Evaluatie vertrekroute 1B luchthaven Eindhoven

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Evaluatie vertrekroute 1B luchthaven Eindhoven"

Transcriptie

1 NLR-CR december 2016 Evaluatie vertrekroute 1B luchthaven Eindhoven OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum

2 Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Het NLR is een toonaangevend, mondiaal opererend onderzoekscentrum voor de lucht- en ruimtevaart. Met zijn multidisciplinaire expertise en ongeëvenaarde onderzoeksfaciliteiten, levert NLR innovatieve, integrale oplossingen voor complexe uitdagingen in de aerospace sector. De werkzaamheden van het NLR beslaan het volledige spectrum van Research Development Test & Evaluation (RDT&E). Met zijn kennis en faciliteiten kunnen bedrijven terecht bij het NLR voor validatie, verificatie, kwalificatie, simulatie en evaluatie. Zo overbrugt het NLR de kloof tussen onderzoek en toepassing in de praktijk. Het NLR werkt zowel voor overheid als industrie in binnen- en buitenland. Het NLR staat voor praktische en innovatieve oplossingen, technische expertise en een lange termijn ontwerpvisie. Hierdoor vindt NLR s cutting edge technology zijn weg naar succesvolle lucht- en ruimtevaartprogramma s van OEM s zoals Airbus, Embraer en Pilatus. Het NLR draagt bij aan (defensie)programma s zoals ESA s IXV re-entry voertuig, de F-35, de Apache-helikopter en Europese programma s als SESAR en Clean Sky 2. Opgericht in 1919 en met 650 betrokken medewerkers, realiseerde het NLR in 2014 een omzet van 73 miljoen euro. Driekwart hiervan is afkomstig uit contractonderzoek, het overige betreft een overheidsbijdrage. Voor meer informatie bezoek:

3 MANAGEMENTSAMENVATTING ONGERUBRICEERD Evaluatie vertrekroute 1B luchthaven Eindhoven RAPPORTNUMMER NLR-CR AUTEUR(S) H.W. Veerbeek A.B. Dolderman A.P.R. Gibbs RUBRICERING RAPPORT ONGERUBRICEERD DATUM december 2016 Probleemstelling Naar aanleiding van de evaluatie van fase 1 ( ) van het Aldersadvies uit 2010 zijn de bij de evaluatie betrokken partijen in 2015 tot de afspraak gekomen dat nader onderzoek gedaan diende te worden naar de effecten van de genomen hinderbeperkende maatregelen en naar de mogelijkheid van aanvullende maatregelen om de extra hinder als gevolg van de groei van de luchthaven te beperken. Deze afspraak is overgenomen in het kabinetsstandpunt van 28 oktober 2015 ten aanzien van het Aldersadvies voor fase 2. Meer specifiek gaat het om de volgende afspraken: 1. De evaluatie van vliegroute 1B; 2. De mogelijkheid van het gebruik van de vliegroute rechtstreeks naar het zuiden richting België, ter ontlasting van het gebruik van vliegroute 1B; 3. Verdere optimalisatie van de corridors voor het vertrekkend verkeer (SIDoptimalisaties). Daarnaast heeft de luchtverkeersleiding op Eindhoven het initiatief genomen om vanaf januari 2016 bij het kiezen van de baanrichting voor vertrek en landingen meer rekening te houden met geluidshinderaspecten. Evaluatie van baanspreiding is als vierde punt aan de evaluatie toegevoegd. KENNISGEBIED(EN) Vliegtuiggeluidseffecten op de omgeving Vliegoperaties TREFWOORD(EN) Aircraft Noise Air Navigation Air Traffic Control (atc) Airport Operations

4 MANAGEMENTSAMENVATTING ONGERUBRICEERD Afbakening van de werkzaamheden De subwerkgroep die de evaluatie uitvoert, in opdracht van de werkgroep monitoring van de Uitvoering, heeft bij haar opdracht als uitgangspunt genomen dat een eventuele optimalisatie van de (civiele) vliegroutes in beginsel binnen de kaders van het vastgestelde Luchthavenbesluit Eindhoven uitvoerbaar moet zijn. Daarmee wordt ingezet op een mogelijkheid tot snelle realisatie van eventuele aanpassingen, doordat besluitvormingsprocedures in dat geval kort kunnen zijn. De subwerkgroep heeft de expertise van het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum NLR ingeschakeld voor het maken van (effect)berekeningen en het doen van aanbevelingen. Resultaten en conclusies Op basis van de uitgevoerde analyses en berekeningen is geconcludeerd dat de feitelijke vliegbanen op route 1B dichter bij Wintelre liggen dan waarvan bij de MERberekeningen ten behoeve van het Luchthavenbesluit Eindhoven werd uitgegaan. Dit leidt t.o.v. de MER-studie tot een groter aantal ernstig gehinderden. Verplaatsen van de vliegbanen naar de nominale route zoals aangenomen tijdens de MER-studie geplande route zal deze toename weer ongedaan maken. Inzet van de vliegroute direct naar het zuiden, de ELSIK route, zal leiden tot een toename van hinder in de regio Hapert. Ook zal dit, nog binnen de vergunde periode, leiden tot een overschrijding van de MER-contour (die is vastgelegd in het Luchthavenbesluit Eindhoven). Het advies luidt dan ook om nu geen maatregelen te nemen om meer gebruik te maken van deze route. Voor de zuidelijke uitvliegroute afdraaiend naar het oosten zijn maatregelen vastgesteld om de spreiding te verminderen. Geadviseerd wordt om deze door te voeren zodat meer vluchten tussen de dorpskernen van Eersel en Steensel - en verderop ook tussen Waalre en Valkenswaard - doorvliegen. De baanspreidingsmaatregel zoals die per januari 2016 is ingevoerd is, leidt tot een spreiding conform de uitgangspunten van de MER-studie en voorkomt overschrijding van de geluidscontour. Hoewel de wijziging voor het totale gebied leidt tot een toename van het aantal ernstig gehinderden t.o.v. 2015, blijven deze binnen de aantallen uit het MER-scenario en daarmee binnen het Luchthavenbesluit. Hier tegenover staat dat voor gebieden ten zuiden van de luchthaven de lengte van de nachtelijke periode zonder vliegbeweging aanzienlijk is toegenomen zonder dat deze periode ten noorden van de luchthaven fors wordt ingekort. Vervolg De resultaten uit de analyses en aanbevelingen bieden mogelijkheden voor reductie van onevenredige extra hinder. Ze kunnen worden opgenomen in het advies dat de subwerkgroep uitbrengt aan de werkgroep Monitoring van de uitvoering. NLR Anthony Fokkerweg CM Amsterdam p ) f ) e ) info@nlr.nl i )

5 NLR-CR december 2016 Evaluatie vertrekroute 1B luchthaven Eindhoven OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK AUTEUR(S): H.W. Veerbeek A.B. Dolderman A.P.R. Gibbs Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum

6 december 2016 NLR-CR Niets uit dit rapport mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de eigenaar. OPDRACHTGEVER Ministerie van Defensie CLSK CONTRACTNUMMER (NLR-projectnr ) EIGENAAR Ministerie van Defensie CLSK NLR DIVISIE Aerospace Operations VERSPREIDING Beperkt RUBRICERING TITEL ONGERUBRICEERD GOEDGEKEURD DOOR: 2 AUTEUR REVIEWER BEHERENDE AFDELING H.W. Veerbeek R.H. Hogenhuis P.L.J. Eijssen DATUM DATUM DATUM

7 NLR-CR december 2016 Samenvatting Aanleiding In 2015 is de evaluatie van fase 1 ( ) van het Aldersadvies uit 2010 uitgevoerd. De hierbij betrokken partijen hebben afgesproken dat nader onderzoek gedaan diende te worden naar de effecten van de genomen hinderbeperkende maatregelen. Ook moest gekeken worden naar de mogelijkheid van aanvullende maatregelen om de extra hinder als gevolg van de groei van de luchthaven te beperken. Deze afspraak is overgenomen in het kabinetsstandpunt van 28 oktober Meer specifiek gaat het om de volgende afspraken: 1. De evaluatie van vliegroute 1B; 2. De mogelijkheid van het gebruik van de vliegroute rechtstreeks naar het zuiden richting België, ter ontlasting van het gebruik van vliegroute 1B; 3. Verdere optimalisatie van de corridors voor het vertrekkend verkeer (SID-optimalisaties). Daarnaast heeft de luchtverkeersleiding op Eindhoven het initiatief genomen om vanaf januari 2016 bij het kiezen van de baanrichting voor vertrek en landingen meer rekening te houden met geluidshinderaspecten. In praktijk was gebleken dat de baan naar het zuiden veel intensiever werd gebruikt dan waarvan was uitgegaan bij de geluidhinderberekeningen ten behoeve van het Luchthavenbesluit Eindhoven. Evaluatie van de baanspreiding is daarom als vierde punt aan de evaluatie toegevoegd. Werkorganisatie en opdracht Onder verantwoordelijkheid van de werkgroep Monitoring van de Uitvoering is een subwerkgroep geformeerd. De opdracht voor deze subwerkgroep is om de effecten van genoemde hinderbeperkende maatregelen afzonderlijk en in onderlinge samenhang te evalueren. Dit moet leiden tot realiseerbare maatregelen die een eventuele verdere optimalisatie van de vliegroutes kunnen bewerkstelligen. Het uitgangspunt van de subwerkgroep is dat een eventuele optimalisatie van de (civiele) vliegroutes in beginsel binnen de kaders van het Luchthavenbesluit Eindhoven uitvoerbaar moet zijn. Daarmee wordt ingezet op een mogelijkheid tot snelle realisatie van eventuele aanpassingen. De subwerkgroep heeft de expertise van het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum NLR ingeschakeld voor het maken van (effect)berekeningen en het doen van aanbevelingen. Route 1B Geconstateerd is dat de vliegbanen op route 1B dichter, en meer geconcentreerd, langs Wintelre vliegen dan in het MER-scenario werd aangenomen. Ook is uit analyses gebleken dat in de praktijk tot eind 2015 vaker naar het zuiden is gestart dan waarvan bij de MER-berekeningen is uitgegaan. Deze zaken kunnen er aan bijdragen dat de bewoners van Wintelre de nieuwe route 1B als een aanzienlijke verslechtering van het woon- en leefklimaat hebben ervaren. Geadviseerd wordt om het vliegverkeer dat gebruik maakt van route 1B op de route te plaatsen die in de MERberekeningen is toegepast. Voor deze verplaatsing worden maatregelen genomen. Omdat in de praktijk al sprake is van vrij weinig spreiding, hoeven er daarnaast geen maatregelen te worden genomen om er voor te zorgen dat de vliegtuigen ook goed op de route blijven vliegen. De voorgestelde maatregelen zijn gebaseerd op de uitkomsten van uitgevoerde berekeningen. Deze uitkomsten onderbouwen de gemelde toename van de hinder door de inwoners van Wintelre dat zonder deze maatregelen onevenredig wordt belast. 3

8 december 2016 NLR-CR Naast het verplaatsen van het verkeer naar de nominale route uit het MER-scenario zorgt een spreiding van baangebruik die meer overeenstemt met de uitgangspunten van het Luchthavenbesluit Eindhoven eveneens voor ontlasting van Wintelre (zie hiervoor onder het kopje baanspreiding ). Een eventuele verdere aanpassing van de route waarbij vliegtuigen nog iets langer door zouden vliegen voordat zij afbuigen, zou een verslechtering betekenen voor het dorp Vessem. Het voorstel is dan ook om er vooralsnog alleen voor te zorgen dat het verkeer wordt verplaatst naar de nominale route uit het MER-scenario; in de toekomst kan dan nader overleg met alle betrokkenen plaatsvinden of aanpassing van de route wenselijk zou zijn. Vliegroute rechtstreeks over België Er zijn berekeningen gemaakt waarbij een deel van het vliegverkeer van route 1B is verplaatst naar de vliegroute die rechtstreeks over België vliegt (via de zogenoemde ELSIK-route). Uit de berekeningen blijkt dat dit niet leidt tot minder ernstig gehinderden in Wintelre. Wel zou het leiden tot meer ernstig gehinderden in Duizel, Hapert, Hoogeloon en Knegsel. Bovendien zou verplaatsing van het verkeer van route 1B naar de Elsik-route bij een verdere toename van het aantal vliegtuigbewegingen nog binnen de vergunde periode, dwz voor 2020, leiden tot overschrijding van de geluidscontour ten zuidwesten van de luchthaven (zie ook onder het kopje baanspreiding ). Het advies luidt dan ook om nu geen maatregelen te nemen om meer gebruik te maken van deze route. Optimalisaties van vertrekroutes Bij het onderzoek naar mogelijke optimalisaties van de uitvliegroutes is in kaart gebracht hoe de werkelijke spreiding van het vliegverkeer ( de actuele spreiding ) eruit ziet ten opzichte van de spreiding die is aangenomen bij de MERberekeningen. Uit de analyses blijkt dat de actuele spreiding op alle routes, behalve de route naar het zuidoosten, leidt tot minder gehinderden dan uit de MER-berekeningen is gekomen. Dit betekent dat er geen extra maatregelen nodig zijn op de uitvliegroutes naar het noorden ten aanzien van de spreiding van het vliegverkeer op die routes. Analyses laten zien dat de spreiding op de zuidelijke uitvliegroute afdraaiend naar het oosten groter is dan bij de overige routes. Hierbij geldt dat ongeveer 10% van alle starts op deze uitvliegroute over de dorpskern van Eersel of Steensel vliegen. Berekeningen met verminderde spreiding laten echter geen volledig beeld zien dat een advies kan ondersteunen gebaseerd op het aantal ernstig gehinderden. Dit komt doordat, in aansluiting op de MER-studie, uitsluitend binnen de 20 Ke-contour is gerekend terwijl deze dorpskernen buiten deze contour liggen. Voor de zuidelijke uitvliegroute afdraaiend naar het oosten wordt geadviseerd om maatregelen te nemen om minder spreiding te realiseren zodat het vliegverkeer meer tussen de dorpskernen van Eersel en Steensel - en verderop ook tussen Waalre en Valkenswaard - doorvliegt. Dit sluit aan bij de beleving van de inwoners van Eersel dat vliegtuigen teveel over de dorpskern van Eersel vliegen in plaats van tussen de dorpskernen van Steensel en Eersel door. Verwacht wordt dat in de dorpskernen een afname van het aantal ernstig gehinderden mogelijk is. Baanspreiding De keuze van baanrichting is voor het overgrote deel het resultaat van de heersende meteocondities en voor een deel heeft de luchtverkeersleiding hierin de vrije keuze. Uit analyses is gebleken dat de wijze van invulling van deze vrije keuze vóór 2016, ten opzichte van het MER-scenario, resulteerde in een intensiever baangebruik voor starts in zuidelijke richting: 80% ten opzichte van 70%. Berekeningen hebben aangetoond dat, bij een groeiend aantal vliegtuigbewegingen, op termijn een overschrijding van de geluidscontour op zal treden bij voortzetting van dit baangebruik. In 2016 heeft de luchtverkeersleiding bij de invulling van de vrije keuze van de baanrichting beter aangesloten bij de uitgangspunten in de MER-studie. Deze gewijzigde keuze heeft in 2016 geleid tot een afname van het aantal starts naar het zuidwesten en daardoor ook op route 1B. 4

