Project MER warmtekrachtcentrale E.ON op bedrijfsterrein Bayer Anwerpen NV:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Project MER warmtekrachtcentrale E.ON op bedrijfsterrein Bayer Anwerpen NV:"

Transcriptie

1 fã~öáåé=íüé=êéëìäí Project MER warmtekrachtcentrale E.ON op bedrijfsterrein Bayer Anwerpen NV: Niet technische samenvatting E.ON Benelux NV Projectnummer BE November 2012

2 Pagina 2 van 26 fã~öáåé=íüé=êéëìäí

3 Pagina 3 van 26 BE Opdrachtgever E.ON Benelux NV Capelseweg AX Rotterdam Nederland Contactpersoon: Alex Micajkov Tel: 0031,10,888,2668 E,mail : a.micajkov@eon.com Project,MER warmtekrachtcentrale E.ON op bedrijfsterrein Bayer Antwerpen NV Opdrachtnemer Contactpersoon Telefoon Telefax E,mail Website ARCADIS Belgium NV Posthofbrug Berchem BTW BE RPR Antwerpen ING 320, ,72 IBAN BE BIC BBRUBEBB Kathleen Nysten k.nysten@arcadisbelgium.be

4 Pagina 4 van 26 BE Revisie/ Versie Datum Opmerking A Juli 2012 Gebundelde kennisgeving / ontwerpmilieueffectrapportage B November 2012 Finale versie na richtlijnenvergadering Opgesteld Afdeling/discipline Functie Naam Handtekening Datum Kathleen Nysten Lien Verbeeck Patrick Pans Geverifieerd Afdeling/discipline Functie Naam Handtekening Datum

5 Niettechnische samenvatting 1 Inleiding Pagina 5 van 26 BE Dit milieueffectrapport (MER) wordt opgemaakt naar aanleiding van de bouw en exploitatie van een warmtekracht' centrale of WKK door E.ON Benelux (afgekort EBX), een dochtermaatschappij van E.ON AG, één van de grootste energiebedrijven van Europa, op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV in de Antwerpse haven. Een warmtekrachtcentrale is een installatie waarin tegelijkertijd stoom (warmte) en elektriciteit (kracht) wordt geproduceerd. Een andere term voor dergelijke gecombineerde productie is warmtekrachtkoppeling, afgekort WKK. Het grote voordeel van warmtekrachtkoppeling is dat bij een gezamenlijke opwekking van warmte en elektriciteit de in de brandstof aanwezige energie optimaal wordt benut waardoor beduidend minder brandstof nodig is dan bij een gescheiden productie van eenzelfde hoeveelheid warmte en elektriciteit. E.ON plant de bouw van een warmtekrachtcentrale met gasturbine, recuperatiestoomketel en tegendruk stoomturbine met een vermogen van maximaal 123 MWth. De energievoorziening voor Bayer Antwerpen NV gebeurt momenteel contractueel door buurbedrijf Lanxess NV. De uitbating van de energie'installaties van Lanxess NV zou in februari 2015, na einde contract en met het aflopen van de exploitatievergunning in het vooruitzicht (02/08/2016), stopgezet worden. Om de stoom' en elektriciteitslevering na het aflopen van het contract met Lanxess NV te garanderen, heeft Bayer Antwerpen NV beslist om een nieuw cogeneratieproject op te starten: de warmtekrachtcentrale die door E.ON gebouwd zal worden. Aangezien dit cogeneratieproject niet tegen februari 2015 gerealiseerd zal zijn, voorziet Bayer als tijdelijke oplossing de bouw en exploitatie van 3 back'up stoomketels met elk een vermogen van 55 MW th. Hiervoor werd reeds een project'mer opgesteld en goedgekeurd (PR0625, april 2012). Zodra de warmtekrachtcentrale in werking is, zullen deze stookinstallaties enkel nog als back'up fungeren, waarbij de maximale warmtevraag met twee stoomketels kan worden gedekt. De bouw van de warmtekrachtcentrale is MER'plichtig. Voor de realisatie van het project zijn o.a. een stedenbouwkundige vergunning en een milieuvergunning nodig. Voor MER'plichtige projecten kunnen deze vergunningen enkel bekomen worden op voorwaarde dat er een MER wordt opgemaakt. In dit MER wordt nagegaan wat de milieugevolgen van het project zullen zijn. Indien ernstige milieueffecten verwacht worden, moet nagegaan worden op welke manier deze effecten voorkomen, verminderd of eventueel gecompenseerd kunnen worden. Het is de initiatiefnemer van het project, in dit geval E.ON Benelux, die aan een team van erkende MER'deskundigen de opdracht geeft om het MER op te stellen. De volgende disciplines worden in detail behandeld in het MER: lucht; oppervlaktewater; bodem en grondwater; geluid en trillingen; fauna en flora; mens. 2 Procedure voor het opstellen van een MER De opmaak van een MER gebeurt volgens een wettelijk vastgelegde procedure en doorloopt verschillende stappen: 1. Opstellen en aan het publiek ter inzage voorleggen van een kennisgeving. In de kennisgeving wordt het project voorgesteld en wordt vermeld wie deel zal uitmaken van het team van erkende deskundigen. Verder wordt aangegeven welke mogelijke milieueffecten bestudeerd zullen worden en hoe dat zal gebeuren. Geïnteresseerden kunnen de kennisgeving bij de gemeente waar het project gepland is inkijken en eventueel opmerkingen formuleren op de inhoudsafbakening van het MER; 2. Opmaak van richtlijnen door de Dienst Mer. In deze richtlijnen wordt aangegeven hoe het MER moet opgemaakt worden en welke de belangrijkste aandachtspunten zijn. De opmerkingen die tijdens de terinzagelegging verzameld werden, worden in de richtlijnen verwerkt;

6 Pagina 6 van 26 BE Opmaak van het MER. Het Team van erkende MER'deskundigen stelt het MER op. Eerst wordt een ontwerp' MER ingediend dat doorgaans op een ontwerpvergadering wordt besproken met de Dienst Mer en de verschillende adviserende instanties. Op basis van de opmerkingen op deze vergadering wordt een finale versie van het MER opgemaakt en ingediend bij de Dienst Mer voor goedkeuring. Het goedgekeurde MER maakt deel uit van de bouw' en milieuvergunningsaanvraag en wordt mee ter inzage gelegd tijdens het openbaar onderzoek van deze vergunningsprocedures. Doorgaans wordt de m.e.r.'procedure gevolgd zoals hierboven beschreven. Er bestaat evenwel een mogelijkheid om de kennisgeving en het ontwerp'mer gebundeld in te dienen bij de Dienst Mer. Hoewel de inhoud/finaliteit van de kennisgeving en het ontwerp'mer verschillend zijn, namelijk respectievelijk een voorstel van te hanteren methodologie en een (ontwerp van) uitwerking van dit voorstel, kunnen ze in één document verwerkt worden. Deze werkwijze is compatibel met de bestaande wetgeving en E.ON heeft ervoor geopteerd om deze werkwijze te volgen. Bij indiening van de gebundelde kennisgeving/ontwerp'milieueffectrapportage behandelt de Dienst Mer dit document in eerste instantie als een kennisgeving. Het betreft dus een onderzoek naar de vereiste elementen die een kennisgeving minimaal dient te bevatten. De volledigheid als kennisgeving wordt onderzocht en afgetoetst aan de decretale bepalingen terzake. De volledigverklaring van de kennisgeving spreekt zich niet uit over de methodologische of inhoudelijke correctheid van de volledige gebundelde kennisgeving/ontwerp'milieueffectrapportage. De bespreking van de ontwerp'milieueffectrapportage gebeurt tijdens de richtlijnenvergadering. De richtlijnen bevatten in dit geval dus ook de opmerkingen op het ontwerp'mer. 3 Situering van het project 3.1 Ruimtelijke situering Zoals reeds werd aangehaald, wordt de warmtekrachtcentrale op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen gebouwd. Bayer Antwerpen NV is gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen. Het bedrijf ligt midden in het Antwerpse havengebied, ter hoogte van Lillo op de rechter Scheldeoever en situeert zich op ongeveer 9 km ten noordwesten van het stadsgedeelte van Antwerpen. Het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen bevindt zich aan de Scheldelaan, tussen de Schelde (ten westen) en het Kanaaldok B1 (ten oosten). Binnen dezelfde site zijn ook installaties gelegen die geëxploiteerd worden door Lanxess NV, Katoen Natie Polymer Contractors, LBC CEPSA, Peeters OIW en Peeters Painting. De noordelijke grens van de site waar Bayer Antwerpen gelegen is, wordt gevormd door de verbindingsweg naar de Lillobrug en de Tijsmanstunnel met daarachter Evonik. Ten zuiden bevindt zich het bedrijf VOPAK en een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen (Wijtvliet). Het industriegebied waarin Bayer Antwerpen NV vrij centraal gelegen is, wordt omringd door woonzones, agrarische gebieden en natuurgebieden. Tot de woonzones behoren Antwerpen stad, randgemeenten, uitlopers en enkele geïsoleerde woonkernen, alsook een aantal poldergemeenten op de linker' en rechter Scheldeoever (o.a. Doel, Stabroek en Berendrecht). De agrarische gebieden bevinden zich voornamelijk in westelijke en noordoostelijke richting, de natuurgebieden bevinden zich verspreid rondom het Antwerpse Havengebied en langs de Schelde. Figuur 1: Bedrijfsterrein Bayer Antwerpen NV met aanduiding WKK E.ON Figuur 2: Topografische kaart Figuur 3: Luchtfoto Figuur 4: Gewestplan

7 Pagina 7 van 26 BE Figuur 1: Bedrijfsterrein Bayer Antwerpen NV met aanduiding WKK E.ON Legende WKK E.ON ENERGIE BACK$UP KETELS ANILINE LANXESS NV BAYER LBC $ CEPSA PEETERS OIW KATOEN NATIE BULK TERMINAlS

