PATIËNTEN INFORMATIE. De bevalling

Vergelijkbare documenten
PATIËNTEN INFORMATIE. De keizersnede

PATIËNTEN INFORMATIE. Het verloskwartier

Keizersnede INFORMATIEBROCHURE VOOR DE PATIËNT

keizersnede Materniteit

Ruggenprik tijdens de bevalling

Wat u moet weten. over een epidurale verdoving bij de bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Epidurale pijnstilling

Epidurale verdoving. tijdens de arbeid en de bevalling INFORMATIEBROCHURE VOOR DE PATIËNT EN INFORMED CONSENT

INFOBROCHURE Epidurale pijnverdoving bij bevalling Verpleegeenheid verloskunde - Route 110

SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS. Anesthesie Epidurale verdoving bij een bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Gynaecologie: laparascopie

Wat u moet weten bij Epidurale. patiënteninformatie

EPIDURALE PIJNVERDOVING BIJ BEVALLING

> Epidurale verdoving bij bevalling Spinale verdoving bij keizersnede

Transfusie van bloed of bloedproducten

PATIËNTEN INFORMATIE LETZ

Pijnstilling tijdens de bevalling

Keizersnede INFORMATIE VOOR PATIËNTEN

ANESTHESIEBROCHURE MATERNITEIT EPIDURALE VERDOVING BIJ ARBEID EN BEVALLING / KEIZERSNEDE GECOMBINEERDE EPIDURALE SPINALE VERDOVING BIJ KEIZERSNEDE

epidurale verdoving Materniteit

ANESTHESIE: EPIDURALE VERDOVING BIJ EEN BEVALLING

PATIËNTEN INFORMATIE HYDROCÈLE

Patiënteninformatie. Pijnbehandeling bij de bevalling

Informatiebrochure Epidurale verdoving bij bevalling Spinale verdoving bij keizersnede

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Curettage

DRBR1038 EPIDURALE ANESTHESIE BIJ EEN BEVALLING

Wie zijn wij. ! Verloskundigen. ! Ziekenhuizen. ! Kraamzorg

Ruggenprik bij een bevalling Epiduraal analgesie

Hoe bereikt u Materniteit

Een stuitligging. Wat nu?

Klinisch bevallen in het Elkerliek ziekenhuis

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Klinisch bevallen in het Elkerliek ziekenhuis

Epidurale verdoving bij bevalling en spinale verdoving bij keizersnede. met toestemmingsformulier

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Pijnstilling tijdens de bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Epidurale infiltratie zenuwwortel

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Zwangerschap en bevalling na een eerdere keizersnede

Patiënteninformatie. Bloedtransfusie

Klinisch bevallen. in het Elkerliek ziekenhuis.

PATIËNTEN INFORMATIE. Neonatologie

Bevallen in Bronovo. Welkom! Presentatie Verloskunde en Gynaecologie

Pijnstilling via de pijnpomp

Keizersnede. Versie oktober objectid vzw Jessa Ziekenhuis Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt,

Pijnbestrijding bij de bevalling

Pijnbestrijding bij bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE SEDATIE. en richtlijnen na dagopname

Waarom is een keizersnede nodig? Een keizersnede is nodig:

Wordt u de volgende dag geopereerd? Dan mag u tot 6 uur voor de opnametijd nog eten en tot 2 uur voor de opnametijd nog heldere vloeistof drinken.

Pijnbehandeling tijdens de bevalling

Infobrochure. Bloedtransfusie. mensen zorgen voor mensen

EPIDURALE INSPUITING MET CORTICOSTEROÏDEN BIJ RUGPIJN

PATIËNTEN INFORMATIE. Curettage

Zorgdepartement informatiebrochure Bloedtransfusie

PATIËNTEN INFORMATIE CORRECTIE NEUSTUSSEN- SCHOT

De anesthesie. Auteur(s) Betekenis van logo s. Deze dia werd goedgekeurd door de Werkgroep Verloskunde VVOG

PATIËNTEN INFORMATIE. Plaatsen Verwijderen OSM

Deze informatiefolder geeft u meer informatie over bloedtransfusies en probeert op een aantal veel gestelde vragen antwoorden te geven.

Medicamenteuze pijnstilling tijdens de bevalling... 2 Injecties met pethidine (morfine-achtige stof) Toepassing... 4

Pijnbestrijding bij bevalling

Bloedtransfusie. Informatiebrochure

PATIËNTEN INFORMATIE CYSTE

SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS. LUMBALE en CERVICALE epidurale infiltratie

Pijnbestrijding. tijdens de bevalling

Inleiding van de bevalling

Welkom op onze informatieavond over de bevalling

Een ruggenprik bij de bevalling

Het keizersnede boek

Programma. Filmpje. Presentaties nalezen? Informatieavond over de bevalling. Gynaecologie en verloskunde Bevallen

Deze folder geeft informatie over de gebruikelijke gang van zaken rond een keizersnede. De medische term daarvoor is een sectio caesarea.

