Signaalkaart Warme overdracht

Transcriptie

1 Signaalkaart Warme overdracht Voor het maken van een bewuste studiekeuze Naam: Stefan de Groot

2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Hoe lees ik de uitslag?... 9 De StudiesuccesWaarden van Stefan de Groot Aan de slag met de Signaalkaart Warme overdracht Pagina 2 van 15

3 Inleiding Op 2 augustus 2013 heb jij, Stefan de Groot, in het kader van jouw studiekeuze de Signaalkaart Warme overdracht ingevuld. De Signaalkaart Warme overdracht brengt laagdrempelig jouw studieinteresse en jouw studiesucceswaarden binnen het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) in kaart. De uitslag geeft je informatie over welke opleidingen wel of niet aansluiten bij jouw interesses. In deze rapportage wordt jouw persoonlijke uitslag teruggekoppeld. Ook worden je tips aangereikt wat jij het beste met de uitslag kan doen. Op de volgende pagina's wordt toegelicht wat Signaalkaart Warme overdracht is en hoe de rapportage is opgebouwd. Op deze manier kun je zelf met jouw uitslag aan de slag! NB. Dit rapport is uitsluitend bestemd voor jou. Omdat individuen en werksituaties veranderen heeft het rapport slechts een beperkte geldigheidsduur. Pagina 3 van 15

4 Wat is Signaalkaart Warme overdracht en hoe werkt het? Signaalkaart Warme overdracht is een digitale vragenlijst die jou helpt, in een korte tijd, na te laten denken over het kiezen van een passende vervolgstudie. Veel aankomende studenten vinden het lastig een keuze te maken. Ook heeft niet iedereen een goed beeld van wat een bepaald beroep precies inhoudt. In de vragenlijst hebben wij hier rekening mee gehouden. Je hebt niet hoeven kiezen uit beroepen, maar uit interessegebieden en activiteiten. Wel moest je altijd een keuze maken. Het kan maar zo zijn dat je een keuze hebt moeten maken uit dingen waaruit je helemaal niet wilde kiezen, omdat je ze allemaal even leuk vindt of aan allemaal een hekel hebt. Dit doen wij om jou inzicht te geven in op de manier waarop jij keuzes maakt. Jouw resultaten Op basis van de vragenlijst die je hebt ingevuld wordt er automatisch een rapportage gegenereerd waarin jouw resultaten aan jou worden teruggekoppeld. Deze rapportage helpt je te reflecteren op de studiekeuze die je van plan bent te maken of die je onlangs hebt gemaakt. De rapportage is zo opgesteld dat je deze zelfstandig kunt lezen. Het kan natuurlijk ook zijn dat je naar aanleiding van de rapportage nog vragen hebt of de behoefte voelt met iemand over de uitslag te 'sparren'. Bij het Dijkzicht College kun je bij vragen terecht bij een studiekeuzeadviseur, te bereiken via of door te bellen naar Pagina 4 van 15

5 Het maken van een studiekeuze Wanneer je een studiekeuze maakt zijn er meerdere factoren die jouw keuze bepalen. Vaak heeft jouw nabije omgeving invloed op de keuze die je maakt (wat vinden jouw ouders?). Ook spelen praktische aspecten zoals reisafstand, kosten of studiebelasting een rol. Het is aan jou om rekening te houden met al deze factoren en vervolgens zelf een studiekeuze te maken. Zeer zeker niet eenvoudig, maar ook zeker niet onmogelijk. Het maken van een passende studiekeuze start door je te realiseren hoe jij gewend bent keuzes te maken. Doe jij dit vooral vanuit je hoofd, vanuit je hart, gebaseerd op de feiten of laat jij je leiden door je gevoel? Vanuit je hoofd... Je denkt vooral na over wat er bij je past of niet. Je wilt graag een verstandige keuze maken. Vanuit je hart... Je laat je leiden door jouw passie. Door wat je wel of niet leuk vindt. Je wilt graag iets kiezen wat je leuk vindt. Vanuit feiten... Je laat je leiden door jouw mogelijkheden. Door wat je kan en waar je goed in bent. Je wilt graag iets kiezen waar je goed in bent. Vanuit je huidige beleving... Je laat je leiden door jouw gevoel. Door waar je je veilig of vertrouwd bij voelt. Je wilt graag iets kiezen wat je energie geeft of jou juist geen energie kost. Reflecteren op jouw studiekeuze Het is belangrijk jezelf af te vragen hoe jij gewend bent keuzes te maken. Wat weegt voor jou het zwaarst en welke invloed heeft dit op de keuze die je maakt? Een voorbeeld: Martijn laat zich in zijn keuzes leiden door feiten. Bij het maken van een studiekeuze richt hij zich op waar hij goed in is. Op school was hij altijd al erg goed in economie en wiskunde. Hij kiest daarom voor de opleiding Bedrijfsadministrateur (niveau 4). Na een half jaar heeft Martijn het niet meer naar zijn zin op de opleiding. Hij haalt weliswaar goede cijfers, maar hij is er achter gekomen dat het hem toch leuker lijkt om meer contact te hebben met mensen. Hij stapt over naar de opleiding Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen (niveau 4). Pagina 5 van 15

