oorspronkelijke stukken
|
|
- Johan van Veen
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 oorspronkelijke stukken Gunstige langetermijnresultaten van de originele maze -operatie voor patiënten met medicamenteus moeilijk of niet te behandelen boezemfibrilleren; ervaringen van 1993/ 04 G.S.C.Geuzebroek, Ph.K.E.W.Ballaux, J.C.Kelder, A.Brutel de la Rivière, J.J.A.M.T.Defauw en N.M.van Hemel Zie ook het artikel op bl Doel. Onderzoek van de korte- en langetermijnresultaten van de originele maze -operatie voor patiënten met medicamenteus moeilijk of niet te behandelen boezemfibrilleren. Opzet. Retrospectief. Methoden. Preoperatieve gegevens, ziekenhuis- en vervolgonderzoeksgegevens van patiënten die een originele mazeoperatie ondergingen voor boezemfibrilleren zonder en met structurele hartafwijkingen werden retrospectief onderzocht en geanalyseerd in het St. Antonius Ziekenhuis te Nieuwegein. Resultaten. In de 11-jaarsperiode werden 203 patiënten geopereerd: 139 voor alleen boezemfibrilleren en 64 voor een gecombineerde indicatie, wegens een structurele hartafwijking mét boezemfibrilleren. De ziekenhuismortaliteit was nul. Na een gemiddelde vervolgperiode van 4 jaar waren 2 van de 203 patiënten overleden aan een cardiale oorzaak, beiden na een gecombineerde operatie. Na een gemiddelde vervolgperiode van 4 jaar waren 90% van de patiënten met alleen een mazeoperatie en 70% van de patiënten met een gecombineerde operatie vrij van boezemfibrilleren. Wanneer boezemfibrilleren na 1 jaar niet meer bestond was de kans groot dat 4 jaar na de operatie ook geen boezemfibrilleren meer aanwezig was (oddsratio: 9,56). Een grote linker boezem en lang bestaand boezemfibrilleren (meer dan 5 jaar) bleken risicofactoren te zijn voor het postoperatief opnieuw optreden van boezemfibrilleren. Conclusie. De mazeoperatie was een succesvolle chirurgische behandeling voor patiënten met boezemfibrilleren, zowel op korte als op lange termijn. Deze behandeling kan overwogen worden wanneer medicamenten en elektrische cardioversies falen. Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150: St. Antonius Ziekenhuis, Postbus 2500, 3430 EM Nieuwegein. Afd. Cardiothoracale Chirurgie: hr.g.s.c.geuzebroek, medisch student; hr.ph.k.e.w.ballaux (thans: Maria Middelares Ziekenhuis, afd. Cardiothoracale Chirurgie, Gent, België), hr.prof.dr.a.brutel de la Rivière (thans: Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, afd. Cardiothoracale Chirurgie, Amsterdam) en hr.j.j.a.m.t.defauw, cardiothoracaal chirurgen. Afd. Cardiologie: hr.j.c.kelder, klinisch epidemioloog; hr.prof.dr.n.m. van Hemel, cardioloog. Correspondentieadres: hr.prof.dr.n.m.van Hemel (n.m.vanhemel@hetnet.nl). Boezemfibrilleren is thans de meest voorkomende hartritmestoornis, met een aanzienlijke morbiditeit en mortaliteit. 1 De mechanische stilstand van de boezems tijdens het fibrilleren leidt tot vertraging van de lokale bloedstroom, waardoor de kans op trombo-embolische complicaties toeneemt. Ook het verlies van elektrische coördinatie tussen boezems en kamers veroorzaakt een afname van de vulling van de kamers en in het ergste geval hartfalen. De behandeling met geneesmiddelen beoogt onderdrukking van de ritmestoornis en daarmee herstel van het sinusritme (ritmecontrole) of anderzijds beteugeling van de kamerfrequentie waarbij men het boezemfibrilleren accepteert (frequentiecontrole). 2-4 Vaak kunnen antiarrhythmica, inclusief β-blokkers en digitalispreparaten, boezemfibrilleren redelijk goed onderdrukken of de hartfrequentie beteugelen, waarbij anticoagulantia bij risicopatiënten onmisbaar blijven. Wanneer deze aanpak faalt, kan hartritmechirurgie een oplossing bieden. In 1991 beschreven Cox et al. de zogenaamde doolhofoperatie ( maze -operatie) voor de behandeling van boezemfibrilleren. 5 Het principe van de mazeoperatie is een doolhof, die gecreëerd wordt door littekens die ontstaan na aangebrachte sneden (scarificatie) en hechtingen in de boezems. De ingang van de doolhof is de sinusknoop en de uitgang is de atrioventriculaire knoop (AVknoop). Indien de gangen van de doolhof smal genoeg zijn, kunnen er geen circulerende activatiegolven over het boezemweefsel meer optreden. Dit leidt tot onderdrukking of genezing van het boezemfibrilleren, doordat een kritisch aantal, tegelijkertijd optredende fibrillatiegolven niet meer tot stand kan komen. 6 7 Doordat de normale voortgeleiding van sinusimpulsen vanuit de sinusknoop naar de AV-knoop behouden blijft, blijven een normaal hartritme en ook de coördinatie tussen boezems en kamers mogelijk. Karakteristiek voor de mazeoperatie is dat de ingreep volgens een vast schema wordt uitgevoerd, en dat tijdens 2314
2 de operatie geen ingewikkelde metingen nodig zijn van de activatiefronten van het boezemfibrilleren en van de prikkelcentra die het fibrilleren kunnen initiëren. In dit artikel rapporteren wij 11 jaar ervaring met de originele mazeoperatie voor de behandeling van patiënten met medicamenteus moeilijk of niet te behandelen boezemfibrilleren. De bedoeling hiervan is een onderbouwing te geven van de gebruikte indicaties in het licht van het effect en de risico s van deze behandeling. methoden Studieopzet. Onze retrospectieve uitkomststudie omvatte de verzameling en analyse van gegevens van alle opeenvolgende patiënten die in de periode juni 1993-mei 2004 in het St. Antonius Ziekenhuis te Nieuwegein een mazeoperatie ondergingen voor de indicatie alleen boezemfibrilleren, dat wil zeggen voor boezemfibrilleren zonder de noodzaak van een andere cardiale ingreep, of voor bijkomend boezemfibrilleren, dat wil zeggen boezemfibrilleren waarbij ook tegelijkertijd een andere hartafwijking chirurgisch werd behandeld. Studiepopulatie. In de genoemde periode ondergingen 203 patiënten de originele mazeoperatie: 139 patiënten voor alleen boezemfibrilleren en 64 patiënten voor bijkomend boezemfibrilleren. Gegevens. Preoperatieve gegevens van de geopereerde patiënten werden verzameld, onder meer met betrekking tot duur, aard en behandeling van het boezemfibrilleren, alsook echocardiografische data. Van de operatie werden tijdstip, duur van de extracorporele circulatie, aortaklemtijd, complicaties, duur van de opname en het gebruik van een pacemaker opgezocht. Voor het vervolgonderzoek werden het hartritme, echocardiografische data en de medicatie die voor het hartritme nodig was genoteerd, 1 jaar na de operatie en aan het einde van de vervolgperiode. De indicatie voor de implantatie van een pacemaker in de vervolgperiode werd onderzocht. Het hartritme bij inspanningsonderzoek na de operatie werd bestudeerd. Hiervoor werden klinische en poliklinische statussen nagegaan en werd waar nodig contact opgenomen met cardiologen en huisartsen. In 5 casussen werd de patiënt zelf gecontacteerd. Voor de bepaling van risicofactoren voor het optreden van postoperatief