Campagne. Big John. Mediacollege Amsterdam

Transcriptie

1 Campagne Big John 2011 Mediacollege Amsterdam

2 Campagne Duur project Week 7 (14 18 feb.) Week 8 (21-25 febr.) Week 9 (28 febr. - 4 mrt.) Week 10 (7 11 mrt.) Week 11 (14-18 mrt.) Week 12 (22-26 mrt.) Week 13 (28 mrt. - 1 apr.) Week 14 (4-8 apr.) Week 15 (11-15 apr.) Tijdens dit project ga je een campagne ontwikkelen voor Big John. Het project start in week 7 van 2011 en zal 8 weken duren. Er wordt voor het ontwikkelen van het concept gewerkt in groepen van maximaal vier studenten. Deze groepen worden door je studiebegeleider samengesteld. Na de conceptbeoordeling ga je zelfstandig de campagne-uitingen maken. Planning Maandag 14 feb.: Briefing en bezoek aan Beurs van Berlage, waar de tentoonstelling Reclameklassiekers te zien is Dinsdag 15 feb.: Excursie Breda Fase 1, trainingen Conceptontwikkeling Voorjaarsvakantie Fase 1, conceptontwikkeling, Trainingen Fase 1, conceptpresentatie Fase 2, campagne, schetsen en trainingen Fase 2, campagne, schetsvoorstellen en trainingen Schetsvoorstellen en uitwerking Uitwerking Uitwerking Deadline: vrijdag 8 april Fase 3, Inleveren en beoordeling Tijd en plaats worden bekendgemaakt via Ma-net.nl Ma-GV 2 e jaars-team, jan 2011 Te laat op presentatie betekent géén beoordeling!! 2

3 De komst van Big John Inleiding Hoe werkt Big John? Hoe wekt Big John jou? De makers van Big John. Big John is een nieuwe service. Deze service is speciaal ontwikkeld voor middelbare scholieren en MBO-studenten. Big John zorgt ervoor dat jij elke schooldag door je mobiele telefoon wordt gewekt op de juiste tijd. Je hebt dan genoeg tijd om te douchen, aan te kleden en even wat te eten. Big John zorgt ervoor dat je altijd de goede bus of trein kan halen en/of dat je de optimale aansluiting van bus en trein hebt. Big John is een app, die op alle systemen smart-phones werkt, dus zowel op I-phone als op Androids en Windows geprogrammeerde smart-phones. Voor slechts 1,50 kan je Big John downloaden. Scholen die meedoen betalen hiervoor 100,- per jaar. Veel scholen zijn al betrokken. Big John koppelt je schoolroosterprogramma (zoals Magister) aan de actuele gegevens van het OV. Jij hoeft maar één keer je naam, adres, school en klas in te voeren - plus de hoeveelheid minuten die je nodig hebt voor douchen, kleden en ontbijten - en Big John weet genoeg. Bij het wekken wordt automatisch rekening gehouden met roosterwijzigingen en eventuele vertragingen in het OV. Precies op tijd hoor je een stem via je mobiele telefoon die jou persoonlijk wekt. Je hoort je naam en je krijgt elke dag een andere, verrassende wektekst. Je kan hierbij kiezen uit 4 verschillende mannenstemmen. Standaard ingesteld hoor je een warme, zware mannenstem, met een wat funky geluid, als een zanger van een funk-band. Big John is ontwikkeld door een vrij nieuw Nederlands softwarehuis, gespecialiseerd in het maken van apps. Verantwoordelijk voor de ontwikkeling van Big John is iemand die 4 jaar geleden afgestudeerd is aan het Mediacollege Amsterdam, richting Interactief Vormgeven. Big John is na introductie verkrijgbaar via de AppleStore, Zune Marketplace of Android Maket na registratie op de website van de makers. Campagne Fase 1: Fase 2: Fase 3: Opdracht: ontwikkel een introductiecampagne. In teamverband (van maximaal 4 studenten) wordt een concept verzonnen voor de introductiecampagne. Individueel wordt door elke student een campagne ontwikkeld. De campagnes worden individueel gepresenteerd en per conceptgroep wordt bepaald welke campagne de beste is. 3

