MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw. Bestelcode: ISBN:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2010. Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw. Bestelcode: 11-147 ISBN: 9789490943103"

Transcriptie

1

2 Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren. In het bestuur van Arbouw zijn vertegenwoordigd Bouwend Nederland, Federatie van Ondernemersorganisaties in de Afbouw (FOA), FOSAG, NOA, FNV Bouw en CNV Vakmensen. Stichting Arbouw Alle rechten voorbehouden. De producten, informatie, tekst, afbeeldingen, foto s, illustraties, lay-out, grafische vormgeving, technische voorzieningen en overige werken van Stichting Arbouw ( de werken ), waarin substantieel is geïnvesteerd, zijn beschermd onder de Auteurswet, de Benelux Merkenwet, de Databankenwet en andere toepasselijke wet- en regelgeving. Behoudens wettelijke uitzonderingen mag niets daarvan worden verveelvoudigd, aan derden ter beschikking gesteld of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Arbouw. Het bekijken van de werken en het maken van kopieën voor eigen individueel gebruik is toegestaan voorzover binnen de toepasselijke wet- en regelgeving aangegeven grenzen. De woord- en beeldmerken op de werken zijn van Stichting Arbouw en/of haar licentiegever(s). Het is niet toegestaan één of meerdere van deze merken en logo s te gebruiken zonder voorafgaande toestemming van Stichting Arbouw of betrokken licentiegever(s). Stichting Arbouw is niet aansprakelijk voor (de inhoud van) haar (informatie) producten, software daaronder mede begrepen, noch voor het (her) gebruik daarvan door derden.

3 MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2010 Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw Bestelcode: ISBN: Harderwijk, juni 2011

4 2

5 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING INLEIDING ONGEVALLEN IN DE BOUW ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW DE AARD VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN EN DE AARD VAN HET LETSEL ONGEVALLEN EN DE GEVOLGEN VEILIGHEID OP DE BOUWPLAATS IMPLICATIES VOOR BELEID KERNCIJFERS ONGEVALLEN IN DE BOUW BIJLAGE: 1 ONDERZOEKSVERANTWOORDING

6 4

7 SAMENVATTING In 2010 werden ruim werknemers in de bouw 1 geconfronteerd met een ongeval dat leidde tot verzuim. Dat is 7 procent van alle werknemers in de bouw. Ongeveer werknemers hadden een ongeval tijdens werktijd (4 procent), de overige werknemers kregen een ongeval in de vrije tijd of tijdens woonwerkverkeer. De ongevallen leidden tot een ziekteverzuim van ongeveer manjaren. De loonkosten inclusief overhead van dit verzuim bedroegen circa 130 miljoen euro, waarvan de helft ten gevolge van de arbeidsongevallen. Iets minder dan een kwart van de werknemers met een arbeidsongeval verzuimde langer dan 40 dagen. Kort durend verzuim (minder dan 10 dagen) kwam voor bij iets meer dan 40 procent van de werknemers met een ongeval tijdens werktijd. Bijna een kwart van de werknemers met een arbeidsongeval moest worden opgenomen in het ziekenhuis. Bij een tiende bleef de opname beperkt tot 1 dag. Zeven procent lag langer dan 5 dagen in het ziekenhuis. In vergelijking met 2009 is het aantal werknemers met een ongeval gedaald met ruim Dat komt neer op een daling van bijna 14 procent. Het totale aantal werknemers in de bouw nam in dezelfde periode met 8 procent af. Omdat het aantal ongevallen sterker daalde dan het totale aantal werknemers in de bouw, nam de ongevallenincidentie af van 7,6 in 2009 tot 7,1 in Het aantal arbeidsongevallen daalde met 1.520, een daling van 18 procent. Het aandeel werknemers met een arbeidsongeval daalde dan ook van 4,1 naar 3,6 procent. Daar staat tegenover dat de gemiddelde verzuimduur is gestegen. 1 Exclusief werknemers in bagger- en bouwinstallatiebedrijven. 5

8 Tabel A. Ongevallen in de bouw, 2010 en werknemers met een ongeval - absoluut in % totale aantal werknemers 7,1 7,6 werknemers met een arbeidsongeval - absoluut in % totale aantal werknemers 3,6 4,1 Arbeidsongeval gemiddelde verzuimduur 39,4 30,8 geschatte arbeidskosten in mln. euro Bijna een derde van de arbeidongevallen had letsel aan hand of pols tot gevolg en nog eens bijna een vijfde letsel aan arm of schouders. Bijna 16 procent veroorzaakte voet- of enkelletsel en nog eens bijna een vijfde been- of knieletsel. Daarnaast wordt ook relatief vaak rugletsel ondervonden. De meest voorkomende oorzaak van arbeidsongevallen in de bouw is vallen. Andere belangrijke oorzaken zijn verstappen, struikelen, uitglijden, getroffen worden door een vallend voorwerp en klemmen of knellen. Terwijl de kans op een ongeval tijdens werktijd gemiddeld bijna 4 procent bedraagt, is deze voor werknemers jonger dan 25 jaar anderhalf keer zo groot, namelijk 6 procent. Dit heeft niet te maken met het feit dat jongeren in risicovollere beroepsgroepen werkzaam zijn. Ook binnen de meeste onderscheiden beroepen hebben jongeren een grotere kans op een arbeidsongeval. Naar beroep bezien hebben timmerlieden de grootste kans op een arbeidsongeval (6 procent). Van het UTA-personeel kreeg nog geen procent een ongeval onder werktijd. Arbeidsongevallen kunnen aanzienlijke psychische, sociale en financiële gevolgen hebben. Het ligt daarom zowel in het belang van de werknemers, de werkgever als de maatschappij om arbeidsongevallen zo veel mogelijk te voorkomen. Hiervoor is het onder andere noodzakelijk dat op de bouwplaats de noodzakelijke technische en organisatorische voorzieningen om veilig te kunnen werken worden getroffen en dat de vereiste beschermingsmiddelen ter beschikking worden gesteld. Volgens het merendeel van de bouwplaatswerknemers met een arbeidsongeval is dit ook gebeurd. Echter, iets minder dan een kwart van hen had geen voorlichting gehad over veilig werken en 6

9 nog eens bijna een kwart niet over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Hier valt waarschijnlijk nog behoorlijk wat winst te halen. Bijna 16 procent van het bouwplaatspersoneel met een arbeidsongeval is dan ook van mening dat het ongeval te voorkomen was geweest als de werkgever de vereiste veiligheidsmaatregelen had getroffen. Het aandeel dat denkt dat het ongeval niet gebeurd was als hijzelf de vereiste veiligheidsmaatregelen had getroffen, is anderhalf keer zo groot. Veiligheid op de bouwplaats verdient daarom onverminderd de aandacht. 7

10 1 INLEIDING Op verzoek van de Stichting Arbouw voert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid jaarlijks een onderzoek uit naar de mate waarin er in de bouwnijverheid ongevallen plaatsvinden. Hiervoor wordt sinds 2005 gebruik gemaakt van gegevens die bij de Stichting Arbouw bekend zijn uit het periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO). Die PAGO s worden op grond van de CAO s voor diverse beroepsgroepen in opdracht van de Stichting Arbouw uitgevoerd door gecertificeerde arbodiensten die voldoen aan door de Stichting Arbouw vastgestelde kwaliteitseisen. Deelname aan het PAGO is vrijwillig. Werknemers hebben er tot hun 40 e jaar eenmaal in de vier jaar recht op, daarna eenmaal in de twee jaar. Voor bouwplaatswerknemers begint dit recht op 16-jarige leeftijd, voor UTA-werknemers op 20-jarige leeftijd. In de vragenlijst die werknemers voor het PAGO invullen, wordt onder meer gevraagd of zij in de afgelopen twaalf maanden verzuimd hebben als gevolg van een ongeval. Met behulp van dit gegeven zijn in dit rapport schattingen gemaakt van de mate waarin er in de bouw arbeidsongevallen gebeuren, waarbij het uitsluitend gaat om ongevallen die tot verzuim hebben geleid. Om ook uitspraken te kunnen doen over de aard van de ongevallen, de aard van het daarbij opgelopen letsel, de vraag of er veiligheidsmaatregelen getroffen waren en de duur van het verzuim en eventuele ziekenhuisopname, is aan de werknemers die in het PAGO hadden aangegeven verzuimd te hebben wegens een ongeval, een schriftelijke enquête toegestuurd. Omdat de gegevens in dit rapport gebaseerd zijn op de antwoorden van werknemers die hebben deelgenomen aan een PAGO, is het de vraag in hoeverre de uitkomsten representatief zijn voor alle bouwwerknemers. In de meeste tabellen geven de cijfers geen afwijkingen te zien ten opzichte van de jaren waarin sprake was van een aselecte steekproef. Daar waar uitkomsten worden weergegeven met betrekking tot de verzuimduur ten gevolge van een ongeval, zien we wel duidelijke verschillen. In de bijlage wordt nader ingegaan op de representativiteit van de uitkomsten. 8