Het keizersnede boek

Informatiebrochure. Bloedtransfusie

Epidurale anesthesie bij een bevalling. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6.

Vlot herstel na een darmoperatie

Bevalling. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

ONTHAALBROCHURE VAN HET VERLOSKWARTIER

Gebroken vliezen. Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen.

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

H Pijnbestrijding tijdens de bevalling (copyright NVOG)

informatiebrochure Curettage ziekenhuis maas en kempen Dienst Gynaecologie

Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte

Pijnbehandeling tijdens de bevalling

De bevalling. Informatieavond over de bevalling Thuis. Programma. Filmpje. Waar kunt u veilig bevallen? Wie gaat uw bevalling begeleiden?

Kinderen. Bloedtransfusie. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

PATIËNTEN INFORMATIE SEDATIE. en richtlijnen na dagopname

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Ingreep in het dagziekenhuis: CYSTE

SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS. Epidurale inspuiting met corticosteroïden bij rugpijnen

Hoe werkt een badbevalling?

PATIËNTEN INFORMATIE. Niersteen- verbrijzeling

PATIËNTEN INFORMATIE. Neonatologie

bloed, ademhaling & spijsvertering info voor patiënten Bloedtransfusies

PATIËNTEN INFORMATIE. GEDEELTELIJK WEGSNIJDEN VAN HET NEUSSLIJMVLIES (neusschelpstaarten)

Bevallen na een eerdere keizersnede

PATIËNTEN INFORMATIE. Carpaal Tunnel Syndroom (CTS)

Anesthesiologie. Pijnbestrijding bij de bevalling

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Transcriptie:

PATIËNTEN INFORMATIE De bevalling

Beste toekomstige ouder(s) Eerst en vooral willen we je van harte proficiat wensen met de zwangerschap. Weldra sta je aan het begin van een nieuw avontuur: de geboorte van je kleine spruit. Zwanger zijn is echter niet alleen een unieke ervaring, maar ook een periode met heel veel vragen. Daarom stelden de vroedvrouwen en de gynaecologen van onze kraamafdeling deze brochure samen. Aan de hand van deze brochure willen we je meer informatie geven over de volgende onderwerpen: de bevalling de epidurale verdoving de geplande keizersnede toediening van bloedproducten We hopen alle aspecten hiervan te behandelen en zullen je ook enkele praktische tips meegeven. We vragen je om deze brochure na te lezen, achteraan te tekenen en deze brochure terug mee te brengen bij je opname op het verloskwartier. Mocht je na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, aarzel dan niet één van onze vroedvrouwen aan te spreken. We wensen je een voorspoedig verloop van de zwangerschap en de geboorte van een gezonde baby. Het vroedkundig team Wanneer je na 22 uur s avonds en vóór 6 uur s morgens het ziekenhuis wil bereiken, dan dien je dit te doen via de nachtingang. De nachtingang is dezelfde ingang als van de huidige spoedopname, gelegen in de Zelestraat. 3

Wie zijn we Ons verloskundig team bestaat uit zes gynaecologen, drie kinderartsen en een dertigtal gemotiveerde vroedvrouwen waaronder lactatiekundigen. Gynaecologen: dr. Joke Bulthé dr. Ann De Smet dr. Annabel Goossens dr. Patricia Scheidt dr. Kristin Van Mensel dr. Kathleen Verbeken Kinderartsen: dr. Lubos Fedora dr. Koen Moens dr. Zornitsa Vassileva Onze gynaecologen en kinderartsen werken met een wachtsysteem voor nachten en weekends. Het is dus best mogelijk dat je tijdens de bevalling door een andere gynaecoloog dan je eigen gynaecoloog wordt bijgestaan. De kinderarts die op het moment van de bevalling van wacht is, zal de behandeling van je baby van begin tot ontslag opvolgen. Wanneer kom je binnen Een zwangerschap duurt 40 weken en daar proberen we altijd naar te streven. Als de weeën zich echter aanmelden voor de 37 ste week, dan spreken we van een premature arbeid. Het team van gynaecologen en vroedvrouwen in het AZ Lokeren kan je begeleiden in arbeid en bevalling vanaf 32 weken zwangerschap. Vóór 32 weken word je overgebracht naar de kraamafdeling met intensieve zorgen van onze partner UZ Gent. Sommige baby s vinden het echter heel fijn in mama s buikje en willen er langer dan 41 weken blijven. Dan spreken we van een postmature zwangerschap. De gynaecoloog zal dit met jou bespreken en een eventuele inleiding (inductie) plannen. 4