4 Doelgroep Middelbare scholieren en MBO-ers in heel Nederland. Wat is belangrijk voor de doelgroep: - Prettig wakker worden - Geen gehaast s ochtends en toch op tijd - Nooit meer verrast door uitvallende uren aan het begin van de schooldag Maak een beschrijving van de doelgroep aan de hand van een ijkpersoon. Boodschap Big John houd je scherp. Te ontwikkelen: * een serie van 3 posters (formaat: Abri) * een YouTube filmpje (in storyboard) * een 1/1 pagina advertentie full color voor Metro/Spits * een website in Flash * een busreclame * en voor extra rapportpunten kun je ook het YouTube-filmpje maken Werkwijze en globale planning Week 1 Concept in teams van 4, door studiebegeleider samen te stellen. Eind week 2 en begin week 3 Goedkeuring concept campagne Week 4 en 5 Goedkeuring campagne eind week 5, Week 6 en 7 uitwerking individuele campagne Week 8 individuele presentatie per concept-team. 4

5 Uitgangspunten Big John YouTube film Hieronder vind je de punten in goede volgorde die de inhoud van je You- Tube filmpje weergeven. Deze punten geven de inhoud van je film aan. Je gebruikt deze inhoudspunten voor het maken van een script. Ben je tevreden met je script, dan maak je een storyboard. Inhoudspunten Omgaan met de uitgangspunten Zo schrijf je een script Storyboard 1. Laat zien wat er gebeurt als iemand te laat is. 2. Laat zien dat zo iemand op zijn/haar kop krijgt. 3. Laat zien dat er een nieuwe oplossing is: BigJohn. 4. Laat zien hoe je dat op je smartphone krijgt. 5. Laat zien dat wat er de dag/nacht ervoor is gebeurd, iemand toch op tijd op school komt. 6. Sluit af met je BigJohn logo en pay-off. Bedenkt eerst wat voor iemand je laat zien. Je kan vervolgens op veel manieren laten zien hoe deze te laat komt. Verzin een leuke, opvallende of gekke manier. Dit doe je voor de nummers één t/m vijf van de inhoudspunten. Dan krijg je vanzelf een film in je hoofd. Let op: maak het niet te lang en niet te ingewikkeld. Een script schrijven is heel makkelijk. Je opent een tekstpagina op je MacBook en deelt deze in 2 kolommen. Boven de kolom links zet je Video, boven je kolom rechts Audio. Als je in je hoofd hebt hoe het filmpje gaat worden, vul je bij Video in wat je wil laten zien en bij Audio wat je daarbij hoort, zowel tekst, muziek als geluidseffecten (= sƒx). Zo krijg je filmscènes, die kan je nummeren. Is je script compleet en ben je er tevreden mee, dan maak je heel eenvoudig een storyboard. Want dan weet je al wat je wil laten zien. 5

6 Flash-site Big John Benut de vormgeefvoordelen swf op webpagina plaatsen Flash-site Big John Maak een website in Flash (900 pixels bij 600 pixels) waarin in ieder geval de volgende 4 pagina s te zien zijn: 1. Een landing-page : dit is de pagina waarop je terechtkomt als je het site-adres ingetikt hebt. Hier moet het voor de bezoeker duidelijk zijn, dat hij op de pagina van de campagne is gekomen. Deze pagina moet dus hetzelfde gevoel uitstralen als in de overige campagne-elementen. Deze is meestal ook rijk aan beeld als de andere campagneitems dat ook zijn. In deze pagina zit het meeste gevoel. 2. Een info-pagina: hier staat veel praktische en technische info van de app. Hier kan ook duidelijk gemaakt worden waarom de app zo goed is. 3. Een registratiepagina: je wordt naar de registratiepagina geleid als je in het menu op de knop download klikt. Op deze registratiepagina staat een formulier welke de naam, adres, school en leerlingnummer van bezoeker vraagt. Zijn deze ingevuld, dan kan je naar de downloadpagina. 4. Een download-pagina: dus alleen te vinden als je de registratie hebt ingevuld. Hier staat links om de app te downloaden. Afhankelijk van de keuze van het platform, ga je door naar de Android Market, de App Store of Marketplace. (zie hier rechts) De site heeft duidelijk dat stuk meerwaarde dat een flash-pagina biedt boven gewone HTML. Je kunt optimaal vormgeven, er is veel aandacht voor de typografie en de compositie. Het mooie van Flash-sites voor vormgevers is de volledige vrijheid om zaken vorm te geven: tekst en beeld zijn net zo eenvoudig aan te passen als in InDesign. Afbeeldingen uit Photoshop en Illustrator zijn in Flash te importeren, zelfs met behoud van lagen!! De knoppen hebben een roll-over effect en er is animatie in de site. Ook dit is in Flash een fluitje van een cent en heeft met gemak meer mogelijkheden dan de combinatie Photoshop en Dreamweaver. De animatie kun je realiseren door gebruik te maken van movie-clips (film-clips) of door de Tweener-class. In de training voor dit project wordt daar aandacht aan besteed. Uiteindelijk maak je minimaal een swf-bestand. Dit bestand moet op een webpagina geplaatst worden. Deze webpagina heet natuurlijk index.html en de hele map wordt weer op N@tschool ingeleverd. Gebruik daarvoor weer Dreamweaver. Kies als lay-out een webpagina met 1 vaste kolom zonder header en footer. Maak de breedte van de container gelijk aan de breedte van de swf: 900 pixels. (de #maincontent mag worden verwijderd, zowel uit de html als uit het stijlblad.)

