Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf 2 e halfjaar 2014

Vergelijkbare documenten
Emissie inventaris 1e halfjaar 2013

Emissie inventaris 2012

Emissie inventaris 2013

November Ketenanalyse houten palen Genemuiden November 2013 Versie 1.0 definitief

Ketenanalyse stalen buispalen 2013

2013 Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van:

De emissie inventaris van: Aannemingsbedrijf Platenkamp Borne 2010

Geheel 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Edulis Enschede 2014 Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris Visser Assen. Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van: Dit document is opgesteld volgens ISO AMK Inventis Rogier Witteveen. 14 juni 2018 Versie 3 Definitief

De emissie inventaris van: Aannemingsbedrijf Platenkamp Borne 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Edulis Enschede 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Communicatieplan 2015

P. DE BOORDER & ZOON B.V.

De emissie inventaris van:

De emissie inventaris van: Holstein BV Dit document is opgesteld volgens ISO

Dit document is opgesteld volgens ISO

EMISSIE INVENTARIS Axent Groen BV

EMISSIE INVENTARIS Axent Groen BV

De emissie inventaris van: Holstein BV Dit document is opgesteld volgens ISO

2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van: 2014 Dit document is opgesteld volgens ISO

Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van: 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

Footprint Rollecate Groep. Dit document is opgesteld volgens ISO

2015 basisjaar Dit document is opgesteld volgens ISO

Dit document is opgesteld volgens ISO

Footprint Rollecate Group. Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van: Emissie inventaris Netters infra. Opgesteld door: Rene Ramerman. Datum: september 2018

De emissie inventaris van: 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

2014 Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van:

De emissie inventaris van: Dit document is opgesteld volgens ISO AMK Inventis Rogier Witteveen. 19 juni 2018 Versie 1 Definitief

Emissie inventaris 2013

Emissie inventaris scope 1 en 2 bedrijf eerst half jaar 2014

Emissie inventaris Bedrijf Tebezo Scope 1, scope 2 en scope 3 1 e halfjaar 2015

EMISSIE INVENTARIS. E. Lokken Groenvoorziening BV. Tel Noordzijde Directie Erik Lokken

EMISSIE INVENTARIS A.J. Van de Werf Beheer BV. Tel Industrieweg 33 Directie Jan Kuiper

De emissie inventaris van Dit document is opgesteld volgens ISO

EMISSIE INVENTARIS A.J. Van de Werf Beheer BV. Tel Industrieweg 33 Directie Jan Kuiper

De emissie inventaris van: Dit document is opgesteld volgens ISO AMK Inventis Rogier Witteveen. 27 november 2017 Definitief

De emissie inventaris van: 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

EMISSIE INVENTARIS. A.J. Van de Werf Beheer BV. Tel Industrieweg 33 Directie Jan Kuiper

Emissie inventaris Bedrijf Tebezo Scope 1, scope 2 en scope 3 2 e halfjaar 2015

De emissie inventaris van: 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO Opgesteld door: Stef Jonker Datum: 17 januari 2017

2012 Dit document is opgesteld volgens ISO

2013 Dit document is opgesteld volgens ISO

EMISSIE INVENTARIS. ODN Oil BV. Tel Groningerweg 2 Directie Jacob Hamersma

2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris 2012

De emissie inventaris van:

Dit document is opgesteld volgens ISO

2017 Dit document is opgesteld volgens ISO

Footprint van. Dit document is opgesteld volgens ISO

2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

Balvert Betonstaal b.v.

De Boer Burgum BV 2013 Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris Bedrijf Tebezo Scope 1, scope 2 en scope 3 1 e halfjaar 2016

De emissie inventaris van: Jansma Wegen en Milieu en Jansma Bouw en Beton Dit document is opgesteld volgens ISO

Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris Visser Assen. Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie Inventaris Periode

Veluwenkamp Beheer B.V Dit document is opgesteld volgens ISO

April Footprint

Veluwenkamp Beheer B.V Dit document is opgesteld volgens ISO

De Boer Burgum BV 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris CO2-Prestatieladder trede 3

1 De directe en indirecte GHG-emissies 2017

Inzicht in Reductie. Energiereductie. Versie 1; Reductie

Inzicht in Reductie. Energiereductie. Versie 1; Reductie

De Boer Burgum BV Eerste helft 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

Emissie inventaris CO₂-prestatieladder Gebroeders van der Poel B.V.

CO 2 -Prestatieladder

2018-6M. Aannemingsbedrijf M.C. van der Spek en Zn. B.V. 3.A.1 Carbon Footprint. Samen zorgen voor minder CO2

De Boer Burgum BV 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

Periodieke CO₂ Rapportage januari juni 2015

Emissie-inventaris rapport Speer Infra B.V.

Emissie inventaris CO 2 -PRESTATIELADDER. Goedkeuring en autorisatielijst. Datum Versie 1. Type Naam Functie Paraaf

1 e half jaar Carbon Footprint. J.M. de Wit Groenvoorziening BV. Carbon footprint J.M. de Wit Groenvoorziening BV.

EMISSIE INVENTARIS 2018

EMISSIE INVENTARIS Van Spijker Infrabouw BV

Footprint. CO₂ prestaties

EMISSIE INVENTARIS Van Spijker Infrabouw BV

CO 2 -Prestatieladder

Carbon footprint Van Raaijen Groep BV. Carbon Footprint Van Raaijen Groep BV. Mei Pagina 1 van 13

CO2-Prestatieladder. Emissie-inventaris Schilderwerken De Boer Obdam B.V. Eerste halfjaar 2016 (januari t/m juni)

Aannemingsbedrijf M.C. van der Spek en Zn.

CO2-Prestatieladder. Inventaris CO 2 -Emissies Klaver Giant Groep 2018 H1. Datum rapportage :

Rapport 16 oktober 2014

April Footprint Emissie-inventaris

Emissie inventaris rapport Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Carbon Footprint J.M. de Wit Groenvoorziening BV

Emissie-inventaris 2018

Energie Management Actieplan Scherrenberg B.V.

CO 2 -Prestatieladder

CO 2 -Prestatieladder

CO2-Prestatieladder. Emissie-inventaris Schilderwerken De Boer Obdam B.V. Tweede halfjaar 2018 (juli t/m december)

Transcriptie:

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf 2 e halfjaar 2014 Genemuiden Februari 2015 Definitief Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 1

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 Titel : Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf (sub) titel : CO₂ prestatieladder A. Inzicht emissie inventaris 2 e halfjaar 2014 Projectnummer Status : 1490000 (Tebezo) : Definitief Datum : Februari 2015 Opdrachtgever : Niet van toepassing Opgesteld door : Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. : De heer M. (Martijn) Verstraaten, projectvoorbereider CO₂ : De heer C. (Christian) Nieuwenhuijse, projectvoorbereider CO₂ Gecontroleerd door : Mevrouw M. (Manja) Visscher, KAM coördinator : De heer J. (Jacob) Roeten, projectleider CO₂ Datum : Februari 2015 Paraaf : Goedgekeurd door : De heer K. (Karst) Beens, directeur Datum : Februari 2015 Paraaf : Bedrijfsgegevens : Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. Postadres : Postbus 89, 8280 AB Genemuiden Telefoon : +31 383 855 225 Fax : +31 383 856 678 E-mail : info@tebezo.nl Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 2

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 Inhoud 1 Inleiding... 4 2 De organisatie... 5 2.1 Tebezo Genemuiden... 5 2.2 Verantwoordelijke... 5 3 De rapportage periode... 6 4 Organisatorische grenzen... 7 5 Operationele grenzen... 8 6 De directe en indirecte GHG emissies 2014 2 e helft... 10 6.1 CO₂ uitstoot per bedrijfsafdeling... 11 6.2 Onderverdeling elektra... 12 6.3 Onderverdeling gas... 12 6.4 Onderverdeling brandstofverbruik auto tankpas, auto privé en diesel... 12 6.5 Verbranding biomassa... 13 6.6 GHG verwijderingen... 13 6.7 Uitzonderingen... 13 6.8 Scope 3 analyse... 13 7 Methoden... 14 8 Emissiefactoren... 15 9 Onzekerheden... 16 10 Verificatie... 17 11 Rapportage volgens NEN-ISO 14064-1... 18 Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 3