8 Pagina 8 van 26 Figuur 2: Topografische kaart BE BE

9 Pagina 9 van 26 Figuur 3: Luchtfoto BE BE

10 Pagina 10 van 26 Figuur 4: Gewestplan BE BE

11 Pagina 11 van 26 BE De belangrijkste woonkernen/bewoning in een straal van 5 km van de site zijn: Lillo ca m ten NW Doel ca m ten NW Stabroek ca m ten NO Berendrecht ca m ten N Kallo ca m ten ZW 3.2 Administratieve voorgeschiedenis De bestaande installaties van Bayer Antwerpen NV zijn vergund tot 02/08/2016. Voor de back2up stoomketels werden de nodige vergunningen aangevraagd, maar nog niet afgeleverd. De nieuw te bouwen warmtekrachtcentrale is uiteraard ook nog niet vergund. 4 Beschrijving van het project 4.1 Algemeen Het project dat het onderwerp uitmaakt van dit MER omvat de bouw en exploitatie van een warmtekrachtcentrale door E.ON Benelux (EBX) op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV. Zoals reeds eerder werd aangehaald gebeurt de energievoorziening momenteel nog door Lanxess NV en voorziet Bayer de bouw van 3 back2up stoomketels om de periode tussen de stopzetting van de energievoorziening door Lanxess en de opstart van de warmtekrachtcentrale te overbruggen. De stookketels zullen vanaf dan als back2up voor de warmtekrachtcentrale fungeren. Voor de bouw en exploitatie van de stookketels werd reeds een MER opgesteld en goedgekeurd in april Constructiefase De duur van de constructiefase wordt geschat op 15 maanden. Er worden enkel bovengrondse structuren geplaatst, die gefundeerd zullen worden door middel van paalfunderingen. Er zal normaal gezien niet bemaald moeten worden. Het grondverzet zal zeer beperkt blijven (max m³). Er wordt een gebouw voorzien voor de stoomturbine en de elektrische hulpdiensten. De overige installaties worden niet in een gebouw geplaatst. De gasturbine wordt wel geïnstalleerd in een behuizing met geluidsisolatie. 4.3 Beschrijving van de bestaande en geplande installaties Productieeenheden Bayer Antwerpen NV Bayer Antwerpen NV baat de volgende productie2eenheden uit: Polyether2eenheid: productie van polyether en polymeer2polyolen; DDP2eenheid: productie van Bisphenol A; Makrolon2eenheid: productie van Makrolon en tussenproduct difenylcarbonaat; Aniline2eenheid: productie van aniline, nitrobenzeen en ammoniumcarbonaat, inclusief productie van waterstof en CO in de Reformer2installatie

12 Pagina 12 van 26 BE Aniline2eenheid De aniline2eenheid bevindt zich in de sector midden en omvat de volgende installaties: de nitrobenzeeninstallatie met productiecapaciteit van ton/jaar; de aniline2installatie met een productiecapaciteit van ton/jaar; de reformerinstallatie met een productiecapaciteit van ton/jaar CO en Nm³/jaar H2 De grondstoffen voor de productie van aniline zijn waterstof en nitrobenzeen. Deze stoffen worden ter plaatse geproduceerd. De productie van aniline gebeurt in twee stappen: in een eerste stap worden nitrobenzeen en waterstof geproduceerd (respectievelijk in de nitrobenzeen2 en in de reformer2installatie) en in de tweede stap wordt aniline geproduceerd in de aniline2installatie via een heterogeen katalytische hydrogenatie van nitrobenzeen met waterstof in vier parallelle straten. In de aniline2eenheid worden de volgende capaciteitsverhogingen voorzien: de nitrobenzeen2installatie: toename van de productiecapaciteit van tot ton/jaar; de aniline2installatie: toename van de productiecapaciteit van tot ton/jaar; Deze capaciteitsverhoging werd samen met de bouw van de drie back2upstookketels reeds beoordeeld in een project2 MER dat door Bayer Antwerpen NV werd opgesteld (2012). De capaciteitsverhoging in de aniline2eenheid werd nog niet vergund DDP2eenheid De DDP2 of Bisfenol is de meest recente productie2eenheid van Bayer Antwerpen NV. Ze werd opgestart in 1991 in de sector Noord en kende sindsdien een grote bloei. De capaciteit bedraagt ton/jaar. DDP of 4,4 2dihydroxydifenyl2222 2propaan is een reactieproduct van fenol en aceton. DDP is een wit product dat meestal als alkalische oplossing rechtstreeks naar de Makrolon2eenheid wordt geleid. Een gedeelte van het DDP wordt verkocht als vast product of als smelt voor toepassingen in de productie van polyesthers en epoxyharsen Polyether2eenheid In de polyether2eenheid, die in 1972 in productie ging, worden meerdere types polyether vervaardigd: polyether en polymeerpolyol2polyether (PMPO2polyether). De polyether2eenheid situeert zich in de sector Noord. De productiecapaciteit van deze eenheid bedraagt max ton/jaar polyether en max ton/jaar PMPO2 polyether. De polyether2eenheid maakt geen gebruik van intern geproduceerde grondstoffen Makrolon2eenheid De Makrolon2eenheid, met een productiecapaciteit van ton/jaar, staat in voor de productie van: Makrolon DPC (difenylcarbonaat) SPC (Smeltpolycarbonaat) Makrolon is de naam van het Bayer2polycarbonaat, een hoogwaardige technische kunststof die sinds 1989 in Antwerpen wordt geproduceerd. De grondstoffen voor Makrolon zijn bisfenolen (DDP of andere), chloor en koolstofmonoxide. DDP wordt aangeleverd door de DDP2eenheid, CO deels door de Reformerinstallatie van de aniline2eenheid en deels extern.

13 Pagina 13 van 26 BE Backup stookketels Bayer Antwerpen NV De energievoorziening voor Bayer Antwerpen NV gebeurt momenteel contractueel door buurbedrijf Lanxess NV. De stoomproductie voor de gehele site (Bayer + Lanxess) bestaat hoofdzakelijk uit een WKK met nageschakelde bijstookketel, een parallel werkende stoomketel die als hot stand2by fungeert en waarin ook diverse restbrandstoffen verbrand worden en een stoomturbine. Er zijn tevens 2 back2up vlampijpketels voor de levering van lage2druk stoom. De uitbating van de huidige energie2installaties van Lanxess, nl. stoomketel, de stoomturbine en de back2up ketels, zou in februari 2015, na einde contract, worden stopgezet. De verdere continue uitbating van de gasturbine en de bijstookketel van Electrabel is absoluut onzeker na het verlopen van het servicecontract in Om de stoomlevering na het aflopen van het contract met Lanxess NV te garanderen, heeft Bayer Antwerpen NV beslist om een nieuw cogeneratieproject op te starten: de warmtekrachtcentrale die door E.ON gebouwd zal worden. Aangezien dit cogeneratieproject niet tegen februari 2015 gerealiseerd zal zijn, voorziet Bayer als tijdelijke oplossing de bouw en en exploitatie van 3 stookinstallaties met elk een vermogen van 55 MW th. Hiervoor werd reeds een project2mer opgesteld en goedgekeurd (PR0625). Deze ketels zouden in februari 2015 op redundante wijze in de volledige stoombehoefte van Bayer kunnen voorzien en twee van de drie ketels zullen later als back2up fungeren voor de warmtekrachtcentrale Warmtekrachtcentrale E.ON Het project omvat de bouw en exploitatie van een warmtekrachtcentrale door E.ON op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV. Het saldo van de elektriciteitsproductie (ca. 10 tot 50 %) zal via het interne Bayer2netwerk aan het Elia transportnet geleverd worden. De warmtekrachtcentrale bestaat uit volgende onderdelen: een aardgasgestookte gasturbine met een maximaal thermisch vermogen van ca. 96 MWth; een recuperatiestoomketel met naverbranding met een maximaal thermisch vermogen van ca. 47 MWth die stoom op 90 bar levert; een tegendruk stoomturbine waarin de 90 bar stoom wordt ontspannen tot een drukniveau van 66, 35 en 6 bar die aan het stoomnet van Bayer Antwerpen NV wordt geleverd; Het totale thermische vermogen van de nieuwe WKK2eenheid zal maximaal 123 MWth 1 bedragen. De maximale stoomproductie zal ca. 90 t/h bedragen, de gemiddelde stoomproductie zal ca. 70 ton/u bedragen. De jaarlijkse elektriciteitsproductie van de WKK2eenheid wordt geraamd op maximaal 370 GWh. De efficiëntie van de nieuwe WKK2 eenheid zal meer dan 85% bedragen. In Figuur 5 wordt een principeschema van de warmtekrachtcentrale gegeven. 1 De totale capaciteit van de WKK is kleiner dan de som van de capaciteiten van de gasturbine en de stoomketel aangezien beide niet tegelijkertijd opereren op maximale capaciteit.

14 Pagina 14 van 26 BE Figuur 5: Principeschema warmtekrachtcentrale GT = gasturbine ST = stoomturbine WRK = warmterecuperatieketel G = generator

15 Pagina 15 van 26 BE Ondersteunende installaties warmtekrachtcentrale Er wordt voor de nieuwe warmtekrachtcentrale enkel een beperkte opslagplaats voor chemicaliën voorzien. Bayer Antwerpen NV beschikt over de overige noodzakelijk ondersteunende installaties: back(up stoomketels: Er worden geen nieuwe back(up stoomketels voorzien. Twee van de drie back(up stoomketels die door Bayer Antwerpen NV gebouwd zullen worden, zullen bij ingebruikname van de warmtekrachtcentrale fungeren als back(up; demin(water en ketelvoedingswater: Het ketelvoedingswater van de warmtekrachtcentrale wordt geleverd door Bayer Antwerpen NV; deaërator: Bayer Antwerpen NV beschikt over een deaërator om het deminwater te ontluchten. Mogelijk wordt een afzonderlijke deaërator door E.ON voorzien in de WKK Nutsvoorzieningen De warmtekrachtcentrale zal over een eigen koelkringloop beschikken. Voor het overige zal gebruik gemaakt worden van de bestaande nutsvoorzieningen van Bayer Antwerpen NV. De watervoorziening gebeurt via verschillende bronnen: leidingwater en dokwater uit het kanaaldok B1 dat gebruikt wordt als koelwater. Er zijn drie rioleringssytemen: de hemelwaterriolering, de dokwaterriolering en de afvalwaterleidingen, respectievelijk voor biologisch en niet biologisch te behandelen afvalwater. Het niet biologisch te behandelen afvalwater ondergaat een passende voorbehandeling in de verschillende bedrijfseenheden. Het biologisch te behandelen afvalwater wordt afgevoerd naar een centrale waterzuiveringsinstallatie. Het effluent van de waterzuivering wordt in de Schelde geloosd. Dokwater (koelwater) wordt in het kanaaldok B1 geloosd. Niet(verontreinigd hemelwater wordt ook afgevoerd naar het kanaaldok B1. Verontreinigd hemelwater wordt opgevangen in de afvalwaterriolering en na zuivering in de Schelde geloosd. De warmtekrachtcentrale heeft een interne koelkringloop, die over een warmtewisselaar met dokwater wordt gekoeld Transport Aardgas wordt aangevoerd via een pijpleiding. Transporten via de weg voor de aanvoer van hulpstoffen (chemicaliën, smeermiddelen) en de afvoer van afvalstoffen zal zeer beperkt zijn (minder dan 1 voertuig per week). 5 Alternatieven 5.1 Nulalternatief Het nulalternatief houdt in dat het project dat het onderwerp vormt van dit MER niet gerealiseerd wordt. Dit betekent dat de warmtekrachtcentrale van E.ON niet gebouwd wordt en dat de energievoorziening van Bayer Antwerpen NV vanaf 2015 normaal gezien zal ingevuld worden via de drie te bouwen back(up stoomketels. 5.2 Locatiealternatieven De nieuwe warmtekrachtcentale wordt gebouwd in de onmiddellijke nabijheid van de back(up stoomketels van Bayer, op een perceel met vrije ruimte en gunstig gelegen t.o.v. de distributie(infrastructuur (aanvoer van aardgas, water; afvoer van stoom naar de belangrijkste klanten). Er worden geen locatiealternatieven bekeken.

