CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Vergelijkbare documenten
CONCEPTADVIES SDE

CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Introductie op proces

CONCEPTADVIES SDE++ CO 2 - REDUCERENDE OPTIES

Introductie op proces

ECN Beleidsstudies. Kosten van kleinschalige waterkracht en getijdenenergie in Nederland. 1. Inleiding. 2. Afbakening

Kostenbevindingen t.b.v. advisering over SDE+ 2018

ECN Beleidsstudies. 1. Inleiding. ECN-N maart Notitie Basisbedragen SDE 2011, appendix bij ECN

Introductie op proces

CONCEPTADVIES SDE++ CO 2 - REDUCERENDE OPTIES

Conceptadvies SDE+ 2014

Eindadvies basisbedragen SDE+ 2018

Conceptadvies basisbedragen SDE+ 2018

KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT. Kleinschalige waterkracht

ADVIES SDE+ NAJAAR 2018

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Basisbedrag zon-pv najaar 2017 (SDE+)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

EINDADVIES BASISBEDRAGEN SDE+ 2019

Conceptadvies basisbedragen SDE voor marktconsultatie

Eindadvies basisbedragen SDE+ 2015

CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde ) [ /kwh]

CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Financiële baten van windenergie

Externe notitie Amsterdam, 26 februari Samenvatting

Groene warmte/kracht in SDE+ 2013

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Pre-Eindadvies basisbedragen SDE+ 2016

Eindadvies basisbedragen SDE+ 2016

Sander Lensink (ECN), Luuk Beurskens (ECN), Eeke Mast (DNV GL)

Conceptadvies basisbedragen SDE voor marktconsultatie

CONCEPT 30 januari 2008

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

20 september SDE Raymond Spronken

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde ) [ /kwh]

Wind in de SDE. Ruud Oerlemans & Gerhard Rinsma. 13 juni 2014

Eindadvies basisbedragen SDE+ 2017

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde ) [ /kwh]

VOETAFDRUKKEN VAN NEDERLANDSE CONSUMPTIE

Introductie op proces

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CONCEPTADVIES SDE

Duurzame warmte in de SDE+

Notitie Amsterdam, 8 maart Samenvatting

Externe notitie Amsterdam, 29 augustus Bevindingen

November 2015 RVO.nl - Stimulering Duurzame Energieproductie 1/24

Windvermogen in Nederland,

Introductie op proces

Basisbedrag met aansluiting op het hoogspanningsnet op land

Conceptadvies basisbedragen SDE voor marktconsultatie

CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Correctiebedragen t.b.v. bevoorschotting 2014 (SDE+)

Paul Silvertant, Cynthia Peerenboom (Ministerie van Economische Zaken)

CONCEPTADVIES SDE

ZX- ronde 7 oktober 2012

WATERKRACHT BIJ STUW VOORSTE DIEP BIJ BORGER

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

WATERKRACHT BIJ STUW VECHTERWEERD DALFSEN

Ontwerpregeling mep-subsidiebedragen voor afvalverbrandingsinstallaties

Introductie op proces

RVO.NL-regelingen voor zon-pv en zonthermisch:

CONCEPTADVIES SDE

Jan Hendrik Hoekstra (Rijksdienst voor ondernemend Nederland)

Getijdencentrale Brouwersdam Ministerie van Economische Zaken (Energie) 20 november 2014

Basisprijzen in SDE volgens genormeerde berekening

Opschalen, saneren of vervangen

Eindadvies basisbedragen SDE+ 2014

Duurzame warmte in de SDE+

Windvermogen in Nederland,

Windvermogen in Nederland,

Basisbedrag warmte-uitkoppeling bij bestaande mestcovergistingsinstallaties

slim investeren in zonnepanelen

Ondersteuning van duurzame energieopwekking door wijziging heffing gemeentelijke belastingen.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Basisbedrag wind op land voor windrijke locaties

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 10 december 2012 Betreft Openstelling SDE+2013