11 2 ONGEVALLEN IN DE BOUW Van de werknemers die in 2010 hebben deelgenomen aan een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) heeft 7 procent in de twaalf maanden voorafgaand aan het PAGO verzuimd wegens een ongeval. Als we ervan uitgaan dat dit percentage ook geldt voor alle werknemers in de bouw, komt dit overeen met ruim 13 duizend werknemers 2 met een ongeval. Daarbij gaat het zowel om arbeidsongevallen (ongevallen in werktijd) als ongevallen in de vrije tijd. De kans op een ongeval is voor jongere werknemers (jonger dan 25 jaar) twee keer zo groot als voor alle werknemers gemiddeld (tabel 1). Ook werknemers in de leeftijdsklasse van 25 tot 34 jaar hebben iets vaker een ongeval dan gemiddeld. Het grootste deel van de ongevallen komt dan ook voor rekening van de werknemers die jonger zijn dan 35 jaar. Voor bouwplaatspersoneel is de kans op een ongeval uiteraard groter dan voor het UTA-personeel. Van alle bouwplaatswerknemers heeft 9 procent verzuimd wegens een ongeval. Voor het UTA-personeel lag dit percentage op bijna drie procent. Van de werknemers op de bouwplaats hebben schilders de kleinste kans op een ongeval (8 procent). Voor timmerlieden, metselaars en de categorie overig bouwplaatspersoneel is die kans met ongeveer 9 procent iets groter. De verschillen tussen de beroepen worden voor een deel verklaard uit een andere leeftijdsopbouw. Vooral timmerlieden en metselaars zijn gemiddeld jonger dan schilders. Onder het UTA-personeel zien we een klein verschil tussen uitvoerders en het overige UTA-personeel. Van de uitvoerders heeft 3 procent verzuimd ten gevolge van een ongeval, onder het overige UTA-personeel is dat bijna 3 procent. De leeftijdsopbouw is hierbij geen verklaring voor het verschil in de kans op een ongeval. Uitvoerders zijn gemiddeld namelijk ouder dan het overige UTA-personeel. De verklaring wordt wellicht gevormd door het feit dat uitvoerders beduidend vaker op de bouwplaats aanwezig zijn dan bijvoorbeeld werkvoorbereiders en calculators en natuurlijk het administratief personeel en daardoor een groter risico lopen op een ongeval. 2 Het aantal ongevallen ligt iets hoger omdat iemand meer dan een ongeval kan hebben. De gegevens in dit rapport hebben betrekking op het aantal werknemers met een ongeval. Waar kenmerken van de ongevallen worden weergegeven hebben deze betrekking op het enige dan wel het laatste ongeval dat een werknemer had. 9

12 Uit tabel 1 blijkt verder dat de kans op een ongeval voor werknemers in de sector b&u, gww en afbouw en afwerking verschillend is. In alle sectoren samen ligt de kans op een ongeval op 7,1 procent. Tabel 1 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval en het totale aantal werknemers in de bouw, per leeftijdsklasse, beroepsgroep en sector (2010) totale aantal werknemers in de bouw aantal werknemers dat heeft verzuimd wegens een ongeval absoluut in % van het totale aantal werknemers leeftijd jonger dan , , ,0 45 en ouder ,3 totaal ,1 beroep timmerman ,8 metselaar ,5 schilder ,5 overig bouwplaatspersoneel ,1 uitvoerders ,1 overig UTA-personeel ,5 totaal ,1 sector b&u ,1 afbouw en afwerking ,2 gww ,6 totaal ,1 10

13 Ten opzichte van 2009 is het aandeel werknemers dat heeft verzuimd als gevolg van een ongeval gedaald van 7,6 naar 7,1 procent. Het aantal werknemers met verzuim ten gevolge van een ongeval daalde met 14 procent. Het totale aantal werknemers in de bouw nam met 8 procent af. Omdat het aantal werknemers dat heeft verzuimd als gevolg van een ongeval sterker afnam dan het totale aantal werknemers in de bouw, daalde het percentage werknemers met een ongeval. Figuur 1 toont het aandeel werknemers dat heeft verzuimd wegens een ongeval sinds Zoals uit de figuur blijkt schommelt het percentage werknemers met een ongeval rond de 8 procent. Figuur 1 Het percentage werknemers dat heeft verzuimd wegens een ongeval, , ,8 7,8 7,4 7,6 7, De ernst van de ongevallen kan onder andere worden afgemeten aan de mate waarin zij tot verzuim leiden. Tabel 2 laat zien dat van de werknemers die hebben verzuimd wegens een ongeval, 85 procent vier dagen of meer ziek was. Onder oudere werknemers (45 jaar en ouder) is dit aandeel met 87 procent iets hoger dan onder werknemers jonger dan 45 jaar. 11

14 Tabel 2 Aantal werknemers dat vier of meer dagen heeft verzuimd ten gevolge van een ongeval per leeftijdsklasse, beroepsgroep en sector (2010) werknemers met vier of meer dagen verzuim door een ongeval aantal in % van werknemers met een ongeval in % van totale aantal werknemers leeftijd jonger dan ,5 13, ,9 6, ,0 4,3 45 en ouder ,6 4,6 totaal ,1 6,0 beroep timmerman ,4 7,5 metselaar ,5 8,7 schilder ,3 7,1 overig bouwplaatspersoneel ,5 7,4 uitvoerders ,0 2,9 overig UTA-personeel ,0 2,1 totaal ,1 6,0 sector b&u ,9 5,6 afbouw en afwerking ,0 4,6 gww ,9 9,0 totaal ,1 6,0 12

15 3 ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW Van de ruim bouwwerknemers met een ongeval in 2010, hadden er zo n 6.400, iets minder dan de helft, een ongeval op de bouwplaats. Bij 200 werknemers was er sprake van een verkeersongeval in werktijd terwijl 290 werknemers een ander ongeval tijdens werktijd ondervonden (bijv. op kantoor) werknemers kregen een ongeval buiten werktijd. De meeste hiervan vonden in de vrije tijd plaats 3. Bij 6 procent van de werknemers met een ongeval buiten werktijd, gebeurde dit tijdens woon-werkverkeer. Tabel 3 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval naar de aard van het laatste of enige ongeval (2010) aard van het ongeval aantal werknemers met een ongeval absoluut % arbeidsongevallen ongeval op de bouwplaats ,0 verkeersongeval in werktijd 200 1,5 ander ongeval in werktijd 290 2,2 totaal arbeidsongevallen ,7 overige ongevallen ongeval tijdens woon-werkverkeer 830 6,3 ongeval in vrije tijd ,1 totaal overige ongevallen ,3 totaal Gemiddeld is bij ruim de helft van de werknemers met een ongeval, sprake van een arbeidsongeval. Bij werknemers ouder dan 35 jaar is dit percentage met 60 procent beduidend hoger dan bij werknemers jonger dan 35 (43 procent). Jongere werknemers hebben dus relatief vaak een ongeval in de vrije tijd wat kán samenhangen met de mate waarin jongeren sport beoefenen en de soort sport. De kans op een arbeidsongeval is bij jongere werknemers echter groter dan bij oudere werknemers, evenals de kans op een ongeval überhaupt (zie hoofdstuk 2). 3 Uit eerder in de jaren negentig door het EIB uitgevoerd onderzoek onder bouwplaatswerknemers is gebleken dat van alle ongevallen in vrije tijd gemiddeld 40 procent veroorzaakt werd door sportbeoefening. 13

16 Ook bij schilders vinden verhoudingsgewijs weinig ongevallen plaats tijdens het werk. Negenendertig procent van de schilders met een ongeval, kreeg een ongeval tijdens werktijd. Bij het overige UTA-personeel lag dit percentage met bijna 13 procent nog eens een behoorlijk stuk lager. Het aantal arbeidsongevallen in procenten van het aantal werknemers in de sector afbouw en afwerking het laagst. In de b&u sector ligt dit hoger en in de gwwsector is dit het hoogst Tabel 4 Aantal werknemers met een arbeidsongeval naar leeftijdsklasse, beroepsgroep en sector (inclusief onbekend) (2010) aantal aantal werknemers met een arbeidsongeval werknemers met een ongeval absoluut in % van het totale aantal werknemers met een ongeval in % van aantal werknemers in de populatie leeftijd jonger dan ,5 5, ,0 3, ,0 3,0 45 en ouder ,9 3,2 totaal ,7 3,6 beroep timmerman ,7 5,9 metselaar ,8 5,0 schilder ,7 2,9 overig bouwplaatspersoneel ,7 4,8 uitvoerders ,0 1,1 overig UTA-personeel ,7 0,3 totaal ,7 3,6 sector b&u ,4 3,8 afbouw en afwerking ,7 2,8 gww ,1 4,2 totaal ,7 3,6 14

17 Uit tabel 5 blijkt dat het aandeel van de arbeidsongevallen in het totale aantal ongevallen bij de kleine en middelgrote bedrijven groter is dan bij grote bedrijven. De kans op een ongeval überhaupt is voor de kleine bedrijven iets groter dan de middelgrote en grote bedrijven. Tabel 5 grootteklasse Aantal werknemers met een arbeidsongeval naar grootteklasse (aantal werknemers in dienst) van het bedrijf (2010) aantal werknemers aantal werknemers met een arbeidsongeval met een ongeval absoluut in % van het totale aantal ongevallen in % van werknemers in populatie ,8 3, ,7 3, ,4 3,6 totaal ,7 3,6 Figuur 2 geeft het percentage werknemers dat heeft verzuimd ten gevolge van een ongeval dan wel een arbeidsongeval sinds 1999 weer. Het aandeel werknemers met verzuim als gevolg van een ongeval schommelt rond de acht procent, het aandeel met een arbeidsongeval schommelt tussen de vier en de vijf procent. Een duidelijke ontwikkeling in het aandeel werknemers met een (arbeids-)ongeval is niet uit de figuur af te leiden. 15