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 1 Inleiding Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. heeft de overheid als belangrijke opdrachtgever. De overheid gebruikt steeds vaker de CO₂ prestatieladder als selectiecriteria bij haar leveranciers. De overheid probeert hiermee haar leveranciers uit te dagen en te stimuleren om de eigen CO₂ uitstoot te kennen en te reduceren. Sinds 16 maart 2011 heeft de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen (SKAO) het beheer en eigenaarschap van de CO₂ prestatieladder overgenomen van ProRail. De CO₂ prestatieladder kent 4 invalshoeken: A. Inzicht in eigen CO₂ uitstoot B. CO₂ reductie (de reductie ambities van het bedrijf) C. Transparantie (op welke wijze het bedrijf naar buiten communiceert) D. Deelname aan initiatieven om CO₂ te reduceren Deze 4 invalshoeken zijn verdeeld in 6 verschillende niveaus, dit zijn de niveaus 0 t/m 5. In dit rapport is de emissie inventaris Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. weergegeven, van het tweede halfjaar van 2014. Dit rapport is een inventarisatie van de totale hoeveelheid uitstoot van broeikasgassen, ook wel GHG emissies (the Green House Protocol). Tevens geeft dit rapport inzicht in de herkomst van de GHG emissies, met daarin de verdeling naar directe en indirecte GHG emissies. Dit rapport is een verantwoording van onderdeel 3.A.1 uit de CO₂ prestatieladder. Het is uitgevoerd conform ISO 14064-1 Greenhouse gases part 1, paragraaf 7.3.1 van deze norm. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 4

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 2 De organisatie Wat is Nederland zonder waterbouwkundige werken? De grens van land en water vervult een belangrijke functie binnen onze natte infrastructuur. Van waterbodem tot oevers en van grote havengebieden tot de kleinste watergangen, wij voelen ons er thuis. Tebezo heeft een uitgebreide expertise opgebouwd, gericht op waterwerken aan de kust en de oeverzones van vaarwegen. Samen met overheden en andere opdrachtgevers werkt Tebezo aan het realiseren, onderhouden en beheren van waterbouwkundige werken in heel Nederland. Betrouwbaar, betrokken en gedreven. Tebezo streeft naar de best mogelijke oplossingen, die opdrachtgevers volledig ontzorgen. Oplossingen die gebaseerd zijn op affiniteit met de omgeving, gevoel voor kwaliteit en een brede ervaring. Maar ook op de betrokkenheid van geïnspireerde denkers en doeners, met een enorme passie voor de grenzen van land en water. Deze diep verankerde gedrevenheid maakt Tebezo al jaren tot een succesvolle, gewaardeerde partner in de Nederlandse waterbouw. 2.1 Tebezo Genemuiden Vanuit haar vestiging in Genemuiden werkt Tebezo al ruim 35 jaar aan de rijke natte infrastructuur waar Nederland trots op is. In de 2 e helft van 2014 maakten 52 ervaren vakmensen en hoogwaardig materieel Tebezo tot een veelzijdige partner. Van landelijke en regionale overheden tot bedrijven en particulieren: Zij leggen hun projecten graag in de vertrouwde handen van Tebezo. In 2014 is door Tebezo voor circa 17.000.000,00 aan omzet gegenereerd. Tebezo heeft een platte, toegankelijke organisatie, open voor vernieuwing. We hebben ruime ervaring met moderne contractvormen, van Design & Construct tot Systeemgerichte Contractbeheersing (Systems Engineering ). Opdrachtgevers krijgen altijd een contract dat optimaal aansluit op het project. Vanzelfsprekend wordt Tebezo ook gedreven door duurzame en milieuvriendelijke oplossingen, bijvoorbeeld met gebruik van ledverlichting en zonnepanelen. Kwaliteit en veiligheid spelen binnen onze organisatie een belangrijke norm. Tebezo beheerst de volgende kwaliteit - en veiligheidsnormen: Kwaliteit en procesbeheersing: NEN-ISO 9001 Versie 2008 Beheer milieuaspecten en veiligheid: VCA** versie 2008/01 Sinds begin 2014 zijn wij gecertificeerd voor de CO₂-prestatieladder, niveau 4. 2.2 Verantwoordelijke Dit rapport is opgesteld door Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening onder verantwoording van mevrouw M. Visscher (KAM-coördinator). Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 5

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 3 De rapportage periode De eerste emissie inventaris is over boekjaar 2012. Deze rapportage heeft betrekking op het tweede halfjaar van 2014. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 6

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 4 Organisatorische grenzen Organogram op Holding niveau 2013. K. Beens Management B.V. Genemuiden Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. Genemuiden Participatie maatschappij West Neerland B.V. Voor de CO₂-prestatieladder worden alle genoemde ondernemingen meegenomen. In het verdere van deze documenten word echter gesproken over Tebezo waarbij dan de gehele groep wordt aangeduid. Een belangrijk onderdeel van de CO₂ prestatieladder is de bepaling klein, middelgroot en groot bedrijf. Deze bepaling wordt gemaakt aan de hand van de totale uitstoot van GHG emissies uit scope 1 en 2 van Tebezo. In het handboek CO₂ prestatieladder 2.1 staat: De totale CO₂ uitstoot van de kantoren en bedrijfsruimten bedraagt maximaal 500 ton per jaar en de totale CO₂ uitstoot van alle bouw- plaatsen en productielocaties bedraagt maximaal 2.000 ton per jaar. De totale uitstoot GHG emissies van Tebezo over 2013 was 1103 ton. Voor het boekjaar 2014 bedraagt dit in de eerste helft 418 ton en in de tweede helft 549 ton. Totaal voor 2014 bedraagt de CO₂ emissie van Tebezo 967 ton. Hiermee is bepaald dat Tebezo de bepaling krijgt klein bedrijf. Hier mee rekening houdend vermeld het handboek CO₂ prestatieladder 2.1 het volgende: Voor kleine bedrijven gelden de eisen 5A, 4C, 5C, 4D en 5D niet. Aan deze eisen is dan derhalve (fictief) voldaan. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 7

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 5 Operationele grenzen Om de scope duidelijk af te bakenen is gebruik gemaakt van de scope-indeling van het Green House Protocol (GHG protocol). Scope indeling volgens het GHG protocol Conform het GHG-protocol wordt onderscheid gemaakt tussen 3 bronnen van emissies (scopes). Deze 3 bronnen kunnen onderverdeeld worden in 2 categorieën, dit zijn indirecte en directe emissies. Scope 1: De directie emissies. De door de eigen organisatie gebruikte gassen en brandstoffen, van bijvoorbeeld machines en wagenpark Scope 2: De indirecte emissies. Dit zijn de emissies die ontstaan zijn door de opwekking van elektriciteit en die gebruikt worden door de eigen onderneming. Volgens de CO₂ prestatieladder vallen de eigen auto zakelijk gebruikt en de zakelijke vliegtuig kilometers ook onder deze scope. Het GHG protocol schrijft deze twee toe aan de scope 3. Scope 3: De overige indirecte emissies. Deze emissies zijn een gevolg van bronnen die geen eigendom zijn van het bedrijf zelf. Hier vallen bijvoorbeeld onder, verkeer, productie van aangekochte materialen zoals houten palen en stalen buispalen en transport van de aangekochte materialen. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 8

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 Voor Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. zijn deze scopes als volgt ingevuld: Scope 1 Brandstof verbruik van het eigen wagenpark en het (varend) materieel (benzine, diesel). Verwarming van de kantoren. Scope 2 Elektriciteit verbruik op kantoor, werkplaatsen en projecten. Brandstof verbruik van zakelijke kilometers in privé auto s. Scope 3 Brandstof verbruik woon-werk verkeer privé auto s, het recyclen van houten en stalen buispalen. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 9