Notitie Amsterdam, 1 maart Samenvatting

Samenvatting. notitie Petten, 16 november 2017

samen naar een zonnige toekomst Projectontwikkeling Consulting EPC Zonnepanelen Aankoopbegeleiding Financiële Diensten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Kansen voor zonpv: de RVO-regelingen. 22 maart Wido van Heemstra. 23 maart Karin Keijzer

CONCEPTADVIES SDE+ 2019

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

SDE+ voorjaar Zo vraagt u subsidie aan voor de productie van duurzame energie. Openstelling: 13 maart - 5 april 2018

SDE Projectgroep Biomassa & WKK. Bert van Asselt i.v.m. ziekte Martijn Bos. 20 februari 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Certificering budgettaire raming Wet minimum CO₂prijs

Vlaams Energieagentschap. Rapport 2013/2. Deel 2: actualisatie OT/Bf voor projecten met een startdatum voor 1 januari 2014

Handleiding haalbaarheidsstudie SDE+ 28 februari 2014

Advocaten en notarissen

Vragen en Antwoorden. SDE+ categorie wind op zee

Openstelling SDE+ 2014

Projectgroep Biomassa & WKK

Bijeenkomst SDE+ Dorpshuis Reard. 14 oktober 2014 Jorn ten Have

SDE+ najaar Zo vraagt u subsidie aan voor de productie van duurzame energie. Openstelling: 2 oktober - 8 november 2018

SDE Zo vraagt u subsidie aan voor de productie van duurzame energie. Openstellingsronde najaar 2016: 27 september - 27 oktober

Transcriptie:

CONCEPTADVIES SDE+ 2019 Waterkracht Notitie Luuk Beurskens (ECN part of TNO) Bart in t Groen (DNV GL) 17 mei 2018

Colofon Conceptadvies SDE+ 2019 Waterkracht PBL Planbureau voor de Leefomgeving Den Haag, 2018 PBL-publicatienummer: 3272 Contact sde@pbl.nl Auteurs Luuk Beurskens (ECN part of TNO) Bart in t Groen (DNV GL) Eindredactie en productie Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding: Luuk Beurskens, Bart in t Groen (2018), Conceptadvies SDE+ 2019, Den Haag: PBL. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) is het nationale instituut voor strategische beleidsanalyses op het gebied van milieu, natuur en ruimte. Het PBL draagt bij aan de kwaliteit van de politiek-bestuurlijke afweging door het verrichten van verkenningen, analyses en evaluaties waarbij een integrale benadering vooropstaat. Het PBL is voor alles beleidsgericht. Het verricht zijn onderzoek gevraagd en ongevraagd, onafhankelijk en wetenschappelijk gefundeerd. PBL 2

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 Inhoud 1 Beschrijving adviesvraag 4 1.1 Algemene introductie 4 1.2 Basisbedragen 4 1.3 Marktconsultatie 5 2 Werkwijze 5 3 Kostenbevindingen 5 3.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm 5 3.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie 6 3.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm 6 3.4 Osmose 6 4 Beschrijving referentie-installaties 7 4.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm 7 4.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie 7 4.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm 8 4.4 Osmose 8 5 Advies basisbedragen 9 5.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm 9 5.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie 9 5.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm 9 5.4 Osmose 9 6 Vragen en overwegingen 10 23 24 PBL 3