6 Op basis waarvan maak jij een studiekeuze? Omdat je het 'leuk' vindt? Omdat je het een verstandige keuze lijkt? Omdat je er goed in bent? of Omdat het je een goed gevoel geeft? En andersom benaderd: wat zou voor jou een reden kunnen zijn om een opleiding vroegtijdig af te breken? Het beantwoorden van bovenstaande vragen helpt je bewust te worden waar jij, waarschijnlijk zonder er over na te denken, het zwaartepunt legt bij het maken van een studiekeuze. Nog interessanter is om te onderzoeken waar jij geen of nauwelijks een zwaartepunt legt. Waar vergeet jij mogelijk nog rekening mee te houden? De uitslag van Signaalkaart Warme overdracht geeft je inzicht in wat je zou willen doen, welke opleiding of studie. Zou je graag meer willen weten (bijvoorbeeld wie je bent, welke rol jouw persoonlijke situatie speelt en wat je kan)? Overleg dan met je onderwijsinstelling wat de mogelijkheden zijn voor bijvoorbeeld het maken van een persoonlijkheidstest of een capaciteitentest. Pagina 6 van 15

7 Hoe is Signaalkaart Warme overdracht opgebouwd? De Signaalkaart Warme overdracht is opgebouwd uit een twintigtal beroepssectoren waarin jij later werkzaam kunt zijn. Aan deze beroepssectoren zijn MBO opleidingen gekoppeld. Op basis van de antwoorden die je hebt gegeven op de vragen scoor je op de verschillende beroepssectoren. Je kunt omhoog scoren ofwel dat deze beroepssector bij je past of je kunt omlaag scoren wat aangeeft dat deze richting niet bij je past. Bij iedere vraag heb jij aangegeven wat het meest bij je past en wat het minst bij je past. Al deze antwoorden opgeteld, worden weergegeven in een totaalgrafiek. Hieronder zie je een voorbeelduitslag hiervan. Figuur 1: voorbeeld uitslag grafische weergave Signaalkaart Warme overdracht Kleurdenken Naast de verschillende staafjes omhoog en omlaag zie je ook een duidelijke indeling in kleuren. Deze kleuren zijn methodisch onderverdeeld in geel, blauw, groen en rood en gekoppeld aan de twintig beroepssectoren en bijbehorende MBO opleidingen 1. Gele beroepssectoren/ opleidingen (denkberoepen) De gele beroepssectoren en aanverwante opleidingen kenmerken zich doordat zij vallen onder de categorie denkberoepen. Onder denkberoepen verstaan wij beroepen en opleidingen die met name gedreven worden vanuit het hoofd. Denk hierbij aan beroepen en opleidingen waar je analytisch, ikgericht of creatief voor moet zijn of beroepen waar culturele affiniteit belangrijk is. Blauwe beroepssectoren/ opleidingen (doenberoepen) De blauwe beroepssectoren en aanverwante opleidingen kenmerken zich doordat zij vallen onder de categorie doenberoepen. Onder doenberoepen verstaan wij beroepen en opleidingen die met name 1 Zoals je zult begrijpen heeft een opleiding meerdere facetten in zich dan bijvoorbeeld alleen 'geel'. De indeling in kleuren is gemaakt op basis van de hoofdelementen uit de betreffende opleiding. Pagina 7 van 15

