Voor eventuele vragen over de HARP kunt u terecht bij uw leidinggevende.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voor eventuele vragen over de HARP kunt u terecht bij uw leidinggevende."

Transcriptie

1 Aan het rijdend personeel Sector Vervoer Planning Accountmanagement en Klantrelaties Postbus CC Amsterdam Bezoekadres: Binnenkant 7 Tel (020) /6426 Fax (020) Datum: 15 september 2004 Uw contact: Uw leidinggevende Betreft: HARP, editie september 2004 geachte collega, Het is alweer enige tijd geleden dat wij een bundeling van alle relevante afspraken over de normen voor dienstregelingen, dienstverdelingen, roosters enz. hebben uitgegeven. In de afgelopen periode is, zeker met alle veranderingen op dit gebied, dan ook wel eens onduidelijkheid ontstaan over de geldende afspraken. Dat was reden genoeg om te komen tot een actualisering van de bestaande HARP, het Handboek Arbeidsvoorwaarden Rijdend Personeel. In deze geactualiseerde HARP zijn nagenoeg alle belangrijke normen opgenomen zoals die vandaag de dag gelden. Een aantal onderwerpen is in deze HARP (nog) niet opgenomen, met name de onderwerpen waarover op dit moment nog nieuwe afspraken worden gemaakt, zoals bijvoorbeeld de vakantieen verlofregelingen. Liever dan deze nieuwe afspraken af te wachten hebben wij gekozen deze HARP toch nu al uit te geven, daar in alle geledingen van ons bedrijf de behoefte aan een bundeling van actuele afspraken groot is. Deze HARP is daarmee dus nog niet volledig, maar wel een belangrijk middel om u zoveel mogelijk duidelijkheid te verschaffen. Zodra over de ontbrekende onderwerpen overeenstemming is bereikt met de OR zult u daar uiteraard over worden geïnformeerd. Voor eventuele vragen over de HARP kunt u terecht bij uw leidinggevende. met vriendelijke groet, E. Drossaers manager PAK

2 HARP handboek arbeidsvoorwaarden rijdend personeel editie september 2004

3 0. INHOUDSOPGAVE 0. INHOUDSOPGAVE ATW/ATB WEKELIJKSE RUSTTIJD VRIJE ZONDAG DAGELIJKSE RUSTTIJD ARBEIDSTIJD NACHTARBEID (EN OPVOLGENDE RUSTTIJD) PAUZE ARA MAXIMALE WERKTIJD OUDERE WERKNEMERS FEESTDAGTOESLAG ROOSTERTOESLAG ROOSTERWIJZIGINGSTOESLAG OVERWERKTOESLAG EN COMPENSATIEUREN OVERWERK EXTRA VERLOF OP FEESTDAGEN OPKOMSTPLEK METROBESTUURDERS DIENSTREGELINGEN EN WAGENLOPEN RIJTIJDPROTOCOL OMLOOPBEREKENINGEN IN- EN UITRUKTIJDEN TIJDEN VERMELD IN DE DIENSTREGELING WAGENS OP ANDERE LIJNEN LATEN OVERLOPEN LIJNEN KOPPELEN WAGENS INZETTEN OP EEN LIJN VANUIT MEERDERE UITRIJPUNTEN DIENSTEN EN DIENSTVERDELING VROEGEINDIGENDE DIENSTEN LATE DIENSTEN DIENSTGEDEELTES HALVE RIJDIENSTEN PAUZE BERGINGSTIJD AANLOOPTIJD AFSTAPTIJD OVERSTAPTIJD LOOPTIJD OVERDRACHTSTIJD BIJ KAARTVERKOOP OPENEN- SLUITEN STATIONS COMBINATIE VAN LIJNEN ROOSTERS DAGGEMIDDELDE VERGOEDING LOOP-/AFREKENTIJD VERGOEDING BEZOEK KLEDINGMAGAZIJN DIENSTGEMIDDELDE AANTAL DIENSTTIJDEN DEELTIJDERS, PARTTIMERS EN HERPLAATSTE AMBTENAREN PERSONEELSINDELING PERSONEELSINDELING

4 7. DIENSTINDELING EN URENREGISTRATIE WISSEL-T.B.-DIENSTEN HALVE DIENSTEN BEGRENZINGSTIJDEN T.B.-DIENSTEN ZWEVENDE RESERVEDIENSTEN DIENSTDOEN BUITEN HET UITRIJPUNT URENREGISTRATIE STURING IN URENBEWAKING VERLOFAFSCHRIJVING VERLOF EN VAKANTIE NACHTDIENSTEN INDIVIDUELE BETALING NACHTDIENST GARANTIETOESLAG NACHTDIENST DIENSTUITVOERING ONBEMENST LATEN VAN WAGENS WAGENINSPECTIE TE-LAAT KOM REGELING BIJLAGEN OVERZICHT BASISROOSTERS RIJDEND PERSONEEL SENIORENFACILITEITEN PERSONENVERVOERDERS TRAM EN BUS SENIORENREGELING RIJDEND PERSONEEL METRO LOOPBAANPLAN EXPLOITATIEF PERSONEEL

5 1. ATW/ATB Inleiding Op het rijdend personeel is de Arbeidstijdenwet (ATW) van toepassing. In aanvulling op de ATW is op het rijdend personeel bus het Arbeidstijdenbesluit vervoer (ATB) van toepassing. De ATW/ATB heeft een zogeheten dubbel normenstelsel. Dat wil zeggen dat er in principe overal een standaardregeling van kracht is, maar dat werkgevers en werknemers onderling kunnen afspreken om de arbeidstijden te verruimen: de overlegregeling. Deze overlegregeling is wel aan bepaalde maxima gebonden. Daarnaast kunnen werkgevers en werknemersorganisaties (OR/vakbonden) afspraken maken die afwijken van de standaardregeling uit ATW/ATB. Deze afspraken moeten uiteraard wel binnen de normen van de ATW/ATB passen. In dit hoofdstuk staat een opsomming van alle afspraken die in dit kader tussen GVB en de ondernemingsraad zijn gemaakt. Bij alle afspraken staat eerst een samenvatting van het ATW/ATB artikel, daarna de afspraak zoals die voor rijdend personeel is gemaakt. De tijdruimtes zoals die genoemd worden bij de teksten over rusttijden zijn aaneengesloten periodes die aanvangen op het eerste moment dat dienst verricht wordt. 4

6 1.01. WEKELIJKSE RUSTTIJD metro tram Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:3 uit de ATW. mogelijkheid 1 mogelijkheid 2 standaardregeling ATW 36 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 7 x 24 uur 60 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 9 x 24 uur, eventueel eenmaal per 5 weken te bekorten tot 32 uur overlegregeling ATW - - GVB regeling De wekelijkse rusttijd bedraagt tenminste 36 uur aaneengesloten per iedere tijdruimte van 7 x 24 uur. bus Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 2.5:1, tweede lid onder b en c, uit het ATB. standaardregeling ATB 45 uur aaneengesloten rusttijd per week (van maandag 0.00 uur tot zondag uur), eventueel te bekorten tot 36 uur. Verkortingen van de wekelijkse rusttijd worden gecompenseerd door een even grote rusttijd die aaneengesloten wordt genoten voor het einde van de derde week die volgt op de betrokken week. De totale rusttijd in elke periode van twee weken bedraagt tenminste 228 uren. overlegregeling ATB 45 uur aaneengesloten rusttijd per week (van maandag 0.00 uur tot zondag uur), eventueel te bekorten tot 36 uur. Verkortingen van de wekelijkse rusttijd worden gecompenseerd door een even grote rusttijd die aaneengesloten wordt genoten voor het einde van de derde week die volgt op de betrokken week. Een wekelijkse rusttijd die in een week begint en zich in de volgende week uitstrekt, kan bij de ene of bij de andere week worden gevoegd. GVB regeling De standaardregeling ATB is van toepassing. 5

7 1.02. VRIJE ZONDAG Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:4 uit de ATW. Het ATB geeft geen relevante nadere bepalingen ten aanzien van de zondagsrust. Dit artikel is dus ook voor bus van toepassing. standaardregeling ATW overlegregeling ATW tenminste 4 vrije zondagen per iedere 13 weken tenminste 13 vrije zondagen per iedere 52 weken GVB regeling Tenminste eenmaal per 3 weken omvat de wekelijkse rusttijd de volledige zondag. Alleen omwille van vakantieruil is het mogelijk 3 zondagen achter elkaar te werken. 6

8 1.03. DAGELIJKSE RUSTTIJD metro tram Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:5 uit de ATW. standaardregeling ATW tenminste 11 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 24 uur, eventueel eenmaal per tijdruimte van 7 x 24 uur te bekorten tot 8 uur overlegregeling ATW - GVB regeling De rusttijd tussen twee opeenvolgende diensten bedraagt minimaal 11 uur. bus Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 2.5:1, tweede lid onder a, uit het ATB. standaardregeling ATB tenminste 11 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 24 uur overlegregeling ATB tenminste 11 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 24 uur, eventueel 3 maal per week (van maandag 0.00 uur tot zondag uur) te bekorten tot 9 uur, mits voor het eind van de volgende week ter compensatie een even lange rusttijd wordt verleend GVB regeling De rusttijd tussen twee opeenvolgende diensten bedraagt minimaal 11 uur. 7

9 1.04. ARBEIDSTIJD Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:7 uit de ATW. Het ATB geeft geen relevante nadere bepalingen ten aanzien van de arbeidstijd. Dit artikel is dus ook voor bus van toepassing. standaardregeling ATW ten hoogste 9 uur per dienst, maximaal 45 uur per week en in iedere 13 weken maximaal gemiddeld 40 uur per week overlegregeling ATW ten hoogste 10 uur per dienst, in iedere 4 weken maximaal gemiddeld 50 uur per week en in iedere 13 weken maximaal gemiddeld 45 uur per week GVB regeling De maximale arbeidstijd per dag bedraagt 8.45 uur, exclusief looptijd aan begin/einde dienst (metro, zie 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram/bus, zie 5.02). Zie ook 4. DIENSTEN EN DIENSTVERDELING. 8