25 26 1 Beschrijving adviesvraag 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 1.1 Algemene introductie Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) adviseert, met ondersteuning van ECN part of TNO en DNV GL, het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat over verschillende onderdelen van de Subsidieregeling voor Duurzame Energie (SDE+). Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft aan PBL gevraagd om advies uit te brengen over de subsidiehoogtes voor hernieuwbare waterkracht energie in 2019. Dit document beschrijft de bevindingen over de categorieën gerelateerd aan waterkracht. Achtereenvolgens worden in de volgende hoofdstukken de bevindingen van het kostenonderzoek, de beschrijvingen van de referentie installaties en de adviezen van de basisbedragen gegeven. Hierbij wordt onderscheidt gemaakt tussen de volgende categorieën: Waterkracht, valhoogte 50 cm Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm Osmose. De kostenstructuur zoals wij deze waarnemen voor waterkrachtprojecten in Nederland biedt op dit moment geen aanleiding om wijzigingen door te voeren in de technisch-economische parameters van de verschillende waterkrachtcategorieën. Waterkrachtprojecten zijn locatiespecifiek en uit de geanalyseerde projectaanvragen is gebleken dat deze dan ook verschillen in het maximale opwekkingsvermogen en het aantal vollasturen. Hierdoor zijn er in de projectaanvragen projecten te vinden die zowel duurder als goedkoper uitgevoerd worden, in vergelijking met het huidige basisbedrag. Binnen de SDE+-regeling is het basisbedrag in 2017 afgetopt op 0,13 /kwh. Achtereenvolgens komen de toegepaste werkwijze, de kostenbevindingen en de referentiesystemen aan de orde, gevolgd door de voorgestelde basisbedragen en tenslotte nog een overzicht van openstaande vragen. 52 53 54 55 56 57 58 1.2 Basisbedragen Het zwaartepunt van de werkzaamheden ligt bij de advisering over de basisbedragen. Deze werkzaamheden worden jaarlijks uitgevoerd. Deze notitie bevat het conceptadvies voor waterkracht SDE+ 2019 inclusief kostenbevindingen. Op basis van schriftelijke reacties uit de markt en marktconsultatiegesprekken stelt PBL, ondersteund door ECN part of TNO en DNV GL, vervolgens het uiteindelijke eindadvies op voor het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De minister van EZK besluit uiteindelijk PBL 4

59 60 aan het eind van het jaar over de openstelling van de nieuwe SDE+-regeling, de open te stellen categorieën en de bijbehorende basisbedragen. 61 62 63 64 65 66 1.3 Marktconsultatie Belanghebbenden worden uitgenodigd om in een open consultatieronde een reactie te geven op het conceptadvies en de onderliggende kostenbevindingen per thema. De marktconsultatie zal dit jaar plaatsvinden in mei en juni 2018. Nadere informatie is te vinden via de website: www.pbl.nl/sde 67 68 69 70 71 72 73 74 75 2 Werkwijze Het nu voorliggende document geeft naast een conceptadvies over de basisbedragen, ook een actualisatie van het overzicht van de kosten van waterkrachtprojecten. Op basis van anonieme en geaggregeerde informatie van SDE+-aanvragen, die door RVO beschikbaar is gesteld, is opnieuw een kostenonderzoek uitgevoerd en zijn de referentie-installaties en basisbedragen bijgewerkt. Dit document wordt algemeen beschikbaar gesteld, waarna geïnteresseerden consultatiereacties kunnen indienen en consultatiegesprekken met de onderzoekers van PBL, ECN part of TNO en DNV GL gevoerd kunnen worden. 76 3 Kostenbevindingen 77 78 79 80 81 3.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm De technisch-economische parameters waar het basisbedrag op is gebaseerd zijn te vinden in Tabel 1. Deze zijn niet veranderd ten opzichte van het advies van vorig jaar. Tabel 1 Technisch-economische parameters Waterkracht, valhoogte 50 cm Parameter Eenheid Concept advies SDE+ 2019 Installatiegrootte [MW] 1,0 Vollasturen [uur/jaar] 5700 Investeringskosten [ /kwe] 8000 Vaste O&M-kosten [ /kwe/jaar] 100 PBL 5

