Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Vergelijkbare documenten
Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête, België, Informatie over het huishouden

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Passief roken. Edith Hesse

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheid en omgeving

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Leefstijl en preventie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Gebruik van Geneesmiddelen Gezondheidsenquête, België, 1997

Gezondheidsenquête, België, Informatie over het huishouden

Preventie van wiegendood bij zuigelingen

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Resultaten voor België Contacten met de tandarts Gezondheidsenquête, België, 1997

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Uitgaven voor Gezondheidszorgen Gezondheidsenquête, België, 1997

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheid en Samenleving

Inleiding. Bespreking pagina 1

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Het gebruik van tabak

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Beperkingen Gezondheidsenquëte, België, 1997

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Resultaten voor Brussels Gewest Prenatale Opvolging Gezondheidsenquête, België, 1997

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997.

Resultaten voor Brussels Gewest Beperkingen Gezondheidsenquête, België, 1997

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Inleiding. Bespreking pagina 1

De gezondheidstoestand

Resultaten voor België Uitgaven voor gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Gezondheid en samenleving

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden).

Resultaten voor Brussels Gewest Tandhygiëne Gezondheidsenquête, België, 1997

Gezondheidsenquête, België, Informatie over het huishouden

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Belangrijkste resultaten Gezondheid en Samenleving

Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische Ongelijkheden in Gezondheid

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Transcriptie:

Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be http://www.iph.fgov.be/epidemio/epinl/index4.htm http://statbel.fgov.be Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Kristina Bayingana Stefaan Demarest Lydia Gisle Edith Hesse Pieter-Jan Miermans Jean Tafforeau Johan Van der Heyden Logistieke steun : Monique Schoonenburg Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid: IPH/EPI REPORTS N 2006 035 Depotnummer : D/2006/2505/4

De opdrachtgevers van de Gezondheidsenquête 2004 B. Cerexhe Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Economie, Tewerkstelling, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Landbouwbeleid Brussels Hoofdstedelijk Gewest R. Demotte Minister van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Federale regering C. Fonck Ministre de la Santé, de l'enfance et de l'aide à la Jeunesse Franse Gemeenschap B. Gentges Vize-Ministerpräsident, Minister für Ausbildung und Beschäftigung, Soziales und Tourismus Duitstalige Gemeenschap G. Vanhengel Minister van de Brussels Gewestse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Informatica Brussels Hoofdstedelijk Gewest I. Vervotte Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Vlaamse Gemeenschap C. Vienne Ministre de la Santé, de l'action sociale et de l'egalité des chances Waals Gewest

Boek VI Gezondheid en Samenleving Gezondheidsenquête België 2004 IPH/EPI REPORTS nr 2006-035

Algemene Inhoud Boek I Inleiding Methodologish rapport...5 Boek II Gezondheidstoestand Subjectieve Gezondheid...9 Chronische aandoeningen...47 Mentale gezondheid...191 Langdurige lichamelijke beperkingen...364 Tijdelijke beperkingen...495 Boek III Leefstijl Lichaamsbeweging...5 Voedingsstatus...112 Voedingsgewoontes...183 Gebruik van alcohol...260 Tabaksgebruik...386 Gebruik van illegale drugs...499 Gezondheid en seksualiteit...542 AIDS : kennis, attitudes en opsporing...596 Boek IV Preventie Vaccinatie...5 Cardiovasculaire preventie...114 Vroegtijdige opsporing van diabetes...183 Vroegtijdige opsporing van borstkanker...221 Vroegtijdige opsporing van baarmoederhalskanker...297

Boek V Medische Consumptie Contacten met zorgverstrekkers Contacten met de huisarts...5 Ambulante contacten met de specialist...154 Contacten met de dienst spoedgevallen...274 Contacten met de tandarts...331 Contacten met paramedische zorgverstrekkers...465 Opname in het ziekenhuis... 525 Gebruik van geneesmiddelen... 649 Niet-conventionele geneeswijzen... 787 Boek VI Gezondheid en samenleving Toegankelijkheid van de gezondheidszorgen... 5 Socio-economische verschillen in gezondheid... 64 Gezondheid en omgeving... 80 Traumata... 155 Sociale gezondheid... 327 Gebruik sociale en preventieve diensten... 387 Boek VII Ouderen... 5 Boek VIII Internationale vergelijking... 5

Boek VI Hoofdstuk 3 Gezondheid en Omgeving Edith Hesse Pieter-Jan Miermans Inleiding Gezondheidstoestand Leefstijl Preventie Toegankelijkheid van de gezondheidszorgen Socio-economische verschillen in gezondheid Medische consumptie Gezondheid en samenleving Gezondheid en omgeving Traumata Sociale gezondheid Ouderen Internationale vergelijking Sociale en preventieve diensten Gezondheidsenquête, België 2004

Inhoudstafel SAMENVATTING... 80 DANKWOORD... 81 1. INLEIDING... 82 2.VRAGEN... 83 3. INDICATOREN... 85 4. RESULTATEN... 86 4.1. HINDER IN WIJK DOOR MILIEUFACTOREN (HE_1), (HE0101_1-HE0106_1)... 86 4.1.1. België... 86 4.1.2. Gewesten... 87 4.2. HINDER THUIS DOOR MILIEUFACTOREN (HE_2, HE0201_1-HE0213_1)... 89 4.2.1. België... 89 4.2.2. Gewesten... 91 4.3. BINNENSHUIS ROKEN (HE03_1)...93 4.3.1. België... 93 4.3.2. Gewesten... 95 4.4. BEPERKINGEN VAN HET BINNENSHUIS ROKEN (HE05_1, HE0601_1-HE0604_1)... 97 4.4.1. België... 97 4.4.2. Gewesten... 98 5. BESPREKING... 101 BASIS TABELLEN... 102 GESTANDAARDISEERDE TABELLEN... 136

