januari Beschikbare tijd: 2 klokuren

Toelatingsexamen Fysica leerstof uit de 2de graad SO

Exact Periode 7 Radioactiviteit Druk

Deze opgaven zijn vastgesteld door de commissie bedoeld in artikel 24 van het Besluit eindexamens v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.

Maandag 15 juni, uur

Opgave 1 Waterstofkernen

Opgave 1 Afdaling. Opgave 2 Fietser

natuurkunde havo 2018-I

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1

Examen Algemene Natuurkunde 1-7 december 2018

Examen HAVO en VHBO. Natuurkunde

methode 2: Voor de vervangingsweerstand van de twee parallel geschakelde lampen geldt:

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2017: algemene feedback

natuurkunde 1,2 Compex

Dit examen bestaat uit twaalf opgaven Bijlage: 1 antwoordblad

UNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO/NATIN 2009

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

MAVO-D II. Donderdag 13 junj, uur. Dit examen bestaat uit elf opgaven Bijlage: 1 antwoordblad

Begripsvragen: Elektrisch veld

Samenvatting Natuurkunde Kracht

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Transcriptie:

Vraag 1 Een voorwerp wordt op de hoofdas van een dunne bolle lens geplaatst op 30 cm van de lens. De brandpuntsafstand f van de lens is 10 cm. Hulptekening: f f Het beeld van het voorwerp gevormd door de lens is: <A> reëel, omgekeerd en kleiner dan het voorwerp. <B> reëel, omgekeerd en groter dan het voorwerp. <C> reëel, rechtopstaand en groter dan het voorwerp. <D> virtueel, rechtopstaand en kleiner dan het voorwerp. Fysica: vraag 1

Vraag 2 Beschouw de vloeistoffen A, B en C. Voor vloeistof A bedraagt de temperatuur θ A ; voor vloeistof B bedraagt de temperatuur θ B ; voor vloeistof C bedraagt de temperatuur θ C. De soortelijke warmtecapaciteit van vloeistof A is c A ; de soortelijke warmtecapaciteit van vloeistof B is c B ; de soortelijke warmtecapaciteit van vloeistof C is c C. Men neemt van elk van deze vloeistoffen eenzelfde massa m en voegt deze samen in een thermisch geïsoleerde beker. Verwaarloos de warmteopname of warmteafgifte van de beker. De aggregatietoestand van de vloeistoffen verandert niet. De eindtemperatuur θ van het mengsel in de beker is gelijk aan: <A> θ = c A θ A + c B θ B + c C θ C θ A + θ B + θ C. <B> θ = θ A + θ B + θ C. 3 <C> θ = 3 (c A θ A + c B θ B + c C θ C ) c A + c B + c C. <D> θ = c A θ A + c B θ B + c C θ C c A + c B + c C. Fysica: vraag 2

Vraag 3 In een vat gevuld met water drijft een kubus met massadichtheid ρ. Een vierde van het volume van de kubus steekt boven het water uit. De massadichtheid ρ is gelijk aan: <A> 1,0 10 3 kg/m 3. <B> 0,25 10 3 kg/m 3. <C> 0,75 10 3 kg/m 3. <D> 1,3 10 3 kg/m 3. Fysica: vraag 3

Vraag 4 Gegeven is een elektrische schakeling met vijf identieke weerstanden. De spanning U van de bron is constant. R 1 R 2 R 3 U R 4 R 5 De spanning is het grootst over de weerstand: <A> R 3. <B> R 2. <C> R 1. <D> R 4. Fysica: vraag 4

Vraag 5 Bij de kernreactie van een 14 7N-kern met een α-deeltje worden een b ax-kern en een proton gevormd. Dan is: <A> a=9 en b=16. <B> a=8 en b=17. <C> a=8 en b=14. <D> a=9 en b=18. Fysica: vraag 5

Vraag 6 Een mengsel bestaat uit twee radioactieve isotopen X en Y die beide dezelfde soort deeltjes uitzenden. De hoeveelheid van isotoop X en de hoeveelheid van isotoop Y hebben dezelfde activiteit A op het moment t = 0 s. Het isotoop X heeft een halveringstijd van 12 h en het isotoop Y heeft een halveringstijd van 8 h. Na 24 h is de activiteit van het mengsel gelijk aan: <A> 4/8 A. <B> 2/8 A. <C> 1/8 A. <D> 3/8 A. Fysica: vraag 6

Vraag 7 Jan tikt met een hamer tegen een horizontale, rechte rail. Ine en Stef staan op eenzelfde afstand van Jan. Ine houdt haar oor tegen de rail en hoort de tik na 0,2 s. Stef hoort de tik na 3,0 s via de lucht. De geluidssnelheid in lucht is 340 m/s. De geluidssnelheid in de rail is gelijk aan: <A> 680 m/s. <B> 5 100 m/s. <C> 2 040 m/s. <D> 340 m/s. Fysica: vraag 7

Vraag 8 Twee identieke blokken bevinden zich op een horizontaal oppervlak. Tussen deze blokken is een massaloze veer bevestigd. Als we de blokken samenduwen zodat de veer 1,0 cm wordt ingedrukt en daarna de blokken loslaten, bereiken zij een maximale snelheid van 1,0 m/s. De wrijving met het oppervlak mag verwaarloosd worden. Als we de blokken samenduwen zodat de veer 2,0 cm wordt ingedrukt en daarna loslaten, dan bereiken de blokken een maximale snelheid gelijk aan: <A> 2,0 m/s. <B> 4,0 m/s. <C> 1,4 m/s. <D> 1,0 m/s. Fysica: vraag 8

Vraag 9 Een golf loopt van links naar rechts over een horizontaal opgesteld touw. De bovenste figuur geeft de uitwijking van het touw op een bepaald ogenblik als functie van de plaats op het touw. De onderste figuur toont de uitwijking van een punt van het touw als functie van de tijd. y (cm) 5 0 0 2 4 6 8 x (cm) -5 y (cm) 5 0 0 1 2 3 4 t (s) -5 De voortplantingssnelheid van de golf over het touw is gelijk aan: <A> 2,0 cm/s. <B> 1,0 cm/s. <C> 0,50 cm/s. <D> 2,5 cm/s Fysica: vraag 9

Vraag 10 Een blokje met massa m = 0,20 kg is vastgemaakt aan een horizontaal opgestelde veer, en beweegt heen en weer over een horizontaal oppervlak. Het andere uiteinde van de veer is vastgemaakt aan een muur. De wrijving met het oppervlak mag verwaarloosd worden. De tijd tussen twee opeenvolgende doorgangen van het blokje door de positie waarbij de veer de rustlengte aanneemt, is gelijk aan 1,0 s. m De veerconstante is dan gelijk aan: <A> 0, 10π 2 N/m. <B> 0, 20π 2 N/m. <C> 2, 0π 2 N/m. <D> 0, 80π 2 N/m. Fysica: vraag 10