18 Figuur 2 Het percentage werknemers dat verzuimd heeft wegens een ongeval en een arbeidsongeval, , ,8 7,8 7,4 7,6 7,1 6 5, ,2 4,3 4,0 4,1 3, ongevallen arbeidsongevallen Anders is dat in figuur 3. Hierin is het aantal arbeidsongevallen met verzuim per 100 manjaren weergegeven sinds Om toevallige invloeden zoals weersomstandigheden uit te sluiten zijn driejaarsgemiddelden opgenomen. Het betreft alleen bouwplaatspersoneel. Uit de figuur blijkt dat het aantal ongevallen per 100 manjaren sinds de jaren zeventig een dalende trend vertoont. Terwijl het aantal ongevallen per 100 manjaren in 1971 ruim tien bedroeg, schommelt het de laatste jaren rond de zes. Uit de figuur blijkt verder dat de trendmatige daling afvlakt. 16

19 Figuur 3 Ontwikkeling van het aantal arbeidsongevallen met verzuim per 100 manjaren, 1972 tot en met 2010 (driejaarsgemiddelden, alleen Bouwplaatspersoneel) Tot slot van dit hoofdstuk worden werknemers met een arbeidsongeval in 2010 op een aantal kenmerken van het werk vergeleken met werknemers die in 2010 geen ongeval hebben gehad. Werknemers met een arbeidsongeval geven vaker dan werknemers die geen ongeval hebben gehad, aan dat ze zich regelmatig in onveilige situaties bevinden, dat er onvoldoende technische en organisatorische maatregelen worden getroffen voor een veilige werksituatie en dat het niet in orde is met de veiligheid van het werk. Ook vinden zij vaker dat het werk doorgaans niet goed is georganiseerd en dat ze door de dagelijkse leiding onvoldoende worden ondersteund in het werk. Overigens moet men voorzichtig zijn met het verbinden van conclusies aan deze antwoorden. De mening van de werknemers kan zijn beïnvloed door het feit dat ze een arbeidsongeval hebben gehad. Werknemers met een arbeidsongeval oordelen waarschijnlijk ongunstiger over de veiligheid op de bouwplaats dan werknemers die niet verzuimd hebben ten gevolge van een ongeval. 17

20 Tabel 6 Percentage werknemers dat bij het PAGO in 2010 heeft gezegd dat de genoemde kenmerken van toepassing zijn, naar arbeidsongeval of geen ongeval in de twaalf maanden voorafgaand aan het PAGO kenmerk arbeidsongeval geen ongeval werkt geregeld onder tijdsdruk 44,0 47,9 heeft te veel werk te doen 36,9 38,5 bevindt zich regelmatig in onveilige situaties 23,6 * 10,5 onvoldoende technische en organisatorische maatregelen getroffen door werkgever 7,9 * 5,9 kan niet beschikken over de benodigde persoonlijke beschermingsmiddelen 2,5 3,2 vindt dat het niet in orde is met de veiligheid in het werk 10,0 * 4,6 het werk is doorgaans niet goed georganiseerd 13,8 * 10,4 wordt door de dagelijkse leiding onvoldoende ondersteund in het werk 13,4 * 10,6 krijgt onvoldoende informatie en uitleg over de opdrachten 12,1 10,3 * Significant verschillend van de groep werknemers zonder ongeval, p<0,01 18

21 4 DE AARD VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN EN DE AARD VAN HET LETSEL De meest voorkomende oorzaak van arbeidsongevallen in de bouw is vallen. Bij ruim een kwart van de werknemers wordt het ongeval veroorzaakt door een val. Struikelen of uitglijden vormt voor zo n 11 procent van de werknemers de oorzaak van het arbeidsongeval. Negen procent van de werknemers verzuimt omdat men zich verstapt of wordt door een vallend voorwerp getroffen. Snijden en klemmen of knellen komt voor bij ongeveer 5 procent van de werknemers met een arbeidsongeval. Naast deze relatief vaak voorkomende categorieën zijn er nog talrijke andere soorten arbeidsongevallen die minder frequent voorkomen. In tabel 7 staan alle categorieën weergegeven en wordt er naast de percentages eveneens vermeld hoeveel van deze ongevallen er naar schatting hebben plaatsgevonden. Tabel 7 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar oorzaak/aanleiding van het ongeval (2010) soort ongeval aantal werknemers met een arbeidongeval absoluut % getroffen door vallend voorwerp 630 9,2 val van minder dan 2,5 meter hoogte ,8 val van meer dan 2,5 meter hoogte 370 5,4 geraakt of bekneld door machine 280 4,1 geraakt of bekneld door (draaiend) gereedschap 190 2,7 geraakt door wegschietend voorwerp 490 7,1 vertillen of verdraaien 330 4,9 verstappen 610 8,9 struikelen of uitglijden ,8 stoten 110 1,6 snijden 380 5,4 klemmen of knellen 320 4,7 elektrocutie, verbranding of explosie 40 0,5 aanrijding op de bouwplaats 200 2,9 verkeersongeval (niet op de bouwplaats) 10 0,2 ander soort ongeval 290 4,0 overig 400 5,8 Totaal

22 De oorzaak van de ongevallen verschilt enigszins naar beroep. Schilders, metselaars en het overige bouwplaatspersoneel verzuimen relatief vaak door vallen. Timmerlieden krijgen verhoudingsgewijs vaak een ongeval doordat zij door vallende voorwerpen worden getroffen. Ook naar sector verschilt de oorzaak van de ongevallen. In de b&u en afbouw en afwerking verzuimen werknemers relatief vaak door een ongeval veroorzaakt door vallen. Dit komt in de gww minder vaak voor. Werknemers in de gww worden relatief vaak getroffen door een vallend voorwerp. Kijken we vervolgens naar de aard van het letsel als gevolg van arbeidsongevallen, dan blijkt het vooral om letsel aan de ledematen te gaan (zie tabel 8). Ruim 31 procent van de werknemers met een arbeidsongeval had letsel aan hand of pols en bijna een vijfde aan arm of schouder. Zo n 16 procent van de arbeidsongevallen had voet- of enkelletsel tot gevolg en nog eens bijna een vijfde been- of knieletsel. Daarnaast worden ook rugletsel, hoofdletsel en oog- of oorletsel relatief vaak genoemd. Tabel 8 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het lichaamsdeel dat gewond raakte, (2010) 1) lichaamsdeel aantal werknemers met een arbeidongeval absoluut % hoofd 450 6,5 oog of oor 620 9,0 nek 290 4,2 rug ,9 romp 450 6,6 arm/schouder ,3 hand/pols ,2 been/knie ,4 voet/enkel ,6 buik/inwendige organen 230 3,3 1) meerdere antwoorden mogelijk 20

23 5 ONGEVALLEN EN DE GEVOLGEN Uitoefening van het werk In tabel 9 worden de werknemers met een (arbeids-)ongeval op een aantal kenmerken vergeleken met de werknemers die geen ongeval hebben gehad. De gegevens zijn afkomstig van het PAGO in Zoals uit de tabel blijkt ondervinden werknemers die een arbeidsongeval hebben gehad vaker problemen in de uitoefening van hun werk dan werknemers die een ander ongeval of helemaal geen ongeval hebben gehad. Werknemers met een arbeidsongeval ondervinden meer dan gemiddeld klachten bij de uitvoering van hun werk en moeten relatief vaak langzamer werken of hun manier van werken aanpassen. In vergelijking met werknemers zonder een ongeval zijn zij meer dan gemiddeld helemaal niet in staat om te werken. Werknemers met een ongeval buiten werktijd moeten vergeleken met werknemers zonder ongeval vaker langzamer werken of hun manier van werken aanpassen en zijn vaker in het geheel niet in staat om te werken. Tabel 9 Percentage werknemers dat bij het PAGO in 2010 heeft gezegd dat de genoemde kenmerken van toepassing zijn, naar wel of geen ongeval kenmerk arbeids- ander geen totaal ongeval ongeval ongeval kan zijn werk doen, maar dat veroorzaakt wel enkele klachten 28,7 ** 20,4 18,2 18,6 moet soms langzamer werken of zijn manier van werken veranderen 11,5 9,7 * 7,2 7,4 moet vaak langzamer werken of zijn manier van werken veranderen 3,2 * 2,5 1,9 2,0 is in het geheel niet in staat om te werken 4,4 * 3,7 * 1,0 1,2 ** Significant verschillend van de groep werknemers met een ander ongeval en de groep werknemers zonder ongeval, p< 0,01 * Significant verschillend van de groep werknemers zonder ongeval, p< 0,01 21

24 Werkvermogen Als de werknemers om een oordeel wordt gevraagd over hun werkvermogen, gezien de lichamelijke eisen die het werk aan hen stelt, dan zien we duidelijke verschillen tussen de werknemers die een arbeidsongeval hebben gehad en degenen die geen ongeval hebben gehad of een ongeval buiten werktijd (tabel 10). Werknemers met een arbeidsongeval beoordelen hun werkvermogen beduidend minder vaak als zeer goed en beduidend vaker als matig of (zeer) slecht. Tabel 10 Percentage werknemers dat zijn werkvermogen, kijkend naar de lichamelijke eisen die het werk aan hem stelt, in 2010 als goed, matig of slecht beoordeeld, naar wel of geen ongeval Werkvermogen arbeids- ander geen totaal ongeval ongeval ongeval zeer goed 14,4 23,0 26,4 25,9 goed 67,4 63,0 65,1 65,1 matig 13,1 9,4 7,0 7,3 slecht 3,2 3,3 1,0 1,2 zeer slecht 1,8 1,2 0,5 0,5 totaal Duur verzuim Bijna een kwart van de werknemers die in 2010 een arbeidsongeval hebben gehad, heeft meer dan 40 dagen verzuimd als gevolg van dat ongeval. Voor bijna 16 procent lag de verzuimduur tussen de 21 en 40 dagen. Kort durend verzuim (minder dan 10 dagen) kwam voor bij 41 procent van de werknemers met een arbeidsongeval (zie tabel 11). In voorgaande onderzoeken naar arbeidsongevallen in de bouw voor de jaren 1998 tot en met 2004 bleef het verzuim in ongeveer de helft van alle gevallen beperkt tot hooguit 10 dagen. Langdurend verzuim van meer dan 40 dagen kwam als regel niet uit boven de 10 procent van alle gevallen. Dit suggereert dat werknemers die een ongeval hebben gehad dat tot een verzuim van meer dan 10 dagen leidt, in het onderzoek zijn oververtegenwoordigd 4. De gegevens moeten daarom met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd 5. 4 Dit was ook al het geval bij de onderzoeken in 2005 tot en met Zie ook bijlage 1 met betrekking tot de representativiteit van de uitkomsten. 22