Wanneer word je opgenomen Bij bloedverlies Bij vruchtwaterverlies: -- Directe opname is nodig bij GBS-positieve vaginale kweken (omdat toediening van antibiotica via een infuus noodzakelijk is). Dit wordt doorgegeven door je arts. -- Bij meconiaal vruchtwater (groen van kleur). Bij regelmatige contracties om de 5 minuten. (Bij een tweede kindje om de 10 minuten.) Bij verminderde kindsbewegingen van de baby. Op doktersadvies (bijvoorbeeld bij een inleiding). Twijfel je? Aarzel zeker niet de gynaecoloog of de kraamafdeling te bellen. De gynaecoloog kan je tijdens de kantooruren bereiken, de kraamafdeling kan je dag en nacht bellen: tel. 09 340 80 60. Tekenen van beginnende arbeid Het verliezen van de slijmprop Dit is meestal het eerste signaal van beginnende arbeid. Je hoeft echter niet te panikeren. Dit kan al een week vóór de effectieve start van de weeën gebeuren. Weeën In het begin zijn de weeën dikwijls onregelmatig, later worden ze regelmatiger. Je kan de contracties in je buik, rug en bovenbenen voelen. Het is vaak een pijnlijke gewaarwording. Breken van de vliezen Het breken van de vliezen is niet pijnlijk, maar gebeurt wel onverwachts. Let altijd op het tijdstip waarop je vliezen breken en de kleur van het vruchtwater. Het vruchtwater is normaal helder en heeft een zoete geur. 5

Opname in het verloskwartier Je kan het ziekenhuis binnengaan via de hoofdingang. Overdag kan je rechtstreeks naar de kraamafdeling komen. Als je s nachts naar het ziekenhuis komt, is het nodig je aan te melden aan de balie via de nachtingang (zie pagina 3). Wat breng je mee naar het ziekenhuis zwangerschapsboekje bloedgroepkaart identiteitskaart makkelijk zittende kledij pyjama voor na de bevalling fototoestel, camera, lectuur, muziek enz. babykleertjes en muts Op het verloskwartier wordt enkel je partner toegelaten tijdens de arbeid en de bevalling. Indien je partner niet aanwezig kan zijn, mag je door een andere persoon worden bijgestaan. Het verloskwartier is enkel toegankelijk met een badge. Je partner krijgt een badge, maar na het verblijf dient deze te worden teruggegeven, zoniet wordt een waarborg van 25 aangerekend. 6

Verloop van de arbeid Het eerste deel van de bevalling wordt de ontsluitingsfase genoemd. Wanneer de ontsluiting volledig is (10 cm) kan je starten met persen. De ontsluiting van de baarmoeder neemt van de hele bevalling de meeste tijd in beslag. De duur hangt af van een aantal factoren (onder andere of je een eerste kindje verwacht, de inleiding, de grootte van het kind enz.) en varieert tussen één en zestien uren. Wees dus geduldig. Schets van het verloop De vroedvrouw brengt je naar een arbeidskamer en begeleidt je doorheen de hele bevalling. Dit is steeds dezelfde vroedvrouw, tenzij ze wordt vervangen tijdens de wissel van de ploegdienst. De vroedvrouw meet de weeënfrequentie en het hartritme van de baby via een monitor gedurende 30 minuten. Ze voert een vaginaal onderzoek uit om de ontsluiting te bepalen. Bloeddruk en temperatuur worden gemeten. De vroedvrouw belt de gynaecoloog om verslag uit te brengen en het verder verloop uit te stippelen. Het verloskundig dossier wordt opgemaakt. We raden je aan niet veel meer te eten tijdens de arbeid (dit verhoogt de kans op braken). Druivensuiker, water of frisdrank kan wel. Tijdens de arbeid zoeken we naar de meest comfortabele houding. De controle van het hartritme, de weeënfrequentie en de ontsluiting gebeurt op regelmatige tijdstippen tot je volledige ontsluiting hebt. Soms is het mogelijk dat de weeën afnemen in frequentie en sterkte. Dan is het nodig om (op doktersvoorschrift) bij te stimuleren. Dat kan op drie manieren: Tabletje/tampon vaginaal inbrengen. Vliezen kunstmatig breken wanneer dat nog niet spontaan is gebeurd. Infuus met medicatie toedienen. 7

Het is heel belangrijk om er bewust van te zijn dat arbeid en bevalling een natuurlijk gebeuren is. Dit vraagt dus tijd, geduld en een positieve ingesteldheid. Angst is uit den boze. Een rustige en ontspannen houding bevordert de ontsluiting. Vanzelfsprekend is dat niet altijd gemakkelijk, en zeker niet wanneer je pijn hebt. Opvangen van de pijn De vroedvrouw en je partner kunnen een aantal technieken toepassen om de pijn tijdens de arbeid en de bevalling te verlichten. Je wordt onder meer begeleid bij je ademhaling en we zoeken steeds naar de meest comfortabele houding. Verder kunnen ook een rugmassage, een hotpack en oefeningen met de bal wonderen doen. Bovendien beschikt ons verloskwartier over een ontspannend bubbelbad. Je kan natuurlijk ook kiezen voor een epidurale verdoving. 8

