DATABANK EFFECTIEVE JEUGDINTERVENTIES Werkblad beschrijving en beoordeling interventies

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DATABANK EFFECTIEVE JEUGDINTERVENTIES Werkblad beschrijving en beoordeling interventies"

Transcriptie

1 DATABANK EFFECTIEVE JEUGDINTERVENTIES Werkblad beschrijving en beoordeling interventies Nederlands Jeugdinstituut/NJi Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Samenvatting Doel Het doel van het overbruggingsplan is na een uniforme signalering volgens het signaleringsprotocol, een verder gewichtstoename in vergelijking met de lengtetoename door groei te voorkomen door het aanbieden van een uniforme begeleiding bij kinderen met overgewicht inpasbaar binnen de Jeugdgezondheidszorg. Het overbruggingsplan geeft daarnaast concrete adviezen uitgesplitst naar de leeftijd van het kind voor preventie van overgewicht (0 jaar, 1 jaar, 2-4 jaar, 4-12 jaar, adolescenten). Deze adviezen passen binnen het Basistakenpakket van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Doelgroep Het overbruggingsplan richt zich op kinderen van 2 tot en met 18 jaar met overgewicht (secundaire preventie) ter voorkoming van obesitas en op kinderen van 0 tot en met 18 jaar (primaire preventie) ter voorkoming van overgewicht. Met het landelijk signaleringsprotocol, vastgesteld door het Platform JGZ, kunnen kinderen met overgewicht vanaf twee jaar worden gesignaleerd. Intermediaire doelgroepen: - medewerkers van GGD (jeugdartsen, verpleegkundigen en doktersassistenten) - medewerkers van thuiszorg (jeugdartsen en verpleegkundigen) - ouders van kinderen met overgewicht, adolescenten met overgewicht (en hun ouders) Aanpak Het overbruggingsplan bevat een systematische aanpak voor de JGZ medewerkers om kinderen met overgewicht die (vroegtijdig) opgespoord zijn met het signaleringsprotocol, te adviseren en te begeleiden om een verdere relatieve gewichtstoename en daarmee obesitas bij deze kinderen te voorkomen. Daarnaast geeft het overbruggingsplan aanwijzingen aan medewerkers JGZ voor primaire preventie van overgewicht bij kinderen. Het plan richt zich op vijf elementen (BBOFT): - het bevorderen van Borstvoeding (primaire preventie) - meer Buiten spelen en bewegen (primaire en secundaire preventie) - regelmatig en goed Ontbijten (primaire en secundaire preventie) - het verminderen van gebruik van gezoete, Frisdranken (primaire en secundaire preventie) - minder voor Tv of computer zitten (primaire en secundaire preventie). Van bovengenoemde elementen is uit de literatuur bekend dat zij veelbelovend zijn in de aanpak van overgewicht bij kinderen. Deze elementen hebben daarnaast positieve neveneffecten op de gezondheid van kinderen: zoals minder frisdrank- minder caries; meer ontbijten- betere schoolprestaties. Borstvoeding geeft op populatieniveau veel voordelen, zoals minder oorontstekingen, betere hersenontwikkeling, betere hechting. Een kind (B)BOFT met deze aanpak. De begeleiding bij overgewicht bestaat uit maximaal 4 consulten. In het eerste consult wordt met de ouder, ouder en kind of de adolescent samen, na het afnemen van een anamneselijst, waarin de 4 BOFT elementen voor secundaire preventie worden nagevraagd en het bepalen van motivatie van ouder en kind, een haalbaar veranderplan opgesteld om te werken aan gedragsverandering om verdere gewichtstoename 1

2 te voorkomen. Gezien de groei van kinderen niet op elke leeftijd gelijk is kan hierbij geen streefgetal worden genoemd. In de maximaal 3 vervolgconsulten wordt nagegaan of er positieve veranderingen zijn in gedrag op de afgesproken BOFT elementen (1 of meer elementen) en overgewicht. Materiaal De publicatie Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht bevat een wetenschappelijke onderbouwing en een heldere beschrijving van de methode met daarin o.a. een schema met het signaleringsprotocol, de anamneselijst, motivatiebepaling, stroomschema voor begeleiding, de te volgen stappen voor motiverende gespreksvoering en concrete adviezen per leeftijdscategorie. Deze publicatie is voor professionals gratis te downloaden op Daarnaast is het signaleringsprotocol, een BMI nomogram en een actieplan voor ouders eveneens kosteloos beschikbaar. Onderzoek effectiviteit In het landelijk overbruggingsplan is gebruik gemaakt van veelbelovende elementen, die in buitenlandse interventiestudies positieve effecten opleverden en als veelbelovend in de aanpak van overgewicht naar voren komen. De elementen zijn bovendien concreet en praktisch, zijn zeker niet schadelijk en gaan gepaard met gunstige neveneffecten. De uniforme signalering en de uniforme begeleiding passen in de werkwijze van de JGZ. Het overbruggingsplan zal gebruikt worden totdat een evidence based programma is ontwikkeld. Een eerste aanzet om een evidence based aanpak te ontwikkelen (MIS studie 2004/2005) heeft wel aanwijzingen en aandachtspunten opgeleverd voor de begeleiding van kinderen met overgewicht, maar nog geen evidence based aanpak. Echter het aantal kinderen met overgewicht neemt nog steeds toe. Er is geen tijd om te wachten op een evidence based aanpak. Ter overbrugging is het practise based overbruggingsplan ontwikkeld en ingevoerd. Op basis van door VUmc medewerkers gegeven voordrachten bij de invoering van het overbruggingsplan wordt geschat dat ruim 75% van de Thuiszorginstellingen en ruim 50% van de GGD momenteel werkt met het overbruggingsplan en dat bijna 100% van de JGZ instellingen, maar ook kinderartsen en huisartsen het signaleringsprotocol gebruiken. Een eerste evaluatie van het overbruggingsplan rond Amersfoort laat positieve resultaten zien in de vorm van afgenomen BMI en middelomtrek en gezonder eet- en beweegpatroon bij 124 deelnemers tussen 2 en 15 jaar. Momenteel doet het ErasmusMC in samenwerking met het VUmc een effectonderzoek naar het overbruggingsplan (RCT). 1. Toelichting naam van de interventie Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Het is een overbruggingsplan omdat er nog geen evidence based programma voor kinderen met overgewicht beschikbaar is. Afwachten is geen optie gezien de omvang en ernst van overgewicht bij kinderen. 2. Doel van de interventie Het hoofddoel van het overbruggingsplan is het voorkomen van het ontstaan van obesitas bij kinderen door overgewicht te voorkomen en te verminderen. Primaire preventie richt zich op kinderen van 0-19 jaar, door uitgesplitst naar leeftijdsgroepen (0,1, 2-4, 4-12, >12 jaar) concrete adviezen te geven om overgewicht te voorkomen. Deze adviezen gaan over het geven van borstvoeding, het bevorderen van buitenspelen, het beperken van tv kijken en frisdrankgebruik en regelmatig ontbijten. De secundaire preventie is gericht op de leeftijdsgroep 2-19 jaar om overgewicht te verminderen door verandering van gedrag in een of meer van de BOFT-elementen. Voor het begeleiden van overgewicht vanaf de leeftijd van 2 jaar biedt het overbruggingsplan met vier veelbelovende elementen de mogelijkheid om in samenspraak met de ouders, na het afnemen van een anamneselijst, 2

3 een plan van aanpak op te zetten dat in vervolgconsulten gevolgd wordt. Hierbij worden de doelen aangepast aan de uitgangssituatie, de mogelijkheden van ouders en het verloop van de begeleiding. Bij adolescenten wordt daarnaast extra aandacht besteed aan alcoholgebruik.de methode past binnen het Basistakenpakket van de Jeugdgezondheidszorg. Om overgewicht vast te stellen wordt gebruik gemaakt van het signaleringsprotocol waarin voor het signaleren van overgewicht en obesitas de internationale afkapwaarden Body Mass Index (BMI) naar leeftijd en geslacht (IOTF waarden) gebruikt worden. Door verdere gewichtstoename te voorkomen ontstaat er een gunstigere BMI omdat kinderen nog groeien. 3. Doelgroep van de interventie Voor wie en wat is de interventie bedoeld? De einddoelgroep van het overbruggingsplan zijn kinderen van 2 tot en met 18 jaar met overgewicht met hun ouders. Met het landelijk signaleringsprotocol, vastgesteld door het Platform JGZ, kunnen kinderen (vanaf 2 jaar) met overgewicht worden gesignaleerd. De intermediaire doelgroepen zijn: - medewerkers van GGD (jeugdartsen, verpleegkundigen en dokterassistenten) - medewerkers van thuiszorg (jeugdartsen en verpleegkundigen) - ouders van kinderen met overgewicht; de belangrijkste rol in de preventie en behandeling van overgewicht ligt nog steeds bij de ouders; ouders worden nadrukkelijk betrokken in het Overbruggingsplan. Prevalentie en spreiding De prevalentie van overgewicht en obesitas (ernstig overgewicht) bij kinderen is de afgelopen jaren wereldwijd sterk toegenomen. In Nederland is de prevalentie van overgewicht bij kinderen tussen 1980 en 1997 gestegen van 5% naar ongeveer 12% (Hirasing et al., 2001). Al op de voorschoolse leeftijd bleek het aantal kinderen met overgewicht toe te nemen. Bovendien bleek de mate van overgewicht toe te nemen, d.w.z. te zware kinderen zijn nog zwaarder geworden (Fredriks et al., 2000; Hirasing et al., 2001). Ook na 1997 is in de periode het percentage kinderen (4 tot 15 jaar) met (ernstig) overgewicht gestegen. Gemiddeld is 14% van de jongens en 17% van de meisjes te dik. Opmerkelijk is dat 15% van de vijfjarige meisjes al te dik is; dat percentage is veel hoger dan bij de jongens. Het percentage kinderen met obesitas is voor jongens gemiddeld 2,9% en voor meisjes 3,3% (Van den Hurk et al., 2006). Obesitas bij kinderen gaat gepaard met velerlei co-morbiditeit, zoals hart- en vaatziekten en type 2 diabetes, klachten van het bewegingsapparaat (knieklachten), slaapproblemen (apneu s) en psychosociale problemen (pesten). Daarnaast zijn overgewicht en obesitas bij kinderen gerelateerd aan overgewicht en obesitas op volwassen leeftijd (Magarey, 2003; Freedman et al, 2001). Ook VWS onderstreept de ernst van overgewicht. Het is één van de speerpunten in de nota Langer Gezond Leven (2003) en in de vervolgnota Kiezen voor Gezond Leven (2006). VWS pleit voor een landelijke en lokale aanpak van overgewicht. Zo zijn in het Convenant Overgewicht met inmiddels twintig maatschappelijke partners afspraken gemaakt om de strijd aan te gaan tegen overgewicht. Jeugdgezondheidszorg is één van de zowel landelijk als lokaal werkende partijen die goede mogelijkheden biedt voor het aanpakken van overgewicht. Indicatie- en contra-indicatiecriteria In de documentatie over de interventie zijn geen specifieke indicatie- of contra-indicatiecriteria gegeven. Door het signaleringsprotocol kunnen alle kinderen (vanaf 2 jaar) met overgewicht of obesitas in Nederland door de JGZ op dezelfde manier worden gesignaleerd. Kinderen met obesitas worden 3

