Initieel opleiden studenten. Initieel opleiden eigen personeel. 1. Stagefonds Zorg Ja Ja Nee Nee. 2. Subsidieregeling Praktijkleren Nee Ja Nee Nee

Vergelijkbare documenten
Addendum extra middelen kwaliteitskader verpleeghuiszorg ZORGKANTOOR - ZORGAANBIEDER Wlz

SAMEN LEREN & VERBETEREN Onderzoek ActiZ Wlz zorgcontractering verpleeghuiszorg 2019

SectorplanPlus. Extra instroomimpuls via scholing

Aanvraagprocedure extra middelen kwaliteit verpleeghuiszorg

Sectorplan Zorg Zeeland Het resultaat

Antwoord: Ten opzichte van 2019 vinden er een aantal wijzigingen plaats in de toekenning van het kwaliteitsbudget:

Zorgkantoor Friesland Nota van Inlichtingen II, Inkoopdocument Wlz juni 2019

Zorgkantoor Friesland Nota van Inlichtingen III, Inkoopdocument Wlz juli 2018

Bijeenkomst Regionale aanpak arbeidsmarktproblematiek Verpleeghuiszorg. Regio Arnhem 14 november 2017

Model begroting verantwoording kwaliteitsbudget verpleeghuiszorg

Bijeenkomst cliëntenraden Verpleging & Verzorging. 13 juli 2018 Nieuwegein, 17 juli 2018 Zwolle

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bestuurlijke afspraken Investeren in kwaliteit verpleeghuiszorg : zinvolle daginvulling en deskundig personeel.

Vragen en antwoorden. Stagefonds Zorg

Advieswijzer. Scholing en personeel 2016 De overheid betaalt mee! Denk ondernemend. Denk Bol.

SectorplanPlus 2 e tijdvak. 7 juni 2018

Scholing en personeel De overheid betaalt mee! whitepaper

SPELREGELS TOEWIJZINGVOORSTEL 2017 VOOR DE ZORGOPLEIDINGEN IN DE GGZ OF EEN JEUGD GGZ-INSTELLING (SPELREGELDOCUMENT 2017)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 augustus 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

2 e tranche B > Algemeen

Scholing en personeel De overheid betaalt mee! whitepaper

Samen waarde toevoegen voor klanten Aanvulling 2019 Inkoopkader Wet langdurige zorg voor nieuwe zorgaanbieders

Voortgang SectorplanPlus

De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal der Staten-Generaal der Staten-Generaal. Postbus EA Den Haag

SPELREGELS VOOR DE TOTSTANDKOMING VAN HET TOEWIJZINGSVOORSTEL 2018 VAN DE STICHTING TOP (SPELREGELDOCUMENT 2018) Februari 2017.

SPELREGELS TOEWIJZINGVOORSTEL 2016 VOOR DE ZORGOPLEIDINGEN IN DE GGZ OF EEN JEUGD GGZ-INSTELLING (SPELREGELDOCUMENT 2016)

Aanvullende Nota van Inlichtingen 2019

Samen waarde toevoegen voor klanten Aanvulling 2019 Inkoopkader Wet langdurige zorg voor bestaande zorgaanbieders

Zorgkantoren Coöperatie VGZ 20 juni 2019

Aanvulling 2019 bij inkoopkader Wlz

Toelichting op het Portaal Kwaliteitsbudget Verpleeghuiszorg

Opleiding subsidie medezeggenschap. Joop Kools FCB Adviseur Ontwikkeling Organisatie en Medewerker

Plek voor stage. QuickScan: stageproblematiek Zorg en Welzijn in Gelderland. Augustus 2018 WZW, in opdracht van provincie Gelderland

Checklist strategisch opleidingsplan voor ondernemingsraad. mei 2014

4*( (6* < 56 6 *6 * &% (* ( * ()=&% ( 5 5 ( & 5 <& (5* 56 6,-< ((')= ( & & 0* <*( 65 5* ( &) 5*5 56 &0 66 <( & (?5@&< 5 6* >> < (6( 6 ( 5*

Datum 14 december 2015 Betreft Oproep tot gegevenslevering Stagefonds Geachte voorzitter van het College,

Handreiking strategisch opleidingsplan voor ondernemingsraad. juli 2014

Factsheet Extra middelen Investeren in kwaliteit verpleeghuiszorg : zinvolle daginvulling en deskundigheidsbevordering