10 1.05. NACHTARBEID (en opvolgende rusttijd) Volgens de definitie van ATW/ATB is nachtarbeid arbeid tussen 0.00 uur en 6.00 uur. Late diensten die eindigen na 0.00 uur en vroege diensten die beginnen voor 6.00 uur zijn dus nachtarbeid voor de wet en tellen mee voor deze bepaling. metro tram Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:8 uit de ATW. standaardregeling ATW overlegregeling ATW Einde uiterlijk 2.00 uur Einde na 2.00 uur Einde uiterlijk 2.00 uur Einde na 2.00 uur maximale dienstlengte 8 uur maximale dienstlengte 8 uur maximale dienstlengte 9 uur, per iedere 13 weken maximaal gemiddeld 40 uur per week maximale dienstlengte 9 uur, per iedere 13 weken maximaal gemiddeld 40 uur per week ten hoogste 16 nachtdiensten per iedere 4 weken ten hoogste 10 nachtdiensten per 4 weken, ten hoogste 25 nachtdiensten per iedere 13 weken ten hoogste 52 nachtdiensten per iedere 13 weken ten hoogste 28 nachtdiensten per iedere 13 weken na minimaal 3 en maximaal 6 nachtdiensten 48 uur aaneengesloten rusttijd minimaal 14 uur aaneengesloten rusttijd na iedere nachtdienst na minimaal 3 en maximaal 5 nachtdiensten 48 uur aaneengesloten rusttijd na minimaal 3 en maximaal 7 nachtdiensten 48 uur aaneengesloten rusttijd 14 uur aaneengesloten rusttijd na iedere nachtdienst, eventueel eenmaal per iedere tijdruimte van 7 x 24 uur te bekorten tot 8 uur na minimaal 3 en maximaal 7 nachtdiensten 48 uur aaneengesloten rusttijd GVB regeling De maximale lengte van een nachtdienst is bepaald op 8.45 uur, exclusief looptijd aan begin/einde dienst (metro, zie 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram, zie 5.02). In iedere periode van 13 weken mag ten hoogste 28 maal nachtdienst verricht worden als de diensten na 2.00 uur eindigen (52 maal per 13 weken indien de nachtdiensten eindigen voor of op 2.00 uur). De minimum rusttijd na een reeks van tenminste 3 en ten hoogste 5 nachtdiensten bedraagt 48 uren. 9

11 1.05. NACHTARBEID (en opvolgende rusttijd) - vervolg bus Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 2.5:4 uit het ATB. Voor wat betreft dienstlengte en opvolgende rusttijd geeft dit artikel geen nadere bepalingen, de regels daarover volgen uit andere artikelen. Om een vergelijking met de ATW te vergemakkelijken zijn in het onderstaande overzicht deze betreffende bepalingen toegevoegd. volgt uit ATW 5:7 mogelijkheid 1 mogelijkheid 2 volgt uit ATB 2.5:1 standaardregeling ATB ten hoogste 9 uur per dienst, maximaal 45 uur per week en in iedere 13 weken maximaal gemiddeld 40 uur per week ten hoogste 26 nachtdiensten per iedere 13 weken ten hoogste 12 uur nachtdienst per iedere 2 weken tenminste 11 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 24 uur overlegregeling ATB ten hoogste 10 uur per dienst, in iedere 4 weken maximaal gemiddeld 50 uur per week en in iedere 13 weken maximaal gemiddeld 45 uur per week ten hoogste 35 nachtdiensten per iedere 13 weken ten hoogste 20 uur nachtdienst per iedere 2 weken tenminste 11 uur aaneengesloten rusttijd per iedere tijdruimte van 24 uur, eventueel 3 maal per week (van maandag 0.00 uur tot zondag uur) te bekorten tot 9 uur, mits voor het eind van de volgende week ter compensatie een even lange rusttijd wordt verleend GVB regeling De maximale lengte van een nachtdienst is bepaald op 8.45 uur, exclusief vergoeding loop-/afrekentijd (zie 5.02). In iedere periode van 13 weken mag ten hoogste 35 maal nachtdienst worden verricht. De minimum rusttijd na een reeks van tenminste 3 en ten hoogste 5 nachtdiensten bedraagt 48 uren. 10

12 1.06. PAUZE Deze afspraak geeft uitvoering aan artikel 5:10 uit de ATW. Daar artikel 2.5:6 uit het ATB zichzelf niet van toepassing verklaart op de bus, is hier voor de bus ook de ATW van toepassing. dienstlengte < 5.31 uur geen verplichting tot pauze standaardregeling ATW dienstlengte 5.31 t/m 8 uur minimaal 0.30 aaneengesloten pauze dienstlengte 8.01 t/m 10 uur minimaal 0.45 pauze, minimaal 0.30 aaneengesloten dienstlengte < 5.31 uur geen verplichting tot pauze overlegregeling ATW dienstlengte 5.31 t/m 8 uur minimaal 2 x 15 minuten aaneengesloten pauze dienstlengte 8.01 t/m 10 uur minimaal 2 x 15 minuten aaneengesloten pauze pauze vindt plaats in de periode tussen 2 uur na aanvang en 2 uur voor einde van de dienst pauze vindt plaats in de periode tussen 2 uur na aanvang en 2 uur voor einde van de dienst GVB regeling Onder een pauze wordt verstaan een onderbreking van de arbeidstijd van minimaal 15 minuten waarin de werknemer geen enkele verplichting ten aanzien van de bedongen arbeid heeft en die in zijn geheel in de periode tussen 2 uur na aanvang van de arbeid en 2 uur voor het einde van de arbeid ligt. Een dienst van maximaal 5.30 uur hoeft geen pauze te bevatten. Een dienst met een dienstlengte van meer dan 5.30 uur bevat een pauze van minimaal 30 minuten of twee pauzes van minimaal 15 minuten elk. N.B. deze normen gelden uiteraard ook voor de nachtdiensten. Zie ook

13 2. ARA Inleiding Net zoals dat voor andere ambtenaren binnen de gemeente Amsterdam geldt, is op het rijdend personeel van metro, tram en bus het Ambtenarenreglement Amsterdam (ARA) van toepassing. In dit hoofdstuk staat een opsomming van een aantal relevante artikelen uit het ARA. In een aantal gevallen is ook een toelichting of een aanvullende afspraak over de toepassing opgenomen MAXIMALE WERKTIJD ARA artikel 101, eerste lid onder s Een werktijd van gemiddeld 36 uur per week. N.B. voor de gemiddelde werkweek zoals die voor de basisroosters geldt zie OUDERE WERKNEMERS ARA artikel 307 metro De huidige seniorenregeling voor rijdend personeel zal op termijn wijzigen. De huidige regeling is voor de volledigheid opgenomen onder tram bus Voor personenvervoerders tram en bus geldt de zgn. Seniorenregeling (zie 11.02). N.B. voor conducteurs zal op termijn een specifieke seniorenregeling worden ingesteld. 12

14 2.03. FEESTDAGTOESLAG ARA artikel 423 lid 1. lid 2. Indien de ambtenaar werkzaamheden heeft verricht op dagen of gedeelten van dagen, bedoeld in het tweede lid, heeft hij hiervoor per gewerkt uur aanspraak op een feestdagtoeslag van 100% van zijn wedde per uur. De dagen waarop men feestdagtoeslag kan verdienen, zijn - nieuwjaarsdag; - eerste en tweede paasdag; - Hemelvaartsdag; - eerste en tweede pinksterdag; - eerste en tweede kerstdag; - Koninginnedag; - 5 mei. Toelichting De feestdag loopt van 0.00 uur t/m uur. 13

15 2.04. ROOSTERTOESLAG ARA artikel 424 De ambtenaar heeft voor elk uur van de hieronder genoemde daggedeelten, dat voorkomt in het voor hem geldende werkrooster, aanspraak op een roostertoeslag ter hoogte van: uur uur uur uur maandag 70% - 25% 40% dinsdag 40% - 25% 40% woensdag 40% - 25% 40% donderdag 40% - 25% 40% vrijdag 40% - 25% 40% zaterdag 40% 40% 70% 70% zondag 70% 50% 70% 70% Berekeningswijze 1. Per dienst wordt op basis van het rooster berekend hoeveel toeslaguren er per percentage (25%, 40%, 50% en 70%) voorkomen. 2. Hierbij wordt rekening gehouden met eventuele tijdsvergoedingen (bijv. loop-/afrekentijd). Deze tijdsvergoedingen worden aan het begin of aan het einde van de dienst toegevoegd. De tijdsvergoedingen worden altijd toegevoegd op de plaats waar de minste toeslaguren liggen. 3. De toeslaguren per percentage worden opgeteld en vervolgens vermenigvuldigd met het betreffende percentage. Hierdoor ontstaan toeslaguren à 100% voor de verschillende percentages. 4. Hierna worden de toeslaguren (à 100%) van de verschillende percentages bij elkaar opgeteld (= uren à 100% in decimalen). 5. Met behulp van de onderstaande formule wordt vervolgens de rooster-toeslag berekend. Uren à 100% in decimalen 4, x x 100 % = Roostertoeslag Aantal roosterplaatsen 156 Verklaring van de formule 6. De uren à 100% in decimalen worden berekend uit stap 1 t/m Deze uren worden gedeeld door het aantal roosterplaatsen (het aantal ploegen vermenigvuldigd met het aantal voudigheden). Hierdoor ontstaat de roostertoeslag per week. Deze roostertoeslag per week wordt vervolgens omgerekend tot een toeslag per uur (stap 8 & 9). 8. De roostertoeslag per week wordt vermenigvuldigd met 4,35 (het aantal weken in een maand). Hierdoor ontstaat de roostertoeslag per maand. 9. Deze roostertoeslag per maand wordt vervolgens gedeeld door 156 (het aantal werkuren per maand behorende bij een volledige betrekking dat volgt uit ARA artikel 101, eerste lid onder i). Hierdoor ontstaat de roostertoeslag per uur. Dit percentage wordt naar boven afgerond op 1 decimaal achter de komma. Verdere afspraken De roostertoeslag wordt altijd berekend over een volledige betrekking. Voor een deeltijder, parttimer of herplaatste ambtenaar (zie 5.06) wordt de roostertoeslag dus altijd uitbetaald op basis van het salaris behorende bij 36 uur per week. De roostertoeslag van deze groepen mag het geldende percentage van de 36-uurs basisroosters rijdend personeel niet overschrijden. De roostertoeslag van het rijdend personeel wordt jaarlijks aangepast aan de feitelijkheid. De roostertoeslag wordt berekend aan de hand van de begrenzingstijden van de T.B.-diensten van het betreffende rooster. Hierbij wordt uitgegaan van het standaardrooster (ook wel winterrooster genoemd). 14

16 2.05. ROOSTERWIJZIGINGSTOESLAG ARA artikel 425 Toelichting Dit zijn de afspraken over de toepassing van roosterwijzigingstoeslag op de wissel-t.b.-diensten (de zgn. toeslag wisseldiensten). metro Roosterwijzigingstoeslag is voor rijdend personeel metro niet van toepassing. De achtergrond hiervoor is het volgende: in de berekening van de roostertoeslag zijn de drie wissel-t.b.-dienstnummers voor het duurste tarief meegenomen en het is van tevoren bekend, als men op een dag op deze dienstnummers een dagdienst krijgt. Zie ook 7.01 en voor de wissel-t.b.-diensten per techniek en basisrooster. tram bus De roosterwijzigingstoeslag op wissel-t.b.-diensten bedraagt 16,56 voor tram en 32,09 voor bus (bedragen 2004). Deze bedragen worden geïndexeerd bij loonrondes. Personeel buiten de basisroosters dat in hun rooster een wissel-t.b.-dienst heeft ingebouwd, krijgt deze toeslag naar rato van het aantal wissel-t.b.-diensten van het reguliere fulltime basisrooster maandelijks op basis van voorcalculatie betaald. Zie ook 7.01 en voor de wissel-t.b.-diensten per techniek en basisrooster. 15