9 NLR-CR december 2016 Voor het totale gebied leidt de nieuwe verdeling van baanbrichting tot een toename van het aantal ernstig gehinderden ten opzichte van 2015 maar niet ten opzichte van het MER-scenario: de aantallen volgend uit het MERscenario worden dus niet overschreden. Deze toename wordt veroorzaakt doordat de bevolkingsdichtheid ten noorden van de luchthaven zich verhoudt als 2:1 ten opzichte van de bevolkingsdichtheid ten zuiden van de luchthaven. De huidige keuze van baanrichting leidt tot een evenwichtigere verdeling over de regio van de lengte van de nachtelijke periode zonder vliegverkeer. Ten zuiden van de luchthaven is in 2016 deze periode langer geworden, terwijl de lengte van nachtelijke perioden in het noorden niet fors werd ingekort. Aanbevolen wordt dan ook de nieuwe werkwijze te formaliseren en te borgen in de luchtverkeersleidingsprocedures voor Eindhoven. 5

10 december 2016 NLR-CR

11 NLR-CR december 2016 Inhoudsopgave Acroniemen en afkortingen 9 1 Introductie Leeswijzer 11 2 Evaluatie vliegroute 1B langs Wintelre Achtergrond Berekeningen Inleiding Resultaten berekeningen Totaal aantal ernstig gehinderden Aantal ernstig gehinderden per woonplaats Verplaatsen van de vliegbanen op vliegroute 1B Inleiding Analyse van actuele ligging van vliegbanen Maatregelen voor het volgen van de MER hartlijn 20 3 Variatie in gebruikte start-/landingsbaan Achtergrond Berekeningen en analyses Inleiding Resultaten berekeningen Totaal aantal ernstig gehinderden Aantal ernstig gehinderden per woonplaats Verdeling baangebruik in Vliegbaanspreiding civiele vliegtuigbewegingen op overige uitvliegroutes Achtergrond Berekeningen Resultaten berekeningen Totaal aantal ernstig gehinderden Aantal ernstig gehinderden per woonplaats - noorden Aantal ernstig gehinderden per woonplaats - zuiden Reduceren van de vliegbaanspreiding op vliegroute 21-oost Analyse van de actuele spreiding Maatregelen ter reductie van de spreiding 34 5 Toepassing van vliegroute naar het zuiden (ELSIK-route) Achtergrond Berekeningen Resultaten berekeningen Totaal aantal ernstig gehinderden Aantal ernstig gehinderden per woonplaats 37 7

12 december 2016 NLR-CR Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen Tijdpad 39 7 Referenties 40 Appendix A Aanvullende informatie 41 Appendix A.1 Detail contouren Ke rond Wintelre 41 Appendix A.2 Detail contouren Lden rond Wintelre 41 Appendix B Telling aantal woningen 42 Appendix B.1 Totaal aantal woningen 42 Appendix B.2 Aantal woningen per woonplaats 43 Appendix C Mogelijke oorzaken vliegen binnenbocht 46 Appendix D Hoogte en snelheid nabij flyover WPT EH Appendix E Condities vliegpad berekeningen 48 Appendix F SID beschrijvingen 49 Appendix G Begrippenlijst 50 8

13 NLR-CR december 2016 Acroniemen en afkortingen ACRONIEM / AFKORTING AIP CLSK COVM FMS Ke L den MER mm NLR SID TWR zm OMSCHRIJVING Aeronautical Information Package Commando Luchtstrijdkrachten Commissie Overleg & Voorlichting Milieuhygiëne Flight Management System Eenheid van geluidbelasting (Kosten eenheid) Eenheid van geluidbelasting (Level Day-Evening-Night) Milieu Effect Rapportage Met meteotoeslag Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Standard Instrument Departure Verkeerstoren Zonder meteotoeslag 9

14 december 2016 NLR-CR Deze pagina is opzettelijk blanco. 10

15 NLR-CR december Introductie In het kader van de uitvoeringstafel Eindhoven Airport is een werkgroep in het leven geroepen voor evaluatie van vliegroute 1B. Daarnaast wordt gekeken hoe verder invulling kan worden gegeven aan het advies van de Alderstafel en het Kabinetsstandpunt. Het doel is om te komen tot verdere beperking van de extra hinder gerelateerd aan de groei van het vliegverkeer van de luchthaven Eindhoven, breder dan alleen in relatie tot route 1B. Hiervoor wordt gezocht naar mogelijkheden voor optimalisatie van vliegroutes die passen binnen het luchthavenbesluit zodat ze snel door te voeren zijn. Het NLR is gevraagd om de werkzaamheden van de werkgroep te ondersteunen. Hierbij is een bijdrage gevraagd voor de volgende vier onderwerpen: 1. Evaluatie vliegroute 1B over Wintelre. 2. Toepassing van de civiele vliegroute naar het zuiden (ELSIK-route). 3. Spreiding van de vliegbanen op vertrekroutes voor civiele vliegroutes. 4. Spreiding van de te gebruiken start-/landingsbaan. In dit rapport wordt voor elk van deze onderwerpen beschreven welke analyses uitgevoerd zijn en wat de resultaten en aanbevelingen zijn. 1.1 Leeswijzer Bij het opstellen van de rapportage is er van uit gegaan dat de lezer bekend is met geluidbelastingberekeningen zoals die voor een luchthaven als Eindhoven worden uitgevoerd. Mocht hierover aanvullende informatie gewenst zijn, dan wordt verwezen naar [ref 2, 3 en 4] of de begrippenlijst in Appendix G. Daar waar in dit rapport wordt gesproken van het MER-scenario (Milieu Effect Rapportage), wordt het scenario bedoeld zoals dat uiteindelijk in de MER-studie is gekozen en dat ten grondslag ligt aan het luchthavenbesluit [ref 3]. Dit scenario bevat vliegbewegingen voor civiel verkeer; dit aantal is inclusief de zogenaamde meteotoeslag ( vliegbewegingen zonder meteotoeslag). Daarnaast bevat het ook de bijdrage voor militair verkeer; deze bijdrage is tijdens dit onderzoek telkens ongewijzigd meegenomen in het eindresultaat. De uitgevoerde analyses zijn in deze rapportage per onderwerp beschreven in de hoofdstukken 2 tot en met 5. In elk van de hoofdstukken worden als eerste de conclusies en aanbevelingen weergegeven in een gekleurd tekstkader. De analyses en resultaten die hier aan ten grondslag liggen worden in het vervolg van de hoofdstukken toegelicht. In de resultaten zijn contourlijnen weergegeven en zijn tellingen opgenomen voor het aantal ernstig gehinderden. Hierbij zijn de contourlijnen voor 20 en 35 Ke gepresenteerd en zijn tellingen vanaf 20 Ke weergegeven. Voor alle tellingen is gebruik gemaakt van een actueel woningenbestand (juli 2016). Het is belangrijk te vermelden dat ook buiten de 20 Ke-contour sprake is van ernstig gehinderden. Het percentage ernstig gehinderden neemt hier weliswaar af (is gelijk aan de Ke-waarden minus 10%), maar het aantal omwonenden dat mogelijk gehinderd wordt kan groter zijn dan de berekende aantallen. Daarnaast hoeft de dosis effectrelatie niet volledig overeen te komen met de werkelijk ervaren situatie, wat ook kan leiden tot verschillen tussen de berekende en werkelijke aantallen ernstig gehinderden. De resultaten geven in dit opzicht een vereenvoudigd beeld van de 11

16 december 2016 NLR-CR werkelijkheid en moeten dus niet als absoluut maatgevend gezien worden. De resultaten geven de trend weer die ontstaat bij het doorvoeren van wijzigingen; dergelijke trends ondersteunen het maken van afwegingen. Er zijn ook woningtellingen uitgevoerd. Om de leesbaarheid van het hoofdrapport te bevorderen zijn de resultaten van deze tellingen opgenomen in Appendix B. Wanneer een onderzochte maatregel niet gericht is op een bepaalde woonplaats, of wanneer de resultaten voor een woonplaats gelijk zijn aan 0, zijn tellingen van ernstig gehinderden of woningen weggelaten. 12

17 NLR-CR december Evaluatie vliegroute 1B langs Wintelre Op basis van de uitgevoerde analyses zijn ten aanzien van route 1B de volgende conclusies getrokken: 1. De vliegbanen op vliegroute 1B liggen niet op de nominale route zoals die in het MER-scenario is gebruikt; ze liggen dichter bij Wintelre doordat vaker een binnenbocht gevlogen wordt. 2. De spreiding van de vliegbanen is minder dan in het MER-scenario is aangenomen. 3. Het aantal ernstig gehinderden in Wintelre is groter dan op basis van het MER-scenario is aangenomen. Dit past bij de toename van meldingen over hinder zoals die uit Wintelre zijn ontvangen. 4. Oorzaken van vliegen van de binnenbocht zijn verschillen in vliegsnelheid, gewicht, wind en de manier waarop de vertrekprocedure is ontworpen. 5. Verplaatsen van vliegbanen in zuidwestelijke richting, naar de nominale route uit het MER-scenario, reduceert het aantal ernstig gehinderden in Wintelre tot het niveau uit het MER-scenario. 6. Een verdere verschuiving in zuidwestelijke richting, voorbij de nominale route uit het MER-scenario, leidt tot extra ernstig gehinderden in Vessem en Veldhoven. De volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. Om de nominale route conform het MER-scenario te vliegen wordt aanbevolen om de vliegprocedure aan te passen en een andere codering ( Course to a Fix ) te gebruiken voor het routesegment na het eerste draaipunt (EH597). Het toepassen van deze codering geeft een vaste lijn over de grond en corrigeert ook voor wind. 2. Na een evaluatie van deze maatregel kan worden beoordeeld of verdere aanpassingen nodig zijn. 2.1 Achtergrond Voor elke vertrekroute (SID - Standard Instrument Departure) is een nominale route vastgelegd in het AIP (Aeronautical Information Publication). Bij het ontwerpen van deze routes speelt het minimaliseren van de hinder door vliegtuigbewegingen een rol. Ook bij het berekenen van geluidbelasting is het uitgangspunt dat starts de nominale route volgen, met een zekere spreiding aan weerszijden daarvan. Uit analyse van de vliegbanen is gebleken dat de meerderheid van de starts op route 1B de binnenbocht volgt. In Figuur 1 wordt dit weergegeven door de blauwe lijnen die individuele vliegbanen representeren; de middelste rode lijn geeft de nominale route volgens het AIP weer. Starts vliegen gemiddeld ongeveer 100 meter dichter bij Wintelre dan op basis van de nominale route in het AIP verwacht mag worden. Figuur 1: Werkelijke vliegbanen op route 1B in relatie tot de nominale route in het AIP 13

18 december 2016 NLR-CR Berekeningen Inleiding De analyses in relatie tot starts op route 1B zijn gericht op twee onderwerpen: 1. Berekening van de geluidbelasting en bepaling van het aantal ernstig gehinderden voor diverse scenario s. 2. Achterhalen van de reden dat starts niet de nominale route volgen en het bepalen van maatregelen voor aanpassen van dit vlieggedrag. Geluidbelasting en aantal ernstig gehinderden Uitgaande van het MER-scenario zijn berekeningen uitgevoerd voor de bepaling van de geluidbelasting bij de volgende scenario s (zie Figuur 2): 1. Ligging van vliegbanen volgens de werkelijk gevlogen vliegbanen (scenario S1). De ligging van het midden van de bundel starts is bepaald op basis van de werkelijke vliegbanen (1 januari t/m 25 mei 2016). Ook is hiermee een aangepast spreidingsgebied bepaald omdat de werkelijke vliegbaanspreiding minder is dan aangenomen in het MER-scenario. 2. Verschuiven van de vliegbanen naar de SID volgens het MER-scenario (scenario S2). De ligging van het midden van de bundel starts komt overeen met de nominale route zoals gebruikt in het MER-scenario. Wel is hierbij het smallere spreidingsgebied van de werkelijke vliegbanen aangehouden. 3. Verdere verschuiven van de vliegbanen in zuidwestelijke richting (scenario S3). De ligging van het midden van de bundel starts is, ten opzichte van het MER-scenario, verlegd in zuidwestelijke richting. Ook hier is het smallere spreidingsgebied van de werkelijke vliegbanen aangehouden. Om het effect op de geluidbelasting rond Wintelre in kaart te brengen zijn berekeningen uitgevoerd met een aangepaste modellering voor de ligging van vliegbanen. Naast de Ke is voor scenario S1 ook de L den -dosismaat bepaald. De L den houdt namelijk in tegenstelling tot de Ke-methode - rekening met de tijdsduur dat geluid van vliegtuigen waargenomen wordt, een aspect dat voor route 1B in relatie tot Wintelre relevant is. Figuur 2: Ligging van gemodelleerde vliegbanen op route 1B - nominale route en spreidingsbreedte 14