De bevalling Als je 10 cm bereikt, krijg je persdrang. Dit is het moment waarop je naar de verloskamer wordt gebracht. Eens op de bevallingstafel zal je op een actieve manier moeten meewerken. Bij elke wee dien je goed mee te persen. Elke keer wanneer je perst, schuift het babyhoofdje iets lager. Hoelang je moet meepersen hangt af van verschillende factoren: de grootte van de baby, de sterkte van de weeën, de kracht van de mama, de perstechniek, de sterkte van de bekkenbodemspieren enz. Een normale bevalling duurt 30 à 60 minuten. Gewoonlijk doet de mama het werk nu helemaal alleen, maar soms moet de gynaecoloog meehelpen door een episiotomie te plaatsen (dit is een kleine insnijding ter hoogte van het perineum) of door gebruik te maken van een zuignap (vacuüm). In sommige omstandigheden kan de gynaecoloog beslissen om over te gaan tot een keizersnede in het belang van moeder en/of kind. Eens de baby geboren is, knipt de partner of de gynaecoloog de navelstreng door. Daarna leggen we de baby naakt op de buik van mama (skin-to-skin) om zo de moeder-kindrelatie te bevorderen. Bovendien wordt daardoor ook de temperatuur van de baby op peil gehouden. Daarna is het tijd voor de eerste zorgen: de baby wordt gemeten, gewogen, temperatuur genomen en krijgt zijn eerste beoordeling: de apgarscore. Hierbij worden punten gegeven op ademhaling, kleur, spiertonus, hartfrequentie en reflexen. Na de bevalling moet je nog één hindernis nemen: de geboorte van de moederkoek of placenta. Dit verloopt meestal heel vlot en binnen de 15 minuten na de geboorte van de baby. Indien je dit wenst, kan je de placenta meenemen naar huis (breng dan een goed sluitende plastiek doos mee). Als dit alles achter de rug is, word je in een bed geïnstalleerd en kan je samen met je baby, moe maar gelukkig, naar je kamer. 9

De kinderarts die je baby opvolgt, zal regelmatig op de kamer je baby onderzoeken. De kinderarts is per definitie niet aanwezig bij een normale bevalling, enkel bij risicobevallingen zoals bijvoorbeeld een keizersnede, meconiaal vruchtwater, slechte harttonen, vroeggeboorte enz. Prenatale lessen Wij nodigen jullie uit voor een lessenreeks ter voorbereiding op de bevalling. De eerste les behandelt de borstvoeding, terwijl de tweede les uitgebreid ingaat op de arbeid en bevalling. Bovendien geven we je een rondleiding doorheen de kraamafdeling. Voor data en inschrijven kan je terecht op het nummer 09 340 83 85 (tijdens kantooruren) of tijdens de kraambeurs. Je kan de lessen ook apart volgen. Noteer alvast dat de lessen stipt om 19.30 uur starten op de kraamafdeling van het ziekenhuis. 10

Epidurale pijstilling

Wat is een epidurale? Het is een techniek die dient om de pijn van de baarmoedercontracties tijdens de arbeid te verminderen of zelfs weg te nemen. De epidurale werkt door de voortgeleiding van de pijn vanuit de baarmoeder te onderbreken. Deze onderbreking gebeurt in de buurt van het ruggenmerg, in de epidurale ruimte. Er wordt een lokaal anestheticum, samen met een morfinederivaat ingespoten langs een fijne katheter (buisje) dat met behulp van een speciale naald ter plaatse wordt gebracht. Dit is momenteel de meest efficiënte manier om de pijn tijdens de bevalling te verzachten. Er bestaan alternatieven voor een epidurale: ademhalingstechnieken, relaxatie in het ligbad, gymnastiekbal, voetzool reflexologie, medicamenteuze pijnbestrijding enz. Ze zullen je worden voorgesteld indien een epidurale niet kan worden geplaatst. Indien het nodig zou zijn om een keizersnede of een andere ingreep uit te voeren, kan de epidurale tevens hiervoor worden gebruikt. In dit geval zal het de anesthesist zijn die beslist om de epidurale of een andere anesthesietechniek te gebruiken, afhankelijk van de omstandigheden en de klinische toestand. Het plaatsen van een epidurale Voor tot het plaatsen van een epidurale kan worden overgegaan, wordt eerst een infuus aangelegd op het hand of de voorarm. Na het dossier te hebben geraadpleegd en na dit ondertekend document te hebben gezien, zullen de anesthesist en de vroedvrouw je op de rand van het bed installeren, hetzij op de zij, hetzij zittend. De epidurale moet op een steriele wijze worden geplaatst. Dit is de reden waarom de anesthesist een muts met masker en steriele handschoenen zal dragen. De arts zal eerst het onderste gedeelte van je rug ontsmetten, daarna een lokale verdoving voor de huid geven en tenslotte de epidurale naald en katheter inbrengen. 12

