START. Via een serie vragen wordt uw mening en uw professionele handelen rond de patiënt geïnventariseerd.

Vergelijkbare documenten
KEHR-Suïcide vragenlijst versie 7.0

Beschrijving van KEHR SUICIDE versie 8.0 Een instrument voor data-gestuurd evalueren en leren van suïcide

Versie 18 oktober 2014 Marieke de Groot, senior onderzoeker Vrije Universiteit afdeling klinische psychologie

Beleidsplan Suïcidepreventie

Is werken gezond? Wat als je denkt alles kwijt te zijn? Over verlies en suïcidaal gedrag

Screening, risicotaxatie en preventie Symposium huisarts en poh-ggz samen sterk

W o r k s h o p - N i e u w e l a n d e l i j k e r i c h t l i j n e n s u ï c i d e p r e v e n t i e M a r t i n S t e e n d a m

Overzicht. Centrale inhoudelijke thema s Mensen willen niet dood (kort filmfragment) Suïcidaal proces, hoe gaat dat? Contact maken, hoe doe je dat?

PITSTOP SUÏCIDE TRAINING

PersonaCura. Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren

Wat kan je doen na een suïcide of suïcidepoging? Multidisciplinaire Richtlijn: Detectie & Behandeling van Suïcidaal Gedrag Gent 30/03/2017

Verpleegkundige zorg aan suïcidale patiënten. Drs. Barbara Stringer GGZ ingeest & Lectoraat GGZ Verpleegkunde Referaat Saxion Hogeschool 17 juni 2013

Parnassia Groep Remco de Winter & Karin Slotema

MODEL KETENZORG SUÏCIDEPREVENTIE NOORD-LIMBURG

Afscheid Mr. R.G. Kok bijdrage Remco de Winter

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

De suicidale patiënt op de SEH Opleiding SEH verpleegkundige

Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag

centrum voor verstandelijke beperking en psychiatrie MET ELKAAR VOOR ELKAAR

Het probleem. Suïcidale mensen zoeken vaak geen hulp. Deze neiging is kern van het syndroom

Utrecht, mei Hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Empower Psychotherapie B.V. in Groningen op 9 januari 2019

STAPPENPLAN PREVENTIE VAN EENZAAMHEID IN DE EERSTE LIJN

Wij zijn er. voor mensen die grensoverschrijdend. of strafbaar gedrag vertonen en. daardoor met justitie in aanraking. (dreigen) te komen.

Opname op afdeling Argo en gedwongen opname. Kinderen en Jeugdigen. Informatie voor ouders/verzorgers

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

Voorwoord. deel i: begrippen, cijfers en verklaringen 1

De verschillen tussen Eerstelijns én Tweedelijns

Wat als je denkt alles kwijt te zijn? Over verlies en suïcidaal gedrag

Zelfdoding in de psychiatrische kliniek: over het omgaan met de (on)draaglijkheid van het leven.

EFFECTIEF OMGAAN MET SUÏCIDALITEIT BIJ PATIËNTEN MET SCHIZOFRENIE OF EEN AANVERWANTE PSYCHOTISCHE STOORNIS

Achtergrondinformatie werkprocesonderzoek capaciteitsorgaan beroepen GG

De ZAG- Werkwijze. Het ZorgAfstemmingsGesprek

Ad Kerkhof. Klinisch psycholoog VU Amsterdam

Generalistische Basis GGZ en Specialistische GGZ

Ambulante behandeling Ouderen

Rondom Suïcide. Nieuwe inzichten over preventie en ondersteuning van nabestaanden. 26 oktober Jos de Keijser

Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit

Gatekeeper training workshop Trainer: Gerrie Hendriks

Huntington Expertisecentrum Atlant. Nooit meer tussen wal en schip

Training richtlijn voor diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag

MEER VEERKRACHT! Leren leven met psychische kwetsbaarheid

KEHR Suïcide. Marieke de Groot, Derek de Beurs, Remco de Winter, Ad Kerkhof Vrije Universiteit Amsterdam

Forensische Herstelsetting

Dementiepoli. Ouderen

Hoofdstuk 4 Preventie 67 1 Inleiding 67 2 Praktijkoverwegingen 69 3 Wetenschappelijke onderbouwing 78 4 Aanbevelingen 87 Noten 90 Literatuur 90

Suïcidepreventie. Hoe open je deuren naar hulp voor mensen die gevaar lopen zichzelf wat aan te doen?