8 gedreven worden vanuit feiten/regels. Denk hierbij aan beroepen en opleidingen waar je punctueel, gedisciplineerd en gestructureerd voor moet zijn of beroepen waar affiniteit met geld of regelgeving/beleid belangrijk is. Groene beroepssectoren/ opleidingen (mensgerichte beroepen) De groene beroepssectoren en aanverwante opleidingen kenmerken zich doordat zij vallen onder de categorie mensgerichte beroepen. Onder mensgerichte beroepen verstaan wij beroepen en opleidingen die met name gedreven worden vanuit iets voor een ander willen betekenen of iets op anderen overdragen. Denk hierbij aan beroepen en opleidingen waar je moet kunnen samenwerken, inlevingsvermogen dient te hebben en jezelf onderschikt moet kunnen maken of beroepen waar affiniteit met planten, dieren, mensen of onderwijs belangrijk is. Rode beroepssectoren/ opleidingen (pro-actieve of statusgerichte beroepen) De rode beroepssectoren en aanverwante opleidingen kenmerken zich doordat zij vallen onder de categorie pro-actieve of statusgerichte beroepen. Onder de beroepen verstaan wij beroepen en opleidingen die met name gedreven worden vanuit jezelf laten zien en/of een actieve bijdrage leveren aan succes. Denk hierbij aan beroepen en opleidingen waar je op de voorgrond staat, jij je mannetje moet kunnen staan, de leiding nemen of beroepen waar het belangrijk is status of aanzien af te dwingen. Studiesucceswaarden Naast jouw opleidings- en beroepsinteresse zijn ook jouw studiesucceswaarden in kaart gebracht. Een studiesucceswaarde is een onderwerp die voor iedere student belangrijk is om zijn of haar studie te kunnen behalen. Er zijn acht studiesucceswaarden waar jij laag, gemiddeld of hoog op kunt scoren. Hoe hoger jouw score op de studiesucceswaarden hoe groter de kans dat jij een studie met succes kunt behalen. Wanneer er lagere scores aanwezig zijn, is het belangrijk dat je aan deze onderwerpen aandacht schenkt of om hulp of begeleiding vraagt in jouw omgeving. De acht studiesucceswaarden: Studiestress Studiemotivatie Toekomstbeeld Zelfvertrouwen Studiebegeleiding Studiediscipline Sociale omgeving Studieregie Pagina 8 van 15