Het is uiterst belangrijk hierbij niet te bewegen en de arts te waarschuwen bij elke contractie die je voelt. Het inbrengen van de katheter in de epidurale ruimte kan soms een klein elektrisch schokje teweegbrengen dat je in de rug of tot in de benen voelt. Eenmaal de katheter ter plaatse zit, wordt de naald verwijderd en wordt er een verbandje gekleefd. Er wordt een monitor voor bloeddruk, hartfrequentie en zuurstofsaturatie aangelegd en de anesthesist spuit de eerste dosis van het verdovend product via de katheter in. De pijnverdoving zal pas na 10 tot 20 minuten merkbaar zijn. Een pomp zorgt voor de continue verdoving. Gedurende de hele duur van de arbeid zal de vroedvrouw regelmatig de kwaliteit van de analgesie controleren. Na de geboorte van je kind wordt de katheter door de vroedvrouw verwijderd. Technische moeilijkheden De epidurale ruimte bevat veel bloedvaten. Bij het plaatsen kan de katheter in één van deze bloedvaten terechtkomen. ln dit geval wordt de katheter verwijderd en wordt de procedure opnieuw opgestart. Dit heeft geen enkel gevolg voor jou. Zelfs in de handen van iemand met veel ervaring kan het plaatsen van een epidurale moeilijk of zelfs onmogelijk zijn. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van obesitas, vervormingen van de ruggengraat (bijvoorbeeld scoliose), chirurgie aan de ruggengraat of bij onvoldoende medewerking van de aanstaande moeder (onvoldoende stilzitten). Het is mogelijk dat een katheter die zonder moeilijkheden werd geplaatst, slecht of asymmetrisch werkt (één lichaamszijde slaapt beter dan de andere). Dit is te wijten aan de katheter die niet helemaal op de middenlijn zit maar een beetje meer naar links of rechts. Als de anesthesist dit probleem niet eenvoudigweg kan oplossen, kan het nodig zijn de epidurale opnieuw te plaatsen. 13

Een epidurale die naar het einde van de arbeid toe wordt geplaatst of bij iemand bij wie de arbeid zeer snel vordert, kan eventueel minder of helemaal niet goed werken. Wanneer kan het niet? Weigering door de aanstaande moeder. Een gestoorde bloedstolling. Een huidinfectie ter hoogte van de rug. Een algemene infectie met koorts. Een zeer dringende keizersnede (bloeding, ernstig foetaal lijden enz.). Bepaalde neurologische aandoeningen. Mogelijke bijwerkingen Daling van de bloeddruk. Dit is de reden waarom je bloeddruk heel regelmatig zal worden gemeten. Jeuk of misselijkheid, veroorzaakt door het morfinederivaat dat wordt gebruikt. Een loom gevoel in één been of in beide benen met mogelijks moeilijkheden om te bewegen. De vroedvrouw zal regelmatig controleren of je je benen nog goed kan bewegen. Moeite om te plassen doordat de blaas ook verdoofd is. De vroedvrouw zal sonderen om de blaas te ledigen. 14

Complicaties van de epidurale Hoofdpijn: het is mogelijk dat de epidurale naald de dura mater, een membraan dat dieper in de epidurale ruimte ligt, perforeert. Door dit gaatje in de dura mater kan wat hersenvocht wegvloeien, waardoor hoofdpijn ontstaat. Deze hoofdpijn kan ondanks rust en pijnstilling hardnekkig zijn. Als deze hoofdpijn niet spontaan voorbij gaat zal je een specifieke behandeling krijgen (over deze behandeling zal je dan geïnformeerd worden). Verlamming: twee complicaties kunnen tot verlamming leiden door druk op het ruggenmerg of zenuwwortels: - Epiduraal hematoom (bloeduitstorting). - Epiduraal abces met eventueel meningitis door infectie bij de moeder of door een probleem van onvoldoende steriliteit. Deze complicaties vragen een onmiddellijke behandeling die bestaat uit een chirurgische decompressie. gedeeltelijke verlamming of een verminderd gevoel ter hoogte van het been of de voet convulsies (stuiptrekkingen) hartstilstand/overlijden Deze laatste vier complicaties zijn heel zeldzaam. Slechts enkele gevallen zijn beschreven terwijl er toch jaarlijks ontelbare epidurales worden geplaatst. Epidurale en rugpijn Pijn ter hoogte van de punctieplaats in de rug kan enkele dagen duren, zonder verder gevolg. Rugklachten na de bevalling die langer duren zijn niet te wijten aan de epidurale. Studies hebben aangetoond dat 40% van de vrouwen na de bevalling lage rugpijn heeft, onafhankelijk van het feit of er een epidurale werd geplaatst of niet. Deze rugklachten zijn meestal een gevolg van de zwangerschap zelf of van de houding die werd aangenomen tijdens de arbeid 15