17 2.06. OVERWERKTOESLAG EN COMPENSATIEUREN OVERWERK ARA artikel 426 en 427 Uitbetalen overwerk De eventuele extra uren van een dienst door het uitlopen van een dienst worden tot maximaal 29 minuten opgenomen in de urentelling van betreffende medewerker. Betreft een en ander meer uren, dan wordt het geheel als overwerk aangemerkt, met de mogelijkheid van 100% uitbetaling in geld van de compensatieuren. Bij een extra dag overwerken wordt de mogelijkheid van 100% uitbetalen in geld alleen door de directie geboden als de mogelijkheid in tijd te compenseren ontbreekt, d.w.z. incidenteel, na overleg met betrokken medezeggenschapsorgaan. Uitbetalen positief saldo urenteller Het uitbetalen van een eventueel positief saldo van de urenteller (zie 7.06) geschiedt als overwerk, met over elk uurdeel, afgerond op een half uur naar boven, een toeslag van 50%. De mogelijkheid die het ARA biedt aangaande compensatieuren in artikel 427 (maximaal 50% vergoeding in geld, tenminste 50% vergoeding in tijd) wordt aan de betrokkene voorgelegd. De overwerktoeslag wordt altijd in geld uitbetaald EXTRA VERLOF OP FEESTDAGEN ARA artikel 621 Op de navolgende feestdagen wordt in principe een compensatiedag toegekend, voorzover deze dagen niet op zaterdag of zondag vallen: - nieuwjaarsdag; - goede vrijdag; - 2e paasdag; - Hemelvaartsdag; - 2e pinksterdag; - eerste en tweede kerstdag; - Koninginnedag; - 1 mei; - 5 mei. Indien men op een bovengenoemde feestdag moet werken, of in een wisselend werkrooster is ingedeeld en roostervrij is, heeft men aanspraak op een compensatiedag. Deeltijders, parttimers en herplaatste ambtenaren (zie 5.06) krijgen de verdiende compensatiedagen op basis van het daggemiddelde van het desbetreffende rooster. 16

18 2.08. OPKOMSTPLEK METROBESTUURDERS ARA hoofdstuk IV, 3 metro Waar relevant, geldt bij het toepassen van artikelen uit deze paragraaf voor personeel ingedeeld op lijn 50 en 51 remise Havenstraat als uitrijpunt, voor personeel ingedeeld op lijn 53 en 54 is dat remise Lekstraat. 17

19 3. DIENSTREGELINGEN EN WAGENLOPEN In dit hoofdstuk staan alle afspraken die betrekking hebben op het maken van de dienstregelingen en wagenlopen RIJTIJDPROTOCOL Voor het bepalen van rijtijden is gekozen voor een methode waarbij praktijkmetingen en het meten met volgsystemen elkaar aanvullen, het rijtijdprotocol. Het belangrijkste oogmerk van dit protocol is een rijtijdbepaling met draagvlak onder de uitvoerenden, die uiteindelijk moet leiden tot een beter product voor de reizigers. Voor de metingen door volgsystemen geldt dat er reeds een uniforme methode alsmede een voldoende grote steekproef zijn geregeld in de systeemarchitectuur en in de gestandaardiseerde en objectieve wijze van informatie verzamelen. Ten behoeve van de uniformisering van proces en methode van praktijkmetingen geldt het onderstaande protocol. Doel rijtijdmeting (praktijkmeting) Deze rijtijdmeting heeft tot doel: 1. informatie te verzamelen voor het opbouwen van de rijtijden (A) van een nieuwe lijn; 2. informatie te verzamelen voor een aansluitschema op een OV-knooppunt (B) ; 3. het periodiek controleren van de bestaande rijtijden (A) per lijn en het daarmee waarborgen van de kwaliteit van het product; 4. de acceptatie van rijtijden onder de betrokken medewerkers te vergroten; 5. knelpunten in de dienstuitvoering duidelijk te maken en weg te nemen. Wanneer rijtijdmeting in de praktijk Indien een nieuwe lijn moet worden gereden wordt op initiatief van PAK de betreffende lijnmanager benaderd om met zijn team te zorgen voor praktijkmetingen. Bij bestaande lijnen ligt het initiatief en verantwoordelijkheid bij de betreffende lijnmanager, al dan niet na een daartoe strekkend verzoek van medewerkers van de lijn. De betreffende vervoerplanner ondersteunt in deze de lijnmanager. De lijnmanager maakt met de vervoermanager afspraken aangaande de budgettering van het onderzoek. 18

20 3.01. RIJTIJDPROTOCOL - vervolg Wijze van meting Het meetteam bestaat uit ten minste 2 (door hun collega s gekozen) werkpakketvertegenwoordigers en 1 lid van het lijnmanagement. Het meetteam wordt verder aangevuld tot de voor de uitvoering van de metingen benodigde omvang die kan verschillen van geval tot geval- met bestuurders van de betrokken lijn. De betreffende leden van het meetteam dienen geïnteresseerd te zijn in de materie en het vertrouwen te genieten van de collega s op de lijn. Het betreffende medezeggenschapsorgaan kan een vertegenwoordiger per meetteam aanwijzen, indien daar behoefte aan bestaat (facultatief). Deelname van een vervoerplanner of een medewerker regelingen/verdelingen is eveneens facultatief, maar ter beoordeling van de lijnmanager. Er wordt handmatig gemeten over minimaal een periode van 7 (aaneengesloten) dagen. Metingen door het meetteam vinden plaats bij verschillende bestuurders en bij een aantal wagens achter elkaar. Metingen vinden plaats met het gebruikelijke materieeltype van de lijn (of het geplande materieeltype van een nieuwe lijn). Metingen worden uitgevoerd in de periode en op het traject waarin de behoefte ligt: metingen voor de zomerdienst doe je in de zomer, metingen voor een knelpunt op de zondagavonden doe je op de zondagavonden. Uiteraard heeft dit gevolgen voor een meetperiode. Het meetteam ontvangt ten behoeve van de meting een schriftelijke instructie en uniforme formulieren. Het meetteam krijgt een startbijeenkomst met mondelinge instructie. Doel van deze voorbereidingen is het verkrijgen van een zo goed mogelijk beeld, op basis van eenheid in methoden en een qua omvang voldoende representatieve meting. Resultaten meting De lijnmanager bespreekt het resultaat (de gemeten tijden) met het meetteam en maakt na dit overleg de resultaten van de metingen bekend bij de betreffende medewerkers. De lijnmanager (C) maakt aansluitend, op basis van de resultaten van de meting en op basis van een toetsing met de eventueel vanuit vervoerssystemen beschikbare informatie, een voorstel voor de nieuwe rijtijden en bespreekt dit met de leden van het meetteam. Ook wordt gesproken over een noodzakelijke cq haalbare ingangsdatum (D). Na eventuele aanpassing wordt het voorstel aan de vervoermanager aangeboden en ter kennisname aan het betrokken medezeggenschapsorgaan gestuurd. De vervoermanager stelt formeel de rijtijden vast, waarna de lijnmanager de nieuwe rijtijden, rijtijdblokken en ingangsdatum in de dienstregeling bekendmaakt aan de betrokken medewerkers. De nieuwe resultaten worden vervolgens door de vervoerplanner gebruikt voor het ontwerpen van de betreffende dienstregeling. De aldus verkregen nieuwe dienstregeling gaat in op een af te spreken moment (E). In een werkoverleg worden tevens afspraken gemaakt ten aanzien van het omgaan met te constateren afwijkingen. Dit betekent afspraken over handhaving door de leiding, correctie op ongewenst rijgedrag, controles, waarnemingen, evaluatie. Evaluatie Een mede volgens dit protocol tot stand gekomen dienstregeling wordt gehandhaafd door de leiding en de medewerkers op een lijn. De leiding zal sturen op gewenst rijgedrag, door controle, waarnemingen, individueel en groepsoverleg. Dit genereert tevens informatie over de realiteitswaarde van de gekozen rijtijden in de dagelijkse praktijk. Aanvullend daarop beschikt de lijnmanager over standaard verzamelde informatie over stiptheid (EIS) en instappers (BGM). De eenmaal gekozen rijtijden zullen op enig moment moeten worden geevalueerd, waardoor het protocol weer rond is (Doel rijtijdmeting, punt 3) en verdergaand met Wanneer rijtijdmeting in de praktijk. 19

21 3.01. RIJTIJDPROTOCOL - vervolg Voetnoten (A) Inclusief de wenselijke verdeling in rijtijdklassen over de dag en inclusief de minimaal benodigde keertijden op eindpunten. (B) De OV-verbindingen in de stad kennen een bepaalde onderlinge samenhang. Dit komt onder meer tot uitdrukking in het bieden van aansluitingen tussen lijnen (bijvoorbeeld bus en metro) op aangegeven punten in de stad. Bij het ontwerpen van dienstregelingen moet daarmee rekening worden gehouden. Bij het bepalen van rijtijden, tussentijden en wachttrijden dus ook. (C) In veel gevallen zal dit voorstel in opdracht van de lijnmanager worden gemaakt door de betreffende vervoerplanner. (D) Bij een nieuwe lijn is de ingangsdatum bepaald door de opdrachtgever. Bij een meting ter voorbereiding op de zomer-, hoogzomer- of winterdienst is de ingangsdatum ook bepaald in overleg met de opdrachtgever. In de winterdienstperiode wordt een nieuw, extra herijkings- en wijzigingsmoment bepaald vlak na de jaarwisseling, om zorg te dragen voor een tussentijdse wijzigingsmogelijkheid in die lange periode van september t/m mei. Voor spoedeisende wijzigingen als gevolg van grote problemen wordt gezocht naar een zo dichtbij mogelijk liggende wijzigingsdatum, een kwestie van nader overleg tussen partijen. (E) Het af te spreken moment is het resultaat van de overwegingen als in de tweede voetnoot. Het kan nodig zijn dat overbruggende maatregelen noodzakelijk zijn alvorens een rijtijdwijziging kan ingaan. Een goed voorbeeld is de tijdige materieelbeschikbaarheid. Het nemen van overbruggende maatregelen is onderwerp van nader overleg tussen partijen. 20