82 83 84 85 86 3.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie De parameters voor deze categorie zijn niet veranderd ten opzichte van het eindadvies SDE+ 2017. Een overzicht van de technisch-economische parameters voor de referentie-installatie staat in Tabel 2. Tabel 2 Technisch-economische parameters Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie Parameter Eenheid Concept advies SDE+ 2019 Installatiegrootte [MW] 1,0 Vollasturen [uur/jaar] 2600 Investeringskosten [ /kwe] 1600 Vaste O&M-kosten [ /kwe/jaar] 80 87 88 89 90 3.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm Tabel 3 staan de gebruikte technisch-economische parameters voor energie uit vrije stroming. Deze zijn niet veranderd ten opzichte van het eindadvies van vorig jaar. Tabel 3 Technisch-economische parameters Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm Parameter Eenheid Concept advies SDE+ 2019 Installatiegrootte [MW] 1,5 Vollasturen [h/a] 3700 Investeringskosten [ /kwe] 5100 Vaste O&M-kosten [ /kwe/a] 155 91 92 93 94 95 3.4 Osmose Het basisbedrag voor deze categorie is ruim boven 0,20 /kwh. In Tabel 4 zijn de technischeconomische parameters voor osmose weergegeven. Tabel 4 Technisch-economische parameters Osmose Parameter Eenheid Concept advies SDE+ 2019 Installatiegrootte [MW] 1,0 Vollasturen [h/a] 8000 Investeringskosten [ /kwe] 37000 Vaste O&M-kosten [ /kwe/a] 213 PBL 6

96 97 4 Beschrijving referentie-installaties 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 4.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm Nederland is een relatief vlak land en daardoor is het verval van rivieren in de Nederlandse delta gering. Toch zijn bestaande civiele werken (kunstwerken) in rivieren geschikt om voldoende valhoogte te creëren om te gebruiken voor elektriciteitsopwekking in waterkrachtcentrales. In de praktijk varieert deze doorgaans van drie tot zes meter, maar hij kan oplopen tot elf meter in uitzonderlijke situaties, zoals bij enkele sluizen. De mogelijke projecten binnen de categorie waterkracht kennen een grote spreiding in investeringskosten en bijhorende basisbedragen. Daarom zijn de basisbedragen in dit advies gebaseerd op specifieke projecten waarbij het realisatiepotentieel en de kosten bepalend zijn geweest voor de selectie van een referentieproject. Voor de categorie Waterkracht, valhoogte 50 cm is de referentie-installatie onveranderd gebaseerd op een valhoogte van minder dan vijf meter. In paragraaf 5.1 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters weergegeven. 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 4.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie De kosten voor elektriciteitswinning uit waterkracht omvatten niet alleen de kosten voor energie-installatie, maar ook additionele voorzieningen die geëist worden door wet- en regelgeving bij constructie van een waterkrachtinstallatie. Deze paragraaf is van toepassing op renovatie van bestaande waterkrachtcentrales, zoals met name het doorvoeren van visbeschermende maatregelen, in het kader van het aansluiten bij wet- en regelgeving. Voor de categorie Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie wordt ervan uitgegaan dat bij de referentie-installatie de turbines vervangen zullen worden voor visvriendelijke(re) varianten. Een dergelijke innovatieve visvriendelijke turbine lijkt vooralsnog de voornaamste manier om aan de strengere eisen op het gebied van vissterfte te voldoen. Het is zeer waarschijnlijk dat bij een dergelijke renovatie ook (een deel van) de elektrische infrastructuur, zoals de generator, transformatoren en bediening moeten worden aangepast. Er wordt aangenomen dat de benodigde aanpassingen aan de civiele werken (de kunstwerken) nihil zijn. Het lagere aantal vollasturen, in vergelijking met de categorie Waterkracht, valhoogte 50 cm, is gebaseerd op het aantal vollasturen van bestaande installaties die geschikt zijn voor renovatie. In paragraaf 5.2 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters weergegeven. PBL 7