4 doorverwezen naar de huisarts en of de kinderarts ter uitsluiting van comorbiditeit en causaliteit. Begeleiding van kinderen met obesitas kan niet uitgevoerd worden binnen het basistakenpakket JGZ. Medewerkers van JGZ begeleiden kinderen met overgewicht. Toepassing bij etnische groepen De interventie is niet speciaal ontwikkeld voor jeugdigen of gezinnen met een allochtone achtergrond. Overgewicht komt meer voor bij kinderen van allochtone achtergrond. De begeleiding berust eveneens op de BOFT elementen. Motivatiebepaling kan een extra consult vergen. Het programma heeft geen speciale faciliteiten (zoals specifiek op allochtone leefwijzen gebaseerde adviezen) die bedoeld zijn om allochtone groepen in het bijzonder te kunnen bedienen. 4. Omschrijving van de interventie 4.1 Methodiek In de JGZ, GGD en thuiszorg, wordt overgewicht op twee manieren aangepakt, door primaire of universele preventie ter voorkoming van overgewicht, door begeleiding (secundaire preventie) bij overgewicht en verwijzing naar huisarts of kinderarts bij obesitas. In het overbruggingsplan is een onderscheid gemaakt tussen 0 tot 2 jarigen en 2-19 jarigen. Bij de 0 tot 2 jarigen is alleen primaire preventie mogelijk. Het geven en continueren van borstvoeding tot 6 maanden wordt gestimuleerd. Het gebruik van maxicosi s anders dan als vervoermiddel wordt afgeraden. In deze leeftijdscategorie zijn wel risicofactoren aan te wijzen voor overgewicht, zowel bij ouders, kind als de leefomgeving. Op deze leeftijd is het belangrijk om de lengte/gewicht ratio van het kind goed te volgen om op latere leeftijd een goed overzicht te hebben van het beloop van de groei. Tijdens alle contactmomenten worden door de JGZ adviezen over voeding en beweging gegeven ter voorkoming van overgewicht, afgestemd op de leeftijd van het kind. De inhoud van het overbruggingsplan kan hierbij behulpzaam zijn. Voorbeelden zijn: water of thee gebruiken en zo min mogelijk gezoete dranken gebruiken, eventueel vruchtensap aanlengen met water en net zo lang TV kijken als buitenspelen. Bij kinderen boven 2 jaar waarbij overgewicht gesignaleerd wordt kan het Overbruggingsplan ingezet worden. Het overbruggingsplan omvat maximaal 4 consulten inpasbaar in de reguliere zorg, waarbij de ouders en het kind in overleg bepalen hoe en welk(e)boft thema( s) zij gaan aanpakken. De interventie wordt per kind op maat gemaakt. De aanpak in de praktijk van de JGZ bij 2-18 jarigen is als volgt: Bij het periodiek onderzoek kan de medewerker van het JGZ aan de hand van het signaleringsprotocol obesitas of overgewicht signaleren. Behandeling van kinderen met obesitas is geen taak voor de JGZ in het kader van het Basistakenpakket; kinderen met obesitas worden verwezen. Bij vaststelling van overgewicht volgt begeleiding in de JGZ. Bij overgewicht vullen ouders (van kinderen tot en met 10 jaar) de anamneselijst in; aan adolescenten met overgewicht worden de vragen aan hen zelf gesteld. Vervolgens volgt het lichamelijk onderzoek, waarbij gelet wordt op de vetverdeling en waarbij de middelomtrek wordt vastgesteld. Bij kinderen van 10 jaar en ouder kan ook de bloeddruk worden gemeten. Als er op grond van lichamelijk onderzoek en het doornemen van de antwoorden uit de anamneselijst aanwijzingen zijn voor een organische oorzaak volgt verwijzing naar de huisarts. In de meeste gevallen bestaat een dergelijke aanwijzing niet en volgt begeleiding in de JGZ. Na het afnemen en bespreken van de anamneselijst wordt aan de hand van een korte vragenlijst vastgesteld of de ouders en het kind gemotiveerd zijn om de factoren die tot 4

5 overgewicht geleid hebben aan te pakken. Daarbij wordt aandacht besteed aan determinanten van gedrag zoals motivatie, bewustzijn, sociale omgeving, eigen effectiviteit en attitude. Bij motiverende gespreksvoering is het belangrijk dat de medewerker JGZ aansluit bij het stadium waarin de ouders en/of het kind zich bevindt. Op basis van de methode voor gedragsverandering van Prochaska en DiClemente (1992) waarbij motivatie de leidraad is, is de methode voor kinderen met overgewicht (en hun ouders) uitgewerkt. De stadia zijn: voorbewustwording, waarbij de ouders en het kind zich nog niet bewust zijn van het gewichtsprobleem, bewustwording, voorbereiding (voor gedragsverandering), actie (gedragsverandering), volhouden en terugvalpreventie. Is er tijdens een of meer extra consulten geen motivatie bij ouders en kind te verkrijgen, dan volgt na 1 jaar een extra consult in de JGZ. Begeleiding op basis van afspraken op de BOFT elementen wordt dan niet gegeven. Bij elk consult wordt lengte, gewicht en middelomtrek gemeten en de BMI bepaald. Het 1 e consult bestaat naast de signalering van overgewicht uit drie stapppen: o Stap 1: Bewustwording van overgewicht en de noodzaak hier wat aan te doen. De veelbelovende BOFT thema s worden concreet besproken. o Stap 2: Samenvatten van de gegevens over de vier aangrijpingspunten. Opstellen van een actieplan samen met de ouders en/of het kind met daarin een haalbaar doel voor de komende 3 weken, haalbare actie(s) en duidelijkheid met welk BOFT-element(en) als eerste het gedrag veranderd gaat worden. Men kan kiezen voor minderen of direct stoppen van een bepaalde vorm van gedrag. Bij minderen wordt een concrete afspraak gemaakt bijvoorbeeld over hoeveel glazen gezoete frisdrank en in plaats daarvan water te drinken; met ouders wordt afgesproken niet meer dan één fles per week te kopen. Schriftelijk materiaal wordt meegegeven naast mondelinge toelichting. o Stap 3: Huiswerk meegeven. Om verandering in gedrag vast te stellen, houden ouders/en of kind een beweeg- en eetdagboekje bij op bijvoorbeeld de 3 e dag na het eerste gesprek en op de 3 e dag voor de vervolgafspraak. Adolescenten kunnen zelf een dagboekje bijhouden, dit kan motiverend werken. Het 2 e consult is na 3-4 weken. Navragen hoe het is gegaan, het vasthouden van de motivatie en nagaan of het mogelijk is geweest een verandering in beweeg- en eetgedrag te bewerkstelligen. Positief benaderen van elke vooruitgang. Er zijn nu twee mogelijkheden: - er is een positieve verandering in gedrag opgetreden: doorgaan (ook met dagboekje) en een 3 e consult na 6 maanden afspreken. Is de verandering gebleven gedurende 6 maanden, dan is er geen extra consult meer van de JGZ. Is de motivatie verdwenen en is er geen verandering in middelomtrek of BMI, dan wordt geprobeerd eventueel via een extra consult de motivatie te vernieuwen. Hierbij wordt een ander aangrijpingspunt geprobeerd en worden de ondervonden obstakels zoveel mogelijk uit de weg genomen. Er is een vervolgafspraak na vier weken. - er is geen verandering in gedrag opgetreden: er wordt ondersteuning aangeboden in de vorm van een huisbezoek door de jgz-verpleegkundige, begeleiding door een diëtiste, extra schoolgymnastiek of opgeven bij een sportclub (zo mogelijk voor dikke kinderen). Het 3 e consult wordt na 4 weken afgesproken (dit consult is weer gelijk aan het 2e consult). Er is een 4 e consult, indien nodig. Bij deze afspraak zijn er twee mogelijkheden: 1. Er is verandering opgetreden. Nog 3 maanden doorgaan. Laatste 3 dagen in de week voor de vervolgafspraak een beweeg- en eetdagboekje bijhouden. 2. Er is nog/weer geen verandering opgetreden. Er volgt een verwijzing naar de huisarts en hercontrole na 12 maanden. Bij geen of onvoldoende motivatie van ouders en/of kind kan in overleg met de huisarts nagegaan worden of zij eventueel een hernieuwd motiveringstraject willen aan gaan of niet. Om ouders te helpen bij de aanpak van het overgewicht van hun kind is in het Actieplan voor ouders een 7-stappenplan uitgewerkt. In het kort komen de stappen neer op: 1) Hoe gemotiveerd ben je? Een goede motivatie is heel belangrijk om de aanpak vol te houden. Ouders schrijven hun motivatie op. 5

6 2) Ouders bepalen de regels. Ouders formuleren het doel zo SMART mogelijk, bijvoorbeeld dat maar één glas frisdrank per dag gedronken wordt en ouders zorgen ook dat oppas(groot) ouders van deze regels op de hoogte zijn en daarmee instemmen. 3) Geef je kind inspraak; in het bovengenoemde voorbeeld mag het kind zelf bepalen op welk (afgesproken) tijdstip van de dag hij dat glas frisdrank wil drinken. Hang de regels op. 4) Geef zelf het goede voorbeeld bijvoorbeeld door vaker met de fiets of te voet te gaan. 5) De kracht van belonen; als het kind zich aan de afspraak houdt kun je hem belonen met complimentjes, extra aandacht of andere leuke dingen. 6) Doortrappen bij tegenwind; volhouden van andere leefregels is een lastige opgave dus geef niet toe aan gezeur of gedram van het kind en blijf consequent. Wel kun je na een proefperiode van bijv 10 dagen de afgesproken regels evalueren en zonodig bijstellen. 7) Blijk op jezelf; als het resultaat niet snel zichtbaar is kan het moeilijk zijn de leefregels vol te houden. Ga bij jezelf na of je nog voldoende gemotiveerd bent en vraag zonodig steun bij de JGZ-medewerkers. Het Actiepan voor ouders bevat hiernaast veel praktische tips bij de bestrijding van overgewicht. Om de uniforme signalering en uniforme begeleiding te bevorderen, zijn de volgende producten ontwikkeld: 1. Vaststelling en onderbouwing van de vijf veelbelovende interventies na signalering overgewicht 2. Stroomdiagram voor begeleiding overgewicht 3. Anamneselijst Overgewicht 4. Adviezen naar leeftijd ter voorkoming van overgewicht 5. Uitwerking stappen bij motivatiebepaling. Motiverende gespreksvoering is door de organisaties die met het overbruggingsplan werken aan jeugdartsen en verpleegkundigen gegeven. 6. Nuttige adressen en websites 7. Overzicht van reeds ontwikkeld materiaal (lesmateriaal, voorlichtingsmateriaal, boeken). Het Overbruggingsplan richt zich op de begeleiding van individuele kinderen. Gepleit wordt echter voor ook collectieve preventiemaatregelen die voor aanvullende motivatie kunnen zorgen, zeker op de schoolleeftijd. Te denken valt aan schoolprogramma s en oudervoorlichtingsavonden over de BOFT thema s waarbij de JGZ samen met de GVO optrekt. Protocol / handleiding De methode voor individuele primaire en secundaire preventie in de jeugdgezondheidszorg is vastgelegd in de publicatie Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht (Bulk-Bunschoten, et al., 2005). Hierin staan de handelingen voor het signaleren en begeleiden van kinderen met overgewicht helder beschreven en de bovengenoemde producten. Met het signaleringsprotocol (Bulk-Bunschoten et al., 2004) kan overgewicht worden vastgesteld door het bepalen van de BMI (gewicht in kg/lengte in m 2 ) aangevuld met de klinische blik (wanneer er twijfel is tussen normaal gewicht en overgewicht). De klinische blik baseert zich op: lichaamsbouw, puberteitsstadium, etniciteit en verdeling van vet over het lichaam. Wat er van de ouders van kinderen met overgewicht wordt verwacht staat beschreven in het boekje Kinderen en Overgewicht, een actieplan voor ouders Hirasing & Gouwerok, 2007). Het actieplan ondersteunt ouders bij wat ze zouden kunnen veranderen om overgewicht bij hun kind tegen te gaan en hoe ze dat concreet kunnen aanpakken in 7 stappen. VUmc heeft in samenwerking met TNO Kwaliteit van Leven het BMI nomogram ontwikkeld. Dit is een grafisch hulpmiddel waarin de BMI afgelezen kan worden bij een gegeven lengte en gewicht. Naar aanleiding van het overbruggingsplan is een prentenboek voor kinderen gemaakt dat overgewicht op een vrolijke manier bespreekbaar maakt. De praatvragen en cartoons helpen om het gesprek op gang te brengen. De uitgave is tot stand gekomen in samenwerking met een multidisciplinair redactieteam met medewerking van het Onderzoekscentrum Preventie Overgewicht Zwolle, het Kenniscentrum Overgewicht en Hogeschool Windesheim. 6