Samenvatting In België wordt 20 van de huishoudens gehinderd door milieuhinder in de wijk en 22 van de huishoudens door milieuhinder thuis. Huishoudens met een jongere referentiepersoon hebben over het algemeen meer last van milieufactoren. De voornaamste hinder hangt samen met het autoverkeer: 9 van de huishoudens heeft zowel last van uitlaatgassen als van het lawaai veroorzaakt door dit verkeer. Andere bronnen van milieuhinder zijn andere geurhinder (6), vandalisme en graffiti (6), burenlawaai (6) en trillingen (6). De ervaren milieuhinder hangt sterk samen met de woonplaats. Milieuhinder op wijkniveau hindert 32 van de stedelijke huishoudens en respectievelijk slechts 16 en 12 van de halfstedelijke en landelijke huishoudens. Deze trend wordt ook weerspiegeld in de gewestelijke verschillen. In het Brussels Gewest, een bij uitstek stedelijke agglomeratie, wordt 33 van de huishoudens geconfronteerd met hinderlijke milieufactoren. In dit gewest heeft 8 van de huishoudens last van lawaai van vliegtuigen, tegenover 1,2 in het Vlaams Gewest en 2,7 in het Waals Gewest. Opvallend is verder het hoge percentage aan gerapporteerde milieuhinder op wijkniveau voor de stedelijke gemeenten van het Waals Gewest: 39 van de huishoudens ondervindt hier hinder door milieufactoren. Wat betreft opleidingsniveau en inkomensniveau bestaan er geen significante verschillen in de ondervonden milieuhinder thuis of in de wijk. De mate waarin huishoudens in België werden gehinderd door milieufactoren in hun wijk bleef stabiel tussen 2001 en 2004. In 31 van de huishoudens in België rookt er elke dag minstens één persoon binnenshuis. Bij huishoudens uit de oudste leeftijdsgroepen wordt er minder binnenshuis gerookt. In huishoudens met een referentiepersoon die een diploma hoger onderwijs heeft en in huishoudens met een inkomen dat hoger ligt dan 2500, wordt er significant minder gerookt dan in de andere huishoudens. Alleenstaanden roken meer binnenshuis dan de andere gezinsvormen. Waalse huishoudens (36) roken significant meer binnenshuis dan Vlaams huishoudens (29.) Het binnenshuis roken wordt in 42 van de Huishoudens in België beperkt. In de huishoudens waar deze beperkingen gelden wordt het roken beperkt door niet binnenshuis (75), enkel in bepaalde ruimtes (28) of niet in aanwezigheid van kinderen te roken (29). Het percentage van de huishoudens waar beperkingen op het roken in de woning van kracht zijn, stijgt met het opleidingsniveau en inkomensniveau: van 28 bij de huishoudens waar de referentiepersoon geen of een diploma lager onderwijs heeft tot 55 bij de huishoudens waar de referentiepersoon een diploma van het hoger onderwijs heeft en van 24 bij de huishoudens met een inkomen lager dan 750 euro tot 54 bij de huishoudens met een inkomen dat hoger ligt dan 2500 euro. Bij alleenstaanden gelden er significant minder beperkingen op het roken dan in de andere huishoudentypes. - 80 -

Dankwoord Wij willen graag de volgende personen bedanken voor het nalezen van dit onderdeel en hun nuttige opmerkingen. o o o o o o o o o o M. Michel Andrien, Directeur du CERES, Université de Liège M. Paul Berra, Observatoire de la Santé du Hainaut Mevr. Myriam Bossuyt, MIRA, Vlaamse Milieumaatschappij Dr Anne-Marie Demazy, ISSEP Dr. Jean-Marc Feron, Centre Universitaire de Médecine Générale, Université Catholique de Louvain Dr Laurence Nick, Division de la Santé et Infrastructures, Ministère de la Région Wallonne Prof. Jacques Prignot, Pneumologue, UCL Dr. Greta Van Kersschaever, Genetische Epidemiologie, Academisch Centrum Huisartsgeneeskunde, K.U.Leuven Dhr Marc Van Sprundel, ESOC - Epidemiologie en Sociale Geneeskunde, Campus Drie Eiken, Universiteit Antwerpen Dr. Dirk Wildemeersch, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Gezondheidszorg - 81 -

1. Inleiding De omgeving is een erg ruim begrip. Voor deze gezondheidsenquête beperken we ons tot vragen die betrekking hebben op de kwaliteit van de fysieke omgeving van de woonplaats zoals vragen naar stank, vochtigheid, schimmelgroei, lawaai De module over omgevingsfactoren werd voorgesteld tijdens de evaluatie van de enquête van 1997 en voor het eerst in de vragenlijst opgenomen in 2001. Gegevens over de gezondheid en de omgeving zijn beschikbaar op het niveau van het Waals Gewest. Het Waals Gewest publiceert registers over de leefkwaliteit (project Sandrine met de SSMG). Het Vlaamse Gewest heeft ook een driejaarlijks onderzoek over geluids-, geur- en lichthinder, het Schriftelijk Leefomgevingsonderzoek (SLO). Het rapport met de laatste resultaten (2004) is beschikbaar op de webstek van administratie leefmilieu, cel Lucht (http://lucht.milieuinfo.be). In 1994 heeft Denemarken dit onderwerp opgenomen in zijn gezondheidsenquête. Voor de enquête van 2000 is dit hoofdstuk herzien, maar het Deense team belast met de enquête heeft moeilijkheden ondervonden om geldige instrumenten te vinden. De module Gezondheid en omgeving van Belgische gezondheidsenquête start met 2 vragenreeksen over de algemene ongemakken die men kan ondervinden op zijn verblijfplaats (zowel op wijkniveau als in de woning). Het doel is aan te duiden in welke mate men gehinderd wordt door die ongemakken in de loop van de laatste 12 maanden. De categorieën gaan over stank te wijten aan industrieën nabij de woonplaats, over de andere bronnen (riolen, afval, meststoffen) of de opeenstapeling van vuilnis. Nieuw in 2004 is de opname van een vraag over lichtvervuiling. Voor het eerst werden in de gezondheidsenquête van 2004 vragen gesteld over het rookgedrag binnen de woning en dit met het oog op de verzameling van informatie over de mate waarin de bevolking wordt blootgesteld aan passief roken. Deze vragen over passief roken werden reeds gehanteerd in de UK Health Survey for England, 1998 and 2001 en de vragen over de beperkingen van binnenshuis roken komen uit de 2000 Canadian Community Health Survey. Het doel van deze module van de gezondheidsenquête van 2004 bestaat erin de ongemakken veroorzaakt door verschillende omgevingsfactoren en de fysieke kwaliteit van de woonplaats te evalueren. - 82 -

2.Vragen De vragen over het milieu en de leefomstandigheden in de gezondheidsenquête beogen na te gaan in welke mate omgevingsfactoren hinderlijk zijn voor de Belgische bevolking. Hier kunnen onder meer conclusies aan verbonden worden over de mate waarin milieu- en leefomstandigheden bijdragen tot gezondheidsproblemen. De volgende vragen werden opgenomen in de gezondheidsenquête: HE01. In welke mate zijn de volgende condities een probleem in uw wijk (of buurt)? o o o o o o 01. Uitlaatgassen 02. Geurhinder van industrie in of dichtbij de wijk 03. Geurhinder van andere bronnen (riolen, vuilnis, mest) 04. Opstapeling van vuilnis 05. Lichtvervuiling komende van buiten (nachtverlichting, lichtgevende borden, neonreclame) 06. Vandalisme, graffiti of opzettelijke beschadiging van eigendommen HE02. Als u denkt aan de afgelopen 12 maanden, toen u thuis was, in welke mate werd u gestoord of gehinderd door één van de volgende condities? o o o o o o 01. Geurhinder afkomstig van de industrie in de omgeving van uw woonplaats 02. Geurhinder te wijten aan andere bronnen (riolering, afval, bemesting) 03. Opstapeling van vuilnis 04. Vochtigheid 05. Schimmels 06. Elektromagnetische velden afkomstig van hoogspanningslijnen of GSM-masten o 07. Trillingen te wijten aan wegverkeer, treinverkeer, vliegtuigen of ondernemingen in de buurt o o o o o o 08. Lawaai van autoverkeer 09. Lawaai van treinverkeer 10. Lawaai van vliegtuigen 11. Lawaai van ondernemingen in de buurt (fabriek, werkplaats) 12. Burenlawaai (b.v. menselijke stemmen, honden, kinderen) 13. Lichtvervuiling komende van buiten (nachtverlichting, lichtgevende borden, neonreclame) - 83 -