16 Pagina 16 van 26 BE Uitvoeringsalternatieven Echte uitvoeringsalternatieven worden in dit MER niet onderzocht. Er gebeurde wel een BBT(toetsing om aan te tonen dat het voorgestelde project overeenkomt met de beste beschikbare technologie (BBT). Voor de warmtekrachtcentrale werd een toetsing uitgevoerd t.o.v. de Beste Beschikbare Technieken voor gasgestookte installaties. Uit de BBT(toetsing blijkt dat de warmtekrachtcentrale zal voldoen aan BBT. 6 Referentiesituatie en geplande situatie Als referentiesituatie wordt de toestand van het milieu (lucht, water, bodem) en de emissiesituatie (atmosferische emissies, afvalwater, geluid) van Bayer Antwerpen NV en het aandeel van de energie(installaties van Lanxess dat aan Bayer Antwerpen kan toegewezen worden, in het jaar 2010 aangenomen omdat dit een vergelijking met het MER van Bayer voor de back(up stoomketels mogelijk maakt wordt het referentiejaar genoemd. De beschrijving van de referentiesituatie gebeurt op basis van kaartmateriaal, bestaande beleidsdocumenten, meetgegevens,. De geplande situatie is de toestand van het studiegebied in de toekomstige situatie. Hierbij wordt er voor dit project van uit gegaan dat de warmtekrachtcentrale van E.ON Benelux instaat voor de energievoorziening van Bayer Antwerpen en dat de back(up stoomketels van Bayer enkel als back(up fungeren. Naast de geplande situatie wordt in dit MER ook een tijdelijke situatie bekeken, meer bepaald de tijdelijke oplossing waarbij de stoomlevering gebeurt door de drie back(up stoomketels die Bayer Antwerpen zal bouwen in de periode vooraleer de WKK van E.ON in gebruik kan genomen worden. 7 Milieueffecten 7.1 Lucht Beschrijving van de referentiesituatie De actuele luchtkwaliteit in het studiegebied voldoet voor alle polluenten, die relevant zijn voor het project (NO 2, SO 2 en CO) aan de kwaliteitsdoelstellingen. In één meetpunt wordt de grenswaarde voor NO x bereikt. In het referentiejaar 2010 bedraagt de jaarvracht van de relevante polluenten 282,7 ton NO x, 14,9 ton SO 2 en 47,9 ton CO Effectbeschrijving en +beoordeling Als gevolg van de realisatie van het project zal in de geplande situatie maximum 276 ton NO x, 10,3 ton ton SO 2 en 333 ton CO worden uitgestoten. Voor NO x en SO 2 dalen de geëmitteerde vrachten dus. Voor CO is er wel een stijging. Voor de parameter NO 2 wordt enkel ter hoogte van de locatie met maximale immissiebijdrage een belangrijke bijdrage tot de luchtkwaliteit vastgesteld en dit zowel in de referentie( als de geplande situatie. De NO 2( immissiebijdrage ter hoogte van het maximum bedraagt 2,03 Bg/m³, de grenswaarde is 40 Bg/m³. De locatie met maximale immissiebijdrage voor NO 2 betreft een gebied met een oppervlakte van 2 tot 3 ha ter hoogte van het Kanaaldok B1, dat aan weerszijden wordt omringd door industriegebied. De realisatie van het project leidt in vergelijking met de referentiesituatie tot een beperkte stijging (0,02 Bg/m³) van de jaargemiddelde concentratie aan NO 2 ter hoogte van het dichtst bijgelegen woongebied (Lillo) en een daling ter hoogte van de overige omringende woongebieden. De wijziging in de immissiebijdrage voor NO 2 als gevolg van de realisatie van het project geeft geen aanleiding tot overschrijdingen van de

17 Pagina 17 van 26 BE kwaliteitsdoelstellingen voor deze parameter in het studiegebied. Ter hoogte van de nabijgelegen natuurgebieden daalt de immissiebijdrag voor NO x. In vergelijking met de tijdelijke situatie ligt de immissiebijdrage in de geplande situatie in alle nabijgelegen woongebieden lager of ongeveer op hetzelfde niveau. Voor SO 2 wordt in de geplande situatie, met uitzondering van een daling van de immissiebijdrage voor SO 2 in Berendrecht, een beperkte stijging van de jaargemiddelde concentraties ter hoogte van de meest nabij gelegen woon( en natuurgebieden vastgesteld in vergelijking met de referentiesituatie. De immissiebijdrage stijgt met maximaal 0,026 Bg/m³. Ook voor SO 2 leidt de realisatie van het project niet tot overschrijdingen van de kwaliteitsdoelstelling in het studiegebied. In vergelijking met de tijdelijke situatie liggen de SO 2(immissiebijdragen in de geplande situatie steeds lager of even hoog, behalve ter hoogte van het maximum. Voor CO stijgt de gemiddelde immissiebijdrage in de nabijgelegen woon( en natuurgebieden in de geplande situatie met maximaal 24,9 Bg/m³ ten opzichte van de referentiesituatie. De kwaliteitsdoelstelling bedraagt B/m³ en zal niet overschreden worden na ingebruikname van de WKK. De WKK emitteert meer CO dan de stookketels waardoor de immissiebijdragen voor CO in de geplande situatie ook hoger liggen dan in de tijdelijke situatie. Dat er voor NO 2 en SO 2 ondanks een daling van de emissievrachten in bepaalde gebieden toch hogere immissiebijdragen worden berekend in vergelijking met de referentiesituatie, kan verklaard worden door het feit dat de NO 2( en SO 2(emissie in de referentiesituatie vooral wordt uitgestoten via een schouw van 100 meter hoog (WKK Lanxess) en aan een hoge temperatuur. In de geplande situatie worden deze emissies via een lagere schouwen (45 meter voor de nieuwe WKK van E.ON, 35 meter voor de back(up stoomketels van Bayer) geëmitteerd en aan een lagere temperatuur Milderende maatregelen Als gevolg van de realisatie van het project wordt voor alle polluenten een zeer beperkte impact op de luchtkwaliteit verwacht. Het is dan ook niet nodig om bijkomende milderende maatregelen tijdens de realisatie van het project te voorzien. Na de realisatie van het project zullen de emissies van de warmtekrachtcentrale conform de meetverplichtingen in Vlarem moeten worden opgevolgd. 7.2 Oppervlaktewater De warmtekrachtcentrale van E.ON heeft een mogelijke impact op oppervlaktewater via de lozing van afvalwater en koelwater. Het afvalwater van de warmtekrachtcentrale wordt na zuivering in de waterzuiveringsinstallatie van Bayer Antwerpen in de Schelde geloosd. Koelwater (of dokwater) wordt onttrokken aan het kanaaldok B1 en daar, samen met het koelwater van Bayer Antwerpen, terug in geloosd Beschrijving van de referentiesituatie Bayer Antwerpen NV beschikt over gescheiden rioleringssystemen voor de opvang van hemelwater, dokwater en afvalwater. Het afvalwater wordt na zuivering in de centrale afvalwaterzuiveringsinstallatie in de Schelde geloosd. De belangrijkste verontreinigingen in het afvalwater van de warmtekrachtcentrale zijn CZV, BZV, ammonium, totaal N, totaal P, natrium, chloride en de opgeconcentreerde metalen uit het leidingwater (As, Cd, Cr, Cu, Hg, Ni, Pb en Zn). Het geloosde koelwater bevat geen verontreiniging, enkel een beperkte opwarming. Niet(verontreinigd hemelwater wordt afgevoerd naar het kanaaldok B1. Verontreinigd hemelwater wordt opgevangen in de afvalwaterriolering en na zuivering in de Schelde geloosd. Uit de meetgegevens van de VMM(databank kan afgeleid worden dat de Schelde ter hoogte van Bayer Antwerpen NV niet volledig aan de kwaliteitsdoelstellingen voldoet. De meest kritische parameters zijn CZV, som nitraat/nitriet/ammonium en orthofosfaat. De zuurstofhuishouding is er de voorbije jaren op vooruitgegaan en is beter in