Epidurale en de baby Verschillende wetenschappelijke studies hebben aangetoond dat de epidurale analgesie zonder gevaar is voor de baby. De medicatie die wordt ingespoten in de epidurale ruimte werkt lokaal en verschijnt slechts in zeer geringe mate in het bloed. Hierdoor zal er ook slechts een minimale hoeveelheid doorheen de placenta tot in de bloedbaan van de foetus geraken, zonder verdere gevolgen. Voor je baby vormt een bevalling met epidurale dus geen groter risico dan een bevalling zonder epidurale. De dienst anesthesie is steeds beschikbaar je vragen te beantwoorden en om je de informatie te verschaffen die je nodig acht. 16

De keizersnede

We willen je ook graag informeren over het verloop van een geplande keizersnede. Hoe gebeurt de voorbereiding, wat gebeurt er precies bij opname op het operatiekwartier, mag je partner aanwezig zijn? Dit zijn vragen die je jezelf wellicht al gesteld hebt. Onze bedoeling is een duidelijk en eenvoudig antwoord te geven. Voorbereiding thuis je blijft nuchter vanaf middernacht scheren van bikinilijn tot navel geen nagellak geen juwelen geen piercings Wat breng je mee identiteitskaart moederboekje bloedgroepkaart eventuele bloedresultaten van bij de huisarts of gynaecoloog eventueel een fototoestel iets om te lezen benodigdheden voor je verblijf op de kraamafdeling eventueel spataderkousen/buikband (van vorige keizersnede) De opname Je schrijft je eerst in aan de balie en je meldt je aan bij de verpleegpost op de kraamafdeling (gelijkvloers). Bij opname maakt de vroedvrouw je verloskundig dossier op en wordt het CTG aangelegd (monitoring van de baby gedurende een half uur). Er wordt een bloedafname gedaan. Tenslotte word je geschoren (indien je dit zelf thuis nog niet gedaan hebt) en plaatsen we een infuus. Na het aantrekken van een operatiehemd, spataderkousen en een identificatiearmband ben je vertrekkensklaar. 18

De keizersnede Op het geplande tijdstip brengt de vroedvrouw je naar het operatiekwartier. Daar zal de anesthesist de verdoving toedienen. Dit duurt een tiental minuten. Je partner blijft ondertussen wachten op de kamer (30 à 60 minuten). Wanneer iedereen klaar is en de keizersnede start, gaan de vroedvrouw en je partner - met aangepaste kledij, muts en masker - samen naar het operatiekwartier. Gedurende de ingreep mag je partner plaatsnemen naast jou. Het duurt ongeveer 15 minuten vanaf het begin tot aan de geboorte van de baby. Het insnijden zelf gebeurt horizontaal ter hoogte van de bikinilijn. De insnede in de buik is gemiddeld 10 tot 15 cm lang. Je maakt de geboorte van je kindje bewust mee en kan hem/haar onmid-dellijk zelf zien. De kinderarts is aanwezig en staat mee in voor de opvang van je baby. Als je baby is onderzocht door de kinderarts krijg je nog even de mogelijkheid om je baby aan te raken en wat te knuffelen. Het hechten van de wonde in de buik duurt ongeveer 30 minuten. Nadien verblijf je nog 1 à 2 uur in de ontwaakzaal. Enkele uren na de keizersnede mag je water drinken. Later krijg je licht verteerbare voeding, afhankelijk van hoe je jezelf op dat moment voelt. Zes uur na de keizersnede krijg je een cola en daarna wordt de voeding geleidelijk aan opgebouwd. Na de geboorte Aangezien het vrij fris is in het operatiekwartier worden de eerste zorgen zoals meten, wegen enz. van je baby in de verloskamer toegediend. Je partner mag alles meevolgen. Wanneer je de ontwaakzaal mag verlaten, word je naar de kamer gebracht, waar je partner al met jullie baby aan het wachten is. Dan kan je je kindje voor de eerste keer vastnemen en indien je borstvoeding geeft, ook aanleggen. Daarna zal een vroedvrouw je wassen. 19

Op de kraamafdeling Enkel gedurende de eerste 24 à 48 dagen is je verblijf op de kraamafdeling verschillend dan wanneer je via natuurlijke weg bent bevallen. Je zal een infuus hebben en een blaassonde. Deze blijven maximaal 1 dag ter plaatse zitten. Om de moeder-kindbinding te stimuleren, blijft je baby dag en nacht bij jou op de kamer. De gemiddelde verblijfsduur op de kraamafdeling is 4 dagen (de dag van de keizersnede zelf niet meegerekend). Na een zestal weken word je verwacht op consultatie bij de gynaecoloog en de kinderarts. 20