Nederlandse Zorgautoriteit t.a.v. mevrouw dr. M.J. Kaljouw Postbus GA Utrecht. Datum 2 juli 2018 Betreft Voorlopige kaderbrief Wlz 2019

DE SPELREGELS TOEWIJZINGVOORSTEL 2016 VOOR DE OPLEIDINGEN PUBLIEKE GEZONDHEIDSZORG

Subsidieregeling Praktijkleren

DE SPELREGELS TOEWIJZINGVOORSTEL 2017 VOOR DE OPLEIDINGEN PUBLIEKE GEZONDHEIDSZORG. Januari Inleiding

Uitvoeringstoets voor de beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen voor de opleiding tot verslavingsarts KNMG

Controleprotocol subsidievaststelling zorgopleidingen 2 e tranche voor het subsidiejaar 2010 (11 januari 2010) Hoofdstuk 1 : Uitgangspunten

Dit document is als volgt opgebouwd: Paragraaf 2 Paragraaf 3. Spelregels en verantwoordelijkheden Aanvullende opmerkingen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 december 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Hieronder volgt een toelichting op de beschikbare budgetposten.

Datum 14 december 2015 Betreft Oproep tot gegevenslevering Stagefonds Geachte voorzitter van het College,

d. Met deze beleidsregel vervalt Artikel 9.4 lid b van de beleidsregel Extramurale zorg CA-289 (2008).

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Subsidieregeling stageplaatsen zorg II wordt als volgt gewijzigd:

SPELREGELS TOEWIJZINGSVOORSTEL 2016 VOOR DE ZORGOPLEIDINGEN DIE WORDEN BEKOSTIGD DOOR MIDDEL VAN EEN BESCHIKBAARHEIDBIJDRAGE (SPELREGELDOCUMENT 2016)

1 e tranche > Algemeen

Waardigheid en trots. Liefdevolle zorg. Voor onze ouderen. Manon Koster Directie Langdurige Zorg Ministerie van VWS

Officiële uitgave van het Koninkrijk dernederlandensinds 1814.

Achteraf. Elektronisch aanvraagformulier PRAKTIJKLEREN t/m

Advieswijzer. Scholing en personeel

Toelichting model begroting verantwoording kwaliteitsbudget verpleeghuiszorg

Uitvoeringstoets voor de beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen voor de opleiding tot openbaar apotheker

Datum 14 december 2015 Betreft Oproep tot gegevenslevering Stagefonds POI. Geachte voorzitter van het Bestuur,

Samen waarde toevoegen voor klanten

VRAGENLIJST HBO. Ingevuld door: Naam instelling: Adres instelling: Contactpersoon: Naam: Telefoon:

Aanvulling 2020 bij inkoopkader Wlz

Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en

Toelichting_bij_de_Aanvulling_2020_Inkoopkader_Wet_langdurige_zorg_ _n.a.v._de_vragen 2.

Tariefberekening zzp en vpt vv4 t/m 10. Beleidsregelwaarden 2020 en indicatieve berekening kwaliteitstoeslagen 2021

Achtergrondinformatie aanbesteding Kennisprogramma Waardigheid en trots

Wie kan subsidie aanvragen? Iedere rechtspersoon of natuurlijke persoon kan LEF subsidie aanvragen, mits ingeschreven in de Kamer van Koophandel.

Toewijzingsprotocol Instroomplaatsen 2014 Opleiding tot Arts Verstandelijk Gehandicapten

Analyse actieprogramma Werken in de Zorg Uitgevoerd op verzoek van de PVV, GroenLinks, SP, PvdA, 50PLUS, DENK, SGP en FVD

TOEDELING CONTRACTEERRUIMTE 2018 en 2019 SECTOREN VERPLEGING EN VERZORGING, GEHANDICAPTENZORG, GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Samenvatting tussenrapportage SP+

Aanvullende Nota van Inlichtingen Aanvulling 2019 bij Inkoopkader Wlz

Regeling cofinanciering sectorplannen

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 29 september 2017 U Lbr: 17/054 (070) Regeling zorginfrastructuur.

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk MCAC/djon/TSZ CI/13/31c

behorend bij de Subsidieregeling stageplaatsen zorg II

BBL opleiding en stages doktersassistent

Sectorplan VVT, GHZ en GGZ

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 26 september 2017 Betreft Arbeidsmarkt zorgpersoneel

Aanvulling Wlz zorginkoop 2019

Algemene Voorwaarden Sectorplan FCB

Voorwoord. Luisteren, leren en aan de slag!