18 Pagina 18 van 26 BE de stroomafwaarts van het lozingspunt gelegen meetpunten dan in de stroomopwaarts gelegen meetpunten. De watertemperatuur in de havendokken is de voorbije jaren constant gebleven en voldoet aan de kwaliteitsdoelstelling. Het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied Effectbeschrijving en beoordeling Bayer Antwerpen NV heeft in 2010 ongeveer 454 m³/u of m³/j gezuiverd afvalwater geloosd. Na ingebruikname van de warmtekrachtcentrale van E.ON zal dit debiet oplopen tot ca. 479 m³/u of m³/jaar. De vuilvracht van de geloosde componenten neemt slechts in zeer beperkte mate toe na ingebruikname van de warmtekrachtcentrale. De gemiddelde impact van de lozing van Bayer Antwerpen en E.ON op de waterkwaliteit van de Schelde is te verwaarlozen. De berekende concentratieverhoging is immers voor alle parameters kleiner dan 1% van de milieukwaliteitsnorm. Ook de impact op de afvoer van de Schelde is te verwaarlozen. Het lozingsdebiet van Bayer Antwerpen NV bedraagt in de referentiesituatie slechts 0,0042% van het gemiddeld vloeddebiet van de Schelde en na in gebruikname van de warmtekrachtcentrale 0,0044% Ook de tijdelijke (worst case) impact van de lozing van Bayer Antwerpen NV (waarbij rekening gehouden wordt met de lozingsvoorwaarden en een laag afvoerdebiet) op de waterkwaliteit van de Schelde is verwaarloosbaar tot beperkt. Voor geen enkele parameter bedraagt de berekende concentratieverhoging meer dan 50% van de toetsingswaarde. De tijdelijke impact op de afvoer van de Schelde is eveneens zeer beperkt. Het vergunde lozingsdebiet van Bayer Antwerpen NV bedraagt slechts 0,11% van het netto afvoerdebiet van de Schelde. Bayer Antwerpen NV loost koelwater in het kanaaldok B1. In 2010 werd m³ dokwater geloosd, of gemiddeld m³/u. In de geplande situatie zal deze hoeveelheid toenemen tot m³/j of m³/h. Het grootste deel van deze stijging ( m³/j) is echter afkomstig van een uitbreiding die Bayer Antwerpen voorziet in de aniline( eenheid. De ingebruikname van de warmtekrachtcentrale zal aanleiding geven tot een bijkomende koelwaterlozing van maximaal m³/j of max. 195 m³/h in normale omstandigheden en max. 450 m³/h bij hogere temperaturen. De maximale thermische vracht bedraagt 2,7 MWth. De bijkomende lozing zal voldoen aan de temperaturen die werden opgelegd in de lozingsvergunning voor koelwater waarover Bayer Antwerpen beschikt. Rekening houdend met de geringe stroming in het kanaaldok wordt ervan uitgegaan dat er ter hoogte van de lozingspunten van Bayer Antwerpen NV zones voorkomen waarin niet altijd voldaan wordt aan de kwaliteitsdoelstelling voor temperatuur, maar dat deze zones beperkt zijn in omvang. Het kanaaldok B1 is 400 meter breed en er wordt aangenomen dat deze zones zich niet over de volledige breedte van het kanaaldok uitstrekken. Modellering van de koelwaterlozing is gezien het zeer complexe systeem van de havendokken niet haalbaar in het kader van dit project(mer. De exacte impact van de koelwaterlozing kan dan ook niet bepaald worden. Dat de invloed van de lozing niet heel ver reikt kan afgeleid worden uit de temperatuur die de afgelopen jaren gemeten werd in de nabijgelegen VMM(meetpunten. Die blijft doorheen de jaren constant. Daarnaast wordt verwezen naar de discipline fauna en flora waar een visserijkundig onderzoek in de havendokken wordt aangehaald en waaruit blijkt dat de visbiomassa ter hoogte van de lozing van Bayer Antwerpen niet afwijkt van andere plaatsen in de dokken. Er wordt niet verwacht dat de bijkomende lozing van koelwater na de geplande uitbreiding hier verandering in zal brengen. Zeker niet wanneer rekening gehouden wordt met het feit dat (het aandeel van Bayer van) de WKK van Lanxess buiten gebruik zal worden gesteld wat betekent dat Lanxess minder koelwater zal lozen en dat bijgevolg een groot deel van de bijkomende koelwaterlozing door de warmtekrachtcenrale van E.ON zal compenseerd worden. Als gevolg van de geplande uitbreiding neemt de verharde oppervlakte op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen toe. Er zal daardoor een beperkte bijkomende hoeveelheid hemelwater moeten afgevoerd worden. Aangezien met betrekking tot de afvoer van het bijkomende hemelwater rekening zal gehouden worden met de bepalingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater zal de impact op de afvoer van de ontvangende oppervlaktewateren (de Schelde en het kanaaldok B1) beperkt blijven.

19 Pagina 19 van 26 BE Milderende maatregelen Aangezien zowel de permanente als tijdelijke impact van de afvalwaterlozing van Bayer Antwerpen en E.ON op de oppervlaktewaterkwaliteit en (kwantiteit van de Schelde te verwaarlozen is en ook de impact van de koelwaterlozing op de watertemperatuur in de havendokken beperkt is, worden geen milderende maatregelen voorgesteld. 7.3 Bodem en grondwater Beschrijving van de referentiesituatie De ondergrond ter hoogte van Bayer Antwerpen is zandig. Op het terrein werd over een dikte van ca. 4 meter ophoogzand aangebracht. Bayer Antwerpen NV beschikt niet over een eigen grondwaterwinning en ook in de nabije omgeving komen geen grondwaterwinningen voor. Uit de verschillende bodemonderzoeken die reeds op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen werden uitgevoerd, blijkt dat er in de zone waar de warmtekrachtcentrale gebouwd zal worden een verontreiniging met nikkel aanwezig is in het grondwater Effectbeschrijving en beoordeling In het kader van de constructiewerkzaamheden werden een aantal effecten mogelijk relevant beschouwd: Grondverzet : de constructie van de installaties zal niet gepaard gaan met grote hoeveelheden grondverzet, gezien de infrastructuur voornamelijk bovengronds wordt voorzien. Het grondverzet zal conform de vigerende wetgeving gebeuren (VLAREBO, het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering en de bodembescherming. Er dient een grondonderzoek te worden uitgevoerd bij afvoer van meer dan 250 m³ ontgraven grond, wat in huidig geval niet wordt voorzien. Structuurwijziging is een verandering in de structuur (stapeling van bodemdeeltjes) van de bodem. In voorliggend geval is voornamelijk verdichting van belang als negatief effect op de bodem. Het projectgebied is echter een opgespoten terrein met een hoofdzakelijk zandige textuur. De ondergrond is dan ook weinig gevoelig voor verdichting. Rekening houdend met de bodembestemming, industriegebied, wordt eventuele verdichting als niet belangrijk beoordeeld. Profielwijziging: Bij het uitgraven van grond en bij inbreng van vreemde materialen in de bodem kan het oorspronkelijke bodemprofiel worden verstoord. Aangezien de uitgravingen plaatsvinden in opgespoten gronden zonder profielontwikkeling, wordt dit effect als verwaarloosbaar beoordeeld. Het bodemgebruik en de bodemgeschiktheid zullen niet wezenlijk veranderen door de realisatie van het project. Aantasting bodemhygiëne: tijdens de constructiefase kan accidentele bodemverontreiniging optreden ten gevolge van lekken in brandstofleidingen of morsverliezen van voornamelijk olie en/of brandstoffen tijdens het gebruik en het onderhoud van gebruikte machines. De kans dat er verontreinigde grond zal vrijkomen is klein, gezien er zich op ter hoogte van de locatie waar de warmtekrachtcentrale gebouwd zal worden geen grondverontreiniging bevindt. Indien de uitgegraven gronden toch verontreinigd blijken, zullen deze dienen te worden afgevoerd. In het kader van de exploitatiefase voor dit project is enkel aantasting van de bodemhygiëne en potentiële wijziging van de grondwaterkwaliteit relevant. Bodem( en/of grondwaterverontreiniging kan ontstaan ten gevolge van incidenten of lekken tijdens het productieproces, door lekken bij opslag, overslag of transport van producten, en door zure depositie. Hiertoe zijn een aantal kritische locaties van belang: productie(installaties, opslagplaatsen, laad( en losplaatsen. Er werden voor de diepere ondergrond geen effecten verwacht en/of besproken. De enige relevante bedrijfskritische locaties bij WKK(eenheden zijn de opslagtanks voor chemicaliën. De opslagfaciliteiten zullen aan de Vlarem(voorwaarden voldoen zodat het risico op bodem( en/of grondwaterverontreiniging zeer beperkt zal zijn.

20 Pagina 20 van 26 BE Milderende maatregelen Aangezien het project slechts een te verwaarlozen impact heeft op bodem en grondwater en geen relevant risico op bodem( en grondwaterverontreiniging inhoudt, dringen er zich geen specifieke milderende maatregelen op. 7.4 Geluid Beschrijving van de referentiesituatie Voor de beschrijving van de referentiesituatie of het huidige omgevingsgeluid wordt beroep gedaan op de resultaten van de langdurige geluidsimmissiemetingen uitgevoerd in het kader van het project(mer Uitbreiding nitrobenzeen( en anilineproductie en plaatsing back(up stoomketels van maart 2012 (PRMER(625(GK). In dit MER werden omgevingsmetingen uitgevoerd op twee locaties MP1 en MP2 gelegen langs de Scheldelaan. Rekening houdende met de ligging van de nieuwe warmtekrachtcentrale wordt MP2 als relevante meetlocatie weerhouden. De meetlocatie is gelegen langs de Scheldelaan ter hoogte van Fluxys ten noordwesten en op ca. 200 m afstand van de perceelsgrenzen van Bayer Antwerpen NV. De geluidsimmissiemeting werd uitgevoerd over een meetduur van 11 opeenvolgende dagen van 3 t/m 13 oktober Uit de vergelijking van het omgevingsgeluid met de milieukwaliteitsnormen kan algemeen gesteld worden dat het omgevingsgeluid op deze meetlocatie gedurende de week hoger ligt dan gedurende het weekend. Dit is voornamelijk te wijten aan het verkeersgeluid van de Scheldelaan. Omwille van dit verkeersgeluid wordt de dag( en avondnorm gedurende de week niet gehaald. Tijdens het weekend ligt het verkeersgeluid lager en wordt de dagnorm wel gehaald. Tijdens alle nachtperiodes wordt de milieukwaliteitsnorm wel gehaald Effectbeschrijving en beoordeling Bouwfase In de omgeving van de bouwwerf bevinden de dichtste woningen zich te Lillo op minstens m afstand. Rekening houdende met de ligging van deze dichtste woningen mag gesteld worden dat de geluidsbelasting daar t.g.v. de bouwwerken (exclusief heien) maximaal ca. 29 db(a) zal bedragen. Teneinde een indicatie te geven van de mogelijke geluidsimpact van de bouwwerken op deze dichtste woningen wordt het berekende immissieniveau vergeleken met de toepasselijke milieukwaliteitsnorm. Voor de dagperiode geldt een kwaliteitsnorm van 50 db(a) en voor de avond( en nachtperiode geldt een kwaliteitsnorm van 45 db(a). De geluidsbijdrage van de bouwwerken (ca. 29 db(a)) voldoet hiermee ruim aan de aanbevolen milieukwaliteitsnormen zodat hiermee eventuele geluidshinder kan uitgesloten worden. Heien Rekening houdende met een afstand van m tot de dichtste woningen van Lillo is het aangewezen om het geluidsvermogenniveau tijdens het heien te beperken tot maximaal ca. 125 db(a). In dat geval zou de equivalente geluidsbelasting tijdens het heien binnen de milieukwaliteistnorm van 50 db(a) voor de dagperiode blijven en kan eventuele hinder worden uitgesloten. Voor wat de trillingen betreft naar de dichtste woningen, worden geen problemen verwacht, zelfs niet wanneer met de meest trillingsbelastende methode, dit is met trilblok, zou worden geheid. De dichtste woningen van Lillo bevinden zich trouwens op minstens m afstand van de heiwerkzaamheden. Het maximale trillingsniveau t.g.v. de heiwerkzaamheden zal hier ruim onder de strengste streefwaarde van 0,10 mm/s liggen. Dit betekent dat trillingen niet meer voelbaar zijn en aldus trillingshinder kan uitgesloten worden.

