Prakticum Veiligheid

Transcriptie

1 Prakticum Veiligheid 1 Opdracht: Airbagsysteem controleren met de VAG 1551 (Deze opdracht is gemaakt voor een Seat Leon, uitgevoerd met een TDI 1.9 AHF motor, zoals deze op het Mondriaan College aanwezig is) 1.1 Opdracht 1: Herkenning van het systeem Visuele inspectie: Het airbagsysteem van deze auto is een systeem dat is uitgevoerd met:... airbags voor... gordelspanners...zijairbags... Waar zal zich de airbagcomputer bevinden?... Dit controleren we later met behulp van de diagnose-software. Behalve met de officiële VAG-diagnosetesters kan deze opdracht ook worden uitgevoerd met behulp van het VAGCOM-programma. 1

2 1.2 Opdracht 2: Werking controlelampje Zet het contact aan en let op het airbag-controlelampje op het instrumentenpaneel. Maak voor de werking van het controlelampje een keuze uit 1,2,3,4,5 of Na het inschakelen van het contact licht het lampje ongeveer 4 seconden op en dooft dan. Conclusie: Airbag-functie correct 2. Het lampje gaat in eerste instantie uit en begint vervolgens 15 sec. te knipperen. Conclusie: airbag of gordelspanners gedeactiveerd 3. Na het inschakelen van het contact gaan het controlelampje niet aan. Conclusie: controlelelampje defect of geen + ( 15) bij het instrumentenpaneel 4. Na het inschakelen blijft het controlelampje aan. Conclusie: voedingsspanning van de stuureenheid niet goed 5. Het controlelampje gaat eerst uit en vervolgens gaat het weer aan. Conclusie: storing ( raadpleeg VAS/ VAG of VAGCOM) 6. Controlelampje blijft knipperen en gaat dus niet na 15 seconden uit. Conclusie: stuureenheid defect. Vragen en opgaven 1. Vraag: Hoe reageert het lampje als er een airbag is uitgeschakeld? Teken hieronder het symbool van het airbaglampje zpals op het instrumentenpaneel wordt weergegeven. 2

3 1.3 Opdracht 3: Airbag-systeemherkenning Gebruik de VAG 1551 / VAS Ga vanuit de snelle datatransmissie ( 1551) naar functie 15 Airbag en lees de stuureenheid uit ( subfunctie 01 voor de 1551). Let op: Contact moet aan staan. Noteer: Onderdeelnummer... Index... Airbag-benaming... Versienummer... Code(ring)... Werkplaatscode... Voorbeeld 1J A AIRBAG VW3 SG V03 Codering WSC Omschrijf nu beknopt de betekenis van de airbag-benaming. Wat betekenen bijv. de letters S en G en wat is het verschil tussen VW3 en VW5? Op de Toledo en Leon vanaf 1999 komen o.a. de volgende modulen voor: (Vul eventueel aan indien het onderdeelnummer niet in de lijst voorkomt) Uitrusting Onderdeelnummer Index Code bestuurders en bijrijdersairbag 1J L bestuurders en bijrijdersairbag 6Q S alleen bestuurdersairbag 1J M alleen bestuurdersairbag 6Q OR bestuurders en bijrijdersairbag en zijairbag 1J E bestuurders en bijrijdersairbag en zijairbag 1J AJ bestuurders en bijrijdersairbag en zijairbag en gordelspanner bestuurders en bijrijdersairbag en zijairbag en gordelspanner bestuurders en zij airbag en gordelspanner bestuurders en zij airbag en gordelspanner 1J Q A 1J Q A L OD M OC Kruis aan welk aangetroffen onderdeelnummer correct is. 3