boezemfibrilleren werden onderzocht: leeftijd, geslacht, preoperatieve linkeratriumdiameter, eventuele preoperatieve percutane katheterablatie voor boezemfibrilleren, beroerte in de voorgeschiedenis, aortaklemtijd, duur van de extracorporele circulatie, duur van het boezemfibrilleren al dan niet langer dan 5 jaar, de hoogste graad van een atrioventriculair blok rond de operatie, een ingreep wegens bijkomend boezemfibrilleren, en paroxismaal boezemfibrilleren. Interventie. Bij alle patiënten werd de originele mazeoperatie uitgevoerd (figuur), terwijl bij bijkomend boezemfibrilleren ook een klep- en/of kransslagaderoperatie werd verricht. Deze operaties werden uitsluitend uitgevoerd door 3 chirurgen met specifieke kennis en ervaring. Definities. Het succes van de chirurgische behandeling werd gedefinieerd als de afwezigheid van alle vormen van boezemritmestoornissen, inclusief de afwezigheid van een pacemaker na ablatie van de atrioventriculaire knoop voor medicamenteus onbehandelbaar boezemfibrilleren binnen 6 maanden na de mazeoperatie. Het ontbreken van boezemfibrilleren werd vastgesteld minimaal 6 maanden na de ingreep voor zover dat op enigerlei wijze gedocumenteerd kon worden. Onafhankelijkheid van antiarrhythmica werd gedefinieerd als het niet gebruiken van antiarrhythmica, inclusief β-blokkers en digitalis, 6 maanden na de operatie. Statistiek. Met multivariate logistische-regressieanalyse werden de risicofactoren voor het optreden van boezemfibrilleren respectievelijk 1 en 5 jaar na de ingreep berekend. resultaten Preoperatieve gegevens. Patiënten die een mazeoperatie voor alleen boezemfibrilleren ondergingen, waren jonger, hadden langer last van de ritmestoornis, hadden meer paroxismaal boezemfibrilleren en toonden kleinere boezemdimensies dan patiënten die de operatie voor bijkomend boezemfibrilleren kregen (tabel 1). Bij hen hadden ook meer verschillende antiarrhythmica vóór de operatie gefaald. Ook de eerder toegepaste percutane katheterablaties en elektrische cardioversies maakten duidelijk dat meer inspanningen waren verricht om patiënten met de indicatie alleen boezemfibrilleren zo goed mogelijk te behandelen alvorens tot operatie te besluiten. Hartkloppingen (n = 115; 83%), vermoeidheid (n = 64; 46%), dyspnée d effort (n = 47; 34%), duizeligheid (n = 28; 20%), pijn op de borst (n = 25; 18%), syncope (n = 11; 8%) en verminderde inspanningstolerantie (n = 11; 8%) waren de klachten van de groep met alleen boezemfibrilleren vóór de operatie. In de groep patiënten met de indicatie bijkomend boezemfibrilleren was het moeilijk een onderscheid te maken tussen klachten veroorzaakt door het boezemfibrilleren of die veroorzaakt door de andere hartafwijking. Perioperatieve morbiditeit en mortaliteit. Geen van de patiënten overleed binnen 30 dagen na de operatie. Harttamponnade was de meest voorkomende complicatie: 5% (n = 7) in de groep met de indicatie alleen boezemfibrilleren en 8% (n = 5) in die met de indicatie bijkomend boezemfibrilleren. In het ziekenhuis hadden respectievelijk 54 (38%) en 29 (45%) van de patiënten nog aanvallen van boezemfibrilleren of boezemflutter, waarvoor behandeling werd ingesteld. 2315
3 amputatie rechter hartoor (1) incisie in vrije atriumwand (2) incisie naar tricuspidalisklep C1 C1 tricuspidalisklep truncus brachiocephalicus C2 C2 aorta A. carotis communis sinister sinus coronarius rechter atrium superior inferior pulmonale vene interatriaal septum (5) septale incisie (3) longitudinale (5) septale incisie (4) T-incisie naar anulus van tricuspidalisklep voor toegang incisie naar linker atrium a voor toegang naar linker atrium b truncus brachiocephalicus A. carotis communis sinister aorta ascendens sinus coronarius limbus fossae ovalis (1) amputatie linker hartoor mitralisklep tricuspidalisklep superior C3 (3) snede rondom pulmonale venen inferior interatriaal septum c (2) snede naar de mitralisklep rechter atrium linker atrium Schematische weergave van de originele maze -operatie voor patiënten met boezemfibrilleren die in dit onderzoek werd uitgevoerd;8 het aanzicht is van lateraal op de rechter boezem; (a) eerst wordt het rechter hartoortje geamputeerd; hieruit volgen 2 loodrechte incisies: één in de vrije wand van de boezem van circa 2 cm (1) en één naar de tricuspidalisklep (2); daar wordt op de anulus fibrosus een cryolaesie aangebracht om beschadiging hiervan te voorkomen (C1). Hierna volgt een longitudinale incisie (3) lateraal in de superior naar de inferior. De laatste verrichting rechts bestaat uit een loodrechte incisie vanuit deze longitudinale incisie: de T-incisie (4); deze loopt tot aan de anulus van de tricuspidalisklep, waar een tweede cryolaesie wordt aangebracht (C2). Toegang tot het linker atrium wordt verkregen middels een septale incisie, 3 cm caudaal van de uitmonding van de superior (5) en deze strekt zich uit over de limbus fossae ovalis tot in de sinus coronarius (zie ook figuur b); (c) blik vanuit het perspectief van de chirurg in de linker boezem, door een venster in het interatriale septum; ook links wordt het hartoortje geamputeerd (1); de pulmonale venen worden rondom losgesneden (3). Hieruit volgen twee verbindingsincisies: één naar het linker hartoor (reeds genoemd: 1) en één naar de mitralisklep (2), en ook hier komt een cryolaesie op de anulus fibrosus van de klep (C3). Tenslotte worden alle incisies doorlopend gehecht met monofiel hechtmateriaal. 2316
4 tabel 1. Preoperatieve kenmerken van 203 patiënten met medicamenteus moeilijk of niet te behandelen boezemfibrilleren operatie-indicatie / ; aantal (%) 119 (86)/20 (14) 42 (66)/22 (34) gemiddelde leeftijd in jaren (SD) 50,7 (8,1) 58,1 (10,9) boezemfibrilleren gemiddelde duur in maanden (SD) 84 (60,7) 51 (49,8) paroxismaal type; n (%) 108 (78) 34 (53) chronisch type; n (%) 31 (22) 30 (47) gemiddelde atriumdiameter in mm (SD) links; referentie: 35 mm 41,9 (7,6) 51,7 (9,8) rechts; referentie: 55 mm 53,0 (6,1) 57,0 (6,9) eerdere beroerten (%) 3 (2) 2 (3) eerdere TIA s (%) 7 (5) 3 (5) gemiddeld aantal antiarrhythmica; n (SD) 4,9 (1,7) 2,5 (1,6) eerdere katheterablatie; n (%) 22 (16) 3 (5) gemiddeld aantal eerdere ECV s (SD) 2,7 (4,5) 1,3 (3,0) bijkomende ingreep CABG; n 10 klepoperatie; n 57 TIA = transient ischaemic attack ; ECV = elektrische cardioversie; CABG = coronaire bypassoperatie. Vóór ontslag kregen 2 patiënten geopereerd wegens alleen boezemfibrilleren en 1 patiënt wegens bijkomend boezemfibrilleren een permanente pacemaker wegens onvoldoende functie van de sinusknoop. Overleving op lange termijn. Tijdens een gemiddelde vervolgperiode van 4,0 jaar (SD: 2,6; uitersten: 0,4-10,1) overleden 12 patiënten. 