HE03. Is er iemand die bijna elke dag in deze woning rookt? HE04. Hoeveel personen roken bijna elke dag in deze woning? HE05. Bestaan er enige beperkingen in verband met het roken in deze woning? HE06. Welke beperkingen bestaan er in verband met het roken in deze woning? ( Meerdere antwoorden mogelijk) o o o o Aan rokers wordt gevraagd niet binnenshuis te roken Roken is enkel toegelaten in bepaalde ruimtes Het is verboden te roken in de aanwezigheid van kinderen Andere beperking (verklaar nader): - 84 -

3. Indicatoren HE_1 : Deze indicator is gebaseerd op de vraag HE01 en geeft het percentage weer van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in de wijk ervaart HE0101_1-HE0106_1 : Deze 6 indicatoren geven voor een aantal mogelijke bronnen van milieuhinder in de wijk weer welk percentage van de huishoudens hier door werd gehinderd. HE_2 : Op basis van de vraag HE02 wordt de indicator HE_2 geconstrueerd. Deze indicator duidt het percentage van de huishoudens aan dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd door minstens één van de in vraag HE02 vermelde omgevingsfactoren. HE0201_1-HE0213_1 : Deze 13 indicatoren (overeenkomend met de items van vraag HE02) overlopen de mate waarin de Belgische huishoudens in de afgelopen 12 maanden thuis werd gehinderd door diverse bronnen van milieuhinder. HE03_1 & HE05_1 : Twee indicatoren die aangeven in welk percentage van de huishoudens bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt (HE03_1) en in welk percentage van de huishoudens beperkingen gelden in verband met het roken in woning (HE05_1). HE0601_1-HE0604_1 : Een reeks van 4 indicatoren met informatie over het type van beperkingen dat wordt gehanteerd in die huishoudens waar het roken beperkt wordt, gaat over niet binnenshuis roken (HE0601_1), enkel in bepaalde ruimtes (HE0602_1), niet in de aanwezigheid van kinderen (HE0603_1) of een andere methode om roken binnenshuis te beperken (HE0604_1). - 85 -

4. Resultaten 4.1. Hinder in wijk door milieufactoren (HE_1), (HE0101_1-HE0106_1) 4.1.1. België In België heeft 20 van de huishoudens last van minstens een hinderende factor in de wijk. De voornaamste bronnen van milieuhinder zijn uitlaatgassen (9 van de Belgische bevolking heeft hier last van), andere geurhinder (6) en vandalisme en graffiti (6). Analyse naar geslacht en leeftijd De huishoudens waar een vrouw referentiepersoon is (23) maken iets meer melding van milieuhinder in de woonwijk dan de huishoudens met een man als referentiepersoon (20). Dit verschil uit zich met name in de mate van last die ondervonden wordt door vandalisme en graffiti (Mannen: 5, Vrouwen: 9), opstapeling vuilnis (Mannen: 4, Vrouwen 7) en uitlaatgassen (Mannen: 8, Vrouwen: 11). Dit verschil is niet significant na correctie voor leeftijd (van de referentiepersoon). In gezinnen met een oudere referentiepersoon wordt er minder milieuhinder in de wijk gemeld (16 van de 75-plusers). Figuur 1 Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in de wijk ervaart volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Analyse naar opleidingsniveau Er bestaan geen statistisch significante verschillen wat betreft de gerapporteerde milieuhinder op wijkniveau tussen de verschillende opleidingsniveaus. - 86 -

Analyse naar inkomensniveau Er bestaan geen statistisch significante verschillen wat betreft de gerapporteerde milieuhinder op wijkniveau tussen de verschillende inkomensniveaus. Analyse naar huishoudtype 30 van de eenoudergezinnen heeft last van minstens één bron van milieuhinder op wijkniveau. Het percentage van de huishoudtypes koppel met kinderen (18) en koppel zonder kinderen (19) ligt lager. De verschillen tussen de huishoudtypes zijn niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Analyse naar urbanisatieniveau De aanwezigheid van milieuhinder hangt sterk samen met de urbanisatiegraad. In stedelijke gemeenten wordt 32 van de huishoudens gehinderd door minstens één bron van milieuhinder. Dit percentage bedraagt slechts 16 in halfstedelijke gemeenten en 12 in landelijke gemeenten. Deze verschillen houden stand na correctie voor leeftijd en geslacht. Deze verschillen zijn vooral te wijten aan de grotere hinder die in stedelijke gemeenten wordt veroorzaakt door uitlaatgassen (15), andere geurhinder (8), opstapeling vuilnis (10) en vandalisme en graffiti (12). 4.1.2. Gewesten De mate waarin milieuhinder op wijkniveau aanwezig is, verschilt tussen de drie gewesten. In het Brussels Gewest ondervindt 37 van de huishoudens last van minimum één milieufactor. In het Waals Gewest is dit percentage 23 en in het Vlaams Gewest 16. Deze verschillen blijven significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Deze belangrijke verschillen worden vooral veroorzaakt door uitlaatgassen (20 in het Brussels Gewest, 7 in het Vlaams en Waals Gewest), opstapeling vuilnis (14 tegenover respectievelijk 2 en 5) en vandalisme en graffiti (19 tegenover respectievelijk 3 en 7). Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest heeft 16 van de huishoudens last van een bron van milieuhinder op wijkniveau. De voornaamste bronnen van milieuhinder in de wijk in het Vlaams Gewest zijn: uitlaatgassen (7), geurhinder industrie (7) en andere geurhinder (4). De trends naar de verschillende achtergrondkenmerken in dit gewest komen overeen met deze op het nationaal niveau. Huishoudens waar de referentiepersoon een diploma hoger middelbaar (13) heeft, ervaren minder hinder van milieufactoren op wijkniveau dan huishoudens met een ander opleidingsniveau (+- 17). Maar dit verschil is statistisch niet significant. - 87 -