25 Tabel 11 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval naar soort ongeval en de duur van dat verzuim (aantal verzuimde werkdagen) (2010) verzuimduur arbeidsongeval ander ongeval totaal absoluut % absoluut % absoluut % 1-3 dagen , , , dagen , , , dagen , , , dagen , , ,1 41 dagen , , ,5 totaal , , ,0 gemiddelde duur 39,4 35,8 37,8 Op grond van de gegevens in tabel 11 kunnen we schatten dat in 2010 ruim manjaren verloren zijn gegaan door verzuim als gevolg van een ongeval. Hiervan ging de helft verloren door arbeidsongevallen en de helft door overige ongevallen. Dat betekent een verzuimpercentage als gevolg van ongevallen van ongeveer 1 procent, waarvan 0,5 procent door arbeidsongevallen. Hoeveel manjaren precies verloren gaan door verzuim is echter moeilijk te schatten. Zoals al eerder vermeld, is het langdurende verzuim ten gevolge van ongevallen oververtegenwoordigd in het onderzoek. De schatting van manjaren is wat dat betreft dus een overschatting. Anderzijds geeft het aantal manjaren van ook een onderschatting aan. In het onderzoek wordt niet het aantal ongevallen geteld, maar het aantal werknemers met een ongeval. Iemand kan meer dan één ongeval in een jaar hebben. Het totale aantal dagen dat verloren gaat als gevolg van ongevallen ligt dus iets hoger. Vervolgens is het verzuim dat hier wordt geteld alleen het verzuim dat direct op het ongeval volgt. Werknemers kunnen als nasleep van het ongeval later opnieuw uitvallen. Als men werknemers echter vraagt naar hun verzuim ten gevolge van het ongeval (zoals hier is gedaan) tellen zij dit latere verzuim meestal niet mee 6. Tenslotte is een deel van de werknemers die als gevolg van een ongeval hebben verzuimd, op het moment van enquêteren nog niet of nog niet volledig aan het werk. 6 Zie Fiske& Taylor (2004). De Vroome (2005). 23

26 Ongevallen kunnen aanzienlijke gevolgen hebben voor de betrokken personen en ook voor het bedrijf waar zij werken. Ongevallen kunnen leiden tot (ernstig) lichamelijk en geestelijk letsel, en in het ergste geval, tot iemands dood. Lichamelijk en geestelijk letsel kan ertoe leiden dat werknemers tijdelijk of blijvend hun beroep niet meer kunnen uitoefenen. Ook voor een bedrijf kunnen de gevolgen aanzienlijk zijn. Op de eerste plaats kan men denken aan de kosten van verzuim en arbeidsongeschiktheid van de betrokken personen en productieverlies. Als het een arbeidsongeval betreft kunnen andere kosten optreden zoals beschadigingen aan gebouwen, machines, juridische kosten, imagoschade en motivatieverlies bij andere werknemers. De kosten van ongevallen in de bouw zijn met dit onderzoek niet te bepalen. Wel kan een schatting worden gemaakt van de kosten van het ziekteverzuim als gevolg van ongevallen. Uitgaande van gemiddelde bruto loonkosten in de bouw per manjaar (inclusief overhead) van ongeveer euro komen we op een totaal van ongeveer 130 miljoen euro, waarvan ongeveer 65 miljoen ten gevolge van arbeidsongevallen en nog eens circa 64 miljoen ten gevolge van ongevallen in vrije tijd of tijdens het woon-werkverkeer. Ziekenhuisopname Hoewel zo n 40 procent van de ongevallen aanleiding geeft tot een verzuimduur van meer dan 20 dagen, leiden de meeste ongevallen niet tot ziekenhuisopname. Van de werknemers met een arbeidsongeval moest iets minder dan een kwart worden opgenomen in het ziekenhuis. Onder de werknemers met een ander ongeval was dat bijna een derde. Hoewel dus meer mensen een arbeidsongeval hebben dan een ongeval in de vrije tijd of tijdens woon-werkverkeer, leiden deze minder vaak tot ziekenhuisopname. 24

27 Tabel 12 Aantal werknemers dat als gevolg van een ongeval in het ziekenhuis heeft gelegen, naar soort ongeval en aantal dagen in het ziekenhuis (2010) aantal dagen arbeidsongeval ander ongeval totaal in ziekenhuis absoluut % absoluut % absoluut % niet in ziekenhuis , , , , , , , , , , , ,0 totaal Gemiddelde opnameduur 7,6 3,0 5,0 Mogelijkheid werkhervatting Aan de in het onderzoek betrokken werknemers die een ongeval (arbeidsongeval of ongeval in vrije tijd) hebben gehad, is ook gevraagd of het volgens hen mogelijk was om tijdens de herstelperiode na het ongeval het werk te hervatten in aangepast werk of met aangepaste werktijden. Ruim 29 procent van de werknemers gaf aan dat zij aan de slag konden in aangepast werk; 16 procent kon hervatten met aangepaste werktijden. Bijna 29 procent van de werknemers zei dat werkhervatting niet mogelijk was. Tabel 13 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval naar de mogelijkheid van werkhervatting tijdens de herstelperiode (2010) mogelijkheid van werkhervatting aantal werknemers absoluut % in aangepast werk ,2 met aangepaste werktijden ,0 niet mogelijk ,9 niet van toepassing ,9 totaal Van alle werknemers die verzuimd hebben als gevolg van een ongeval, was op het moment van enquêteren bijna 83 procent weer aan het werk. Bij 10 procent vond een aanpassing van het werk en/of de werktijden plaats. Bijna 7 procent was nog niet aan het werk. 25

28 Tabel 14 Aantal werknemers dat in de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval en op het moment van enquêteren aangepast werk of aangepaste werktijden heeft (2010) aangepast werk of aantal werknemers aangepaste werktijden absoluut % aangepast werk 790 5,9 aangepaste werktijden 520 3,9 beide 110 0,8 geen van beide ,6 nog niet aan het werk 910 6,8 totaal ,0 Voor zover er sprake was van aangepast werk of aangepaste werktijden was dat in de meeste gevallen (89 procent) als tijdelijk bedoeld (tabel 15). Tabel 15 Aantal werknemers dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een ongeval en aangepast werk of aangepaste werktijden heeft, naar de aard daarvan (2010) aard aangepast werk of aantal werknemers aangepaste werktijden absoluut % blijvend ,9 tijdelijk ,1 totaal ,0 26

29 6 VEILIGHEID OP DE BOUWPLAATS In verband met het voorkomen van arbeidsongevallen is het van groot belang dat op de bouwplaats de noodzakelijke technische en organisatorische voorzieningen zijn getroffen om veilig te kunnen werken. Van alle werknemers op de bouwplaats (dus exclusief UTA-personeel) die hebben verzuimd als gevolg van een arbeidsongeval, gaf bijna 70 procent aan dat die voorzieningen waren getroffen. Volgens bijna 12 procent was dit echter niet het geval. Tabel 16 laat zien dat er verschillen zijn tussen werknemers naar de grootte van het bedrijf. Werknemers in kleine en middelgrote bedrijven geven meer dan gemiddeld aan dat de voorzieningen zijn getroffen. Ook als degenen die aangaven dat de vraag niet van toepassing is buiten beschouwing worden gelaten, blijft dit verschil bestaan. Naar sector bezien vindt maar een klein deel van de werknemers in dienst van gww-bedrijven dat de noodzakelijke voorzieningen om veilig te kunnen werken niet zijn getroffen. Ook als we corrigeren voor degenen die als antwoord niet van toepassing geven, blijft dit verschil naar sector bestaan. Werknemers in de afbouw en afwerking geven het vaakst aan dat de technische en organisatorische voorzieningen niet zijn getroffen. Tabel 16 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het feit of op de bouwplaats de noodzakelijke technische en organisatorische voorzieningen waren getroffen om veilig te kunnen werken (alleen bouwplaatspersoneel) (2010) grootteklasse en technische en organisatorische voorzieningen totaal sector wel getroffen niet getroffen n.v.t. grootteklasse 25 66,0 5,7 28, ,4 12,0 8, ,0 22,0 13,1 100 totaal 69,9 11,9 18,1 100 sector b&u 73,1 9,1 17,8 100 afbouw en afwerking 61,0 16,6 22,5 100 gww 79,5 4,9 15,6 100 totaal 69,9 11,9 18,