22 3.02. OMLOOPBEREKENINGEN Voor de bepaling van de rijtijd op tram- en buslijnen wordt het Rijtijdprotocol (zie 3.01) gehanteerd. Ten aanzien van de middels het Rijtijdprotocol vastgestelde rijtijd, wordt gesteld dat deze rijtijd voldoende moet zijn om gehaald te worden door 75 van de 100 ritten (een 75%-rijtijd). Voor het vaststellen van de rijtijd op metro- en sneltramlijnen wordt ook het Rijtijdprotocol gehanteerd, met dien verstande dat deze rijtijd voldoende moet zijn om gehaald te worden door nagenoeg alle ritten. Om ritten te kunnen koppelen tot omlopen is het noodzakelijk dat behalve de rijtijd ook de tijd tussen aankomst en vertrek is bepaald. In de tijd tussen aankomst en vertrek, die verder stilstandmarge zal worden genoemd, wordt onderscheid gemaakt naar de activiteit die tijdens deze stilstandmarge wordt uitgevoerd. De stilstandmarge bestaat uit de volgende componenten: 1. Tijd ten behoeve van het inlopen van vertragingen op de dienstregeling 2. Tijd ten behoeve van persoonlijke verzorging 3. Tijd ten behoeve van het gereedmaken van het materieel voor vertrek (keertijd) Regels voor de omloopberekeningen van metro- en sneltramlijnen Rijtijd (vastgesteld op basis van het rijtijdprotocol) Rijtijd van A naar B: tijd die door 100% van de ritten gehaald wordt Rijtijd van B naar A: tijd die door 100% van de ritten gehaald wordt Waarbij punt A in principe de huisjeszijde is. Stilstandmarge component 1: Tijd ten behoeve van het inlopen van vertragingen Er wordt onderscheid gemaakt naar spits en niet-spits periodes, welke per lijn kunnen verschillen. maandag t/m vrijdag, ochtend- en alle overige perioden middagspits punt A punt B punt A punt B 0 minuten 0 minuten 2 minuten 0 minuten Stilstandmarge component 2: Tijd ten behoeve van persoonlijke verzorging Ten behoeve van de persoonlijke verzorging wordt 2 minuten per omloop toegevoegd aan punt A, tijdens alle bovengenoemde overige perioden (dus niet in de spitsperiodes). Daarmee is de totale minimale stilstand aan punt A in deze periodes dus 4 minuten (het minimum van component 1 plus component 2). Bij die lijnen waar als aflossingsmethodiek het gebruik van een slipbestuurder wordt toegepast, vervalt de verplichting om tijd ten behoeve van de persoonlijke verzorging toe te kennen. Stilstandmarge component 3: Tijd ten behoeve van het gereedmaken van het materieel voor vertrek (keertijd) Keertijd aan A: tijd die benodigd is om de vervoerseenheid gereed te zetten voor vertrek naar B Keertijd aan B: tijd die benodigd is om de vervoerseenheid gereed te zetten voor vertrek naar A De keertijd kan per lijn en voor A en B verschillen en zal meestal ook per keerwijze verschillen (lang- of kort keren). 21

23 Regels voor de omloopberekeningen van tram- en buslijnen Rijtijd (vastgesteld op basis van het rijtijdprotocol) Rijtijd van A naar B : tijd die door 75% van de ritten gehaald wordt Rijtijd van B naar A : tijd die door 75% van de ritten gehaald wordt Waarbij punt A in principe de huisjeszijde is. Stilstandmarge component 1: Tijd ten behoeve van het inlopen van vertragingen Er wordt in de berekening hiervan onderscheid gemaakt naar spits en niet-spits periodes, welke per lijn kunnen verschillen. maandag t/m vrijdag, ochtend- en alle overige perioden middagspits punt A punt B punt A punt B 5% van de rijtijd van B 5% van de rijtijd van A 10% van de rijtijd van 10% van de rijtijd van naar A naar B B naar A A naar B minimaal 2 minuten minimaal 2 minuten minimaal 4 minuten minimaal 2 minuten De stilstand kan van punt B naar punt A worden verschoven (bijvoorbeeld als gevolg van gebrek aan opstelruimte aan punt B of omdat er een personeelsfaciliteit aan punt A is), echter wel met handhaving van de genoemde minima. Afrondingsregels bij de percentageberekening Afronding van de tijd ten behoeve van het inlopen van vertragingen geschiedt op omloopniveau: de waarde die volgt uit het percentage van de rijtijd van A naar B wordt altijd naar beneden op een geheel getal afgerond (tenzij deze waarde lager is dan het minimum uiteraard). Het eventuele restant ten opzichte van dit afgeronde getal wordt opgeteld bij de waarde die volgt uit het percentage van de rijtijd van B naar A en vervolgens normaal rekenkundig afgerond op een geheel getal (uiteraard ook weer met inachtneming van het minimum). Stilstandmarge component 2: Tijd ten behoeve van persoonlijke verzorging Ten behoeve van de persoonlijke verzorging wordt 2 minuten per omloop toegevoegd aan punt A, tijdens alle bovengenoemde overige perioden (dus niet in de spitsperiodes). Daarmee is de totale minimale stilstandmarge aan punt A in deze periodes dus 6 minuten (het minimum van component 1 plus component 2). Bij die lijnen waar als aflossingsmethodiek het gebruik van een slipbestuurder wordt toegepast, vervalt de verplichting om tijd ten behoeve van de persoonlijke verzorging toe te kennen. Stilstandmarge component 3: Tijd ten behoeve van het gereedmaken van het materieel voor vertrek (keertijd) Keertijd aan A: tijd die benodigd is om de vervoerseenheid gereed te zetten voor vertrek naar B Keertijd aan B: tijd die benodigd is om de vervoerseenheid gereed te zetten voor vertrek naar A De keertijd kan per lijn en voor A en B verschillen en kan uiteraard ook 0 minuten bedragen. 22

24 Toepassing van de spitsnorm bij stilstandberekening De spitsnorm voor wat betreft stilstandberekeningen mag gedurende de ochtendspits maximaal twee uur, en gedurende de middagspits maximaal tweeënhalf uur worden toegepast. Toepassing bij ringlijnen Ringlijnen zijn lijnen waar geen sprake is van een punt B (zie hierboven) in de lijnvoering. In dergelijke gevallen wordt de stilstand die behoort bij punt B, volledig aan punt A gelegd. Stilstand voorafgaand aan de PIT De stilstand voorafgaand aan de laatste ritten in de dagexploitatie (de PIT) dient aan beide standplaatsen niet minder dan de minimale stilstandmarge, maar in principe ook niet meer dan 7 minuten te bedragen (tenzij er een dienstregelingtechnische aanleiding is om meer stilstand in de wagenloop aan te brengen). Pauze in de late dienst voor diensten die uitsluitend uit rijwerkzaamheden bestaan De pauze in de late- en nachtdiensten wordt tot de diensttijd gerekend (zie 4.05). De pauzeverlening in dergelijke rijdiensten dient in principe plaats te vinden door het toekennen van extra stilstand in de wagenloop. Daarvan mag worden afgeweken (en moet de pauze dus middels overstaptijd worden toegepast) indien: 1. het onmogelijk is deze extra stilstand in de wagenlopen toe te kennen als gevolg van de beschikbare opstelruimte aan de betreffende standplaats, of 2. het een late dienst betreft die uiterlijk om uur eindigt (koffiewagendienst 1 e categorie), of 3. als aflossingsmethodiek het gebruik van een slipbestuurder wordt toegepast. De voorkeur gaat hierbij uit naar het inbrengen van een pauze van 30 minuten aaneengesloten per dienst, waarbij maximaal 10 minuten van de stilstandmarge op dat moment mag worden benoemd als pauze. Ingeval het inbrengen van een pauze van 30 minuten echter tot gevolg heeft dat 1. er een dienstwagen specifiek uit de remise danwel garage moet uitrijden om in de pauzes in de late diensten te voorzien, of 2. een dienstwagen langer dan 1.30 uur nodeloos in exploitatie moet worden gehouden alvorens met de pauzevoorziening aan te kunnen vangen, of 3. er meer dan één dienstwagen aan de wagenloop moet worden toegevoegd om in deze pauzes te voorzien is het inbrengen van tweemaal 15 minuten pauze per late dienst mogelijk, waarbij per keer maximaal 3 minuten van de stilstandmarge mag worden benoemd als pauze. De effectieve stilstand in de wagenloop is daarmee op dat moment altijd minimaal 18 minuten (minimaal 6 minuten stilstandmarge waarvan maximaal 3 minuten als pauze mag worden benoemd en dus minimaal 12 minuten echte pauze ). Opgemerkt dient te worden dat voor het benutten van een deel van de stilstandmarge als pauze het noodzakelijk is de stilstandmarge niet gelijk over de beide eindpunten te verspreiden, doch dat deze geconcentreerd moet worden aan de huisjeszijde, uiteraard met handhaving van de minimum stilstandmarge aan de andere zijde. Zie ook

25 3.03. IN- EN UITRUKTIJDEN Bij het bepalen van de in- en uitrijtijden wordt rekening gehouden met de verkeersdrukte op de diverse perioden van de dag. In het overleg over de dienstregeling van een lijn wordt de benodigde tijd definitief vastgesteld TIJDEN VERMELD IN DE DIENSTREGELING tram bus In de dienstregeling en wagenloop wordt de 75% aankomsttijd vermeld. In principe zal daarbij iedere rit één of meer tussentijden (1) krijgen om de regelmaat te vergroten. Deze rijtijden zullen meestal op basis van het BGM overzicht rijtijden per halte worden vastgesteld, in welk geval het de 50% rijtijd is. Zijn echter geen bruikbare BGM gegevens beschikbaar dient middels de wel beschikbare middelen een tussentijd vastgesteld te worden die de 50% rijtijd zo goed mogelijk benaderd. Deze tussentijden zijn bedoeld om een betere regelmaat op de lijn te krijgen en de bestuurder tijdens de rit een indruk te geven hoe men op dat moment zit ten opzichte van de totale rijtijd. Hierbij is het niet de bedoeling dat elke bestuurder op betreffende tijd dat punt passeert, maar dat de "gemiddelde" bestuurder op die tijd dat punt passeert. Bestuurders die vóór die tijd op het tussenpunt aankomen zullen zo nodig en zo mogelijk hun tijd op het tussenpunt moeten afwachten. Indien dit niet mogelijk is, dan zal getracht moeten worden om, bijvoorbeeld door de snelheid aan te passen, de regelmaat op de lijn te herstellen. (1) = De tussenpunten die daartoe in de wagenloop worden opgenomen worden bepaald in overleg met de betreffende lijn. 24

26 3.05. WAGENS OP ANDERE LIJNEN LATEN OVERLOPEN De directeur Vervoer legt uitgewerkte voorstellen ter instemming voor aan het betrokken medezeggenschapsorgaan LIJNEN KOPPELEN De directeur Vervoer legt uitgewerkte voorstellen ter instemming voor aan het betrokken medezeggenschapsorgaan WAGENS INZETTEN OP EEN LIJN VANUIT MEERDERE UITRIJPUNTEN Voor het inzetten van wagens op een lijn uit meerdere uitrijpunten geldt het voorbehoud dat het gaat om stukken dienst met hetzelfde in- en uitrijpunt voor bestuurder en wagen van dat stukje dienst. De directeur Vervoer legt uitgewerkte voorstellen ter instemming voor aan het betrokken medezeggenschapsorgaan. 25