Figuur 2 Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in de wijk ervaart volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Vlaams Gewest Brussels Gewest Bronnen van milieuhinder storen 37 van de Brusselse huishoudens op wijkniveau. Dit percentage verschilt significant tussen huishoudens waar de referentiepersoon een diploma lager middelbaar heeft (46) en waar een diploma hoger onderwijs. (32) De voornaamste bronnen van milieuhinder zijn uitlaatgassen (20), opstapeling vuilnis (14), vandalisme en graffiti (19), geurhinder industrie (5) en andere geurhinder (8). Figuur 3 Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in de wijk ervaart volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Brussels Gewest - 88 -

Waals Gewest In het Waals Gewest ondervindt 23 van de huishoudens hinder van minstens één bron van milieuhinder. De voornaamste bronnen van deze hinder zijn andere geurhinder (10), vandalisme en graffiti (7) en uitlaatgassen (7). Figuur 4 Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in de wijk ervaart volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Waals Gewest 4.2. Hinder thuis door milieufactoren (HE_2, HE0201_1-HE0213_1) 4.2.1. België In België werd 22 van de huishoudens in 2004 thuis gehinderd door minstens één omgevingsfactor. De belangrijkste bronnen van milieuhinder waren lawaai van autoverkeer (9), burenlawaai (6), trillingen (6) en geurhinder die niet afkomstig was van industrie (4) Analyse naar geslacht en leeftijd De huishoudens met een vrouw (23) als referentiepersoon hebben iets meer last van milieuhinder dan de huishoudens waar een man (22) referentiepersoon is. Dit verschil is statistisch niet significant. Het percentage van de bevolking dat thuis last heeft van milieuhinder neemt af naarmate de leeftijd van de referentiepersoon van het huishouden stijgt: van 27 bij de 15 tot 24-jarigen tot 14 bij de 75- plussers. Deze trend is significant na correctie voor het geslacht. - 89 -

Figuur 5 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Analyse naar opleidingsniveau Er bestaan geen statistisch significante verschillen wat betreft de gerapporteerde milieuhinder op wijkniveau tussen de verschillende opleidingsniveaus. Analyse naar inkomensniveau De huishoudens met een lager equivalent inkomen hebben meer last van milieuhinder thuis. Zo bedraagt het percentage dat hinder ondervindt van minstens één soort 25 bij de huishoudens met een inkomen onder de 750 en 21 bij de huishoudens met een inkomen tussen 1500 en 2500 euro. Deze verschillen zijn echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Analyse naar urbanisatieniveau Huishoudens die in een stedelijk gebied wonen hebben in 31 van de gevallen thuis last van milieuhinder. Dit percentage bedraagt 18 in halfstedelijk gebied en 16 in landelijk gebied. Na correctie blijft het verschil tussen het stedelijk niveau en de twee andere niveaus significant. Voor alle 12 van de in de enquête bevraagde bronnen van milieuhinder ligt het percentage van huishoudens dat hier last van heeft hoger in stedelijke gemeenten dan in halfstedelijke en landelijke gemeenten. Enkele belangrijke verschillen bestaan op het vlak van het lawaai van autoverkeer (stedelijke gebieden: 14, halfstedelijke gebieden: 8, landelijke gebieden: 5), opstapeling van vuilnis (respectievelijk 6, 1,0, 0,8), burenlawaai (respectievelijk 8, 4, 3) en lawaai van vliegtuigen (respectievelijk 6, 1,8, 2,1). Evolutie doorheen de tijd Het percentage van de bevolking dat thuis gehinderd werd door milieufactoren bleef stabiel tussen 2001 (22) en 2004 (22). - 90 -

4.2.2. Gewesten De milieuhinder thuis is het grootst bij de huishoudens in het Brussels Gewest (33). In het Vlaams Gewest (18) en het Waals Gewest (26) wordt er minder hinder gerapporteerd. Na correctie voor leeftijd en geslacht is enkel het verschil tussen het Vlaams Gewest en de twee andere gewesten statistisch significant. In het Brussels Gewest heeft 8 van de huishoudens last van lawaai van vliegtuigen, tegenover 1,2 in het Vlaams Gewest en 2,7 in het Waals Gewest. De opstapeling van vuilnis vormt minder een probleem in het Vlaams Gewest (1,1) dan in het Brussels (7) en het Waals Gewest (4). Figuur 6 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 - Vergelijking tussen de 3 gewesten Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest werd 18 van de huishoudens in de afgelopen 12 maanden thuis gehinderd door minstens één omgevingsfactor. De trends volgens de verschillende achtergrondvariabelen zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. - 91 -

Figuur 7 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 - Vlaams Gewest Brussels Gewest In het Brussels Gewest werd 33 van de huishoudens thuis gehinderd door minstens één van de vermelde omgevingsfactoren. De trends volgens de verschillende achtergrondvariabelen zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. Figuur 8 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Brussels Gewest - 92 -

Waals Gewest Van de Waals huishoudens werd 26 in het jaar dat voorafging aan de enquête thuis gehinderd door milieuomstandigheden. Het verschil tussen de urbanisatieniveaus is in het Waals Gewest groter dan op nationaal niveau. In stedelijke gemeenten werd 40 van de huishoudens thuis gehinderd door milieufactoren, tegenover 23 in halfstedelijke gemeente en 20 in landelijke gemeenten. Het verschil tussen het stedelijk niveau en de twee andere niveaus is significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Figuur 9 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Waals Gewest 4.3. Binnenshuis roken (HE03_1) 4.3.1. België In 31 van de Huishoudens in België rookt er elke dag minstens één persoon binnenshuis. Analyse naar geslacht en leeftijd In huishoudens waar een man (32) referentiepersoon is, wordt meer gerookt dan in huishoudens waar de referentiepersoon een vrouw (29) is. Dit verschil is statistisch niet significant. In de huishoudens met een referentiepersoon uit de twee oudste leeftijdscategorieën (65-74: 20 en 75+: 13) wordt er minder gerookt dat in de jongere huishoudens. Dit verschil is significant na correctie voor geslacht. - 93 -

Figuur 10 Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Analyse naar opleidingsniveau Er bestaat een verband tussen het opleidingsniveau en de aanwezigheid van binnenshuis roken. Van de huishoudens met een referentiepersoon met een diploma hoger onderwijs wordt er in 24 van de huishoudens door minstens één persoon elke dag binnenshuis gerookt. Dit is, na correctie voor leeftijd en geslacht, significant minder dan wanneer de referentiepersoon een diploma lager onderwijs (33), lager middelbaar (37) of hoger middelbaar (37) heeft. Analyse naar inkomensniveau Bij huishoudens met een inkomen dat hoger ligt dan 2500 euro wordt in 25 van de gevallen door minstens één persoon elke dag binnenshuis gerookt. Na correctie voor leeftijd en geslacht blijft dit significant minder dan voor alle andere inkomensniveaus. In huishoudens met een inkomen tussen de 1500 en 2500 euro wordt eveneens (na correctie voor leeftijd en geslacht) significant minder gerookt dan in de huishoudens die minder dan 1000 euro verdienen. Analyse naar huishoudtype Alleenstaanden (33) roken, ook na correctie voor leeftijd en geslacht, significant meer dan de huishoudentypes koppels met kinderen (29) en koppels zonder kinderen (28). Analyse naar urbanisatieniveau Binnen huishoudens in stedelijke gemeenten is er vaker minstens één persoon die elke dag binnenshuis rookt (35), dan in halfstedelijke (31) en landelijke (27) gemeenten. Deze verschillen zijn echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht. - 94 -