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 juli 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Nederlandse Zorgautoriteit t.a.v. mevrouw dr. M.J. Kaljouw Postbus GA Utrecht

Toelichting model begroting verantwoording kwaliteitsbudget 2020 verpleeghuiszorg

1. Wanneer kan ik een aanvraag voor een cross-over kwalificatie indienen?

INVENTARISATIEFORMULIER SECTORPLAN ZORG EN WELZIJN LIMBURG

Sjoerd de Jong. Van versterking samenwerking naar bekostiging opleidingsschool in het mbo

Landelijk inkoopbeleid 2020 Regionaal Kader 2020

Voorwoord. Luisteren, leren en aan de slag!

FINANCIAL ENGINEERING

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Aanvulling 2019 bij inkoopkader Wlz juni 2018

Toelichting model begroting verantwoording kwaliteitsbudget 2020 verpleeghuiszorg

STIMULERINGSREGELING VERNIEUWENDE HR-PROJECTEN

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS,

De client centraal in de langdurige zorg

Toelichting model begroting verantwoording kwaliteitsbudget 2020 verpleeghuiszorg

Wijziging Subsidieregeling zorgopleidingen 1e tranche

Transcriptie:

Financiële middelen voor opleiden in de verpleeghuissector Met de implementatie van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg zijn er een aantal financiële bronnen bij gekomen die benut kunnen worden door de verpleeghuisinstellingen. Deze bronnen zijn aanvullend op al reeds bestaande bronnen en de reguliere tarieven in de verpleeghuiszorg. Hoewel alle beschikbare bronnen specifieke doelstellingen hebben, blijkt ook dat bij alle bronnen het kan gaan om opleidingsactiviteiten. Nadere analyse van de bronnen laat zien dat het opleiden van personeel (loonkosten, begeleidingskosten) bekostigd kan worden vanuit verschillende bronnen. Het uit verschillende bronnen financieren van dezelfde activiteit kan leiden tot ongeoorloofde staatssteun en/of ondoelmatig financieren. Deze notitie, opgesteld door VWS, geeft een overzicht van de verschillende bronnen en de waarborgen die zijn opgenomen om ongeoorloofde staatssteun en ondoelmatig financieren te voorkomen. De notitie dient ter informatie aan betrokken partijen, verpleeghuisinstellingen, zorgkantoren en regionale werkgeversorganisaties. Samenhang tussen verschillende bronnen voor opleidingstrajecten Onderstaand is een overzicht gegeven van de acht onderscheiden bronnen en op welke opleidingsactiviteiten ze gericht zijn 1. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen vier soorten activiteiten. In de bijlage is een uitgebreider overzicht gegeven van de acht bronnen. Initieel opleiden studenten Initieel opleiden eigen personeel Bijscholing eigen personeel Medische vervolgopleidingen 1. Stagefonds Zorg Ja Ja Nee Nee 2. Subsidieregeling Praktijkleren Nee Ja Nee Nee 3. Sectorplan Plus Nee Ja Ja Nee 4. Beschikbaarheidsbijdrage (medische) vervolgopleidingen Nee Nee Nee Ja 5. Cao-afspraken VVT (reguliere tarief)* Nee Ja Ja Ja 6. Middelen Waardigheid & Trots Nee Ja Ja Ja 7. Transitiemiddelen Kwaliteitskader** Nee Nee Nee Nee 8. Extra middelen kwaliteitskader (voorzover onderdeel van kwaliteitsbudget) Nee Ja Ja Ja * Dit is eigenlijk een vreemde eend in de bijt, omdat het in feite geen externe financiering is voor opleiden. Vanwege de samenloop met de andere regelingen is ze toch opgenomen in de tabel. ** De transitiemiddelen kunnen ook ingezet worden voor het opleiden, maar zijn niet bedoeld voor individuele opleidingstrajecten, vandaar de 4 x Nee in de tabel. 1 Deze acht bronnen zijn aanvullend op het reguliere tarief dat verpleeghuisinstellingen tot hun beschikking hebben. 1