2 patiënten overleden aan een cardiale oorzaak; beiden hadden een operatie ondergaan wegens bijkomend boezemfibrilleren. Ritmebehandeling en risicofactoren voor ongunstig ritmeresultaat. Het chirurgisch succes en de afwezigheid van boezemfibrilleren na een vervolgperiode van 1 en gemiddeld 4 jaar waren beter bij patiënten die wegens alleen boezemfibrilleren werden geopereerd dan bij patiënten met bijkomend boezemfibrilleren (tabel 2). Het verschil in aantal patiënten na 1 jaar observatie en aan het eind van de vervolgperiode in tabel 2 wordt verklaard doordat een aantal patiënten nog geen jaar geobserveerd was of de gegevens van 1 jaar observatie niet voorhanden waren. Multivariate analyse toonde dat afwezigheid van boezemfibrilleren op het einde van de vervolgperiode gerelateerd was aan de afwezigheid van boezemfibrilleren na 1 jaar observatie (oddsratio: 9,56 (95%-BI: 3,92-23,31); p < 0,001). De kans op boezemfibrilleren aan het einde van de vervolgperiode was groter bij een grotere diameter van de linker boezem vóór de operatie (oddsratio: 1,06 voor elke mm (95%-BI: 1,01-1,12); p = 0,028). De mazeoperatie was na 1 jaar minder succesvol als boezemfibrilleren langer dan 5 jaar vóór de operatie bestond (oddsratio: 2,06 (95%-BI: 0,95-4,46); p = 0,066). Deze gegevens golden voor beide patiëntengroepen. Anticoagulantia en beroerte. Omdat boezemritmestoornissen afwezig waren, kon het gebruik van orale anticoagulantia bij respectievelijk 91 (n = 126) en 51% (n = 33) van de patiënten met alleen boezemfibrilleren en bijkomend boezemfibrilleren worden gestaakt. Er waren 37 patiënten met een mechanische klepprothese in de groep met chirurgisch succes. Als die buiten beschouwing werden gelaten, omdat zij uiteraard anticoagulantia nodig hadden, was 88% (24/27) van de groep bijkomend boezemfibrilleren vrij van anticoagulantia. Beroerten traden niet op in de groep met de indicatie alleen boezemfibrilleren, maar wel bij 2 patiënten in de groep met de indicatie bijkomend boezemfibrilleren : bij één patiënt was er een hersenbloeding bij een verhoogde mate van ontstolling ( international normalized ratio ; INR: 5,7), en bij de andere een herseninfarct door een embolie tijdens behandeling met orale anticoagulantia. Beide patiënten hadden overigens in die periode een sinusritme. Behoud van sinusknoopfunctie. Om het mogelijke ongunstige effect van de operatie op de sinusknoopfunctie te kunnen bepalen werd bij 63 van de 139 patiënten met alleen tabel 2. Hartritme van patiënten met boezemfibrilleren 1 en gemiddeld 4 jaar na een maze -operatie operatie-indicatie; n/n (%) alleen bijkomend boezem- boezemfibrilleren fibrilleren (n = 139) (n = 64) alleen bijkomend boezem- boezemfibrilleren fibrilleren (n = 139) (n = 64) chirurgisch succes* na 1 jaar follow-up 94/121 (78) 40/52 (77) aan het eind van de follow-up 109/136 (80) 40/62 (65) vrij zijn van boezemfibrilleren na 1 jaar follow-up 104/121 (87) 45/52 (87) aan het eind van de follow-up 122/136 (90) 43/62 (69) onafhankelijkheid van antiarrhythmica 82/108 (76) 24/38 (63) *Chirurgisch succes gedefinieerd als: afwezigheid van alle vormen van boezemritmestoornissen, inclusief de afwezigheid van een pacemaker na ablatie van de atrioventriculaire knoop voor medicamenteus onbehandelbaar boezemfibrilleren binnen 6 maanden na de mazeoperatie. Na gemiddeld 4 jaar. Bij patiënten met chirurgisch succes. 2317
5 boezemfibrilleren en 23 van de 65 patiënten met bijkomend boezemfibrilleren de maximale hartfrequentie tijdens inspanning onderzocht. Deze 86 patiënten gebruikten geen hartslagvertragende medicijnen en hadden allen een sinusritme zonder boezemritmestoornissen tijdens de gehele test. De gemiddelde hartfrequentie steeg tot respectievelijk 90 (SD: 13) en 91% (SD: 11) van de maximaal voorspelde waarden in de groep met alleen boezemfibrilleren en bijkomend boezemfibrilleren. Dit weerspiegelde een ongestoorde postoperatieve functie van de sinusknoop bij bijna de helft van de patiënten. beschouwing Wij konden na een gemiddelde vervolgperiode van 4 jaar bij 80% van de patiënten behandeld met de originele mazeoperatie voor alleen boezemfibrilleren en 65% van de patiënten geopereerd voor bijkomend boezemfibrilleren geen boezemritmestoornissen als fibrilleren, flutter en tachycardie meer aantonen. Bij respectievelijk 76 en 63% van deze patiënten werden de antiarrhythmica, en bij respectievelijk 91 en 88% (zonder mechanische kunstklep) de orale anticoagulantia niet meer voorgeschreven. Als men uitsluitend boezemfibrilleren in ogenschouw neemt, waren de resultaten nog beter: na gemiddeld 4 jaar was de ritmestoornis bij respectievelijk 90 en 69% van de patiënten met alleen boezemfibrilleren en bijkomend boezemfibrilleren niet meer aantoonbaar. Tenslotte: de mazeoperatie, uitgevoerd in ons ziekenhuis sedert 1993, had niet geleid tot ziekenhuissterfte. Deze retrospectieve analyse leert ons dat de originele mazeoperatie een succesvolle langetermijnbehandeling voor boezemfibrilleren is. Hoewel de resultaten van andere chirurgische centra met de originele mazeoperatie moeilijk met de onze kunnen worden vergeleken door het verschil in definities van succes en omvang en methoden van het vervolgonderzoek, wordt vaak een succes van meer dan 80% vermeld. 9 In onze studie werd de mazeoperatie uitgevoerd bij 2 verschillende patiëntengroepen: met de indicatie alleen boezemfibrilleren en met bijkomend boezemfibrilleren, zoals de basisgegevens vermelden (zie tabel 1). Patiënten van de laatste categorie zijn ouder, hebben vaker chronisch boezemfibrilleren en de linker boezem is bij hen groter. Verwacht kan worden dat de bij hen bestaande obstructieve kransslagaderafwijkingen en hartklepgebreken op den duur ongunstige en blijvende structurele en elektrofysiologische afwijkingen in de boezems zullen teweegbrengen Het is dus niet verwonderlijk dat de patiënten geopereerd voor bijkomend boezemfibrilleren meer boezemritmestoornissen 4 jaar na de operatie hadden, doordat de structurele afwijkingen van de boezems zich verder ontwikkelen ondanks de mazeoperatie. 11 Hoe groter de linker boezem vóór de operatie, des te groter was het risico op het terugkeren van het boezemfibrilleren na de operatie. Dit verband is begrijpelijk doordat toename van de linker boezem een manifestatie is van bovengenoemde structurele veranderingen, die op hun beurt een voordelig elektrofysiologisch substraat scheppen voor het ontstaan en voortgaan van boezemritmestoornissen Eenzelfde redenering geldt ook wanneer boezemfibrilleren lang vóór de operatie bestaat. Wij vonden dat 1 jaar na de operatie meer boezemfibrilleren voorkwam wanneer de ritmestoornis langer dan 5 jaar vóór de operatie bestond: als eenmaal boezemfibrilleren bestaat, is de kans groot dat het zichzelf onderhoudt. 