30 Naast technische en organisatorische voorzieningen om veilig te kunnen werken is van belang of ten tijde van het ongeval de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen werden gebruikt. Daarvoor is allereerst noodzakelijk dat die door de werkgever ter beschikking zijn gesteld. Dat laatste was meestal wel het geval, hoewel het daar vooral in sommige kleine bedrijven ook nog wel eens aan ontbrak (tabel 17). Van het bouwplaatspersoneel in de kleinere bedrijven (minder dan 26 man personeel) gaf ruim 4 procent aan dat de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen niet aanwezig waren. Voor bouwplaatswerknemers in grote bedrijven lag dat op 3 procent. Naar sector bezien zijn werknemers in de afbouw en afwerking iets vaker van oordeel dat de persoonlijke beschermingsmiddelen niet ter beschikking zijn gesteld. Tabel 17 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het feit of de werkgever de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking had gesteld (alleen bouwplaatspersoneel) (2010) grootteklasse en persoonlijke beschermingsmiddelen totaal sector bedrijf wel ter beschikking gesteld niet ter beschikking gesteld n.v.t. grootteklasse 25 84,2 4,2 11, ,0 3,9 9, ,1 3,0 8,9 100 totaal 86,1 3,8 10,1 100 sector b&u 88,5 4,2 7,3 100 afbouw en afwerking 80,4 5,8 13,8 100 gww 87,5 0,0 12,5 100 totaal 86,1 3,8 10,1 100 Als de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking zijn gesteld, worden zij volgens de werknemers op de bouwplaats meestal ook gebruikt (tabel 18). Van alle bouwplaatswerknemers die een arbeidsongeval hebben gehad zei ruim 69 procent dat zij die ten tijde van het ongeval hadden gedragen. Werknemers in (middel-)grote bedrijven doen dit vaker dan die in kleine bedrijven. 28

31 Tabel 18 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het wel of niet dragen van de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen (alleen bouwplaatspersoneel) (2010) grootteklasse persoonlijke beschermingsmiddelen totaal en sector bedrijf wel gedragen niet gedragen n.v.t. grootteklasse 25 63,3 15,6 21, ,9 16,1 17, ,3 8,8 8,9 100 totaal 69,4 14,0 16,7 100 sector b&u 76,8 10,7 12,5 100 afbouw en afwerking 50,4 24,5 25,1 100 gww 89,4 0,0 10,6 100 totaal 69,4 14,0 16,7 100 Overigens was volgens 41 procent van het bouwplaatspersoneel het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen voor de werkzaamheden die ten tijde van het ongeval werden uitgevoerd, niet verplicht. Vooral volgens werknemers in bedrijven met minder dan 26 man personeel en in afbouw en afwerkingsbedrijven was het dragen van beschermingsmiddelen niet verplicht. 29

32 Tabel 19 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het al dan niet verplicht zijn van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen ten tijde van het ongeval (alleen bouwplaatspersoneel) (2010) grootteklasse en gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen totaal sector wel verplicht niet verplicht grootteklasse 25 50,3 49, ,0 44, ,4 22,6 100 totaal 59,0 41,0 100 sector b&u 57,0 43,0 100 afbouw en afwerking 44,4 55,6 100 gww 85,4 14,6 100 totaal 59,0 41,0 100 Een ander belangrijk feit in relatie tot het voorkómen van arbeidsongevallen is de vraag of werknemers op de bouwplaats voorlichting krijgen over de manier waarop zij hun werkzaamheden verantwoord (veilig) kunnen uitvoeren. Een werkgever kan technische en organisatorische voorzieningen treffen om veilig te kunnen werken, maar als de werknemer geen voorlichting krijgt over de wijze waarop hij daarmee om moet gaan, is het de vraag of het gewenste effect ook daadwerkelijk zal worden bereikt. Datzelfde geldt voor het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Tabel 20 toont dat iets minder dan een kwart van de bouwplaatswerknemers die een arbeidsongeval hebben gehad, geen voorlichting heeft gekregen over de manier waarop zij hun werkzaamheden verantwoord (veilig) kunnen uitvoeren. Dit geldt vooral voor bouwplaatspersoneel in kleine en middelgrote bedrijven. Bijna een kwart van de werknemers op de bouwplaats had geen instructie gehad over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Dit varieert van 15 procent in de grote bedrijven tot een derde in de bedrijven met minder dan 26 man personeel. Naar sector bezien krijgen vooral werknemers in de afbouw en afwerking geen voorlichting over het gebruik van beschermingsmiddelen. 30

33 Tabel 20 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval en die geen voorlichting hebben gehad over de wijze waarop de werkzaamheden verantwoord (veilig) uitgevoerd kunnen worden en/of geen instructie over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (alleen bouwplaatspersoneel)(2010) grootteklasse en sector bedrijf Geen voorlichting over veilig werken Geen instructie over gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen grootteklasse 25 23,1 33, ,6 18, ,9 15,2 totaal 22,8 24,0 sector b&u 25,1 19,5 afbouw en afwerking 24,0 28,6 gww 13,3 24,0 totaal 22,8 24,0 Volgens bijna 16 procent van het bouwplaatspersoneel had het arbeidsongeval voorkomen kunnen worden als de werkgever de vereiste veiligheidsmaatregelen had getroffen. Bijna een kwart is van mening dat het ongeval voorkomen had kunnen worden, als zij zelf veiligheidsmaatregelen hadden getroffen. Werknemers in de gww denken verhoudingsgewijs weinig dat het ongeval voorkomen had kunnen worden. 31

34 Tabel 21 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval en dat denkt het ongeval voorkomen had kunnen worden wanneer de werkgever dan wel de werknemer zelf de vereiste veiligheidsmaatregelen had getroffen (alleen bouwplaatspersoneel) (2010) grootteklasse ongeval had voorkomen kunnen worden en sector door werkgever door werknemer grootteklasse 25 5,4 25, ,4 23, ,3 22,7 totaal 15,7 24,3 sector b&u 12,9 21,7 afbouw en afwerking 22,3 40,2 gww 4,7 6,0 totaal 15,7 24,3 Volgens een kwart van het bouwplaatspersoneel heeft de werkgever na het ongeval blijvende maatregelen genomen om herhaling in de toekomst te voorkomen. Vooral werknemers in kleine bedrijven geven dit aan. Personeel in middelgrote bedrijven is beduidend minder vaak van mening dat de werkgever die maatregelen heeft genomen. Dat er niet altijd blijvende maatregelen worden getroffen om herhaling te voorkomen is te begrijpen, als we bedenken dat volgens de in het onderzoek betrokken werknemers het merendeel van de bedrijven al de nodige technische en organisatorische voorzieningen had getroffen om veilig te kunnen werken. Volgens de meeste betrokkenen was er nauwelijks of niet sprake van verwijtbaar handelen. 32

35 Tabel 22 Procentuele verdeling van het aantal werknemers op de bouwplaats dat de afgelopen twaalf maanden heeft verzuimd wegens een arbeidsongeval naar het feit of de werkgever na het ongeval blijvende maatregelen heeft genomen om een dergelijk ongeval in de toekomst te voorkomen (alleen bouwplaatspersoneel)(2010) grootteklasse blijvende maatregelen totaal en sector bedrijf wel genomen niet genomen weet niet grootteklasse 25 27,6 55,7 16, ,5 64,1 15, ,7 35,6 39,7 100 totaal 24,6 53,1 22,3 100 sector b&u 17,0 62,9 20,1 100 afbouw en afwerking 35,9 48,7 15,4 100 Gww 25,6 44,8 29,6 100 Totaal 24,6 53,1 22,3 100 Als het gaat om de veiligheid op het werk is er een belangrijke taak weggelegd voor de Arbeidsinspectie. In principe wordt door haar altijd een onderzoek ingesteld als er zich een ernstig arbeidsongeval voordoet. Dat wil zeggen een ongeval dat ziekenhuisopname tot gevolg heeft gehad of waarbij sprake is van blijvend letsel of grote materiële schade. Op de vraag of de Arbeidsinspectie zo n onderzoek had ingesteld werd door bijna 14 procent van de bouwplaatswerknemers die een arbeidsongeval hadden gehad positief geantwoord, 78 procent zei dat dat niet was gebeurd en 8 procent gaf aan het niet te weten. 33

36 7 IMPLICATIES VOOR BELEID Het aantal werknemers met een arbeidsongeval is in de laatste 30 jaar ongeveer gehalveerd. Hoewel dit een gunstige ontwikkeling is, betekent het niet dat er geen aandacht meer nodig zou zijn voor veiligheid op de bouwplaats. In 2010 kregen nog zo n werknemers in de bouw een arbeidsongeval dat leidde tot verzuim. Dit is ongeveer 4 procent van het totale aantal werknemers. Arbeidsongevallen kunnen aanzienlijke psychische, sociale en financiële gevolgen hebben. Alleen al de bruto loonkosten (inclusief overhead) door direct ziekteverzuim ten gevolge van de ongevallen bedroegen in 2010 bijna 65 miljoen euro. De werkelijke kosten zullen beduidend hoger liggen. Dit pleit ervoor onverminderd aandacht te schenken aan de veiligheid op de bouwplaats en aan het voorkomen van ongevallen. Temeer daar uit dit onderzoek blijkt dat zowel werkgever als werknemer nogal eens van oordeel zijn dat het ongeval voorkomen had kunnen worden. Hoewel het merendeel van de werknemers met een arbeidsongeval aangeeft dat op de bouwplaats de noodzakelijke voorzieningen om veilig te kunnen werken zijn getroffen en dat de persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking zijn gesteld, heeft bijna een kwart van werknemers geen voorlichting over veilig werken gehad en geen instructie gekregen over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Hier valt waarschijnlijk nog behoorlijk wat winst te halen. Immers, als werknemers weten hoe ze met de voorzieningen voor veilig werken moeten omgaan en de beschermingsmiddelen moeten gebruiken, zijn ongevallen eerder te voorkomen. Bovendien worden niet in alle gevallen de noodzakelijke voorzieningen getroffen en de vereiste beschermingsmiddelen ter beschikking gesteld. Bijna een kwart van de werknemers is dan ook van mening dat het ongeval door hen zelf voorkomen had kunnen worden. Bijna 16 procent denkt dat het ongeval niet gebeurd zou zijn als de werkgever de vereiste veiligheidsmaatregelen had getroffen. 34