4.3.2. Gewesten Het percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt verschilt naargelang de gewesten. In het Waals Gewest (36) wordt er meer binnenshuis gerookt dan in het Vlaams (29) en Brussels (32) gewest. Het verschil tussen het Vlaams en het Waals Gewest is statistisch significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Vlaams Gewest In 29 van de Vlaamse huishoudens rookt bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis. De trends van het binnenshuis roken volgens de verschillende achtergrondkenmerken in dit gewest zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. Figuur 11 Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Vlaams Gewest Brussels Gewest In het Brussels Gewest wordt er in 32 van de huishoudens bijna dagelijks binnenshuis gerookt. De trends van het binnenshuis roken volgens de verschillende achtergrondkenmerken in dit gewest zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. - 95 -

Figuur 12 Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Brussels Gewest Waals Gewest In het Waals Gewest wordt er in 36 van de huishoudens bijna elke dag door minstens één persoon binnenshuis gerookt. De trends van het binnenshuis roken volgens de verschillende achtergrondkenmerken in dit gewest zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. Figuur 13 Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Waals Gewest - 96 -

4.4. Beperkingen van het binnenshuis roken (HE05_1, HE0601_1-HE0604_1) 4.4.1. België In 42 van de Huishoudens in België gelden er beperkingen in verband met het roken in de woning om passief roken tegen te gaan. In de huishoudens waar deze beperkingen gelden wordt het roken beperkt door niet binnenshuis (75), enkel in bepaalde ruimtes (28) of niet in aanwezigheid van kinderen (29) te roken. Analyse naar geslacht en leeftijd In huishoudens waar een man referentiepersoon is bestaan er vaker beperkingen wat betreft roken in de woning (mannen : 44, vrouwen : 34). Dit verschil is statistisch significant na correctie voor leeftijd. In huishoudens met een referentiepersoon uit de drie oudste leeftijdsgroepen gelden er minder vaak beperkingen op het roken in de woning : 55-64:37, 65-74:35, 75+:33. Na correctie voor geslacht blijkt er enkel een significant verschil te bestaan tussen deze drie leeftijdsgroepen en de 25 tot 34-jarigen waar in 50 van de huishoudens beperkingen wat betreft het roken aanwezig zijn. Figuur 14 Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Analyse naar opleidingsniveau Het percentage van de huishoudens waar beperkingen op het roken in de woning van kracht zijn, stijgt met het opleidingsniveau: van 28 bij de huishoudens waar de referentiepersoon geen of een diploma lager onderwijs heeft tot 55 bij de huishoudens waar de referentiepersoon een diploma van het hoger onderwijs heeft. - 97 -

Na correctie voor leeftijd en geslacht zijn de verschillen tussen de hoogste opleidingscategorie en de andere opleidingscategorieën statistisch significant. Analyse naar inkomensniveau De aanwezigheid van beperkingen op het rookgedrag hangt samen met het inkomensniveau. Dit percentage stijgt van 24 bij de huishoudens met een inkomen lager dan 750 euro tot 54 bij de huishoudens met een inkomen dat hoger ligt dan 2500 euro. De verschillen tussen de inkomensniveaus blijven significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Analyse naar huishoudentype Alleenstaanden (30) rapporteren significant minder beperkingen op het roken in de woning dan de huishoudentypes koppels met kinderen (52) en koppels zonder kinderen (43). Analyse naar urbanisatieniveau Er bestaan geen statistisch significante verschillen wat betreft de beperkingen op het roken in de woning tussen de verschillende urbanisatieniveaus. 4.4.2. Gewesten Tussen het Vlaams (42), Brussels (42) en Waals (40) gewest bestaat er weinig verschil wat betreft de aanwezigheid van beperkingen op het gebied van roken in de woning. De manier waarop roken wordt beperkt verschilt tussen de drie gewesten. In het Vlaams Gewest wordt door 79 van de huishoudens waar beperkingen gelden het binnenshuis roken verboden. Dit percentage ligt lager in het Brussels (71) en het Waals Gewest (69). In plaats van een volledig verbod wordt het binnenshuis roken in de andere gewesten dan weer meer beperkt door niet te roken in aanwezigheid van kinderen (Brussels Gewest: 40, Waals Gewest: 34 tegenover Vlaams Gewest : 24) of enkel te roken in bepaalde ruimtes (Brussels Gewest: 30, Waals Gewest: 33 tegenover Vlaams Gewest: 25). Vlaams Gewest In 43 van de Vlaamse huishoudens gelden er beperkingen wat betreft het roken in de woning. De trends naar de verschillende achtergrondcriteria zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. - 98 -

Figuur 15 Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Vlaams Gewest Brussels Gewest In het Brussels Gewest wordt het binnenshuis roken in 42 van de huishoudens beperkt. De trends naar de verschillende achtergrondcriteria zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. In tegenstelling tot het nationale niveau bestaat er in dit gewest geen significant verschil in het percentage van het binnenshuis roken tussen huishoudens met een man als referentiepersoon en huishoudens met een vrouw als referentiepersoon. Figuur 16 Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Brussels Geest - 99 -

Waals Gewest In het Waals Gewest wordt in 40 van de huishoudens het binnenshuis roken op een of andere manier beperkt. De trends naar de verschillende achtergrondcriteria zijn vergelijkbaar met deze op het nationaal niveau. Figuur 17 Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België 2004 Waals Gewest - 100 -

5. Bespreking Ook in de SLO-enquête van het Vlaamse gewest werd een relatie tussen hinder en leeftijd gevonden. Hierbij werd de verklaring gegeven dat oudere personen beter kunnen relativeren door hun langere levenservaring en daardoor minder snel gehinderd zijn. Ook werd meegegeven dat oudere personen een verminderd reuk- en gehoorsvermogen hebben. Hierbij kan wellicht ook aangevuld worden voor de andere hinderfactoren dat oudere personen vaak ook minder goed kunnen zien en minder vaak buiten komen en meer keuze hebben in hun route als ze wel buiten komen (bv. hond uitlaten, boodschappen doen versus naar het werk/school gaan bij jongere personen) zodat ze wellicht ook minder geconfronteerd worden met opstapeling van afval, graffiti en vandalisme Het verschil in het percentage personen dat door vliegtuiglawaai wordt gehinderd tussen de gewesten vindt een verklaring in het feit dat een grotere gedeelte van de bevolking van het Brussels Gewest zich in de buurt van een luchthaven (Zaventem) bevindt. De vaststelling dat in één op drie huishoudens binnenshuis gerookt wordt, mag gerust onrustwekkend genoemd worden. Roken wordt duidelijk terecht aanzien als een van de belangrijkste bronnen voor binnenhuisvervuiling. Het feit dat passief roken vaker en beperkingen op het rookgedrag minder frequent aanwezig zijn in huishoudens met een laag opleidings- en inkomensniveau suggereert de nood voor intensere, specifieke gezondheidsinterventies voor deze bevolkingsgroepen, evenwel als voor alleenstaanden. Het hanteren van een volledig rookverbod in een huishouden geeft op dit vlak veel betere resultaten dan andere methodes. - 101 -