9 Hoe lees ik de uitslag? Je hebt kunnen lezen hoe de Signaalkaart Warme overdracht is opgebouwd. Maar hoe lees ik nu mijn eigen uitslag? Op de volgende pagina tref jij je eigen uitslag aan. Je ziet hoe jouw grafiek eruit ziet. Als jij de grafiek wilt lezen, kun je kijken naar de individuele staafjes die omhoog staan of omlaag staan. De staafjes die omhoog staan, zijn beroepssectoren die jouw interesse hebben (je hebt er affiniteit mee). De staafjes die naar beneden staan, zijn beroepssectoren waarvan jij hebt aangegeven dat jij daar geen of nauwelijks affiniteit mee hebt en die op dit moment minder jouw interesse hebben. Zoals je ziet hebben de staafjes ook een kleur. Je hebt kunnen lezen wat deze kleuren betekenen en welke algemene eigenschappen belangrijk zijn in deze beroepssector. Je kunt bij jezelf nagaan of jij dat herkent als je kritisch naar je eigen eigenschappen kijkt. Herken je deze eigenschappen niet bij jezelf of heb je eigenlijk geen idee of jij deze eigenschappen bezit, ga dan op vervolgonderzoek uit om straks een goede keuze te maken. Met andere woorden: kun jij ook (leren) wat er straks gevraagd wordt in de opleiding? Na het eerste onderdeel met de staafjes, kijk je naar de poppetjes. Dit zijn de studiesucceswaarden. Iedere studiesucceswaarde heeft een omlijsting in de kleur rood, oranje of groen. Een groene omlijsting betekent dat dit onderwerp jou waarschijnlijk niet zal belemmeren bij het doorlopen van de studie. Een oranje omlijsting betekent dat het verstandig is aandacht te schenken aan dit onderwerp. Bijvoorbeeld door het er met je omgeving over te hebben of door hulp te vragen bij de school. Een rode omlijsting betekent dat het dit onderwerp voor jou een struikelblok kan zijn bij het behalen van de studie. Het is daarom nodig dat je bij dit betreffende onderwerp vraagt om hulp of begeleiding, zodat je kunt voorkomen dat je de studie straks vroegtijdig moet afbreken. Voor het lezen van de Signaalkaart Warme overdracht kun je de volgende stappen doorlopen: - Kijk naar de kleuren: op welke kleur (welke soort opleidingen/beroepen) scoor jij vooral hoog? Op welke kleur scoor jij vooral laag? - Kijk naar de staafjes: op welke staafjes scoor jij hoog? Herken je dit ook? Zoja, vraag jezelf dan af waarom dit gebied jouw interesse heeft. - Kijk naar de staafjes: op welke staafjes scoor jij laag? Herken je dit ook? Zoja, vraag jezelf dan af waarom dit gebied jouw interesse niet heeft. - Kijk naar de poppetjes: Zijn er poppetjes waar jij oranje of rood op scoort? Herken je dit ook? Zoja, vraag jezelf dan af met wie je deze uitslag kunt bespreken en bij je terecht kunt voor begeleiding bij dit onderwerp. - Maak voor jezelf de balans op! Ben jij zeker van jouw keuze? Heb je inzicht gekregen in welke stappen je nog wilt ondernemen? Of heb jij behoefte aan meer informatie? Studierichtingen MBO Onder jouw persoonlijke grafiek tref je, door de computer gegeneerd, een aantal opleidingsrichtingen aan die wel of juist niet passen bij jouw studie interesse. Probeer eens bewust bij deze opleidingen stil te staan en probeer toe te passen wat je in deze inleiding hebt geleerd. Wij wensen je veel plezier het lezen van je eigen uitslag op de volgende pagina! Pagina 9 van 15

10 De StudiesuccesWaarden van Stefan de Groot Studiestress Studiemotivatie Toekomstbeeld Zelfvertrouwen Studiebegeleiding Studiediscipline Sociale omgeving Studieregie Pagina 10 van 15

11 Een toelichting van jouw opleidingsvoorkeuren: Werkzaamheden, opleiding en stage gericht op de werking van allerlei apparaten,technische installaties, constructies en systemen. Opleidingen op MBO niveau: Monteur mechatronica (2), Verspaner (2), Eerste monteur elektronische installaties (3) Infratechniek (3), Middenkader engineering elektrische installaties(4) Mechatronica (4), Installatietechniek (2 en 3), Commercieel technicus (4), Human technology (4). Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het gebied van logistiek en vervoer, zowel van goederen als mensen. Opleidingen op MBO niveau: Logistiek medewerker (2), Opleiding chauffeur goederenvervoer (2), Logistiek Supervisor (3), Agrologistiek en transport (3), Exportmedewerker (4), Vestigingsmanager groothandel (4), Logistiek supervisor (4), Luchtvaartdienstverlener (4), Kapitein (4), luchtvaart logisticus (4) Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het maken van nuttige of mooie dingen en werken met je handen. Opleidingen op MBO niveau: Assistent bouw en infra (1), Bouwkunde- timmerman, metselaar, voeger, straatmaker, glaszetter, stukadoor en tegelzetter (1 t/m 4), (Allround) Waterbouwer (2,3), Middenkaderfunctionaris bouw (4), Middenkaderfunctionaris infra (4), Vormgeving, Design & Architectuur (4). Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het zelfstandig uitvoeren van opdrachten of klussen, ondernemer of manager zijn. Opleidingen op MBO niveau: Ondernemer detailhandel (4), ondernemer midden- en kleinbedrijf (4), ondernemer groothandel (4), creatief vakman (4), eletrotechnisch ondernemer (4), goudsmid ondernemer (4), horeca-ondernemer/-manager (4), kader- en ondernemersopleiding in de bouw (4). Opleidingen waar jij absoluut niet aan wilt denken: Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op creatieve uitvoerende beroepen (kunst/cultuur/media). Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het verrichten van financiële, fiscale en administratieve ondersteuning. Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het beheren van gebouwen en het faciliteren en ondersteunen van medewerkers (post, archief). Werkzaamheden, opleiding of stage gericht op het welzijn en hulpverlening van andere mensen en het werken in de sociale sector. Pagina 11 van 15