7 Locatie van uitvoering Het overbruggingsplan wordt toegepast in de JGZ en in de thuiszorg en wordt aanbevolen door GGD Nederland en Actiz. Het is een landelijk plan en past in het Basistakenpakket van de JGZ. 4.2 Onderbouwing: probleem- of risicoanalyse Kenmerken risico of probleem Een verstoring van de energiebalans (meer energieinname en minder energieverbruik) leidt tot toename van het gewicht. Een dagelijks klein energieoverschot heeft grote gevolgen op de gewichtstoename op de langere termijn. Deze energiebalans wordt vooral beïnvloed door gedrags- en omgevingsfactoren. Genetische, metabole en/of endocriene oorzaken voor overgewicht en obesitas hebben slechts in een klein aantal gevallen invloed op het gewicht (Bulk-Bunschoten et al, 2005). Leefstijl is de belangrijkste factor bij het ontstaan van overgewicht. Er is een verandering in voedselinname (VCP ). De veranderingen zijn o.a. een stijging in het gebruik van zoete dranken (vruchtensappen, gezoete melkdranken en frisdrank), graasgedrag (minder ontbijt en meer snacks in de loop van de dag). Ook uit de VCP uitgevoerd bij kinderen van 2 tot en met 6 jaar blijkt een ongezond voedingspatroon met teveel gezoete dranken en teveel ongezonde tussendoortjes. Het energieverbruik is door lichaamsactiviteit beïnvloedbaar. In de vrije tijd van kinderen is activiteit als buiten spelen steeds meer vervangen door lichamelijke inactiviteit als TV- en video/dvd kijken en computerspelletjes doen (Proctor, 2003). Een gezonde omgeving is bevorderlijk voor een gezonde leefstijl. Hier ligt een rol voor de landelijke en lokale overheid. Met risico of probleem samenhangende factoren Uit een Cochrane systematische review bleek dat een combinatie van interventies gericht op het stimuleren van gezonde voeding (minder suikerhoudende dranken en meer fruit en groente) en van lichaamsbeweging (alledaagse activiteiten zoals buitenspelen) en het verminderen van inactiviteit (minder TV kijken en computerspelletjes doen) vooralsnog de beste aanpak is om (toenemend) overgewicht te voorkomen (Campbell, 2001). In de literatuur worden vier maatregelen met name genoemd om door verandering in leefstijlgedrag preventie van overgewicht te bewerkstelligen. Deze maatregelen zijn het stimuleren van borstvoeding (primaire preventie), het reduceren van het drinken van gezoete dranken, het stimuleren van buitenspelen en vooral het reduceren van TV-kijken (Whitacker, 2003). Op grond van aanvullend literatuuronderzoek is een vijfde maatregel, ontbijten, toegevoegd. Onderzoeken naar de veelbelovende elementen voor interventies in relatie met overgewicht hebben niet alleen effect op overgewicht, maar leveren ook een positieve bijdrage aan de gezondheid van kinderen: Het stimuleren van borstvoeding Uit een systematische review kan de conclusie worden getrokken dat borstvoeding een preventief effect heeft op het ontwikkelen van overgewicht in de kinderleeftijd (Arenz, 2004). In deze review waren 9 studies geselecteerd. In totaal waren bij deze onderzoeken deelnemers betrokken. In de meta-analyse werd een gecorrigeerde OR gevonden van 0,78% (98 % C.I. 0,71-0,85). Vier van deze 9 betrokken studies lieten een dosis respons effect zien van overgewicht en de duur van de borstvoeding. Bovendien heeft borstvoeding andere gezondheidsvoordelen voor het kind (minder infecties, minder allergie en betere hersenontwikkeling) en voor de moeder (minder kans op bepaalde typen van kanker) (Li, 2008) (O Tierney, 2009). Het verminderen van het gebruik van gezoete dranken Uit onderzoeken blijkt dat er een verband is tussen het gebruik van gezoete dranken en overgewicht 7

8 (Ludwig, 2001, Mrdjenovic, 2003, Welsh, 2005). Kinderen die meer dan 3 glazen frisdrank gebruiken hebben een hogere BMI dan kinderen die minder dan 3 glazen gebruiken. Ontmoedigen van het gebruik van gezoete dranken, met name frisdrank, is naast het effect op het gewicht ook van belang voor het behoud van een goed gebit. Het voorkomt cariës en glazuurdefecten (Lim, 2009) (Sichieri, 2009) (Dubois, 2007). Het verminderen van zittende activiteiten (met name televisie kijken en computeren) Inactiviteit heeft invloed op de energiebalans bij kinderen. Het aantal uren dat kinderen zittend doorbrengen is in de laatste decennia enorm toegenomen. Gemiddeld brengen kinderen 2-5 uur per dag voor de televisie door. Robinson (2001) vond dat in zijn onderzoekspopulatie van kinderen van jaar de BMI bij meisjes toenam met 0,05 kg/m2 per uur per dag dat voor de TV werd doorgebracht. Ook uit een prospectief onderzoek onder 1000 Nieuw-Zeelandse kinderen van de geboorte tot 26 jaar naar gezondheidsindicatoren bleek dat meer dan gemiddeld TV kijken in kindertijd en adolescentie op 26 jarige leeftijd geleid had tot meer overgewicht, minder cardiorespiratoire fitheid, meer sigaretten roken en een verhoogd serum cholesterol; ook na correctie voor verstorende elementen zoals SES, BMI op 5 jarige leeftijd, BMI van ouder, roken van ouders en fysieke activiteit op 15 jarige leeftijd (Hancox, 2004). Het interventieonderzoek van Robinson. dat bestond uit het verminderen van TV/video kijken en van computerspelletjes, gaf na 1 jaar bij gelijkblijvende andere factoren een BMI vermindering van 0,45 (Robinson, 1999). Andere studies die de relatie tussen televisiekijken en overgewicht hebben gevonden zijn: (Proctor 2003) (Berkey 2003) (Dubois, 2008) (Landhuis, 2008) (Meyer, 2008). Het stimuleren van buiten spelen Muller toonde in een prospectieve studie aan dat bewegingsprogramma s effect sorteren op het tegengaan van het ontstaan van overgewicht (Muller, 1999). Uit onderzoek van Kemper (2004) blijkt dat in de laatste decennia bij basisschoolkinderen de mate van sportbeoefening gelijk is gebleven, maar in de adolescentie wel afneemt. Kemper stelt dat voor het behouden van een lagere BMI bij kinderen die obees waren, matig intensieve beweging gedurende 90 minuten per dag nodig is. Voor niet obese kinderen is het advies dagelijks minimaal 1 uur bewegen. Andere voordelen van buiten spelen zijn een verbetering van de sociale en cognitieve ontwikkeling van kinderen (Whitaker, 2003) (Franzini, 2009) (Timperio, 2008). Het stimuleren van ontbijten Over de relatie tussen wel/niet ontbijten en overgewicht werden tegenstrijdige resultaten gevonden. Het merendeel wijst wel in de richting van een positieve invloed van een ontbijt met graanproducten. Uit meerdere onderzoeken (o.a. Cho, 2003) blijkt dat het eten van een hoogenergetisch granen bevattend ontbijt (met een laag vetgehalte) een veelbelovend element in de preventie van overgewicht is. Andere voordelen van ontbijten en ook van de andere eetmomenten in gezinsverband zijn de versterking van de gezinsband, onthaasting en betere leerprestaties (Ronne, 2004) (Dubois, 2005) (Dubois, 2008) (Rampersaud, 2005). Gecombineerde interventie Uit een reviewstudie blijkt het effect van een gecombineerde interventie op overgewicht. Leefstijlprogramma s (gericht op voedings- en bewegingsgedrag) kunnen het overgewicht bij kinderen en adolescenten reduceren 6 en 12 maanden na de start van het programma (Oude Littikhuis, et al., 2009). Uit een andere reviewstudie over gezondheidsbevorderende interventies op scholen bleek dat 17 van de 25 interventies een significant effect had op BMI of huidplooi metingen. Vier interventies waren effectief op BMI en huidplooi metingen, waarvan drie interventies een gecombineerde aanpak hadden (gericht op voeding, beweging, en/of televisie kijken) (Doak, et al., 2006). 8

9 Een voorbeeld van een effectieve gecombineerde interventie is de De Kiel Obesity Prevention Study (KOPS) waarbij bij 2440 Duitse kinderen een gecombineerde interventie werd verricht zowel op school als thuis en waarbij aan kinderen met een hoog risico een extra component werd aangeboden zodat preventie op maat op individueel niveau kon worden aangeboden. Educatie werd gegeven aan alle kinderen over het dagelijks eten van groente en fruit, het reduceren van het eten van calorierijke producten, het bevorderen van lichamelijke activiteit en het verminderen van TV-kijken. Het effect na 1 jaar was een toename van de vetmassa in de controlegroep met 3,6% tegen 0,4% in de interventiegroep (Muller, 2001). 4.3 Onderbouwing: verantwoording doelen en aanpak Koppeling risico/probleem - doelen - aanpak De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen neemt snel toe. Dit is zorgwekkend omdat obesitas gepaard gaat met ernstige complicaties, zoals type 2 diabetes, hypertensie, verhoogd cholesterol en klachten aan het bewegingsapparaat, maar ook psychosociale klachten en een verminderde kwaliteit van leven. Kinderen met overgewicht worden vaak volwassenen met overgewicht. Volwassenen die als kind obees waren hebben zelfs onafhankelijk van hun gewicht op volwassen leeftijd een verhoogd risico op morbiditeit en mortaliteit (Must, 1999). De behandeling van overgewicht en obesitas is moeizaam en biedt met name op de lange termijn teleurstellende resultaten. Preventie van overgewicht, te beginnen op jonge leeftijd, is dus van groot belang (Renders et al., 2004). Van vele kanten wordt aangegeven dat de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) een belangrijke bijdrage aan de preventie van overgewicht/obesitas kan leveren. O.a. in de nota Kiezen voor gezond leven van VWS en in het rapport van de Gezondheidsraad over Overgewicht (2003). De JGZ is een unieke setting om een gezonde groei, ontwikkeling en gedrag van kinderen te behouden en/of te bevorderen, problemen te signaleren, hierop te interveniëren en te monitoren. Zo heeft de JGZ reeds grote successen bereikt wat betreft: - vaccinatiegraad ook bij moeilijk bereikbare groepen - wiegendood ( van 200 per jaar naar 25 per jaar) - passief roken - meningococcenvaccinatie Kortom: binnen de JGZ is veel bereikt op het gebied van de gezondheid en ontwikkeling van kinderen. Ook op het gebied van overgewicht kan de JGZ veel betekenen. Zij ziet alle kinderen op bepaalde individuele contactmomenten en geeft daarmee een prima gelegenheid om preventie op maat aan te bieden. Bovendien passen vroegsignalering en preventie van obesitas in de missie en dus ook in het Basistakenpakket van de JGZ. Daarnaast is monitoring op groepsniveau één van de taken van de JGZ-organisaties ten behoeve van lokaal en landelijk beleid. De nadelige gevolgen van overgewicht voor de gezondheid zijn ernstig. De JGZ is de aangewezen organisatie voor signalering van overgewicht bij kinderen en het toepassen van preventieve interventies. Over de resultaten van het begeleiden en behandelen van kinderen met overgewicht is weinig bekend op korte als op lange termijn. Uitstel van een gerichte aanpak leidt tot gezondheidsverlies. Daarom is een landelijke practice based werkwijze ontwikkeld dat past binnen het Basistakenpakket van de JGZ. Het plan overbrugt de periode dat er nog geen evidence-based programma is. Er was reeds een signaleringsprotocol voor de JGZ ontwikkeld. De basis voor uniforme signalering was hiermee gelegd. Voorwaarde voor signalering is een verantwoord vervolg. Het overbruggingsplan is systematisch ontwikkeld: literatuuronderzoek, raadplegen van experts, expertmeeting en een pilotstudie. Uit buitenlands onderzoek kwamen vijf werkzame elementen voor de aanpak van overgewicht, die de peilers vormen van het overbruggingsplan: 1. Stimuleren van borstvoeding (alleen primaire preventie) 2. Stimuleren van buiten spelen 9