10 Indicatie voor de mazeoperatie. Omdat gerandomiseerde studies over de indicatie voor een mazeoperatie tot op heden ontbreken, helpen onze gegevens om de indicatie te verduidelijken. Wanneer blijkt dat zeer symptomatisch boezemfibrilleren zonder bijkomende structurele hartafwijkingen, ondanks intensieve medicamenteuze behandeling en herhaalde elektrocardioversies, voortgaat, geeft de originele mazeoperatie een effectieve verbetering. Bestaat er een in dicatie voor een hartchirurgische behandeling, dan zal de drempel voor een mazeoperatie lager zijn, omdat toch al een thoracotomie moet worden uitgevoerd. Wel dient men te beseffen dat door de mazeoperatie de kwaliteit van leven niet extra wordt bevorderd. 12 Onder deze omstandigheden is toevoeging van de mazeoperatie alleen zinvol indien verwacht kan worden dat na de hartoperatie geen anticoagulantia meer nodig zijn, zoals bijvoorbeeld na een hersteloperatie van de mitralisklep. Acceptatie. Acceptatie van patiënten met boezemfibrilleren voor ritmechirurgie door middel van een mazeoperatie dient men af te wegen tegen de resultaten van medicamenteuze behandeling of van percutane katheterbehandelingen. Zowel uit Nederlands als uit Amerikaans onderzoek bleek dat het handhaven van sinusritme (ritmecontrole) of het accepteren van boezemfibrilleren met goede controle van de kamerfrequentie (frequentiecontrole) geen verschil opleverde wat betreft overleving, kwaliteit van leven en complicaties. 3 4 De populaties van beide studies kunnen echter niet vergeleken worden met de patiënten die een mazeoperatie ondergingen. De patiënten uit deze studies zijn ouder en hebben minder klachten van boezemfibrilleren. Isolatie van de pulmonaalvenen met percutane radiofrequente katheterablatie geeft een isolatie van ectopische focussen in de pulmonaalvenen die boezemfibrilleren kunnen uitlokken Voorlopige resultaten van deze behandeling, die vaak 3 tot 4 h duurt en zonder narcose kan worden uitgevoerd, wijzen op een 1-jaarsafwezigheid van boezemfibrilleren bij circa 70% van de patiënten met paroxismaal boezemfibrilleren zonder structurele hartafwijkingen. Nadien dient de patiënt vaak de antiaritmische therapie voort te zetten, al dan niet in combinatie met anticoagulantia. 2318
6 Deze percutane katheterbehandelingen worden nu ook uitgevoerd volgens het ontwerp van de mazeoperatie, waarbij echter de rechter boezem niet wordt behandeld. 15 De uitdaging voor de komende jaren zal zijn om tot een beleid te komen waarbij indicatie en niet-medicamenteuze methode het best zijn afgestemd op het profiel van de individuele patiënt met boezemfibrilleren. Een stapsgewijze, hybride aanpak bestaande uit percutane katheterbehandeling en een minimaal invasieve mazeoperatie is een aantrekkelijke mogelijkheid. conclusie Onze 11-jarige ervaring met de originele mazeoperatie toont een gunstig langetermijnresultaat voor de behandeling van patiënten met boezemfibrilleren zonder andere hartafwijkingen. Dit geldt ook voor patiënten die een hartoperatie om andere redenen moeten ondergaan. In de komende jaren zal de indicatie voor deze hartchirurgische behandeling moeten worden afgezet tegen de percutane katheterbehandeling van boezemfibrilleren en de medicamenteuze frequentiecontrole. Aan deze studie droegen in verschillende fasen bij de cardiologen van het St. Antonius Ziekenhuis: dr.p.f.h.m.van Dessel, dr.e.r.jessurun, dr. J.M.P.G.Ernst, dr.l.v.a.boersma en dr.e.f.d.wever, en de cardiochirurg dr.k.dossche. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: dit onderzoek en de publicatie daarvan werd door de auteurs betaald. 5 Cox JL, Jaquiss RD, Schuessler RB, Boineau JP. Modification of the maze procedure for atrial flutter and atrial fibrillation. II. Surgical technique of the maze III procedure. J Thorac Cardiovasc Surg. 1995; 110: Moe GK, Abildskov JA. Atrial fibrillation as a self-sustaining arrhythmia independent of focal discharge. Am Heart J. 1959;58: Allessie MA, Boyden PA, Camm AJ, Kléber AG, Lab MJ, Legato MJ, et al. Pathophysiology and prevention of atrial fibrillation. Circulation. 2001;103: Jessurun ER, Hemel NM van, Defauw JA, Stofmeel MA, Kelder JC, Brutel de la Rivière A, et al. Results of maze surgery for lone paroxysmal atrial fibrillation. Circulation. 2000;101: Khargi K, Hutten BA, Lemke B, Deneke Th. Surgical treatment of atrial fibrillation; a systematic review. Eur J Cardiothorac Surg. 2005; 27: Wijffels MCEF, Kirchhof CJHJ, Dorland R, Allessie MA. Atrial fibrillation begets atrial fibrillation. A study in awake chronically instrumented goats. Circulation. 1995;92: Hemel NM van, Defauw JJAMT, Guiraudon GM, Kelder JC, Jessurun ER, Ernst JMPG. Long-term follow-up of corridor operation for lone atrial fibrillation: evidence for progression of disease? J Cardiovasc Electrophysiol. 1997;8: Jessurun ER, Hemel NM van, Defauw JJAMT, Brutel de la Rivière A, Stofmeel MAM, Kelder JC, et al. A randomized study of combining maze surgery for atrial fibrillation with mitral valve surgery. J Cardiovasc Surg (Torino). 2003;44: Haïssaguerre M, Jaïs P, Shah DC, Takahashi A, Hocini M, Quiniou G, et al. Spontaneous initiation of atrial fibrillation by ectopic beats originating in the pulmonary veins. N Engl J Med. 1998;339: Jaïs P, Weerasooriya R, Shah DC, Hocini M, Macle L, Choi KJ, et al. Ablation therapy for atrial fibrillation (AF): past, present and future. Cardiovasc Res. 2002;54: Pappone C, Rosanio S, Augello G, Gallus G, Vicedomini G, Mazzone P, et al. Mortality, morbidity, and quality of life after circumferential pulmonary vein ablation for atrial fibrillation: outcomes from a controlled nonrandomized long-term study. J Am Coll Cardiol. 2003;42: Aanvaard op 23 mei 2006 Literatuur 1 Lloyd-Jones DM, Wang TJ, Leip EP, Larson MG, Levy D, Vasan RS, et al. Lifetime risk for development of atrial fibrillation: the Framingham Heart Study. Circulation. 2004;110: Fuster V, Rydén LE, Asinger RW, Cannom DS, Crijns HJ, Frye RL, et al. ACC/AHA/ESC guidelines for the management of patients with atrial fibrillation: executive summary. A report of the American College of Cardiology/American Heart Association Task Force on Practice Guidelines and the European Society of Cardiology Committee for Practice Guidelines and Policy Conferences (committee to develop guidelines for the management of patients with atrial fibrillation). Developed in collaboration with the North American Society of Pacing and Electrophysiology. Circulation. 