12 Een toelichting van jouw studiesucceswaarden: Studiestress De score op studiestress geeft aan of iemand gevoelig is om studiestress te ervaren. Het geeft een goed beeld van de mate waarin iemand zijn of haar studie als zwaar of moeilijk ervaart en in hoeverre iemand hierdoor het gevoel heeft te moeten presteren. Wanneer iemand studiestress ervaart, is iemand vaak erg zenuwachtig voor tentamens of toetsmomenten, heeft iemand het gevoel te moeten presteren of is iemand bang om te falen. Jij lijkt niet of nauwelijks gevoelig voor studiestress. Je ervaart studeren niet als zwaar of moeilijk en je bent niet bang om fouten te maken of te falen. Je bent in staat overzicht te behouden, ook wanneer de studiedruk toeneemt. Studeren is voor jou niet het allerbelangrijkste in je leven. Mede hierdoor heb je niet of nauwelijks het gevoel onder (prestatie)druk te staan. Studiemotivatie De score op studiemotivatie geeft aan in hoeverre iemand vanuit zichzelf gemotiveerd is om een studie te volgen en te behalen. Iemand met een hoge studiemotivatie is gedreven en gemotiveerd om persoonlijke doelen en ambities na te streven. Jij bent sterk gemotiveerd de studie die jij kiest of hebt gekozen te behalen. Jij bent hiertoe gemotiveerd omdat de studie aansluit bij jouw interesses en drijfveren en omdat jij het gevoel hebt hiermee jouw persoonlijke doelen te kunnen bereiken. Toekomstbeeld De score op toekomstbeeld geeft aan in hoeverre iemand ervaart dat zijn of haar studie aansluit bij de persoonlijke loopbaanwensen. Het geeft een goed beeld van de kansen en mogelijkheden die iemand ziet en de mate waarin iemand er op vertrouwt deze met het behalen van de studie te kunnen benutten. Jij geeft aan een positief beeld te hebben van jouw toekomst. Je maakt je geen zorgen over jouw toekomst en hebt een positief beeld over jouw carrièreperspectief. Jij ervaart dat het behalen van de studie een zinvolle bijdrage levert aan jouw kansen op de arbeidsmarkt en je hebt er vertrouwen in een baan te kunnen vinden die aansluit bij jouw ambities. Pagina 12 van 15

13 Zelfvertrouwen De score op zelfvertrouwen geeft aan in hoeverre iemand beschikt over een positief zelfbeeld. Het geeft naast een goed beeld van het vertrouwen dat iemand in zichzelf heeft ook een beeld van de mate waarin iemand ervaart te kunnen anticiperen op teleurstelling en tegenslag. Jij geeft aan soms te twijfelen aan jezelf. Jij vertrouwt niet altijd op de talenten en capaciteiten die jij hebt. Je voelt je soms onzeker en ervaart dat anderen regelmatig kritiek op jou hebben. Je bent niet altijd trots op jezelf en hebt soms het gevoel dat je vooral erg hard moet werken om je doelen te kunnen behalen. Studiebegeleiding De score op studiebegeleiding geeft aan in hoeverre iemand zelfstandig de studie kan doorlopen of daarbij hulp of ondersteuning nodig heeft van anderen. Het geeft een goed beeld van de mate waarin iemand begeleiding bij het aanbrengen van structuur bij studeren behoeft. Jij hebt een sterke behoefte aan begeleiding tijdens de studie. Jij geeft aan moeite te hebben structuur aan te brengen in het studeren en kan zonder hulp of advies mogelijk vastlopen in de studie. Jij zal baat hebben bij iemand die jou kan adviseren in het maken van (realistische) keuzes en het aanbrengen van structuur bij het studeren. Studiediscipline De score op studiediscipline geeft aan in hoeverre iemand actief bezig is met zijn of haar studie en, wanneer de situatie hier om vraagt, bereid is overige zaken op een lager pitje te zetten. Het geeft een goed beeld van de mate waarin iemand zich al dan niet laat afleiden van de studie en ook bij tegenslag en teleurstelling zal willen doorzetten. Jij bent gedreven en gedisciplineerd om te studeren. Jij zal aandacht en tijd schenken aan jouw studie en je bent bereid jouw sociale leven op een lager pitje te zetten wanneer de situatie hier om vraagt. Wanneer de studie of de studieresultaten tegenvallen ben jij geneigd door te zetten en niet op te geven. Het voortijdig beëindigen van de studie zal je in ieder geval willen voorkomen. Pagina 13 van 15

