Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van de Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 1999 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN DEEL Door middel van dit wetsvoorstel wordt voorgesteld de begroting van de uitgaven en ontvangsten van de Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 1999 te wijzigen. Met ingang van 1999 worden de rentelasten en rentebaten op transactiebasis opgenomen in de uitgavenijklijn en in het EMU-saldo van de overheid. In de Voorjaarsnota 1999 worden alle met de Nationale Schuld-begroting samenhangende lasten en baten opgenomen op transactiebasis. Conform de Comptabiliteitswet worden in deze 1e suppletore begroting de rentelasten en -baten gabaseerd op het kasstelsel. De aansluiting tussen de rentelasten op transactiebasis (Voorjaarsnota) en de rentelasten op kasbasis is hieronder weergegeven. Aangekondigd in de Voorjaarsnota (transactiebasis) 421,1 Verschil transactiebasis kasbasis ,2 Te verwerken relevant voor het feitelijk financieringstekort (kasbasis) + 965,1 Niet-relevant voor het financieringstekort ,8 Totaal te verwerken (kasbasis) ,9 Verwerkt in dit voorstel ,9 Aangekondigd in de Voorjaarsnota (transactiebasis) + 15,8 Verschil transactiebasis kasbasis + 425,3 Te verwerken relevant voor het feitelijk financieringstekort (kasbasis) + 441,1 KST34966 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 1999 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 1

2 Aangekondigd in de Voorjaarsnota (transactiebasis) + 15,8 Verschil transactiebasis kasbasis + 425,3 Niet-relevant voor het financieringstekort ,2 Totaal te verwerken (kasbasis) ,3 Verwerkt in dit voorstel ,3 Voor een toelichting op de mutaties wordt verwezen naar de artikelsgewijze toelichting. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen) Rente vaste schuld Stand ontwerp-begroting , ,6 mutatie + 50,5 + 50,5 Stand 1e suppletore begroting , ,1 Specificatie mutatie : Rente vaste schuld de mutatie is het effect van de omruiloperatie in 1998 van 5 illiquide leningen naar de 5,5% lening 1998 per 15 januari ,4 de mutatie is het gevolg van emissies in het 3e en 4e kwartaal van 1998 waarbij de couponrente hoger lag dan de gehanteerde rekenrente. + 78,4 overige mutaties + 3,3 Overige rentelasten vaste schuld de mutatie betreft een bijstelling van de geraamde rentebijschrijving ten gunste van het Spaarfonds AOW. + 59, Aflossing vaste schuld Stand ontwerp-begroting , ,8 mutatie , ,8 Stand 1e suppletore begroting , ,6 De mutatie heeft voornamelijk betrekking op de realisatie van vervroegde aflossing op onderhandse leningen tot en met februari 1999 (f 1,502 mld.). Het overige heeft betrekking op de amortisatie van Grootboekschuld. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 2

3 11.03 Agio bij inkoop schuld Stand ontwerp-begroting 0,0 0,0 mutatie + 50,0 + 50,0 Stand 1e suppletore begroting 50,0 50,0 De mutatie heeft betrekking op het agio dat verschuldigd is bij de inkoop van onderhandse leningen Disagio bij uitgifte schuld Stand ontwerp-begroting 0,0 0,0 mutatie + 725, ,6 Stand 1e suppletore begroting 725,6 725,6 Bij de uitgiftes van de 3,75% 1999 lening per 15 juli 2009 (uitgifte in januari en maart 1999) en de 3% lening 1999 per 15 februari 2002 ( uitgifte in februari 1999) lag de koers onder pari waardoor f 295,5 mln. disagio is geboekt. Het overige betreft een stelpostraming op dit onderdeel welke gebaseerd is op de resterende emissies in 1999 conform de emissiekalender Overige uitgaven vaste schuld Stand ontwerp-begroting 3,3 3,3 mutatie + 28,6 + 61,8 Stand 1e suppletore begroting 31,9 65,1 Specificatie mutatie : De verplichting heeft betrekking op de verschuldigde boete op vervroegde aflossingen van onderhandse leningen welke in 1999 zijn aangegaan. Provisie en kosten sinds 1 januari 1999 werkt het Agentschap met een stelsel van Primary Dealers om de internationale plaatsing van Nederlandse Staatsschuld verder te bevorderen en de concurrentiepositie van Nederlande Staatsobligaties in de eurokapitaalmarkt te versterken. De vergoeding voor de activiteiten van de Primary Dealers wordt in 1999 geraamd op f 21,4 mln. + 21,4 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 3

4 Boete door vervroegde aflossing van onderhandse leningen is tot en met februari 1999 f. 40,4 mln. aan boete gerealiseerd. + 40, Rente vlottende schuld Stand ontwerp-begroting 706,7 706,7 mutatie + 77,2 + 77,2 Stand 1e suppletore begroting 783,9 783,9 Specificatie mutatie : Voor 1999 is de raming van de renteuitgaven voor DTCs verhoogd met f 240 mln. Dit heeft een tweetal oorzaken. Ten eerste zullen er in 1999 gemiddeld meer DTCs uitstaan doordat het kapitaalmarktberoep gelijkmatig over het jaar verspreid wordt. Gezien de scheve verdeling van de financieringsbehoefte bestaan in het begin van het jaar grotere liquiditeitstekorten dan later in het jaar. Deze werden in het verleden gecompenseerd door uitgifte van een extra lening in januari. Hiervan is met ingang van dit jaar afgezien. Ten tweede is door de invoering van de euro incidenteel afgezien van de uitgifte van een halfjaars- en een éénjaars-dtc-programma in het najaar van Doordat de rente op DTCs vooraf betaald wordt, betekent dit een verschuiving van DTC kosten van 1998 naar ,0 de mutatie is het gevolg van een verlaging van de (korte) rekenrente 162,8 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 4

5 Wetsartikel 2 (ontvangsten) Uitgifte van vaste schuld Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerp-begroting Stand ontwerp-begroting ,7 mutatie ,2 Stand 1e suppletore begroting ,9 De uitgifte van vaste schuld in 1999 neemt toe door een verhoging van de financieringsbehoefte als gevolg van een gewijzigd financieringstekort en hogere aflossingen ( i.v.m. vervroegd aflossen van onderhandse leningen) Agio bij uitgifte vaste schuld Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerp-begroting Stand ontwerp-begroting 0,0 mutatie + 424,8 Stand 1e suppletore begroting 424,8 De mutatie betreft een stelpostraming op dit onderdeel in verband met de geplande vervolguitgifte van de 5,5% lening 1998 per 15 januari 2028 (waarbij de koers boven pari ligt) in de tweede helft van Disagio bij inkoop schuld Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerp-begroting Stand ontwerp-begroting 0,0 mutatie + 0,5 Stand 1e suppletore begroting 0,5 De mutatie heeft betrekking op het geboekte disagio bij amortisatie van grootboekschuld Rentevergoeding op schatkistsaldo Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerp-begroting Stand ontwerp-begroting 22,2 mutatie + 15,8 Stand 1e suppletore begroting 38,0 De mutatie betreft een bijstelling van de stelpostraming op het onderdeel vergoeding op schatkistsaldo en wordt veroorzaakt door een hoger schatkistsaldo in december 1998 en begin januari 1999 wat leidt tot een hogere rentevergoeding door de Nederlandsche Bank. De Minister van Financiën, G. Zalm Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 5