DYSLEXIE EN STUDIESUCCES

Vergelijkbare documenten
Afgestudeerden en uitvallers in Avans en het hoger beroepsonderwijs

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Oriëntatiefases en zoekmogelijkheden

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Studiekeuzecheck 2014/2015. Presentatie voor decanen VO/MBO 6 februari 2014 Geja Kinds

Wet Kwaliteit in verscheidenheid

Factsheet Toelatingstoets PABO

INTRODUCTIE & STUDIESUCCES

Resultaten Enquête Ingangseis Wiskunde B

r ipboek voor ouders over studiekeuze

Onderzoek: Studiekeuzecheck

Informatieavond vervolgkeuze Havo/Vwo. Maandag 29 september 2014

OUDERAVOND. 8 oktober 2018 PROGRAMMA

Wat weet jij over het leenstelsel?!

AANMELDING VERVOLGOPLEIDING NA STUDIEKEUZE. Belangrijke informatie voor alle leerlingen (en ouders) van leerjaar 5 Havo De Hof!

Nieuws van de decanen

Flexstuderen FAQ voor studenten

Inschrijving Hoger Onderwijs en Studiefinanciering

Management summary Flitspeiling: vervroegde aanmelddatum, studiekeuzecheck en doorstroming.

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K

Je diploma.. en dan??

De overgang van vwo naar wo

Havo 5 11 september Voorlichting vervolgstudie en aanmelding

Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt. Onderzoek met impact. Hbo als emancipatiemotor. Hbo in vogelvlucht. #hbocijfers

Het College van Beroep voor de Examens van de Radboud Universiteit Nijmegen doet hierbij uitspraak inzake het beroep van: appellant

Studiekeuze123. Thora Arnadottir en Daphne Selhorst. Studiekeuze123: Een overzicht van alle opleidingen van hogescholen en universiteiten

NOTITIE. De onderstaande figuren geven informatie weer over: Uitval in jaar 1; Het behalen van de propedeuse, in jaar 1 en 2; Het bachelorrendement.

LOB in Havo /2016

De Studiekeuzecheck: heeft het gewerkt?

A. Persoonlijke gegevens

Straks studeren. 1. Inleiding. 2. Na de HAVO. 3. Hoe moet ik kiezen? 4. Aanmelden vervolgopleiding. 5. Studiefinanciering. 6.

Ouderavond klas 6 vwo schooljaar

Reglement Studiekeuzecheck Studiejaar Christelijke Hogeschool Windesheim

Ouderavond klas 6 vwo schooljaar

Studiekeuzecheck HO De eerste ervaringen van havo/vwo-decanen

Doorstroom mbo-studenten naar lerarenopleidingen op de Hogeschool Rotterdam: de stand van zaken

Figuur: Procentuele uitval studenten hbo lerarenopleidingen na het eerste studiejaar (instroomjaren 2004 tot en met 2008)

De overgang van vwo naar wo

woensdag 7 en donderdag 8 november 14:00 21:00 uur IJsselhallen, Zwolle Van tevoren inschrijven, gratis Deelnemerslijst online (mbo, hbo, wo)

Decentrale selectie door proefstuderen aan de poort. Klaas Visser

Studeren met een functiebeperking

Studeren aan het hbo. W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g

Instroom en studiekeuze

Wat is het einddiploma nog waard?

De Studiekeuzecheck: voor wie werkt het?

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers

U I T S P R A A K

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

Voor meer informatie over dit onderzoek kunt u contact opnemen met Lisette van Vliet: lisette.van.vliet@eenvandaag.