Als een opleidingsactiviteit bekostigd kan worden uit een bepaalde bron, wil dat nog niet zeggen dat de gehele groep voor bekostiging in aanmerking komt vanuit de betreffende bron. Zo heeft Sectorplan Plus betrekking op een beperkt deel van het eigen zorgpersoneel dat een initiële opleiding volgt, terwijl het Stagefonds Zorg gericht is op al het eigen zorgpersoneel dat een initiële opleiding volgt. eel traject van een student of werknemer. Daar zijn de transitiemiddelen niet op gericht. De tabel laat zien dat specifieke opleidingsactiviteiten uit verschillende bronnen gefinancierd kunnen worden. Dat behoeft geenszins problematisch te zijn, mits er geen sprake is van ongeoorloofde staatssteun en er geen sprake is van ondoelmatig financieren. Staatssteun kan aan de orde zijn als een instelling via overheidssubsidies bekostigd wordt voor het uitvoeren van activiteiten. Dat is het geval bij de eerste vier regelingen. Staatsteun is niet altijd ongeoorloofd. Zo is in regelgeving vastgelegd dat opleidingsactiviteiten voor circa de helft vergoed mogen worden door de overheid (mede afhankelijk van de grootte van de instelling en de omvang van de activiteiten). Stagefonds zorg, subsidieregeling praktijkleren en sectorplan plus vergoeden elk een deel van de gemaakte kosten. In incidentele gevallen kan de samenloop van deze drie regelingen ertoe leiden dat voor een specifieke activiteit meer dan 50% van de kosten vergoed wordt. In de regeling Sectorplan Plus is om die reden vastgelegd dat de aanvragende instelling zelf verantwoordelijk is dat er in combinatie met andere regelingen geen sprake is van ongeoorloofde staatssteun. Staatssteun is daarnaast ook geoorloofd als er sprake is van een activiteit van algemeen economisch belang. Dit is het geval bij de beschikbaarheidsbijdrage voor medische vervolgopleidingen. In dat geval mag meer dan 50% van de kosten vergoed worden, echter niet meer dan 100%. Ondoelmatig financieren is in ieder geval aan de orde als voor een specifieke activiteit meer vergoed wordt dan de instelling aan kosten heeft. Als er geen sprake is van ongeoorloofde staatsteun, wordt er in ieder geval niet meer dan 100% gefinancierd. Eventuele samenloop van de eerste vier bronnen is in dat opzicht dus niet problematisch. Er moet echter gekeken worden naar het geheel van de 8 bronnen. Daarbij kunnen zich 2 problemen voordoen: Samenloop tussen activiteiten in het kader van de Cao-afspraak en de inzet van de W&Tmiddelen voor deskundigheidsbevordering. Samenloop van de extra middelen kwaliteitskader met alle andere bronnen. Wat betreft de eerste problematiek is in de regeling voor de W&T-middelen expliciet opgenomen dat ze aanvullend zijn op de activiteiten zijn in het kader van de Cao-afspraak. Het is aan de OR en/of de VAR om daarop toe te zien, dat er geen overlap is tussen de inzet van de W&T-middelen en de inzet in het kader van de Cao-afspraak. Wat betreft de tweede problematiek wordt in de overeenkomst tussen zorgaanbieder en zorgkantoor over de inzet van het kwaliteitsbudget opgenomen dat deze middelen niet ingezet mogen worden voor activiteiten die reeds uit andere bronnen bekostigd worden. De bestuurder van de instelling moet daar expliciet voor tekenen bij de aanvraag. Ook omdat deze bestuurder zelf bepaalt van welke bronnen gebruikt gemaakt wordt. Verder is de definitieve verantwoording van deze middelen onderdeel van de nacalculatie en de accountantsverklaring is er op van toepassing. 2