10 3. Stimuleren van ontbijten 4. Verminderen van gezoete, frisdranken 5. Verminderen van tv-kijken/computeren. Een ander uitgangspunt was dat de aanpak inpasbaar moest zijn binnen het Basistakenpakket van de JGZ. Hierdoor is gekozen voor 3 vervolgsconsulten. De tijd tussen de consulten is gebaseerd op de resultaten van de expertmeeting en de pilotstudie waar randvoorwaarden voor het uitvoeren van het overbruggingsplan en haalbaarheid binnen de JGZ zijn besproken en getest. De motiverende gespreksvoering is toegevoegd naar aanleiding van resultaten uit een pilot bij twee GGD-en en van twee Thuiszorgorganisaties waaruit bleek dat hier behoefte aan was vooral wanneer ouders niet vonden dat hun kind te dik was en daar iets aan gedaan moest worden. Voor de 0-2 jarigen is primaire preventie mogelijk voor bovengenoemde vijf elementen (inclusief borstvoeding). In het overbruggingsplan staan concrete preventieve adviezen voor een aantal leeftijdscategorieën gebaseerd op deze elementen. Voor de 2-18 jarigen is een stapsgewijze aanpak met maximaal 4 consulten bij constatering van overgewicht. Bij het eerste consult wordt overgewicht vastgesteld met het signaleringsprotocol. De consulten zijn gefaseerd met o.a. bewustwording, versterken van de motivatie om gewicht te veranderen en het opstellen van een haalbaar veranderplan rondom de vier elementen die effectief blijken te zijn op overgewicht. De fasering is gebaseerd op de vijf stadia van gedragsverandering en -behoud van Prochaska en DiClemente waarbij motivatie de leidraad is. Omdat de ouders van kinderen met overgewicht kunnen helpen bij de gedragsveranderingen, is voor hen een actieplan geschreven waarin bovengenoemde leefregels uitgebreid zijn beschreven met concrete tips. In het actieplan (Hirasing & Gouwerok, 2007) staan de thema s als volgt samengevat: Niet de vier c s (chips, cola, chocola en computer), maar de vier b s: borstvoeding, ontbijten, bewegen en buiten spelen. Uit systematische reviews blijkt dat het van groot belang is om ouders bij de interventie te betrekken. Verschillende studies laten zien dat interventies die de ouders/gezin betrekken en daarbij aandacht geven aan educatie en gedragsverandering het meest succesvol zijn (Oude Luttikhuis, 2009; Doak 2006; Golan, 2004; Epstein,2002). De onderbouwing dat door het overbruggingsplan gedragsverandering bij de ouders plaatsvindt, is er nog niet. Hier wordt onderzoek naar gedaan bij de evaluatie van het overbruggingsplan door de Erasmus-universiteit in samenwerking met het VUMC. Bij constatering van obesitas worden kinderen vanuit de JGZ verwezen voor nader onderzoek op comorbiditeit en/of causaliteit naar huisarts cq kinderarts. Samenvatting werkzame ingrediënten In dit overbruggingsplan zijn de vijf elementen, die elke afzonderlijk veelbelovend zijn, samengevoegd. Samen met het signaleringsprotocol en het schema voor begeleiding van kinderen met overgewicht, ligt er een gefundeerde basis voor een gerichte en uniforme aanpak binnen de JGZ om overgewicht te signaleren en te verminderen. Hier wordt de weg bewandeld van practice based naar evidence based om met de huidige kennis slagvaardig de strijd aan te gaan tegen overgewicht Eisen begeleiding, uitvoering en kwaliteitsbewaking Eisen ten aanzien van uitvoering en begeleiding Implementatie van het overbruggingsplan bij JGZ-organisaties heeft veelal plaatsgevonden door uitleg over de methode vanuit VUMC/KCO, nadere invulling per organisatie en een cursus MI van minimaal 2 uur. Organisaties wordt aangeraden medewerkers verder te trainen in MI. Er gelden geen specifieke eisen ten aanzien van de uitvoering en begeleiding van de uitvoerend werkers. Bekend is dat diverse GGD en en thuiszorginstellingen hun JGZ-medewerkers hebben getraind in motiverende gespreksvoering. 10

11 Overige eisen De wijze van kwaliteitsbewaking wordt (verder) bepaald door de uitvoerder. Om voor de preventie van overgewicht een goede aansluiting te houden met de huisarts heeft het Kenniscentrum Overgewicht voor de NHG een webapplicatie gemaakt over overgewicht bij kinderen. Deze webapplicatie is gebaseerd op het overbruggingsplan. Voordeel hiervan is dat de huisartsen voor het signaleren en adviseren van overgewicht dezelfde methode kunnen gebruiken als bij de JGZ en indien doorverwijzing plaatsvindt naar de JGZ dezelfde werkwijze kan worden voortgezet. Overige randvoorwaarden voor de uitvoering - De anamneselijst overgewicht moet worden opgenomen in het elektronisch dossier JGZ en sluit daarmee aan op de monitor jeugdgezondheid. - Wetenschappelijk onderzoek naar evidence based strategieën bij de begeleiding van overgewicht bij kinderen moet gestimuleerd en gefaciliteerd worden zodat dit overbruggingsplan vervangen kan worden door een evidence based interventieplan. - Preventieprogramma s ter voorkoming van overgewicht bij kinderen en adolescenten hebben alleen zin in de JGZ als zij samengaan met een ingrijpen in de obesogene omgeving. Dat is een fysieke, sociale en economische omgeving die stimuleert om veel te eten en weinig te bewegen. Hier ligt een taak voor de lokale en rijksoverheid. 5. Overige voorwaarden voor toepassing Indicatiestelling Voor de toepassing van de interventie is geen speciale indicatie vereist, die afwijkt van de voor de sector of aanbieder wettelijk gebruikelijke indicatie. Kosten van de interventie De materialen voor het Overbruggingsplan zijn gratis te downloaden van de website van het Kenniscentrum Overgewicht De kosten van de interventie betreffen vooral de (extra) tijd van de JGZ arts of verpleegkundige. In het BTP is de (financiële) mogelijkheid opgenomen om per gesignaleerd probleem extra consulten in te lassen. De extra consulten die nodig zijn om kinderen met overgewicht te begeleiden passen binnen het uniforme deel van het BTP. Dit geldt ook voor extra consulten nodig om ouders die twijfelen over het feit dat hun kind overgewicht heeft en/of dat er wat aangedaan moet worden, te motiveren. Het probleem overgewicht is groot maar verschilt per regio en leeftijdsgroep. Deze laatste factoren maken het moeilijk om een algemene inschatting te maken van kosten. Het gaat om maximaal 4 consulten (periodiek onderzoek en 3 vervolgconsulten). 6. Samenvatting onderzoek effectiviteit 6.1 Directe aanwijzingen voor de effectiviteit Er is onderzoek gedaan naar uitvoerbaarheid van het signaleringsprotocol en de methode van begeleiding in de dagelijkse praktijk bij de GGD West-Brabant. Aan de hand van gestructureerde interviews bij 11 JGZ-artsen en verpleegkundigen in West-Brabant gevraagd naar hun gebruik en waardering van het Overbruggingsplan. De uitkomst van dit onderzoek, namelijk dat de signaleringsmethode en begeleidingsmethode uitvoerbaar zijn in de dagelijkse praktijk van de JGZ, stemt overeen met resultaten uit de pilot bij de introductie van de methode. De tijdsdruk die overgewicht voor de JGZ met zich meebrengt blijkt beheersbaar. Het gewogen gemiddelde van het aantal consulaten per kind was 1,6. Niemand had meer dan 2 consulten per kind. De gemiddelde tijd per consult was 25 minuten. De uniforme werkwijze voor alle professionals en de heldere structuur 11

12 van het Overbruggingsplan werden als positief ervaren (Caron et al., 2008). Het toepassen van het overbruggingsplan blijkt een haalbare uitdaging voor de JGZ (Bulk-Bunschoten et al., 2008). GGD Midden-Nederland heeft in de regio Amersfoort de effecten van het Overbruggingsplan geëvalueerd door middel van een voor- en nameting. Bij 124 kinderen in de leeftijd van 2-15 jaar, die het hele Overbruggingsplan hebben doorlopen (drie extra consulten over een periode van ruim een half jaar) blijkt bij 74% de BMI gelijk gebleven of afgenomen (gecorrigeerd voor leeftijdstoename). De middelomtrek was bij 81% van de deelnemers gelijk gebleven of afgenomen. Deelnemers zijn gezonder gaan eten en meer gaan bewegen. Iets minder dan de helft van de aanvankelijke deelnemers (n=271) heeft het hele traject gevolgd. Redenen voor vroegtijdig stoppen zijn, voor zover bekend, dat men zelf al bezig is met gezond leven of dat men al voldeed aan de in het Overbruggingsplan gestelde doelstellingen met betrekking tot leefstijl (ontbijten, frisdrankgebruik, tv kijken en bewegen) (Venemans et al. 2009). Ook is de Minimale Interventie Strategie (MIS) voor de preventie van overgewicht onder 5-jarige kinderen onderzocht in De interventie bestaat uit drie vervolgconsulten waarin informatie en concreet advies wordt gegeven aan ouders van kinderen met overgewicht om beweging en gezonde voeding te stimuleren. De interventie is getest op effectiviteit door een RCT waarin 70 ouders en hun 5-jarige kinderen de interventie ontvingen en 54 ouders en hun kinderen de gebruikelijke zorg ontvingen. Dataverzameling vond plaats tijdens het Periodiek Geneeskundig Onderzoek en een maand na het laatste consult. In het onderzoek is de effectiviteit van de MIS niet aangetoond. Het grootste probleem was volgens de auteurs dat ouders, kinderen maar ook JGZ-werkers overgewicht nog niet zagen als een gezondheidsprobleem. Hierdoor zag een groot gedeelte van de ouders af van deelname en was de uitval in het onderzoek groot Ook bleek dat JGZ werkers niet alle ouders van een kind met overgewicht voor deelname vroeg, De overheid, hoewel die het probleem van overgewicht bij kinderen wel zag, had nog geen structurele afspraken gemaakt met lagere overheden (bijv. de naderhand ingestelde inspanningsvereiste van de G30 gemeenten) en het bedrijfsleven (bijv. Convenant overgewicht). Ook publiekscampagnes om ouders en kinderen te wijzen op de gevaren van overgewicht ontbraken nog (Bulk-Bunschoten et al., 2006). De afgelopen jaren is de aandacht voor overgewicht vanuit allerlei partijen en voor een integrale aanpak sterk toegenomen. Het aantal interventies, campagnes, acties en projecten op dit gebied is enorm toegenomen. Dit heeft ongetwijfeld invloed op de bewustwording van het gezondheidsprobleem van ouders, kinderen en zorgverleners. Momenteel worden het signaleringsprotocol en het overbruggingsplan geëvalueerd op bruikbaarheid en effectiviteit door de ErasmusMC in samenwerking met het VU Medisch Centrum. In deze RCT participeren 9 GGD en; de randomisatie voor de controle en experimentele groep vindt plaats op het JGZ teamniveau van de deelnemende GGD en. In dit onderzoek wordt het effect van het overbruggingsplan op gedrag en op overgewicht nagegaan bij kinderen van 5-7 jaar en wordt de haalbaarheid en toepasbaarheid van het overbruggingsplan evenals de tevredenheid van ouders en JGZ-werkers over het overbruggingsplan nagegaan. De resultaten van het onderzoek worden verwacht in Indirecte aanwijzingen voor de effectiviteit De makers of uitvoerders voeren studies aan die empirische steun geven aan de theoretische onderbouwing van de interventie; er zijn (effect)studies op elementen (zie tekst onder onderbouwing). Ze voeren echter geen effectstudies aan naar buitenlandse versies of naar soortgelijke interventies in Nederland. Nederland is één van de weinige landen met een uniek systeem van de Jeugdgezondheidszorg waar 12

13 bijna alle kinderen (bereik 90%) preventief worden gemonitored op vaste contactmomenten. Dit biedt een uitgesproken kans om preventie op maat aan te bieden op individueel niveau. Nederlandse studies soortgelijke interventies De makers en uitvoerders voeren geen Nederlandse effectstudies aan naar soortgelijke interventies. 7. Toepassing (uitvoerende organisaties) Het overbruggingsplan wordt toegepast door GGD en en thuiszorginstellingen. Op basis van door VUmc medewerkers gegeven voordrachten bij de invoering van het overbruggingsplan is de schatting dat ruim 75% van de Thuiszorginstellingen en ruim 50% van de GGD momenteel werkt met het overbruggingsplan en dat bijna 100% van de JGZ instellingen, maar ook kinderartsen en huisartsen het signaleringsprotocol gebruiken. Uit de pilot blijkt dat het overbruggingsplan haalbaar is in de dagelijkse praktijk van de JGZ. De extra tijdsinvestering is per organisatie verschillend en vooral afhankelijk van het aantal kinderen gesignaleerd met overgewicht. Het boekje voor de ouders Kinderen en Overgewicht een actieplan voor ouders was begin 2008 meer dan keer gedownload/besteld. Voor preventie van overgewicht maken ook scholen in Vlaanderen gebruik van het overbruggingsplan. De jeugdzorg is daar zodanig ingericht dat de jeugdarts voor controle langskomt op de scholen en ook het schoolteam wordt betrokken bij de problematiek van overgewicht. 8. Overeenkomsten met andere interventies Er zijn geen vergelijkingen met andere Nederlandse interventies, wel zijn er buitenlandse interventiestudies die het effect meten op enkele elementen. 9. Overige informatie Ontwikkelaar / licentiehouder Kenniscentrum Overgewicht VU Medisch Centrum, EMGO-Instituut Van der Boechorststraat BT Amsterdam Tel: Fax: kco.emgo@vumc.nl Materialen De volgende materialen zijn te downloaden bij het Kenniscentrum Overgewicht: Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht (september 2005) 13