1 Hoeveel mensen hebben dit studiejaar ( ) meegeloot voor de opleiding geneeskunde op de medische faculteiten?

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bindend Studieadvies. voor studenten _DC1409_ROCWB_Flyer_BSA_.indd 3

Leerkrediet

Inhoud. Aanmelding HBO. Toestemmingsverklaring. Open dagen. Scholen Hogeschool Rotterdam. Scheepvaart- en transportcollege. InHolland Hogeschool

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

MINISTERIE VAN ONDERWIJS WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag.4409 Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: GELEZEN:

(ZELF)SELECTIE IN DE LERARENOPLEIDING: PROBLEMEN, INTERVENTIES MECHANISMEN UITKOMSTEN. Jacqueline Kösters Velon 2017

Na het examen havo / atheneum 2016/2017

Veloncongres Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Over het programma Promotiebeurs - doel

Het College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van:

Datum 22 november 2016 Betreft Beantwoording schriftelijke Kamervragen van de leden Tanamal en Asante (beide PvdA) over mantelzorgende studenten

Havo 5. Voorlichting vervolgstudie en aanmelding

Datum 24 mei 2017 Antwoord op schriftelijke vragen van de leden Duisenberg (VVD) en Van der Molen (CDA) over numeri fixi bij technische universiteiten

Factsheet. Samenvatting

Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)

Programma. 1. Opening Gerard Kuper, teamleider havo. 2. Naar het hoger onderwijs Francien Brons en Leonie Meekers, decanen vwo/havo

DECAAN. Fred Bouwhuis

NA HAVO-5. M. Wiegeraad

U I T S P R A A K

Programma studiekeuzeavond leerjaar 6

SELECTIE EN TOEGANKELIJKHEID VAN HET HOGER ONDERWIJS SAMENVATTING EERSTE 2 RAPPORTEN:

HAVO 5. LOB begeleiding. Door mentor en decaan

Programma STUDIESUCCES VOOR IEDEREEN!

REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM

Hermien Miltenburg en studenten. (presentatie)

Studenten aan lerarenopleidingen

U I T S P R A A K

Programma studiekeuzeavond leerjaar 5 & uur Start ronde uur Start ronde uur Start ronde uur individuele vragen

Welkom ouder(s) / familie / studenten

Zoek het uit! Opdrachten. Studiekeuze123.nl

Monitor beleidsmaatregelen Anja van den Broek

Aangenomen en overgenomen amendementen, artikelen en onderdelen

Na het examen havo / atheneum

Decanenbijeenkomst Toelatingsrecht. Namens projectgroep, Petra Tabak,

Selectie en numerus fixus. Frank Peters, studentendecaan

Ouderavond klas 6 VWO schooljaar

Studievoortgangsbeleid AJ 18-19

Regeling Studiekeuzecheck en studiekeuzeadvies

Tweede Kamer der Staten-Generaal

nadruk gelegd op het belang van discipline en

Succesvol eerste studiejaar

Bijlage 3 bij het verslag POC LO&BW 15/10/2014. Doorstroom binnen de bachelor LO&BW

WELKOM. INFORMATIEAVOND 5 havo LOB

Prof. Dr. Didier Pollefeyt Vicerector Onderwijs KU Leuven

Ouderavond VWO 6 11 september 2018

U I T S P R A A K

Transcriptie:

DYSLEXIE EN STUDIESUCCES je naam: 1. Onlangs opperde Albert Cornelissen, collegevoorzitter van het Windesheim College, dat hogescholen het recht moeten krijgen studenten met dyslexie die zich aanmelden voor een taalgerichte studie, af te wijzen. Dit zou de uitval beperken. Uit een doorrekening van de NVCS blijkt dat dit voorstel ingrijpender is dan Cornelissen zich gerealiseerd zal hebben. 2. In een interview op BNR van 31 augustus 2015 bekritiseerde Albert Cornelissen het onderwijsbeleid. Het Ministerie van Onderwijs wil de onderwijsinstellingen afrekenen op uitval maar staat selectie aan de poort nauwelijks toe. Studenten die voldoen aan de wettelijk vastgestelde toelatingseisen moeten toegelaten worden, ook als op voorhand vaststaat dat ze de studie niet zullen gaan afmaken. 3. Als voorbeeld noemde Cornelissen studenten met dyslexie die zich aanmelden voor een studie met veel taal erin, zoals communicatiewetenschappen. Bij aanmelding weet je dat zo n student het zeer waarschijnlijk niet gaat halen, aldus Cornelissen. Maar je moet van de Minister die student eerst een jaar laten ploeteren. Daarna mag je hem pas een bindend negatief advies geven. 4. Cornelissen vindt dit niet fair. Niet alleen voor de instellingen, maar ook voor de student. Als hogescholen het recht zouden hebben studenten bij aanmelding af te wijzen, zou dit een win-win -situatie zijn. De uitvalpercentages van de onderwijsinstellingen zouden dalen, en studenten met dyslexie zou een teleurstelling bespaard blijven. 5. Het voorstel van Cornelissen is doorgerekend door Theo van Rhein, verbonden aan het onderzoeksbureau van de NVCS. Van Rhein vindt het een ondoordacht voorstel. De heer Cornelissen bedoelt het vast goed, maar hij maakt een denkfout, zo stelt Van Rhein. Hij vergeet de vraag te stellen hoe de instelling weet dat een student dyslexie heeft. Meestal gaan onderwijsinstellingen uit van dyslexieverklaringen. Maar die zijn matigjes betrouwbaar. 6. Van Rhein stelt dat uit onderzoek is gebleken dat ongeveer 4% van de Nederlands dyslexie heeft. Dan gaat het om leesproblemen die met leestrucs en extra oefenen niet opgelost kunnen worden. Bij het bepalen van dat percentage zijn proefpersonen onderworpen aan een serie van testen. Degenen die dyslexieverklaringen uitschrijven gebruiken vaak maar één test. De testen die in omloop zijn hebben meestal een betrouwbaarheid van rond de 80%. Daar kun je geen studieadvies op baseren. 1 P a g i n a

7. Met een rekenvoorbeeld illustreert Van Rhein dit. Stel dat 1.000 studenten zich inschrijven voor de studie Communicatiewetenschappen. Als je niets over deze studenten weet, dan mag je aannemen dat 4% van deze studenten dyslexie heeft. Dat zijn er dus 40. Als alle 1.000 studenten onderworpen zijn aan een test waarmee dyslexie wordt vastgesteld, zal het aantal studenten met een dyslexieverklaring veel hoger zijn. 8. N = 1000 Dyslexie JA Dyslexie NEE Verklaring JA 32 192 224 Verklaring NEE 8 768 776 40 960 1000 9. De doorrekening geeft een verrassende uitkomst. Als een student een dyslexieverklaring heeft, dan is de kans dat hij daadwerkelijk dyslexie heeft, iets van 14%. Er is dus 86% kans dat die student geen dyslexie heeft. Het lijkt me dat je een student met een dyslexieverklaring niet kunt weigeren als de kans dat hij dyslexie heeft zoveel kleiner is dan de kans dat hij geen dyslexie heeft. 10. Wat zit er achter deze denkfout, vragen we aan Van Rhein. Nu, de heer Cornelissen zal het dus vast goed bedoelen, en hij is wetenschapper, dus hij zal het zelf ook wel kunnen doorrekenen. Ik denk dat hij in dat interview wat losjes heeft gesproken en zomaar het eerste voorbeeld heeft genomen dat hem te binnen schoot. 11. Toch is Van Rhein er niet helemaal gerust op. Het is wel opvallend dat collegevoorzitters van hogescholen en universiteiten dit soort denkfouten gaan maken als de Minister de bekostigingssystematiek aanpast van het aantal studenten in de richting van het aantal diploma s. Als de scholen geld krijgen op basis van het aantal studenten, dan vinden ze het prima als een student met dyslexie zich inschrijft voor een studie met veel taal erin. Uit: Nieuwsbrief NVCS, 21 e jaargang, nr. 11, november 2015 2 P a g i n a