128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 4.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm Naast het plaatsen van stuwdammen in rivieren (zoals beschreven in bovenstaande paragraaf 3.1 en paragraaf 3.2), waarbij het gecreëerde verval van water stromend in één richting zorgt voor de opwekking van elektriciteit uit water, is het ook mogelijk om in vrij stromend water energie op te wekken. De categorie Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm is bedoeld voor technieken zoals energie uit getijden/onderzeese stroming en energie uit golven, waarbij de opgewekte elektriciteit niet zozeer voorkomt uit het verval, maar uit de stroming van het water. Hieronder valt ook getijdenstroming door damdoorlatingen met bidirectionele opwekking (inshore vrije-getijden-stromingsenergie), indien de valhoogte beperkt blijft tot minder dan een halve meter. De basisbedragen zijn niet veranderd ten opzichte van het eindadvies van vorig jaar, zie ook paragraaf 5.3. 140 141 142 143 144 145 146 147 4.4 Osmose Voor deze categorie wordt een basisbedrag berekend voor een osmosecentrale, waarbij elektriciteit wordt opgewekt door het verschil in zoutconcentratie tussen zout en zoet water. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van zouthoudend industrieel proceswater of zeewater. De onzekerheid in de kosten van deze categorie is vanwege het vroege stadium van de ontwikkeling nog zeer groot. Het basisbedrag voor deze categorie is ruim boven 0,20 /kwh. In paragraaf 5.4 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters voor weergegeven. PBL 8

148 149 5 Advies basisbedragen 150 151 152 5.1 Waterkracht, valhoogte 50 cm In Tabel 5 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters weergegeven. Tabel 5 Overzicht van subsidieparameters Waterkracht, valhoogte 50 cm Parameter Eenheid Eindadvies Concept advies SDE+ 2018 SDE+ 2019 Basisbedrag SDE+ 2019 [ /kwh] 0,168 0,168 Looptijd subsidie [jaar] 15 15 Berekeningswijze correctiebedrag APX 153 154 155 5.2 Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie In Tabel 6 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters weergegeven. Tabel 6 Overzicht van subsidieparameters Waterkracht, valhoogte 50 cm, renovatie Parameter Eenheid Eindadvies Concept advies SDE+ 2018 SDE+ 2019 Basisbedrag SDE+ 2019 [ /kwh] 0,100 0,100 Looptijd subsidie [jaar] 15 15 Berekeningswijze correctiebedrag APX 156 157 158 5.3 Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm De basisbedragen zijn niet veranderd ten opzichte van het eindadvies van vorig jaar. Tabel 7 Overzicht van subsidieparameters Vrije stromingsenergie, valhoogte < 50 cm Parameter Eenheid Eindadvies Concept advies SDE+ 2018 SDE+ 2019 Basisbedrag SDE+ 2019 [ /kwh] 0,191 0,191 Looptijd subsidie [jaar] 15 15 Berekeningswijze correctiebedrag APX 159 160 161 5.4 Osmose Het basisbedrag voor deze categorie is ruim boven 0,20 /kwh. In Tabel 8 zijn het basisbedrag en enkele andere subsidieparameters voor weergegeven. PBL 9

162 163 Tabel 8 Overzicht van subsidieparameters Osmose Parameter Eenheid Eindadvies SDE+ 2018 Concept advies SDE+ 2019 Basisbedrag SDE+ 2019 [ /kwh] > 0,200 > 0,200 Looptijd subsidie [jaar] 15 15 Berekeningswijze correctiebedrag APX 164 165 166 167 168 169 170 171 172 6 Vragen en overwegingen Voor waterkracht zijn er geen verdere vragen en overwegingen. In Nederland is waterkracht meestal locatie-specifiek, met een grote spreiding in de waargenomen kostenstructuur. Door stapeling van steunmaatregelen kunnen ook de duurdere projecten toch financieel sluitend gemaakt worden. Dus ook in gevallen waar, door project-specifieke omstandigheden, het SDE+-basisbedrag niet toereikend is. Informatie van marktpartijen over de financiering en kostenstructuur van waterkrachtprojecten blijft onverminderd relevant voor de verdere ontwikkeling van de SDE+ en is welkom in de consultatieperiode. PBL 10