21 Pagina 21 van 26 BE Exploitatiefase Voor de bepaling van het specifieke geluid van het project (continue geluid van de WKK) wordt gebruik gemaakt van het akoestische rekenmodel IMMI Met dit model wordt de geluidsoverdracht naar de onmiddellijke omgeving gesimuleerd waarbij met diverse invloeden rekening wordt gehouden (luchtabsorptie, bodeminvloed, afscherming, reflectie, enz.). Voor akoestische gegevens van de WKK wordt beroep gedaan op beschikbare informatie van de opdrachtgever en/of leverancier van de WKK. Voor de geluidsmodellering van de geplande WKK worden de volgende geluidsbronnen in beschouwing genomen: gasturbine, luchtinlaat van de gasturbine, gas diffusor, stoomketel of warmterecuperatieketel, schoorsteenuitlaat, stoomturbine, transformator gasturbine en stoomturbine, gasreductiestation, stoomleidingen en kleppen. De geplande WKK wordt uitgerust met geluidsbeperkende voorzieningen, met name: geluidsdichte omkasting voor de gasturbine, geluidsdempers voor de luchtaanzuig en afvoer van de gasturbine, geluidsdempers voor de ventilatie van de gas( en stoomturbine en gebouw voor de stoomturbine. Het specifieke geluid van de geplande WKK wordt bepaald en beoordeeld op 200 m afstand van de perceelsgrenzen van Bayer Antwerpen NV volgens de geluidsvoorwaarden die van toepassing zijn voor nieuwe inrichtingen. Er worden twee evaluatiepunten weerhouden (EP2 en EP3) die gelegen zijn ten westen en ten noorden van de WKK op 200 m afstand van de perceelsgrenzen van Bayer Antwerpen NV. Het berekende specifieke geluid in de evaluatiepuinten EP2 en EP3 bedraagt respectievelijk 35,5 db(a) en 38,5 db(a). Rekening houdende met een nachtnorm van rspectievelijk 40 db(a) voor EP2 en 45 db(a) voor EP3 kan gesteld worden dat de specifieke geluidshbijdrage van de geplande WKK binnen de Vlarem(normen ligt. Het feit dat de installaties van Bayer Antwerpen NV bestaan uit een geheel van bestaande inrichtingen (vergund vóór 01/01/1993) en nieuwe inrichtingen (vergund na 01/01/1993) dient ook de totale specifieke geluidsbijdrage van alle nieuwe inrichtingen van Bayer Antwerpen NV binnen de Vlarem(normen te blijven. Voor de berekening van het totale specifieke geluid van alle nieuwe inrichtingen wordt gesteund op de eerder opgemaakte MER s voor Bayer Antwerpen NV. Het totale specifieke geluid van alle nieuwe inrichtingen wordt berekend in dezelfde evaluatuiepunten EP2 en EP3 waar de specifieke geluidsbijdrage van de geplande WKK het hoogst zal zijn. Het totale specifieke geluid van alle nieuwe inrichtingen (inclusief het specifieke geluid van de geplande WKK) bedraagt respectievelijk 40 db(a) in EP2 en 41,8 db(a) in EP3. Rekening houdende met een nachtnorm van respectievelijk 40 db(a) voor EP2 en 45 db(a) voor EP3 kan gesteld worden dat de totale specifieke geluidsbijdrage van alle nieuwe inrichtingen (inclusief het specifieke geluid van de geplande WKK) binnen de Vlarem(normen blijft. Voor de beschrijving van de geluidsimpact van de geplande WKK wordt evaluatiepunt EP2 (= meetpunt MP2) weerhouden waar het oorspronkelijke omgevingsgeluid werd opgemeten. Rekening houdende met het weerhouden significantiekader voor industriegeluid krijgt het project een eindbeoordeling 0 wat wil zeggen dat de geluidsemissie van de geplande WKK een verwaarloosbare invloed heeft op het omgevingsgeluid Milderende maatregelen De akoestische dimensionering van de geplande WKK is gebaseerd op geluidsvermogenniveaus die door de leverancier ter beschikking zijn gesteld. De geluidsvermogenniveaus houden rekening met geluidsbeperkende voorzieningen waarmee de WKK zal worden uitgerust en zijn uiterste waarden die in deze fase van het project kunnen worden gegarandeerd door de leveranciers van de gas( en stoomturbines. De geluidsbeperkende voorzieningen zijn: geluidsdichte omkasting voor de gasturbine; geluidsdempers voor de luchtaanzuig en afvoer van de gasturbine; geluidsdempers voor de ventilatie van de gas( en stoomturbine; gebouw voor de stoomturbine. Bij de realisatie van het project is het belangrijk dat de geluidsvermogenniveaus zoals vermeld in dit MER worden aangehouden alsook de layout van de WKK vermits installaties en/of gebouwen van de WKK fungeren als afschermende en/of reflecterende objecten. In geval bij de verdere ontwikkeling van het ontwerp belangrijke verschillen zouden

22 Pagina 22 van 26 BE voorkomen t.o.v. van de in dit MER gemodelleerde akoestische situatie en die een impact zouden kunnen hebben op de globale geluidsemissie dan is het aangewezen om de wijzigingen te verifiëren met het akoestisch model van dit MER. Wanneer rekening wordt gehouden met het akoestisch ontwerp van de WKK zoals beschreven in dit MER dan mag ervan uitgegaan worden dat geen extra maatregelen noodzakelijk zijn. Opmerking: Bij de beoordeling van het totale geluid van alle nieuwe inrichtingen (inclusief het specifieke geluid van de geplande WKK) komen we in evaluatiepunt EP2 op de rand van de 40 db(a)(grenswaarde. Dit betekent dat er momenteel geen geluidsruimte meer zou zijn voor nieuwe inrichtingen. Naast het specifieke geluid van de geplande WKK wordt het geluid van de nieuwe inrichtingen hoofdzakelijk bepaald door de uitbreidingen tussen 1993 en Het feit dat het specifieke van deze uitbreidingen destijds (in het MER van 2000) op een indicatieve manier werd bepaald, zal Bayer het initiatief nemen om nieuwe en nauwkeurigere berekeningen te laten uitvoeren voor deze uitbreidingen volgens de voorgeschreven methodieken van het MER(richtlijnenboek voor geluid en trillingen. 7.5 Fauna en flora Beschrijving van de referentiesituatie Voor de discipline fauna en flora zijn de volgende gebieden aandachtsgebieden met betrekking tot de bespreking van de effecten: VEN(gebied (Vlaams Economisch Netwerk) De Kuifeend op ca. 1,75 km ten O; VEN(gebied Slikken en schorren langsheen de Schelde, ten westen, op ca. 600 m ten ZW aan de overzijde van de Scheldelaan. Het Galgenschoor, op 2 km ten NW, maakt hier deel van uit; Habitatrichtlijngebied Schelde en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent, ten westen aan de overzijde van de Scheldelaan op ca. 600 m ten ZW. Het Galgenschoor maakt hier deel van uit; Vogelrichtlijngebied De Kuifeend en de Blokkersdijk, op ca. 1,75 km ten O; Vogelrichtlijngebied Schorren en polders van de Beneden(Schelde, ten westen, op ca. 1,5 km ten ZW, aan de overzijde van de Schelde. Het Galgenschoor maakt hier deel van uit. Estuaria zijn biologisch zeer rijke ecosystemen met een grote diversiteit aan organismen. Estuaria zijn ook zeer productief met een groot voedselaanbod. De getijdengebieden bezitten een grote waarde voor heel wat vogelsoorten. Het Galgenschoor is een schorrengebied dat op de biologische waarderingskaart wordt aangeduid als biologisch zeer waardevol. Er komen relatief soortenarme plantengemeenschappen voor met dominantie van één soort. Dergelijke habitats zijn uiterst zeldzaam in Vlaanderen. Het gebied is ook van grote waarde voor verschillende vogelsoorten. De Kuifeend is een complex van ornithologisch waardevolle gebieden. Er komen 220 vogelsoorten voor waaronder 85 broedvogelsoorten Effectbeschrijving en +beoordeling De effecten die in het kader van het project relevant kunnen zijn, zijn: biotoopverlies tijdens de constructiefase; fyto(toxiciteit)/verzuring door gasvormige emissies; toxiciteit voor aquatische organismen ten gevolge van lozingen; rustverstoring door geluidsemissies, verlichting. De warmtekrachtcentrale wordt ingeplant binnen het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV. Aangezien hier geen belangrijke natuurwaarden voorkomen, zal er geen relevant ecotoop( of biotoopverlies optreden.