Preventie van diep veneuze trombose Je arts schrijft bij de keizersnede altijd een antistollingsmedicatie door middel van inspuiting (vb. Clexane ) en antitrombosekousen voor. Preventie Na een operatie bestaat er altijd een risico op het ontstaan van bloedstolsels (bloedklonters) in de bloedvaten van de benen (diep veneuze trombose) en/ of de longen (longembolie). Dit gebeurt omdat je, vaak vanwege de ingreep, minder in staat bent je te bewegen. In sommige gevallen moeten deze injecties thuis worden voortgezet. De juiste dosis kan je op het voorschrift van de arts terugvinden. antitrombosekousen Antitrombosekousen oefenen druk uit. Zo wordt de bloeddoorstroming in de benen verhoogd en stuwing in de venen voorkomen. Op die manier is er minder kans op het ontstaan van bloedklonters. Over het algemeen worden deze kousen tijdens de opname op de kraamafdeling gedragen, tot men voldoende mobiel is. Indien er effectief een trombose werd vastgesteld, dient de kous langer gedragen te worden. De periode wordt bepaald door de behandelende arts. Aandachtspunten: Antitrombosekousen worden op maat besteld. De vroedvrouw zal deze komen opmeten. De kousen mogen niet afsnoeren, maar moeten wel perfect aansluiten. Je brengt de kous(en) best aan s morgens als je uit bed komt, of ga vooraf een half uurtje liggen zodat de oppervlakkige aderen minder gevuld zijn. Er is geen verschil tussen links en rechts. Heb aandacht voor een juiste positionering van het hielstuk. Dit zorgt er namelijk voor dat de opening bovenaan de kous automatisch de tenen vrijlaat. Zo is de doorbloeding en kleur gemakkelijk op te volgen. 21

Om de kous aan te brengen, trek je ze eerst binnenste buiten tot aan de hiel, om ze nadien over je voet en hiel te trekken. Vervolgens trek je de kous stukje bij beetje hogerop waarbij je rimpelvorming probeert te voorkomen. Wanneer de kous helemaal is aangebracht, kan je de eventuele rimpels nog gladstrijken en/of de kous nog wat naar onder trekken indien de tenen te weinig ruimte hebben. Het is aan te raden dagelijks de benen te bekijken of er geen roodheid of wondjes zijn ontstaan ten gevolge van het dragen van de kousen. Tijdens je verblijf in het ziekenhuis zal dit vanzelfsprekend worden opgevolgd door de vroedvrouw. Wanneer je zalven gebruikt, dek je deze best af. Indien ze in contact komen met de kousen, kan dit de elasticiteit verminderen. Om de kousen te wassen, gebruik je best geen te agressieve wasproducten. Antistollingsmedicatie Antistollingsmedicatie is verkrijgbaar in de vorm van voorgevulde spuitjes voor onderhuidse injecties. Er bestaan verschillende dosissen, aangepast aan het gewicht en het risico van de patiënt. De injecties kunnen gemakkelijk onderhuids worden toegediend. In het ziekenhuis zal de vroedvrouw je s morgens of s avonds een spuitje komen toedienen. 22

Toediening van bloed(producten)

Tijdens je opname in het ziekenhuis bestaat de kans dat je bloed dient te krijgen. We spreken dan over een bloedtransfusie. Als je na het lezen van deze info nog vragen zou hebben, kan je steeds terecht bij de vroedvrouw en/of de behandelende arts. Controle Het bloed dat wordt toegediend, moet verenigbaar zijn met het bloed van de ontvanger. Om dit te controleren wordt er een bloedstaal afgenomen om de bloedgroep en rhesusfactor te bepalen bij de patiënt. Soms kan het gebeuren dat je al afweerstoffen tegen bloedcellen in je bloed hebt. Mogelijke oorzaken hiervan zijn een zwangerschap of een eerdere transfusie. Vanzelfsprekend worden daarop controles uitgevoerd. Om een definitieve bloedgroep te kunnen vaststellen zijn 2 onafhankelijke bloedgroepbepalingen noodzakelijk. Het is dus mogelijk dat, indien je bloedgroep nog niet gekend is in ons ziekenhuislabo, er een tweede bloedstaal wordt afgenomen om nogmaals je bloedgroep te bepalen. Bij een definitief resultaat ontvang je een bloedgroepkaartje met je belangrijkste transfusiegegevens. Dit omvat de bloedgroep, resusfactor en eventuele afweerstoffen (bewaar dit samen met je identiteitskaart). In het AZ Lokeren blijven die gegevens elektronisch bewaard. Toch zal, in het kader van de veiligheid, bij volgende opnames steeds naar dit kaartje worden geïnformeerd. Mogelijks verblijf je door omstandigheden in een ander ziekenhuis dan het AZ Lokeren. In acute situaties is het dan van levensbelang om dit bloedgroepkaartje onmiddellijk te kunnen tonen. Draag het dan ook steeds bij je! 24