19 NLR-CR december 2016 Voor elk van de scenario s zijn de resultaten omgezet naar figuren met contourlijnen van gelijke geluidbelasting en zijn, voor Ke-resultaten, tellingen uitgevoerd voor het aantal woningen en het aantal ernstig gehinderden binnen een contour. Onderzoek ligging van vliegbanen en mogelijk verbetering Om te achterhalen waarom de vliegbanen niet rond de nominale route van het AIP liggen, is een nadere analyse van de vliegbaanspreiding uitgevoerd. Hierbij is gekeken of een relatie te vinden is met externe omstandigheden (zoals wind) of vluchtkenmerken (bijvoorbeeld vliegtuigtype of maatschappij). Aanvullend is overleg gevoerd met de militaire luchtverkeersleiding, vliegprocedure ontwerper (PANS-OPS), piloten en vliegmaatschappijen. Op basis van de verkregen informatie is bepaald wat de meest waarschijnlijke verklaring is voor de verschuiving van vliegbanen t.o.v. de in de AIP beschreven SID (zie 2.3.1). Vervolgens is een oplossingsrichting gezocht waarbij gezorgd wordt dat de vliegbanen conform de AIP-route worden uitgevoerd (zie 2.3.3) Resultaten berekeningen Voor de drie eerder genoemde scenario s zijn de berekeningen uitgevoerd en de resultaten zijn gevisualiseerd met contourlijnen. Gekozen is voor 20 en 35 Ke en 50 en 56 L den. Voor een vergelijking in meer detail van de resultaten voor de werkelijke ligging van vliegbanen en het MER-scenario wordt verwezen naar Appendix A. Figuur 3: Ke-contouren (20 en 35 Ke) werkelijke vliegbanen en verschuivingen t.o.v. MER-studie Bovenstaande figuur laat zien dat door de verschuiving van de vliegbanen in de richting van Wintelre (zie Figuur 2) de 20 Ke-lijn opschuift in noordoostelijke richting. Door het verminderen van de vliegbaanspreiding wordt de contourlob rond route 1B daarnaast smaller en langer. Ondanks dat maar twee contourlijnen in de figuur zijn opgenomen geldt een dergelijke verschuiving ook voor tussenliggende contourwaarden (zie Appendix A). Dit duidt op een toename van de geluidbelasting in Wintelre, en mogelijk verderop langs de vliegroute. Dit is in lijn met de (extra) hindermeldingen die uit Wintelre worden ontvangen. 15

20 december 2016 NLR-CR De resultaten uit de aanvullende berekeningen, waarbij de actueel gevlogen bundel vliegbanen verschoven is tot op de nominale route uit het MER-scenario, of 300 meter daar voorbij, laten overeenkomstige verschuivingen van de contourlob zien. De verschuiving tot op de nominale route uit het MER-scenario hertstelt de ligging van de contourlob uit het MER-scenario, waarbij wel sprake blijft van een smallere en langere contourlob. De verschuiving 300 meter verder zuidwestelijk, voorbij de nominale route uit het MER-scenario, laat zien dat de 20 Ke contourlijn de woonbebouwing in Vessem raakt. Figuur 4: L den -contouren (50 en 56 db(a)) werkelijke vliegbanen t.o.v. MER-studie De resultaten in Figuur 4 laten voor de actuele spreiding voor L den soortgelijke veranderingen zien als bij de Ke resultaten. Om deze reden is voor de overige scenario s geen berekening van L den uitgevoerd. Jaarberekening In het kader van de wettelijk vereiste bewaking van de geluidbelasting rondom de Nederlandse luchthavens wordt jaarlijks de geluidbelasting berekend [ref. 2]. Voor deze berekening wordt een standaard invoerset gebruikt, die niet jaarlijks wordt aangepast om veranderingen in de ligging en vliegbaanspreiding op te nemen. Op deze wijze wordt de vergelijking met het MER-scenario uitgevoerd t.a.v. aantallen vliegtuigbewegingen, vliegtuigtypes, vliegprocedures en verdeling over de aan- en uitvliegroutes. Voor de civiele regionale luchthavens in Nederland wordt in dergelijke jaarberekeningen ook de werkelijke ligging van vliegbanen meegenomen. Hiervoor wordt iedere individuele vlucht afzonderlijk doorgerekend met de werkelijke vliegbaan in plaats van met een gemodelleerde set routes. Aanbevolen wordt om: 1. Voor civiel verkeer, voor 2016, een berekening te doen met werkelijk gevlogen vliegbanen en de resultaten te vergelijken met resultaten uit de standaard jaarberekening. Deze extra berekening is niet bestemd voor handhavingsdoeleinden, maar om inzicht te krijgen in effecten van werkelijke spreiding. 16

21 NLR-CR december Totaal aantal ernstig gehinderden Voor de Ke-resultaten zoals beschreven in paragraaf 2.2.2, zijn tellingen gedaan van het totaal aantal ernstig gehinderden. Tabel 1: Aantal ernstig gehinderden Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S S S De tellingen laten voor de huidige ligging van de vliegbanen (S1) een toename zien binnen de 20 Ke-contour. Voor de hogere contourwaarden, dichter bij de luchthaven, zijn deze toenames er niet. Wanneer de bundel vliegbanen weer rond de nominale route uit het MER-scenario komt te liggen (S2), is ook het aantal gehinderden weer nagenoeg gelijk aan het aantal volgens dit scenario. De concentratie van de vliegbanen, leidt dus niet tot grote verschillen. Een verdere verschuiving in zuidwestelijke richting (S3) leidt tot een toename van het aantal ernstig gehinderden. Een dergelijke verschuiving lijkt dus niet direct gewenst. Om deze resultaten nader te kunnen duiden zijn ook tellingen per woonplaats uitgevoerd. Deze resultaten zijn opgenomen in de volgende paragraaf Aantal ernstig gehinderden per woonplaats De tellingen van het aantal ernstig gehinderden zijn in meer detail uitgevoerd per woonplaats. In de resultaten zijn specifiek de aantallen gehinderden binnen de 20 en 35 Ke contour weergegeven. Tabel 2: Aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S1 S2 S3 Knegsel Veldhoven Vessem Wintelre Tabel 3: Aantal ernstig gehinderden binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S1 S2 S3 Knegsel Veldhoven Wintelre De tellingen per woonplaats laten zien dat de actuele ligging van vliegbanen (S1), ten opzichte van het MER-scenario, in Wintelre tot meer ernstig gehinderden leidt. 17

22 december 2016 NLR-CR Door verplaatsen van de actuele bundel vliegbanen, zodat die rond de nominale route uit het MER-scenario ligt (S2), wordt het aantal gehinderden per woonplaats weer nagenoeg gelijk aan het aantal volgens het MER-scenario. Deze verschuiving betekent, ten opzichte van de huidige situatie, dat in Knegsel en Vessem meer ernstig gehinderden zullen ontstaan. Bij deze verandering zijn, zoals vaker het geval is, dus zowel winnaars als verliezers. Dit aspect vraagt om goede communicatie vooraf met alle omwonenden in de regio. De verdere verschuiving van de vliegbanen laat binnen de 20 Ke-contour, ten opzichte van het MER-scenario, een toename van het aantal ernstig gehinderden zien in Knegsel, Veldhoven en Vessem. In Wintelre is een afname te zien die kleiner is dan de toenames in de andere woonplaatsen. Hier lijkt daarom vooral sprake van het verplaatsen van hinder waardoor dit scenario niet aantrekkelijk lijkt. 2.3 Verplaatsen van de vliegbanen op vliegroute 1B Inleiding Om te bewerkstelligen dat de vluchten rond de nominale route uit het MER-scenario liggen is een verplaatsing nodig. Om te bepalen welke maatregel hiervoor nodig is, zijn eerst mogelijke oorzaken onderzocht voor het vliegen van de binnenbocht ter hoogte van Wintelre (zie 2.3.2). Hierna is bepaald welke maatregel het beste genomen kan worden om de gewenste verplaatsing te realiseren (zie 2.3.3) Analyse van actuele ligging van vliegbanen Wanneer vliegtuigen vanaf de luchthaven Eindhoven vertrekken voor een start volgens route 1B, staan ze in verbinding met de verkeersleider op de verkeerstoren van de luchthaven (TWR). Zodra het vliegtuig een hoogte van 1000 ft (ongeveer 300 m) bereikt, vindt overdracht plaats van TWR naar de algemene militaire verkeersleider (Dutch MIL). Tabel 4: Analyse spreiding per maatschappij - halverwege de bocht Maatschappij Vliegtuigtype Gemiddelde afstand tot nominale route (m) Gemiddelde. hoogte (ft) Aantal bewegingen Transavia B B Ryanair B TUI Airlines B Corendon Airlines B Op basis van Tabel 4 wordt geconcludeerd dat Transavia B737 vliegtuigen meer in de binnenbocht vliegen dan Transavia B738 en Ryanair B738 vliegtuigen. 18

23 NLR-CR december 2016 Er is vervolgens gekeken naar mogelijke oorzaken voor het vliegen van de binnenbocht (zie Appendix D voor details). Het blijkt een combinatie van verschillende factoren te zijn. Een belangrijke reden van het verschil in bochtstraal is de gewicht-stuwkracht verhouding. Afhankelijk hiervan zal de zogeheten acceleratiehoogte (1500 ft) eerder of later worden bereikt. Als deze eerder wordt bereikt dan wordt eerder geaccelereerd naar een hogere snelheid wat een grotere bochtstraal tot gevolg zal hebben. Daarnaast speelt ook een rol op welke manier de vertrekprocedure is gecodeerd in het Flight Management System (FMS) aan boord van het vliegtuig. Deze codering bepaald onder andere welke invloed de wind heeft op het vliegpad. Er zijn door Transavia een aantal scenario s doorgerekend voor de POGAX1K vertrekroute onder bepaalde condities (zie Appendix E). Wat opvalt, is dat de lagere gewichten een grotere bochtstraal hebben dan de hogere, terwijl het omgekeerde normaal van toepassing is. Dit lijkt veroorzaakt te worden doordat de lichte vliegtuigen nog voor de bocht op 1500 ft zitten en daardoor met een hogere snelheid de bocht ingaan doordat ze versnellen voor of bij het inzetten van de bocht, terwijl de starts met een hoger gewicht pas later (einde bocht) gaan versnellen. Figuur 5: Analyse bochtgedrag Transavia B737 en B738 (berekeningen en figuur door Transavia). Noot: vliegpaden voor 737/738 light (leeg vliegtuig) komen zelden voor (ca. 8x per half jaar als gevolg van zogenaamde positioning flights) en zijn daardoor niet representatief Het effect van wind is zichtbaar gemaakt in Figuur 6. Hierbij is te zien dat, onder invloed van wind, spreiding in de vliegbanen zal ontstaan omdat volgens de huidige vliegprocedures niet voor windinvloed wordt gecorrigeerd. Figuur 6: Wind invloed (roze = Boeing ,66000 kg met wind 210 degrees met 20kts) 19

24 december 2016 NLR-CR Maatregelen voor het volgen van de MER hartlijn Maatregelen om de vliegbanen op route 1B te verplaatsen dienen te worden gezocht in het aanpassen van het ontwerp van de vliegprocedure. Hiervoor bestaan een aantal mogelijkheden: Tabel 5: Overzicht van mogelijke maatregelen voor verplaatsen van vliegbanen op route 1B Maatregel Uitwerking Tijd nodig voor realisatie 1 Een andere codering gebruiken voor het segment tussen draaipunt (EH597) en het volgende draaipunt (EH598). Dit is nu een zogenaamde Direct to a fix (DF). Een codering Course to a Fix (CF) geeft een vaste lijn over de grond en corrigeert ook voor wind. Dit vergt herontwerp van de vliegprocedure. 2 Het draaipunt (EH597) waar de bocht wordt ingezet verschuiven naar het zuiden zodat de vliegpaden ook verschuiven richting de gewenste hartlijn. Hiervoor is een uitgebreider herontwerp van de vliegprocedure nodig. 3 Een vaste bochtstraal introduceren middels gebruik van een zogenaamde RF leg. Hiermee wordt het grondpad reproduceerbaarder, met nog minder spreiding, gevlogen. Dit vereist wel bepaalde functionaliteit aan boord van het vliegtuig (FMS en RNP1 operational approval) en training van vliegers. Ook dit vergt herontwerp van de vliegprocedure. 2 tot 4 maanden 3 tot 6 maanden 4 tot 9 maanden De meest nauwkeurige manier om het gewenste grondpad te vliegen wordt door maatregel 3 (vaste bochtstraal) gerealiseerd. Echter, deze maatregel stelt wel eisen aan de technische uitrusting van het vliegtuig evenals aan de training van vliegers. Mogelijk dat niet alle maatschappijen hieraan al kunnen voldoen: o Ryanair : wel o Transavia : waarschijnlijkheid wel o WizzAir : niet bekend o Correndon : niet bekend o Tui Airlines : niet bekend Voorgesteld wordt om met een minder ingrijpende maatregel te starten, d.w.z. maatregel 1. Mocht deze maatregel, en/of maatregel 2, onvoldoende effect hebben dan kan maatregel 3 (RF) worden opgepakt. 20

25 NLR-CR december Variatie in gebruikte start-/landingsbaan Op basis van de uitgevoerde analyses zijn ten aanzien van variatie in gebruikte start- en landingsbaan de volgende conclusies getrokken 1. Het baangebruik week in 2015 sterk af van uitgangspunten in de MER-studie. 2. Dat leidt, bij een groeiend verkeersvolume, nog binnen de vergunde periode, tot overschrijding van de MERcontour. 3. De in 2016 ingezette veranderingen leiden tot verdelingen die beter aansluiten bij het MER-scenario. 4. De lengte van de nachtelijke periode zonder vliegtuigbeweging neemt toe ten zuidwesten van de luchthaven, zonder dat de lengte van de nachtelijke periode ten noordoosten van de luchthaven fors wordt ingekort. De volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. De huidige methodiek voor keuze van baanrichting voortzetten. 2. Borging van de wijze waarop baankeuzes gemaakt worden zodat dit tot reproduceerbare keuzes leidt. 3. Zorgen voor communicatie over de gemaakte baankeuzes, bijvoorbeeld via de website 4. Monitoring van gemaakte baankeuzes en rapportage hierover; dit verhoogt de transparantie van het proces. 3.1 Achtergrond Het MER-scenario is, op basis van langjarig gemiddelde wind-gegevens, gebaseerd op een 30%/70% verdeling waarbij: o de baan gedurende 30% van de tijd in noordoostelijke richting wordt gebruikt: starts vertrekken naar het noorden en landingen komen vanuit het zuiden. o gedurende de overige tijd (70%) sprake is van zuidwestelijk baangebruik: starten naar het zuiden en landen vanuit het noorden. Een voorbeeld van de windverdeling is gegeven in Figuur 7, waar voor de maand september informatie over het langjarig gemiddelde voor windrichting en -sterkte is weergegeven 1. De windroos laat zien dat in deze maand gedurende ongeveer 70% van de tijd de wind uit zuidwestelijke richting komt, variërend tussen noordwest en zuidoost. In het midden van de windroos staat vermeld wat het aandeel is van perioden met variabele wind of windstilte. Figuur 7: Langjarig gemiddelde windcondities voor de maand september 1 Zie voor uitleg over de schaal van Beaufort (Bft) 21

