de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Vergelijkbare documenten
AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 juni 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 januari 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 juli 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2016) 3337 final ANNEXES 1 to 2.

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 april 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juli 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 juli 2010 (05.08) (OR. en) 12675/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0206 (APP)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 8467 definitief

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 december 2012 (OR. en) 17603/12 FISC 194

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2017) 467 final - ANNEX 1. Bijlage: COM(2017) 467 final - ANNEX /17 ADD 1 sp DG D 1A

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 september 2014 (OR. en)

Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2017) 357 final. Bijlage: COM(2017) 357 final /17 fb DG D 2A. Raad van de Europese Unie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

Raad van de Europese Unie Brussel, 30 augustus 2016 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 januari 2006 (01.02) (OR. en) 5853/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0010 (CNS) SOC 42 ECOFIN 27

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 maart 2010 (OR. en) 7934/10 ECOFIN 182 UEM 86

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 september 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Uwe CORSEPIUS, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2015) 4394 final. Bijlage: C(2015) 4394 final /15 hh DGG 3A. Raad van de Europese Unie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 mei 2012 (OR. en) 10369/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0390 (COD)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en)

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2009) 283 definitief.

PUBLIC. Brussel, 8 oktober 2009 (08.10) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 14149/09 LIMITE ENV 649 ENT 183

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 juni 2012 (12.06) (OR. en) 11197/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0145 (COD)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 augustus 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 april 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 augustus 2017 (OR. en)

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2015) 5533 final - BIJLAGEN 1 en 2.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96

Transcriptie:

Raad van de Europese Unie Brussel, 5 juli 2017 (OR. en) 11009/17 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 29 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: FISC 158 EF 156 ECOFIN 625 SURE 28 SOC 531 de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie C(2017) 4393 final AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 29.6.2017 inzake de fiscale behandeling van persoonlijke pensioenproducten, inclusief het pan-europees persoonlijk pensioenproduct Hierbij gaat voor de delegaties document C(2017) 4393 final. Bijlage: C(2017) 4393 final 11009/17 gc DG G 2B NL

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.6.2017 C(2017) 4393 final AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 29.6.2017 inzake de fiscale behandeling van persoonlijke pensioenproducten, inclusief het pan- Europees persoonlijk pensioenproduct {SWD(2017) 243} {SWD(2017) 244} NL NL

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 29.6.2017 inzake de fiscale behandeling van persoonlijke pensioenproducten, inclusief het pan- Europees persoonlijk pensioenproduct DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 292, Overwegende hetgeen volgt: (1) Voor persoonlijke pensioenen is een belangrijke rol weggelegd in het koppelen van langetermijnspaarders aan langetermijninvesteringskansen. (2) Bedoeld om spaarders van een pensioeninkomen te voorzien, kunnen producten die krachtens het nationaal recht als persoonlijk pensioenproduct gelden, inspelen op de demografische uitdagingen van de vergrijzing en veranderende werkpatronen onder de beroepsbevolking, maar ook helpen om in de toekomst toereikende vervangingspercentages als aanvulling op overheids- of bedrijfspensioenen zeker te stellen. Voor het bereiken van hun pensioendoelstellingen zijn huishoudens gebaat bij een beter aanbod aan persoonlijke pensioenproducten. (3) Het initiatief inzake een pan-europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP) maakt deel uit van de kapitaalmarktenunie, die erop is gericht kapitaal in de Unie te mobiliseren en het te kanaliseren naar alle bedrijven, inclusief het MKB, infrastructuur en duurzame langetermijnprojecten die dit kapitaal nodig hebben om te expanderen en banen te creëren. (4) In zijn resolutie van 19 januari 2016 1 heeft het Europees Parlement benadrukt dat "een omgeving moet worden gecreëerd waarin de innovatie van financiële producten wordt gestimuleerd, zodat meer diversiteit en voordelen voor de reële economie worden bewerkstelligd en wordt voorzien in sterkere investeringsprikkels, en die eveneens kan bijdragen tot de waarborging van adequate, veilige en duurzame pensioenen, bijvoorbeeld door middel van de ontwikkeling van een Pan-Europees pensioenproduct (PEPP), met een eenvoudige en transparante opzet". (5) In zijn conclusies van 28 juni 2016 2 heeft de Europese Raad opgeroepen tot "snelle en vastberaden vooruitgang om te zorgen voor een gemakkelijker toegang tot financiering voor bedrijven en om investeringen in de reële economie te ondersteunen door vaart te zetten achter de agenda voor de kapitaalmarktenunie". 1 2 Resolutie van het Europees Parlement van 19 januari 2016 over de inventaris en uitdagingen van de EU-verordening financiële diensten: impact en op weg naar een efficiënter en doeltreffender EU-kader voor financiële regelgeving en een kapitaalmarktenunie (2015/2106(INI), punt 20. Conclusies van de Europese Raad van 28 juni 2016 (EUCO 26/16), punt 11. NL 2 NL