23 Pagina 23 van 26 BE De bijdrage van de gasvormige emissies van Bayer Antwerpen en E.ON tot de kwaliteit van de omgevingslucht is zowel in de huidige situatie als na de geplande uitbreiding voor alle relevante geëmitteerde componenten zeer beperkt en zal geen aanleiding tot directe schadelijke effecten op planten of cultuurgewassen. Er worden ook geen relevante verzuringseffecten verwacht ten gevolge van de emissie van NO x en SO 2. Zoogdieren kunnen voor de effectbeoordeling gelijk gesteld worden aan de mens. De luchtkwaliteitsdoelstellingen die van toepassing zijn, zijn immers gebaseerd op chronische toxiciteit voor dieren. Er wordt hiervoor dan ook naar de discipline mens verwezen. Ook via de lozing van afvalwater en koelwater worden geen relevante nadelige effecten op aquatische organismen verwacht. Daarvoor is de impact van de lozing van afvalwater op de waterkwaliteit van de Schelde en de impact van de lozing van het koelwater op de watertemperatuur in de havendokken te beperkt. Rustverstoring is vooral relevant tijdens de exploitatiefase. De Schelde(oevers ten westen van de warmtekrachtcentrale zijn in de huidige situatie beperkt akoestisch verstoord en gevoelig voor akoestische verstoring van avifauna. Er komen een aantal vogelsoorten voor die gevoelig tot zeer gevoelig zijn voor akoestische verstoring. De verhoging van het huidige omgevingsgeluid ter hoogte van de Schelde(oevers als gevolg van de warmtekrachtcentrale is echter te verwaarlozen en zal bijgevolg geen aanleiding geven tot akoestische verstoring van avifauna. De nieuwe installaties worden te midden van bestaande installaties in industriegebied ingeplant en zullen geen aanleiding geven tot verstoring door verlichting. Aangezien in de effectbeschrijving( en beoordeling wordt aangetoond dat het geplande project geen aanzienlijke negatieve effecten zal hebben in de nabijgelegen speciale bechermingszones (SBZ(H Schelde en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent, SBZ(V De Kuifeend en de Blokkersdijk en SBZ(V Schorren en polders van de Beneden( Schelde), is het niet noodzakelijk om een passende beoordeling in het MER op te nemen Milderende maatregelen Aangezien de impact van het project voor alle bestudeerde effecten binnen de discipline fauna en flora beperkt tot zeer beperkt is, worden geen milderende maatregelen voorgesteld. 7.6 Mens Beschrijving van de referentiesituatie De warmtekrachtcentrale van E.ON wordt ingeplant op het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen NV. Bayer Antwerpen NV is gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen, aan de Scheldelaan. Het bedrijf ligt midden in het Antwerpse havengebied, ter hoogte van Lillo op de rechter Scheldeoever, op ongeveer 9 km ten noordwesten van het stadsgedeelte van Antwerpen. De noordelijke grens van het bedrijfsterrein van Bayer Antwerpen, wordt gevormd door de verbindingsweg naar de Lillobrug en de Tijsmanstunnel met daarachter Evonik. Ten zuiden bevindt zich het bedrijf VOPAK en een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen (Wijtvliet). Het industriegebied waarin Bayer Antwerpen NV vrij centraal gelegen is, wordt omringd door woonzones, agrarische gebieden en natuurgebieden. Tot de woonzones behoren Antwerpen stad, randgemeenten, uitlopers en enkele geïsoleerde woonkernen, alsook een aantal poldergemeenten op de linker( en rechter Scheldeoever (o.a. Doel, Stabroek en Berendrecht). De agrarische gebieden bevinden zich voornamelijk in westelijke en noordoostelijke richting, de natuurgebieden bevinden zich verspreid rondom het Antwerpse Havengebied en langs de Schelde. De belangrijkste woonkernen/bewoning in een straal van 5 km van de site zijn: Lillo ca m ten NW Doel ca m ten NW Stabroek ca m ten NO Berendrecht ca m ten N

Hervergunning en verandering van Bayer Antwerpen

Hervergunning en verandering van Bayer Antwerpen Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8, 1000 BRUSSEL

Nadere informatie

SGS EcoCare. A division of SGS Environmental Services NV MILIEU-EFFECTRAPPORT. voor een

SGS EcoCare. A division of SGS Environmental Services NV MILIEU-EFFECTRAPPORT. voor een abc Zetel Antwerpen SGS EcoCare A division of SGS Environmental Services NV Haven 407 Polderdijkweg 16 B-2030 Antwerpen Tel : +32 (0) 3 545 87 50 Fax : +32 (0) 3 545 87 69 be_environment@sgs.com http://www.sgsecocare.be

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Goedkeuring milieueffectrapport. Project: MER Prayon te Ruisbroek. Initiatiefnemer: Prayon NV Gansbroekstraat Ruisbroek

Project-MER-Verslag. Goedkeuring milieueffectrapport. Project: MER Prayon te Ruisbroek. Initiatiefnemer: Prayon NV Gansbroekstraat Ruisbroek !"# $"""%&'(( )"!*++,-#"-./0)"!*++,-#"-.+ Project-MER-Verslag Goedkeuring milieueffectrapport Project: MER Prayon te Ruisbroek Initiatiefnemer: Prayon NV Gansbroekstraat 31 2870 Ruisbroek 6 augustus 2007

Nadere informatie

AFDELING VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES

AFDELING VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES p.1/5 AFDELING 5.43.3. VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES Art. 5.43.3.1. 1. In afwijking van de algemene emissiegrenswaarden, bepaald in hoofdstuk 4.4, moeten

Nadere informatie

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuringsverslag

Nadere informatie

Wijzigingen emissienormen

Wijzigingen emissienormen Inleiding Vlaremtrein Wijzigingen emissienormen Een overzicht door Brenda Mariën publicatie in BS: 7 januari 009 in werking op maart 009 wijzigingen Verschillende rubrieken Vergunningsvoorwaarden: o.a.

Nadere informatie

Goedkeuring milieueffectrapport. Kerncentrale van Doel hernieuwing van de Vlarem-vergunning

Goedkeuring milieueffectrapport. Kerncentrale van Doel hernieuwing van de Vlarem-vergunning Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuring

Nadere informatie

Corus in IJmuiden TRUST. Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst

Corus in IJmuiden TRUST. Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst Corus in IJmuiden TRUST Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst TRUST Tata Power - corus - Tata Steel Corus in IJmuiden is van plan de komende jaren een nieuwe warmtekrachtcentrale

Nadere informatie

Renogen biomassa-wkk te Ham

Renogen biomassa-wkk te Ham Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuring

Nadere informatie

Ontbossing en bouw en exploitatie van een nieuwe elektriciteitscentrale van Electrabel op de terreinen van Arcelor Gent te Gent

Ontbossing en bouw en exploitatie van een nieuwe elektriciteitscentrale van Electrabel op de terreinen van Arcelor Gent te Gent Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER verslag Goedkeuring milieueffectrapport

Nadere informatie

Afbeelding 2.1. Locatie Aviko en nabijgelegen Natura 2000-gebied Rijntakken

Afbeelding 2.1. Locatie Aviko en nabijgelegen Natura 2000-gebied Rijntakken Afbeelding 2.1. Locatie Aviko en nabijgelegen Natura 2000-gebied Rijntakken De blauwe delen in afbeelding 2.1 zijn Vogelrichtlijngebied. De groene delen in afbeelding 2.1 zijn Vogelrichtlijngebied en Habitatrichtlijngebied.

Nadere informatie

Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest

Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest Middels dit bezwaarschrift wens ik bezwaar in te dienen tegen de voormelde milieuvergunningsaanvraag op gronde van volgende

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Bouw van een WKK-eenheid bij Lanxess Rubber NV. Initiatiefnemer: Electrabel NV Regentlaan 8 1000 Brussel

Project-MER-Verslag. Bouw van een WKK-eenheid bij Lanxess Rubber NV. Initiatiefnemer: Electrabel NV Regentlaan 8 1000 Brussel Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag Goedkeuring milieueffectrapport

Nadere informatie

Project-m.e.r.-screening

Project-m.e.r.-screening Project-m.e.r.-screening Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad straat en nummer postnummer en gemeente LNE-MER-01-120913 In te vullen door de behandelende afdeling

Nadere informatie

16. NIET TECHNISCHE SAMENVATTING

16. NIET TECHNISCHE SAMENVATTING 16. NIET TECHNISCHE SAMENVATTING SGS Belgium N.V. DECEMBER 2011 Hoofdstuk 16 : Niet technische samenvatting p. 1/8 16.1 Beknopte projectbeschrijving De centrale te Drogenbos is een aardgasgestookte STEG-installatie

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding, wijziging en hernieuwing van het gemengd veeteeltbedrijf Danny Delcroix

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding, wijziging en hernieuwing van het gemengd veeteeltbedrijf Danny Delcroix Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Infomoment Verapazbrug

Infomoment Verapazbrug Infomoment Verapazbrug Toelichting kennisgevingsnota project-mer 08 december 2015 P/A BOVA ENVIRO+ NV WELLINGSTRAAT 102 9070 DESTELBERGEN Tel.: + 32 9 328 11 40 - Fax: + 32 9 328 11 50 Inhoud Mer: wat

Nadere informatie

Monsanto: MER voor diverse uitbreidingsprojecten

Monsanto: MER voor diverse uitbreidingsprojecten Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Richtlijnen

Nadere informatie

emissie broeikasgassen

emissie broeikasgassen Eco-efficiëntie van de industrie D index (=1) 12 11 1 9 8 7 6 5 21 22 23 24 26 27 26 bruto toegevoegde waarde totaal energiegebruik emissie fijn stof (M 2,5 ) emissie broeikasgassen emissie ozonprecursoren

Nadere informatie

RUP SION. Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. bijlage 5: aanvullende watertoets. stad Lier. 04 mei 2011

RUP SION. Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. bijlage 5: aanvullende watertoets. stad Lier. 04 mei 2011 RUP SION bijlage 5: aanvullende watertoets Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan stad Lier 04 mei 2011 RUP SION LIER BIJLAGE 5 aanvullende watertoets dd. 04.05.2011 PAGINA 2 / 10 Inhoud 1. Inleiding

Nadere informatie

de omgevingsvergunning partim milieu

de omgevingsvergunning partim milieu de omgevingsvergunning partim milieu inleiding toepassingsgebied gevraagde informatie behandeling aanvraag slotbemerkingen inleiding fusie van twee werelden : stedenbouw en milieu blind getrouwd uitdagingen,

Nadere informatie

MLAV1/ /MV/lydr.

MLAV1/ /MV/lydr. /MV/lydr. OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. BAYER ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF (MILIEUTECHNISCHE EENHEID XIV - KRACHTCENTRALE MIDDEN), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 507 -

Nadere informatie

In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon.

In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon. 12. Vergunningen. In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon. Er zijn 3 type vergunningen : 1. Stedebouwkundige vergunning (bouwvergunning)

Nadere informatie

AMV/ /1024. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;

AMV/ /1024. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd; AMV/0002636/1024 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 4.2.1.3, 3, van titel 11 van het VLAREM ingediend door

Nadere informatie

Individuele kleinschalige Afvalwaterzuiveringsinstallatie (IBA):

Individuele kleinschalige Afvalwaterzuiveringsinstallatie (IBA): Walweinstraat 20 - B-8000 Brugge open van maandag tot en met vrijdag 8u30-12u00 en 14u00-16u00 en op di. tot 18u00 Dossiernummer:. Individuele kleinschalige Afvalwaterzuiveringsinstallatie (IBA): Voorwaarden

Nadere informatie

van 11 december 2007

van 11 december 2007 Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 19 B - 1000 BRUSSEL e-mail : info@vreg.be tel. : +32 2 553 13 53 fax : +32 2 553 13

Nadere informatie

Het project betreft het plaatsen van windturbines in het industrieterrein Skaldenpark

Het project betreft het plaatsen van windturbines in het industrieterrein Skaldenpark Pagina 5 van het Mer rapport Situering en korte schets van het project Het project betreft het plaatsen van windturbines in het industrieterrein Skaldenpark In Skaldenpark worden 8 windturbines ingeplant.