26 december 2016 NLR-CR Inzet van de start/-landingsbaan werd tot 2016, naast windcondities, gestuurd door optimalisatie van de taxitijden: preferent was starten naar het zuiden en landen vanuit het zuiden omdat dit de kortste taxitijd oplevert. In Figuur 8 is te zien dat door deze aanpak in % van alle starts ( van ) vertrokken in zuidwestelijke richting, tegenover 18% in noordoostelijke richting. Door sturing op korte taxitijden is ook meer verkeer afgehandeld aan de zuidwest kant van de luchthaven. In 2015 was dit 55% van alle vliegtuigbewegingen (41% waren starts en 14% landingen). In het MER scenario is aangenomen dat er een gelijk aantal vliegtuigbewegingen wordt afgehandeld aan beide zijden van de baan. Figuur 8: Baangebruik in 2014 en aantal vliegtuigbewegingen en percentage van het totaal verkeer in een jaar Door geluidbelastingberekeningen uit te voeren waarbij is gevarieerd in de verdeling tussen noordelijk en zuidelijk baangebruik is inzicht verkregen in het effect van keuzes op de geluidbelasting en het aantal ernstig gehinderden. De resultaten hiervan worden in de navolgende paragrafen gepresenteerd. Met ingang van 2016 wordt gestuurd op een verdeling die beter aansluit bij het luchthavenbesluit en wordt minder vaak van baanrichting gewisseld waardoor het baangebruik voorspelbaarder wordt. Het aandeel vliegtuigbewegingen, en dan vooral starts, ten zuidwesten van de luchthaven zal hierdoor afnemen. Gelet op het feit dat meer dan 80% van de hindermeldingen gerelateerd zijn aan startend verkeer [ref. 1], kan dit zorgen voor terugdringen van de hinder ten zuidwesten van de luchthaven. Om dit te toetsen is onderzocht wat, per regio, de invloed is van de aangepaste baantoewijzing in 2016 op het aantal vliegtuigbewegingen aan de randen van de dag en op de lengte van de nachtperiode zonder vliegtuigbewegingen (zie 3.3). 3.2 Berekeningen en analyses Inleiding Het MER-scenario gaat uit van een 30%/70% verdeling van baanrichting (zie 3.1), met de aanname dat op ieder moment de baan in slechts één richting wordt gebruikt. Dit betekent dat 70% van de starts in zuidwestelijke richting vertrekt en tegelijkertijd 70% van de landingen uit noordoostelijke richting landt. Voor de overige 30% wordt gestart naar het noordoosten en geland uit het zuidwesten. 22

27 NLR-CR december 2016 Gedurende een groot deel van de tijd dicteert windrichting en -sterkte de keuze voor de baanrichting. Om afwijkingen van het langjarig gemiddelde op te kunnen vangen wordt een zogeheten meteotoeslag gehanteerd. Deze toeslag biedt ruimte om ook in jaren met sterk afwijkende windcondities binnen de grenzen van (de geluidscontour van) het luchthavenbesluit te opereren. In het MER-scenario is daartoe het aantal vliegtuigbewegingen aan beide zijden van de baan opgeschaald. Feitelijk is daardoor gerekend met een verdeling van 35%/75% Resultaten berekeningen Onderstaande figuren laten de contourlijnen zien voor een viertal varianten van spreiding in baanrichting, samen met de MER-contouren. De vier varianten zijn voorbeelden van mogelijke werkelijke scenario s en zijn daarom zonder meteotoeslag berekend, aangeduid met zm. Figuur 9: Ke-contouren voor variatie in baangebruik - ten noordoosten van de luchthaven Figuur 10: Ke-contouren voor variatie in baangebruik - ten zuidwesten van de luchthaven 23

28 december 2016 NLR-CR Van de contouren zonder meteotoeslag laat de verdeling 20%/80% op enkele plekken ten zuidwesten van de luchthaven voor de 20 Ke-contour overschrijdingen zien ten opzichte van het MER-scenario. Zoals eerder aangegeven, zullen de windcondities gemiddeld gesproken tot een 30%/70% verdeling leiden. In de MER contouren is ruimte opgenomen voor verschuivingen tot 5% ten gevolge van afwijkende meteo condities. Gedurende het jaar kan daarom het beste op de 30%/70% verdeling worden gestuurd zodat aan het einde van het jaar windcondities die geen keuze voor de baantoewijzing toestaan niet tot een overschrijding leiden Totaal aantal ernstig gehinderden Voor de Ke-resultaten zoals beschreven in paragraaf 3.2.2, zijn tellingen gedaan van het totaal aantal ernstig gehinderden (zie Tabel 6). Alle tellingen zonder meteotoeslag (aangeduid met zm) blijven binnen de aantallen voor het MER-scenario (met meteotoeslag - mm). Wanneer de baan meer in zuidwestelijke richting wordt gebruikt, toenemend aandeel van 65% naar 80%, is voor de contourwaarden tot en met 25 Ke een afname te zien van het totaal aantal ernstig gehinderden. Binnen de hogere contourwaarden neemt het aantal ernstig gehinderden juist toe. Tabel 6: Aantal ernstig gehinderden Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER 35%/75% mm %/65% zm %/70% zm %/75% zm %/80% zm Aantal ernstig gehinderden per woonplaats Wanneer de tellingen per woonplaats worden uitgevoerd, zijn toe- en afnames te zien, afhankelijk van de plaats. Hier speelt ook het aantal inwoners per plaats duidelijk een rol: het aantal ernstig gehinderden neemt in het noordoosten sterker toe of af bij veranderingen in de contouren. Binnen de 20 Ke-contour wonen ten noordoosten van de luchthaven ongeveer twee keer zoveel mensen als ten zuidwesten. Door de heersende meteocondities vertrekt ongeveer 1/3 deel van de starts (starts leiden tot de meeste hindermeldingen) richting deze grootste groep inwoners (2/3) in het noordoosten. 24

29 NLR-CR december 2016 Tabel 7: Aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour Woonplaats 35%/75% MER mm 35%/65% zm 30%/70% zm 25%/75% zm Best Duizel Eersel Eindhoven Hoogeloon Knegsel Oirschot Sint-Oedenrode Son en Breugel Veldhoven Vessem Wintelre %/80% zm Tabel 8: Aantal ernstig gehinderden binnen de 35 Ke contour Woonplaats 35%/75% MER mm 35%/65% zm 30%/70% zm 25%/75% zm Best Eindhoven Knegsel Veldhoven Wintelre %/80% zm 3.3 Verdeling baangebruik in 2016 Verdeling van baangebruik in 2016 In de eerste drie kwartalen van 2016 is 71% van de starts naar het zuidwesten vertrokken en 29% naar het noordoosten. Daarnaast werd in deze periode 51% van alle vliegtuigbewegingen (starts en landingen samen) ten zuidwesten en 49% ten noordoosten van de luchthaven afgehandeld. Deze realisatie is ongeveer conform de uitgangspunten in het MER-scenario. Aantal vliegtuigbewegingen aan de randen van de dag Per regio is gekeken welk deel van het jaar er vliegtuigbewegingen plaatsvonden aan de randen van de dag. Uit de jaarrapportage meldingen [ref 1] is bekend dat juist over vliegtuigbewegingen in deze perioden extra meldingen worden ontvangen. 25

30 december 2016 NLR-CR Tabel 9: Percentage dagen met vliegtuigbewegingen aan de randen van de dag, per regio Zuidwesten Noordoosten Eerste vlucht tussen 07:00 en 08:00 uur 93% 85% 42% 46% Laatste vlucht tussen 22:00 en 24:00 uur 72% 53% 58% 69% De aangepaste wijze van baankeuze heeft effect op het aantal dagen met vliegtuigbewegingen in perioden aan de randen van de dag. De tabel laat zien dat ten zuidwesten in de eerste drie kwartalen van 2016 minder vaak tijdens de randen van de dag is gevlogen; ten noordoosten is daardoor een toename te zien. Deze verschuiving kan ook effect hebben op de tijd die ligt tussen de laatste avondvlucht en de eerste vlucht in de ochtend over een bepaalde regio: de lengte van de nachtelijke rustperiode, zonder vliegtuigbewegingen. Lengte van de nachtelijke rustperiode Figuur 11 geeft weer hoe de verdeling van de duur van de nachtelijke rustperiode in 2015 was. Door het preferent gebruik van starten in zuidelijke richting en het landen vanuit zuidelijke richting was de gemiddelde lengte van de rustperiode ten zuidwesten duidelijk korter dan in het noordoosten: o Ten zuidwesten van de luchthaven was bijna de helft van de nachtelijke rustperiodes korter dan 08:00 uur, terwijl periodes langer dan 12:00 uur nauwelijks voor kwamen. o Ten noordoosten van de luchthaven was 80% van de nachtelijke rustperiodes langer dan 08:00 uur en kwamen rustperiodes langer dan 12:00 uur vaak (13%) voor. Figuur 11: Verdeling van de lengte van de nachtperiode zonder vluchten Belangrijk is om op te merken dat niet is gekeken naar effecten per vluchttype; dat zou afhankelijk van de regio tot een gunstiger beeld kunnen leiden. In bijvoorbeeld een regio waar alleen landend verkeer wordt waargenomen zou de nachtelijke rustperiode alleen bepaald worden door de laatste landing in de avond en de eerste landing in de ochtend, terwijl in de hiervoor gepresenteerde berekeningen ook starts betrokken zijn. 26

31 NLR-CR december 2016 Figuur 12: Verdeling van de lengte van de nachtperiode zonder vluchten (t/m 3 e kwartaal) Het beeld dat in Figuur 12 wordt getoond, voor de eerste drie kwartalen van 2016, is evenwichtiger. Zowel ten zuidwesten als noordoosten is 55% van de nachtelijke rustperiodes langer dan 08:45 uur. In beide regio s komen nauwelijks rustperiodes voor die langer zijn dan 12:00 uur. Ten noordoosten is in 2016 geen sprake van een verslechtering t.a.v. de korte nachtelijke rustperiodes; verschillen komen in 2016 pas voor bij periodes langer dan 08:30 uur. Omdat ten zuidwesten een duidelijke verlenging van de nachtelijke rustperiode is ontstaan kan dit worden bestempeld als een positieve ontwikkeling in de verdeling van nachtelijke rustperiodes. 27

32 december 2016 NLR-CR Vliegbaanspreiding civiele vliegtuigbewegingen op overige uitvliegroutes Op basis van de uitgevoerde analyses ten aanzien van vliegbaanspreiding op de overige uitvliegroutes (los van route 1B) zijn de volgende conclusies getrokken: 1. De actuele vliegbaanspreiding (variant S4) leidt, ten opzicht van het MER-scenario, tot een afname van het aantal ernstig gehinderden ten noordoosten van de luchthaven. 2. De vliegbaanspreiding op de zuidelijke startroute tussen Eersel en Steensel heeft een directe relatie met de door de luchtverkeersleiding gegeven instructies. 3. Een vermindering van de vliegbaanspreiding op de uitvliegroute tussen Eersel en Steensel, en verderop ter hoogte van Waalre en Valkenswaard, is mogelijk. 4. Omdat alleen binnen de 20 Ke-contour is gerekend, terwijl de woonkernen Eersel en Steensel buiten deze contour vallen, geeft het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke-contour geen volledig beeld. Door vermindering van spreiding mag verwacht worden dat in deze woonkernen sprake is van afname van (ernstige) hinder. De volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. De actuele vliegbaanspreiding op noordelijke routes ongewijzigd laten. 2. Vliegbaanspreiding voor starts naar het zuiden op de uitvliegroute tussen Eersel en Steensel door wel reduceren. Extra instructies voor de verkeersleiding kunnen op korte termijn al tot verbetering leiden. 3. Communicatie naar omwonenden in de regio verzorgen voordat veranderingen worden doorgevoerd. 4.1 Achtergrond Voor elke startroute (SID - Standard Instrument Departure route) is een nominale route vastgelegd in het AIP (Aeronautical Information Package). Bij het ontwerpen van deze routes speelt het minimaliseren van de hinder door vliegtuigbewegingen een rol. Ook bij het berekenen van geluidbelasting is het uitgangspunt dat starts de nominale route volgen, met een zekere spreiding aan weerszijden daarvan. Figuur 13: Actuele ligging van vliegbanen beneden 6000 ft, aantal starts door civiele vliegtuigen in

33 NLR-CR december 2016 Analyses van vliegbanen voor alle starts met civiele vliegtuigen in 2015 (zie Figuur 13) laten zien dat de werkelijke vliegbanen niet altijd de nominale route uit het MER-scenario volgen (zie ook hoofdstuk 2) of een andere vliegbaanspreiding laten zien dan vooraf was verwacht. De verschuivingen in de ligging van de nominale vertrekroutes in noordelijke richting vinden plaats op grotere afstand van de luchthaven, buiten de 20 Ke-contour. Om deze reden zijn de effecten hiervan niet onderzocht. Wel is gekeken naar het effect van verminderde spreiding op de noordelijke vliegroutes. Voor starts naar het zuiden die afdraaien naar het oosten is een breder spreidingsgebied te zien dat overeenkomt met de breedte die in het MER-scenario is gehanteerd. Dit betekent echter wel dat een deel van het verkeer (ongeveer 10% in de eerste drie kwartalen van 2016) over de woonkernen van Eersel en Steensel vliegt. De overige 90% van de vluchten vliegt, ten opzichte van de aannames in het MER-scenario, meer geconcentreerd tussen Eersel en Steensel door. Voor deze uitvliegroute is daarom onderzocht of en hoe de spreiding verder verminderd zou kunnen worden en wat daarvan de effecten zijn. Vermindering van de spreiding op deze oostelijke uitvliegroute zal naar verwachting, verderop langs de vliegbaan, ook tot verbetering voor Waalre en Valkenswaard leiden. Om te achterhalen wat de reden is van de grotere spreiding is onderzoek gedaan naar de ligging van vliegbanen. Hierbij is gekeken naar meerdere aspecten die een relatie met het waargenomen vlieggedrag kunnen hebben. Op basis van de bevindingen is een oplossingsrichting gezocht. 4.2 Berekeningen Resultaten berekeningen Ten noordoosten van de luchthaven is sprake van minder spreiding van vliegbanen. Door een herberekening van het MER-scenario met versmalde spreidingsgebieden is onderzocht wat hiervan de effecten zijn. Het resultaat is weergegeven in de vorm van contourlijnen (20 en 35 Ke) in onderstaande figuur: de contourlijnen verschuiven in deze regio nauwelijks. Figuur 14: Effect van verminderde vliegbaanspreiding op de noordelijk vliegroutes 29