WELKOM. 113Online Stichting voor zelfmoordpreventie

Zonneheuvel. Informatie voor verwijzers

Cliëntenonderzoek Huntington. Vragenlijst

Polikliniek. Forensische Psychiatrie

FACT-teams. Intensieve wijkgerichte behandeling en begeleiding. Informatie voor cliënten, verwijzers en betrokkenen

Poliklinische behandeling

Suïcidaal gedrag in een psychiatrische kliniek

SAMEN IN GESPREK OVER ETHISCHE VRAAGSTUKKEN

Maak kennis. met GGZ Friesland

Poliklinische behandeling

De huisarts. De psycholoog. Published on 113Online zelfmoordpreventie (

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -

De Hondsberg. Ons aanbod in vogelvlucht

ZUIDOOST BRABANT ZONDER ZELFMOORD SLUITENDE AANPAK SUÏCIDEPREVENTIE ZUIDOOST-BRABANT V1.0

Na een s uïcide s Jos de Keijser

Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag

Sociaal psychiatrisch verpleegkundige diagnostiek een brede aanpak of een focus op de werkrelatie?

Supervisie Teamtraining Schaduwmanagement

Evenwicht tussen Safety en Autonomie bij (para)suïcidaal gedrag. Hoofdverantwoordelijke De Spinnaker Hoofdverantwoordelijke De Fase 4

Dementiepoli. Ouderen

Werkgroep bedrijfsvoering KenBiS

Welkom Casemanagement Dementie 12 april 2016

Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag. Samenvatting

Samenwerking tussen huisarts en GGZ lessen voor de praktijk

Crisisdienst GGZ in samenwerking met afdeling jeugd

Afdeling A3. Afdeling A3. Glaspaleis Ouderen

Inhoud. Deel 1 Begrippen, cijfers, verklaringen, richtlijnen en systematisch onderzoek. Ad Kerkhof. Ad Kerkhof en Erik Jan de Wilde

Kwaliteitsstatuut GGZ Noord

Lunch referraat Parnassia Groep. Suïcidäal gedrag & suïcide

Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz. Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan

MDR diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag. Klaas Jansen, SPV MetGGZ (voorheen RiaggZuid) FACT-team, Kernteam crisisdienst

EERSTELIJN EN DE MIDDELENGEBRUIK: DE ROL VAN EEN HUISARTS IN EEN REGIONAAL NETWERK

CanMEDS-rollen in de praktijk van de ouderenzorg

Appendix 3. Attitude - Vragenlijst (B-versie)

De psycholoog. Afdeling Psychiatrie en Medische Psychologie

Welkom bij De Jutters

Afdeling A3. Afdeling A3. Glaspaleis Ouderen

Veiligheidsindicatoren Basisset Geestelijke gezondheidszorg

centrum voor verstandelijke beperking en psychiatrie MAAK KENNIS MET DE SWAAI

Psychosomatiek Eikenboom

Afdeling C2. Afdeling C2. Terworm Ouderen

Generalistische basis ggz

Risico-indicatoren. Basisset Geestelijke gezondheidszorg, Verslavingszorg en Forensische zorg. Utrecht, december 2014

Bijlage Programma van Eisen

Forensisch Psychiatrische Afdeling

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

Inhoudsopgave Inleiding... 2 Voortraject... 2 Wat kan ik bij de aanmelding verwachten?... 3 Wat kan ik bij de intake verwachten?... 4 Behandeling...

Informatie over de lastmeter

De opvang van nabestaanden na een suïcide

De verpleegkundige relatie in een residentiële setting binnen Mentalisation Based Treatment

J O N G E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

Samen de kennis Samen de zorg

Psychologische expertise Maarsingh & van Steijn

Aantal. respondenten per

Transcriptie:

KEHR-Suïcide vragenlijst versie 9.0 * De KEHR-Suïcide vragenlijst gaat over uw handelen rond een (suïcidale) cliënt. * De lijst is bedoeld voor professionals die betrokken waren bij de zorg voor een cliënt die is overleden door suïcide en de zorg in multidisciplinair verband willen evalueren. * De vragenlijst is anoniem. Noteer nergens uw naam, de naam van de cliënt of de afdeling. * De uitkomsten van de vragenlijst worden aan het multidisciplinaire team teruggekoppeld in een rapport. * Het rapport dient als leidraad bij het (na)bespreken van de suïcide met leden van het multidisciplinaire team. * De identiteit van de overledene, de respondent en/of de instelling is niet af te leiden uit de rapportage. * Kruis bij de vragen het antwoord aan dat het meest overeenkomt. * Er is geen goed of fout. * Denk niet te lang na. * Kies steeds één antwoord. START Via een serie vragen wordt uw mening en uw professionele handelen rond de patiënt geïnventariseerd. Lees de instructies goed door. Klik op het antwoord dat het best overeenkomt. Er is geen goed of fout. Beantwoordt alle vragen en kies steeds maar één antwoord. Denk niet te lang na over de antwoorden.