7 Training website in Flash Opzet In dit project volg je een training waarbij je in Flash een hele website maakt. Je kent Flash al als animatieprogramma waarbij je op de tijdlijn werkt met frames en keyframes. Dezelfde tijdlijn kan ook gebruikt worden om telkens een andere inhoud te laten zien. Met script zorg je ervoor dat Flash het geheel niet als een animatie afspeelt: stop();. Ook zorgt het script er voor dat als er op een knop geklikt wordt, dat Flash dan springt naar een bepaald frame. In de afbeelding hierboven springt Flash naar frame 30. De inhoud die daar neergezet is, wordt dan getoond. Als de achtergrond en de knoppen zelf niet veranderen, zet je ze in lagen zonder dat de inhoud wijzigt. Je ziet daar alleen maar frames. Die kun je met F5 (of Fn+F5) maken. Omdat de laag 'inhoud' steeds anders moet zijn zie je hierboven 7 keyframes staan. Er zijn dus 7 verschillende 'pagina's' in het voorbeeld hierboven. Er zullen dan ook 7 knoppen zijn.keyframes worden met F6 (of Fn + F6) gemaakt. Animatie Opdracht Inleveren Omdat de tijdlijn niet wordt afgespeeld, moet je animaties anders aanpakken. Je kunt gebruik maken van Filmclips (Movieclips). Deze hebben een eigen tijdlijn en daar kun je dan een animatie in maken. Ook kun je met script animeren. Dit kun je aanpakken met de Tweener-class. Zie hiervoor: * Je kiest zelf een onderwerp voor je training. * Er moeten in ieder geval 3 verschillende "pagina s" in beeld komen. * Er moet sprake zijn van animatie. * De flashpagina moet gecentreerd in een webpagina staan. Gebruik hiervoor Dreamweaver. * De deadline voor deze training is 18 maart. Dan moet deze training op N@tschool ingeleverd zijn. 7