2001;104: Gelder IC van, Hagens VE, Bosker HA, Kingma JH, Kamp O, Kingma T, et al. A comparison of rate control and rhythm control in patients with recurrent persistent atrial fibrillation. N Engl J Med. 2002;347: Wyse DG, Waldo AL, DiMarco JP, Domanski MJ, Rosenberg Y, Schron EB, et al. A comparison of rate control and rhythm control in patients with atrial fibrillation. N Engl J Med. 2002;347: Abstract Favourable long-term results using the unmodified maze procedure in patients with medication-refractory or nearly refractory atrial fibrillation; experience from 1993/ 04 Objective. To assess the short- and long-term results following the unmodified maze procedure in patients with medication-refractory or nearly refractory atrial fibrillation. Design. Retrospective. Methods. We retrospectively collected and analysed preoperatively inhospital and follow-up data from patients with atrial fibrillation with or without structural heart disease who underwent the unmodified maze procedure in the St. Antonius hospital, Nieuwegein, the Netherlands. Results. In the 11-year period , 203 patients underwent the procedure: 139 underwent the maze procedure only and 64 underwent combined surgery for concomitant atrial fibrillation and structural heart disease. There were no in-hospital deaths. During a mean follow-up period of 4 years, 2 of the 203 patients died from cardiac causes; both had undergone combined surgery. With a mean follow-up period of 4 years, the rate of atrial fibrillation-free survival was 90% in patients with lone atrial fibrillation and 70% in patients with concomitant atrial fibrillation. For patients who had no recurrent atrial fibrillation 1 year after surgery, the risk of recurrence after 4 years was small (odds ratio: 9.56). Risk factors for recurrence included a large left atrium and a long duration of atrial fibrillation (more than 5 years). Conclusion. The maze procedure was a successful surgical intervention for patients with atrial fibrillation, both in the short and long term. This procedure can be considered when medication and electrical cardioversion are ineffective. Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:
NEDERLANDSE SAMENVATTING
Chapter 9 NEDERLANDSE SAMENVATTING Boezemfibrilleren is een zeer frequent voorkomende hartritmestoornis en daardoor een belangrijk klinisch probleem. Onder de westerse bevolking is de kans op boezemfibrilleren
Nadere informatieCARDIOLOGIE/HART-LONG CHIRURGIE. Maze-operatie BEHANDELING
CARDIOLOGIE/HART-LONG CHIRURGIE Maze-operatie BEHANDELING Maze-operatie Over enige tijd zult u in het St. Antonius Ziekenhuis een Maze-operatie ondergaan om uw hartritmestoornissen te behandelen. In deze
Nadere informatieHoofdstuk 2 Hoofdstuk 3
Samenvatting Bij boezemfibrilleren oftewel atriumfibrilleren (AF) is de hartslag onregelmatig. Bij een normaal hartritme ontstaat de prikkel voor elektrische geleiding in de sinusknoop, van waaruit deze
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Afdeling cardiologie
Boezemfibrilleren Afdeling cardiologie U heeft u een verwijzing gekregen naar de polikliniek boezemfibrilleren voor uw hartritmestoornis. In deze folder leest u wat boezemfibrilleren inhoudt en welke behandelingen
Nadere informatieHoe wordt het normale hartritme tot stand gebracht?
Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren, ofwel atriumfibrilleren wordt genoemd. In deze folder kunt u hierover meer lezen.
Nadere informatieInformatie. Boezemfibrilleren
Informatie Boezemfibrilleren Inleiding U heeft last van klachten die veroorzaakt worden door een hartritmestoornis. In deze folder leest u wat deze hartritmestoornis inhoudt en welke behandelmogelijkheden
Nadere informatieBoezemfibrillatie (atriumfibrillatie)
Boezemfibrillatie (atriumfibrillatie) In overleg met uw arts bent u doorverwezen naar de Boezemfibrillatie poli voor de behandeling en begeleiding van de hartritmestoornis boezemfibrilleren (ook wel atriumfibrilleren
Nadere informatieAtriumfibrilleren anno Drs LJ Gerhards Martinin Ziekenhuis Groningen
Atriumfibrilleren anno 2014 Drs LJ Gerhards Martinin Ziekenhuis Groningen Onderwerpen Epidemiologie Atriumfibrillerren (AF ) Indeling AF Behandeling AF - rate versus ritme therapie - ontstolling anno 2104
Nadere informatieBoezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB
Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Cardiologie
Boezemfibrilleren Cardiologie Uw cardioloog stelde vast dat er bij u sprake is van boezemfibrilleren. Dit is een veel voorkomende hartritmestoornis die onschuldig is, als bijtijds de juiste maatregelen
Nadere informatiePulmonale Vene Isolatie en Maze-procedure
Cardiothoracale chirurgie Pulmonale Vene Isolatie en Maze-procedure www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is boezemfibrillatie... 3 De operatieve behandelingen... 4 De MAZE-procedure... 5 Pulmonaal Vene
Nadere informatieCitation for published version (APA): Hemels, M. E. W. (2007). Rhythm control strategies for symptomatic atrial fibrillation s.n.
University of Groningen Rhythm control strategies for symptomatic atrial fibrillation Hemels, Martin Eric Willem IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Modulation of atrial fibrillation Geuzebroek, G.S.C. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Modulation of atrial fibrillation Geuzebroek, G.S.C. Link to publication Citation for published version (APA): Geuzebroek, G. S. C. (2013). Modulation of atrial fibrillation
Nadere informatieCardiologie. Boezemfibrilleren. Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep
Cardiologie Boezemfibrilleren Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep Uw cardioloog heeft vastgesteld dat er bij u sprake is van boezemfibrilleren. Dit
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren wordt genoemd. In deze brochure kunt u hierover meer lezen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens
Nadere informatieAblatie en begeleiden van ablatie patienten
Ablatie en begeleiden van ablatie patienten VS 13 september 2013 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist OLVG Amsterdam DISCLOSURES Geen conflict of interest! Voorzitter van de NVHVV werkgroep ICD
Nadere informatie32 Atriale ritmestoornissen
269 32 Atriale ritmestoornissen I.C. van Gelder Inhoud 32.1 Inleiding 269 32.2 Achtergrond 270 32.3 Huidige inzichten 271 32.4 Conclusie 276 Kernpunten 276 Literatuur 276 32.1 Inleiding Atriale ritmestoornissen
Nadere informatieDuitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2. Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3. VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1
Functionele mitrale regurgitatie VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1 Duitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2 Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3 Hartfalen is een aandoening die wereldwijd
Nadere informatieBehandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC
Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire
Nadere informatieDe behandeling van patiënten met boezemfibrilleren
Stand van zaken Frequentie- en ritmecontrole bij boezemfibrilleren Sébastien P.J. Krul, Wouter R. Berger, Antoine H.G. Driessen, Arthur A.M. Wilde en Joris R. de Groot + Gerelateerde artikelen Ned Tijdschr
Nadere informatieElective electrical cardioversion
Elective electrical cardioversion Han Deuling Verpleegkundig specialist cardiologie UMCG Short-stay cardiologie 14 bedden. 2700 opnames per jaar. Sinds 2005 verpleegkundig specialist in plaats van artsassistent.