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 6 De directe en indirecte GHG emissies 2014 2 e helft De totale directe en indirecte GHG emissies van Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening bedroegen 549 ton CO₂. Om de komende jaren een goede vergelijking te kunnen maken is gekozen om totale GHG emissies in verhouding te zetten met het aantal medewerkers en de omzet. De GHG emissies per medewerker (FTE): 10,56 ton CO₂. Per 30 juni 2014 bedroeg het aantal FTE s: 52 De GHG emissies per 1 miljoen euro omzet: 56,29 ton CO₂ De omzet in miljoenen euro s per 30 juni 2014 bedroeg : 9,757 De verdeling van de emissies over de verschillende scopes wordt weergegeven in de onderstaande tabellen en grafieken. Tabel 1: CO₂ emissies onderverdeeld in scope 1, 2 en 3 van Tebezo Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. Scope 1 Scope 2 Scope 3 Verdeling van emissies over verschillende scopen Ton CO₂ Ton CO₂ Ton CO₂ Bedrijfsauto's op tankpas diesel 159,32 0,00 0,00 Diesel 367,27 0,00 0,00 Gas 2,19 0,00 0,00 Auto's op kilometer vergoeding 0,00 0,00 20,07 Elektra 0,00 0,43 0,00 Totaal 528,79 0,43 20,07 Grafiek 1: Verdeling CO₂ emissies in tonnen per aspect Tonnen CO₂ 2e half jaar 2014 2,19 20,07 0,43 367,27 159,32 Bedrijfsauto's op tankpas diesel Diesel t.b.v. materieel t.b.v. projecten Gas t.b.v. verwarming kantoor Auto's op kilometer vergoeding Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 10

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 Grafiek 2: Verdeling CO₂ emissies in procenten per aspect Tonnen CO₂ 2e half jaar 2014 0,40% 3,65% 0,08% 66,86% 29,01% Bedrijfsauto's op tankpas diesel Diesel t.b.v. materieel t.b.v. projecten Gas t.b.v. verwarming kantoor Auto's op kilometer vergoeding Elektra t.b.v. kantoor en werkplaats 6.1 CO₂ uitstoot per bedrijfsafdeling Voor Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. geldt dat 4,10% van de CO₂-uitstoot is toe te schrijven is aan het kantoor, 5,27% aan de werkplaats en 90,63% aan de projecten. Grafiek 3: Verdeling CO₂ emissies in procenten per bedrijfsafdeling Onderverdeling CO₂ uitstoot per afdeling 4,10% 5,27% 90,63% Projecten Kantoor Werkplaats Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 11

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 6.2 Onderverdeling elektra Het elektra verbruik, toe te schrijven aan scope 2, is in het tweede halfjaar van 2014 0,08% van de totale CO₂-uitstoot. Onderverdeeld naar kantoren en werkplaats is deze 0,05% en 0,03%. Percentage kwh 35,80% 64,20% Kantoor Sasdijk 15 Werkplaats Sasweg 13 6.3 Onderverdeling gas Het aardgas verbruik voor het verwarmen van het kantoor bestond voor 0,40% van het totaal CO₂-uitstoot. 6.4 Onderverdeling brandstofverbruik auto tankpas, auto privé en diesel Het brandstof verbruik wordt verdeeld over: auto tankpas diesel 27,04%, auto tankpas euro 2,10% auto privé 3,67% en dieselolie 67,19% van de totale CO₂-uitstoot met betrekking tot brandstof. Voor de CO₂uitstoot van de groep auto privé geldt dat dit valt onder de scope 3. Onderverdeling brandstof 2,10% 3,67% Materieel Gasolie 27,04% 67,19% Bedrijfsauto's op tankpas diesel Bedrijfsauto's op tankpas euro Auto's op kilometer vergoeding Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 12

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 6.5 Verbranding biomassa De verbranding van biomassa vond in 2014 binnen scope 1 en 2 niet plaats bij Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. 6.6 GHG verwijderingen Broeikasverwijdering door middel van binding van CO₂ heeft in 2014 niet plaats gevonden bij Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. 6.7 Uitzonderingen Vliegreizen voor zakelijke doeleinden vallen onder de CO₂ Footprint evenals het gebruik van de HSL. Door Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. zijn in 2014 geen zakelijke vliegkilometers gemaakt en is ook geen gebruik gemaakt van de HSL. In 2014 is er geen onderhoud gepleegd aan het airco systeem. Het systeem is ook niet bijgevuld. 6.8 Scope 3 analyse Woonwerk- verkeer en het gebruik van de privé auto s in de 2 e helft van 2014 resulteert in een emissie 20,07 ton CO₂. Door Tebezo wordt, afhankelijk van de projecten, zoveel mogelijk getracht om gebruikte palen te recyclen en hergebruiken. In de tweede helft van 2014 is circa 145 m³ tropisch hardhout hergebruikt. Dit resulteert in de 2e helft voor een besparing op de CO₂ uitstoot van 22,5 ton. In 2014 is totaal 66,5 ton CO₂ bespaard met het hergebruiken van houten palen In de tweede helft van 2014 zijn er geen projecten geweest waarbij het hergebruik van stalen buispalen mogelijk is geweest. In 2014 is totaal 366,4 ton CO₂ bespaard met het hergebruik van stalen buispalen. Totaal is een emissie van 433 ton CO₂ bespaard door het hergebruik van stalen buispalen of houten palen. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 13

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 7 Methoden Voor het bepalen van de GHG emissies van Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V. is gebruik gemaakt van verschillende data. Voor het verbruik van brandstof is gebruik gemaakt van de overzichten van de tankpassen. Voor het verbruik van de dieselolie is gebruik gemaakt van de facturen. Voor het verbruik van gas en elektra is gebruik gemaakt van de eindafrekening Sasdijk 15 en de huidige meterstand. De eindafrekening van 2013 is als beginstand voor 2014 genomen. Voor Sasweg 13 is gebruik gemaakt van de eindafrekening en de huidige meterstanden, ook hiervoor geldt dat eindafrekening van 2013 is als beginstand voor 2014 genomen. Het verbruik van dieselolie is onderverdeeld naar verbruik door (bestel-) auto s, materieel op de haven, schepen en overige materieel op projecten. Al deze verbruiken zijn omgerekend naar de GHG emissies met behulp van de conversiefactoren van de CO₂ prestatieladder. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 14

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 8 Emissiefactoren Voor deze emissie inventaris van de CO₂-uitstoot van Tebezo Waterbouw & Nautische Dienstverlening B.V., zijn de verschillende emissiefactoren van de CO₂-prestatieladder 2.2 gebruikt. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 15

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 9 Onzekerheden Alle resultaten moeten altijd geïnterpreteerd worden met een bepaalde onzekerheidsmarge, maar op basis van de gegevens zoals in dit rapport weergegeven kunnen we stellen dat deze marges klein zijn; circa 5%. Zo wordt er onder andere gebruik gemaakt van gas, onder andere voor het verwarmen van schaftlocaties, directieketen etc. Tevens worden er kleine hoeveelheden Euro getankt t.b.v. klein materieel zoals kettingzagen en kleine aggregaten. Dit verbruik is minimaal en niet afzonderlijk inzichtelijk te maken. Deze uitstoot is derhalve niet meegenomen in deze inventaris. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 16

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 10 Verificatie Deze emissie inventaris is niet geverifieerd door een daartoe bevoegde certificerende instantie. Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 17

Emissie inventaris scope 1, 2 en 3 bedrijf A. Inzicht 2 e halfjaar 2014 11 Rapportage volgens NEN-ISO 14064-1 Hier is in tabelvorm de rapportage volgens NEN-ISO 14064-1 gegeven. ISO 14064-1 7.3 Beschrijving Hoofdstuk in dit rapport a Description of the reporting organization 2 b Person responsible 2.1 c Reporting period covered 3 4.1 d Organizational boundaries 4 4.2.2 e Direct GHG emissions 6 4.2.2 f Combustion of biomass 6.5 4.2.2 g GHG removals 6.6 4.3.1 h Exclusions 6.7 4.2.3 i Indirecte GHG emissions 6 5.3.1 j Base year 3 k Changes of recalculations 3 4.3.3 l Methodologies 7 m Changes of methodologies 6.7 4.3.5 n Emissions or removal factors used 8 5.4 o Uncertainties 9 p Statement in accordance with ISO 14064 10 q Statement of describing wether this inventory hase verified 10 Februari 2015 CO 2 Prestatieladder 18