(6) De ontwikkeling van een toekomstig PEPP draagt bij tot ruimere keuzemogelijkheden voor pensioensparen en tot de opbouw van een Uniemarkt voor persoonlijke particuliere pensioenen. (7) In tal van lidstaten spelen fiscale prikkels een belangrijke rol bij de bevordering van het gebruik van persoonlijke pensioenproducten (PPP's). Fiscale prikkels voor PPP's kunnen verschillende vormen aannemen. In veel lidstaten komen de voor een PPP betaalde bijdragen in aanmerking voor een of andere vorm van belastingvermindering. Evenzo blijven de beleggingsresultaten van de PPP's in veel lidstaten expliciet dan wel de facto onbelast, als de aanbieder belastingplichtig is, maar de stortingen in de pensioenreserve in mindering mag brengen op de belastinggrondslag. Fiscale prikkels kunnen ook in de afbouwfase worden toegekend in de vorm van de toepassing van een gunstig belastingtarief op het uitgekeerde persoonlijk pensioen. (8) Het beginsel van nationale behandeling, dat uit de artikelen 21, 45, 49, 56 en 63 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voortvloeit, geldt in de uitleg van het Hof van Justitie van de Europese Unie 3 ook voor PEPP-spaarders. Derhalve zou het mogelijk moeten worden dat een PEPP dat objectief vergelijkbaar is met een in een bepaalde lidstaat in de handel gebracht PPP, van dezelfde belastingvermindering profiteert als het PPP in die lidstaat. Dit geldt ook voor de gevallen waarin het PEPP door een aanbieder uit een andere lidstaat wordt aangeboden 4. (9) Na de lancering van het PEPP zouden de lidstaten de belastingvoordelen die zij aan nationale PPP's toekennen, ook moeten verlenen aan het PEPP, zodat een toekomstig PEPP onder het toepassingsgebied van bestaande nationale fiscale prikkels voor PPP's kan vallen zelfs zonder dat het aan alle nationale criteria voor belastingvermindering voldoet. (10) De lidstaten zouden de Commissie moeten informeren over de uitvoering van deze aanbeveling, HEEFT DE VOLGENDE AANBEVELING VASTGESTELD: 1. VOORWERP 3 4 Zie bijvoorbeeld arrest van het Hof van Justitie van 12 december 2002, de Groot, C-385/00, ECLI:EU:C:2002:750, punt 94; arrest van het Hof van Justitie van 9 november 2006, Turpeinen, C- 520/04, ECLI:EU:C:2006:703, punt 20, en arrest van het Hof van Justitie van 16 oktober 2008, Renneberg, C-527/06, ECLI:EU:C:2008:566, punt 51. Arrest van het Hof van Justitie van 26 juni 2003, Skandia en Ramstedt, C-422/01, ECLI:EU:C:2003:380, waarin het Hof in punt 62 heeft geoordeeld dat: "(...) artikel 49 EG zich ertegen verzet dat een verzekering die bij een in een andere lidstaat gevestigde verzekeraar wordt afgesloten en voldoet aan alle voorwaarden die het nationale recht voor een aanvullende pensioenverzekering stelt, behalve aan de voorwaarde dat zij bij een op het nationale grondgebied gevestigde verzekeraar is afgesloten, uit fiscaal oogpunt anders wordt behandeld, met gevolgen voor de inkomstenbelasting die, naar gelang van de omstandigheden van het geval, ongunstiger kunnen zijn". NL 3 NL

Deze aanbeveling heeft betrekking op de toepassing door de lidstaten van belastingregels op natuurlijke personen die als PEPP-spaarder in aanmerking komen. 2. AANBEVELING 2.1. De lidstaten kennen PEPP's die in het kader van Verordening (EU).../... van het Europees Parlement en de Raad 5 worden aangeboden, na de lancering ervan op de markt voor persoonlijke pensioenen dezelfde belastingvermindering toe als die welke aan nationale PPP's is toegekend, ook al voldoen de PEPP-productkenmerken niet aan alle door de lidstaat voorgeschreven criteria voor de toekenning van een belastingvermindering aan PPP's. Wanneer er in een lidstaat meerdere soorten PPP's zijn, verleent die lidstaat de PEPP's de gunstigste fiscale behandeling die voor zijn PPP's beschikbaar is. 2.2. Om de totstandbrenging van een eengemaakte markt voor persoonlijke pensioenen te versnellen, wisselen de lidstaten informatie over de beste praktijken voor de belastingheffing van PEPP's en PPP's uit, teneinde hun nationale criteria voor de toekenning van fiscale prikkels zoveel mogelijk onderling af te stemmen en de portabiliteit van dergelijke producten te bevorderen. Die uitwisseling kan in het kader van een door de Commissie opgerichte deskundigengroep van vertegenwoordigers van de lidstaten plaatsvinden. 3. VERVOLGACTIE De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk drie jaar na de datum waarop Verordening (EU).../... 6 van toepassing wordt, in kennis van de in het kader van de onderhavige aanbeveling genomen maatregelen, alsmede van eventuele wijzigingen in dergelijke maatregelen. Deze aanbeveling is gericht tot de lidstaten. 4. ADRESSATEN 5 6 Zie Voorstel van de Commissie voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake een pan-europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP), COM(2017) 343 final van 29.6.2017, 2017/0143 (COD). Zie Voorstel van de Commissie voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake een pan-europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP), COM(2017) 343 final van 29.6.2017, 2017/0143 (COD). NL 4 NL

Gedaan te Brussel, op 29.6.2017 Voor de Commissie Valdis Dombrovskis Vicevoorzitter NL 5 NL