14 Sociale omgeving De score op sociale omgeving geeft aan hoe iemand betrokkenheid vanuit de directe leefomgeving ervaart. Het geeft een goed beeld van de mate waarin iemand zich gesteund, gestimuleerd en begrepen voelt en de mate waarin iemand het gevoel heeft op de directe omgeving terug te kunnen vallen bij zorgen of problemen. Jouw sociale omgeving is, in het kader van studeren, weinig stimulerend voor jou. In jouw directe omgeving zijn er weinig mensen die op dit moment ook studeren of een (vak)opleiding hebben genoten. Jij kan bij studiezorgen of problemen vrijwel niet op jouw directe omgeving terugvallen of om hulp vragen. Ook kan je het gevoel hebben niet begrepen te worden door jouw directe omgeving, doordat jij jouw studie ervaringen niet altijd kunt delen met anderen. Studieregie De score op studieregie geeft in hoeverre iemand beschikt over de mogelijkheid tijd en aandacht te schenken aan de studie. Het geeft een goed beeld van de mate waarin iemand ruimte heeft in het dagelijkse leven om te studeren, danwel (noodgedwongen) in beslag wordt genomen door andere activiteiten. Jij kunt slechts in beperkte mate zelf regie voeren over jouw studie. Jij bent door omstandigheden vaak onvoldoende in de gelegenheid om zelf te bepalen wanneer jij tijd en aandacht schenkt aan jouw studie. Persoonlijke omstandigheden zoals bijvoorbeeld de financiële situatie of zorgen en problemen vragen veel aandacht van jouw, waardoor je in sommige situaties jouw studie noodgedwongen op een lager pitje moet zetten. Pagina 14 van 15

15 Aan de slag met de Signaalkaart Warme overdracht Op de vorige pagina heb jij jouw persoonlijke uitslag kunnen lezen. Komen de uitkomsten overeen met de opleiding die je in gedachten had? Of ben jij nu in verwarring? Of heb jij nieuwe inzichten gekregen waar jij nog niet eerder over hebt nagedacht? Vaak helpt het om de uitslag te bespreken met je omgeving, bijvoorbeeld met je ouders/verzorgers of met vrienden. Heeft de uitslag meer vragen opgeroepen waardoor je nu niet goed weet wat je het beste kunt doen? Neem dan contact op met degene die jou gevraagd heeft deze Signaalkaart Warme overdracht in te vullen en leg jouw vraag voor. Zij kunnen je verder helpen in jouw studiekeuze proces. Tip: mocht je nog niet helemaal zeker zijn of de opleiding die jij wilt gaan doen bij je past? Neem dan contact op met een bedrijf die in deze sector valt. Vraag of je een paar uur mee mag kijken of een kort interview mag houden met één of meer medewerkers. Dit kan jou helpen om een concreet beeld te vormen wat het beroep in de praktijk inhoud en of dit bij jou past. Wij wensen je veel succes bij het maken van een bewuste studiekeuze! De eerste stap naar Studiesucces heb jij, door het invullen van deze Signaalkaart Warme overdracht, zelf gezet!!!! Pagina 15 van 15