34 december 2016 NLR-CR Ook op de vliegroutes naar het zuiden, en vervolgens tussen Eersel en Steensel door, is gekeken naar het effect dat op zal treden bij vermindering van de spreiding t.o.v.de huidige manier van vliegen. De spreidingsbreedte is verkleind tot een breedte die ook bij de overige vliegroutes is te zien. Figuur 15: Effect van verminderde vliegbaanspreiding op de zuidelijke vliegroute tussen Eersel en Steensel door Door de concentratie van verkeer in een smaller gebied, ten opzichte van het MER-scenario, laat Figuur 15 een langere, smallere 20 Ke-contour zien tussen Eersel en Steensel Totaal aantal ernstig gehinderden Voor de hiervoor gepresenteerde resultaten van berekeningen met versmalde spreidingsgebieden (scenario S4) zijn tellingen van het aantal ernstig gehinderden uitgevoerd. Tabel 10: Aantal ernstig gehinderden Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S Tabel 10 laat zien dat door smallere spreidingsgebieden het totaal aantal ernstig gehinderden afneemt. In de volgende paragrafen wordt toegelicht waar deze afname gerealiseerd wordt. 30

35 NLR-CR december Aantal ernstig gehinderden per woonplaats - noorden In meer detail zijn de tellingen ook per woonplaats uitgevoerd, voor 20 en 35 Ke. De resultaten in woonplaatsen ten noorden van de luchthaven zijn gepresenteerd in Tabel 11 en Tabel 12. Tabel 11: Aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour, ten noorden van de luchthaven Woonplaats MER S4 Best Eindhoven Oirschot 1 1 Sint-Oedenrode Son en Breugel Tabel 12: Aantal ernstig gehinderden binnen de 35 Ke contour, ten noorden van de luchthaven Woonplaats MER S4 Best Eindhoven 5 5 Door de afname van de spreiding op startroutes naar het noordoosten ontstaat in alle woonplaatsen behalve Oirschot een daling in het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke-contour Aantal ernstig gehinderden per woonplaats - zuiden Voor de regio ten zuiden van de luchthaven is het resultaat van de tellingen per woonplaats weergegeven in Tabel 13 en Tabel 14. Tabel 13: Aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour, ten zuiden van de luchthaven Woonplaats MER S4 Duizel Eersel 3 16 Hoogeloon Knegsel Steensel 0 1 Veldhoven Vessem 4 4 Wintelre Tabel 14: Aantal ernstig gehinderden binnen de 35 Ke contour, ten zuiden van de luchthaven Woonplaats MER S4 Knegsel 1 1 Veldhoven Wintelre

36 december 2016 NLR-CR De reductie van de spreiding leidt in de meeste plaatsen tot een (kleine) afname van het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke-contour. In Eersel en Steensel zien we echter een toename, wat strijdig lijkt met de doelstelling om het overvliegen van die woonplaatsen te vermijden. Dit beeld wordt verklaard doordat de bundel vliegbanen meer geconcentreerd over woonkern de Hees vliegt waardoor hier extra woningen binnen de 20 Ke-contour vallen. De vermindering van hinder in de woonkernen van Eersel en Steensel wanneer ook de 10% van de vluchten aan de buitenkant van het spreidingsgebied tussen de dorpskernen door vliegen wordt echter niet zichtbaar in de tellingen omdat dit buiten de 20 Ke-contour plaats vindt en voor de lagere Ke-waarden geen analyse is uitgevoerd. Belangrijk is daarbij aan te geven dat: a) ook buiten de getoonde contourlijn van 20 Ke sprake kan zijn van hinder, in overeenstemming met de gerapporteerde beleving van de inwoners van Eersel; b) de berekeningen uitgevoerd zijn met gemodelleerde spreiding van vliegbanen waardoor niet alle afwijkers die in de werkelijkheid over woonkernen vliegen een bijdrage in de geluidbelasting hebben. Voorgesteld wordt maatregelen te treffen om het percentage vluchten dat tussen te dorpskernen doorvliegt te verhogen. Dit sluit aan bij de beleving van de inwoners van Eersel dat vliegtuigen teveel over de dorpskern van Eersel vliegen in plaats van tussen de dorpskernen van Steensel en Eersel door. Wel belangrijk is te beseffen dat geconcentreerder vliegen dan in de MER-studie is aangenomen tussen de dorpskernen, ook nu al, tot extra ernstig gehinderden kan leiden. 4.3 Reduceren van de vliegbaanspreiding op vliegroute 21-oost Analyse van de actuele spreiding Voor baan 21 zijn een aantal vertrekroutes (SIDs) gepubliceerd; onderstaande tabel toont hiervan het overzicht. Tabel 15: Overzicht van vertrekroutes vanaf baan 21, in zuidelijke richting Vertrekroutes baan 21 Toepassing Noord(oost)elijke bestemming Opmerkingen VELNI 2K Meest gebruikt Grootste deel is WizzAir vluchten naar oosten, maar ook TRA/RYR met bestemmingen in die richtingen. VEROR 5K Alleen richting Groningen. REKKEN 3K Zuid(oost)elijke bestemming OLNO 5K Meest gebruikt Grootste deel is RYR/TRA, maar ook WZZ naar het oosten. OSGOS 3K Alleen richting Maastricht. Werkwijze ATC De verkeersleider op de toren van de luchthaven Eindhoven (TWR) geeft de verkeersleiding over wanneer het vliegtuig op 1000 ft (ongeveer 300 m) vliegt. Het vliegtuig wordt dan direct naar de algemene militaire verkeersleider (Dutch MIL) overgezet. Dutch MIL geeft vervolgens een Direct VELNI instructie aan vooral WizzAir vluchten. 32

37 NLR-CR december 2016 Rond een hoogte van 1000 ft bevindt een groot deel van de WizzAir vluchten zich dan aan het begin van de bocht. De OSGOS SID wordt gebruikt voor vluchten naar het zuiden en zuidoosten en vluchten op die route krijgen een Direct OSGOS instructie. Early DCT VELNI DCT VELNI VELNI 2K OLNO 5K OSGOS 3K DCT OSGOS Figuur 16: Vliegtuigbewegingen 1e kwartaal 2016 (1120 vliegtuigbewegingen). De groene lijnen geven de ligging van de SIDs weer Resultaten per maatschappij Er is, per maatschappij (Ryanair, Transavia en WizzAir), nader onderzocht hoe goed tussen de woonkernen Eersel en Steensel door wordt gevlogen. Dit is uit de vorige afbeelding niet in te schatten omdat de vliegpaden elkaar overlappen. Hiertoe is een lijn gedefinieerd die precies tussen Eersel en Steensel ligt, waarna getoetst is op het wel/niet overvliegen van deze lijn. Figuur 17: Historisch overzicht van het percentage vluchten tussen Eersel en Steensel door Na overleg met de verkeersleiding is vastgesteld dat het deel van de starts dat niet de nominale route tussen Eersel en Steensel volgt veroorzaakt wordt door een vroege DCT VELNI instructie van de verkeersleiding Dutch Mil. Als wel de VELNI vliegroute zou worden afgevlogen zou dit vlieggedrag vermeden kunnen worden. Dit zal ook invloed hebben op het deel van de vlucht ter hoogte van Waalre en Valkenswaard. 33

38 december 2016 NLR-CR Gedurende de wintermaanden vliegt WizzAir minder goed tussen Eersel en Steensel door. Dit zou verklaard kunnen worden wanneer: a) er minder vluchten plaatsvinden in deze maanden (winterdienstregeling) en/of b) andere bestemmingen aangedaan worden die vaker een vroege DCT VELNI instructie tot gevolg hebben. Figuur 18: Verdeling van aantal vluchten tussen Eersel en Steensel door voor WizzAir (WZZ) Figuur 18 laat in aantallen vliegtuigbewegingen zien welk deel van de WizAir (WZZ) vluchten wel/niet tussen Eersel en Steensel door vliegt. Hieruit is af te leiden dat het niet tussen Eersel en Steensel doorvliegen ook voor komt bij hogere aantallen vliegtuigbewegingen; de eerstgenoemde mogelijke verklaring valt daardoor af Maatregelen ter reductie van de spreiding Gelet op voorgaande analyse is een voor de hand liggende oplossing om niet te vroeg, bijvoorbeeld pas na het passeren van flight Level 60 (ongeveer 6000 ft), een DCT VELNI (Direct to VELNI) instructie te geven. Aanbevolen wordt om eerst deze oplossing te toetsen in de praktijk en te evalueren wat de effecten hiervan zijn. Indien het beoogde effect - lees reductie van de spreiding - onvoldoende wordt bereikt, dan is te overwegen om ook op deze route aanvullende maatregelen te treffen en bijvoorbeeld een vaste bochtstraal te introduceren (zie 2.3.3). 34

39 NLR-CR december Toepassing van vliegroute naar het zuiden (ELSIK-route). Op basis van de uitgevoerde analyses zijn ten aanzien van de ELSIK-route de volgende conclusies getrokken 1. Inzet van de ELSIK route leidt, volgens tellingen van het aantal ernstig gehinderden, niet tot een grote verbetering in Wintelre. 2. Wel is sprake van extra ernstig gehinderden in de overige woonplaatsen in de regio ten zuidwesten van de luchthaven. De volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. Deze wijziging (vooralsnog) niet structureel doorvoeren. Het vliegen van individuele starts op deze vliegroute, zoals nu al gebeurt, kan blijven voortbestaan wanneer dat door lagere aantallen vliegtuigbewegingen binnen de zone past. 2. Resultaat van de maatregel t.a.v. verplaatsen van vliegroute 1B evalueren en op basis daarvan overleg starten, ook met omwonenden, over mogelijke verplaatsing van verkeer. Gebruik van de ELSIK route kan daar onderdeel van uitmaken. 5.1 Achtergrond De vliegroute naar het zuiden (ELSIK) wordt in de praktijk weinig gebruikt (44 keer in 2015). Onderzocht is wat de effecten op het aantal ernstig gehinderden zijn wanneer deze route meer wordt ingezet voor afhandeling van het verkeer naar het zuiden. Door de inzet van de ELSIK vliegroute is het mogelijk om andere verdelingen van verkeer op de vliegroutes naar het zuiden te komen. Nu wordt alle verkeer afgehandeld op slechts twee vliegroutes: westelijk (route 1B) of oostelijk (tussen Eersel en Steensel door). 5.2 Berekeningen Resultaten berekeningen Figuur 19 laat het resultaat zien voor verplaatsen van 25% van het verkeer op route 1B naar de ELSIK route. Als uitgangspunt is ook hier het MER-scenario genomen en de grenzen die dit scenario oplegt. Voor dit scenario is, voor de Ke-dosismaat, bepaald wat het effect is wanneer (willekeurig gekozen) 25% van de starts van vliegroute 1B wordt verplaatst naar de ELSIK route. 35

40 december 2016 NLR-CR Figuur 19: MER-scenario met verplaatsing van 25% vliegtuigbewegingen van route 1B naar ELSIK Op basis van Figuur 19 wordt geconcludeerd dat sprake is van een reductie van de contourlob tussen Wintelre en Vessem. Daar tegenover staan echter overschrijdingen van de MER-contouren, o.a. voor 20 en 35 Ke, nabij Hapert en Eersel. Door een dergelijke overschrijding is inzet van de ELSIK route niet zondermeer mogelijk Totaal aantal ernstig gehinderden Gebaseerd op het MER-scenario, is een berekening uitgevoerd met 25% verkeer verplaatst van route 1B naar ELSIK (scenario S5). Uit onderstaande tabel is af te leiden dat dit voor het totale gebied binnen de 20 Ke-contour leidt tot een toename van het aantal ernstig gehinderden. Tabel 16: Aantal ernstig gehinderden Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S

41 NLR-CR december Aantal ernstig gehinderden per woonplaats Tabel 17: Aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S5 Duizel Eersel 3 10 Hapert 0 8 Hoogeloon Knegsel Veldhoven Vessem 4 4 Wintelre Tabel 18: Aantal ernstig gehinderden binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S5 Knegsel 1 1 Veldhoven Wintelre Al gebleken was (zie Figuur 19) dat de contourlob tussen Wintelre en Vessem kleiner wordt door inzet van de ELSIKroute. Het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke contour laat echter in deze regio nauwelijks een afname zien. In de regio rond Hapert en Eersel is echter binnen deze contour sprake van een toename van het aantal ernstig gehinderden. Het is daarom goed om eerst met omwonenden in de gehele regio in gesprek te gaan en vast te stellen of een dergelijk wijziging van de verdeling van verkeer als eerlijker wordt beleefd. 37