37 8 KERNCIJFERS ONGEVALLEN IN DE BOUW Tabel 23 geeft een overzicht van de belangrijkste uitkomsten met betrekking tot de onderzoeken naar ongevallen in de bouw in de jaren 2006 tot en met Bij het trekken van conclusies is voorzichtigheid geboden als het gaat om de ontwikkeling van het aantal arbeidsongevallen van het ene jaar op het andere, omdat die door een veelheid van toevallige factoren bepaald kan zijn. Te denken valt bijvoorbeeld aan slechte weersomstandigheden die, voorzover zij geen verlet tot gevolg hebben, een negatieve invloed op de ontwikkeling van het aantal arbeidsongevallen in de bouw kunnen hebben. Voor het schetsen van een trendmatige ontwikkeling moet daarom altijd een langere periode in beschouwing genomen worden. Daarnaast kunnen de uitkomsten door statistische toevalligheden beïnvloed worden, waarvan de invloed des te sterker zal zijn naarmate een onderzocht verschijnsel zich minder vaak voordoet. In het onderhavige onderzoek geldt dat in het bijzonder voor het aantal arbeidsongevallen met ziekenhuisopname. Een klein aantal ongevallen meer of minder in de steekproef kan daarbij grote gevolgen hebben voor de raming van het absolute aantal ongevallen in die categorie. Voor een goede indruk daarvan kan ook beter gekeken worden naar het lange termijngemiddelde. 35

38 Tabel 23 Kerncijfers ongevallen in de bouw, jaar gemiddelde Totaal aantal werknemers aantal werknemers met verzuim wegens ongeval - absoluut aantal in % totaal aantal werknemers 7,8 7,8 7,4 7,6 7,1 7,5 aantal werknemers met verzuim wegens arbeidsongeval - absoluut aantal in % totaal aantal werknemers 4,2 4,3 4,0 4,1 3,6 4,0 aantal werknemers met arbeidsongeval met verzuim van vier of meer dagen - absoluut aantal in % totaal aantal werknemers 3,5 3,7 3,3 3,4 3,0 3,4 aantal werknemers met arbeidsongeval met ziekenhuisopname - absoluut aantal in % totaal aantal werknemers 0,8 0,9 0,9 0,6 0,9 0,8 aantal werknemers met arbeidsongeval met ziekenhuisopname langer dan 1 dag - absoluut aantal in % totaal aantal werknemers 0,4 0,5 0,5 0,3 0,5 0,4 36

39 BIJLAGE: 1 ONDERZOEKSVERANTWOORDING Ten behoeve van het onderzoek is gebruik gemaakt van twee verschillende databronnen. Voor de schatting van het totale aantal werknemers dat heeft verzuimd ten gevolge van een ongeval is uitgegaan van de gegevens van het Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (PAGO) van de Stichting Arbouw. Dit databestand is eveneens gebruikt om vergelijkingen te maken tussen werknemers die tijdens het PAGO hebben aangegeven dat ze een ongeval hebben gehad en werknemers die aangaven geen ongeval te hebben gehad. Om ook uitspraken te kunnen doen over de aard van de ongevallen, de aard van het daarbij opgelopen letsel, de vraag of er veiligheidsmaatregelen getroffen waren en de duur van het verzuim en eventuele ziekenhuisopname, is gebruik gemaakt van de antwoorden op een enquête die aan alle werknemers die tijdens het PAGO aangaven een ongeval met verzuim te hebben gehad, is toegezonden. Bij de gebruikte onderzoeksmethode moet echter een aantal kanttekeningen worden geplaatst. Bij de gebruikte onderzoeksmethode wordt verondersteld dat de groep werknemers die mee heeft gedaan aan het PAGO model kan staan voor de totale groep werknemers die een ongeval heeft gehad met verzuim tot gevolg. De gebruikte wegingsfactoren zijn op deze aannames gebaseerd. Hierbij dienen wel enkele kanttekeningen gemaakt te worden. Ten eerste is de groep werknemers die een PAGO laat doen selectief, aangezien het op vrijwillige basis gebeurt. Het is dus niet te vergelijken met een representatieve steekproef. Ten tweede is de respons op de vervolgenquête vermoedelijk niet in alle opzichten een correcte afspiegeling van werknemers die hebben verzuimd wegens een ongeval, omdat werknemers die een minder ernstig ongeval hebben gehad (met kortdurend verzuim), minder vaak hebben meegedaan. Voor verdere uitleg over de representativiteit wordt verwezen naar publicaties uit voorgaande jaren. 37

MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2011

MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2011 Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren. In het bestuur van Arbouw zijn vertegenwoordigd Bouwend Nederland, Federatie

Nadere informatie

Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2015

Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2015 Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2015 Cijfers over 2014 juni 2015 Arbouw is hét kennis- en service-instituut op het gebied van arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid. Arbouw biedt praktische informatie,

Nadere informatie

Monitor arbeidsongevallen in de bouw November 2014

Monitor arbeidsongevallen in de bouw November 2014 Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2013 November 2014 Arbouw is hét kennis- en service-instituut op het gebied van arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid. Arbouw biedt praktische informatie, instrumenten

Nadere informatie

Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2016

Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2016 Monitor arbeidsongevallen in de bouw 2016 Cijfers over 2015 Juni 2016 Arbouw is hét kennis- en service-instituut op het gebied van arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid. Arbouw biedt praktische informatie,

Nadere informatie

MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2005

MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2005 MONITOR ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUW 2005 Auteur: Drs. E. Lourens, Economisch Instituut voor de bouwnijverheid Bestelcode: 06-90 ISBN: 90-77286519 Mei 2006 2 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING... 5 1 INLEIDING...

Nadere informatie

GEZOND HANDMATIG KNIPPEN VAN BETONSTAAL. Opstellen van criteria op basis van krachtmetingen

GEZOND HANDMATIG KNIPPEN VAN BETONSTAAL. Opstellen van criteria op basis van krachtmetingen Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren. In het bestuur van Arbouw zijn vertegenwoordigd Bouwend Nederland, Federatie

Nadere informatie

KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT. Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw

KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT. Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw Harderwijk, september 2011 Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht

Nadere informatie

RAPPORTAGE INCIDENTENANALYSE PERIODE 2012 TOT EN MET 2015 Q2

RAPPORTAGE INCIDENTENANALYSE PERIODE 2012 TOT EN MET 2015 Q2 RAPPORTAGE INCIDENTENANALYSE PERIODE 212 TOT EN MET 215 Q2 Inhoud Inleiding... 2 1. Ongevallen zonder en met verzuim... 4 1.1.1 Vallen/struikelen/uitglijden, ongevallen zonder verzuim... 5 1.1.2 Vallen/struikelen/uitglijden,

Nadere informatie

Vallen (privé en sport)

Vallen (privé en sport) Vallen (privé en sport) Ongevalscijfers 0 tot en met 12 jaar Samenvatting Een val is de belangrijkste oorzaak van letsel bij kinderen. In 2013 zijn 67.000 kinderen van 0 tot en met 12 jaar op een SEH-afdeling

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Personeelsmonitor Gemeenten 2013

Personeelsmonitor Gemeenten 2013 Personeelsmonitor Gemeenten 1 Verzuimcijfers In dit hoofdstuk wordt stilgestaan bij het ziekteverzuim binnen de gemeentelijke bezetting. Naast het totale verzuimpercentage wordt onderscheid gemaakt naar

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Letsels bij kinderen 0-4 jaar

Letsels bij kinderen 0-4 jaar Letsels bij kinderen 0-4 jaar Ongevalscijfers Kerncijfers In de periode 2006-2012 leidden ongevallen (privé, verkeer en sport) bij kinderen van 0 tot en met 4 jaar tot gemiddeld naar schatting tot 94.000

Nadere informatie

ANALYSE ITEMS DUURZAME INZETBAARHEID PAGO BOUWNIJVERHEID 2010-2011

ANALYSE ITEMS DUURZAME INZETBAARHEID PAGO BOUWNIJVERHEID 2010-2011 Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren. In het bestuur van Arbouw zijn vertegenwoordigd Bouwend Nederland, Federatie

Nadere informatie

Vitaliteit: van feit tot beleid. Inventariserend onderzoek

Vitaliteit: van feit tot beleid. Inventariserend onderzoek Vitaliteit: van feit tot beleid Inventariserend onderzoek Vitaliteit: van feit tot beleid Het auteursrecht voor de inhoud berust geheel bij de Stichting Economisch Instituut voor de Bouw. Overnemen van

Nadere informatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente Deventer Karen Teunissen April 2006 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Bekendheid en betrokkenheid 4 Samenvatting 8 Hoofdstuk 2 Communicatie 9 Samenvatting 12

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2004

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2004 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2004 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen mei 2005 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2005

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2005 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2005 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen april 2005 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Ouders op de arbeidsmarkt

Ouders op de arbeidsmarkt Ouders op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Johan van der Valk De bruto arbeidsparticipatie van alleenstaande s is sinds 1996 sterk toegenomen. Wel is de arbeidsparticipatie van paren nog steeds een stuk

Nadere informatie

Figuur 1: Verzuimpercentage onderwijzend personeel en ondersteunend personeel in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs ( ).