Bijlage 1: Financieringsbronnen verpleeghuizen voor het opleiden van personeel 1. Stagefonds Zorg (subsidieregeling VWS, directie MEVA) Zorg- en welzijnsinstellingen Activiteiten - realiseren van beroepspraktijkvormingsplaatsen (o.a. stages) - specifieke initiële zorg- en welzijnsopleidingen op mbo- en hbo-niveau - mbo: zowel bol als bbl - hbo: zowel voltijd, deeltijd als duaal Tijdsperiode - tot en met schooljaar 2020-2021 - totaal 112 mln per jaar - per gerealiseerde bol-plaats maximaal 2.700 (in 2016-2017 feitelijk 1.626) - per gerealiseerde bbl-plaats maximaal 4.800 (in 2016-2107 feitelijk 4.800) - maximaal bedrag is afhankelijk van de opleiding - tegemoetkoming in de kosten voor de werkgever; voor bol-stages een tegemoetkoming in de begeleidingskosten; voor bbl-stages een tegemoetkoming in de loonkosten. - door VWS (uitbesteed aan SBB) - vaststelling en toetsing achteraf op basis van daadwerkelijk gerealiseerde plaatsen (hoe meer plaatsen totaal gerealiseerd, hoe lager het bedrag per plaats voor alle instellingen) - op basis van administratieve gegevens DUO, geen bewijslast voor de aanvrager, behalve als instelling aangeeft meer plaatsen gerealiseerd te hebben (dan bewijslast volledig bij instelling) 2. Subsidieregeling Praktijkleren (subsidieregeling OCW) Alle organisaties, economiebreed Activiteiten - realiseren van beroepspraktijkvormingsplaatsen - alle initiële opleidingen op mbo-niveau - specifieke initiële opleidingen op hbo-niveau (geen zorg- en welzijnsopleidingen) - alleen bbl (mbo) of duaal (hbo) - daarnaast enkele andere kleine activiteiten, nauwelijks relevant voor de zorg Tijdsperiode - regeling loopt tot en met 2018 - evaluatie loopt thans, bezien wordt of en hoe regeling voortgezet wordt vanaf 2019 - totaal 196,5 mln per jaar - per gerealiseerde bbl-plaats maximaal 2.700 (in 2016-2017 feitelijk 2.587) - tegemoetkoming in de kosten voor de werkgever, voor bbl ers betreft het een tegemoetkoming in de begeleidingskosten - door OCW (uitbesteed aan RVO) - vaststelling en toetsing achteraf op basis van daadwerkelijk gerealiseerde plaatsen (hoe meer plaatsen totaal gerealiseerd, hoe lager het bedrag per plaats voor alle instellingen) - bewijslast ligt volledig bij instelling 3

3. Sectorplan Plus (subsidieregeling VWS, directie MEVA) Zorg- en welzijnsinstellingen Activiteiten - opleiden van eigen personeel middels een initiële zorg- of welzijnsopleiding of specifieke cursussen - wat betreft eigen personeel gaat het om zij-instromers, met ontslag bedreigde werknemers of opscholing van werknemers - ook kan het gaan om opleiden van praktijk- en werkbegeleiders - bij initiële opleidingen betreft het alleen bbl (mbo-niveau) of duaal (hbo-niveau) en moet er sprake zijn van een arbeidscontract van minimaal 24 uur (anders valt de opleiding in een andere categorie met lagere financiering) Tijdsperiode - Tijdelijk: 2018 tot en met 2021 - Voor gehele periode is 320 mln beschikbaar, waarvan 260 mln geoormerkt voor de verpleeghuiszorg - per initiële opleidingsplaats maximaal 5.000 (zijnde 1.250 per half jaar) - voor cursussen 250-2.000, afhankelijk van de duur van de cursus - cofinanciering van minimaal 50% verplicht - in de regeling is niet gespecificeerd voor welke kosten de bijdrage is in geval van een initiële opleidingsplaats - door VWS vooraf (mede uitbesteed aan RegioCoop en de regionale werkgeversorganisaties - Zorgkantoor dient vanaf derde tranche (start 01-01-2019) akkoord te gaan met de aanvraag van de verpleeghuizen, door te toetsen of de aanvraag past binnen de kwaliteitsontwikkeling van de instelling - In tweede tranche (mei/juni 2018) wordt een advies van het zorgkantoor gevraagd - toetsing is achteraf door VWS op basis van realisaties, waarvoor de instellingen bewijslast moeten overleggen 4. Beschikbaarheidsbijdrage voor (medische) vervolgopleidingen (subsidie NZa) Opleidende instellingen, waaronder verpleeghuizen Activiteiten - realiseren van opleidingsplaatsen voor medische vervolgopleidingen zoals de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde, klinisch geriater, en gezondheidszorgpsycholoog, die voor de verpleeghuiszorg relevant zijn. Tijdsperiode - structureel - Totale financiering is ruim 1 miljard, dat is voor alle (medische) vervolgopleidingen gezamenlijk. - Opleiden wordt jaarlijks vergoed per fte opleidingsplaats; daarmee gemoeide macrobedragen verschillen jaarlijks afhankelijk van het aantal aan verpleeghuizen toegewezen opleidingsplaatsen. - Voor de SOG (3-jarige opleiding) zijn in 2018 186 instroomplaatsen beschikbaar - Voor de gezondheidszorgpsycholoog (2-jarige opleiding) 610 plaatsen - Voor de klinisch geriater zijn in 2018 35 plaatsen beschikbaar, maar geen enkele is toegewezen aan de verpleeghuiszorg - per gerealiseerde SOG-plaats is in 2018 83.600 beschikbaar - per gerealiseerde plaats gezondheidszorgpsycholoog 31.000 - beschikbaarheidsbijdrage is kostendekkend voor alle kosten - door NZa - aanvraag wordt vooraf getoetst aan het verdeelplan - afrekening op basis van daadwerkelijke realisaties. 4