14 Signaleringsprotocol Overgewicht in de Jeugdgezondheidszorg (november 2004) Kinderen en overgewicht: een actieplan voor ouders (2007). Het BMI nomogram Te bestellen: De Sportdag. Een prentenboek over gezond eten en bewegen. Auteur: Scherpbier, N. Uitgever Columbus. Prijs 11,50. Verwijzingen en links Lijst met aangehaalde literatuur Arenz, S., Ruckerl, R., Koletzko, B., Kries, R. von (2004). Breastfeeding and childhood obesity a systematic review. Int J Obes Relat Metab Disord, 28(10), Berkey C.S., Rockett H.R., Gillman M.W., Colditz G.A. (2003). One-year changes in activity and in inactivity among 10- to 15-year-old boys and girls: relationship to change in body mass index. Pediatrics, 111, Bulk-Bunschoten, A.M.W., Renders, C.M., Leerdam, F.J.M. van, Hirasing, R.A. (2004). Signaleringsprotocol Overgewicht in de Jeugdgezondheidszorg. Amsterdam: VUmc. Bulk-Bunschoten, A.W.M., Renders, C.M., Hirasing, R.A. (2008). Commentaar: Onderzoek naar de bruikbaarheid van signaleringsprotocol en overbruggingsplan bij kinderen met overgewicht. JGZ, 4, Bulk-Bunschoten, A.M.W., Renders, C.M., Leerdam, F.J.M. van, Hirasing, R.A. (2005). Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht: methode voor individuele en primaire en secundaire preventie in de jeugdgezondheidszorg. Amsterdam: VUmc. Bulk-Bunschoten, A.M.W., Laar, K. van de., Hurk, K. van den, Renders, C.M., Hirasing, R.A. (2006). Minimale Interventie Strategie (MIS) bij kinderen met overgewicht. JGZ, 4, 95. Cho, S., Dietrich, M., Brown, C.J., Clark, C.A., Block, G. (2003). The effect of breakfast type on total daily energy intake and body mass index: results from the Third National Health and Nutrition Examination Survey (NHANSES III). J Am Coll Nutr., 22(4), Campbell, K., Waters, E., O Meara, S., Kelly, S. et al. (2002). Interventions for preventing obesity in children. The Cochrane Library. Issue 2. Oxford: Update Software. Caron, M., Kroes, S. de, Assema, P. van, Kremers, S.P.J. (2008). De implementatie van het overbruggingsplan overgewicht bij GGD West-Brabant. JGZ, 40(4), Doak, C.M. Visscher, T.L.S, Renders, C.M., Seidell, J.C. (2006). The prevention of overweight and obesity in children and adolescents: a review of interventions and programmes. Obesity reviews, 7, Dubois, L., Farmer, A., Girard, M., Peterson, K.(2008). Social factors and television use during meals 14

15 and snacks is associated with higher BMi among pre-school children. Public Health Nutrition, 11(12); Dubois, L., Farmer, A., Girard, M., Peterson, K. (2007). Regular sugar-sweetenend beverage consumption between meals in creases risk of overweight among preschool aged children. J Am Diet Assoc; 107(6), Dubois, L., Girard, M, Potvin Kent, M.(2006). Breakfast eating and overweight in a pre- school population : is there a link. Public Health Nutrition. 9 (4), Dubois, L., Girard, M., Potvin Kent, M., Farmer, A., Tatone-Tokuda, F. (2009). Breakfast skipping is associated with differences in meal patterns, macronutrient intakes and overweight among pre-school children. Public Health Nutrition. 12(1), Epstein LH, Paluch RA, Consalvi A, Riordan K, Scholl T. Effects of manipulating sedentary behaviour on physical activity and food intake. J Pediatr 2002; 140: Franzini, L., Elliot, M.N., Cucaro, P., Schuster, M., Gilliland, M.J., Grunbaum, J.A., Franklin F., Tortolero, S.R. (2009). Influeces of physical and social neighbourhood environments on children s physical activity and obesity. Am J Public Health. 99(2), Fredriks, A.M., Buuren, S. van, Burgmeijer, R.J.F., Meulmeester, J.F. et al. (2000). Continuing positive secular growth change in The Netherlands Pediatric Research, 47, Freedham, D.S., Kettel Khan, L., Serdula, M.K., Srinivasan, S.R., Berenson, S. (2001). BMI rebound, childhood height and obesity among adults: The Bogalusa Heart Study. Int J Obes Relat Metab Disord, 25(4), Golan M, Crow S. Parents are key players in the prevention and treatment of weight-related problems. Nutr Rev 2004; 62: Hancox R.J., Milne, B.J., Poulton, R. (2004). Association between child and adolescent television viewing and adult health: a longitudinal birth cohort study. Lancet, 364, Hirasing, R. & Gouwerok, M. (2007). Kinderen met overgewicht. Een actieplan voor ouders. Rean Uitgeverij. ISBN: Hirasing, R.A., Fredriks, A.M., Buuren, S. van, Verloove-Vanhorick, S.P., Wit, J.M. (2001). Toegenomen prevalentie van overgewicht en obesitas bij Nederlandse kinderen en signalering daarvan aan de hand van internationale normenen nieuwe referentiediagrammen. Ned Tijdschr Geneesk, 145, Hurk, K., van den, Dommelen P. van, Wilde, J.A. de, Verkerk P.H., Buuren, S. van, HiraSing, R.A. (2006). Prevalentie van overgewicht en obesitas bij jeugdigen 4-15 jaar in de periode Leiden: TNO. [TNO-rapport KvL/JPB/ ]. Kemper, H.C.G., Stasse-Wolthuis, M., Bosman,W. (2004). The prevention and treatment of overweight and obesity.the Netherlands Journal of Medicine, 62(1), Landhuis, E.C., Poult on R., Welch, D., Hancox, R.J. (2008). Programming obesity and poor fitness: the long term impact of childhood television.16(6), Li, R., Fein S.B.,Grummer-Strawn L.M. (2008). Accociation of breastfeeding intensity and bottle emptying behaviors at early infancy with infants risk for excess weight at late infancy. Pediatrics. 122( 2),

16 Ludwig, D.S., Peterson, K.E., Gortmaker, S.L (2001). Relation between consumption of sugarsweetened drinks and childhood obesity: a prospective, observational analysis. Lancet; 357, Magarey, A.M., Daniels, L.A., Boulton, T.J., Cockington, R.A. (2003). Predicting obesity in early adulthood from childhood and parental obesity. Int J Obes Relat Metab Disord, 27(4), Meyer, A.M., Evenson, K.R., Couper, D.J., Stevens, J., Pereira, M. A, Heiss., G. (2008). Television, Physical Activity, Diet, and Body Weight Status: The ARIC Cohort. Int J Behav Nutr Phys. 17:5(1); 68. Ministerie van VWS (2003). Langer gezond Leven Ook een kwestie van gezond gedrag. Den Haag: VWS. Ministerie van VWS (2006). Kiezen voor Gezond Leven Den Haag: VWS. Mrdjenovic, G.& Levitsky, D.A. (2003). Nutritional and energetic consequences of sweetened drink consumption in 6- to 13-year-old-children. J Pediatr, 142, Muller, M.J., Koertzinger, I., Mast, M., Langnase, K., Grund, A. et al. (1999). Physical activity and diet in 5-7 years old children. Public Health Nutr, 2(3A), Muller, M.J., Asbeck, I., Mast, M., Langnase, K. et al. (2001). Prevention of obesity- more than an intention. Cocept and first results of the Kiel obesity prevention study (KOPS). Int J Obes Relat Metab Disord, 25 Suppl 1, S Must, A.& Strauss R.S (1999). Risks and consequences of childhood and adolescent obesity. Int J Obes Relat Metab Disord, 23 Suppl 2, S2-11. Oude Luttikhuis H., Baur L., Jansen H., Shrewsbury, V.A., O Malley, C., Stolk, R.P., Summerbell, C.D (2009). Interventions for treating obesity in children. Cochrane Database of Systematic Reviews, Issue 1. Art. No.: CD DOI: / CD pub2. Ocke, M.C., Rossum, C.T.M. van, Fransen H.P., Buurma, E.M., Boer, E.J. de, Brants, H.A.M. Niekerk E.M., Laan, J.D. van der, Drijvers, J.J.M.M., Ghameshlou, Z. (2008). Dutch National Food Consumption Survey Young Children 2005/2006. Bilthoven: RIVM. [RIVM Rapport ] O'Tierney, P. F., Barker, D.J.P., Osmond, C., Kajantie, E., Eriksson, J.G. (2009). Duration of breastfeeding and adiposity in adult life (2009). J. Nutr., 139, 422S-425S. Proctor, M., Moore, L., Gao, D. et al. (2003). Television viewing and change in body fat from preschool to early adolescence: the Framingham Children s Study. Int. J. Obes Relat Metab Disord, 27, Suppl 7, Prochaska, J.O., DiClemente, C.C., Norcross, J.C. (1992). In search of how people change. Applications to addictive behaviors. Am Psychol, 47(9), Rampersaud, G.C., Pereira, M.A., Girard, B.L, Adams, J, Metzl, J.D. (2005). Breakfast habits, nutritional status, body weight, and academic performance in children and adolescents. J Am Diet Assoc, 105(5), Renders, C.M., Seidell, J.C., Mechelen, W. van, Hirasing, R.A. (2004). Kinderen met overgewicht en obesitas en preventieve maatregelen. Ned. Tijdschr. Geneeskd, 148(42), Robinson, T.N. (1999). Reducing children s television viewing to prevent obesity: a randomized 16

17 controlled trial. JAMA, 282, Robinson, T.N. (2001). Television viewing and childhood obesity. Pediatr Clin North Am, 48, Ronne de N. (2004). Betere schoolprestaties dankzij een goed ontbijt. Tijdschrift voor Jeugdgezondheidszorg. (2) Sichieri, R., Paula Trotte A., de Souza., R.A, Veiga., G.V. (2009). School randomised trial on prevention of excessive weight gain by discouraging students from drinking sodas. Public Health Nutr, 12(2); Timperio, A., Salmon, J., Ball K., Baur L.A., Telford, A., Jackson, M., Salmon, L., Crawford, D. Daily physical activity and sedentary environments and weight change in children. Int J Pediatr Obes. 3(3), Venemans, A.,E Poort, E Gijsen, N de Vos (2009). Evaluatie Overbruggingsplan Eemland. Amersfoort, GGD Midden-Nederland. Te downloaden van: Voedingscentrum (1998). Zo eet Nederland: resultaten van de Voedselconsumptiepeiling Den Haag: Voedingscentrum. Welsh, J.J., Cogswell, M.E., Rogers, S., Rockett, H. et al. (2005). Overweight among low-income preschool children associated with the consumption of sweet drinks: Missouri Pediatrics, 115, Whitaker, R.C. (2003). Obesity Prevention in Pediatric Primary Care. Arch Pediatr Adolesc Med, 157,

18 Bijlage 1. Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek Scoor met dit formulier elke effectstudie apart. Licht de score bij een item eventueel toe. A. Waar en waarover de studie is uitgevoerd Kruis ja of nee aan Ja Nee 1 De studie is in Nederland uitgevoerd. 2 De betreft de hier beschreven, Nederlandse interventie (en niet een andere, soortgelijke interventie of een buitenlandse variant) B. Typering methodologische kenmerken van het onderzoek Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 1 De meting is (mede) gericht op de doelen en de doelgroep van de interventie. 2 De meting is verricht met instrumenten die voldoende betrouwbaar zijn. 3 De meting is verricht met instrumenten die de doelen van de interventie valide operationaliseren. 4 Er is een voormeting (voorafgaand aan / bij start van de interventie). 5 Er is een nameting (aan het einde van de interventie). 6 De resultaten zijn met een adequate statistische techniek geanalyseerd en op significantie getoetst. 7 Er is een experimentele en een controleconditie. 8 Er is een follow-upmeting van minimaal 6 maanden na einde interventie. 9 De resultaten zijn duidelijk praktisch relevant. 10 Het onderzoek is uitgevoerd in een situatie die goed vergelijkbaar is met de dagelijkse praktijk van de uitvoering van de interventie ( externe validiteit ). Typering opzet: Kruis aan van welk type de opzet is op basis van de aangekruiste antwoorden in het bovenstaande schema. Alle antwoorden in de aangegeven range moeten aangekruist zijn. Geen van de onderstaande alternatieven * Veranderingsonderzoek ** Onderzoek met (quasi-) experimenteel design (niet in de praktijk) *** Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk **** Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk en met follow-up