Nadere informatieBehandeling van Voorkamerfibrillatie anno 2014 Dr Peter Geelen
Behandeling van Voorkamerfibrillatie anno 2014 Dr Peter Geelen Arrhythmia Unit, Hartcentrum OLV Aalst Atriale Fibrillatie Atriale fibrillatie is de meest voorkomende hartritmestoornis: Eén kans op 4 om
Nadere informatieZorgpad Atriumfibrilleren (AF)
Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Highlights Ziekenhuizen 2017 Hans Ros, ziekenhuisapotheker Inhoud Wat is AF? Hoe ontstaat een CVA (beroerte)? Behandeling AF: 4 peilers Orale antistolling 1 2016 ESC Guidelines
Nadere informatieBoezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9
Thoraxcentrum Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9 Inleiding Omdat u boezemfibrilleren heeft, bent u door uw arts doorverwezen naar de Boezemfibrilleren poli van het UMCG. Het doel van deze poli is u
Nadere informatie6ATRIUMFIBRILLEREN. Hiërarchie gecombineerd voor Atriumfibrilleren
ATRIUMFIBRILLEREN Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR interval (zonder de aanwezigheid van een repetitief patroon),
Nadere informatieBoezem- fibrilleren 70
Boezemfibrilleren 70 Nu wordt boezemfibrilleren als gevolg van hartklepproblemen over één kam geschoren met boezemfibrilleren na een hartinfarct. We zouden in de toekomst beter moeten kijken naar de persoonlijke
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Atriumfibrilleren. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op
Boezemfibrilleren Atriumfibrilleren Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Het hart is een holle spier, ongeveer even groot als een vuist. Het hart bestaat uit vier
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Lianne Permentier, cardioloog Ommelander Ziekenhuis
27-10-2016 Boezemfibrilleren Lianne Permentier, cardioloog Ommelander Ziekenhuis Opbouw presentatie Bouw en werking hart Het normale hartritme Boezemfibrilleren Oorzaken boezemfibrilleren Behandelmogelijkheden
Nadere informatieHARTRITMESTOORNISSEN DE BEHANDELING DOOR MIDDEL VAN ELEKTRONISCHE CARDIOVERSIE FRANCISCUS VLIETLAND
HARTRITMESTOORNISSEN DE BEHANDELING DOOR MIDDEL VAN ELEKTRONISCHE CARDIOVERSIE FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Hartritmestoornissen komen in het dagelijks leven vaak voor en zijn vaak onschuldig. Meestal
Nadere informatieMedicamanenteuze therapie van CTEPH. Paul Bresser, longarts Onze Lieve Vrouwe Gasthuis Amsterdam
Medicamanenteuze therapie van CTEPH Paul Bresser, longarts Onze Lieve Vrouwe Gasthuis Amsterdam CTEPH - definitie Gemiddelde druk in longslagader > 25 mm Hg Normale functie van de linker hartkamer Minstens
Nadere informatieChapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus
Chapter 8 Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Martijn A. Oudijk Barbara Ambachtsheer Philip Stoutenbeek Erik J. Meijboom 140 141 Chapter 8 Abstract Protocols
Nadere informatieVoorkamerfibrillatie. Informatiebrochure patiënten
Voorkamerfibrillatie Informatiebrochure patiënten 1. Het hart...4 2. Wat is voorkamerfibrillatie?...5 3. Wat zijn de symptomen van voorkamerfibrillatie?...6 4. Wat zijn de gevolgen van voorkamerfibrillatie?...6
Nadere informatie5-jaars Follow-up van de FAME studie
5-jaars Follow-up van de FAME studie WCN Congres 2015, Amsterdam 20-11-2015 Drs. L.X. van Nunen namens de FAME studiegroep Potential conflicts of interest Ik, Lokien X. van Nunen, heb GEEN conflicts of
Nadere informatiecasus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015
Ventrikel septum ruptuur casus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015 Casus 70 jarige man RVO: post operatief na VSR correctie en triscuspidalisplastiek Dyspneu verdenking pneumonie,
Nadere informatieLongaderisolatie Pulmonaal Vene Isolatie
U komt in aanmerking voor een longaderisolatie. Daarmee zetten wij de behandeling van uw boezemfibrilleren voort, nu medicijnen en cardioversies onvoldoende werken. Boezemfibrilleren is een veelvoorkomende
Nadere informatieThoraxcentrum. Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9
Thoraxcentrum Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9 Thoraxcentrum Inleiding Omdat u boezemfibrilleren heeft, bent u door uw arts doorverwezen naar de Boezemfibrilleren poli van het UMCG. Het doel van
Nadere informatieMinimaal invasieve mitralisklep chirurgie
Minimaal invasieve mitralisklep chirurgie Kinsing Ko ANIOS cardiothoracale chirurgie NVHVV CNE 9 april 2019 Agenda Anatomie Pathofysiologie mitralisklep insufficiëntie/stenose Voorbereidingen voor de operatie
Nadere informatieChronisch Atriumfibrilleren
Chronisch Atriumfibrilleren Wanneer terugverwijzen naar de huisarts? Dr. C.J.H.J. Kirchhof, cardioloog Alrijne Zorggroep, Leiderdorp Disclosure potential conflicts of interest Geen Atriumfibrilleren 165
Nadere informatieMinimaal invasieve aortaklepchirurgie NVHVV Het hart in handen, van klein tot groot
Minimaal invasieve aortaklepchirurgie NVHVV Het hart in handen, van klein tot groot Idserd Klop Arts-onderzoeker Cardio-Thoracale Chirurgie St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein 9 April 2019 2 Anatomie 3
Nadere informatieChapter 10. Samenvatting
Samenvatting Samenvatting: Bij patiënten met een indicatie voor een pacemaker op grond van bradycardieën, komt paroxysmaal atrium fibrilleren (AF) vaak voor (30-50%), ook als deze ritmestoornis voor pacemaker
Nadere informatieInleiding. Afbeelding 1: Het hart
Boezemfibrilleren Inleiding Het hart is een holle spier, ongeveer even groot als een vuist. Het hart bestaat uit vier holle ruimtes: Rechterboezem Linkerboezem Rechterkamer Linkerkamer De boezems vangen
Nadere informatieDe waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking. R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog
De waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog Continuous Nursing Education Utrecht, Dinsdag 14 februari 2017 Is het ECG behulpzaam?
Nadere informatieVentrikelstorm. Hoe zorg je dat de storm gaat liggen. J.G. van der Hoeven
Ventrikelstorm Hoe zorg je dat de storm gaat liggen J.G. van der Hoeven Definitie Minimaal 3 gescheiden episoden van sustained VT of VF binnen 24 uur of VT die minimaal 12 uur aanhoudt Bij aanwezigheid
Nadere informatieMANUAL. Dataverzameling Meetbaar Beter. Atriumfibrilleren. Manual dataverzameling Meetbaar Beter - Atriumfibrilleren versie 16 mei
MANUAL Dataverzameling Meetbaar Beter Atriumfibrilleren Manual dataverzameling Meetbaar Beter - Atriumfibrilleren versie 16 mei 2014 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Definities 4 3. Atriumfibrilleren
Nadere informatieAtriumfibrillatie polikliniek
Cardiologie Atriumfibrillatie polikliniek 1 Inleiding Atriumfibrilleren (of boezemfibrilleren) is een hartritmestoornis, een stoornis in het elektrische systeem van het hart. Om deze ritmestoornis te begrijpen
Nadere informatieAtriumfibrilleren en catheterablatie
Cardiologie Atriumfibrilleren en catheterablatie www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is atriumfibrilleren?... 3 Wat zijn de klachten?... 4 Oorzaak atriumfibrilleren... 4 Hoe vaak komt atriumfibrilleren
Nadere informatieBETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN
BETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN ehealth bij hartrevalidatie: meer deelnemers, minder terugval, beter eindresultaat? KNMG ehealth congres Donderdag 28 juni 2018 Evoluon
Nadere informatieIntracardiale pacemaker
Introductie protocol NEDERLANDSE VERENIGING VOOR CARDIOLOGIE 25 augustus 2016 Opgesteld door: Nederlandse Hart Ritme Associatie (NHRA) Introductie protocol Inhoud INLEIDING... 2 EISEN VOOR CENTRUM EN IMPLANTEUR...
Nadere informatieSPREEKUUR ATRIUMFIBRILLATIE
SPREEKUUR ATRIUMFIBRILLATIE 17873 Inleiding In deze folder vindt u informatie over atriumfibrilleren en het spreekuur atriumfibrillatie. Spreekuur atriumfibrillatie Atriumfibrilleren komt steeds vaker
Nadere informatieCardioversie. patiënteninformatie
Cardioversie patiënteninformatie 0 Beste mevrouw, heer B318-11 2017 Uw behandelende arts heeft u voorgesteld een cardioversie bij u uit te voeren. Dit heeft ongetwijfeld heel wat vragen bij u opgeroepen.