27 4. DIENSTEN EN DIENSTVERDELING In dit hoofdstuk staan alle afspraken die betrekking hebben op het maken van de dienstverdeling VROEGEINDIGENDE DIENSTEN Onder een vroegeindigende dienst wordt verstaan een dienst waarvan de eindtijd uiterlijk uur is. Indien een dergelijke dienst voor 5.45 uur aanvangt mag de dienstlengte maximaal 7.15 uur bedragen, in de overige gevallen is de maximale lengte voor deze dienstsoort 8.45 uur. Indien het verband in de dienstverdeling hierdoor verbeterd mag, eenmaal per werkpakket, worden afgeweken van de maximale dienstlengte van 7.15 uur tot maximaal 7.30 uur. Deze afwijking mag alleen worden toegepast met instemming van de onderdeelcommissie Vervoer. N.B. genoemde dienstlengtes zijn exclusief looptijd aan begin/einde dienst (metro, zie 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram/bus, zie 5.02) LATE DIENSTEN Onder een late dienst wordt verstaan een dienst waarvan het einde na uur ligt. Een late dienst met een einde van uiterlijk uur (koffiewagen 1 e categorie): - heeft een lengte van maximaal 8 uur - mag niet eerder dan uur aanvangen Een late dienst met een einde tussen en 0.01 uur (koffiewagen 2 e categorie): - heeft een lengte van maximaal 8.30 uur - kent geen beperkingen voor wat betreft aanvangstijd Een late dienst met een einde na 0.00 uur: - heeft een lengte van maximaal 8.45 uur - kent geen beperkingen voor wat betreft aanvangstijd N.B. genoemde dienstlengtes zijn exclusief looptijd aan begin/einde dienst (metro, zie 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram/bus, zie 5.02). 26

28 4.03. DIENSTGEDEELTES Indien een dienst uit meer dan één dienstgedeelte bestaat - is de minimale lengte van een dienstgedeelte 2 uur - is de maximale lengte van een dienstgedeelte 5.30 uur Als het een dienst op lijn 51 betreft geldt daarbij tevens dat binnen een dienst maximaal 4 wagenomlopen mogen voorkomen, voor lijn 50 geldt een maximum van 5 wagenomlopen en voor de lijnen 53 en 54 geldt een maximum van 6 wagenomlopen per dienst. Bij het maken van de diensten moet er altijd naar gestreeft worden de dienstgedeeltes even lang te maken. Indien dit niet mogelijk is moet getracht worden het eerste dienstgedeelte langer te maken dan het tweede dienstgedelte. N.B. genoemde dienstlengtes zijn exclusief looptijd aan begin/einde dienst (metro, 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram/bus, zie 5.02) HALVE RIJDIENSTEN De maximale lengte van een halve rijdienst is 5 uur, tenzij de halve dienst in kwestie uit slechts één of twee wagenomlopen bestaat, in welk geval de maximale lengte 5.30 uur mag zijn. N.B. genoemde dienstlengtes zijn INCLUSIEF looptijd aan begin/einde dienst (metro, zie 4.11) respectievelijk vergoeding loop-/afrekentijd (tram/bus, zie 5.02). 27

29 4.05. PAUZE Volledig betaalde pauzes De pauzes in de late diensten en de nachtdiensten (uitsluitend bus: dit zijn de diensten die in de als nachtdienstpakket aangemerkte werkpakketten zijn geplaatst) worden volledig tot de dienstttijd gerekend. - Voorzover het diensten betreft die uitsluitend uit rijwerkzaamheden bestaan staat bij 3.02 beschreven op welke wijze pauzes in deze diensten vorm gegeven dienen te worden. - De pauze tijdens wachtwagendiensten bedraagt minimaal 30 minuten aaneengesloten of twee keer minimaal 15 minuten. Deze pauze wordt in overleg met de betrokken leidinggevende opgenomen. - Voor diensten die deels uit rijwerkzaamheden en deels uit andersoortige werkzaamheden bestaan dient de pauze een ononderbroken periode van minimaal 30 minuten te zijn: het geven van een pauze in twee delen (2 x 15 minuten) is hier dus niet toegestaan. Onbetaalde pauzes Voor alle dienstsoorten die niet worden genoemd in bovenstaande tekst aangaande betaalde pauzes geldt dat de pauze niet tot de werktijd wordt gerekend. De onbetaalde pauze heeft een minimumlengte van 30 minuten en een maximumlengte van 40 minuten. De onbetaalde pauze dient een ononderbroken periode van minimaal 30 minuten te zijn: het geven van een pauze in twee delen (2 x 15 minuten) is hier dus niet toegestaan. Verlenging van de onbetaalde pauzes De onbetaalde pauze mag eventueel verlengd worden middels aanvullende pauzetijd (A.P.T.). De A.P.T. wordt altijd tot de werktijd gerekend. De verlenging van de onbetaalde pauze met A.P.T. mag maximaal 50 minuten bedragen (waarmee de maximale pauze effectief op 90 minuten is begrensd). Gebruik van surplus bij het maken van pauzes in rijdiensten Eventueel surplus in de wagenloop mag worden aangewend bij de pauzeverlening ( aflossen in surplus ). In dat geval moet de aflossende dienst wel zodanig veel vroeger beginnen dat er geen sprake is van een situatie waarin een dienstwagen onbemand is. Zie ook

30 4.06. PRESENTIETIJD Voorafgaande aan het uitrijden vanuit emplacement, remise of garage wordt 10 minuten presentietijd gegeven om het voertuig op zijn opstelplaats te bereiken en de noodzakelijke handelingen te verrichten om het voertuig in dienst te nemen. De afwijkingen op deze algemene regeling zijn: metro tram bus - Bij het uitrijden vanaf de tailtracks van Gaasperplas, Gein en vanaf het emplacement ASA wordt 15 minuten presentietijd gegeven. - Bij het uitrijden vanaf emplacement WTC wordt 17 minuten presentietijd gegeven. - Een twee-richtingtram krijgt 15 minuten presentietijd. - Bij het uitrijden vanuit remise Havenstraat wordt 13 minuten presentietijd gegeven. - A-, B-, C-vervoeren krijgen 15 minuten presentietijd. - Bij het uitrijden vanuit garage West wordt 13 minuten presentietijd gegeven. - A-, B-, C-vervoeren krijgen 15 minuten presentietijd BERGINGSTIJD Aansluitend op het binnenrijden op tailtrack, emplacement, remise- of garageterrein wordt 5 minuten bergingstijd gegeven om het voertuig op de aangewezen plaats op te stellen en de noodzakelijke handelingen te verrichten om het voertuig buiten dienst te stellen. De afwijkingen op deze algemene regeling zijn: metro tram bus - Bij het inrukken naar de tailtracks van Gaasperplas en Gein wordt 15 minuten bergingstijd gegeven. - Bij het inrukken naar de perronsporen van de Gaasperplas en Gein wordt 10 minuten bergingstijd gegeven. - De laatst inrukkende wagens naar de emplacementen ASA en WTC krijgen 10 minuten bergingstijd. Bestuurders van deze wagens hebben namelijk de verplichting om te controleren of alle wagens op het betreffende emplacement op juiste wijze buiten gebruik zijn gesteld. - Bij het inrukken naar remise Havenstraat wordt 9 minuten bergingstijd gegeven. - In garage Noord wordt bij het inrukken tijdens en vlak na de ochtendspits 3 minuten bergingstijd gegeven. Voor alle overige periodes geldt een bergingstijd van 10 minuten. 29

31 4.08. AANLOOPTIJD Bij het overnemen van een wagen aan de aflosplaats wordt 5 minuten aanlooptijd gegeven. Dit betekent dat de dienst van een bestuurder die een wagen moet overnemen, op dat moment 5 minuten eerder moet aanvangen dan de dienst eindigt van de bestuurder die wordt afgelost AFSTAPTIJD Wanneer een wagen tijdens de rit wordt afgelost worden 5 minuten afstaptijd gegeven aan de bestuurder die op dat moment wordt afgelost OVERSTAPTIJD Dit is de tijd die gegeven wordt bij een wisseling van wagen aan het eindpunt. Overstaptijd wordt als werktijd beschouwd. 30

32 4.11. LOOPTIJD Dit is de tijd die gegeven wordt bij - een verplaatsing zonder wagen tussen twee verschillende eindpunten; - een verplaatsing zonder wagen van het eindpunt naar emplacement/remise/garage en omgekeerd. Looptijd wordt als werktijd beschouwd. N.B. looptijd dient niet verward te worden met de vergoeding loop-/afrekentijd (zie 5.02). metro Per dienst wordt de werkelijk benodigde looptijd gegeven om te bereiken dat de diensten op hetzelfde punt beginnen en eindigen. Deze looptijd wordt als volgt toegekend: - bij een vroegeindigende dienst na afloop van de dienst, om terug te keren naar het punt van aanvang; - bij een tussendienst of late dienst voorafgaand aan de dienst van het punt waar de dienst eindigt naar het punt waar de dienst aanvangt; - als de diensttijd door toevoeging van de looptijd de 10 uur te boven gaat, moet de looptijd gelegen zijn aan het einde van de dienst OVERDRACHTSTIJD BIJ KAARTVERKOOP metro Bij overdracht van een depot bij stationsdienst wordt 10 minuten depots-overdrachtstijd gegeven OPENEN- SLUITEN STATIONS metro Voor het openen respectievelijk sluiten van een station wordt de volgende tijdsvergoeding gegeven - 10 minuten voor een station met één toegang; - 15 minuten voor een station met meerdere toegangen. Indien een station door 2 beambten wordt geopend/gesloten, wordt hiervoor een tijdsvergoeding als bij een station met één ingang gegeven. 31

33 4.14. COMBINATIE VAN LIJNEN metro De diensten moeten in principe zoveel mogelijk bestaan uit een rijgedeelte en een stationsdienstgedeelte. Getracht wordt om beide gedeeltes in dezelfde afdeling te leggen. Indien dit niet kan wordt getracht het stationsgedeelte op het gezamenlijke traject te leggen. tram bus Het combineren van lijnen in de dienstverdeling, met als doel het aantal stukjes te verminderen, wordt verplicht gesteld. Dit mag echter niet leiden tot een onevenredig verlies aan looptijd (zie 4.11). 32

34 5. ROOSTERS In dit hoofdstuk staan alle afspraken die betrekking hebben op het maken van roosters en roosteruren-berekeningen DAGGEMIDDELDE Tenzij dat voor een rooster specifiek anders is afgesproken, worden de onderstaande daggemiddeldes gehanteerd. metro maandag t/m vrijdag zaterdag zondag 8.00 uur 8.00 uur 8.00 uur tram bus maandag t/m vrijdag zaterdag zondag 8.00 uur 8.00 uur 7.43 uur VERGOEDING LOOP-/AFREKENTIJD tram bus In de roosteruren wordt 7 minuten afrekentijd per week opgenomen. Deze is onderdeel van de vergoeding loop-/afrekentijd (11 minuten) die per rijdienst gegeven wordt VERGOEDING BEZOEK KLEDINGMAGAZIJN Met ingang van 6 oktober 1975 was 6 minuten per week opgenomen in de roosteruren berekening ten behoeve van het in goede staat houden van de bedrijfskleding. tram/bus Inmiddels wordt de 6 minuten per week geacht te zijn opgenomen in het roosterverlies. 33