19 Typering overige methodologische kenmerken: Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 11 Er is een controlegroep zonder interventie en/of placebo. 12 Er is een controlegroep met een gespecificeerde andere, duidelijk gespecificeerde interventie. 13 De experimentele en de controlegroep zijn at random samengesteld. 14 Het design bevat een herhaalde N=1-opzet met een baseline-controleconditie. 15 Het onderzoek is uitgevoerd door anderen dan de ontwikkelaars of de aanbieders van de interventie. 16 De mate van uitval van subjecten tussen de meetmomenten is gespecificeerd. 17 De implementatiegetrouwheid is bepaald (i.e. nagegaan is wat de mate is waarin het protocol, de handleiding of de methodiek getrouw is gevolgd - ook wel behandelingsintegriteit, treatment integrity of fidelity genoemd). C. Typering resultaten van het onderzoek Kruis bij de onderstaande uitspraken één hokje aan. 0 Geen van de onderstaande rubrieken zijn van toepassing (licht toe!). 1 Effectief: De studie rapporteert positieve effecten # ten aanzien van alle doelen van de interventie. 2 Deels effectief: De studie rapporteert positieve effecten # ten aanzien van een aantal doelen, bij andere doelen geen effecten. 3 Effectiviteit niet aangetoond: De studie rapporteert dat er geen effecten # ten aanzien van de doelen van de interventie zijn. 4 Negatief effect: De studie rapporteert negatieve effecten #. 8 Effectiviteit onduidelijk of onbekend. # Positief effect = een doel van de interventie wordt (deels) gerealiseerd en deze winst is statistisch significant. Geen effect = een doel van de interventie wordt niet of deels gerealiseerd en deze winst is niet statistisch significant. Negatief effect: de interventie werkt - statistisch significant - averechts of heeft ernstige, duidelijk aantoonbare bijwerkingen. Noteer hieronder eventueel beschikbare gegevens over effectsizes (zie ook instructies bij par. 6 handleiding) D. Beoordeling door panel Kruis voor elke uitspraak die waar is het antwoord ja aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) het vak ernaast aan. Ja Nee 1 De resultaten van de studie zijn door een panel beoordeeld. 2 Een panel onderschrijft de resultaten van de studie. 19

20 Bijlage 2. Rubrieken algemene typering effectiviteit Bij de typering van de effectiviteit gaat het om de studies die de makers, vertalers, bewerkers, invoerders of uitvoerders van de interventie (hier verder aangeduid als: makers en uitvoerders) ter onderbouwing van hun werk aandragen. A. Directe aanwijzingen voor de effectiviteit Kruis één rubriek aan (van 0-5 de hoogst mogelijke) om het onderzoek naar de effectiviteit algemeen te typeren. x 0. Er is geen Nederlands onderzoek naar de effectiviteit van de hier beschreven interventie. 1. Er is minstens één Nederlands onderzoek (geen veranderings- of (quasi-)experimenteel onderzoek ) dat voor de hier beschreven interventie positief effect A laat zien. 2. Er is minstens één Nederlands veranderingsonderzoek* dat voor de hier beschreven interventie positief effect A laat zien. 3. Er is minstens één Nederlands (quasi-) experimenteel onderzoek** dat voor de hier beschreven interventie positief effect A laat zien. 4. Er is minstens één Nederlands (quasi-) experimenteel onderzoek in de praktijk*** dat voor de hier beschreven interventie positief effect A laat zien. 5. Er is minstens één Nederlands (quasi-) experimenteel onderzoek in de praktijk en met follow-up**** dat voor de hier beschreven interventie positief effect A laat zien. 8. Overig. De typering past niet bij rubriek 0-5 (licht toe). Gebruik deze bijvoorbeeld als de makers of uitvoerders bepaalde studies aanvoeren, maar andere belangrijke studies niet, of als er veel onduidelijkheden zijn. 9. Het is (vooralsnog) onbekend of er directe aanwijzingen voor de effectiviteit zijn, vanwege problemen met de beschikbaarheid of de interpretatie van bronnenmateriaal. B. Indirecte aanwijzingen voor de effectiviteit Zie de handleiding voor een toelichting. Kruis één rubriek aan om het effectiviteitsonderzoek algemeen te typeren. De rubrieken 1-5 worden nog niet gebruikt; overwogen wordt deze in een latere fase van de ontwikkeling van de databank te gaan scoren. 0. Er is geen onderzoek aangevoerd dat de theorie achter de aanpak empirisch onderbouwt. Er zijn geen effectstudies naar soortgelijke interventies aangevoerd. x 1. Er is onderzoek aangevoerd dat de theorie achter de aanpak van de interventie empirisch onderbouwt. Of er is onderzoek van onbekende aard naar soortgelijke interventies aangevoerd, dat een positief effect B laat zien. Er zijn verder geen veranderingsonderzoeken of (quasi-) experimentele effectstudie naar soortgelijke interventies bekend. 2. Er is veranderingsonderzoek en/of hoogstens één (quasi-) experimentele effectstudie, al dan niet in de praktijk of met follow-up, dat een positief effect B laat zien. 3. Er zijn twee of meer (quasi-) experimentele effectstudies, al dan niet met follow-up, naar soortgelijke interventies uitgevoerd, die een positief B effect laten zien. 4. Er zijn twee of meer (quasi-) experimentele effectstudies met follow-up naar soortgelijke interventies uitgevoerd, die een positief effect B laten zien. 5. Er zijn vier of meer (quasi-) experimentele effectstudies met follow-up naar soortgelijke interventies uitgevoerd, die een positief effect B laten zien. 8. Overig. Omschrijf kort de aard en de resultaten van de aangevoerde studies. 9. Het is (vooralsnog) onbekend of er indirecte aanwijzingen voor de effectiviteit zijn, vanwege problemen met de beschikbaarheid of de interpretatie van bronnenmateriaal. A Positief effect = Voor de studie(s) is in bijlage 1 onder C optie 1 of 2 aangekruist en er zijn naar schatting geen of verhoudingsgewijs weinig (< 20% van het totale aantal) studies die geen of negatief effect uitwijzen. Indien er studies zijn die geen of negatief effect laten zien en de gemiddelde effectgrootte d is bekend, dan is deze groter dan.20. B Positief effect = Door de interventie zijn de cliënten beter af (indien gemiddelde effectgrootte bekend: d >.20). Indien gemiddelde d niet bekend: er zijn naar schatting geen of verhoudingsgewijs weinig (< 20% van het totale aantal) studies die geen of negatief effect uitwijzen. / * / ** / *** / **** Voor definitie van deze termen, zie bijlage 1. 20

Het overbruggingsplan

Het overbruggingsplan Het overbruggingsplan Dr Anneke Bulk-Bunschoten Vumc Amsterdam 1 Overgewicht: Signalering BMI (IOTF) Bij twijfel overgewicht/ normaal gewicht klinische blik: Etniciteit Lichaamsbouw (vetverdeling) Puberteitsstadium

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

Integrale aanpak kinderen met overgewicht in Enschede en Almelo

Integrale aanpak kinderen met overgewicht in Enschede en Almelo Integrale aanpak kinderen met overgewicht in Enschede en Almelo Voorstellen Marlie Cerneus GGD Regio Twente Jeugdgezondheidszorg 0-19! Wie zijn jullie? Gemeente Enschede en Almelo Waar gaat deze presentatie

Nadere informatie

Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht

Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Interventie Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Samenvatting Doel Het doel van het overbruggingsplan is een verdere gewichtstoename - in vergelijking met de lengtetoename door groei - te voorkomen.

Nadere informatie

Dagelijks ontbijten en elke dag groente en fruit eten zijn gedragingen die bijdragen aan een gezonde leefstijl.

Dagelijks ontbijten en elke dag groente en fruit eten zijn gedragingen die bijdragen aan een gezonde leefstijl. De Vlieger 3 CHECKID ChecKid is een grootschalig leefstijlonderzoek onder basisschoolleerlingen in Zwolle. Het brengt (on)gezond gedrag, leefstijl en de leefomgeving van kinderen in Zwolle in kaart. ChecKid

Nadere informatie

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd oinleiding 1 c Gewichtsstijging ontstaat wanneer de energie-inneming (via de voeding) hoger is dan het energieverbruik (door lichamelijke activiteit). De laatste decennia zijn er veranderingen opgetreden

Nadere informatie

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma 7 Samenvatting 8 Dit proefschrift beschrijft de voorbereiding op de landelijke implementatie van het Dutch Obesity Intervention in Teenagers (DOiT) programma. Daarnaast wordt de evaluatie beschreven die

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle Onderzoekscentrum Preventie Overgewicht CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in ZWOLLE Een onderzoek naar het eet- en beweeggedrag van leerlingen van de 2 e klas

Nadere informatie

Overgewicht bij kinderen 2 ChecKid 2006 4 Resultaten ChecKid 2006 5 Resultaten Zwolle 5 Literatuurlijst 7

Overgewicht bij kinderen 2 ChecKid 2006 4 Resultaten ChecKid 2006 5 Resultaten Zwolle 5 Literatuurlijst 7 Inhoudsopgave Overgewicht bij kinderen 2 ChecKid 2006 4 Resultaten ChecKid 2006 5 Resultaten Zwolle 5 Literatuurlijst 7 Overgewicht bij kinderen Overgewicht is een urgent en omvangrijk gezondheidsprobleem.

Nadere informatie

CONCEPT SAMENVATTING RICHTLIJN OVERGEWICHT JGZ

CONCEPT SAMENVATTING RICHTLIJN OVERGEWICHT JGZ CONCEPT SAMENVATTING RICHTLIJN OVERGEWICHT JGZ 16-5-2011 Inleiding Velen werken al met het signalerings- en het overbruggingsprotocol; deze protocollen gelden voor kinderen vanaf 2 jaar. Jeugdgezondheidszorg

Nadere informatie

Richtlijn JGZ-richtlijn Overgewicht

Richtlijn JGZ-richtlijn Overgewicht Richtlijn JGZ-richtlijn Overgewicht Eerste - en vervolg consulten Het eerste consult Bij de anamnese wordt aandacht besteed aan voorgeschiedenis, familieanamnese, gezondheid, voeding, lichamelijke activiteit

Nadere informatie

2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag.

2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag. 2. Overgewicht De gevolgen van overgewicht op de kinderleeftijd zijn uiteenlopend van psychosociale problemen, zoals gepest worden, negatief zelfbeeld en depressiviteit, tot lichamelijke problemen zoals

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht

Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht Methode voor individuele primaire en secundaire preventie in de jeugdgezondheidszorg Auteurs A.M.W. Bulk-Bunschoten C.M. Renders F.J.M. van Leerdam R.A.

Nadere informatie

Kansen voor de (kinder)diëtist?!