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Energie Actieplan 2014 Juli t/m december 2014 Genemuiden Februari 2015 Definitief Scope 1 Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 1

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Scope 1 Maatregel Verantwoordelijke Benodigde middelen Start datum Verwachte reductie Controle verandering Bron Huidige status Huidige gemeten reductie Verwachte datum gereed Plaatsen Thermostaat-kranen HPR 250,00 1 e halfjaar 2014 ca. 0,5 Ton Gas verbruik Facturen gasverbruik Thermostaatkranen aangebracht december 2014 Geen reductie n.v.t. Start/Stop systeem kranen KBE n.n.b 01-01-2014 Onbekend, gaan we onderzoeken Brandstof verbruik Facturen gasolie Onderzoek loopt, partner vind het te gevaarlijk, rapportage volgt. Via internet een bedrijf http://bramengineers.nl/ achterhaald, we nemen contact op voor een second opinion. Brandstofmeters worden naar verwachting in najaar 2014 ingevoerd. 01-04-2015 (onderzoek gereed) Cursus Het Nieuwe Draaien Cursus Het Nieuwe Rijden Cursus Voortvarend Besparen Monitoren rijgedrag / brandstofverbruik van individuele chauffeurs / bedrijfswagens en bijsturen MVI MVI MVI 179,00 per deelnemer 150,00 per deelnemer 250,00 per deelnemer 01-05-2014 01-05-2014 01-05-2014 CNI n.t.b. 01-01-2015 5,0 ton CO2 (op basis van alle kranen) 6,7 ton CO2 (op basis van alle auto s) 15 ton CO2 (op basis van alle schepen) Schatting: 5% op totaalverbruik t.o.v. 2 e halfjaar 2014. Ca. 7,35 ton. Brandstof verbruik Brandstof verbruik Brandstof verbruik Brandstof verbruik Facturen gasolie Facturen gasolie Facturen gasolie Facturen gasolie, kilometerstand via blackboxen SOMA heeft cursus aangepast voor trillingswerk. Najaar 2014 gereed. Cursus gaat begin 2015 plaatsvinden. Ca. 30% van de chauffeurs zijn op cursus geweest begin 2014. De tweede helft zal begin 2015 op cursus gaan. In 2014 twee schippers geweest, andere twee in 2015. Excel-bestand wagenpark, met daarin km-standen en brandstofverbruik gereed gemaakt voor invoeren gegevens. Nulmeting is in 2014 gestart van alle auto s. Geen reductie waarneembaar, is sterk afhankelijk van projecten Zie bovenstaande, verschil niet uit elkaar te houden Dec. 2015 Dec. 2015 Dec. 2015 Juli 2015 Preventief onderhoud aan 8 aanhangwagens, controle op wiellagers, bandenspanning etc. JRO 01-01-2015 n.t.b. Brandstof verbruik Facturen gasolie, kilometerstand via blackboxen Wiellagers van verschillende aanhangwagens tijdig vervangen Zie bovenstaande, verschil niet uit elkaar te houden van doorlopend Totalen 19,55 ton CO 2 Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 2

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Scope 2 Maatregel Verantwoordelijke Benodigde middelen Start datum Verwachte reductie Controle verandering Bron Huidige status Huidige gemeten reductie Verwachte datum gereed Down-flow ventilator werkplaats HBE 150,00 Onbekend Onbekend Energie verbruik Energie facturen Onbekend Dec. 2015 Automatische uitschakeling ventilatie kantoor HPR 75,00 Onbekend Onbekend Energie verbruik Energie facturen Onbekend Dec. 2015 LED verlichting installeren in kantoorpand HPR 1.880,00 01-01-2014 0,1 ton CO 2 Afrekening Energieafrekening Aanpassingen inventariseren en laten uitvoeren. 20% gereed Zie bovenstaande, verschil niet uit elkaar te houden Dec. 2015 Schemerschakelaar en tijdschakelaar aanbrengen bij terreinverlichting van werkplaats JRO 01-01-2015 0,1 ton CO 2 Energie verbruik Energie facturen Verlichting aangebracht Zie bovenstaande, verschil niet uit elkaar te houden Jan. 2015 Totalen 0,2 ton CO 2 Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 3

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Scope 3 Maatregel Verantwoordelijke Benodigde middelen Start datum Verwachte reductie Controle verandering Bron Huidige status Huidige gemeten reductie Verwachte datum gereed Gebruikt hout inzetten KBE Doorlopend 0,1373 ton CO 2 reductie per ton houten palen. De doelstelling is om dit in 40% van de projecten toe te passen. Ten opzichte van 2012 derhalve een verwachte reductie van 277,95 ton. Ketenanalyse Bij projecten waar dit mogelijk is en waar gebruikt materiaal beschikbaar is wordt hergebruik als alternatief voorgesteld. In 2014 is de besparing ten minste 66,5 ton CO₂. In 2014 is gemiddeld bij 9,6% van de projecten hout hergebruikt. Doorlopend Gebruikte buispalen inzetten KBE Doorlopend 3,947 ton CO 2 per ton stalen buispalen. De doelstelling is om dit in 40% van de projecten toe te passen. Tov 2012 derhalve een verwachte reductie van 236,14 ton CO 2 Ketenanalyse Bij projecten waar dit mogelijk is en waar gebruikt materiaal beschikbaar is wordt hergebruik als alternatief voorgesteld. In 2014 is de besparing 366 ton CO₂. In 2014 is gemiddeld bij 61,9 % van de projecten met stalen buispalen het staal hergebruikt. Doorlopend Totaal 514 ton CO 2 433 CO 2 Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 4

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Samenvatting reductiedoelstellingen scope 1, 2 en 3: CO2 emissie 2012 CO2 emissie 2013 CO2 emissie 2014 Reductiedoelstelling 2015 1e helft 2e helft Totaal Reductie in ton CO2 Reductiedoelstelling in percentage van de scope Scope 1 1029,4 1025 356,4 528,79 885,19 19,55 2,0% Scope 2 67,27 77,6 44,4 0,43 44,83 0,20 0,1% Scope 3 - - - 20,07 20,07 0,0 0,0% TOTAAL 1096,7 1102,6 950,09 19,65 Samenvatting van reductiedoelstellingen bij de ketenanalyse van Scope 3: Scope 3, ketenanalyse Doelstelling van eind 2013 voor jan. 2014 tot dec. 2015 CO2 besparing 2014 Reductiedoelstelling 2015 1e helft 2e helft Totaal Reductie in ton CO2 Besparing CO2 uitstoot op Houten palen (ton) Besparing CO2 uitstoot op Stalen buispalen (ton) 694 ton 44 22,5 66,5 ton 347 ton 591 ton 366 0 366 ton 295,5 ton (om aan doelstelling van 2013 te voldoen ten minste 225 ton) TOTAAL 1285 ton 432,5 ton 642,5 ton Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 5

Energie Actieplan 2014, deel 2 Februari 2015 Toelichting maatregelen EN overige activiteiten: Om de reductie in scope 1 op termijn te vergroten, wordt in 2015 onderzocht hoe verdere reductie kan worden gerealiseerd op de kranen, bijvoorbeeld met een start-stop-systeem. Tevens wordt het verbruik en efficiënt gebruik van één graafmachine gemonitoord. In 2015 zal onderzocht worden of verdere reductie mogelijk is op de schepen en met welke maatregelen, en zo ja, hoe we dit op een correcte wijze kunnen meten en monitoren. In toolbox-bijeenkomsten en werkoverleg zal regelmatig worden besproken dat alle motoren zoveel mogelijk stil gezet worden bij pauzes, stilstand, etc. Dit geldt met name voor de kranen, schepen, aggregaten, auto s en autobussen. In toolbox bijeenkomsten en werkoverleg zal worden besproken dat de juiste bandenspanning, de juiste belading en bewust rijden (het nieuwe rijden) positief doorwerken in de CO 2 reductie en dat we verwachten dat iedereen hierbij zijn bijdragen zal leveren. Alle chauffeurs van bedrijfsauto s zullen in 2014 en 2015 de cursus het Nieuwe Rijden volgen. Tebezo zal het rijgedrag van individuele bestuurders en het verbruik van individuele bedrijfsauto s gaan monitoren en zal daar waar nodig bijsturen. Dit document wordt minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast 6