Basis tabellen België HE_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE BRONNEN VAN MILIEUHINDER ALS PROBLEMATISCH IN WIJK ERVAART... 104 HE0101_1 HE0106_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT SPECIFIEKE OMGEVINGSFACTOR IN WIJK ALS PROBLEMATISCH ERVAART...105 HE_2 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE OMGEVINGSFACTOREN... 106 HE0201_1 HE0206_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 107 HE0207_1 HE0213_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 108 HE03_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BIJNA ELKE DAG MINSTENS ÉÉN PERSOON BINNENHUIS ROOKT 109 HE05_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BEPERKINGEN GELDEN IN VERBAND MET HET ROKEN IN WONING... 110 HE0601_1 - HE0604_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS (WAAR ROKEN BEPERKT WORDT) DAT EEN SPECIFIEKE METHODE TER BEPERKING VAN PASSIEF ROKEN IN WONING TOEPAST... 111 Vlaams gewest HE_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE BRONNEN VAN MILIEUHINDER ALS PROBLEMATISCH IN WIJK ERVAART... 112 HE0101_1 - HE0106_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT SPECIFIEKE OMGEVINGSFACTOR IN WIJK ALS PROBLEMATISCH ERVAART...113 HE_2 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE OMGEVINGSFACTOREN... 114 HE0201_1 - HE0206_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 115 HE0207_1 - HE0213_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 116 HE03_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BIJNA ELKE DAG MINSTENS ÉÉN PERSOON BINNENHUIS ROOKT 117 HE05_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BEPERKINGEN GELDEN IN VERBAND MET HET ROKEN IN WONING... 118 HE0601_1 - HE0604_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS (WAAR ROKEN BEPERKT WORDT) DAT EEN SPECIFIEKE METHODE TER BEPERKING VAN PASSIEF ROKEN IN WONING TOEPAST... 119-102 -

Brussels gewest HE_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE BRONNEN VAN MILIEUHINDER ALS PROBLEMATISCH IN WIJK ERVAART... 120 HE0101_1 - HE0106_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT SPECIFIEKE OMGEVINGSFACTOR IN WIJK ALS PROBLEMATISCH ERVAART...121 HE_2 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE OMGEVINGSFACTOREN... 122 HE0201_1 - HE0206_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 123 HE0207_1 - HE0213_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 124 HE03_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BIJNA ELKE DAG MINSTENS ÉÉN PERSOON BINNENHUIS ROOKT 125 HE05_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BEPERKINGEN GELDEN IN VERBAND MET HET ROKEN IN WONING... 126 HE0601_1 - HE0604_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS (WAAR ROKEN BEPERKT WORDT) DAT EEN SPECIFIEKE METHODE TER BEPERKING VAN PASSIEF ROKEN IN WONING TOEPAST... 127 Waals gewest HE_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE BRONNEN VAN MILIEUHINDER ALS PROBLEMATISCH IN WIJK ERVAART... 128 HE0101_1 - HE0106_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT SPECIFIEKE OMGEVINGSFACTOR IN WIJK ALS PROBLEMATISCH ERVAART...129 HE_2 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD MINSTENS ÉÉN VAN DE VERMELDE OMGEVINGSFACTOREN... 130 HE0201_1 - HE0206_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 131 HE0207_1 - HE0213_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS DAT IN AFGELOPEN 12 MAANDEN THUIS GEHINDERD WERD DOOR... 132 HE03_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BIJNA ELKE DAG MINSTENS ÉÉN PERSOON BINNENHUIS ROOKT 133 HE05_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS WAAR BEPERKINGEN GELDEN IN VERBAND MET HET ROKEN IN WONING... 134 HE0601_1 - HE0604_1 PERCENTAGE VAN DE HUISHOUDENS (WAAR ROKEN BEPERKT WORDT) DAT EEN SPECIFIEKE METHODE TER BEPERKING VAN PASSIEF ROKEN IN WONING TOEPAST... 135-103 -

HE_1 Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in wijk ervaart BELGIE Percentage van de huishoudens dat minstens één van de vermelde bronnen van milieuhinder als problematisch in wijk ervaart HE_1 Ja Neen N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 19.9 80.1 3945 23.1 76.9 2127 20.6 79.4 6072 19.8 80.2 180 22.8 77.2 793 22.4 77.6 1047 21.1 78.9 962 19.0 81.0 856 18.8 81.2 992 15.9 84.1 1242 20.6 79.4 6072 20.2 79.8 1113 22.8 77.2 1101 20.4 79.6 1666 19.2 80.8 1938 20.3 79.7 5818 19.5 80.5 516 25.5 74.5 871 24.6 75.4 1363 19.5 80.5 1382 18.8 81.2 1082 21.2 78.8 5214 22.7 77.3 2482 29.5 70.5 332 17.5 82.5 1690 18.8 81.2 1082 25.7 74.3 486 20.6 79.4 6072 32.5 67.5 2636 16.1 83.9 1733 12.2 87.8 1703 20.6 79.4 6072 15.9 84.1 2048 37.2 62.8 1736 22.9 77.1 2288 20.6 79.4 6072 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2004-104 -