35 5.04. DIENSTGEMIDDELDE Onderstaand wordt aangegeven hoe de berekening van dag- naar dienstgemiddelde wordt gemaakt. Wanneer voor een rooster een ander dan het vermelde daggemiddelde wordt gehanteerd, blijft de berekeningsmethodiek dezelfde: daggemiddelde minus voor die techniek geldende tijdsvergoeding is dienstgemiddelde. metro daggemiddelde vergoeding bezoek dienstgemiddelde kledingmagazijn maandag t/m zondag 8.00 uur 1 3/10 minuut /10 uur tram bus daggemiddelde vergoeding loop- dienstgemiddelde /afrekentijd maandag t/m zaterdag 8.00 uur 11 minuten 7.49 uur zondag 7.43 uur 11 minuten 7.32 uur AANTAL DIENSTTIJDEN - Het maximum aantal diensten per week bedraagt 6; - Het maximum aantal diensten per 2 weken bedraagt 10; - Het gemiddeld aantal diensten per week per roosterperiode bedraagt maximaal 5. 34

36 5.06. DEELTIJDERS, PARTTIMERS EN HERPLAATSTE AMBTENAREN - Personen die minder dan 36 uur werken en die hele diensten verrichten worden deeltijders genoemd. - Personen die minder dan 36 uur werken en (grotendeels) halve diensten verrichten worden parttimers genoemd. - Personen die minder dan 36 uur werken door een gedeeltelijke afkeuring, of 36 uur werken buiten de basisroosters als gevolg van een gedeeltelijke afkeuring, worden herplaatste ambtenaren genoemd. Er worden/zijn gestandaardiseerde roosters per bedrijf samengesteld op basis van de exploitatieve behoefte, voor alle drie boven genoemde categorieën medewerkers. De bestuurders die op 1 maart 1992 een afwijkend rooster of afwijkende dienstinhoud hadden worden met grote zorgvuldigheid in de standaard roosters ingevoegd. Er komt voor hen die echt in de problemen komen een mogelijkheid tot terugkeer naar fulltime. Er zullen op personeelsplan niveau per bedrijf afspraken worden gemaakt over het aantal parttimers. Het aantal parttimers zal wel zo klein mogelijk zijn, afgestemd op de aangetoonde behoefte. metro Bij de metro zijn er geen roosters voor herplaatste ambtenaren. Indien medewerkers voor een aantal uren en/of voor bepaalde tijden worden afgekeurd en herplaatsbaar verklaard, wordt van geval tot geval bezien of betrokkene met de aangegeven aanpassingen in een bestaand werkpakket kan worden ingepast. 35

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden:

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden: HOOFDSTUK 3 ARBEIDSDUUR EN ARBEIDSTIJDEN ARTIKEL 8 ARBEIDSDUUR, WERKTIJDEN EN COMPENSATIE-UREN Arbeidsduur 1 Op kalenderjaarbasis bedraagt de arbeidsduur van een voltijdwerknemer gemiddeld 36 uur per week.

Nadere informatie

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband.

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. Artikel 3.3 Binnendienst Tot de categorie Binnendienst behoren de werknemers die uitsluitend

Nadere informatie

Checklist Arbeidstijdenwet

Checklist Arbeidstijdenwet Checklist Arbeidstijdenwet Overtreding van de arbeidstijdenregels heeft doorgaans een bedrijfseconomisch motief. De I-SZW streeft er daarom na om overtreders in hun portemonnee te raken. U kunt dit voorkomen

Nadere informatie

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 INLEIDING De bonden ontvangen vanuit hun achterban signalen over werkdruk in relatie tot

Nadere informatie

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken.

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken. DE NIEUWE ARBEIDSTIJDENWET Op 1 april 2007 is de nieuwe arbeidstijdenwet in werking getreden. De regels in de Arbeidstijdenwet zijn vereenvoudigd. Hierdoor krijgen werkgever en werknemer meer mogelijkheden

Nadere informatie

Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche

Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche Notitie Arbeidstijden Uitvaartbranche I Waar is de regelgeving over arbeidstijden te vinden? In de Arbeidstijdenwet (ATW) staan de algemene wettelijke bepalingen (normen) voor werknemers van 18 jaar en

Nadere informatie

18 Beloning overwerk/feestdagen

18 Beloning overwerk/feestdagen 18 Beloning overwerk/feestdagen DE ARBEIDSREGELING 2000 Niet-Schemawerk(er) v/s Schemawerk(er) De Arbeidsregeling 2000 geeft voorschriften met betrekking tot ondermeer: de arbeidsduur, pauze, rusttijden,

Nadere informatie

Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van de Wet op de ondernemingsraden (instemmingsrecht);

Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van de Wet op de ondernemingsraden (instemmingsrecht); CVDR Officiële uitgave van Vught. Nr. CVDR347943_1 6 februari 2018 Regeling arbeidsduur en werktijden 2014 Burgemeester en Wethouders van de gemeente Vught Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van

Nadere informatie

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven:

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven: BIJLAGE IX VORMGEVING 36-URIGE WERKWEEK 1 Inleiding: In artikel 8 is de arbeidstijd gedefinieerd. Per week werkt een werknemer met een fulltime contract gemiddeld 36 uur. Er zijn diverse mogelijkheden

Nadere informatie

Artikel Wijzigingen (V) Communicatie Artikel 19B.1, onder definitie consignatie is ter verduidelijking

Artikel Wijzigingen (V) Communicatie Artikel 19B.1, onder definitie consignatie is ter verduidelijking Hoofdstuk 19B Arbeidsvoorwaarden personenchauffeurs Voorblad A. Opmerkingen Artikel Wijzigingen (V) Communicatie Artikel 19B.1, onder definitie consignatie is ter verduidelijking Ja, P&O FBA b opgenomen

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winsum;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winsum; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Winsum. Nr. 7483 22 januari 2016 Werktijdenregeling Winsum 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winsum heeft op 15 december 2015 de

Nadere informatie

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008 Provinciaal blad 2007 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 1 november 2007, nr. 2007-64538, tot afkondiging van hun besluit inzake de vaststelling van de Algemene werktijdenregeling provincie

Nadere informatie

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS)

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS) JUS Jaarurensystematiek een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg JaarUrenSystematiek (JUS) Inleiding In de CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008 (CAO) is opgenomen dat per 1 januari

Nadere informatie

vast te stellen de 19e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

vast te stellen de 19e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt: AGP 4e DBVRBN 20140430, bijlage 1 Het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, - gelet op het bepaalde in de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord 2011; - gelet op

Nadere informatie

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Paragraaf 8 Afbouwtoelage. Artikel 3.40 afbouwtoelage

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Paragraaf 8 Afbouwtoelage. Artikel 3.40 afbouwtoelage Bijlage bij B&W-besluit d.d. 28 april 2015 (BD2015-005438) Wijziging garantieregeling Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) De tekst van en toelichting bij de hierna volgende bepalingen

Nadere informatie

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hellevoetsluis. Nr. 8894 30 januari 2015 Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis; gelet

Nadere informatie

Werktijdenregeling Samenwerkingsverband Regio Eindhoven 2014

Werktijdenregeling Samenwerkingsverband Regio Eindhoven 2014 Het Dagelijks Bestuur van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven besluit: gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op artikel 4:1 van de CAR-UWO en de arbeidstijdenwet; na verkregen instemming

Nadere informatie

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Werken kost energie, zowel fysiek als mentaal. Als het te lang duurt kan het leiden tot oververmoeidheid en verminderde alertheid. Dit is niet goed

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet,

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet, RIS151950_30-JAN-2008 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2007.4102 RIS 151950 REGELING 36-URIGE WERKWEEK HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het bepaalde in artikel 4:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Start nieuwe contractenreeks Tussenliggende periode van opvolgende contracten voor bepalen van de reeks jaren: 3 maanden en 1 dag

Start nieuwe contractenreeks Tussenliggende periode van opvolgende contracten voor bepalen van de reeks jaren: 3 maanden en 1 dag Horeca Gilde (NHG) Bepaalde tijd contracten keten van 4 jaar/6 contracten bij bijzondere functies (o.a. invalkrachten) opvolgend werkgeverschap tijdelijk uitgesloten, dus wisselen tussen werkgevers is

Nadere informatie

COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN

COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN De naamloze vennootschap Centraal Bureau Slachtverzekeringen; De besloten vennootschap Centraal Bureau Slachtveediensten; De besloten vennootschap Controle

Nadere informatie

Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW

Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW Het Arbeidstijdenbesluit: uitzonderingen op de ATW De regels in de ATW zijn in de meeste gevallen voldoende. Er zijn echter situaties, bepaalde werkzaamheden en beroepsgroepen denkbaar waarbij gezien de

Nadere informatie

Regeling werktijden gemeente Loon op Zand Het college van burgemeester en wethouders / werkgeverscommissie

Regeling werktijden gemeente Loon op Zand Het college van burgemeester en wethouders / werkgeverscommissie GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Loon op Zand Nr. 191729 7 september 2018 Regeling werktijden gemeente Loon op Zand 2015 Het college van burgemeester en wethouders / werkgeverscommissie gelet

Nadere informatie

Gelet op artikel F. 4, eerste lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

Gelet op artikel F. 4, eerste lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 8 december 2015, nr. 690296, tot wijziging van de Regeling werktijden en rechtspositie chauffeurs Noord-Holland Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Nadere informatie

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS 2 inhoud BELANGRIJKE DEFINITIES 4 ARBEIDS- EN RUSTTIJDEN OVERZICHT 6 CAO S 8 CAO GGZ 14 SLOTWOORD 19 Per 1 augustus 2011 is het Arbeidstijdenbesluit gewijzigd. De wijziging

Nadere informatie

Kader wet- en regelgeving

Kader wet- en regelgeving Kader wet- en regelgeving De inzet van medewerkers in consignatie dient binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet en bepalingen uit de cao plaats te vinden. In dit instrument wordt de relevante regelgeving

Nadere informatie

Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen

Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen Huidige wettelijke regeling en kabinetsvoorstellen Deze bijlage bevat een beschrijving van huidige normen voor arbeids- en rusttijden in de ATW en van de kabinetsvoorstellen. Hierna komen onderwerpsgewijs

Nadere informatie

Rij en Rusttijden Wet

Rij en Rusttijden Wet Rij en Rusttijden Wet Meer informatie over oplossingen vindt u op www.sensosoft.nl Pagina 1 Beste vervoerder, Inmiddels heeft de digitale tachograaf al weer enige tijd geleden zijn intrede gedaan, 3,5

Nadere informatie

Vereenvoudiging Bijzondere Beloningen (hoofdstuk 5 cao)

Vereenvoudiging Bijzondere Beloningen (hoofdstuk 5 cao) Vereenvoudiging Bijzondere Beloningen (hoofdstuk 5 cao) 12 april 2017 1. De invoeringsdatum van de nieuwe set bijzondere beloningen is 1 januari 2018. 2. De salarissen en salarisschalen van de groepen

Nadere informatie

Arbeidstijden voor aios en anios

Arbeidstijden voor aios en anios Arbeidstijden voor aios en anios powered by: Mercatorlaan 1200 Postbus 20057 3502 LB Utrecht info@dejongespecialist.nl www.dejongespecialist.nl @jongespecialist 3 4 Arbeidstijden voor aios en anios Belangrijke

Nadere informatie

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale Werk en rusttijden Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? Sonja Baljeu Eur. Erg. Beleidsadviseur CNV Vakcentrale Drs. A. Mellema Bestuurder Zorg Wat regelt

Nadere informatie

De conclusies uit het overleg tussen bedrijfsleiding en groepscommissie, alsmede de achterliggende beweegredenen worden schriftelijk vastgelegd.