Communicatieplan 2015 C. Transparantie Communicatieplan 2015 Genemuiden Februari 2015 Versie Definitief Versie Definitief CO 2 Prestatieladder Februari 2015 1

Communicatieplan 2015 C. Transparantie Titel : Communicatieplan 2015 (sub) titel : CO 2 prestatieladder C. Transparantie Interne en externe communicatie Projectnummer Status : 1490000 (Tebezo) : Definitief Datum : 10 februari 2015 Versie : Definitief Organisatie KAM : Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. : Mevrouw M. (Manja) Visscher, KAM coördinator Opgesteld door : De heer M. (Martijn) Verstraaten, projectvoorbereider CO 2 Datum : 10 februari 2015 Paraaf : Gecontroleerd door : De heer C. (Christian) Nieuwenhuijse, projectvoorbereider CO 2 Datum : 10 februari 2015 Paraaf : Goedgekeurd door : De heer K. (Karst) Beens, directeur Datum : 10 februari 2015 Paraaf : Bedrijfsgegevens : Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. Postadres : Postbus 89, 8280 AB Genemuiden Telefoon : +31 383 855 225 Fax : +31 383 856 678 E-mail : info@tebezo.nl Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. Versie Definitief CO 2 Prestatieladder Februari 2015 2

Communicatieplan 2015 C. Transparantie Communicatieplan Tebezo CO 2 prestatieladder In dit communicatieplan is beschreven hoe Tebezo de communicatie richting haar stakeholders uitvoert wat betreft de CO 2 -prestatieladder. Dit communicatieplan is opgedeeld in twee delen, namelijk de interne communicatie en de externe communicatie. Interne communicatie Tebezo zal minimaal 2 keer per jaar communiceren met medewerkers van Tebezo via de interne nieuwsbrief, over haar energiebeleid, de reductiedoelstellingen, de maatregelen en de status van de doelstellingen. Tevens over het huidige energieverbruik, de mogelijkheden van individuele bijdrage en trends binnen het bedrijf en de projecten. Ook zal over deze zaken in een toolbox-bijeenkomst (minimaal 1x per jaar) en in overlegsituaties gecommuniceerd worden. Deze communicatie zal uitgevoerd worden door verschillende medewerkers binnen de organisatie. In dit document is een overzicht opgenomen waarin dit per doelgroep wordt weergegeven. De interne belanghebbenden zijn bepaald in het document inventarisatie stakeholders. In de tabel hieronder is gegeven op welke manier met de medewerkers wordt gecommuniceerd. De volgende middelen worden ingezet, de nieuwsbrief, de website, de toolbox en vergadering/overleg. (MT 2x per jaar; uitvoerders minimaal 1x per jaar) Externe communicatie Tebezo zal continu communiceren via de website. De informatie is te vinden onder het onderdeel MVO (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). De relevante documenten worden minimaal 2 keer per jaar gepubliceerd op de website, zodat onze externe belanghebbenden en opdrachtgevers kennis kunnen nemen van het energiebeleid, de reductiedoelstellingen, de maatregelen en de status van de doelstellingen. Ook zal op de website gecommuniceerd worden over de projecten waarop gunningsvoordeel is verkregen: Welke projecten betreffen dit, welke algemene of specifieke maatregelen worden in dit project ten uitvoering gebracht, welke reductie is- of wordt behaald in het project (voor zover dit voor het project separaat te berekenen is) en welke trends zijn eventueel te zien. Tevens zal gecommuniceerd worden over het huidige energieverbruik en trends binnen het bedrijf en de projecten. Zo blijven onze opdrachtgevers en andere relaties op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. De externe belanghebbenden zijn bepaald in het document inventarisatie stakeholders. Hieronder is in de tabel gegeven op welke manier de communicatie plaatsvindt en hoe de belanghebbenden worden geïnformeerd. Tevens is opgenomen wie verantwoordelijk is voor welke communicatie. Stakeholders Communicatie vorm Boodschap Wie Opdrachtgevers (evt. met gunningsvoordeel) Rijkswaterstaat Provincies Business to Business website website website Doelstellingen, activiteiten, status Doelstellingen, activiteiten, status Doelstellingen, activiteiten, status KBE KBE KBE Versie Definitief CO 2 Prestatieladder Februari 2015 3

Communicatieplan 2015 C. Transparantie Gemeenten Stakeholders Communicatie vorm Boodschap Wie Waterschappen Havenbedrijven Overheden website website website Doelstellingen, activiteiten, status Doelstellingen, activiteiten, status Doelstellingen, activiteiten, status KBE KBE KBE Overheid Website Doelstellingen KBE Provincies Website Doelstellingen KBE Gemeenten Website Doelstellingen KBE Waterschappen Website Doelstellingen KBE Inspectie V&W Website Doelstellingen KBE Professionele relaties Onderaannemers ZHP-ers Website, werkplekinspectie evt. Website, werkplekinspectie evt. Doelstellingen en status Doelstellingen en status KBE EDU KBE EDU Collega aannemers Website Doelstellingen, activiteiten, status, participatie KBE ZZP-ers Website Doelstellingen en activiteiten MVI Toeleveranciers hoofdmaterialen Brancheorganisaties landelijk Ondernemers organisatie(s) regionaal Onderwijs instellingen Website Website Doelstellingen, activiteiten, status Doelstellingen, activiteiten, status, participatie KBE KBE Website Doelstellingen en status KBE Website Doelstellingen en status KBE (Jacht)havens Website Doelstellingen en status KBE Certificerende instanties Website Doelstellingen en status KBE Uitzendbureaus Website Doelstellingen en status KBE Leveranciers Diensten Website Doelstellingen en status KBE Grondstoffen (hout / staal) KBE Versie Definitief CO 2 Prestatieladder Februari 2015 4

Communicatieplan 2015 C. Transparantie Stakeholders Communicatie vorm Boodschap Wie Leveranciers overige materialen Website Doelstellingen en status KBE Algemeen publiek Gemeente Zwartewaterland website Doelstellingen en status KBE Scheepvaart verkeer Nederland Om- /aanwonenden projectlocaties website Doelstellingen en status KBE Website, extra informatie indien bij project noodzakelijk/passend Doelstellingen en status KBE EDU Concurrentie Concurrenten Website Doelstellingen en status KBE Strategische samenwerkingsverbanden Strategische samenwerkingsverbanden Website en persoonlijk Doelstellingen, activiteiten, status KBE Media Media lokaal Website Artikel i.v.m. certificering? Doelstellingen, activiteiten, status KBE MVI Media ZW Nederland Website Artikel i.v.m. certificering? Doelstellingen, activiteiten, status KBE MVI Financiële instellingen Banken Website Doelstellingen KBE Verzekeringen Website Doelstellingen KBE Werknemers Medewerkers uitvoerend Nieuwsbrief, website, toolbox Doelstellingen, activiteiten, status, participatie MVI Medewerkers kantoor Nieuwsbrief, website, toolbox Doelstellingen, activiteiten, status, participatie MVI Leidinggevenden Nieuwsbrief, website, toolbox, overleg/vergadering Doelstellingen, activiteiten, status, participatie MVI Versie Definitief CO 2 Prestatieladder Februari 2015 5

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 Ketenanalyse houten palen 2013 Genemuiden November 2013 Versie 1.0 definitief 1