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs

Nadere informatie

onderzoek stikstofdepositie vergunningaanvraag Aviko Steenderen nieuwe vrieshuis Aviko STE56-15 STE56-15/ ir. E.H. Voors P.

onderzoek stikstofdepositie vergunningaanvraag Aviko Steenderen nieuwe vrieshuis Aviko STE56-15 STE56-15/ ir. E.H. Voors P. notitie Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 Postbus 233 7400 AE Deventer 0570 69 79 11 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt door onderzoek stikstofdepositie

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER

Ontheffing tot het opstellen van een MER Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid, Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing

Nadere informatie

HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT?

HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT? HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT? 1. Wat is een milieueffectrapport? Er wordt een bepaald project of plan opgevat in uw gemeente. De uitvoering daarvan zal mogelijk effecten

Nadere informatie

Richtlijnen voor het Project-MER Oiltanking AGT

Richtlijnen voor het Project-MER Oiltanking AGT Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 e-mail: mer@vlaanderen.be

Nadere informatie

Hervergunning en verandering van een attractiepark

Hervergunning en verandering van een attractiepark Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8, 1000 BRUSSEL

Nadere informatie

AMV/ /1 048/C. De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,

AMV/ /1 048/C. De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, VLAAMSE REGERING AMV/0004896/1 048/C Besluit van de Vlaamse Minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.20.2.2, 1, van titel 11 van het VLAREM,

Nadere informatie

Rapportage in opdracht van Bio Forte BV De effecten van de uitstoot van stof en NOx bioenergieinstallatie van Bio Forte BV te Zeist Versie 2

Rapportage in opdracht van Bio Forte BV De effecten van de uitstoot van stof en NOx bioenergieinstallatie van Bio Forte BV te Zeist Versie 2 Rapportage in opdracht van Bio Forte BV De effecten van de uitstoot van stof en NOx bioenergieinstallatie van Bio Forte BV te Zeist Versie 2 Ir. J. Koppejan (Procede Biomass BV) Enschede, 30 augustus 2016

Nadere informatie

PROJECT MER HERVERGUNNING

PROJECT MER HERVERGUNNING ArcelorMittal Genk FCS XIII NIET TECHNISCHE SAMENVATTING p. XIII.1 1. BEKNOPTE BESCHRIJVING VAN DE INRICHTING Het bedrijf ArcelorMittal Genk FCS is een bedrijf van ArcelorMittal Belgium NV. ArcelorMittal

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Verdere exploitatie van elektriciteitscentrale Langerbrugge

Project-MER-Verslag. Verdere exploitatie van elektriciteitscentrale Langerbrugge Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag Goedkeuring milieueffectrapport

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Productie en bewerking van glas AGC Glass Europe NV in Mol Hervergunning en uitbreiding/wijziging

Scopingsadvies Project-MER Productie en bewerking van glas AGC Glass Europe NV in Mol Hervergunning en uitbreiding/wijziging Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /MV-ES. BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV LANXESS MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF

Nadere informatie

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN.

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN. Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /gvda. BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37011/206/2/A/1 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens

Nadere informatie

WINDENERGIEPROJECT Zulte - Leiekanaal

WINDENERGIEPROJECT Zulte - Leiekanaal WINDENERGIEPROJECT Zulte - Leiekanaal Wat en waar? - Windpark van 4 windturbines - Maximaal vermogen van 2.3 MW elk (9,2 MW) - Alle windturbines zijn gelegen op het grondgebied van de gemeente Zulte -

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 april 2015

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 april 2015 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 april 2015 Besluit GOEDGEKEURD B-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Bart De Wever, burgemeester

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

...1) Vlaarnse Regering ~ AMV/ /1002

...1) Vlaarnse Regering ~ AMV/ /1002 ...1) Vlaarnse Regering ~ AMV/00062161/1002 Besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.17.2.1, 3, eerste zin, van

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Regularisatie en uitbreiding van kippenslachterij Nollens NV te Kruishoutem

Scopingsadvies Project-MER Regularisatie en uitbreiding van kippenslachterij Nollens NV te Kruishoutem Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Project: Uitbreiding van de PTA2- en PTA3-eenheid te Geel. Initiatiefnemer: BP Chembel NV Amocolaan GEEL

Project-MER-Verslag. Project: Uitbreiding van de PTA2- en PTA3-eenheid te Geel. Initiatiefnemer: BP Chembel NV Amocolaan GEEL administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, cel Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75

Nadere informatie

INFORMATIEVERGADERING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG. Biomassa Conversie Project E.ON Centrale Langerlo

INFORMATIEVERGADERING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG. Biomassa Conversie Project E.ON Centrale Langerlo INFORMATIEVERGADERING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG Biomassa Conversie Project E.ON Centrale Langerlo Genk, 6 september 2012 AGENDA 1) Welkom en introducties 2) Korte animatie 3) Context 4) Langerlo Biomassa

Nadere informatie

Verzoek tot ontheffing van het opstellen van een project-mer: Ontheffingsbeslissing. Project:

Verzoek tot ontheffing van het opstellen van een project-mer: Ontheffingsbeslissing. Project: Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 BRUSSEL Tel. (02)553 80 79 - Fax (02)553 80 75 www.mervlaanderen.be Verzoek tot ontheffing van

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLAV1-2012-0152/SAPI/kadc/AG BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN NV BAYER ANTWERPEN MET BETREKKING

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING 1 PROCEDURE De initiatiefnemer voor het opstellen van het milieueffectrapport is het bedrijf BASF Antwerpen NV, gevestigd aan de Scheldelaan 800, Haven 726 te 2040 Antwerpen.

Nadere informatie

Uitbreiding olieopslagterminal VOPAK te Rotterdam Europoort Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Uitbreiding olieopslagterminal VOPAK te Rotterdam Europoort Toetsingsadvies over het milieueffectrapport Uitbreiding olieopslagterminal VOPAK te Rotterdam Europoort Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 18 mei 2009 / rapportnummer 2054-74 1. OORDEEL OVER HET MER Vopak Terminal Europoort B.V. (verder

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Project: Twee nieuwe productie-installaties (waterstofperoxide en propyleenoxide) op de site van BASF Antwerpen N.V.

Project-MER-Verslag. Project: Twee nieuwe productie-installaties (waterstofperoxide en propyleenoxide) op de site van BASF Antwerpen N.V. administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, cel Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; MLVER/0300000006/gvda - ak OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN 2. De bestendige deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 15 april 2008

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 15 april 2008 Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 19 B - 1000 BRUSSEL e-mail : info@vreg.be tel. : +32 2 553 13 53 fax : +32 2 553 13

Nadere informatie

Varkensbedrijf Kodeva te Torhout

Varkensbedrijf Kodeva te Torhout Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

ASPIRAVI. Project E403 Lichtervelde en Wingene

ASPIRAVI. Project E403 Lichtervelde en Wingene ASPIRAVI Project E403 Lichtervelde en Wingene Groei naar een duurzame samenleving Europese doelstelling tegen de opwarming van het klimaat : 20-20-20 tegen 2020 : 20% minder CO 2 uitstoot 20% minder energie

Nadere informatie

Info avond samen slim ondernemen Omgevingsproject Tomco BVBA

Info avond samen slim ondernemen Omgevingsproject Tomco BVBA www.sbb.be samen slim ondernemen Info avond Omgevingsproject Tomco BVBA Inhoudstafel: Omgevingsproject Tomco BVBA 1. Voorstelling bedrijf 2. Milieuluik 3. Stedenbouwkundig luik 1. Voorstelling bedrijf

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. MER voor de hervergunning van de elektriciteitscentrale Ringvaart van EDF LUMINUS NV te Gent

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. MER voor de hervergunning van de elektriciteitscentrale Ringvaart van EDF LUMINUS NV te Gent NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER voor de hervergunning van de elektriciteitscentrale Ringvaart van EDF LUMINUS NV te Gent Opdrachtgever: Studiebureau: EDF LUMINUS NV - Ringvaart SGS Belgium NV Buitenring

Nadere informatie

ASPIRAVI. Project Brecht E19 uitbreiding

ASPIRAVI. Project Brecht E19 uitbreiding ASPIRAVI Project Brecht E19 uitbreiding Groei naar een duurzame samenleving Europese doelstelling tegen de opwarming van het klimaat : 20-20-20 tegen 2020 : 20% minder CO 2 uitstoot 20% minder energie

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, leden Frans Van Gaeveren toegevoegd lid referte betreft

Nadere informatie

Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier. MER-forum 10 juni 2004

Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier. MER-forum 10 juni 2004 Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier MER-forum 10 juni 2004 Inleiding MER-forum 10 juni 2004 Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgeving (project-m.e.r.) Inhoud van de

Nadere informatie

Figurenbundel. MER voor een nieuwe Fysicochemische installatie en uitbreiding van de Deponie. Oktober

Figurenbundel. MER voor een nieuwe Fysicochemische installatie en uitbreiding van de Deponie. Oktober Figurenbundel MER voor een nieuwe Fysicochemische installatie en uitbreiding van de Deponie Oktober 2010 www.erm.com MER DEFINITIEVE VERSIE Indaver NV OntwerpMER Indaver MER voor een nieuwe Fysicochemische

Nadere informatie

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE B

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE B ONDERWERP Luchtkwaliteitsonderzoek REC Harlingen storing 6 oktober 2018 DATUM 2 november 2018 PROJECTNUMMER C05055.000169 ONZE REFERENTIE 083701871 B VAN ing. A. (Abdu) Boukich AAN Omrin 1. Inleiding Op

Nadere informatie

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14 PROVINCIE LIMBURG 63-34001 STAD TONGEREN BIJZONDER PLAN VAN AANLEG "ZONEVREEMDE TERREINEN EN GEBOUWEN VOOR SPORT-, RECREATIE- EN JEUGDACTIVITEITEN" 10 - Honden Sport Club Tongeren Opgesteld volgens artikel

Nadere informatie

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14 PROVINCIE LIMBURG 63-34001 STAD TONGEREN BIJZONDER PLAN VAN AANLEG "ZONEVREEMDE TERREINEN EN GEBOUWEN VOOR SPORT-, RECREATIE- EN JEUGDACTIVITEITEN" Opgesteld volgens artikel 14 van het decreet betreffende

Nadere informatie

Uitbreiding van de Hydrocrackerinstallatie

Uitbreiding van de Hydrocrackerinstallatie Uitbreiding van de Hydrocrackerinstallatie ExxonMobil Raffinaderij Rotterdam Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 29 april 2015 / rapportnummer 2964 40 1. Oordeel over het milieueffectrapport

Nadere informatie

Nieuwe elektriciteitscentrale van T-Power NV te Tessenderlo

Nieuwe elektriciteitscentrale van T-Power NV te Tessenderlo Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER verslag Goedkeuring milieueffectrapport

Nadere informatie

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 maart 2005

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 maart 2005 Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt North Plaza B Koning Albert II-laan 7 B-1210 Brussel Tel. +32 2 553 13 79 Fax +32 2 553 13 50 Email: info@vreg.be Web: www.vreg.be Beslissing

Nadere informatie

IJmuiden, 16 oktober 2014

IJmuiden, 16 oktober 2014 IJmuiden, 16 oktober 2014 Betreft : Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het wijzigen van de vergunning van Harsco door het veranderen van de werkwijze met betrekking tot de afhandeling van ROZA-slak.