Nadere informatieNederlandse samenvatting en conclusies
Nederlandse samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Boezemfibrilleren is zowel vanuit epidemiologisch als klinisch standpunt een aanzienlijk probleem. De ritmestoornis draagt een duidelijke
Nadere informatieSamenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap
richtlijnen Samenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap Wim Opstelten, Bep S.P. Boode, Jan Heeringa, Frans H. Rutten en A.N. (Lex) Goudswaard
Nadere informatieMaatschap Cardiologie. Boezemfibrilleren en cardioversie
Maatschap Cardiologie Boezemfibrilleren en cardioversie Datum en tijd U wordt (dag), (datum) om uur verwacht op de afdeling hartbewaking (CCU). Voorbereiding Wij verzoeken u twee dagen voor de elektrische
Nadere informatieJohan Vijgen. ECG bij hartritmestoornissen
Johan Vijgen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft ritmestoornissen De patiënt had ritmestoornissen De patiënt wordt behandeld voor ritmestoornissen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft
Nadere informatieLevensbedreigende ventrikeltachycardie bij flecaïnidebehandeling voor symptomatisch boezemfibrilleren bij structureel cardiaal lijden
casuïstische mededelingen Levensbedreigende ventrikeltachycardie bij flecaïnidebehandeling voor symptomatisch boezemfibrilleren bij structureel cardiaal lijden M.Rienstra, A.C.P.Wiesfeld, D.J.van Veldhuisen
Nadere informatieNederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting 197 198 Samenvatting In het proefschrift worden diverse klinische aspecten van primaire PCI (Primaire Coronaire Interventie) voor de behandeling van een hartinfarct onderzocht.
Nadere informatieEuroSCORE. Wat kunnen we ermee? Wat doen we ermee? l. Noyez. CNE Thoraxchirurgie 15 april 2014
Wat kunnen we ermee? Wat doen we ermee? l. Noyez CNE Thoraxchirurgie 15 april 014 Disclosures Cardio-thoracaal chirurg Radboudumc, Nijmegen Bestuurslid NVT voorzitter com kwaliteit Bestuurslid BHN to construct
Nadere informatieDe medicamenteuze behandeling van VKF. Do s & Don ts. Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica
De medicamenteuze behandeling van VKF Do s & Don ts Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica 1 Voorkamerfibrillatie 2 Meest voorkomende aritmie wereldwijd Immense
Nadere informatieSupra-ventriculaire tachycardie
Supra-ventriculaire tachycardie (SVT) Dr. Sebastiaan Velthuis Cardioloog, Jeroen Bosch Ziekenhuis Typen SVT s Smal complex tachycardie (Inappropriate) Sinustachycardie AF Atriale flutter Atriale tachycardie
Nadere informatie5.4. Atriumfibrilleren
5.4 Atriumfibrilleren 112 5.4 Atriumfibrilleren Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR interval (zonder de aanwezigheid
Nadere informatieEchogeleide chirurgie voor mammacarcinoom
Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Een prospectief gerandomiseerd onderzoek N.M.A. Krekel M.H. Haloua M.P. van den Tol S. Meijer Chirurgische oncologie VU Universitair Medisch Centrum Incidentie
Nadere informatieBack to lipids lange termijn effecten van sta6nes
Back to lipids lange termijn effecten van sta6nes Prof Dr Johan De Su.er Universiteit Gent AZ Maria Middelares Gent Sta:ne gebruikers in België : 2005-2015 CM rapport 2015 ZIV uitgaven voor sta:nes: 2005-2015
Nadere informatieAtriumfibrilleren, je zou er hartkloppingen van krijgen!
Atriumfibrilleren, je zou er hartkloppingen van krijgen! ATRIUMFIBRILLEREN EN ANTISTOLLING RECENTE ONTWIKKELINGEN WETENSCHAPPELIJKE BIJEENKOMST 2012 Drs. S Rutten- de Jong, cardioloog Elkerliek ziekenhuis
Nadere informatieVolumenormen cardiologie 2016
Volumenormen cardiologie 2016 Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Auteur: Moniek Elsendoorn, beleidsmedewerker kwaliteit Vastgesteld: 14 september 2016 Evaluatiedatum:
Nadere informatieTAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team
TAVI (Un) limited transcatheter aorta valve implantation NVVC 1 April 2016 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling geen Zijn er grenzen aan
Nadere informatieInleiding Hoe werkt het hart? Wat gebeurt er bij een normaal hartritme?
Boezemfibrilleren Inleiding U bent in behandeling bij de cardioloog en/of verpleegkundig specialist omdat er boezemfibrilleren bij u is geconstateerd. In deze folder proberen we in het kort uit te leggen
Nadere informatiePreventie van mediastinitis na openhartchirurgie. Roemer Vos Cardiothoracaal chirurg i.o. St Antonius Ziekenhuis Nieuwegein
Preventie van mediastinitis na openhartchirurgie Roemer Vos Cardiothoracaal chirurg i.o. St Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst
Nadere informatieAtriumfibrilleren & NOAC s. Dionne van Kessel
Atriumfibrilleren & NOAC s Dionne van Kessel S Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of
Nadere informatieContent. AF & Nierfalen: Epidemiologie. AF & Nierfalen: Epidemiologie. Disclosures: Epidemiologie: AF en Nierfalen. AF en Nierfalen: kip of ei?
Disclosures: Zeg eens A. Over Atrium fibrilleren en Antistolling in ESRD Geen Marjolijn van Buren Internist-Nefroloog Content Epidemiologie: en Nierfalen & Nierfalen: Epidemiologie whites ARIC study Atheroslerosis
Nadere informatieAantallen en uitkomsten van congenitale cardiothoracale chirurgie in Nederland
Aantallen en uitkomsten van congenitale cardiothoracale chirurgie in Nederland Congenitale cardiothoracale chirurgie is het onderdeel van de cardiothoracale chirurgie dat zich specifiek bezig houdt met
Nadere informatieGeautomatiseerde medicatiereviews bij polyfarmacie patiënten in de eerstelijn: een retrospectieve studie Eerstelijnsgeneeskunde (ELG) Radboudumc
Geautomatiseerde medicatiereviews bij polyfarmacie patiënten in de eerstelijn: een retrospectieve studie Eerstelijnsgeneeskunde (ELG) Radboudumc Jorrit Harms OSV: Dr. Kees van Boven Inhoud Achtergrond
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Cardiologie. Locatie Hoorn/Enkhuizen
Boezemfibrilleren Cardiologie Locatie Hoorn/Enkhuizen Boezemfibrilleren Illustratie: het hart. Wat gebeurt er bij een normaal hartritme? Elke hartslag start met een elektrische impuls vanuit de sinusknoop,
Nadere informatie13 juni 2015 Landelijke Hartkleppenbijeenkomst van de diagnosegroep Hartfalen Cardiomyopathie en Hartkleppen Een samenvatting van de presentaties
13 juni 2015 Landelijke Hartkleppenbijeenkomst van de diagnosegroep Hartfalen Cardiomyopathie en Hartkleppen Een samenvatting van de presentaties Samenvatting van de presentatie van interventiecardioloog
Nadere informatieIndicatorensets Meetbaar Beter
Indicatorensets Meetbaar Beter 2016 2015 Uitkomstindicatoren Uitkomstindicator PCI CB AVR TAVI CB Procedurele mortaliteit 30-daagse mortaliteit 120-daagse mortaliteit 1-jaars mortaliteit Lange-termijn
Nadere informatieJan G Grandjean. Cardiothoracaal Chirurg
Jan G Grandjean Cardiothoracaal Chirurg Coronary Artery Bypass Grafting ECC MECC Off Pump benadering EndoCab Gebruik van Arterieel en/of veneus materiaal 1.Arterieel LIMA, RIMA, Radialis en Gastroepiploica
Nadere informatieUniversity of Groningen. Paroxysmal atrial fibrillation and atrial flutter Suttorp, Maarten Jan
University of Groningen Paroxysmal atrial fibrillation and atrial flutter Suttorp, Maarten Jan IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from
Nadere informatieAntistollingstherapie. Boezemfibrilleren. Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp
Antistollingstherapie Boezemfibrilleren Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp ESC Guidelines 2010 ESC Guidelines 2010 Do: 1.Preventie van AF gerelateerde complicaties 2.Optimale veiligheid van
Nadere informatieIndicatorensets Meetbaar Beter
Indicatorensets Meetbaar Beter 2015 Uitkomstindicatoren Uitkomstindicator Definitie Coronairlijden Aortakleplijden Atriumfibrilleren PCI CB AVR TAVI CB Procedurele 30-daagse 120-daagse 1-jaars 30-daagse
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieHartcentrum Hasselt. Voorkamerfibrillatie. Informatie voor patiënten
Hartcentrum Hasselt Voorkamerfibrillatie Informatie voor patiënten Inhoudstafel 1. Een normale hartfunctie 1. Een normale hartfunctie 3 2. Wat is voorkamerfibrillatie? 4 3. Wat zijn de symptomen van voorkamerfibrillatie?