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Doel van dit document 3 1.2 Leeswijzer 3 2 De CO 2 -prestatieladder 4 2.1 Scopes 4 2.2 Niveaus en invalshoeken 5 3 Beschrijving van de waardeketen 6 3.1 Hout 6 3.2 Exploitatie van productiebossen 6 3.3 Transport 6 3.4 Houtzagerij 6 3.5 Houthandel 6 3.6 Walbeschoeiing 7 3.7 Schematisering waardeketen Hout 7 4 Identificeren van de partners in de waardeketen 8 5 Kwantificeren van de CO 2 -emissie 8 6 Conclusie 9 7 Bronvermelding 9 2

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 1 Inleiding 1.1 Doel van dit document Om een wezenlijke bijdrage te leveren aan de mondiale vermindering van de CO 2 -uitstoot heeft Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. (hierna, Tebezo) de wens om eind 2013 op niveau 4 van de CO 2 prestatieladder te staan. Onderdeel van niveau 4 van de CO 2 -prestatieladder is het in kaart brengen van de scope-3 emissies van de organisatie. Scope 3-emissies ontstaan bij de productie van producten en de levering van diensten, die door de organisatie worden ingekocht. Het Greenhouse Gas (GHG) Protocol van de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) en de World Resources Institute (WRI) beschrijft een methodiek om de scope 3-emissies van een organisatie in kaart te brengen. Toepassing van deze methodiek wordt door de CO 2 -prestatieladder geëist. De methodiek bestaat uit vier stappen: 1. Het in hoofdlijnen in kaart brengen van de waardeketen; 2. het bepalen van de relevante scope 3-emissiebronnen; 3. het identificeren van de partners in het kader van de waardeketen; 4. het kwantificeren van de data, vallende binnen de grenzen van scope 3. In dit document worden, overeenkomstig de methodiek, de relevante scope 3-emissies bepaald die een gevolg zijn van de inkoop van houten palen van Noord-Europees naaldhout door Tebezo ten behoeve van het aanbrengen van walbeschoeiingen. 1.2 Leeswijzer In het volgende hoofdstuk wordt eerst een samenvatting gegeven van de CO 2- prestatieladder. Hoofdstuk 3 gaat in op de afweging welke waardeketens binnen Tebezo geanalyseerd zullen worden. In dit hoofdstuk worden de gemaakt keuzes gemotiveerd. Hoofdstuk 4 beschrijft de waardeketen van hout, van productiebos tot en met de eindgebruiker. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de relevante emissiebronnen in de keten. Welke bronnen dragen aanzienlijk bij aan de totale CO 2 -emissie van de waardeketen. Daarbij wordt tevens stilgestaan bij de mate van beïnvloeding door Tebezo op de CO 2 -emissies van derden. In hoofdstuk 6 wordt een opsomming gegeven van de verschillende partijen in de waardeketen. In hoofdstuk 7 worden de emissies waar mogelijk gekwantificeerd, waarna in hoofdstuk 8 conclusies worden getrokken uit de uitgevoerde ketenanalyse. 3

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 2 De CO 2 -prestatieladder 2.1 Scopes De CO 2 -prestatieladder is grotendeels gebaseerd op het Greenhouse Gas (GHG) Protocol van de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) en de World Resources Institute (WRI). Het GHG-protocol verdeelt de uitstoot van broeikasgassen in drie scopes op basis van de plaats waar de gassen worden uitgestoten. De CO 2 -prestatieladder heeft de scopes overgenomen, maar heeft de invulling ervan enigszins aangepast. Hieronder volgen de definities van de scopes. Scope 1: directe emissies Emissies die binnen de eigen organisatie ontstaan als gevolg van haar activiteiten, zoals emissies door de verbranding van brandstoffen in installaties, machines en eigen vervoermiddelen. Scope 2: indirecte emissies Emissies die ontstaan door de opwekking van elektriciteit die de organisatie gebruikt, zoals emissies door centrales die deze elektriciteit leveren. In tegenstelling tot het GHG-protocol rekent de CO 2 -prestatieladder zakelijke vliegreizen (Business air travel) en gebruik van privé-auto s voor zakelijke reizen (Personal cars for business travel) tot scope 2. Scope 3: indirecte emissies Emissies die het gevolg zijn van de activiteiten van de organisatie, maar die voortkomen uit bronnen waarvan de organisatie noch eigenaar, noch beheerder is. Voorbeelden zijn emissies bij de productie van ingekochte materialen, de verwerking van het bedrijfsafval en het gebruik van het door de organisatie geleverde product, dienst of levering. In de volgende figuur wordt de invulling van de scopes, zoals dat door de CO 2 prestatieladder is uitgevoerd, grafisch inzichtelijk gemaakt. Figuur 1: Scopediagram 4

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 2.2 Niveaus en invalshoeken De CO 2 -prestatieladder heeft zes treden, opklimmend van 0 naar 5, die niveaus worden genoemd. Per niveau is een vaste set van eisen gedefinieerd. Deze eisen komen voort uit vier invalshoeken, elk met een eigen weegfactor. De vier invalshoeken met bijbehorende weegfactor zijn: Invalshoek Weegfactor A Inzicht 40% B Reductie (ambitie) van CO 2 -emissie 30% C Transparantie (intern en extern) 20% D Participatie in CO 2 -initiatieven 10% De plaats van een organisatie op de ladder wordt bepaald door het hoogste niveau waarop de organisatie aan de eisen voldoet. Keuze ketenanalyses Vanuit de, door Tebezo uitgevoerde, scope 3 analyse is een top zes ontstaan met hoogste CO 2 uitstoot. Deze top 6 bestaat uit de volgende producten: - Houten palen - Stalen damwand - Dekplanken - Stortsteen - Houten gordingen - Stalen buispalen. Om in aanmerking te komen voor een ketenanalyse zijn een vijftal punten van belang, namelijk: * Relevantie * Mogelijkheden voor kostenbesparing * Het voorhanden zijn van betrouwbare informatie * Potentiële reductiebronnen * Beïnvloedingsmogelijkheden. Tijdens de scope 3 analyse is de keuze gemaakt om de keten van houten palen verder te gaan analyseren. Wat verder in dit document beschreven zal worden. 5

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 3 Beschrijving van de waardeketen 3.1 Hout Hout vormt het binnenste deel van de stam van bomen. Het wordt voor vele nuttige doelen gebruikt. Het is een belangrijke grondstof voor diverse bouw-gerelateerde toepassingen. Daarnaast is hout de grondstof voor papier en kan het als brandstof worden gebruikt. 3.2 Exploitatie van productiebossen Het hout dat nodig is voor het maken van houtproducten wordt onttrokken uit bossen. Om ontbossing tegen te gaan, worden hiervoor productiebossen of houtakkers aangeplant. Dergelijke bossen kunnen gedurende enkele jaren groeien totdat de bomen geschikt zijn om er de gewenste houtproducten mee te kunnen maken. Bij productiebossen staat de productie van hout voorop, de ecologische waarde is hieraan ondergeschikt. Door het omzagen of omhakken van bomen worden bomen geveld. De oogst vindt tegenwoordig het hele jaar door plaats. Het vellen van bomen vormt een onderdeel van gestructureerde houtkap. Houtkap vindt machinaal plaats met behulp van speciale bosbouwmachines, die de boomstammen beetpakken, bij de voet afzagen en tegelijkertijd automatisch takvrij strippen en op lengte afkorten. 3.3 Transport De op lengte afgekorte boomstammen worden per as over onverharde boswegen vervoerd naar verzamelplaatsen waar ze worden overgeladen op vrachtwagens. Deze vervoeren de boomstammen verder naar de zagerijen. 3.4 Houtzagerij In de zagerij worden de boomstammen gezaagd en/of geschaafd tot standaard handelsmaten en klantspecifieke afmetingen. De boomstammen worden bij binnenkomst gemeten en op kwaliteit en diameter gesorteerd, waarna het wordt opgeslagen. Vóór het zagen worden de boomstammen ontschorst. De schors verbrandt men voor de eigen energievoorziening van zagerij of droogkamers. Afhankelijk van kwaliteit, diameter en type zagerij stelt de zager het zaagprogramma vast. Er wordt voornamelijk gewerkt met in lijn opgestelde bandzagen. Deze delen het vervolgens op in handelsmaten. Na het zagen wordt het hout per afmeting opgeslagen en aan de lucht of in droogovens gedroogd. Daarna volgt kwaliteitssortering en het samenstellen van pakketten voor transport naar de eindbestemming. Het afval dat bij het zagen ontstaat, kan worden gebruikt bij de fabricage van houtplaten of andere van hout afgeleide producten. 3.5 Houthandel Houthandelaren importeren het hout vanuit Noord-Europa naar Nederland. Eventueel via tussenhandelaren komen de houtproducten uiteindelijk bij de houtverwerkende bedrijven terecht. 6