4 1.4 Opdracht 4: Het coderen van een nieuwe airbag-computer Wanneer een nieuwe stuureenheid wordt gemonteerd moet deze airbagcomputer worden gecodeerd. Hiervoor kiezen we vanuit de 15 functie: 07 Stuureenheid coderen. Voer nu als voorbeeld een niet correcte code in. Raadpleeg hiervoor de tabel van de vorige opdracht 3. Druk op Q om de codering uit te voeren. We proberen de code... te programmeren Noteer de aanwijzing van de VAG/ VAS als antwoord op de foutieve codering Voer nu de juiste codering in en noteer de het antwoord van de VAS/ VAG op de codering: De juiste code is:... De VAG/ VAS antwoord met:

5 1.5 Opdracht 5: Het storingsgeheugen uitlezen Met functie 02 kan het storingsgeheugen worden uitgelezen. De meest voorkomende storingen zijn: Weerstand van de ontsteker van de voorairbags, gordelspanners, zijairbags: te hoog te laag kortsluiting naar plus kortsluiting naar massa Airbags, gordelspanners buiten werking gesteld ( gedeactiveerd). Stuureenheid defect Noteer hieronder de opgevraagde storingen: Zoek in de reparatiehandleiding op wat de mogelijke oorzaak kan zijn. Antwoord: De reparatiehandleiding geeft als mogelijk oorzaak aan: Doe verder niets, ga verder naar de volgende opdracht. 5

6 1.6 Opdracht 6: Aanpassing VW 5 systemen Inleiding Met de aanpassingfunctie kunnen afhankelijk van de stuureenheid, de airbags en de gordelspanners door middel van de software in de stuureenheid geblokkeerd of in werking worden gesteld. Voor het blokkeren van de bijrijdersairbag via de software moet ( soms) eerst de elektrische aansluiting van de bijrijdersairbag worden losgemaakt en een weerstand worden gemonteerd. Vanaf een bepaald chassisnummer behoeft bij de VW5 systemen geen weerstand meer te worden gemonteerd. De procedure is: airbag softwarematig uitschakelen airbag loskoppelen ( eventueel weerstand monteren) 1. Beschrijf uw antwoord als de klant vraagt om de bijrijders-airbag uit te schakelen Zoek het chassisnummer van de auto op (plaats links voor). Het chassisnummer van de auto is:... (YR ) 3. Moet bij deze auto een weerstand worden geplaatst? Voor de opdracht is hier het antwoord nee. 4. Nu we weten wat er al dan niet hardwarematig moet gebeuren bij het uitschakelen van de bijrijdersairbag gaan we eerst eens kijken hoe de bestuurdersairbag softwarematig wordt uitgeschakeld. Dit kan nodig zijn bij het uitvoeren van bepaalde werkzaamheden, wanneer bijv. een sportstuur wordt gemonteerd. dus: procedure airbag softwarematig uitschakelen airbag losnemen Opm: voor deze prakticumopdracht nemen we de airbag niet los. 6

7 1.6.2 Het softwarematig in- uitschakelen van de bestuurdersairbag We gaan hiervoor naar de functie 10, Aanpassing. We kiezen dan het juiste kanaalnummer, in dit geval 02 gevolgd door Q. De tabel hieronder geeft de overige kanaalnummers. kanaalnummer onderdeel blokkering activering 01 bijrijdersairbag bestuurdersairbag 03 zij airbag aan bijrijderszijde 04 zij airbag aan bestuurderszijde 05 gordelspanner aan bijrijderszijde 06 gordelspanner aan bestuurderszijde Geef aan hoe de VAS/ VAG antwoord: Vervolgens zullen afhankelijk of er geblokkeerd of geactiveerd moet worden of moeten worden ingevoerd. Bevestig weer met Q en later met opslaan. voor VAS 5051: 0 1 aantikken Opdrachten: 1. Schakel de airbag van de bestuurder een keer uit (en een keer in). 2. Controleer of het gewenste resultaat bereikt is met behulp van de functie 02, storingscodes uitlezen. ( Niet goed: niet goed opgeslagen) 3. Controleer het airbagcontrole-lampje. Hoe functioneert het lampje na het uitschakelen van de airbag? Zijn er voorwaarden aan de controle verbonden bijv. moet het contact in - en uitgeschakeld worden? ja/ nee moet de VAS/ VAG afgekoppeld worden? ja/ nee 4. Activeer de bestuurdersairbag weer. 5. Controleer het resultaat weer d.m.v. het uitlezen van de foutcodes en de werking van het airbaglampje. 7