De conclusies uit het overleg tussen bedrijfsleiding en groepscommissie, alsmede de achterliggende beweegredenen worden schriftelijk vastgelegd. Roosterconvenant Partijen hebben in het kader van het programma Transform 2015- Securing Our Future geconcludeerd dat het adequaat toepassen van de roosterregeling binnen KLM kan leiden tot de verlaging

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Werktijdenregeling gemeente Lingewaal 2016

GEMEENTEBLAD. Nr Werktijdenregeling gemeente Lingewaal 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Lingewaal. Nr. 5662 12 januari 2017 Werktijdenregeling gemeente Lingewaal 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaal; gelet op de schriftelijke

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

2013, nr. 19. Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân

2013, nr. 19. Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân Uitgegeven: 3 april 2013 2013, nr. 19 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLÂN Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân Gedeputeerde Staten van Fryslân, gelet op de Arbeidstijdenwet, het arbeidstijdenbesluit,

Nadere informatie

Arbeidstijdenbesluit. Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging

Arbeidstijdenbesluit. Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging Arbeidstijdenbesluit Arbeidstijdenbesluit Verpleging en verzorging stelsel Arbeidstijdenwet (Atw) en Arbeidstijdenbesluit (Atb) Verpleging en Verzorging Rusttijden minimumrusttijden Wekelijkse rust Dagelijkse

Nadere informatie

gelet op de artikelen 4:1, 4:2, 4:3, 4:4, 4:5 en 4:6 van de CAR-UWO, zoals die per 1 januari 2014 luiden;

gelet op de artikelen 4:1, 4:2, 4:3, 4:4, 4:5 en 4:6 van de CAR-UWO, zoals die per 1 januari 2014 luiden; BESLUIT WERKTIJDENREGELING GEMEENTE HEUSDEN 2014 Het college van burgemeester en wethouders van Heusden; gezien de afspraken die in de CAO Gemeenten 2011-2012 zijn gemaakt over modernisering en flexibilisering

Nadere informatie

Werktijdenregeling Tilburg University

Werktijdenregeling Tilburg University Werktijdenregeling Tilburg University Artikel 1 Inhoud regeling Naast algemene regels voor de invulling van de werktijden bevat deze regeling nadere regels ter uitwerking van de CAO-bepalingen over de

Nadere informatie

Arbeidstijden voor aios en anios

Arbeidstijden voor aios en anios Arbeidstijden voor aios en anios 2 3 Arbeidstijden voor aios en anios Belangrijke definities 5 Arbeids- en rusttijden overzicht 7 Cao Ziekenhuizen 11 Cao Universitaire Medische Centra 15 Cao GGZ 18 Tot

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Datum: november 2010 1 Handleiding roosteren van arbeidstijden van artsassistenten azm De regels over hoe lang een werknemer

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Assen, besluit:

Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Assen, besluit: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Assen Nr. 139156 2 juli 2018 Werktijdenregeling Gemeente Assen Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Assen, besluit: gelet op artikel

Nadere informatie

Schiedarn. Werktijdenregeling gemeente Schiedam. Artikel 1 Begripsbepaling Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: gemeente

Schiedarn. Werktijdenregeling gemeente Schiedam. Artikel 1 Begripsbepaling Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: gemeente - gemeente Schiedarn Werktijdenregeling gemeente Schiedam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam besluit gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op artikel 4:1 van de

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR150539_4. Werktijden regeling

CVDR. Nr. CVDR150539_4. Werktijden regeling CVDR Officiële uitgave van Noordenveld. Nr. CVDR150539_4 1 mei 2018 Werktijden regeling Werktijden regeling Artikel 1 Begripsbepaling Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a Bedrijfstijd:

Nadere informatie

0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege)

0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege) Stappenplan Transitievergoeding 0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege) Nee: de werknemer heeft geen recht op een transitievergoeding Ja: ga naar punt

Nadere informatie

Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108)

Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 50913 10 juni 2015 Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108) Afdeling

Nadere informatie

Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep

Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep Kenmerk : DB/skc/2015-3 Datum : 10 maart 2015 Betreft : Arbeids- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend

Nadere informatie

De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010

De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010 De brandweervrijwilliger en de Arbeidstijdenwet VNG februari 2010 Inhoud Inleiding 1. De Arbeidstijdenwet en de brandweervrijwilliger 1.1 Hoofdbetrekking en de brandweervrijwilliger 1.2 Uitzonderingen

Nadere informatie

Werktijdenregeling provincie Gelderland

Werktijdenregeling provincie Gelderland Werktijdenregeling provincie Gelderland Geldig sinds: 16-2-2006 Wetstechnische informatie Type overheidsorganisatie Naam overheidsorganisatie WWW-adres overheidsorganisatie Type informatie Bestandsformaat

Nadere informatie

Bijlage gemeente Houten: IS

Bijlage gemeente Houten: IS Bijlage gemeente Houten: IS18.00294 Burgemeester en wethouders van Houten; Gelet op artikel 160, eerste lid sub c van de Gemeentewet; Gelet op hoofdstuk 4, 4a en 6 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding

Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding Chauffeurs die in de winterperiode worden ingezet om te strooien, kunnen dit niet zomaar doen. Zij moeten rekening houden met wet- en regelgeving, zoals de zogenoemde

Nadere informatie

Toelichting op de jaarurensystematiek

Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting Artikel 4.3 CAO Kinderopvang Opgesteld door CAO-partijen in de Kinderopvang 1 van 8 Toelichting op de jaarurensystematiek

Nadere informatie

voor de vergadering van het algemeen bestuur RUD-Drenthe Vaststellen werktijdenregeling

voor de vergadering van het algemeen bestuur RUD-Drenthe Vaststellen werktijdenregeling Agendapunt voor de vergadering van het algemeen bestuur RUD-Drenthe Vergadering van 29 juni 2015 Datum: 21 mei 2015 Opsteller: R.G.J. Derksen Johan Vogelaar, directeur RUD Drenthe Openbaar ja Onderwerp

Nadere informatie

WERKT IJD ENR EG ELING

WERKT IJD ENR EG ELING WERKTIJDENREGELING Artikel 1 Algemene bepalingen Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: 1. medewerker: diegene die op basis van een ambtelijke aanstelling of arbeidsovereenkomst in

Nadere informatie

Jaarurensystematiek CAO-Sport

Jaarurensystematiek CAO-Sport Jaarurensystematiek CAO-Sport Werkgeversorganisatie in de Sport Arnhem, november 2007 Jaarurensystematiek CAO-Sport 1 Werkgeversorganisatie in de Sport Postbus 185 6800 AD Arnhem Papendallaan 50 T: 0264834450

Nadere informatie

Nummer: 11.0001183. Versie: 1.1. Vastgesteld door het DB d.d. Instemming OR RAV d.d.

Nummer: 11.0001183. Versie: 1.1. Vastgesteld door het DB d.d. Instemming OR RAV d.d. Uitvoeringsregeling artikel 6.10 van de CAO sector Ambulancezorg ( vergoeding consignatiediensten ten behoeve van GHOR-taken ) Regionale Ambulancevoorziening Nummer: 11.0001183 Versie: 1.1 Vastgesteld

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR348407_1. Regeling werktijden 2014 gemeente Dronten. Artikel 1. Begripsbepalingen a. CAR-UWO: de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

CVDR. Nr. CVDR348407_1. Regeling werktijden 2014 gemeente Dronten. Artikel 1. Begripsbepalingen a. CAR-UWO: de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; CVDR Officiële uitgave van Dronten. Nr. CVDR348407_1 30 januari 2018 Regeling werktijden 2014 gemeente Dronten Het college van de gemeente Dronten gelet op het bepaalde in artikel 4:1 van de CAR UWO gelet

Nadere informatie

Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij

Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij; gelet op artikel 160 Gemeentewet; gelet op instemming

Nadere informatie

1. Kader en uitgangspunten De CAO-VO is van toepassing. Deze regeling is een nadere uitwerking hiervan.

1. Kader en uitgangspunten De CAO-VO is van toepassing. Deze regeling is een nadere uitwerking hiervan. Verlof- en werktijdenregeling OOP Colofon Uitgave : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Voorgenomen besluit : 15 november 2016 : 2016/000817/CvB-REG Besproken in PGMR : 24 november 2016 Vastgesteld

Nadere informatie

Hieronder worden eerst de bepalingen uit de Wet arbeid en zorg behandeld en daarna volgen de aanvullende bepalingen uit de CAO.

Hieronder worden eerst de bepalingen uit de Wet arbeid en zorg behandeld en daarna volgen de aanvullende bepalingen uit de CAO. Ouderschapsverlof Het recht op ouderschapsverlof is in hoofdstuk 6 van de Wet arbeid en zorg geregeld. De CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening kent een aantal aanvullingen op de wet. Deze zijn

Nadere informatie

Regeling arbeidsduur en werktijden gemeente Waddinxveen 2014

Regeling arbeidsduur en werktijden gemeente Waddinxveen 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waddinxveen. Nr. 23928 30 april 2014 Burgemeester en wethouders van Waddinxveen; gelet op hoofdstuk 3 en 4 CAR-UWO; gelet op het instemmende advies van de Ondernemingsraad

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Werktijdenregeling 2015 e.v. gemeente Best

GEMEENTEBLAD. Nr Werktijdenregeling 2015 e.v. gemeente Best GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Best. Nr. 113012 30 november 2015 Werktijdenregeling 2015 e.v. gemeente Best Paragraaf 1 algemene bepalingen Werktijdenregeling 2015 e.v. gemeente Best Deze

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Regeling werktijden Noord-Brabant Bijlage(n) Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant; Gelet op artikel D.2, eerste lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND (versie juli 2013) De werkingssfeer van de CAO-I AkzoNobel Nederland omvat: (stand per 1 januari 2013) - Akzo Nobel Nederland B.V. De ondergetekenden:

Nadere informatie

Regeling Flexibele Werktijden gemeente Schouwen-Duiveland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schouwen-Duiveland,

Regeling Flexibele Werktijden gemeente Schouwen-Duiveland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schouwen-Duiveland, CVDR Officiële uitgave van Schouwen-Duiveland. Nr. CVDR613303_1 15 oktober 2018 Regeling Flexibele Werktijden gemeente Schouwen-Duiveland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schouwen-Duiveland,

Nadere informatie

Burgemeester en wethouders van Coevorden en de werkgeverscommissie van Coevorden; gelet artikel 4:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