HE0101_1 HE0106_1 Percentage van de huishoudens dat specifieke omgevingsfactor in wijk als problematisch ervaart BELGIË Percentage van de huishoudens dat specifieke omgevingsfactor in wijk als problematisch ervaart HE0101_1 - HE0106_1 uitlaatgassen geurhinder industrie andere geurhinder opstapeling vuilnis lichtvervuiling vandalisme, graffiti N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household 8.0 4.5 6.3 4.1 1.3 5.5 3954 11.1 4.0 6.5 6.6 1.8 9.1 2140 8.7 4.4 6.3 4.7 1.4 6.3 6094 11.9 2.4 4.6 6.9 1.3 5.8 180 8.5 4.3 6.7 7.3 3.0 9.6 793 8.8 4.4 8.2 5.1 1.5 6.7 1048 9.3 5.1 6.5 4.3 1.6 6.8 963 7.4 4.6 5.4 4.2.8 4.7 861 9.3 4.9 4.3 3.4.5 4.7 997 8.1 2.4 3.7 2.9.5 4.5 1252 8.7 4.4 6.3 4.7 1.4 6.3 6094 9.9 4.8 6.5 5.2 1.8 6.8 1120 9.2 4.7 8.8 5.5 1.0 6.9 1107 7.3 5.4 6.8 4.6 1.2 6.5 1669 9.0 3.2 4.3 3.7 1.5 5.0 1941 8.6 4.4 6.2 4.5 1.4 6.0 5837 9.7 3.4 5.5 7.7 1.2 7.6 521 13.2 3.8 8.5 7.4 1.4 10.4 877 9.6 6.3 8.0 5.7 2.4 7.5 1370 7.0 4.0 6.4 4.6 1.1 5.3 1385 8.9 3.0 4.4 2.7 1.2 5.0 1082 9.1 4.2 6.4 4.9 1.5 6.5 5235 10.8 4.1 5.4 6.6 1.6 8.8 2497 9.5 3.9 11.3 9.8 4.5 14.3 333 6.4 4.8 4.9 2.8 1.1 4.3 1693 8.0 4.4 7.4 3.1 1.2 4.0 1083 10.7 4.4 7.1 7.4.7 8.9 488 8.7 4.4 6.3 4.7 1.4 6.3 6094 URBANISATIEGRAAD Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten 15.5 5.3 9.0 9.9 2.5 12.0 2650 6.1 3.3 4.8 2.5 1.1 4.6 1738 4.0 4.5 5.1 1.3.4 1.8 1706 8.7 4.4 6.3 4.7 1.4 6.3 6094 VERBLIJFPLAATS Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 7.4 3.8 4.0 2.5 1.1 3.1 2051 19.5 5.4 8.2 13.6 4.3 19.2 1751 7.1 5.0 9.7 5.3.8 7.3 2292 8.7 4.4 6.3 4.7 1.4 6.3 6094 Bron: Gezondheidsenquête door middel van interview, België, 2004-105 -

HE_2 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren BELGIE Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd minstens één van de vermelde omgevingsfactoren HE_2 Ja Neen N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS JAAR VAN ENQUÊTE Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 2001 2004 jaren 21.7 78.3 3899 23.3 76.7 2117 22.1 77.9 6016 26.9 73.1 180 25.9 74.1 781 23.4 76.6 1030 23.3 76.7 952 23.1 76.9 850 18.0 82.0 988 13.9 86.1 1235 22.1 77.9 6016 20.6 79.4 1109 22.7 77.3 1097 21.4 78.6 1644 22.7 77.3 1914 22.0 78.0 5764 25.0 75.0 508 26.2 73.8 867 24.4 75.6 1355 21.1 78.9 1359 21.3 78.7 1076 22.8 77.2 5165 21.8 78.2 2463 38.7 61.3 329 18.8 81.2 1678 22.7 77.3 1065 22.5 77.5 481 22.1 77.9 6016 31.3 68.7 2612 18.3 81.7 1714 15.8 84.2 1690 22.1 77.9 6016 17.5 82.5 2023 32.8 67.2 1718 26.3 73.7 2275 22.1 77.9 6016 22.4 77.6 5341 22.1 77.9 6016 22.2 77.8 11357 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2004-106 -

HE0201_1 HE0206_1 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd door BELGIË Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd door HE0201_1 - HE0206_1 geurhinder industrie andere geurhinder opstapeling vuilnis vochtigheid schimmels elektromagnetische velden N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS JAAR VAN ENQUÊTE Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 2001 2004 jaren 2.3 3.8 2.5 2.5 1.9.8 3919 2.1 4.9 3.7 4.1 2.5.5 2110 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029.8 3.9 3.3 5.6 2.4.7 180 2.4 4.4 3.9 4.1 3.1 1.1 780 1.3 5.5 3.2 3.3 2.3 1.0 1034 2.8 3.7 3.0 3.4 2.9.3 953 3.5 3.9 2.2 1.9 1.0.8 851 2.7 2.9 1.6 1.8 1.1.6 990 1.8 1.5 1.9 1.0.5.2 1241 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029 2.0 3.5 2.5 3.7 2.7.3 1107 2.8 5.1 3.5 3.5 2.5.8 1093 3.0 4.7 3.1 2.4 1.4.4 1652 1.4 2.9 1.9 2.2 1.5.7 1924 2.3 3.9 2.6 2.7 1.8.6 5776 2.4 4.4 4.2 4.9 2.5.6 511 3.0 6.2 5.3 8.5 6.4 1.8 864 3.1 6.0 3.2 3.1 2.0.6 1355 1.7 3.5 1.9 2.0 1.5.6 1364 1.3 1.9 1.4 1.4 1.1.7 1080 2.1 4.0 2.7 3.1 2.2.8 5174 2.2 3.7 3.9 3.1 2.0.7 2466 2.9 10.7 4.7 7.8 7.2 1.0 326 3.1 2.9 1.2 1.8 1.2.6 1683 1.7 4.4 2.0 3.0 2.4.8 1073 1.1 4.4 5.6 2.0.3.8 481 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029 3.0 6.1 5.8 4.4 3.2 1.1 2608 2.3 2.4 1.0 2.3 1.6.5 1725 1.2 3.7 1.4 1.5 1.1.6 1696 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029 1.7 2.1 1.1 1.6 1.3.2 2031 1.9 5.0 6.8 5.1 2.9 1.1 1710 3.2 7.0 4.3 4.1 2.8 1.4 2288 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029 2.3 4.3 2.1 2.9 1.6.7 5406 2.2 4.0 2.8 2.8 2.0.7 6029 2.3 4.2 2.4 2.9 1.8.7 11435 Bron: Gezondheidsenquête door middel van interview, België, 2004-107 -