Toediening Een bloedproduct wordt toegediend via een ader. Indien je nog geen medicatie via de ader kreeg toegediend tijdens je verblijf, zal de vroedvrouw een infuus plaatsen. Nadien wordt extra gecontroleerd of het bloed zeker voor jou is bestemd. Er zal opnieuw naar je naam en geboortedatum worden gevraagd. Omdat het van cruciaal belang is passend bloed toe te dienen, zal de vroedvrouw vlak voor de toediening, nogmaals belangrijke zaken checken: Patiëntengegevens op de toe te dienen bloedzak komen overeen met jouw naam en geboortedatum. De bloedgroep van de bloedzak is identiek aan jouw bloedgroep. Op de bloedzak hangt er een bewijs dat het bloed werd gecontroleerd en dat het mag worden toegediend. Tijdens de bloedtransfusie is het aangewezen dat je op de kamer blijft. Op die manier kan de vroedvrouw regelmatige controle (bloeddruk, polsslag, temperatuur enz.) uitoefenen over het verloop. Mogelijke bijwerkingen zullen zo snel worden gedetecteerd. Afhankelijk van de hoeveelheid, jouw toestand, het soort bloedproduct enz. duurt een transfusie ongeveer 1 tot 3 uur. Indien noodzakelijk, kan het toedienen steeds onmiddellijk worden gestopt. Mogelijke bijwerkingen Zoals je al kon lezen is het toedienen van bloedproducten zeer veilig. Toch is het steeds mogelijk dat er een allergische reactie optreedt tijdens of kort na de transfusie. Mogelijke tekenen hiervan zijn: rillingen/koorts, jeuk, rode huid, kortademigheid en versnelde pols. De verantwoordelijke vroedvrouw hiervan op de hoogte brengen is dan de boodschap! Het geven van medicatie is veelal voldoende om dit te verhelpen. 25

Reeds aanwezige afweerstoffen tegen een welbepaalde bloedgroep kunnen ook de oorzaak zijn van koorts. In ons ziekenhuislabo kunnen dergelijke afweerstoffen worden opgespoord. Het labo zal dit vermelden op je bloedgroepkaartje. De info is dan snel beschikbaar indien je een nieuwe transfusie dient te krijgen. Het is ook mogelijk dat er niet direct (allergische) reacties optreden, zogenaamde uitgestelde transfusiereacties. Deze kunnen optreden tot 2 weken na de toediening. Ze volgen op de vorming of de heractivering van antirode bloedcellen antistoffen. De tekenen hiervan kunnen de volgende zijn: rillingen/koorts braken, braakneigingen kortademigheid lage bloeddruk abdominale en thoracale pijn (pijn in buik en borststreek) bruin-rode verkleuring van de urine Indien je deze signalen opmerkt, of bij twijfel, neem je zo snel mogelijk contact op met je behandelende arts of met het ziekenhuis via de dienst spoedopname: tel. 09 340 80 40. 26

Geïnformeerde toestemming Ik ondergetekende, de patiënt of ouder, werd ingelicht over de onderzoeken en/of behandelingen. Deze informatie betrof onder meer de indicatie, de eventuele alternatieven en de te verwachten resultaten. Hierbij werden ook de mogelijke bijwerkingen en/of complicaties op korte en lange termijn beschreven. Ik kreeg hierbij ook de mogelijkheid om vragen te stellen en om de voorgestelde onderzoeken en/of behandelingen te weigeren. Ik verklaar mij akkoord om, indien nodig, een epidurale pijnstilling te laten plaatsen in het AZ Lokeren. Ik verklaar mij akkoord om een heelkundige ingreep of onderzoek al dan niet onder anesthesie te ondergaan in het AZ Lokeren, evenals met de tussenkomst die tot de standaardzorg behoren (vb. indien aangewezen opnamen intensieve zorgen, opname kind op neonatologie). Motivatie patiënt indien weigering onderzoeken/behandeling:......... Gelezen en goedgekeurd, datum:... /... /... Handtekening patiënt Handtekening begeleider...... Handtekening ouder/voogd (<18 jaar)...

60500196 - AZ Lokeren 2018 Algemeen Ziekenhuis Lokeren Partner van het UZ Gent Lepelstraat 2 9160 LOKEREN Onthaal tel. 09 340 81 11 fax 09 340 81 91 Kraamafdeling tel. 09 340 80 60 www.azlokeren.be info@azlokeren.be Auteur/verantwoordelijke: team vroedvrouwen - dr. Ann De Smet