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 3.6 Walbeschoeiing De basis van een walbeschoeiing bestaat meestal uit een rondhoutpaal. Hiervoor wordt vaak de houtsoort Lariks toegepast. Deze palen komen veelal uit Noord-Europese bossen vanwege de kwaliteit van de palen. De Noord Europese bossen liggen meest op een hoger niveau. Dit in combinatie met het klimaat wat daar heerst zorgt er voor dat de levensduur van palen uit de omgeving hoger ligt dan hout van elders. De uitstoot die vrijkomt bij het aanbrengen van de walbeschoeiing valt binnen de uitstoot onder scope 1 & 2 3.8 End of Life Aan het eind van de levensduur zullen voorafgaand aan het plaatsen van eventuele nieuwe beschoeiingen, de oude beschoeiingen worden verwijderd. De uitstoot die vrijkomt bij het verwijderen van de oude beschoeiingen valt binnen de uitstoot onder scope 1 & 2. De oude beschoeiingen worden van de projectlocatie getransporteerd naar een erkende verwerker, of wanneer de beschoeiing nog herbruikbaar is, naar onze opslaglocatie. Bij de verwerker zal het afvalhout worden verbrand. 3.7 Schematisering waardeketen Hout Onderstaande figuur geeft de waardeketen van hout schematisch weer. In de daaropvolgende tabel wordt nader ingegaan op de CO 2 -emissie bij elke stap in de keten. C O 2 C O 2 C O 2 C O 2 C O 2 C O 2 C O 2 C O 2 Natuurlijke grondstof Transport uit het bos Houtzagerij/bewerk ing Transport Tussenhandel Transport aanbrengen en na end of life peirode verwijderen van walbeschoeiing Afvalverwerking Beschrijving van de milieueffecten bij de verschillende ketenstappen 1 Voor het laten groeien van bomen in een productiebos hoeven geen grondstoffen te worden onttrokken aan de aarde. Dit betekent niet dat bosbouw geen milieueffecten heeft. Bij de productie van hout wordt CO 2 onttrokken aan de atmosfeer, dit bedraagt ongeveer 2,0 ton / 1 ton hout (Europees naaldhout) 2 Europees naaldhout wordt per as vervoerd naar de zagerijen, dit geeft een CO 2 belasting van 110 gr/tonkm. 3 Hout moet worden gezaagd en gedroogd. Het zagen geeft een CO 2 uitstoot als gevolg van het gebruik van elektrische energie. Het drogen van het hout vergt 7

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 veel energie en geeft daarmee een relatief grote CO 2 uitstoot, circa 500 gr/ton. 4 Het gezaagde hout wordt per as naar Nederland vervoerd. Dit geeft een CO 2 belasting van 110 gr/ton/km. 5 Tussenhandel zal geen verdere bewerkingen meer doen aan het hout, dit betreft enkel intern transport en opslag, met een relatief lage CO 2 emissie 6 Vervoer van het hout naar onze projectlocatie gaat per as, dit geeft een CO 2 belasting van 110 kg/ton/km 7 Het aanbrengen van de walbeschoeiing en na de end of life periode verwijderen van de walbeschoeiing valt onder de uitstoot van scope 1 & 2 8 Vervoer van oude beschoeiing naar een erkende verwerker dan wel onze opslaglocatie gaat per as. Dit geeft een CO 2 belasting van 110 kg/ton/km. Het verbranden van het afval geeft een gemiddelde CO 2 belasting van 12gr/kg. 4 Identificeren van de partners in de waardeketen Binnen de waardeketen van hout zijn verschillende partijen te onderscheiden die bijdragen aan de totale CO 2 -uitstoot van hout. Onderstaande, niet-uitputtelijke, lijst geeft een overzicht van te onderscheiden partijen: exploitant productiebos houttransporteur houtzagerij houtimporteur / -handel bouwbedrijf eindgebruiker 5 Kwantificeren van de CO 2 -emissie Uit de visualisatie van het productieproces van hout blijkt dat er op een groot aantal punten CO 2 -emissies optreden. Per emissie wordt er in de onderstaande tabel aangegeven een kwalificatie alsmede of wij als Tebezo deze emissie positief kunnen beïnvloeden. Uitgangspunt in de berekening is een jaarlijks houtverbruik ter grootte van 5.061 ton door Tebezo Procesnummer CO 2 -uitstoot / ton 1, aanwas hout 5061 * -2,0 = -10.122 ton Deze berekening zal verder buiten beschouwing worden gelaten daar de prestatieladder dit niet toestaat. (bron: Timmer aan minder Klimaatverandering, pagina 12) 2, div. transport 400 *5061 * 110 g/tonkm = 222,68 ton CO 2 Transportafstand gemiddeld 400 km per vrachtwagen (bron: handboek SKAO) 3, houtzagerij /-bewerking niet van toepassing CO 2 emissie komt uit zaagafval (bron: Bomen over Lariks, het houtblad november) 4 transport naar tussenhandel 1030*5061* 110 g/tonkm = 573,41 ton CO 2 Transport per as, afstand vanuit Tsjechie is ca. 1.030 km 7 transport naar erkende verwerker/opslaglocatie. 50*5061*110 g/tonkm=27,84 ton CO 2. Uitgaande van een gemiddelde transportafstand van 50 kilometer van het project naar een erkende verwerker. 7 verbranden van oude beschoeiing 5061*12 g/kg = 60,73 ton CO 2 (bron Tijdschrift Lucht, nummer 2 16 april 2011) Totaal 222,68+573,41+27,84+60,73 = 884,66 ton CO 2. 8

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 (bron: handboek SKAO) 5.061 ton houtgebruik geeft een scope 3 uitstoot van circa 884 ton CO 2. Per ton hout resulteert dit in een CO 2 uitstoot van 0,1746 ton. 6 Conclusie Tebezo heeft in 2013 ongeveer 5.061 ton hout verbruikt. In deze hoeveelheid hout is 2,0 * 5.061 = 10.122 ton CO 2 opgeslagen maar de prestatieladder staat niet toe deze waarde te gebruiken. Voordat het hout echter wordt toegepast, moet dit eerst een aantal processen doorlopen. Allereerst het kappen en het transporteren van het hout naar de zagerij. Na het zagen wordt het hout gedroogd. Zagerijen gebruiken voor het drogen van hout in hun verbrandingsovens het zaagafval. Bij het drogen komt dus wel CO 2 vrij, maar omdat dit niet uit fossiele brandstoffen afkomstig is, wordt dit niet meegeteld. De palen worden vervolgens getransporteerd naar Nederland, alwaar de tussenhandel dit verder distribueert. Al deze processen hebben CO 2 emissies. Door hergebruik van houten palen kunnen de huidige bossen langer in takt blijven en zo bijdragen aan het opslaan van CO 2 en behoeft er geen nieuw bos te worden gekapt. CO 2 wordt bespaard doordat de transportbewegingen niet meer of in ieder geval in mindere mate nodig zijn. Bij hergebruik komt er alleen extra Co 2 vrij bij het trekken van de reeds bestaande palen en een stukje transport van de projectlocatie naar de opslag en later naar de nieuwe projectlocatie. Voor het trekken van bestaande palen wordt, bij deze hoeveelheid, 75 ton CO 2 uitgestoten. Voor de transport naar de tussenopslag wordt 27 ton CO 2 uitgestoten, in totaliteit dus 102 ton CO 2. Door hergebruik van houten palen kan dus een CO 2 besparing gerealiseerd worden van 782 ton CO 2 bij een totaal verbruik van 5.061 ton hout. Per ton houtverbruik kan derhalve een besparing worden gerealiseerd van 0,1545 ton. 9