8 Het maken van een moodboard (product) moodboard lifestyle Dit moet de sfeer gaan uitstralen van de nieuwe situatie. Onderzoek je doelgroep kijk wat zij doen, dragen, eten, besteden, etc. Geef dit weer op je lifestyleboard. Voor het moodboard begin je met het bespreken van het door jullie gevonden beeldmateriaal en maak je een selectie, zodat je samen aan de gang kunt gaan. Het moodboard dat je gaat maken geeft de sfeer weer van de campagne. Het formaat van het moodboard en het lifestyleboard is groter of gelijk aan A3 en kleiner dan A2 (het wordt gepresenteerd op 50 x 65 mm). Pas na goed kijken en schuiven neem je samen een beslissing. Zorg dat de sfeer duidelijk overkomt, vraag ook eens naar de mening van een ander. Bekijk en controleer of de doelgroep zich aangesproken voelt door jullie sfeer. Let ook op compositorische aspecten zoals; is je moodboard liggend of staand en waarom? Maak zelf een ezeltje of standaard, zodat je moodboard gepresenteerd kan worden. Je gaat vanuit het moodboard en het lifestyleboard werken. Je probeert je ideeën en concepten visueel te maken. Hoe en waar ga je mee beginnen zijn natuurlijk de meest brandende vragen die je hebt. Werk vanuit je moodboard en mindmap (blijf goed kijken naar je moodboard). In het moodboard heb je de sfeer van de uiteindelijk door jullie te maken vormgeving weergeven. In het moodboard heb je onderdelen qua lijn, kleur, vorm, textuur en typografie weergegeven. Analyseer je moodboard op deze aspecten en vertaal deze beelden naar een eigen lijn, vorm etc. Maar blijf steeds feedback geven op het door jou gemaakte tekenwerk en vraag je af of de beelden die je maakt nog steeds dezelfde sfeer en beeldtaal bevatten. Bijv. je hebt in je moodboard gescheurd en je beeldmateriaal bevat een grove structuur, de sfeer die moet overkomen is ruig en ruw. Hoe vertaal je dit naar lijn? Een grove markerstreep, een kwast streep met onderbreking, een stuk gerafelde schilderstape, ruw schuurpapier, noem maar op. Denk dus associatief, ook met je materiaalgebruik. Waar vraagt wat om? Ga je deze lijn nu decoratief gebruiken of vertaal je het naar een kleurvlak op de voorgrond? Wat is het formaat, en welke compositie ga je later toepassen? Is de sfeer van je moodboard dynamisch en gebruik je daarom een diagonaal compositie die beweging suggereert? Hoe pas je de typografie toe? Schets Schets vanuit de letterproef! Feitelijk ben je dus bezig met een techniekenonderzoek. Naar welk materiaal grijp je? En past dit materiaal nog in dezelfde stijlvorm? Vergeet niet dat je moodboard dus richtingaangevend is voor je gehele vormgeving en de ontwikkeling van je uiteindelijke concept. Je bestudeert en maakt een beeldtaal, het lijkt op een soort van staalkaartensysteem waaruit jouw vormgeving gaat bestaan. 8

9 Aanwijzingen Photoshop, Illustrator & InDesign Een hele pagina advertentie in de Metro/Spits * zorg voor een headline en eventueel een pay-off; * platte tekst; * formaat zelf onderzoeken * full color Maak gebruik van de programma s llustrator, Photoshop en maak het geheel op in het opmaakprogramma InDesign. Affiches voor de Abri Maak een serie van 3 affiches dat bedoeld is voor in een abri (2 op straat, 1 voor op het station). Maak eerst schetsen. Laat deze goedkeuren door de docent vormgeven alvorens ze digitaal in InDesign op te gaan maken op de computer. Fotografeer een abri of teken deze en monteer daar je affiche in. * zorg voor een headline en eventueel een pay-off; * full color CMYK; * 300 ppi * eventueel afloop * formaat van een abri is 2A0 (119 bij 175 cm), maar opmaken doe je deze keer binnen het formaat A3. Schaal het formaat zodanig binnen A3, dat de oospronkelijke verhouding van lengte en breedte bewaard blijft. Maak gebruik van de programma s Illustrator, Photoshop en maak het geheel op in het opmaakprogramma InDesign. Let er op dat als je op de XEROX-printer gaat printen dat je dat doet vanuit de PDF en zorg dat je bij het PDF-maken het XEROX-Stockholm.icc profiel gebruikt! 9

10 Inlever-protocol digitaal deel van het project Inleveren Ten behoeve van je competenties moeten de producten digitaal ingeleverd worden. Voordat jullie gaan presenteren moeten de digitale producten (gemaakt met de pakketten CS4 InDesign, PhotoShop en/of Illustrator) op een CD-ROM of DVD met inlegvel gebrand worden. Deze CD-ROM/DVD neem iedereen bij de presentatie mee. Op de CD-ROM/DVD staat: 1. een paginagrote advertentie in Metro/Spits (FC); 2. een serie van drie abri-posters; 3. een busreclame 4. een website in Flash Criteria Inlevermap Voor de printonderdelen gelden de volgende eisen: * pixelafbeeldingen voor print in CMYK (voor web in RGB); * bestandsformaten in print bewaren als.psd,.tiff of.eps (bij duotone en/of uitknippad), voor web in gif, jpg, png en swf; * pixelbestanden met resolutie van 300 ppi voor print en 72 ppi voor web; * pixel-afbeeldingen mogen binnen de % geplaatst worden; * maak gebruik van alineastijlen; * stel de regelafstand zelf in * juiste tekstbehandeling via instellingen als afbreken/uitvulling; * bewaren als pakket met alle gebruikte bestanden 'Links' in één map mét de map 'Fonts'; * pdf bestand erbij; let daarbij op dat er voor het juiste printerprofiel gekozen wordt; * de website in een eigen map en op N@Tschool, de psd en fla-bestanden in een aparte map 'bronbestanden'. Alle bovenstaande onderdelen in één map op CD-ROM/DVD: CAMPAGNE_JENAAM, voorzien van een relevant inlegvel en voorzien van je naam en klas! Maak gebruik van de programma s Illustrator, Photoshop en maak het geheel op in het opmaakprogramma InDesign. 10