Nadere informatieOverzicht prestaties Hartchirurgie
Rapport Universitair Medisch Centrum Cardio-thoracale Chirurgie Hartlongcentrum Huispost 677 Postbus 9101 6500 HB Nijmegen UMC St Radboud Centraal, route 677 Geert Grooteplein zuid 10 T (024) 361 47 44
Nadere informatieWilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Boezemfibrilleren
Wilhelmina Ziekenhuis Assen Vertrouwd en dichtbij Informatie voor patiënten Boezemfibrilleren z Boezemfibrilleren is een hartritmestoornis waarbij in de hartboezems sprake is van een snelle en onregelmatige
Nadere informatieA.S.Z. ziekenhuis. verzorgingsinstelling. Informatiebrochure. Cardioversie
A.S.Z. ziekenhuis IAutonome I verzorgingsinstelling Informatiebrochure Cardioversie Inhoudsopgave Wat is een cardioversie? 6 Oorzaken van onregelmatig hartritme 7 Risico s bij onregelmatig hartritme 8
Nadere informatieJolien Roos-Hesselink Judith Cuypers Maarten Witsenburg
Congenitale Cardiologie Jolien Roos-Hesselink Judith Cuypers Maarten Witsenburg Patiënte Meisje wordt geboren: ze is blauw en in de problemen. Snel naar het ziekenhuis: ErasmusMC locatie Sophia! Diagnose:
Nadere informatieCardioversie. Uw afspraak. Belangrijk: U moet nuchter komen. U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:...
Cardioversie Uw afspraak U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:... Belangrijk: U moet nuchter komen Inhoudsopgave 1 Wat is cardioversie... 1 2 Waarom is cardioversie nodig... 1 3 Hoe groot is de kans
Nadere informatieOverbehandeling in radiotherapie. Prof. Dr. Caroline Weltens
Overbehandeling in radiotherapie Prof. Dr. Caroline Weltens 29-09-2018 veilig de lokale therapie verminderen zonder de uitkomst te compromiteren Juiste balans tussen benefit en neveneffecten Bij combinatie
Nadere informatieGender differences in heart disease. Dr Danny Schoors
Gender differences in heart disease Dr Danny Schoors Women are meant to be loved, not to be understood Oscar Wilde (1854-1900) 2 05/01/16 Inleiding Cardiovasculaire ziekte 7 tot 10 jaar later dan bij mannen
Nadere informatieIn te vullen door de poli-assistent: Datum cardioversie: Aanwezig om: Locatie melden: Vast voedsel zes uur, water (+medicatie) twee uur
Cardioversie In te vullen door de poli-assistent: Datum cardioversie: Aanwezig om: Locatie melden: Nuchter: Vast voedsel zes uur, water (+medicatie) twee uur Denk aan het meenemen van al uw medicijnen
Nadere informatieBloedingen onder antitrombotische medicatie
Bloedingen onder antitrombotische medicatie Timing van herstarten Marieke Gimbel, arts-onderzoeker cardiologie 06-11-2018 Disclosure belangen spreker Marieke Gimbel - St. Antonius ziekenhuis Geen (potentiële)
Nadere informatieoperatie bij boezemfibrilleren
patiënteninformatie operatie bij boezemfibrilleren Uw cardioloog heeft u voor een behandeling van boezemfibrilleren doorverwezen naar de cardio-thoracaal chirurg in OLVG. Wat is boezemfibrilleren? Wat
Nadere informatieINFO VOOR PATIËNTEN KATHETERABLATIE VAN VOORKAMER FIBRILLATIE
INFO VOOR PATIËNTEN KATHETERABLATIE VAN VOORKAMER FIBRILLATIE INHOUD 01 Wat is voorkamerfibrillatie? 4 02 Behandeling 4 03 Ablatie 9 04 Na de ablatie 10 05 Complicaties 10 06 Resultaat 10 07 Besluit 10
Nadere informatiePerspectief van de zorgondernemer. Prof. dr. Robert Slappendel, anesthesioloog Manager kwaliteit en Veiligheid Amphia Ziekenhuis
Perspectief van de zorgondernemer Prof. dr. Robert Slappendel, anesthesioloog Manager kwaliteit en Veiligheid Amphia Ziekenhuis Heeft dit zorgstelsel adequate prikkels om kwalitatief goede zorg te leveren?
Nadere informatieBoezemfibrilleren. De bouw en werking van het hart
Boezemfibrilleren Boezemfibrilleren is een stoornis in het hartritme. Uw hartslag wordt onregelmatig. U kúnt dit voelen, maar dat hoeft niet. Van alle mensen met boezemfibrilleren voelt ongeveer 10 tot
Nadere informatieCardiologie. De behandeling van boezemfibrilleren
Cardiologie De behandeling van boezemfibrilleren Inhoudsopgave Wat is boezemfibrilleren? 3 Normaal hartritme 3 Boezemfibrilleren 4 Oorzaken 4 Klachten 4 Wanneer treedt het op? 5 Behandeling 5 Behandeling
Nadere informatiePresentatie I. Hartstilstand incidentie, preventieve kansen en aanbevelingen loopevenementen door J.H. Bennekers
Presentatie I Hartstilstand incidentie, preventieve kansen en aanbevelingen loopevenementen door J.H. Bennekers J.H. Bennekers Cardioloog Certe Groningen Looptrainersdag 2014 2 Project 2001. Pacemakerlopers
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Cardiologie
Boezemfibrilleren Cardiologie Inhoudsopgave Inleiding...4 Wat is boezemfibrilleren?...4 Wat gebeurt er bij een normaal ritme?...5 Wat veroorzaakt boezemfibrilleren?...6 Hoe wordt de diagnose gesteld?...6
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22985 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Klitsie, Liselotte Maria Title: Tissue Doppler and speckle tracking strain echocardiography
Nadere informatieAtriumfibrilleren. Hartkloppingen (plotseling bonzen, fladderen of rammelen in de borst) Gebrek aan energie Vermoeidheid
Atriumfibrilleren Wat is het atrium? De boezem (het atrium) is een deel van het hart. Het hart is een spier met daarin 4 holtes. De bovenste twee holtes noemen we boezems (atria) en de onderste twee holtes
Nadere informatieHartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken
1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:
Nadere informatieAnti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie
Anti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie Syncope Syncope als bijwerking van geneesmiddelen: Anti-aritmica Diuretica Anti-depressiva Antihypertensiva Geneesmiddelen
Nadere informatie