Ketenanalyse houten palen 2013 November 2013 7 Bronvermelding Bij het opstellen van dit document is gebruik gemaakt van de onderstaande bronnen: 1) website www.centrum-hout.nl 2) website www.houtinfo.nl 3) Bomen over Lariks, Het houtblad november 2001 4) Timmer aan minder Klimaatverandering, gebruik hout! http://www.cei-bois.org 5)Handboek CO 2 prestatieladder SKAO 6) Tijdschrift Lucht, nummer 2 16 april 2011 10

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 Ketenanalyse stalen buispalen 2013 Genemuiden November 2013 Versie 1.0 definitief \1

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Leeswijzer 3 2 De CO 2 -prestatieladder 4 2.1 Scopes 4 2.2 Niveaus en invalshoeken 5 3 Beschrijving van de waardeketen 6 3.1 Stalen buispalen 6 3.2 Schematisering waardeketen Stalen buispalen 7 4 Identificeren van de partners in de waardeketen 8 5 Kwantificeren van de CO 2 -emissie 8 6 Conclusie 9 7 Bronvermelding 10 \2

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 1 Inleiding 1.1 Doel van dit document Om een wezenlijke bijdrage te leveren aan de mondiale vermindering van de CO 2 -uitstoot heeft Tebezo Waterbouw en Nautische Dienstverlening B.V. (hierna, Tebezo) de wens om eind 2013 op niveau 4 van de CO 2 prestatieladder te staan. Onderdeel van niveau 4 van de CO 2 -prestatieladder is het in kaart brengen van de scope-3 emissies van de organisatie. Scope 3-emissies ontstaan bij de productie van producten en de levering van diensten, die door de organisatie worden ingekocht. Het Greenhouse Gas (GHG) Protocol van de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) en de World Resources Institute (WRI) beschrijft een methodiek om de Scope 3-emissies van een organisatie in kaart te brengen. Toepassing van deze methodiek wordt door de CO 2 -prestatieladder geëist. De methodiek bestaat uit vier stappen: 1. Het in hoofdlijnen in kaart brengen van de waardeketen; 2. het bepalen van de relevante scope 3-emissiebronnen; 3. het identificeren van de partners in het kader van de waardeketen; 4. het kwantificeren van de data, vallende binnen de grenzen van scope 3. In dit document worden, overeenkomstig de methodiek, de relevante scope 3-emissies bepaald die een gevolg zijn van de inkoop van stalen buispalen door Tebezo ten behoeve van het realiseren van afmeervoorzieningen en aanverwante zaken. 1.2 Leeswijzer In het volgende hoofdstuk wordt eerst een samenvatting gegeven van de CO 2 prestatieladder. Hoofdstuk 3 gaat in op de afweging welke waardeketens binnen Tebezo geanalyseerd zullen worden. In dit hoofdstuk worden de gemaakt keuzes gemotiveerd. Hoofdstuk 4 beschrijft de waardeketen van ruwe grondstof tot en met de eindgebruiker. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de relevante emissiebronnen in de keten. Welke bronnen dragen aanzienlijk bij aan de totale CO 2 -emissie van de waardeketen. Daarbij wordt tevens stilgestaan bij de mate van beïnvloeding door Tebezo op de CO 2 -emissies van derden. In hoofdstuk 6 wordt een opsomming gegeven van de verschillende partijen in de waardeketen. In hoofdstuk 7 worden de emissies waar mogelijk gekwantificeerd, waarna in hoofdstuk 8 conclusies worden getrokken uit de uitgevoerde ketenanalyse. \3

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 2 De CO 2 -prestatieladder 2.1 Scopes De CO 2 -prestatieladder is grotendeels gebaseerd op het Greenhouse Gas (GHG) Protocol van de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) en de World Resources Institute (WRI). Het GHG-protocol verdeelt de uitstoot van broeikasgassen in drie scopes op basis van de plaats waar de gassen worden uitgestoten. De CO 2 -prestatieladder heeft de scopes overgenomen, maar heeft de invulling ervan enigszins aangepast. Hieronder volgen de definities van de scopes. Scope 1: directe emissies Emissies die binnen de eigen organisatie ontstaan als gevolg van haar activiteiten, zoals emissies door de verbranding van brandstoffen in installaties, machines en eigen vervoermiddelen. Scope 2: indirecte emissies Emissies die ontstaan door de opwekking van elektriciteit die de organisatie gebruikt, zoals emissies door centrales die deze elektriciteit leveren. In tegenstelling tot het GHG-protocol rekent de CO 2 -prestatieladder zakelijke vliegreizen (Business air travel) en gebruik van privé-auto s voor zakelijke reizen (Personal cars for business travel) tot scope 2. Scope 3: indirecte emissies Emissies die het gevolg zijn van de activiteiten van de organisatie, maar die voortkomen uit bronnen waarvan de organisatie noch eigenaar, noch beheerder is. Voorbeelden zijn emissies bij de productie van ingekochte materialen, de verwerking van het bedrijfsafval en het gebruik van het door de organisatie geleverde product, dienst of levering. In de volgende figuur wordt de invulling van de scopes, zoals dat door de CO 2 prestatieladder is uitgevoerd, grafisch inzichtelijk gemaakt. Figuur 1: Scopediagram \4

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 2.2 Niveaus en invalshoeken De CO 2 -prestatieladder heeft zes treden, opklimmend van 0 naar 5, die niveaus worden genoemd. Per niveau is een vaste set van eisen gedefinieerd. Deze eisen komen voort uit vier invalshoeken, elk met een eigen weegfactor. De vier invalshoeken met bijbehorende weegfactor zijn: Invalshoek Weegfactor A Inzicht 40% B Reductie (ambitie) van CO 2 -emissie 30% C Transparantie (intern en extern) 20% D Participatie in CO 2 -initiatieven 10% De plaats van een organisatie op de ladder wordt bepaald door het hoogste niveau waarop de organisatie aan de eisen voldoet. Keuze ketenanalyses Vanuit de, door Tebezo uitgevoerde, scope 3 analyse is een top zes ontstaan met hoogste CO 2 uitstoot. Deze top 6 bestaat uit de volgende producten: - Houten palen - Stalen damwand - Dekplanken - Stortsteen - Houten gordingen - Stalen buispalen. Om in aanmerking te komen voor een ketenanalyse zijn een vijftal punten van belang, namelijk: * Relevantie * Mogelijkheden voor kostenbesparing * Het voorhanden zijn van betrouwbare informatie * Potentiële reductiebronnen * Beïnvloedingsmogelijkheden. Tijdens de scope 3 analyse is de keuze gemaakt om de keten van stalen buispalen verder te gaan analyseren. Wat verder in dit document beschreven zal worden. \5

Ketenanalyse stalen buispalen 2013 November 2013 3 Beschrijving van de waardeketen 3.1 stalen buispalen De fabricage van stalen buispalen start met het winnen van ruwe materialen die vervolgens naar de productiefaciliteiten worden getransporteerd. De ruwe materialen worden vervolgens verwerkt tot ijzer en aansluitend tot een toepasbaar staal product. Vervolgens wordt het staal getransporteerd naar de verwerker die de platen walst en vervolgens verwerkt tot buizen. De buizen worden getransporteerd naar de tussenhandelaar in Nederland die verder geen bewerkingen meer uitvoert. Van de tussenhandelaar vind het transport plaats tot de projectlocatie. De uitstoot die vrijkomt bij het aanbrengen van de stalen buispalen valt binnen de uitstoot onder scope 1 & 2. Aan het einde van de levensduur zullen de stalen buispalen worden verwijderd en worden afgevoerd naar een erkende verwerker voor verdere recycling. Het verwijderen van de stalen buispalen valt binnen de uitstoot onder scope 1 & 2. \6