Kansen voor de (kinder)diëtist?! JGZ-richtlijn Nederlands Centrum Jeugdgezondheidszorg Richtlijn OVERGEWICHT Preventie, signalering, Interventie en verwijzing Kansen voor de (kinder)diëtist?! Ingrid Mimpen, stuurgroeplid netwerk JGZ kinderdiëtisten

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitoring en Evaluatie JOGG-aanpak in Zwolle: ChecKid. Dr CM Renders

Monitoring en Evaluatie JOGG-aanpak in Zwolle: ChecKid. Dr CM Renders Monitoring en Evaluatie JOGG-aanpak in Zwolle: ChecKid Dr CM Renders Doelen: ChecKid Monitoring overgewicht en (on)gezond gedrag bij kinderen op de basisschool (4-13 jaar) Waar hoogste prevalenties overgewicht,

Nadere informatie

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Inleiding Achtergrond In het kader van de JOGG aanpak in de gemeente Roosendaal heeft op basisschool de Vlindertuin

Nadere informatie

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan

Nadere informatie

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen Samenvatting 217 218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongens en 14.8% van de meisjes overgewicht,

Nadere informatie

Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg

Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg RICHTLIJNEN Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg Joana E. Kist-van Holthe, Anneke M.W. Bulk-Bunschoten, Carry M. Renders, Monique L Hoir, Ton Kuijpers en Remy A. HiraSing* Gerelateerd artikel:

Nadere informatie

Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project

Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project Annemarie Schalkwijk Sandra Bot, co-promotor Petra Elders, co-promotor Giel Nijpels, promotor Lifestyle, Overweight and Diabetes

Nadere informatie

Aanleiding CheckTeen. Zwolle gezonde stad ( ) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012)

Aanleiding CheckTeen. Zwolle gezonde stad ( ) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012) Aanleiding CheckTeen Zwolle gezonde stad (2010 2013) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012) CheckTeen: kinderen voortgezet onderwijs (2010/2011)

Nadere informatie

Richtlijn Overgewicht (2012)

Richtlijn Overgewicht (2012) Richtlijn Overgewicht (2012) Totstandkoming Richtlijn Uit de Vijfde Landelijke Groeistudie (2010) blijkt dat de prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen hoger is dan in 1997. In 1997 was de

Nadere informatie

Overgewicht en obesitas bij kinderen: oorzaken en preventie. Joana Kist-van Holthe Amika Singh Marianne van der Velde

Overgewicht en obesitas bij kinderen: oorzaken en preventie. Joana Kist-van Holthe Amika Singh Marianne van der Velde Overgewicht en obesitas bij kinderen: oorzaken en preventie Joana Kist-van Holthe Amika Singh Marianne van der Velde 13-10-2016 Prevalentie overgewicht Nederland Jongens Prevalentie overgewicht bij jongens

Nadere informatie

RealFit. Wat is het Doelstelling Voor wie Historie Waarom RealFit

RealFit. Wat is het Doelstelling Voor wie Historie Waarom RealFit RealFit Wat is het Doelstelling Voor wie Historie Waarom RealFit Wat is RealFit? Effectieve multidisciplinaire aanpak van overgewicht bij jongeren van 13 tot 18 jaar. De 13 weken durende cursus bevat:

Nadere informatie

Projectbeschrijvingen en resultaten CEPHIR onderzoek jeugd en overgewicht

Projectbeschrijvingen en resultaten CEPHIR onderzoek jeugd en overgewicht Projectbeschrijvingen en resultaten CEPHIR onderzoek jeugd en overgewicht Determinantenstudies ENDORSE Environmental determinants of overweight in Rotterdam schoolchildren Proefschrift Klazine van der

Nadere informatie

Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae List of publications

Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae List of publications Chapter 9 Dankwoord Curriculum Vitae List of publications Obesitas (vetzucht) bij kinderen is gedurende de afgelopen decennia een groeiend en wereldwijd probleem geworden. De snel toenemende prevalentie

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg

Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg Richtlijnen Richtlijn Overgewicht voor de jeugdgezondheidszorg Joana E. Kist-van Holthe, Anneke M.W. Bulk-Bunschoten, Carry M. Renders, Monique L Hoir, Ton Kuijpers en Remy A. HiraSing* Gerelateerd artikel:

Nadere informatie

Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg)

Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg) Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg) Deze bijlage is een eerste aanzet. Aan de hand van het nieuwe productenboek van de GGD Zuid - Limburg zal het jaarprogramma

Nadere informatie

Effectiviteit en economische impact van beweegprogramma s op de werkplek

Effectiviteit en economische impact van beweegprogramma s op de werkplek Effectiviteit en economische impact van beweegprogramma s op de werkplek Karin Proper Afdeling Sociale Geneeskunde, EMGO+ Instituut, VUmc, Amsterdam Body@Work, Onderzoekscentrum Bewegen, Arbeid en Gezondheid

Nadere informatie

Bijlage WIJS (Wat Is Jouw Stijl)

Bijlage WIJS (Wat Is Jouw Stijl) Bijlage WIJS (Wat Is Jouw Stijl) Deze bijlage hoort bij de beschrijving van de interventie WIJS (Wat Is Jouw Stijl), zoals die is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies. Meer informatie:

Nadere informatie

Nulmeting Zwolle Gezonde Stad 2009. Ingrid van Aart, Silvia de Roos en Tommy Visscher 13 september 2012, CIAO bijeenkomst

Nulmeting Zwolle Gezonde Stad 2009. Ingrid van Aart, Silvia de Roos en Tommy Visscher 13 september 2012, CIAO bijeenkomst Nulmeting Zwolle Gezonde Stad 2009 Ingrid van Aart, Silvia de Roos en Tommy Visscher 13 september 2012, CIAO bijeenkomst Inhoud - Doelstellingen - Indicatoren - Gebruikte bronnen/ meetinstrumenten - Ervaringen/

Nadere informatie

GGD Drenthe T.a.v. de directie Postbus AC Assen. Datum 31 juli 2014 Onderwerp Vastgesteld rapport Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg

GGD Drenthe T.a.v. de directie Postbus AC Assen. Datum 31 juli 2014 Onderwerp Vastgesteld rapport Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg > Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam GGD Drenthe T.a.v. de directie Postbus 144 9400 AC Assen Datum 31 juli 2014 Onderwerp Vastgesteld rapport Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg Geachte directie,

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R VOEDING, BEWEGING EN GEWICHT K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 6 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD

Nadere informatie

Kinderen in West gezond en wel?

Kinderen in West gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in West gezond en wel? 1 Wat valt op in West? Voor West zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen

E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen Effectevaluatie Door: Rienke Bannink (Erasmus MC) E-mail r.bannink@erasmusmc.nl i.s.m. Els van As (consortium Rivas-Careyn),

Nadere informatie

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart

Nadere informatie

Module gezonde leefstijl. 20 Oktober 2018

Module gezonde leefstijl. 20 Oktober 2018 Module gezonde leefstijl 20 Oktober 2018 University of Michigan / Max Planck Institute for Demographic Research Mensen die niet roken, een gezond gewicht behouden en niet overmatig drinken worden zeven

Nadere informatie

De Leefgezondcoach in de praktijk. Een handleiding voor professionals

De Leefgezondcoach in de praktijk. Een handleiding voor professionals De Leefgezondcoach in de praktijk Een handleiding voor professionals Waarom deze handleiding? Heeft u ook cliënten die weinig weten over gezonde voeding? Die wel minder vet willen eten, maar niet goed

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 3e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Overgewicht bij kinderen

Overgewicht bij kinderen Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Overgewicht bij kinderen Toelichting Pagina 1 Achtergrondinformatie Prevalentie: Uit CBO: Sinds 1997 is het percentage 4 t/m 15 jarige jongens met overgewicht

Nadere informatie

Protocol module Voeding Generiek

Protocol module Voeding Generiek Protocol module Voeding Generiek ZIO Versie 1.0, 180418 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Behandeling... 2 3. Algemene voedingsadviezen door praktijkondersteuner en huisarts... 2 Richtlijnen Gezonde voeding...

Nadere informatie

De stand van zaken. Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies

De stand van zaken. Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies Djoeke van Dale Centrum Gezond Leven Joke van Wieringen Centrum Jeugdgezondheid De stand van zaken Schatting: minstens

Nadere informatie

Kinderen in Centrum gezond en wel?

Kinderen in Centrum gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Centrum gezond en wel? 1 Wat valt op in Centrum? Voor Centrum zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van

Nadere informatie

Resultaten van de proefimplementatie van de richtlijn overgewicht voor de Jeugdgezondheidszorg 2-11-2011

Resultaten van de proefimplementatie van de richtlijn overgewicht voor de Jeugdgezondheidszorg 2-11-2011 Resultaten van de proefimplementatie van de richtlijn overgewicht voor de Jeugdgezondheidszorg 2-11-2011 Inleiding In opdracht van ZonMw is de richtlijn Overgewicht voor de Jeugdgezondheidszorg ontwikkeld.

Nadere informatie

Aanpak overgewicht en obesitas bij kinderen. Simone Velzeboer Themadagen 2012 Porto

Aanpak overgewicht en obesitas bij kinderen. Simone Velzeboer Themadagen 2012 Porto Aanpak overgewicht en obesitas bij kinderen Simone Velzeboer Themadagen 2012 Porto Definitie overgewicht/obesitas kinderen BMI Body Mass Index = Quetelet Index = Gewicht (kg)/ Lengte² (m)

Nadere informatie

Kinderen in Zuid gezond en wel?

Kinderen in Zuid gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Zuid gezond en wel? 1 Wat valt op in Zuid? Voor Zuid zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Voorbeeldadvies Cijfers

Voorbeeldadvies Cijfers Voorbeeldadvies GGD Twente heeft de taak de gezondheid van de Twentse jeugd, volwassenen en ouderen in kaart te brengen. In dit kader worden diverse gezondheidsmonitoren afgenomen om inzicht te verkrijgen

Nadere informatie

Systematische review naar effectieve interventies ter preventie van kindermishandeling.

Systematische review naar effectieve interventies ter preventie van kindermishandeling. Rapport Systematische review naar effectieve interventies ter preventie van kindermishandeling. Auteurs: F.J.M. van Leerdam 1 K. Kooijman 2 F. Öry 1 M. Landweer 3 1: TNO Preventie en Gezondheid Postbus

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017 Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting () voorjaar 2017 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart: met subsidie van

Nadere informatie

Samenvatting Perspectieven op het stimuleren van gezond energiebalansgerelateerd. in de schoolomgeving

Samenvatting Perspectieven op het stimuleren van gezond energiebalansgerelateerd. in de schoolomgeving Samenvatting Perspectieven op het stimuleren van gezond energiebalansgerelateerd gedrag in de schoolomgeving 144 Samenvatting Perspectieven op het stimuleren van gezond energiebalans-gerelateerd gedrag

Nadere informatie

Overgewicht, obesitas, sedentair gedrag en afname van de lichamelijke

Overgewicht, obesitas, sedentair gedrag en afname van de lichamelijke SAMENVATTING 209 Preventie van diabetes en hart-en vaatziekten in de eerstelijns gezondheidzorg -- het Leefstijl Onderzoek West-Friesland -- Type 2 diabetes (suikerziekte) en hart-en vaatziekten zijn gezondheidsproblemen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/55848 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bezem, J. Title: Exploring the potential of triage and task-shifting in preventive

Nadere informatie

De Gezonde Basisschool van de Toekomst

De Gezonde Basisschool van de Toekomst De Gezonde Basisschool van de Toekomst Nina Bartelink, PhD Candidate Patricia van Assema, Maria Jansen, Hans Savelberg, Stef Kremers Department of Health Promotion Maastricht University n.bartelink@maastrichtuniversity.nl

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING

Samenvatting SAMENVATTING Samenvatting 147 Samenvatting Bezorgdheid om te vallen is een algemeen probleem onder zelfstandig wonende ouderen en vormt een bedreiging voor hun zelfredzaamheid. Deze bezorgdheid is geassocieerd met

Nadere informatie

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 Nr. 2017/08 Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 pagina 2 van 6 Achtergrond In Nederland bestaan drie normen voor bewegen: de Nederlandse Norm Gezond Bewegen, die adviseert op minstens

Nadere informatie

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht akkoord stichting jongeren op gezond gewicht De stichting Jongeren Op Gezond Gewicht en haar partners verbinden zich met dit akkoord gezamenlijk, elk vanuit de eigen verantwoordelijkheid, in de periode

Nadere informatie

ADVIESNOTA. Hattem kiest met JOGG voor samenwerking aan een gezonde jeugd. Inleiding. Achtergrond Gezondheidsbevordering.