Burgemeester en wethouders van Coevorden en de werkgeverscommissie van Coevorden; gelet artikel 4:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Coevorden. Nr. 4272 14 januari 2016 Werktijdenregeling gemeente Coevorden Burgemeester en wethouders van Coevorden en de werkgeverscommissie van Coevorden; gelet

Nadere informatie

1. Looptijd Wij stellen voor een nieuwe cao overeen te komen met als looptijd /

1. Looptijd Wij stellen voor een nieuwe cao overeen te komen met als looptijd / Postadres Postbus 9208, 3506 GE Utrecht Jumbo Supermarkten B.V. t.a.v. mevrouw G. Kuiper Postbus 8 5460 AA VEGHEL Handel T 0900 9690 (lokaal tarief) F 030 6 30 000 www.fnvbondgenoten.nl Datum Doorkiesnummer..november

Nadere informatie

Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007

Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007 Overzicht normen Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit 2007 De Arbeidstijdenwet (Atw) is van toepassing op alle personen die onder het gezag van de werkgever arbeid verrichten (werknemer, leerlingen,

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van de gemeenschappelijke regeling 1Stroom Nr. 242 6 maart 2018 Besluit van de Stuurgroep ambtelijke fusie Duiven en Westervoort houdende regels omtrent

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

17 ARBEIDSDUUR, PAUZE, RUSTTIJDEN EN OVERWERK

17 ARBEIDSDUUR, PAUZE, RUSTTIJDEN EN OVERWERK 17 ARBEIDSDUUR, PAUZE, RUSTTIJDEN EN OVERWERK De Arbeidsregeling 2000 geeft voorschriften met betrekking tot onder meer: de arbeidsduur, pauze, rusttijden, arbeid in volcontinu dienst, overwerk, kinderarbeid,

Nadere informatie

De Landelijke Arbeidstijdenregeling (LAR) En de rol van de ondernemingsraden

De Landelijke Arbeidstijdenregeling (LAR) En de rol van de ondernemingsraden De Landelijke Arbeidstijdenregeling (LAR) En de rol van de ondernemingsraden Rechtskracht van de LAR Looptijd 30 maanden Met ingang van 1 mei 2009 Afgesloten met de vakbonden Verplicht korpsen tot naleving

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

Personeelsoverleg Beate Uhse 29 april 2015

Personeelsoverleg Beate Uhse 29 april 2015 Personeelsoverleg Beate Uhse 29 april 2015 Agenda Flexibilisering secundaire arbeidsvoorwaarden Waarom? Inhoudelijke toelichting Afronding en samenvatting Flexibilisering secundaire arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Toelichting artikel 1.1, onder n en p

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Toelichting artikel 1.1, onder n en p Bijlage bij B&W-flap d.d. 15 december 2015, BD2015-010709 Wijzigingen van hoofdstuk 1, 4 en 6 van de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de invoering van de Nieuwe Werktijdenregeling:

Nadere informatie

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Overbetuwe. Nr. 26527 13 mei 2014 Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 Ons kenmerk: 12BB00004 De burgemeester van de

Nadere informatie

Toelichting. Inhoud. Relevante cao-artikelen : 3, 8, 10,12, 16, 25, 26, 27, 29, 32, 33, 36, 37, 40 en 64

Toelichting. Inhoud. Relevante cao-artikelen : 3, 8, 10,12, 16, 25, 26, 27, 29, 32, 33, 36, 37, 40 en 64 Toelichting In deze toelichting wordt aan de hand van voorbeelden uitleg gegeven over de loonberekening volgens de Cao Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen. Het gaat om de

Nadere informatie

Citeertitel: Landsverordening bijzondere rechtspositionele bepalingen Kustwachtpersoneel. Wijzigingen: AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no.

Citeertitel: Landsverordening bijzondere rechtspositionele bepalingen Kustwachtpersoneel. Wijzigingen: AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. Intitulé : LANDSVERORDENING van 9 maart 2000, houdende bijzondere regels inzake de rechtspositie van Arubaanse ambtenaren, werkzaam bij de Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de

Nadere informatie

Specifieke regels: binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij

Specifieke regels: binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Specifieke regels: binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Wat wordt met de samenloopregeling bedoeld? Soms kan het gebeuren dat een werknemer verschillende werkzaamheden verricht, waarbij in de ene

Nadere informatie

Reglement Flexibele Werktijden Damen Shipyards Den Helder b.v. 2017

Reglement Flexibele Werktijden Damen Shipyards Den Helder b.v. 2017 Reglement Flexibele Werktijden Damen Shipyards Den Helder b.v. 2017 1. De onderneming: De regeling is van toepassing op alle productie afdelingen van Damen Shipyards Den Helder (locaties Den Helder en

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Versie: 2 definitief Datum: januari 2015 Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm jan 2015 Handleiding roosteren

Nadere informatie

INSTRUCTIE UREN DIRECTE MEDEWERKERS

INSTRUCTIE UREN DIRECTE MEDEWERKERS INSTRUCTIE UREN DIRECTE MEDEWERKERS Uren In je weekstaat verwerk je altijd je werkelijk gewerkte uren (Dag) Dienst Wat moet je invullen: - Taakcode (een taakcode is een verplicht veld) - Bij directe uren

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/108

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/108 PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/108 Officiële naam regeling: Beleidskader bodes en coördinator diensten Provincie Limburg 2012 Citeertitel: Beleidskader bodes en coördinator diensten Provincie Limburg

Nadere informatie

Lid 3 en 4 schrappen; lid 5 handhaven en vernummeren naar lid 3 en in lijn brengen met nieuwe opzet:

Lid 3 en 4 schrappen; lid 5 handhaven en vernummeren naar lid 3 en in lijn brengen met nieuwe opzet: Betreft : Aanpassingen cao 2018-2019 Wijziging met ingang van 5 november 2017 Toevoeging aan artikel 1: Arbeidsvoorwaardenregeling of AVR: bij de opdrachtgever geldende regeling van beloning en/of andere

Nadere informatie

: Werk- en diensttijdenverordening politie ==================================================================== 1. Algemene bepalingen.

: Werk- en diensttijdenverordening politie ==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Intitulé : Werk- en diensttijdenverordening politie Citeertitel: Geen Vindplaats : AB 2000 no. GT 3 Wijzigingen: Geen 1. Algemene bepalingen Artikel 1 In deze landsverordening en de uit kracht daarvan

Nadere informatie

De tijd waarin medewerkers op kantoor werkzaamheden kunnen verrichten.

De tijd waarin medewerkers op kantoor werkzaamheden kunnen verrichten. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerde. Nr. 105373 10 november 2015 Werktijdenregeling gemeente Heerde Het college van de gemeente Heerde, besluit: gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Artikel 2 Dienstverlening De bedrijfstijd bij de organisatie-eenheden is gelegen tussen uur en uur.

PROVINCIAAL BLAD. Artikel 2 Dienstverlening De bedrijfstijd bij de organisatie-eenheden is gelegen tussen uur en uur. PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Holland Nr. 1046 6 februari 2018 Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent werktijden Algemene werktijdenregeling

Nadere informatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie besluit: gelet op artikel 30 Wet gemeenschappelijke regelingen jo. Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie; gelet op artikel

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 131202. Gemeente Raalte Werktijdenregeling

GEMEENTEBLAD. Nr. 131202. Gemeente Raalte Werktijdenregeling GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Raalte. Nr. 131202 31 december 2015 Gemeente Raalte Werktijdenregeling Burgemeester en wethouders van de gemeente Raalte gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

Nadere informatie

CAO ZOETWAREN. ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014

CAO ZOETWAREN. ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 ZOETWAREN CAO ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 1 4001517_VBZ ADDendum CAO.indd 1 19-08-14 13:32 2 4001517_VBZ

Nadere informatie

Artikel 54a, onder b: Begrip aangepast aan het begrip zoals opgenomen is in ATW, hierdoor eenduidigheid tussen de Wet en AMAR.

Artikel 54a, onder b: Begrip aangepast aan het begrip zoals opgenomen is in ATW, hierdoor eenduidigheid tussen de Wet en AMAR. NOTA VAN TOELICHTING OP AMAR HOOFDSTUK 7 Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) verzonden 27-2-2014 briefnummer AFR/14.00110_ bijlage 2 zaaknummer ZD.018.3 status x Behandel Informatie Pieptermijn

Nadere informatie

Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij

Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Welke regels gelden er in de binnenvaart? In het Arbeidstijdenbesluit vervoer is een apart hoofdstuk opgenomen voor de binnenvaart. De

Nadere informatie

Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en vakbonden bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014

Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en vakbonden bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014 Overzicht van besprekingspunten en de verschillen daarin tussen werkgever en bij Feenstra Verwarming per 14-10-2014 Huidige regeling volgens De ATW rooster overeenkomst is tussen directie, en OR afgesproken

Nadere informatie

REGELING WERKTIJDEN EN VERLOF GEMEENTE MARUM 2015

REGELING WERKTIJDEN EN VERLOF GEMEENTE MARUM 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Marum. Nr. 60111 30 oktober 2014 REGELING WERKTIJDEN EN VERLOF GEMEENTE MARUM 2015 Burgemeester en wethouders van de gemeente Marum; gelet op het bepaalde in

Nadere informatie

Dordrecht. Gemeentesecretaris

Dordrecht. Gemeentesecretaris Gemeentesecretaris Dordrecht Postbus 8 3300 AA Dordrecht AAN de Algemene Directie de directeuren van de sectoren de directeuren van bedrijven de secretaris van de commissie Bestuur en Middelen Bezoekadres

Nadere informatie

Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof

Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Spijkenisse. Nr. 60059 27 oktober 2014 Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof Het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische Nummer: 10.0003457 Versie: 1.0 Vastgesteld door het AB d.d. 7 april 2011 Instemming GO d.d. 7 april 2011 Deze regeling treedt in werking op 1 mei

Nadere informatie

Regeling Generatiepact Noord-Hollands Archief

Regeling Generatiepact Noord-Hollands Archief Regeling Generatiepact Noord-Hollands Archief Het dagelijks bestuur van het Noord-Hollands Archief, overwegende dat het gewenst is om de instroom van jongeren en het duurzaam doorwerken van oudere medewerkers

Nadere informatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie besluit: gelet op artikel 30 Wet gemeenschappelijke regelingen jo. Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie; gelet op artikel

Nadere informatie

LOKALE WERKTIJDENREGELING 2014

LOKALE WERKTIJDENREGELING 2014 LOKALE WERKTIJDENREGELING 2014 GEMEENTE SCHERPENZEEL September 2014 BELEID EN UITVOERING In deze regeling wordt de landelijke wijziging van de werktijdenregeling per 1 januari 2014 vormgegeven. 1 Inhoud

Nadere informatie

Regeling Werktijden gemeente Oldambt 2010

Regeling Werktijden gemeente Oldambt 2010 Regeling Werktijden gemeente Oldambt 2010 Doel: Regeling vaststellen betreffende de werktijden van de medewerkers van de gemeente Oldambt. Datum en nummer ingetrokken collegebesluiten N.V.T. Datum en nummer

Nadere informatie