5. Cao VVT (afspraken tussen werkgevers en werknemers, Cao VVT artikel 10.1 A) VVT-instellingen Activiteiten - scholing van personeel op basis van een strategisch opleidingsplan (SOP) Tijdsperiode - structureel - gefinancierd uit regulier tarief - jaarlijks minimaal 2% van de loonsom van de instelling - deskundigheidsbevordering in kader van middelen Waardigheid en Trots valt niet onder die 2% (zie ook financieringsbron 6 hieronder) - geen feitelijke toetsing - SOP wordt in overleg met de OR door de werkgever vastgesteld 6. Waardigheid & Trots (VWS directie LZ, tariefopslag zorgkantoren) Verpleeghuisinstellingen Activiteiten - stimuleren dagactiviteiten - deskundigheidsbevordering zorgverleners Tijdsperiode - structureel vanaf 2016 - oplopend van 110 miljoen in 2016 tot structureel 180 miljoen vanaf 2020 - uitgangspunt is dat in 2016 36% (= 40 miljoen) van het budget besteed wordt aan deskundigheidsbevordering, oplopend tot 56% in 2020 en verder (= 100 miljoen) - deze verdeling is een richtlijn geen verplichting - deskundigheidsbevordering moet extra zijn ten opzichte van de minimaal 2% van de loonsom, die in de Cao als opleidingsbudget is aangemerkt (zie ook financieringsbron 5 hierboven) - formele toetsing ligt vooraf bij zorgkantoor - deze toetst echter alleen of cliëntenraad, VAR en/of OR akkoord zijn - akkoord VAR/OR impliceert ook dat deskundigheidsbevordering extra is ten opzichte van de Cao-afspraak - geen toetsing achteraf 5

7. Transitiemiddelen Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg (VWS directie LZ, prestatieafspraak zorgkantoren, toekenning NZa) Verpleeghuisinstellingen Activiteiten - aanpakken (instellingsoverstijgende) regionale problemen voor de implementatie van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Het gaat o.a. om arbeidsmarktproblematiek, inzet ICT en technologie, vastgoedproblematiek Tijdsperiode - Tijdelijk: 2018-2021 - 50 miljoen per jaar - door zorgkantoor en NZa - mede op basis van regionale afspraken tussen verpleeghuisinstellingen en zorgkantoor 8. Extra middelen Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg (VWS directie LZ, kwaliteitsbudget zorgkantoren) Verpleeghuisinstellingen Activiteiten - implementatie kwaliteitskader verpleeghuiszorg Tijdsperiode - structureel vanaf 2017 - totaal 2,1 miljard structureel, met een ingroeipad 2017 100 mln in tarief, 2018 435 mln in tarief 2019 435 mln tarief + 600 mln kwaliteitsbudget = 1,035 mld; 2020 435 mln tarief + 1.200 mln kwaliteitsbudget = 1,635 mld; 2021 435 mln tarief + 1.710 mln kwaliteitsbudget = 2,145 mld (2,1 mld) 2022 en later = + 2,1 mld tarief. - de middelen voor 2017 en 2018 (structureel 435 miljoen) zijn via een tariefsverhoging ter beschikking gesteld en maken derhalve feitelijk geen onderdeel uit van het kwaliteitsbudget - uitgangspunt is dat 85% besteed wordt aan extra zorgverleners en 15% voor overige zaken, lokaal kan van deze verhouding afgeweken worden - in beleidsregel is aangegeven dat geen kosten opgevoerd mogen worden die via een andere regeling reeds vergoed worden - vooraf door zorgkantoor - op basis van kwaliteitsplan met begroting van de instelling - afrekening achteraf, deze middelen zijn onderdeel van de nacalculatie en de accountantsverklaring is er op van toepassing. 6