42 december 2016 NLR-CR Conclusies en aanbevelingen 6.1 Conclusies Conclusies: o De verdeling van verkeer per baanrichting is in 2016 weer conform het MER-scenario. Dit betekent dat er, ondanks de stijging van het verkeersvolume, minder starts naar het zuiden, en dus ook minder op route 1B, worden uitgevoerd. o Route 1B: de vliegbanen liggen, t.o.v. de aannames voor het MER-scenario, dichter bij Wintelre. Dit leidt tot extra ernstig gehinderden in Wintelre. Daarnaast is sprake van minder vliegbaanspreiding dan aangenomen in het MER-scenario, dit heeft tot gevolg dat ook op grotere afstand langs de route sprake kan zijn van hinder. o Starts op noordelijke routes laten minder vliegbaanspreiding zien dan in het MER-scenario was aangenomen. Dit leidt niet tot extra ernstig gehinderden. o Starts vanaf baan 21 in zuidelijke richting, en daarna afdraaiend naar het oosten, laten een grotere vliegbaanspreiding zien dan op de overige routes: Dit komt overeen met de vliegbaanspreiding zoals gehanteerd in het MER-scenario. Omdat alleen binnen de 20 Ke-contour is gerekend, terwijl de woonkernen Eersel en Steensel buiten deze contour vallen, geeft het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke-contour geen volledig beeld van de effecten bij vermindering van de spreiding op deze route. Verwacht wordt dat in de woonkernen sprake is van afname van hinder. o Inzet van de ELSIK route voor het afhandelen van een deel van het verkeer op route 1B leidt tot een overschrijding van de contouren uit het MER-scenario. Ook zal in de regio Hapert/Eersel sprake zijn van extra ernstig gehinderden en geluid van startende vliegtuigbewegingen terwijl dat daar tot op heden nauwelijks voor komt. 6.2 Aanbevelingen Aanbevelingen: o De keuze van baanrichting langs de huidige lijn voortzetten: Criteria voor de te maken baankeuze vastleggen. Gemaakte baankeuzes communiceren naar omwonenden. Monitoring en rapportage op het naleven van de gekozen werkwijze. o Gefaseerde aanpassing doorvoeren van de ligging van vliegbanen; eerste fase: Verkeer op route 1B verplaatsen naar de nominale route van het MER-scenario. Vliegbaanspreiding reduceren voor de vertrekroute vanaf baan 21 naar het oosten; dit om het overvliegen van Eersel en Steensel te verminderen. o In een volgende fase de haalbaarheid en het draagvlak verder onderzoeken voor: Eventuele verdere verplaatsing van route 1B. Betere verdeling over vliegroutes naar het zuiden, eventueel met inzet van de ELSIK route. o Communicatie over aanpassingen vooraf, tussen bestuurders en omwonenden over deze maatregelen, rekening houdend met de volgende aspecten: Nastreven van verbetering van de door de omwonenden ervaren beleving; wat is voor hen belangrijk? 38

43 NLR-CR december 2016 o o Berekeningen geven niet op alle punten een volledig antwoord; ook buiten contourlijnen kan de mate van hinder veranderen wanneer aanpassingen worden doorgevoerd. Bij wijzigingen zijn er vaak winnaars en verliezers (het totaalbeeld laat dat niet altijd zien). Het is dan belangrijk om vooraf draagvlak en consensus te zoeken. Ter vergelijking een jaarberekening doen met werkelijke vliegbanen voor civiel verkeer. Dit geeft inzicht in de effecten van werkelijke spreiding. Omdat op meerdere punten de communicatie met omwonenden een belangrijke rol speelt is de instelling van een bewonerspanel aan te bevelen. Zij kunnen samen met bestuurders zaken afstemmen. Omdat in de COVM beide groepen al vertegenwoordigd zijn, is aan te bevelen om dit binnen de COVM op te pakken, en niet nog een extra platform in te stellen. 6.3 Tijdpad Deze paragraaf beschrijft een mogelijk tijdpad voor de realisatie van de aanbevelingen. Het daadwerkelijk tijdpad kan het beste in overleg met alle betrokkenen worden vastgesteld. Fase 1: o De communicatie met omwonenden verzorgen, voor het doorvoeren van geplande veranderingen. o Route 1B: Een andere codering ( Course to a Fix - CF) gebruiken voor het segment tussen draaipunt (EH597) en het volgende draaipunt (EH598). Tijdpad: de hiervoor benodigde aanpassing van de vliegprocedure, aanpassing van het AIP en gegevens in de boordsystemen van vliegtuigen vragen een doorlooptijd van 2 tot 4 maanden. o Starts vanaf baan 21 naar het oosten: vliegbaanspreiding reduceren Tijdpad: Dit kan met onmiddellijke ingang gebeuren door een extra instructie voor de verkeersleiding Dutch Mil op te stellen. Fase 2: o Fase 3: o o o Monitoring, evaluatie en communicatie Tijdpad: Dit kan starten zodra de eerste aanpassing is doorgevoerd. Voor monitoring en evaluatie van veranderingen in de ligging van vliegbanen is een periode van 3 tot 6 maanden voldoende, waarna de resultaten gecommuniceerd kunnen worden, bijvoorbeeld in de eerstvolgende COVM. Route 1B verder verbeteren indien gewenst Tijdpad: Uit de monitoring en evaluatie moet blijken of verdere verbetering nodig en mogelijk is. Daarbij wordt het tijdpad in eerste instantie bepaald door de tijd voor informatie aan en overleg met omwonenden. Implementatie van verdere verbeteringen in de vliegprocedure vragen een doorlooptijd van 4 tot 9 maanden. Inzet ELSIK route voor afhandelen van deel route 1B verkeer Tijdpad: Dit wordt in eerste instantie bepaald door de tijd voor informatie aan en overleg met omwonenden. Vervolgens zou inzet van de ELSIK route betekenen dat het luchthavenbesluit moet worden aangepast vanwege overschrijding van de geluidscontour. Dit is een langdurig traject. Route naar het oosten verder verbeteren indien nodig Tijdpad: Uit de monitoring en evaluatie moet blijken of verdere verbetering nodig en mogelijk is. De dan benodigde aanpassing van de vliegprocedure, aanpassing van het AIP en gegevens in de boordsystemen van vliegtuigen vragen een doorlooptijd van 4 tot 9 maanden. 39

44 december 2016 NLR-CR Referenties 1. COVM, Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2015; februari De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2015; R. de Jong en E.G. van Leeuwen-Kuijk; NLR-CR ; april Besluit van 26 september 2014 tot vaststelling van een luchthavenbesluit voor de militaire luchthaven Eindhoven (Luchthavenbesluit Eindhoven). 4. Geluidbelasting rond de luchthaven Eindhoven door militair en civiel verkeer, MER luchthaven Eindhoven; E.G. van Leeuwen-Kuijk, A.B. Dolderman en R. de Jong; NLR-CR PT-1; april

45 NLR-CR december 2016 Appendix A Aanvullende informatie Appendix A.1 Detail contouren Ke rond Wintelre Figuur 20: Vergelijking werkelijke vliegbanen met het MER-scenario. Contourlijnen van 20 t/m 32 Ke, met stappen van 2 Ke Appendix A.2 Detail contouren Lden rond Wintelre Figuur 21: Vergelijking werkelijke vliegbanen met het MER-scenario. Contourlijnen van 50 t/m 60 db(a), met stappen van 2 db(a) 41

46 december 2016 NLR-CR Appendix B Telling aantal woningen Appendix B.1 Totaal aantal woningen Evaluatie vliegroute 1B langs Wintelre Tabel 19: Aantal woningen binnen de contour Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S S S Variatie in gebruikte start- en landingsbaan Tabel 20: Aantal woningen binnen de contour Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke 35%/75% MER mm %/65% zm %/70% zm %/75% zm %/80% zm Vliegbaanspreiding civiele vliegtuigbewegingen op overige uitvliegroutes Tabel 21: Aantal woningen binnen de contour Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S Toepassing van vliegroute naar het zuiden (ELSIK-route) Tabel 22: Aantal woningen binnen de contour Scenario 20 Ke 25 Ke 30 Ke 35 Ke 40 Ke 45 Ke MER S

47 NLR-CR december 2016 Appendix B.2 Aantal woningen per woonplaats Evaluatie vliegroute 1B langs Wintelre Tabel 23: Aantal woningen binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S1 S2 S3 Knegsel Veldhoven Vessem Wintelre Tabel 24: Aantal woningen binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S1 S2 S3 Knegsel Veldhoven Vessem Wintelre Variatie in gebruikte start- en landingsbaan Tabel 25: Aantal woningen binnen de 20 Ke contour Woonplaats 35%/75% MER mm 35%/65% zm 30%/70% zm 25%/75% zm Best Duizel Eersel Eindhoven Hapert Hoogeloon Knegsel Oirschot Sint-Oedenrode Son en Breugel Veldhoven Vessem Wintelre %/80% zm 43

48 december 2016 NLR-CR Tabel 26: Aantal woningen binnen de 35 Ke contour Woonplaats 35%/75% MER mm 35%/65% zm 30%/70% zm 25%/75% zm Best Eindhoven Knegsel Veldhoven Wintelre %/80% zm Vliegbaanspreiding civiele vliegtuigbewegingen op overige uitvliegroutes - noordoosten Tabel 27: Aantal woningen binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S4 Best Eindhoven Oirschot 2 2 Sint-Oedenrode Son en Breugel Tabel 28: Aantal woningen binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S4 Best Eindhoven 8 8 Vliegbaanspreiding civiele vliegtuigbewegingen op overige uitvliegroutes - zuidwesten Tabel 29: Aantal woningen binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S4 Duizel Eersel 9 54 Hapert 1 0 Hoogeloon Knegsel Veldhoven Vessem Wintelre Tabel 30: Aantal woningen binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S4 Knegsel 2 2 Veldhoven Wintelre

49 NLR-CR december 2016 Toepassing van vliegroute naar het zuiden (ELSIK-route) Tabel 31: Aantal woningen binnen de 20 Ke contour Woonplaats MER S5 Duizel Eersel 9 35 Hapert 1 29 Hoogeloon Knegsel Veldhoven Vessem Wintelre Tabel 32: Aantal woningen binnen de 35 Ke contour Woonplaats MER S5 Knegsel 2 2 Veldhoven Wintelre

50 december 2016 NLR-CR Appendix C Mogelijke oorzaken vliegen binnenbocht Mogelijke oorzaak binnenbocht Opmerkingen Effect op afwijking MER route houdt rekening met grote diversiteit vliegtuigtypes echter B737/A320 vormt een subset van types waar SID voor ontworpen is. SID ontwerp Bochtstraal is afhankelijk van vliegtuigsnelheid Huidige gevlogen tracks voldoen aan PANS-OPS criteria (binnen corridor) echter de gewenste hartlijn wordt niet altijd gevolgd. De SID hartlijn is ontwikkeld voor een grote diversiteit aan vliegtuigen. Echter, de SID wordt in dit geval uitsluitend door B737/A320 gevlogen. Het is mogelijk dat die subset niet de ideale hartlijn volgt, gegeven de verschillende condities (snelheid, gewicht, wind). WPT EH596 (Fly Over) overvliegen; vanaf 500ft rechterbocht. R-turn gebruik DF leg terminator en is daarmee open. Verschillen: B737 vliegt langzamer dan B738. Een lagere snelheid resulteert in kleinere bocht. Gemiddelde snelheid rond eerste WPT EH597 is ca kt. Dat is veel lager dan de max. speed van 220 KIAS. Vlieger volgt F/D minder nauwkeurig dan in geval van gekoppeld aan de automaat (AP). Groot Groot Middel Pilootafwijking (geen AP Klein gebruikt) Late AP engage Op 500ft al draaien (AP Klein Onnauwkeurige position NAV systeem denkt al op WPT EH597 (FO) te zitten en kan R- Klein fix bocht inzetten. Slechte ANP waarden? FMS verschillen in Zuid(westen) wind verschuift vliegpad naar de binnenkant. bochtgedrag agv wind FMS verschillen in bochtgedrag Verschil accelleratiehoogte? Stabilisation distance te klein (zie ook volgende pagina) Betreft RNAV SID maar wordt conventioneel gevlogen ATC interventie FMC algorithmes verschillen per manufacturer. RYR: 1000 ft accelereren? TRA: 1500 ft accelereren? Segment EH597-EH598 is 4,36NM. Dit kan aan de korte kant zijn in relatie tot de minimum stabilisation distance, deze is bij 180kts 4,63NM. Dan zou je nog niet op track zitten en het FMS al op de EH598 fly-by draaien, kan het een correctie zijn? EH597 is een fly-over wpt en ligt op RWY heading distance (214 ) 1,755NM (3250m) van THR21. Op of boven 500ft AMSL rechterhand bocht DF naar EH598 (101 ) met een speedrestrictie van 220kts IAS. De volgende bocht op EH598 (fly-by) naar EH556(fly-by) is 32, dat zal het probleem niet zijn of verergeren [Ref. interview procedure ontwerper]. Wordt niet conventioneel gevlogen door vlieger. Zou ook andere SID naam zijn Incidenteel kan een vlucht van de SID worden gehaald maar dat is duidelijk zichtbaar. Fout in AIRAC cycle Fout in Lat/lon EH597, WPT FB/FO, 500 ft or above, max. 220? Niet erg waarschijnlijk dit zou al lang opgevallen zijn bij de vliegers. Geen trends gesignaleerd in de data bij sterke wind Geen verschillen zichtbaar in radarplots

51 NLR-CR december 2016 Appendix D Hoogte en snelheid nabij flyover WPT EH597 TRA 737 (116 tracks) EH597 EH597 TRA738 (196 tracks) RYR738 (403 tracks) B737 vliegt ca. 130 kts op het draaipunt en bevindt zich iets hoger (ca ft). De B738 vliegt ca. 145 kts op het draaipunt en bevindt zich iets lager (ca ft) 47

52 december 2016 NLR-CR Appendix E Condities vliegpad berekeningen Er zijn door Transavia een aantal scenario s doorgerekend voor de POGAX1K vertrekroute (zie 2.3.2). De voor het (Engelstalig) rekenprogramma gebruikte condities zijn hieronder weergegeven. Ambient conditions: o 15 degrees OAT o 1013 QNH o Wind Calm Verticale profile o NADP 1500ft flap retraction o CLB W flaps 5 High TOW 46000kg (aprox positioning EIN-AMS) - assumed temperature 66 degrees yellow (zie Figuur 5) Low TOW 74000kg (aprox EIN-LPA) - assumed temperature 41 degrees red (zie Figuur 5) W flaps 5 Low TOW 43000kg (aprox positioning EIN-AMS) - assumed temperature 60 degrees blue (zie Figuur 5) High TOW 66000kg (aprox EIN-LPA) - assumed temperature 47 degrees orange (zie Figuur 5) 48

53 NLR-CR december 2016 Appendix F SID beschrijvingen 49

Evaluatie route 1b. Henk Veerbeek 20 februari 2017

Evaluatie route 1b. Henk Veerbeek 20 februari 2017 Evaluatie route 1b Henk Veerbeek 20 februari 2017 Evaluatie route 1B - inhoud van de presentatie Resultaten van nader onderzoek naar: o Evaluatie vliegroute 1B Werkelijke vliegbanen binnenbocht en minder

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2015

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2015 NLR-CR-2016-041 April 2016 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2015 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Foto: A.B. Dolderman

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2012

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2012 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2012 Opdrachtgever Ministerie van Defensie CLSK NLR-CR-2013-011 - maart 2013 NLR Dedicated to innovation in aerospace Nationaal Lucht- en

Nadere informatie

Schiphol en omgeving. Aanpassing vertrekroutes Zwanenburgbaan. Regionale beelden. Inleiding. Achtergrond. Vliegverkeer boven de regio

Schiphol en omgeving. Aanpassing vertrekroutes Zwanenburgbaan. Regionale beelden. Inleiding. Achtergrond. Vliegverkeer boven de regio Schiphol en omgeving Regionale beelden Inleiding Deze factsheet heeft als doel om u te informeren over de wijziging in de ligging van vertrekroutes van de Zwanenburgbaan. De factsheet gaat daarbij in op

Nadere informatie

Nachtelijke hinder Eindhoven Airport

Nachtelijke hinder Eindhoven Airport Resultaten onderzoek nachtelijke hinder Eindhoven Airport april 2015 Nachtelijke hinder Eindhoven Airport Peter Frankena & Wilbert Haverdings Senior Airport Consultants info@airinfra.eu Inhoudsopgave Op

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2016

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2016 NLR-CR-2017-053 april 2017 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2016 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2010

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2010 Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium National Aerospace Laboratory NLR NLR-CR-2011-210 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2010 R. de Jong Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium

Nadere informatie

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2017

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2017 Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2017 1. Informatie over de ontwikkeling van meldingen. In het jaar 2017 zijn per kwartaal rapportages opgesteld waarin de kentallen rond de afhandeling

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2015

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2015 NLR-CR-2016-042 Februari 2016 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2015 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2016

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2016 NLR-CR-2017-056 Maart 2017 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2016 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2016

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2016 NLR-CR-2017-057 maart 2017 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2016 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven derde kwartaal 2015.