1 AANDACHT VOOR THEMA S UIT DE RICHTLIJN Geef bij het beantwoorden van de vragen het antwoord dat uw mening het beste weergeeft. Het resultaat van uw handelen is niet van belang. In hoeverre vindt u dat u in het contact met de patiënt aandacht besteed heeft aan de thema s die centraal staan in de multidisciplinaire richtlijn voor diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag? 1.1 Contact gemaakt over suïcidegedachten mee eens neutraal niet mee eens 1.2 Systematisch onderzoek gedaan naar de suïcidegedachten mee eens neutraal niet mee eens 1.3 Naasten van de patiënt betrokken bij de zorg mee eens neutraal niet mee eens 1.4 Zorg voor veiligheid mee eens neutraal niet mee eens 1.5 Gezorgd voor continuïteit van zorg mee eens neutraal niet mee eens 1.6 Suïcidaal gedrag als focus genomen voor de diagnostiek, begeleiding en behandeling mee eens neutraal niet mee eens

2 CONTACT MAKEN OVER SUÏCIDEGEDACHTEN Hierna worden enkele onderwerpen genoemd die te maken hebben met het contact dat u met de patiënt had over zijn/haar suïcidegedachten. Geef aan of u zich voorafgaand aan de suïcide hiervan op de hoogte heeft gesteld. Let wel: het gaat om de vraag of u aandacht heeft besteed aan de genoemde onderwerpen, niet om het resultaat. 2.1 Hoe wanhopig de patiënt zich voelde 2.2 Of de patiënt een plan had om suïcide te plegen 2.3 Hoe urgent de suïcidewens was voor de patiënt 2.4 Of de patiënt beschikte over middelen om suïcide mee te plegen 2.5 Of de patiënt controle had over zijn/haar drang om suïcide te plegen 2.6 Of de patiënt anderen op de hoogte had gebracht van zijn/haar suïcideplannen 2.7 Hoe lang de patiënt al suïcideplannen had 2.8 Wat de patiënt dacht op te lossen door suïcide te plegen

3 KWETSBAARHEIDS- EN BESCHERMENDE FACTOREN VOOR SUÏCIDE Hierna worden enkele kwetsbaarheids- en beschermende factoren genoemd die een rol spelen in het bepalen van een suïciderisico. Geef aan of u zich voorafgaand aan de suïcide hiervan op de hoogte heeft gesteld. Let wel: het gaat om de vraag of u aandacht heeft besteed aan de genoemde onderwerpen, niet om het resultaat. 3.1 Eerdere episoden waarin de patiënt suïcidegedachten had 3.2 Eerdere suïcidepoging(en) 3.3 Suïcidaal gedrag bij familieleden van de patiënt 3.4 Kenmerken van de persoonlijkheid van de patiënt 3.5 Mate waarin de patiënt beschikte over een steunend sociaal netwerk 3.6 Of de patiënt een bepaalde levensovertuiging had die hem/haar belemmerde om suïcide te plegen 3.7 Of de patiënt een bepaalde levensovertuiging had die hem/haar belemmerde om suïcide te plegen 3.8 Of het klikte tussen u en de patiënt

4 STRESSFACTOREN VOOR SUÏCIDE Hierna worden enkele stressfactoren genoemd die een rol spelen in het bepalen van het suïciderisico. Geef aan of u zich voorafgaand aan de suïcide hiervan op de hoogte heeft gesteld. Let wel: het gaat om de vraag of u aandacht heeft besteed aan de genoemde onderwerpen, niet om het resultaat. 4.1 Psychiatrische (co)morbiditieit 4.2 Middelenmisbruik 4.3 Somatische (co)morbiditeit 4.4 Verlieservaringen NB Denk net alleen aan het verlies van een dierbaar persoon, maar ook aan het verlies van betekenisvolle contacten, werk, aanzien, geld etc) 4.5 Eenzaamheid 4.6 Krenking 4.7 Verminderd vermogen tot impulscontrole 4.8 Geringe mate van oplossingsgerichtheid

5 TOEKOMSTPERSPECTIEF Hierna staan enkele aspecten mbt het toekomstperspectief van uw patiënt genoemd. Geef aan of u zich voorafgaand aan de suïcide hiervan op de hoogte heeft gesteld. Let wel: het gaat om de vraag of u aandacht heeft besteed aan de genoemde onderwerpen, niet om het resultaat. 5.1 Hoe de patiënt zijn/haar toekomst zag 5.2 Of de patiënt mogelijkheden zag voor een verbetering van zijn/haar toekomstperspectief 5.3 Wat de patiënt veranderd wilde zien 5.4 Hoe groot de patiënt de kans achtte dat zijn/haar toekomstperspectief zou verbeteren