ADVIESNOTA. Hattem kiest met JOGG voor samenwerking aan een gezonde jeugd. Inleiding. Achtergrond Gezondheidsbevordering. ADVIESNOTA Hattem kiest met JOGG voor samenwerking aan een gezonde jeugd Inleiding Een gezonde jeugd. Dat is wat onze gemeente wil. Overgewicht onder jongeren vormt echter een bedreiging. Daarom is bestrijding

Nadere informatie

Prevalentie van overgewicht en obesitas bij jeugdigen 4-15 jaar in de periode 2002-2004

Prevalentie van overgewicht en obesitas bij jeugdigen 4-15 jaar in de periode 2002-2004 TNO-rapport KvL/JPB/2006.010 Prevalentie van overgewicht en obesitas bij jeugdigen 4-15 jaar in de periode 2002-2004 Wassenaarseweg 56 Postbus 2215 2301 CE Leiden www.tno.nl T 071 518 18 18 F 071 518 19

Nadere informatie

Cephir Seminar Overgewicht bij kinderen: Resultaten uit de wetenschap en praktijk

Cephir Seminar Overgewicht bij kinderen: Resultaten uit de wetenschap en praktijk Cephir Seminar Overgewicht bij kinderen: Resultaten uit de wetenschap en praktijk 26 januari 2015 Opening Selma Bouthoorn: 3 Maart 15.30 uur (woe) Anne Wijtzes: 13 Mei 11.30 uur (woe) Programma van vandaag

Nadere informatie

Lekker Fit. Werken aan een gezonde leefstijl voor Rotterdamse jeugd

Lekker Fit. Werken aan een gezonde leefstijl voor Rotterdamse jeugd 01 Lekker Fit! Inhoudsopgave Lekker Fit 1 Tien pijlers 2 01 Extra bewegingsonderwijs tijdens en na schooltijd 3 02 De komst van de gymleraar nieuwe stijl 4 03 Lespakket Lekker Fit! 5 04 Sportlessen als

Nadere informatie

GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland T.a.v. de directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen

GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland T.a.v. de directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen > Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland T.a.v. de directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen Programma Publieke gezondheid Kabelweg 79-81 Amsterdam Postbus 20584

Nadere informatie

Samenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten

Samenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten Overgewicht en obesitas onder Nederlandse kinderen en adolescenten zijn een toenemend volksgezondheidsprobleem.

Nadere informatie

Samenvatting. Epidemie

Samenvatting. Epidemie Samenvatting Met dit advies voldoet de Gezondheidsraad aan het verzoek van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een inventarisatie op te stellen van nieuwe inzichten en te verwachten wetenschappelijke

Nadere informatie

GGD Zuid Limburg T.a.v. de directie Postbus 2022 6160 HA GELEEN

GGD Zuid Limburg T.a.v. de directie Postbus 2022 6160 HA GELEEN > Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam GGD Zuid Limburg T.a.v. de directie Postbus 2022 6160 HA GELEEN Programma Publieke gezondheid Kabelweg 79-81 Amsterdam Postbus 20584 1001 NN Amsterdam T 020

Nadere informatie

Kinderen in Noord gezond en wel?

Kinderen in Noord gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Noord gezond en wel? 1 Wat valt op in Noord? Voor Noord zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Hoe verklein ik mijn kans op kanker? Volg de kleuren!

Hoe verklein ik mijn kans op kanker? Volg de kleuren! Hoe verklein ik mijn kans op kanker? Volg de kleuren! KAN KANKER VOORKOMEN WORDEN? Kanker is in Nederland doodsoorzaak nummer één. Preventie is daarom van groot belang. Er zijn helaas geen garanties op

Nadere informatie

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT IJsselland VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT Jongerenmonitor 2015 77% ontbijt dagelijks 10.3 jongeren School 13-14 jaar 15- jaar 76% een gezond gewicht 15% beweegt voldoende Genotmiddelen Psychosociale gezondheid

Nadere informatie

29-6-2011. Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2. Ondergewicht = Westerse landen: 2-15% Asian enigma

29-6-2011. Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2. Ondergewicht = Westerse landen: 2-15% Asian enigma Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2 29 juni 2011 1 Ondergewicht = A. Een gewicht of BMI onder een bepaalde grenswaarde Gewicht naar lengte, per geslacht Gewicht naar

Nadere informatie

Behandelresultaat van een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht bij MTCJunior

Behandelresultaat van een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht bij MTCJunior Behandelresultaat van een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht bij MTCJunior INLEIDING In Nederland is overgewicht bij kinderen een groeiend probleem. De prevalentie van jongens met

Nadere informatie

Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014. Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1

Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014. Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014 Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Doelstelling Nurses on the Move Bijdragen aan verbetering kwaliteit van zorg in verpleeg- en

Nadere informatie

Samenvatting Dankwoord About the author

Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting 177 Samenvatting Overgewicht en obesitas worden gedefinieerd op basis van de body mass index (BMI) (hoofdstuk 1). Deze index wordt berekend door het

Nadere informatie

Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis. Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen

Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis. Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen Kinderen en adolescenten met obesitas 1. Definities 2. Indicatie verwijzing 3. Poliklinische verwijzing

Nadere informatie

GGD Gelderland Zuid Nijmegen T.a.v. de/directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen

GGD Gelderland Zuid Nijmegen T.a.v. de/directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen > Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam GGD Gelderland Zuid Nijmegen T.a.v. de/directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen Datum 7 augustus 2014 Onderwerp vastgesteld rapport toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg

Nadere informatie

INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ

INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ & BASISTEKST VAN SIGNAAL NAAR ZORG : EEN AANBEVELING VOOR DE DETECTIE VAN EET- EN GEWICHTSPROBLEMEN (19 pp.) VWVJ en vzw Eetexpert Schematisch traject van signaal

Nadere informatie

Het individuele leefstijlprogramma: samenwerking met diëtist en fysiotherapeut

Het individuele leefstijlprogramma: samenwerking met diëtist en fysiotherapeut Toelichting op project - met evaluatie en vervolgafspraken In het schooljaar 2014-2015 liep het project Mulock Houwer in Beweging op een VMBO school. Het project wil jongeren positieve energie geven: je

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen

Resultaten vragenlijst leerlingen Resultaten vragenlijst leerlingen Drie scholen, tweede meting (T1) voorjaar 2018 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart. Met subsidie van Fonds Nuts

Nadere informatie

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen.

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. Februari 2013 Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. In Rotterdam heeft een kwart van de basisschoolkinderen overgewicht, met alle gezondheidsrisico

Nadere informatie

Dagelijkse consumptie van yoghurt helpt hartziekten te voorkomen

Dagelijkse consumptie van yoghurt helpt hartziekten te voorkomen III World Congress of Public Health Nutrition Las Palmas de Grand Canarias 9-12 november 2014 Dagelijkse consumptie van yoghurt helpt hartziekten te voorkomen Een Europees onderzoek toont aan dat adolescente

Nadere informatie

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Vitale Vaten Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Dé Gezonde regio: waar? Dé Gezonde regio: wie? Verleiden Opbouw presentatie Inleiding hart- en vaatziekten Project Vitale Vaten Gorinchem

Nadere informatie

Inhoud Hoe BRAVO ben jij?

Inhoud Hoe BRAVO ben jij? Inhoud Hoe BRAVO ben jij? Inleiding 2 De behandeling van een aandoening 2 Medicijnen 2 Leefstijl 5 Een verergering van je klachten 6 Jouw behandelplan 8 Bewegen 8 Roken 8 Alcohol en voeding 8 Ontspanning

Nadere informatie

Stichting zorgbeheer de Zellingen T.a.v. de Raad van bestuur Postbus AA Capelle aan den IJssel

Stichting zorgbeheer de Zellingen T.a.v. de Raad van bestuur Postbus AA Capelle aan den IJssel > Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam Stichting zorgbeheer de Zellingen T.a.v. de Raad van bestuur Postbus 36 2900 AA Capelle aan den IJssel Datum 30 juni 2014 Onderwerp vastgesteld rapport Toezichtonderzoek

Nadere informatie

Visie op aanpak overgewicht jeugd, GGD Zaanstreek-Waterland november Inleiding Doelgroep Leeswijzer 3

Visie op aanpak overgewicht jeugd, GGD Zaanstreek-Waterland november Inleiding Doelgroep Leeswijzer 3 Inhoudsopgave Hoofdstuk Paginanummer 1. Inleiding 2 1.1 Doelgroep 2 1.2 Leeswijzer 3 2. Visie aanpak overgewicht jeugd 4 3. Uitgangspunten aanpak overgewicht jeugd 5 3.1 Inhoudelijke uitgangspunten 5 3.1.1

Nadere informatie

Resultaten Evaluatie Pilot Bloeddrukmeting Augustus 2015

Resultaten Evaluatie Pilot Bloeddrukmeting Augustus 2015 Resultaten Evaluatie Pilot Bloeddrukmeting Augustus 2015 Achtergrond In september 2014 is GGD Noord- en Oost-Gelderland gestart met de implementatie van de landelijke JGZrichtlijn Overgewicht. Het NCJ

Nadere informatie

Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen

Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen TNO-rapport KvL/GB 2009.111 Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen Preventie en Zorg Wassenaarseweg 56 Postbus 2215 2301 CE Leiden www.tno.nl T +31 71 518 18 18

Nadere informatie

37 Over gewicht bij Turkse en Nederlandse jeugd

37 Over gewicht bij Turkse en Nederlandse jeugd 37 Over gewicht bij e en e jeugd 2016 Het stimuleren van gezond gewicht is een speerpunt in veel gemeenten. Een gezond gewicht voorkomt welvaartsziekten. Culturele achtergrond is van invloed op gewicht.

Nadere informatie

Kinderen in Oost gezond en wel?

Kinderen in Oost gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Oost gezond en wel? 1 Wat valt op in Oost? Voor Oost zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Overgewicht Inhoud Inleiding Oorzaken van overgewicht

Overgewicht Inhoud Inleiding Oorzaken van overgewicht Overgewicht Brochure over oorzaken, gevolgen en behandeling van overgewicht. Met eet- en beweegdagboekje. Inhoud Inleiding Oorzaken van overgewicht Gevolgen van overgewicht Meten en wegen BMI (Body Mass

Nadere informatie

Slim & creatief omgaan met data

Slim & creatief omgaan met data Slim & creatief omgaan met data Annette Zwart, Adviserend Geneeskundige Arts Maatschappij en Gezondheid Nevenfunctie: (gewezen) lid RGS Inhoud Positie zorgverzekeraars Van idee naar praktijk - JOGG - Lekker

Nadere informatie

De kans op arbeidsongeschiktheid bij zelfstandig ondernemers met overgewicht

De kans op arbeidsongeschiktheid bij zelfstandig ondernemers met overgewicht Mag het een onsje meer zijn? De kans op arbeidsongeschiktheid bij zelfstandig ondernemers met overgewicht Viona Lapré- Utama, Marjan Erkamp, Marga van Liere, Cees Geluk Samenvatting Overgewicht komt steeds

Nadere informatie

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld.

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld. 155 Sport- en spelactiviteiten bevorderen over het algemeen de gezondheid. Deze fysieke activiteiten kunnen echter ook leiden tot blessures. Het proefschrift beschrijft de ontwikkeling en evaluatie van

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Obesitastraining Eat-Fit

Patiënteninformatie. Obesitastraining Eat-Fit Patiënteninformatie Obesitastraining Eat-Fit Inhoud Inleiding... 2 Body Mass Index (BMI)... 2 Obesitas en fysieke activiteit... 2 Dieettherapie... 3 Operatie... 4 Onze obesitastraining Eat-Fit... 4 Persoonlijke

Nadere informatie

Overzicht. Inspanning voor kinderen met een aangeboren hartafwijking. Inspanning- moet het? Inleiding. Toronto Model

Overzicht. Inspanning voor kinderen met een aangeboren hartafwijking. Inspanning- moet het? Inleiding. Toronto Model Overzicht Inleiding Inspanning- moet dat? mag dat? is het gevaarlijk? Inspanning bij verschillende typen aangeboren hart Inspanning als therapie Inspanning voor kinderen met een aangeboren hartafwijking

Nadere informatie

Samenvatting voor niet-ingewijden

Samenvatting voor niet-ingewijden voor niet-ingewijden Type 2 diabetes Diabetes is een ernstige chronische ziekte, die wordt gekenmerkt door te hoge glucosespiegels (de suikers ) in het bloed. Er zijn verschillende typen diabetes, waarvan

Nadere informatie

HANDREIKING GECOMBINEERDE LEEFSTIJLINTERVENTIE VOOR GEZINNEN

HANDREIKING GECOMBINEERDE LEEFSTIJLINTERVENTIE VOOR GEZINNEN HANDREIKING GECOMBINEERDE LEEFSTIJLINTERVENTIE VOOR GEZINNEN 1 Inleiding ROS Friesland is betrokken geweest bij het project Fitter Families, een gecombineerde leefstijlinterventie (GLI) voor gezinnen.

Nadere informatie

Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten

Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten Evidence-based richtlijn van de German Nutrition Society Van vezels tot suikers: koolhydraten omvatten een brede range van voedingsstoffen. Wat is er precies

Nadere informatie

Workshop diabetes en koolhydratenbeperking bij overgewicht. Graag in samenwerking

Workshop diabetes en koolhydratenbeperking bij overgewicht. Graag in samenwerking Workshop diabetes en koolhydratenbeperking bij overgewicht Graag in samenwerking Voor zowel kinderen als volwassenen zijn overgewicht en obesitas de belangrijkste risicofactoren voor de ontwikkeling van

Nadere informatie