11 Hoe je schetsboek er uitziet Opdracht Wat komt er in je schetsboek? Waarom een schetsboek? Het formaat is minimaal A3 liggend. Het bestaat uit een omslagvel (schutvel) waarop je naam en je klas staat en het onderwerp van je project (zie tekening). Als je project uit verschillende onderwerpen bestaat, laat dat dan ook zien in je schetsboek, d.m.v. een index (inhoud) en diverse tabbladen (tussenbladen) die de verschillende onderwerpen scheiden (zie tekening). De teksten op omslag, index en tabbladen mogen met de hand (mits typografisch goed verzorgd) worden gezet of op de computer (ook verantwoord). Zorg voor een logische opbouw van je schetsboek. Spreek je uit over een zelf gekozen lay-out! Het geheel wordt uiteindelijk gebonden met een bindsysteem, b.v. wire-o-binding (zie tekening). In je schetsboek staan al je ideeën gevisualiseerd, gekrabbeld of geschetst. Je schetsboek is een creatieve gedachtengang. Iedere schets is de moeite waard. Laat o.a. zien je kleuronderzoek, je vormonderzoek, je beeldonderzoek, typografisch onderzoek, letteronderzoek, compositie en alles wat er verder in je brokkelbreintje opkomt. Je schetsboek is een kijkboek dat laat zien hoe je aan het eindresultaat bent gekomen. Een schetsboek laat aan je docent en je stagebedrijf de volgorde zien hoe je tot een ontwerp gekomen bent. Het laat zien hoe je gedachtengang is geweest en hoe je tot een eindresultaat gekomen bent. 11

12 Presentatie protocol Opdracht Als je je werk goed wilt presenteren, maak dan gebruik van zwarte of grijze kartonnen borden of foambord. Zorg dat achter ieder bord een ezel zit (zie tekening). Plak het werk zodanig op het bord, dat het er ook weer onbeschadigd af kan (denk aan je stage-map) b.v. op 4 punten een beetje rubbercement of aan de bovenzijde een strookje spuitlijm. Gebruik beslist geen pritstift of plakband (zie tekening). Presentatie Plak je borden niet te vol met werk en maak het liggend of staand (zie tekening). Bescherm je werk met een schutvel. Na je presentatie kan je je werk van de borden afhalen en bewaren voor je stagemap. De lege borden kan je weer voor een volgende presentatie gebruiken. 12