HE0207_1 HE0213_1 Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd door BELGIË Percentage van de huishoudens dat in afgelopen 12 maanden thuis gehinderd werd door... HE0207_1 - HE0213_1 trillingen lawaai autoverkeer lawaai treinverkeer lawaai vliegtuigen lawaai ondernemingen burenlawaai lichtvervuiling N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household 6.0 9.0 1.3 2.5 2.1 5.7 1.7 3954 5.9 9.5 1.5 2.3 1.5 5.7 1.2 2140 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 7.5 11.3 3.3 2.0.4 6.4 3.0 180 6.5 10.3 2.2 1.8 2.4 5.4 1.7 793 6.3 10.4 1.8 2.6 3.2 8.2 3.0 1048 7.4 8.9.8 3.3 1.6 5.0 1.4 963 4.9 7.4.5 2.5 1.5 5.9.5 861 5.7 7.7 1.1 1.6.9 3.4.3 997 3.9 7.4.7 2.1.7 2.3.3 1252 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 4.1 8.0.2 1.6 1.3 5.9.5 1120 8.3 9.0 2.3 1.9 1.5 5.0 1.2 1107 5.5 8.4 1.1 2.2 1.6 5.6.7 1669 6.1 10.2 1.3 3.2 2.9 6.2 2.9 1941 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.8 1.6 5837 4.9 9.1 2.8 1.7 1.2 9.1.9 521 6.9 11.2 1.8 1.7 1.7 5.0 1.0 877 6.9 8.5 1.0 2.9 1.6 3.9 1.3 1370 6.9 9.6 1.0 1.9 1.5 5.6.8 1385 4.2 8.9 1.5 4.0 4.0 7.2 3.7 1082 6.0 9.3 1.4 2.6 2.2 5.9 1.7 5235 5.7 9.3 1.6 2.1 1.6 5.4 1.2 2497 10.8 16.0 3.0 4.7 3.0 5.5 3.5 333 5.6 6.8.5 2.0 1.1 4.1.3 1693 6.0 9.7 1.6 3.2 3.1 7.0 2.8 1083 6.0 10.1.7.9 1.5 7.3 1.0 488 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 URBANISATIEGRAAD Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten 8.1 15.2 2.3 3.3 3.8 8.6 3.4 2650 5.6 7.3.7 1.9 1.4 4.0.7 1738 4.1 4.1.9 2.2.7 4.5.5 1706 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 VERBLIJFPLAATS JAAR VAN ENQUÊTE Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 2001 2004 jaren 4.6 7.3.8 1.2 2.4 5.2 2.0 2051 9.4 14.4 2.6 8.0 2.1 8.6 2.3 1751 7.3 10.2 1.7 2.7 1.3 5.6.5 2292 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 5.9 8.6 1.2 2.0 1.8 5.0. 0 6.0 9.1 1.3 2.4 2.0 5.7 1.6 6094 6.0 8.9 1.2 2.2 1.9 5.4 1.6 6094 Bron: Gezondheidsenquête door middel van interview, België, 2004-108 -

HE03_1 Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenhuis rookt BELGIE Percentage van de huishoudens waar bijna elke dag minstens één persoon binnenshuis rookt HE03_1 Ja Neen N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 32.2 67.8 3966 28.7 71.3 2159 31.4 68.6 6125 41.3 58.7 183 34.6 65.4 797 35.2 64.8 1048 40.4 59.6 967 31.5 68.5 863 20.2 79.8 1004 12.8 87.2 1263 31.4 68.6 6125 32.9 67.1 1130 36.6 63.4 1109 37.1 62.9 1674 23.6 76.4 1944 31.5 68.5 5857 37.6 62.4 521 37.8 62.2 887 33.8 66.2 1380 36.1 63.9 1388 24.6 75.4 1082 32.8 67.2 5258 33.2 66.8 2520 46.8 53.2 333 28.1 71.9 1697 29.4 70.6 1086 35.7 64.3 489 31.4 68.6 6125 35.2 64.8 2671 31.2 68.8 1750 27.2 72.8 1704 31.4 68.6 6125 28.8 71.2 2056 31.7 68.3 1770 36.0 64.0 2299 31.4 68.6 6125 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2004-109 -

HE05_1 Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning BELGIE Percentage van de huishoudens waar beperkingen gelden in verband met het roken in woning HE05_1 Ja Neen N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 43.7 56.3 3905 34.5 65.5 2093 41.7 58.3 5998 43.9 56.1 177 49.9 50.1 788 45.8 54.2 1033 41.3 58.7 951 37.4 62.6 848 35.5 64.5 985 32.6 67.4 1216 41.7 58.3 5998 28.1 71.9 1105 32.2 67.8 1085 37.8 62.2 1639 54.7 45.3 1921 41.5 58.5 5750 23.8 76.2 505 32.1 67.9 869 38.7 61.3 1338 41.6 58.4 1367 54.3 45.7 1071 41.9 58.1 5150 30.4 69.6 2446 42.8 57.2 329 42.6 57.4 1672 52.2 47.8 1071 38.2 61.8 480 41.7 58.3 5998 40.6 59.4 2575 43.1 56.9 1734 41.0 59.0 1689 41.7 58.3 5998 42.5 57.5 2035 41.9 58.1 1683 40.1 59.9 2280 41.7 58.3 5998 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2004-110 -

HE0601_1 - HE0604_1 Percentage van de huishoudens (waar roken beperkt wordt) dat een specifieke methode ter beperking van passief roken in woning toepast BELGIË Percentage van de huishoudens (waar roken beperkt wordt) dat een specifieke methode ter beperking van passief roken in woning toepast HE0601_1 - HE0604_1 niet binnenshuis enkel toegelaten in bepaalde ruimtes niet in aanwezig heid van kinderen andere methode N EQUIVALENT INKOMEN HUISHOUDTYPE URBANISATIEGRAAD VERBLIJFPLAATS Man Vrouw 15-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65-74 75 + Geen of lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar Hoger onderwijs < 750 750-1.000 1.000-1.500 1.500-2.500 > 2.500 Single One parent household Couple without children Couple with children Other household Stedelijke gemeenten Halfstedelijke gemeenten Landelijke gemeenten Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest 75.1 28.2 28.3 3.5 1388 75.5 28.2 32.2 2.7 645 75.1 28.2 29.0 3.3 2033 79.4 23.9 36.7 4.0 59 80.5 28.1 31.0 3.1 323 71.5 31.2 32.8 3.2 388 71.8 27.4 23.1 2.1 335 69.1 33.4 28.6 5.1 287 84.3 21.4 26.7 4.1 305 85.3 17.5 22.7 3.4 336 75.1 28.2 29.0 3.3 2033 74.1 26.4 24.1 4.3 291 74.2 32.1 27.0.7 318 75.1 29.5 26.8 4.8 529 76.4 25.9 31.4 2.1 824 75.5 27.8 28.8 2.9 1962 73.9 24.6 25.7 2.8 121 71.1 31.8 34.4 9.1 230 71.4 33.6 27.9 4.4 415 73.5 32.1 27.2 4.3 495 78.9 22.5 33.7 1.2 474 74.8 28.7 30.3 3.6 1735 76.9 26.8 26.5 3.6 653 68.7 35.4 36.3 10.8 121 73.9 27.7 26.3 3.9 601 76.0 27.8 30.2 2.2 494 74.2 30.9 33.9 1.7 164 75.1 28.2 29.0 3.3 2033 71.2 31.7 36.4 4.4 828 75.6 27.8 25.4 3.0 634 79.0 24.5 25.2 2.6 571 75.1 28.2 29.0 3.3 2033 79.2 25.2 23.9 3.1 700 71.0 29.6 39.7 2.2 553 69.1 33.2 34.4 4.2 780 75.1 28.2 29.0 3.3 2033 Bron: Gezondheidsenquête door middel van interview, België, 2004-111 -