Figuur 1: Verzuimpercentage onderwijzend personeel en ondersteunend personeel in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs ( ). Het verzuimpercentage onder het in het primair onderwijs is tussen en afgenomen, van 6,8% in naar 6,4% in. In het voortgezet onderwijs is het verzuimpercentage onder het relatief stabiel: in komt het verzuimpercentage

Nadere informatie

Fietsongevallen en alcohol

Fietsongevallen en alcohol Fietsongevallen en alcohol Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks vinden gemiddeld 2.700 behandelingen plaats op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een ziekenhuis in verband met letsel opgelopen

Nadere informatie

De bouwnijverheid - arbeid, gezondheid en veiligheid. Bedrijfstakverslag 2014

De bouwnijverheid - arbeid, gezondheid en veiligheid. Bedrijfstakverslag 2014 De bouwnijverheid arbeid, gezondheid en veiligheid Bedrijfstakverslag 2014 Arbouw is door werkgevers en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren.

Nadere informatie

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. juni 2013

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. juni 2013 Brancheportret Natuursteen - bedrijf 2012 juni 2013 Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouwnijverheid om de veiligheid en gezondheid

Nadere informatie

Veiligheidsindex Bouw VI

Veiligheidsindex Bouw VI Programma Probleemstelling Doel en ontstaan Veiligheidsindex Bouw Wat is het en hoe werkt het Veiligheidsindex Bouw VI Adri C.P. Frijters Ongevallen, cijfers Wat is er aan de hand soort ongeval aantal

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool

Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl Protocol voor opvang bij ernstige incidenten Sint Clemensschool School Sint Clemensschool Bevoegd gezag Stichting Catent Bestuursnummer

Nadere informatie

1 Omvang problematiek. Zaalvoetbalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting

1 Omvang problematiek. Zaalvoetbalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting Zaalvoetbalblessures Blessurecijfers Samenvatting In vijfentwintig jaar tijd is het aantal Spoedeisende Hulp (SEH) behandelingen naar aanleiding van een zaalvoetbalblessure gehalveerd. Echter zaalvoetbal

Nadere informatie

Ziekteverzuim in de bouw

Ziekteverzuim in de bouw Ziekteverzuim in de bouw 2013 Ziekteverzuim in de bouw 2013 Het auteursrecht voor de inhoud berust geheel bij de Stichting Economisch Instituut voor de Bouw. Overnemen van de inhoud (of delen daarvan)

Nadere informatie

Ziekteverzuim in de bouw

Ziekteverzuim in de bouw Ziekteverzuim in de bouw 2011 Ziekteverzuim in de bouw 2011 Het auteursrecht voor de inhoud berust geheel bij de Stichting Economisch Instituut voor de Bouw. Overnemen van de inhoud (of delen daarvan)

Nadere informatie

Analyse Ziekteverzuim

Analyse Ziekteverzuim Analyse Ziekteverzuim Jaaroverzicht 2013 In het Agrarisch en Groen Bedrijf pagina 1 SAZAS HELPT U VERDER! SAZAS HELPT U VERDER! pagina 2 1. INLEIDING Voor u ligt de analyse ziekteverzuim over het kalenderjaar

Nadere informatie

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. mei 2015

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. mei 2015 Brancheportret Natuursteen - bedrijf 2015 mei 2015 Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouwnijverheid om de veiligheid en gezondheid

Nadere informatie

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek Straatintimidatie Amsterdam Factsheet 201 Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Directie Openbare Orde en Veiligheid Projectnummer: 11 Beek, Eliza van der Smeets, Harry Bezoekadres: Oudezijds

Nadere informatie

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval Fietsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 zijn 2 personen aan de gevolgen van een fietsongeval overleden. De dodelijke fietsongevallen zijn slechts het topje van de ijsberg van alle fietsongevallen.

Nadere informatie

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. juni 2013

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. juni 2013 Brancheportret Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf 2012 juni 2013 Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouwnijverheid om de veiligheid

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

DE ARBOUW-MONITOR. Analyses van de PBGO-bestanden 1989/1990, 1993/1994, 1995/1996 en 1997/1998. December

DE ARBOUW-MONITOR. Analyses van de PBGO-bestanden 1989/1990, 1993/1994, 1995/1996 en 1997/1998. December DE ARBOUW-MONITOR Analyses van de PBGO-bestanden 1989/1990, 1993/1994, 1995/1996 en 1997/1998 December 1999-1- -2- INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING... 5 2 METHODE... 8 2.1 PBGO... 8 2.2 De PBGO- bestanden >89/=90,

Nadere informatie

Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden

Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden School: PCSS voor basisonderwijs De Arend Vestiging: Nunspeet Beschrijving: Protestants Christelijk Speciale School voor Basisonderwijs Onderzoek: drs. P.A. de Kloe

Nadere informatie

Cijfers. Tatoeages. Een analyse van OBiN-gegevens

Cijfers. Tatoeages. Een analyse van OBiN-gegevens Cijfers Tatoeages Een analyse van OBiN-gegevens Tatoeages Een analyse van OBiN-gegevens Christine Stam Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam www.veiligheid.nl Aanvraag 2015.130 Cijfers

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld.

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld. Inhoudsopgave 1. Verzuim naar geslacht 2. Tijdreeks verzuimcijfers 3. Verzuim naar grootteklasse 4. Verzuim en meldingsfrequentie naar leeftijd 5. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 6.

Nadere informatie

Verzorgende beroepen psychisch en fysiek zwaar belastend

Verzorgende beroepen psychisch en fysiek zwaar belastend Verzorgende beroepen psychisch en fysiek zwaar belastend Lian Kösters In 27 gaf ruim een derde van de werkzame beroepsbevolking aan regelmatig te maken te hebben met een psychisch hoge werkdruk. Iets minder

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2006

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2006 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2006 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen juli 2007 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie

Onderzoek Arbeidsongeschiktheid. In opdracht van Loyalis. juni 2013

Onderzoek Arbeidsongeschiktheid. In opdracht van Loyalis. juni 2013 Onderzoek Arbeidsongeschiktheid In opdracht van Loyalis juni 2013 Inleiding» Veldwerkperiode: 27 maart - 4 april 2013.» Doelgroep: werkende Nederlanders» Omdat er specifiek uitspraken gedaan wilden worden

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Periodieke Brancherapportage 2014

Periodieke Brancherapportage 2014 Periodieke Brancherapportage 2014 Peildatum: 1 januari 2015 Brancheorganisatie: Datum: Februari 2015 Sectormanager: Jaap Tinga Telefoonnummer: Zonder toestemming van de sectormanager mogen de in deze rapportage

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid WERKTIJDVERKORTING 2016 Een onderzoek naar het beroep door ondernemingen in 2016 op art. 8 van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945 mei 2017

Nadere informatie

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. mei 2015

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. mei 2015 Brancheportret Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf 2015 mei 2015 Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouwnijverheid om de veiligheid

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Arbeidsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Overzicht problematiek

Arbeidsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Overzicht problematiek Arbeidsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting Op basis van het onderzoek Ongevallen en Bewegen in Nederland schatten we dat in 212 51. letsels ontstonden door een arbeidsongeval. In bijna de helft van

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang

Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang Ieder jaar maakt FCB de zogenoemde factsheets. Deze bestaat uit cijfers over de branche in een bepaald jaar. De cijfers over 2010 worden met de ontwikkelingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen Ton Ferber In de jaren 1992 2001 was de gemiddelde looptijd van een WWuitkering elf maanden. Van de 4,3 miljoen beëindigde uitkeringen was de gemiddelde

Nadere informatie

Jaarrapportage Veiligheid 2014

Jaarrapportage Veiligheid 2014 Jaarrapportage Veiligheid 2014 Jaarrapportage Veiligheid 2014 1.0 juli 15 Jaarrapportage Veiligheid 2014 Wie gezond naar het werk gaat, moet gezond weer naar huis. Dit is ons motto. Ons ultieme doel, verwoord

Nadere informatie

Onderzoek Trappers. rapportage. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Nationale Fiets Projecten Postbus 594 8440 AN Heerenveen

Onderzoek Trappers. rapportage. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Nationale Fiets Projecten Postbus 594 8440 AN Heerenveen Onderzoek Trappers rapportage Opdrachtgever Nationale Fiets Projecten Postbus 594 8440 AN Heerenveen Opdrachtnemer DTV Consultants B.V. Ruben van den Hamsvoort en Alex van Ingen POM 8267 Breda, maart 2009

Nadere informatie

Het belang van begeleiding

Het belang van begeleiding Het belang van begeleiding Langdurig zieke werknemers 9 en 18 maanden na ziekmelding vergeleken Lone von Meyenfeldt Philip de Jong Carlien Schrijvershof Dit onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Clemens Siermann en Henk-Jan Dirven De uitstroom van 50-plussers uit de werkzame beroepsbevolking is de laatste jaren toegenomen. Een kwart van deze

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarapportage 2008

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarapportage 2008 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarapportage 2008 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen Mei 2009 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie

6 Meervoudige problematiek bij werknemers

6 Meervoudige problematiek bij werknemers 6 Meervoudige problematiek bij werknemers Maroesjka Versantvoort (SCP) en Lando Koppes (TNO) 6.1 Inleiding Werknemers met meervoudige problematiek staan centraal in dit hoofdstuk. Uitgangspunt is de definitie

Nadere informatie

Procedure melden ongeval, incident/bijna ongeval of gevaarlijke situatie

Procedure melden ongeval, incident/bijna ongeval of gevaarlijke situatie Procedure melden ongeval, incident/bijna ongeval of gevaarlijke situatie Inleiding Ondanks alle preventieve maatregelen kan het toch zijn dat zich een ongeval, incident/bijna ongeval of gevaarlijke situatie

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid WERKTIJDVERKORTING 2015 Een onderzoek naar het beroep door ondernemingen in 2015 op art. 8 van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945 mei 2017

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Verschillenanalyse effect nieuwe BKR. Samenvatting. Inleiding. datum Directie Kinderopvang, Ministerie SZW. aan