VRAGEN BIJ DYSLEXIE EN STUDIESUCCES Opdracht 1: Omschrijf de betekenis van de volgende woorden. Gebruik geen woordenboek of ander naslagwerk, maar haal de betekenis uit de tekst. opperen op voorhand selectie aan de poort bindend negatief advies win-win -situatie doorrekenen bekostigingssystematiek Opdracht 2: Welke kritiek heeft Albert Cornelissen op het beleid van de overheid? A. De overheid past selectie aan de poort toe. B. De overheid heeft wettelijke toelatingseisen vastgesteld. C. De overheid geeft de scholen geen ruimte om selectie aan de poort toe te passen. D. De overheid wil dat studenten die geen kans van slagen hebben, toch toegelaten worden. Opdracht 3: Hoe wil Albert Cornelissen een win-win -situatie creëren? A. Door alle studenten te laten testen op dyslexie. B. Door studenten met dyslexie te weigeren bij aanmelding. C. Door studenten met een dyslexieverklaring te weigeren bij aanmelding. D. Door taalgerichte studies aan te passen voor studenten met dyslexie. Opdracht 4: Wie zijn de winnaars in de win-win -situatie? A. De overheid en de onderwijsinstelling, omdat de uitval daalt. B. De overheid omdat de uitval daalt, en de student met dyslexie omdat die geen inschrijfgeld betaalt. C. De instelling omdat de uitval daalt, en de student met dyslexie omdat die geen jaar verspild. D. De instelling omdat de uitval daalt, en de student omdat die een andere school zal kiezen. 3 P a g i n a

Opdracht 5: Welke denkfout maakt Cornelissen volgens de onderzoeker van de NVCS? A. Cornelissen weet niet dat dyslexieverklaringen onbetrouwbaar zijn. B. Cornelissen neemt aan dat dyslexieverklaringen betrouwbaar zijn. C. Cornelissen neemt aan dat een student met dyslexie niet kan slagen voor een taalgerichte studie. D. Cornelissen heeft de uitvalpercentages niet berekend. Opdracht 6: Hoe groot is, volgens de onderzoeker van de NVCS, de kans dat een student met een dyslexieverklaring dyslexie heeft? A. De onderzoeker van de NVCS heeft daar geen idee van. B. 4%, want dat is het aantal studenten dat dyslexie heeft. C. 14%, want 10% van de studenten met een dyslexieverklaring, heeft geen dyslexie. D. 14%, want 86% van de studenten met een dyslexieverklaring, heeft geen dyslexie. Opdracht 7: Hoe groot is, volgens de onderzoeker van de NVCS, de kans dat een student met dyslexie zakt voor een taalgerichte studie? A. De onderzoeker van de NVCS heeft daar geen idee van. B. 4%, want dat is het aantal studenten dat dyslexie heeft. C. 14%, want dat is van de studenten met een dyslexieverklaring, het aantal studenten dat echt dyslexie heeft. D. Tussen de 4% en de 14%, want niet alle studenten met dyslexie zullen zakken. Opdracht 8: Waar is de onderzoeker van de NVCS niet helemaal gerust op? A. Hij houdt er rekening mee dat zijn doorrekening niet klopt. B. Hij houdt er rekening mee dat Albert Cornelissen de doorrekening niet zou kunnen maken. C. Hij houdt er rekening mee dat Albert Cornelissen de doorrekening ook al wel gemaakt heeft. D. Hij houdt er rekening mee dat de Minister van Onderwijs de doorrekening ook al wel gemaakt heeft. 4 P a g i n a

Opdracht 9 (rekenopdracht): Laat met de getallen in de tabel zien hoe de onderzoek van de NVCS uitkomt op het percentage van 14%. Opdracht 10 (rekenopdracht): Laat met de getallen in de tabel zien hoeveel studenten terecht geen dyslexieverklaring hebben gekregen. 5 P a g i n a