6 BETROKKENENHEID VAN NAASTEN VAN DE PATIËNT In hoeverre heeft u voorafgaand aan de suïcide naasten van de patiënt betrokken bij de diagnostiek, begeleiding en de behandeling? 6.1 Gesproken met naastbetrokkenen over oorzaken van het suïcidale gedrag 6.2 Geïnventariseerd welke oplossingen naastbetrokkenen wenselijk vonden 6.3 Steun uitgesproken tegen naastbetrokkenen 6.4 De draagkracht van naastbetrokkenen nagevraagd 6.5 De moeilijkheid om suïcide te voorspellen besproken met naastbetrokkenen 6.6 Met naastbetrokkenen besproken wat zij konden doen om de veiligheid van de patiënt te helpen waarborgen 6.7 Het risico van suïcide besproken met naastbetrokkenen

7 VEILIGHEID EN CONTINUÏTEIT VAN ZORG In hoeverre heeft u voorafgaand aan de suïcide aandacht besteed aan veiligheid en continuïteit van zorg voor uw patiënt? Let wel: het gaat om de vraag of u aandacht heeft besteed aan de genoemde onderwerpen, niet om het resultaat. 7.1 De wilsbekwaamheid van de patiënt beoordeeld 7.2 Veiligheidsplan opgesteld 7.3 Middelen waarmee de patiënt suïcide kon plegen verwijderd uit zijn/haar bereik 7.4 Intercollegiaal overleg gevoerd/intervisie of supervisie ontvangen 7.5 De veiligheid van de gekozen behandelsetting herhaaldelijk geëvalueerd 7.6 Extra veiligheidsmaatregelen getroffen bij overplaatsing naar een andere behandelsetting INDIEN VAN TOEPASSING 7.7 Extra veiligheidsmaatregelen getroffen bij ontslag niet van toepassing 7.8 Voor ontslag afspraken gemaakt met ketenpartners (huisarts, regulier GGZ-contact etc) niet van toepassing 7.9 Voor ontslag maatregelen getroffen voor het tot stand komen van nazorgcontact niet van toepassing

8 Hierna worden enkele gegevens over uzelf en de patiënt gevraagd. 8.1 Wat is uw functie in het multidisciplinaire team? (kies één functie) Psychiater psychiater in opleiding GZ-psycholoog klinisch psycholoog arts psychomotorisch therapeut vaktherapeut geestelijk verzorger huisarts psychotherapeut verpleegkundig specialist sociaalpsychiatrisch verpleegkundige verpleegkundige maatschappelijk werker anders lid van het multidisciplinaire team (indien u geen lid bent van het multidisciplinaire team ga naar vraag 8.1.b) 8.1.b Wat is uw rol/functie buiten het multidisciplinaire team? Huisarts POH-GGZ POH-S Politiefunctionaris GGD-arts anders 8.2 Hoeveel ren werkervaring heeft u? minder dan 5 ar 5-10 ar meer dan 10 ar 8.3 Wat is uw geslacht? man vrouw 8.4 Wat was de leeftijd van de overleden patiënt? jonger dan 20 ar 21-40 ar 41-65 ar ouder dan 65 ar 8.5 Wat is het geslacht van de patiënt? man vrouw

8.6 Wat was de behandelsetting waarin de patiënt zich op het moment van de suïcide bevond? Basis GGZ (ga naar vraag 8.7) Specialistische GGZ Indien 8.6 antwoord B, welke setting? gesloten besloten open ambulant anders 8.7 Had de patiënt een psychiatrische voorgeschiedenis? weet ik niet 8.8 Werd de patiënt behandeld in het kader van een BOPZ-maatregel?, IBS, RM weet niet 8.9 In hoeverre was de suïcide naar uw mening verwacht? (omcirkel) totaal onverwacht totaal verwacht 1 2 3 4 5 VRAAG 8.10 T/M 8.13 ZIJN ALLEEN VOOR NIET-NAASTBETROKKENEN 8.10 Bent u op de hoogte van het bestaan van de Multidisciplinaire richtlijn voor diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag? Volledig totaal niet 1 2 3 4 5 8.11 Heeft u ooit een training gevolgd in het omgaan met suïcidaal gedrag Ja, binnen de huidige instelling Ja, maar niet binnen de huidige instelling Nee 8.12 Denkt u dat training in de toepassing van de multidisciplinaire richtlijn iets zal toevoegen aan uw kennis en vaardigheden mbt de omgang met suïcidaal gedrag?

, misschien weet niet 8.13 Hieronder kunt u aangeven aan welke specifieke kennis u behoefte heeft (invulvak) 8.14 Heeft u opmerkingen? Deze kunt u hieronder noteren (invulvak) Hartelijk dank voor uw medewerking Een samenvatting van de multidisciplinaire richtlijn is te downloaden via http://www.ggzrichtlijnen.nl/index.php?pagina=/richtlijn/item/pagina.php&richtlijn_id=116 De volledige richtlijn is te vinden via de website van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie http://www.nvvp.net/publicaties/richtlijnen/