Verschillenanalyse effect nieuwe BKR. Samenvatting. Inleiding. datum Directie Kinderopvang, Ministerie SZW. aan Verschillenanalyse effect nieuwe BKR datum 15-8-2018 aan van Directie Kinderopvang, Ministerie SZW Lucy Kok en Tom Smits, SEO Economisch Onderzoek Rapportnummer 2018-78 Copyright 2018 SEO Amsterdam. Alle

Nadere informatie

Enkelblessures. Ongevalscijfers. Samenvatting. Enkelblessure op één na meest voorkomende sportblessure

Enkelblessures. Ongevalscijfers. Samenvatting. Enkelblessure op één na meest voorkomende sportblessure Enkelblessures Ongevalscijfers Samenvatting In 2013 liepen sporters in Nederland 680.000 enkelblessures op. Dit is 15 procent van het totaal aan sportblessures in 2013. Daarmee was de enkelblessure na

Nadere informatie

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld NEDERLANDERS OVER DE VIERDAAGSE Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen Nienke Lammertink en Koen Breedveld Mei 2016 1 Nederlanders over de

Nadere informatie

FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN

FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Januari 2012 De arbeidsongevallen in de sector van de bouwnijverheid in 2010 Inleiding De dienst Gegevensbank van het Fonds voor arbeidsongevallen doet elk jaar een statistische

Nadere informatie

Klantgerichtheidmonitor UWV 1 e meting 2014

Klantgerichtheidmonitor UWV 1 e meting 2014 Uitkeringsgerechtigden Verantwoording Respons % aantal Totaal uitkeringsgerechtigden 9 5.037 Uitvoering i. steekproef: representatieve steekproef uit populatie uitkeringsgerechtigden van de diverse doelgroepen,

Nadere informatie

Periodieke Brancherapportage 2013-2014

Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Peildatum: 1 juli 2014 Brancheorganisatie: Datum: oktober 2014 Sectormanager: Telefoonnummer: Zonder toestemming van de sectormanager mogen de in deze rapportage

Nadere informatie

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Afhankelijk van een uitkering in Nederland

Afhankelijk van een uitkering in Nederland Afhankelijk van een uitkering in Nederland Harry Bierings en Wim Bos In waren 1,6 miljoen huishoudens voor hun inkomen afhankelijk van een uitkering. Dit is ruim een vijfde van alle huishoudens in Nederland.

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland en in Nederland Ingrid Beckers In 22 waren er in Nederland ruim anderhalf miljoen arbeidsgehandicapten. Dit komt overeen met 14,7 procent van de 15 64-jarigen. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Verzuimcijfers 2010 sector Gemeenten

Verzuimcijfers 2010 sector Gemeenten Verzuimcijfers 00 sector Gemeenten A+O fonds Gemeenten, april 0 Ziekteverzuim bij gemeenten daalt licht tot, procent in 00 Het ziekte van gemeenten is in 00 licht gedaald tot, procent. Ten opzichte van

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN ARBOMAATREGELEN

EFFECTIVITEIT VAN ARBOMAATREGELEN EFFECTIVITEIT VAN ARBOMAATREGELEN 22 maart 2013 Rapport voor Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid EFFECTIVITEIT VAN ARBOMAATREGELEN Rapport voor Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Protocol voor het handelen bij ongevallen

Protocol voor het handelen bij ongevallen Protocol voor het handelen bij ongevallen Maart 2016 Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet, kortweg de Arbowet, is de werkgever verplicht om ongevallen op te nemen in een ongevallenregister en ernstige

Nadere informatie

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Martine Mol en Jannes de Vries Een hoge werkdruk onder werknemers komt vooral voor

Nadere informatie

Werkloosheid Redenen om niet actief te

Werkloosheid Redenen om niet actief te Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking

Nadere informatie

Ongevalscijfers. Arbeidsongevallen

Ongevalscijfers. Arbeidsongevallen Ongevalscijfers Arbeidsongevallen Arbeidsongevallen Ongevalscijfers Malou Eilering Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam www.veiligheid.nl januari 2016 Disclaimer Bij de samenstelling

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol SEH-bezoeken 216 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter

Nadere informatie

RAPPORTAGE KWARTAALOVERZICHT VEILIGHEIDSDASHBOARD 2016 T/M Q2 VERSIE 1.0,

RAPPORTAGE KWARTAALOVERZICHT VEILIGHEIDSDASHBOARD 2016 T/M Q2 VERSIE 1.0, RAPPORTAGE KWARTAALOVERZICHT VEILIGHEIDSDASHBOARD T/M Q VERSIE., 7 Inhoud Inleiding... Totaal aantal melding veiligheidsdashboard... Totaaloverzicht (NVW-Arbo-EV-incidenten).... Basis Risico Factoren...

Nadere informatie

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006 Monitor naleving rookvrije werkplek 2006 METINGEN 2004 EN 2006 B. Bieleman A. Kruize COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam:

Nadere informatie

De impact van legalisering van online. kansspelen op klassieke loterijen. April 2011. In opdracht van Goede Doelen Loterijen NV

De impact van legalisering van online. kansspelen op klassieke loterijen. April 2011. In opdracht van Goede Doelen Loterijen NV De impact van legalisering van online kansspelen op klassieke loterijen April 2011 In opdracht van Goede Doelen Loterijen NV Uitgevoerd door: MWM2 Bureau voor Online Onderzoek Auteurs Matthijs Wolters

Nadere informatie

dé verzuimspecialist VERZUIMRAPPORT

dé verzuimspecialist VERZUIMRAPPORT dé verzuimspecialist VERZUIMRAPPORT INLEIDING Voor u ligt de analyse ziekteverzuim over het kalenderjaar 2014. In deze analyse vindt u de kengetallen ziekteverzuim van de agrarische en groene sectoren.

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands]

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Klaas A. Hartholt; Nathalie van der Velde; Casper W.N. Looman;

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Blessures 26.000 Spoedeisende Hulp behandelingen 3.800 Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 910 Doden 8

Blessures 26.000 Spoedeisende Hulp behandelingen 3.800 Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 910 Doden 8 Wielerblessures Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks raken er naar schatting 26.000 wielrenners geblesseerd. Het risico een wielerblessure op te lopen is kleiner dan bij veel andere sporten, maar als

Nadere informatie

Aantal blessures waarvan medisch behandeld SEH-behandelingen Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 20-50

Aantal blessures waarvan medisch behandeld SEH-behandelingen Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 20-50 Korfbalblessures Blessurecijfers Samenvatting Jaarlijks worden 85.000 blessures opgelopen tijdens korfbal. Dit komt overeen met 4,6 blessures per 1.000 uur dat er gekorfbald wordt. Dit betekent dat het

Nadere informatie

Grootste stijging aantal nieuwe WIA-uitkering in het hoger beroepsonderwijs

Grootste stijging aantal nieuwe WIA-uitkering in het hoger beroepsonderwijs Langdurig zieke werknemers die in aanmerking komen voor een uitkering op grond van arbeidsongeschiktheid vielen voorheen onder de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). Op 1 januari 2006 maakte

Nadere informatie

Enkelblessures. Samenvatting. gemiddeld sporters aan een enkelblessure. Het betekent ook 1,4

Enkelblessures. Samenvatting. gemiddeld sporters aan een enkelblessure. Het betekent ook 1,4 Enkelblessures Samenvatting Jaarlijks lopen sporters 650.000 enkelblessures op. Dit is achttien procent van alle sportblessures die in een jaar ontstaan. Na knieblessures (20%) zijn enkelblessures daarmee

Nadere informatie

Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis. juni 2013

Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis. juni 2013 Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis juni 2013 Samenvatting Een derde ervaart vaker stress dan 3 jaar geleden» Een derde van de werkende bevolking geeft aan dat ze regelmatig

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld.

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld. Inhoudsopgave 1. Tijdreeks verzuimcijfers 2. Verzuim naar geslacht 3. Verzuim naar grootteklasse 4. Verzuim en meldingsfrequentie naar leeftijd 5. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 6.

Nadere informatie

Bedrijfstakatlas 2010

Bedrijfstakatlas 2010 Bedrijfstakatlas 2010 Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouwnijverheid om de veiligheid en gezondheid in de bouw- en nevenbedrijven

Nadere informatie

WAT IS HET EFFECT VAN DE CAMPAGNE LICHTER WERK(T) OP HET GEBRUIK VAN HULPMIDDELEN IN DE BOUW?

WAT IS HET EFFECT VAN DE CAMPAGNE LICHTER WERK(T) OP HET GEBRUIK VAN HULPMIDDELEN IN DE BOUW? Arbouw is hét kennis- en service-instituut op het gebied van arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid. Arbouw biedt praktische informatie, instrumenten en richtlijnen op basis van onderzoek naar arbovriendelijke

Nadere informatie

ARBOUWVRAGENBLOK WERKNEMERS Auteur: F.J. Jansen, Economisch Instituut voor de Bouw

ARBOUWVRAGENBLOK WERKNEMERS Auteur: F.J. Jansen, Economisch Instituut voor de Bouw ARBOUWVRAGENBLOK WERKNEMERS 2012 Auteur: F.J. Jansen, Economisch Instituut voor de Bouw Harderwijk, februari 2013 2 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING... 5 2 POPULATIE, STEEKPROEF EN RESPONS... 6 3 UITKOMSTEN...

Nadere informatie

Ziekteverzuimcijfers sector gemeenten 2008

Ziekteverzuimcijfers sector gemeenten 2008 Ziekteverzuimcijfers sector gemeenten 2008 Versie 23 april 2009 1 Ziekteverzuim bij gemeenten daalt verder tot 5,3 procent in 2008 Het ziekteverzuimpercentage 2 van gemeenten is in 2008 afgenomen tot 5,3

Nadere informatie