8 1.6.3 Voorbereiding blokkering / deblokkering van de bijrijders-airbag Denk om: Klant waarschuwen dat dit niet de juiste methode kan zijn. Invullen van het eigen risico formulier. Stikker plakken. 1. Softwarematig uitschakelen 2. Loskoppelen van de airbag. ( doen we in deze opdracht niet) accupool losnemen; een paar minuten wachten; handeling uitvoeren; accupool weer aanbrengen. Vraag: Wat is het probleem wanneer we een airbag uitschakelen door alleen maar de airbag te vervangen door een weerstand?

9 1.6.4 Opdracht 6.4 Het softwarematig uitschakelen / activeren van de bijrijdersairbag Kies voor functie 10 (vanuit airbag 15); Kies voor kanaal nummer 01 en druk op Q; Volg de procedure voor blokkeren en voor activeren; Controleer of de procedure geslaagd is door de storingscodes op te roepen; Storingscode geeft aan:... Controleer of de procedure geslaagd is door de werking van het controlelampje te controleren; Werking controlelampje ( hier niet uitvoeren) Maak de aansluiting van de airbag los; Activeer de airbag weer wanneer de procedure duidelijk is; Controleer of de airbag weer is ingeschakeld door: storingscodes uitlezen storingslampje instrumentenpaneel controleren. 9

10 1.6.5 Opdracht 6.5 Schakel nu geheel zelfstanding softwarematig de gordelspanner aan bijrijderszijde in en uit. Gevolgde procedure: Controleer of het systeem weer operationeel is door:

11 1.7 Opdracht 7. Het meetwaardenblok Kies vanuit airbag 15 voor het meetwaardenblok 08. Het meetwaardenblok bestaat uit 10 groepen, waarvan niet alle zijn ondersteund. De betekenis hiervan is als het volgt: veld 1 veld 2 veld 3 veld 4 groep 1 groep 2 groep 3 ontsteker airbag bestuurder voedings spannning ontsteker airbag bijrijder ontsteker gordelspanner bestuurder ontsteker gordelspanner bijrijder groep 4 groep 5 groep 6 groep 7 groep 8 groep 9 groep 10 ontsteker side airbag bestuurder ontsteker side airbag bijrijder Opmerking: De weerstand van het ontstekingscircuit wordt gemeten. De weerstand kan zijn: correct te veel onvoldoende kortsluiting naar massa kortsluiting naar plus Noteer hieronder de uitlezing: groep 1 veld 1 veld 2 veld 3 veld 4 groep 2 groep 3 groep 4 groep 5 groep 6 groep 7 groep 8 groep 9 groep 10 11

12 1.8 Opdracht 8 Actuatordiagnose Deze test biedt de mogelijkheid om het uitgangssignaal botsing te testen. Als dit gebeurt gaan de airbags af, gaat de interieurverlichting aan en gaat de centrale vergrendeling in de stand open. Uiteraard gaan bij deze tests de airbags niet af, alleen het botsingssignaal wordt naar de comfort-computer gestuurd. Test: 1. Zet de centrale vergrendeling met behulp van de interieurschakelaar in de stand vergrendelen; 2. De schakelaar van de interieurverlichting in de stand portiercontact zetten; 3. De motor starten en laten draaien; 4. Vanuit de VAS/ VAG actuator diagnose kiezen en de mededeling: signaal centrale vergrendeling open, bevestigen met Q. De motor moet nu stoppen, de centrale vergrendeling moet open gaan staan en de interieurverlichting moet gaan branden. Na de test kan door het in- en uitschakelen van het contact een resetfunctie worden verkregen. Vermeld hieronder het meetresultaat: Resultaat: goed / niet goed 12