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Modernisering van het Albertkanaal tussen de Noorderlaanbrug en de sluis van Wijnegem

Scopingsadvies Project-MER Modernisering van het Albertkanaal tussen de Noorderlaanbrug en de sluis van Wijnegem Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = " " AMV/ /1009

Vlaamse Regering.::sm~~= '~ =   AMV/ /1009 ,n,- " " Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = AMV/0002414/1009 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 6.2.2.1.2, 1, artikel

Nadere informatie

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren TOELICHTING op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren Inleiding Door de raad van de toenmalige gemeente Nederhorst den Berg, welke tegenwoordig

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van een slachtkuikenbedrijf. Aerts Kristof te Beerse

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van een slachtkuikenbedrijf. Aerts Kristof te Beerse Vlaamse Overheid Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding productie Brouwerij Duvel-Moortgat te Breendonk (Puurs)

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding productie Brouwerij Duvel-Moortgat te Breendonk (Puurs) Vlaamse Overheid Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage bus 8 T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding productie

Nadere informatie

Hervergunning en uitbreiding van Campine NV en Campine Recycling NV in Beerse

Hervergunning en uitbreiding van Campine NV en Campine Recycling NV in Beerse Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE

Nadere informatie

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Overzicht presentatie Luchtkwaliteit getoetst aan de normen Impact van deze luchtkwaliteit op onze gezondheid Bespreking van stikstofdioxide en fijn stof De nieuwste

Nadere informatie

BETEKENIS VAN HET AFKOPPELINGSBELEID VOOR P-BEDRIJVEN NA DE RECENTE AANPASSING VAN 4 JULI 2003

BETEKENIS VAN HET AFKOPPELINGSBELEID VOOR P-BEDRIJVEN NA DE RECENTE AANPASSING VAN 4 JULI 2003 Nieuwsbrief Milieu & Bedrijf, september 2003 (Kluwer) M. Vande Woestyne & S. Deboosere, Trevi nv mvandewoestyne@trevi-env.com www.trevi-env.com BETEKENIS VAN HET AFKOPPELINGSBELEID VOOR P-BEDRIJVEN NA

Nadere informatie

Eurotank Amsterdam BV Aanvraag omgevingsvergunning (bouw) Inkoopstation elektriciteit terminaldeel Octaanweg

Eurotank Amsterdam BV Aanvraag omgevingsvergunning (bouw) Inkoopstation elektriciteit terminaldeel Octaanweg Eurotank Amsterdam BV Aanvraag omgevingsvergunning (bouw) Inkoopstation elektriciteit terminaldeel Octaanweg 10 mei 2016 Steller: F. Blaauw Versie 1.0 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING Eurotank Amsterdam B.V.

Nadere informatie

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wnb hfdst 2 gebieden Artikel 1.13, artikel 2.7 lid 2 en 3 en artikel 2.8 lid 3 en 9 Wet natuurbescherming en artikel 2.7 Besluit natuurbescherming

Nadere informatie

Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen

Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen Zitting van 24 mei 2007. Gepubliceerd op 29 mei 2007. Artikel 1. Definities - dakoppervlakte: de oppervlakte

Nadere informatie

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 Memo Aan Port of Rotterdam, T.a.v. de heer P. Zivojnovic, Postbus 6622, 3002 AP ROTTERDAM Datum Van Johan Valstar, Annemieke Marsman Aantal pagina's 5 Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 E-mail johan.valstar

Nadere informatie

Terinzagelegging Kennisgeving voor MER Eurostadium 25 augustus Karen Polfliet Arcadis Belgium

Terinzagelegging Kennisgeving voor MER Eurostadium 25 augustus Karen Polfliet Arcadis Belgium Terinzagelegging Kennisgeving voor MER Eurostadium 25 augustus 2015 Karen Polfliet Arcadis Belgium Inhoud: - MER plicht en - procedure - Inhoud van de kennisgeving - Aspecten van het MER-onderzoek - Inspraakmogelijkheden

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT BIJLAGE 3. Meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een andere exploitant (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

Nadere informatie

Niet technische samenvatting Project - MER

Niet technische samenvatting Project - MER Niet technische samenvatting Project - MER Uitbreiding opslagterminal Vopak Chemical VOPAL CHEMICAL TERMINALS BELGIUM NV VOPAK TERMINAL ACS HAVEN 503 SCHELDELAAN 410 2040 ANTWERPEN UITGAVE : OKTOBER 2008

Nadere informatie

SCREENING VAN DE PLAN-MER-PLICHT GEÏNTEGREERD ADVIES

SCREENING VAN DE PLAN-MER-PLICHT GEÏNTEGREERD ADVIES SCREENING VAN DE PLAN-MER-PLICHT GEÏNTEGREERD ADVIES Planologisch attest Scheys beton N.V. 30/09/2015 Titel Opdrachtgever Contactpersoon opdrachtgever Opdrachtnemer Plan-MER-screening Planologisch attest

Nadere informatie

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A ONDERWERP Luchtkwaliteitsonderzoek REC Harlingen storing 12 november 2018 DATUM 20 november 2018 PROJECTNUMMER C05055.000169 ONZE REFERENTIE 083725337 A VAN ing. A. (Abdu) Boukich AAN Omrin Inleiding Op

Nadere informatie

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Geert Pillu Adviesverlener LNE afdeling Milieuvergunningen Brugge Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Kennis

Nadere informatie

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING...1 2. ADVIES VAN DE COMMISSIE OVER DE M.E.R.-BEOORDELING...2 2.1

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Definities

Hoofdstuk 1: Definities OPGELET: De Vlaamse Regering heeft op 5 juli 2013 deze nieuwe verordening hemelwater definitief goedgekeurd. Het besluit treedt in werking op 1 januari 2014. Hieronder vindt u de tekst die van toepassing

Nadere informatie

MER Groeve. Bijlagen ARGEX NV PRO726. Kruibeeksesteenweg BURCHT (ZWIJNDRECHT)

MER Groeve. Bijlagen ARGEX NV PRO726. Kruibeeksesteenweg BURCHT (ZWIJNDRECHT) ARGEX NV Kruibeeksesteenweg 162 2070 BURCHT (ZWIJNDRECHT) MER Groeve PRO726 2013 Maastrichtersteenweg 210, 3500 Hasselt Tel: 011/22.32.40 Fax: 011/23.46.70 Industrieweg 118 bus 4, 9032 Gent Tel: 09/216.80.00

Nadere informatie

Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V.

Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V. REPORT Weesp, The Netherlands Health, Safety & Environment Issue Date: 19 mei 2016 Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V. COPYRIGHT AND PROPERTY ABBOTT HEALTHCARE PRODUCTS

Nadere informatie

van 13 november 2007

van 13 november 2007 Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 19 B - 1000 BRUSSEL e-mail : info@vreg.be tel. : +32 2 553 13 53 fax : +32 2 553 13

Nadere informatie

Niet technische samenvatting Project MER

Niet technische samenvatting Project MER Niet technische samenvatting Project MER PR0452 INBEV BELGIUM NV SITE HOEGAARDEN BROUWERIJ DE KLUIS STOOPKENSSTRAAT 46 3320 HOEGAARDEN UITGAVE : MEI 2010 REF. : TEC08100090/AB INBEV HOE/MER/NTS REVISIE:

Nadere informatie

stad brugge woondienst

stad brugge woondienst stad brugge woondienst GEMEENTELIJK REGLEMENT VOOR HET VERLENEN VAN EEN PREMIE VOOR HET AFKOPPELEN VAN DE HEMELWATERAFVOER VAN HET GEMEENTELIJK RIOLERINGSNET EN HET GEBRUIK VAN HEMELWATER BIJ BESTAANDE

Nadere informatie

Milieueffectrapport voor het uitbreiden van een varkensbedrijf

Milieueffectrapport voor het uitbreiden van een varkensbedrijf Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

WAT IS DE SITUATIE VANDAAG?

WAT IS DE SITUATIE VANDAAG? WAT IS DE SITUATIE VANDAAG? KNOKKE Blokkersdijk Sint-Annabos E34 Charles de Costerlaan Vlietbos Middenvijver R1 Zwijndrecht Blancefloerlaan P. Coplaan Galgenweel Burchtse Weel E17 GENT Burcht Schelde WAT

Nadere informatie

Tankenpark Total Raffinaderij Antwerpen Vestiging Beveren-Melsele. MER voor de hervergunning. 29 oktober

Tankenpark Total Raffinaderij Antwerpen Vestiging Beveren-Melsele. MER voor de hervergunning. 29 oktober Tankenpark Total Raffinaderij Antwerpen Vestiging Beveren-Melsele MER voor de hervergunning 29 oktober 2008 www.erm.com MER Total Raffinaderij Antwerpen Tankenpark Total Raffinaderij Antwerpen, vestiging

Nadere informatie

Vlaamse overheid POM Limburg, POM Antwerpen

Vlaamse overheid POM Limburg, POM Antwerpen Plan-MER Bedrijventerreinen die deel uitmaken van het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA) Definitief - Bundel 1: Algemene Toelichting / Analyse op Programmaniveau / Bijlagen Vlaamse overheid POM Limburg,

Nadere informatie