13 Mediacollege Amsterdam opleiding Mediavormgever - uitstroomrichting grafisch vormgever Studiejaar: 2010 / 2011 Project 4: Campagne Big John Naam: Klas: Kerntaak 1: Ontwerpt media-uiting comp. werkprocessen 1.2 maakt plan van aanpak product sub beoordeling wie wanneer toelichting E overlegt en stemt af met collega's, de opdrachtgever en derden over het plan van aanpak voor de interne organisatie samenwerking concept doc. vormg. tussenpresentatie 1.3 maakt concept product sub beoordeling wie wanneer toelichting O ontwikkelt het concept, bedenkt het communicatie-idee en kiest voor een creatieve invulling van concept in woord en/of tussenpresentatie thema, sfeer, emotie, stijl en benaderingswijze, waarbij hij geschikte hulpmiddelen gebruikt om beeld doc. vormg. ideeën te vormen N reageert adequaat op reacties en kritiek van de opdrachtgever beschrijving ijk-persoon doc. com. tussenpresentatie K vormt zich een beeld op basis van de verzamelde informatie en legt dit beeld vast, vervolgens moodboard, legt hij het concept middels trendboards, moodboards en/ of styling cards vast op basis van conceptvoorstellen (goedgekeurd) advies aan de opdrachtgever beeld van markt/doelgroep en verantwoordt hierbij de gemaakte keuzes doc. vormg. tussenpresentatie 1.4 maakt ontwerp product sub beoordeling wie wanneer toelichting S werkt volgens gestelde kwaliteits- en productieniveaus en controleert het resultaat eenheid campagne R overlegt indien nodig met opdrachtgever, collega's en derden over het ontwerp verschillende ideeën in schetsboek schetsen doc. vormg. doc. vormg. eindpresentatie eindpresentatie lay-outschetsen K interpreteert het concept voor de media-uiting, hij kiest geschikte (vormgevings-) elementen zoals interpretatie concept stijl, kleur, beelden, teksten, layout, typografie en productspecificaties, hij houdt hierbij rekening met wet- en regelgeving o.a. op het gebied van auteursrecht, hij maakt een ontwerp waarbij in serie affiches (3) grote lijnen, middels roughs, layout proeven, prints, e.d., de elementen in samenhang worden weergegeven (structuur), verantwoordt gemaakte keuzes en maakt de presentatie in de vorm advertentie van o.a. layout proef en/ of visual filmpje (storyboard) website registratieformulier doc. vormg. eindpresentatie bij uitwerking youtube filmpje extra punten bus 1.5 presenteert media-uiting product sub beoordeling wie wanneer toelichting L gebruikt geschikte presentatiemiddelen en gebruikt ze doeltreffend conceptpresentatie tussenpresentatie campagnepresentatie eindpresentatie V reageert adequaat op reacties en kritiek van de opdrachtgever campagnepresentatie eindpresentatie H verantwoordt in het ontwerp gemaakte keuzes met steekhoudende argumenten conceptpresentatie tussenpresentatie campagnepresentatie eindpresentatie I presenteert de informatie op aantrekkelijke, overzichtelijke, heldere en deskundige wijze en campagnepresentatie eindpresentatie reageert adequaat op reacties van de opdrachtgever Kerntaak 2: Realiseert media-uiting comp. werkprocessen T zorgt er voor dat derden bestanden aanleveren in het juiste formaat en volgens de benodigde kleurmodus CMYK specificaties, zodat de bestanden bruikbaar zijn, vervolgens respecteert hij rechten en regelt toestemming voor gebruik resolutie 300 ppi schalen % kleurmodus RGB doc. dig. eindbeoordeling resolutie 100 % (niet geschaald) K verzamelt en inventariseert de benodigde materialen en bestanden voor de realisatie en bestanden op CD beoordeelt of ze technisch bruikbaar zijn, waar nodig bewerkt hij bestanden (digitaliseert beeld, beoordeelt elementen op geschiktheid voor een bepaalde media-uiuting, past elementen waar nodig aan) 2.3 Maakt de media-uiting product sub beoordeling wie wanneer toelichting S test de werking en/ of controleert de specificaties voor het te behalen kwaliteitsniveau en levert HR-productie pdf het bestand aan voor verdere productie of distributie/ uploading L gebruikt relevante software, met name vormgevings- en opmaaksoftware, zodat de media-uiting RELEVANTE SOFTWARE op de juiste wijze gemaakt wordt lay-out/tekst in Indesign beeld in Photoshop illustraties in Illustrator Serie posters Advertentie Bus WEBSITE incl. registratieformulier : flash doc. dig. eindbeoordeling R legt de realisatie, in de vorm van soft- en standproeven, ter goedkeuring voor aan de opdrachtgever en voert zonodig correcties door producten grafische technieken, CD en inlay K maakt en bewerkt tekst- en beeldelementen, o.a. illustraties, foto's (inclusief belichting), past DTP gekozen (vormgevings-)elementen toe, past kleurmanagement toe, brengt specificaties aan, o.a. PMS kleuren rasterpercentages, resolutie, compressie, kleurruimte, bestandsformaat, overdrukken, uitsparen, alineastijlen stramien/grid afvlakking en kleurovervul, werkt de structuur verder uit en plaatst hierin de elementen, past waar nodig interactiviteit en gebruiksvriendelijkheid toe, stemt vorm en inhoud op elkaar af afloop tekstafbrekingen tekstbehandeling WEB rollovers linken werken T 2.5 Beheert database product beoordeling wie wanneer toelichting slaat alle bestanden op in de database conform de geldende afspraken pakket vanuit InDesign HR productie pdf doc. dig. eindbeoordeling naamgeving website online op n@tschool 13

14 Aantekeningen: 14