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven derde kwartaal 2015. Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven derde kwartaal 2015. 1. Inleiding Dit document vormt de kwartaalrapportage over de geluidhinder in het derde kwartaal van 2015. In deze rapportage

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2016

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2016 NLR-CR-2017-055 maart 2017 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2016 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Foto: Ministerie

Nadere informatie

Eindhoven-Noord is overlast zat!

Eindhoven-Noord is overlast zat! Eindhoven-Noord is overlast zat! Gevolgen verplaatsen overlast naar Eindhoven Noord Buurt Initiatief Eindhoven Noord Willem van den Brink Ben Koenen Pim Rosendaal Paul Stuyvenberg Miriam Klein Sprokkelhorst

Nadere informatie

Eindhoven-Noord is overlast zat!

Eindhoven-Noord is overlast zat! Eindhoven-Noord is overlast zat! Gevolgen verplaatsen overlast naar Eindhoven Noord Buurt Initiatief Eindhoven Noord Willem van den Brink Ben Koenen Pim Rosendaal Paul Stuyvenberg Miriam Klein Sprokkelhorst

Nadere informatie

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2018.

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2018. Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2018. 1. Inleiding Dit document vormt de kwartaalrapportage over de geluidhinder in het eerste kwartaal 2018. In deze rapportage

Nadere informatie

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2014.

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2014. Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2014. 1. Informatie over de ontwikkeling van meldingen. In het achterliggende jaar zijn per kwartaal rapportages opgesteld waarin de kentallen

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2018

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2018 NLR-CR-2019-006 maart 2019 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Volkel voor het jaar 2018 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2017

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2017 NLR-CR-2018-028 May 2018 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2017 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2013.

Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2013. Jaarrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven 2013. 1. Informatie over de ontwikkeling van meldingen. In het achterliggende jaar zijn per kwartaal rapportages opgesteld waarin de kentallen

Nadere informatie

Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI

Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI Henk Veerbeek Alex Gibbs Bewonersavond Lisse, 31 mei 2017 Voorstel indieners De indieners geven aan dat vliegtuigen

Nadere informatie

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven tweede kwartaal 2015.

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven tweede kwartaal 2015. Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven tweede kwartaal 2015. 1. Inleiding Dit document vormt de kwartaalrapportage over de geluidhinder in het tweede kwartaal van 2015. In deze

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Deelen voor het jaar 2018

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Deelen voor het jaar 2018 NLR-CR-2019-059 maart 2019 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Deelen voor het jaar 2018 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum

Nadere informatie

De baancoördinaten en baanlengten zijn voor de LHB-situatie MAA-2024 [E_2] samengevat in tabel 1.

De baancoördinaten en baanlengten zijn voor de LHB-situatie MAA-2024 [E_2] samengevat in tabel 1. NOTITIE Onderwerp Kenmerk Opgesteld door Controle door Datum : Addendum Geluid en Externe Veiligheid LHB MAA : ehbk170610v6not/dd/kd : : 30 juni 2017 1. Inleiding Om inzicht te krijgen in de effecten van

Nadere informatie

April Effecten van salderen tussen handhavingspunten

April Effecten van salderen tussen handhavingspunten April 2006 Effecten van salderen tussen handhavingspunten Effecten van salderen tussen handhavingspunten Opdrachtgever Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat Generaal Transport en Luchtvaart

Nadere informatie

Oostroute Lelystad Airport

Oostroute Lelystad Airport Oostroute Lelystad Airport In opdracht van: Natuur en Milieu Flevoland en Staatsbosbeheer To70 Postbus 43001 2504 AA Den Haag tel. +31 (0)70 3922 322 fax +31 (0)70 3658 867 E-mail: info@to70.nl Door: Ruud

Nadere informatie

Hinderbeperkende. maatregelen Eindhoven Airport. Donderdag 28 februari 2019

Hinderbeperkende. maatregelen Eindhoven Airport. Donderdag 28 februari 2019 Hinderbeperkende maatregelen Eindhoven Airport Donderdag 28 februari 2019 Henk Veerbeek 28 februari 2019 NLR Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Onafhankelijk kennisinstituut Rol in proefcasus: Inbrengen

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2013

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2013 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2013 Opdrachtgever Ministerie van Defensie CLSK NLR-CR-2014-055 februari 2014 NLR Dedicated to innovation in aerospace Nationaal Lucht-

Nadere informatie

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2015.

Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2015. Kwartaalrapportage meldingen geluidhinder luchthaven Eindhoven eerste kwartaal 2015. 1. Inleiding Dit document vormt de kwartaalrapportage over de geluidshinder in het eerste kwartaal van 2015. In deze

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2018

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2018 NLR-CR-2019-003 april 2019 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Eindhoven voor het jaar 2018 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan. Navigatie

CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan. Navigatie Schiphol en omgeving Regionale beelden CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan Inleiding Deze factsheet heeft als doel u te informeren over de toepassing van

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2018

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2018 NLR-CR-2019-005 april 2019 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Leeuwarden voor het jaar 2018 OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie CLSK NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

Februari 2012 Effecten geluidbelasting proef parallel starten

Februari 2012 Effecten geluidbelasting proef parallel starten 11.171.21 Februari 2012 Effecten geluidbelasting proef parallel starten Effecten geluidbelasting proef parallel starten Rapport Ministerie van Infrastructuur en Milieu Directoraat Generaal Luchtvaart en

Nadere informatie

Validatie van geluidberekeningen voor de MER Lelystad

Validatie van geluidberekeningen voor de MER Lelystad NLR-CR-2018-065 februari 2018 Validatie van geluidberekeningen voor de MER Lelystad OPDRACHTGEVER: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht-

Nadere informatie

Februari 2010 Effect van wijzigen oostelijke luchtverkeerwegen Toetsing aan gelijkwaardigheidscriteria voor geluid

Februari 2010 Effect van wijzigen oostelijke luchtverkeerwegen Toetsing aan gelijkwaardigheidscriteria voor geluid 10.171.01 Februari 2010 Effect van wijzigen oostelijke luchtverkeerwegen Toetsing aan gelijkwaardigheidscriteria voor geluid Effect van wijzigen oostelijke luchtverkeerwegen Toetsing aan gelijkwaardigheidscriteria

Nadere informatie

Dorpsraad Wintelre T.a.v. de heer J. Heuveling Margrietlaan AM Wintelre. Geachte heer Heuveling,

Dorpsraad Wintelre T.a.v. de heer J. Heuveling Margrietlaan AM Wintelre. Geachte heer Heuveling, Uitvoeringstafel Eindhoven Airport Per adres: Brabantlaan 1 5216TV s-hertogenbosch Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Dorpsraad Wintelre T.a.v. de heer J. Heuveling Margrietlaan 11 5513 AM Wintelre

Nadere informatie

Hierbij bied ik u de rapportage geluidhinder van de vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport aan over het jaar2ol5. indhoven

Hierbij bied ik u de rapportage geluidhinder van de vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport aan over het jaar2ol5. indhoven Aan COVM Eindhoven T.a.v. dhç. S.J. Adriaansen Postbus 42 5 AK Tilburg Ministerie van Defensie Commando Luchtstrijdkrachten Vliegbasis Eindhoven Sectie Communicatie Bezoekadres: Flight Forum 55 5657 EZ

Nadere informatie

In 2007 is onderzocht of deze route verder geoptimaliseerd kon worden. Het resultaat van die optimalisatie vindt u onderaan als route 2.

In 2007 is onderzocht of deze route verder geoptimaliseerd kon worden. Het resultaat van die optimalisatie vindt u onderaan als route 2. Toekomstige vliegroutes De nu geplande uitbreiding van Lelystad Airport is mogelijk geworden doordat in 2004 een Planologische Kernbeslissing van kracht werd. Hierin zijn mogelijke aan- en uitvliegroutes

Nadere informatie

BAS rapportage gebruiksjaar 2013

BAS rapportage gebruiksjaar 2013 BAS rapportage gebruiksjaar 213 Op 14 februari 214 heeft het Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (BAS) de rapportage over het gebruiksjaar 213 uitgebracht. Het gebruiksjaar loopt niet gelijk met het kalenderjaar,

Nadere informatie

Factsheet Lelystad Airport. Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport

Factsheet Lelystad Airport. Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport Factsheet Lelystad Airport Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport Lelystad Airport Schiphol Group ontwikkelt Lelystad Airport tot een luchthaven voor vakantievluchten binnen Europa en andere bestemmingen

Nadere informatie

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2014

De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2014 De geluidbelasting rondom de vliegbasis Woensdrecht voor het jaar 2014 Opdrachtgever Ministerie van Defensie CLSK NLR-CR-2015-081 April 2015 NLR Dedicated to innovation in aerospace Nationaal Lucht- en

Nadere informatie

Berekening van de geluidsbelasting op Nederlands grondgebied nabij de vliegbasis Geilenkirchen in 2005

Berekening van de geluidsbelasting op Nederlands grondgebied nabij de vliegbasis Geilenkirchen in 2005 Berekening van de geluidsbelasting op Nederlands grondgebied nabij de vliegbasis Geilenkirchen in 2005 H.A. Lania Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium National Aerospace Laboratory NLR Berekening

Nadere informatie

Vliegverkeer. Toenemende overlast Eindhoven Airport. Overleg Bewonersplatform Woensel-Noord 1 December 2016 Voorbereid door: Willem van den Brink

Vliegverkeer. Toenemende overlast Eindhoven Airport. Overleg Bewonersplatform Woensel-Noord 1 December 2016 Voorbereid door: Willem van den Brink Vliegverkeer Toenemende overlast Eindhoven Airport Overleg Bewonersplatform Woensel-Noord 1 December 2016 Voorbereid door: Willem van den Brink Wat is er aan de hand? Toename vliegbewegingen van 33000

Nadere informatie

Inzet Aalsmeerbaan als startbaan

Inzet Aalsmeerbaan als startbaan Inzet Aalsmeerbaan als startbaan veelgestelde vragen winter 2013/2014 >>> Veelgestelde vragen Is de Aalsmeerbaan in de winterperiode 2013/2014 vaker ingezet als startbaan dan in de periode daarvoor? >>>

Nadere informatie

Factsheet Lelystad Airport. Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport

Factsheet Lelystad Airport. Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport Factsheet Lelystad Airport Toekomstige vliegroutes Lelystad Airport Lelystad Airport Schiphol Group ontwikkelt Lelystad Airport tot een luchthaven voor vakantievluchten binnen Europa en andere bestemmingen

Nadere informatie

Geluidsbelasting rondom regionale luchthavens, 2010 en 2016

Geluidsbelasting rondom regionale luchthavens, 2010 en 2016 Indicator 20 juni 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Kaarten met geluidscontouren geven

Nadere informatie

December 2009 Milieuanalyses Eindhoven Airport Effect op geluid en externe veiligheid bij verdere ontwikkeling van het civiel gebruik

December 2009 Milieuanalyses Eindhoven Airport Effect op geluid en externe veiligheid bij verdere ontwikkeling van het civiel gebruik 09.488.01 December 2009 Milieuanalyses Eindhoven Airport Effect op geluid en externe veiligheid bij verdere ontwikkeling van het civiel gebruik Milieuanalyses Eindhoven Airport Effect op geluid en externe

Nadere informatie

Geluidbelasting Oen Helder Airport Uitbreiding naar en vliegbewegingen groot verkeer

Geluidbelasting Oen Helder Airport Uitbreiding naar en vliegbewegingen groot verkeer Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium National Aerospace Laboratory NLR NLR NLR-CR-2012-219 Geluidbelasting Oen Helder Airport Uitbreiding naar 27.000 en 30.000 vliegbewegingen groot verkeer E.G.

Nadere informatie

Alternatieven voor Lden grenswaarden de NAxx methodiek

Alternatieven voor Lden grenswaarden de NAxx methodiek Alternatieven voor Lden grenswaarden de NAxx methodiek P. Balke en R. de Jong Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium National Aerospace Laboratory NLR Alternatieven voor Lden grenswaarden de NAxx

Nadere informatie

Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Seppe

Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Seppe Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Seppe ten behoeve van het luchthavenbesluit Colofon Opdrachtgever : Provincie Noord-Brabant Bestemd voor : dhr. J.P.M. Maas Auteur(s) : ir. W.B. Haverdings

Nadere informatie

Technische bijlage. Notitie Aanvulling MER luchthavenbesluit Twente (adt140617.bijlage), 19 juni 2014 1

Technische bijlage. Notitie Aanvulling MER luchthavenbesluit Twente (adt140617.bijlage), 19 juni 2014 1 Technische bijlage Onderwerp : Aanvulling MER luchthavenbesluit Twente Kenmerk : adt140617.bijlage Opgesteld door : ir. I. Achterberg Datum : 19 juni 2014 In deze bijlage worden de invoergegevens weergegeven

Nadere informatie

Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het bericht Wintelre is overlast Eindhoven Airport zat?

Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het bericht Wintelre is overlast Eindhoven Airport zat? > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Aantal melders, vliegtuigbewegingen en baanonderhoud

Aantal melders, vliegtuigbewegingen en baanonderhoud 1 aantal melders aantal vliegtuigbewegingen (x50) Aantal melders, vliegtuigbewegingen en baanonderhoud melders focusgroep aantal weken onderhoud Polderbaan en Kaagbaan 12.000 10.000 aantal vliegtuigbewegingen

Nadere informatie

Vliegverkeer Eindhoven Noord

Vliegverkeer Eindhoven Noord Vliegverkeer Eindhoven Noord Toenemende overlast Eindhoven Airport Document voor Dorpsraad Acht Achtergrond, aanleiding, feiten, aanbevelingen Voorbereid: 9 juni 2016 Toenemende overlast Eindhoven Airport

Nadere informatie

Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR militaire luchthaven Gilze-Rijen

Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR militaire luchthaven Gilze-Rijen NLR-CR-2016-615 oktober 2017 Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR militaire luchthaven Gilze-Rijen MER luchthaven Gilze-Rijen OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie NLR - Nederlands Lucht- en

Nadere informatie

ZEER GOED ALTERNATIEF VOOR VLIEGROUTE OVER TEUGE BESCHIKBAAR

ZEER GOED ALTERNATIEF VOOR VLIEGROUTE OVER TEUGE BESCHIKBAAR ZEER GOED ALTERNATIEF VOOR VLIEGROUTE OVER TEUGE BESCHIKBAAR korter, stiller & schoner! Inleiding In de afgelopen jaren is een aantal routevarianten (zogeheten varianten A, A+, B en B+) voor vliegverkeer

Nadere informatie

Buurt Initiatief Eindhoven-Noord

Buurt Initiatief Eindhoven-Noord Buurt Initiatief Eindhoven-Noord Hoe kunnen we gevolgen Eindhoven Airport beperken? Deelnemers Willem van den Brink Ad Boets Wopke Jousma Ben Koenen Pim Rosendaal Miriam Klein Sprokkelhorst 27 Nov 2017

Nadere informatie

Gebruik Buitenveldertbaan in 2011

Gebruik Buitenveldertbaan in 2011 Gebruik Buitenveldertbaan in 2011 Inleiding In het gebruiksjaar 2011 (november 2010 tot en met oktober 2011) zijn 42.654 vliegtuigen van de in totaal 426.901 vliegtuigbewegingen gestart of geland op de

Nadere informatie

Ontwikkeling Lelystad Airport

Ontwikkeling Lelystad Airport Ontwikkeling Lelystad Airport Presentatie en toelichting van het Aldersadvies Lelystad Airport door Hans Alders Informatiebijeenkomsten juni / juli 2014 1 Opdracht Alderstafel Lelystad Advies Schiphol

Nadere informatie

Berekeningen piekniveaus steekproef nachtnaderingen Polderbaan

Berekeningen piekniveaus steekproef nachtnaderingen Polderbaan Berekeningen piekniveaus steekproef nachtnaderingen Polderbaan 1. Inleiding De Omgevingsdienst IJmond heeft gemeten piekniveaus verzameld (bron: Platvorm Vlieghinder Regio Castricum) voor een steekproef

Nadere informatie

Trendvalidatie van Doc.29 berekeningen

Trendvalidatie van Doc.29 berekeningen NLR-CR-2017-371 oktober 2018 Trendvalidatie van Doc.29 berekeningen OPDRACHTGEVER: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding

Samenvatting. Aanleiding Aan Opgesteld door : De Tweede Kamer der Staten Generaal : Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Datum : 20 november 2017 Onderwerp : Aanpassing vliegprofielen MER Lelystad Samenvatting In 2013 en 2014

Nadere informatie

Deelonderzoek route- en spreidingsrapportage

Deelonderzoek route- en spreidingsrapportage MILIEUEFFECTRAPPORT LUCHTHAVENBESLUIT ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT Deelonderzoek route- en spreidingsrapportage Route- en spreidingsrapportage MER Luchthavenbesluit RTHA Colofon Opdrachtgever : Rotterdam

Nadere informatie

Zweefvliegveld Den Helder

Zweefvliegveld Den Helder Zweefvliegveld Den Helder Resultaten externe veiligheid Zweefvliegveld Den Helder Resultaten externe veiligheid Colofon Opdrachtgever : Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied Bestemd voor : Auteur(s) : Controle

Nadere informatie

Geluidsmanagement luchthavens

Geluidsmanagement luchthavens Voorstel oplossingen voor aanpassing van de beleving 20 februari 2017, Theo van Veen (NLR), Charlotte Lelieveld (WUR), Läslo Evers (KNMI) Voorstel aanpak Geluidsreductie Bij de bron Nabij de bron Bij de

Nadere informatie

De Buitenveldertbaan was van 5 maart tot en met 24 april buiten gebruik vanwege groot onderhoud. toe- /afname

De Buitenveldertbaan was van 5 maart tot en met 24 april buiten gebruik vanwege groot onderhoud. toe- /afname 2 de Inleiding Dit is de tweede kwartaalrapportage van het gebruiksjaar 2016 van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas). Deze rapportage beslaat de periode van 1 februari t/m 30 april 2016 en bevat alle

Nadere informatie

Toelichting microklimaat Zaanstad Presentatie voor bestuurders en bewoners

Toelichting microklimaat Zaanstad Presentatie voor bestuurders en bewoners Toelichting microklimaat Zaanstad Presentatie voor bestuurders en bewoners Doelstelling presentatie Doelstelling deze presentatie Toelichting op aanpak en resultaten onderzoeken hinderbeperking m.b.t.

Nadere informatie

Inzet Schiphol- Oostbaan

Inzet Schiphol- Oostbaan Veel gestelde vragen Banenstelsel Schiphol Inzet Schiphol- Oostbaan januari 2015 Versie 1.1 1. Algemeen Schiphol beschikt over vijf lange start- en landingsbanen en één kortere en is een knooppunt van

Nadere informatie

Quick scan Vluchten over Wageningen 2012 t/m mei 2018

Quick scan Vluchten over Wageningen 2012 t/m mei 2018 Samen luchtvaart mogelijk maken Quick scan Vluchten over Wageningen 2012 t/m mei 2018 juli 2018 Uitgangspunten quick scan Onderzocht gebied met straal van 3km boven gemeente Wageningen Vluchten boven gebied

Nadere informatie

Grondzijdige effecten Lelystad scenario s. Jeroen Timmers 28 maart 2012

Grondzijdige effecten Lelystad scenario s. Jeroen Timmers 28 maart 2012 Grondzijdige effecten Lelystad scenario s Jeroen Timmers 28 maart 2012 Overzicht geluidscontouren Alpha (LVNL/To70) Delta (NLR) Bravo (NLR) 20.000 geen contouren beschikbaar Invoerset 2010 Invoerset 2010

Nadere informatie

Verkenning routewijziging rond Wezep

Verkenning routewijziging rond Wezep Verkenning routewijziging rond Wezep 16 April 219 1 Aanleiding Verkenning naar een routewijziging rond Wezep. Komt voor uit internetconsultatie uit 217: zorg over de vertrekroute t.h.v. Wezep. Er is verzocht

Nadere informatie

november Geluidbelasting bij een verlengd nachtregime

november Geluidbelasting bij een verlengd nachtregime november 2004 04.171.10 Geluidbelasting bij een verlengd nachtregime Geluidbelasting bij een verlengd nachtregime Rapport Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Luchtvaart Postbus 90771

Nadere informatie

Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Kempen Airport

Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Kempen Airport Berekeningsrapport geluid en externe veiligheid Kempen Airport t.b.v. het Luchthavenbesluit Colofon Opdrachtgever : Provincie Noord-Brabant Bestemd voor : de heer J.H.M. Wassenberg Auteur(s) : ir. W.B.

Nadere informatie

Evaluatie Gebruiksprognose 2013

Evaluatie Gebruiksprognose 2013 Evaluatie Gebruiksprognose 2013 1 november 2012 t/m 31 oktober 2013 Document: Evaluatie _Gebruiksprognose_2013_1.0 Versie: 1.0 Datum: 29 april 2014 Luchthaven Schiphol Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2.

Nadere informatie

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat T.a.v. de minister mevrouw C. van Nieuwenhuizen-Wijbenga Postbus EX s-gravenhage

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat T.a.v. de minister mevrouw C. van Nieuwenhuizen-Wijbenga Postbus EX s-gravenhage Uitvoeringstafel Eindhoven Airport Per adres: Brabantlaan 1 5216TV s-hertogenbosch Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat T.a.v. de minister mevrouw C. van

Nadere informatie

Jaaroverzicht cluster Kaagbaan. Jaaroverzicht 2015

Jaaroverzicht cluster Kaagbaan. Jaaroverzicht 2015 Jaaroverzicht 2015 Inleiding Sinds dit jaar publiceert het Bewoners Aanspreekpunt Schiphol(Bas) clustergerichte rapportages. Voor u ligt het eerste jaaroverzicht van het de nieuwe vorm. Deze rapportage

Nadere informatie

Evaluatie Luchthavenbesluit Seppe

Evaluatie Luchthavenbesluit Seppe NLR-CR-2018-331 Evaluatie Luchthavenbesluit Seppe OPDRACHTGEVER: Provincie Noord-Brabant NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum Het NLR is een toonaangevend,

Nadere informatie

Naleving milieuregels gebruiksjaar Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol

Naleving milieuregels gebruiksjaar Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol Naleving milieuregels gebruiksjaar 2016 Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol Referentienummer 2017/SP/PERF/5569 Status Definitief Versienummer 1.0 Classificatie Openbaar Versiedatum

Nadere informatie

NOTITIE. Notitie Ke-geluidsberekeningen helikopters op Seppe Airport (pnb not), 18 februari

NOTITIE. Notitie Ke-geluidsberekeningen helikopters op Seppe Airport (pnb not), 18 februari NOTITIE Onderwerp : Ke-geluidsberekeningen helikopters op Seppe Airport Kenmerk : pnb130204.not Opgesteld door : ir. W.B. Haverdings Controle door : ing. P. Frankena Datum : 18 februari 2013 Inleiding

Nadere informatie

CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan

CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan Schiphol en omgeving Regionale beelden CROS Pilot 3b+ Toepassing vaste bochtstraal op de Spijkerboor vertrekroute Kaagbaan Inleiding De luchthaven Schiphol is belangrijk voor de verbindingen tussen Nederland

Nadere informatie

Naleving milieuregels 2010 Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol. Luchtverkeersleiding Nederland

Naleving milieuregels 2010 Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol. Luchtverkeersleiding Nederland Naleving milieuregels Verantwoording Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol Luchtverkeersleiding Nederland Naleving milieuregels Luchtverkeersleiding Nederland - /5974, 14 december Niets uit deze

Nadere informatie

Factsheet aansluitroutes Lelystad Airport. Aansluitingen tussen de B+ vliegroutes en de snelwegen in het hogere luchtruim

Factsheet aansluitroutes Lelystad Airport. Aansluitingen tussen de B+ vliegroutes en de snelwegen in het hogere luchtruim Factsheet aansluitroutes Lelystad Airport Aansluitingen tussen de B+ vliegroutes en de snelwegen in het hogere luchtruim Lelystad Airport Schiphol Group ontwikkelt Lelystad Airport tot een luchthaven voor

Nadere informatie

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen.

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen. 1 ste Inleiding Dit is de eerste kwartaalrapportage van het gebruiksjaar 2017 van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas). Deze rapportage beslaat de periode van 1 november 2016 t/m 31 januari 2017 en bevat

Nadere informatie

Jaaroverzicht cluster Zwanenburgbaan. Jaaroverzicht 2016

Jaaroverzicht cluster Zwanenburgbaan. Jaaroverzicht 2016 Jaaroverzicht 2016 Inleiding Voor u ligt het jaaroverzicht van het. Deze rapportage beslaat de gebruiksperiode van 1 november 2015 t/m 31 oktober 2016. Bas geeft per cluster informatie over de gemelde

Nadere informatie

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen.

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen. 1 ste Inleiding Dit is de eerste kwartaalrapportage van het gebruiksjaar 2017 van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas). Deze rapportage beslaat de periode van 1 november 2016 t/m 31 januari 2017 en bevat

Nadere informatie

Ministerie van Defensie Postbus VIieg~,asis Eindhoven 3509 AA Utrecht Sectie Communicatie

Ministerie van Defensie Postbus VIieg~,asis Eindhoven 3509 AA Utrecht Sectie Communicatie > Retouradres Postbus 90102 5600 RA Eindhoven COVM Eindhoven Ministerie van Defensie Postbus 90004 VIieg~,asis Eindhoven 3509 AA Utrecht Sectie Communicatie Flight Forum 1550 MPC 87 A Postbus 90102 5600

Nadere informatie

KWARTAALrapportage juli 2009

KWARTAALrapportage juli 2009 KWARTAALrapportage juli 2009 INHOUD Tweede kwartaalrapportage Bas Baangebruik Baanonderhoud Melders en meldingen Hindergebieden in kaart Landend en startend verkeer Meer angstmeldingen Overdracht klachtafhandeling

Nadere informatie

Evaluatie fase 1 - ontwikkeling Eindhoven Airport

Evaluatie fase 1 - ontwikkeling Eindhoven Airport Evaluatie fase 1 - ontwikkeling Eindhoven Airport Toelichting op conceptresultaten Alderstafel Eindhoven door Hans Alders Veldhoven, 11 juni 2015 1 Context Alderstafel 2009 Advies Alderstafel Schiphol

Nadere informatie

Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR luchthaven De Kooy

Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR luchthaven De Kooy NLR-CR-2016-023 augustus 2016 Vlieguren boven Natura 2000 gebieden binnen CTR luchthaven De Kooy MER luchthaven De Kooy OPDRACHTGEVER: Ministerie van Defensie NLR - Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum

Nadere informatie

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen.

Overwegend wind uit noordelijke tot oostelijke richtingen, minder uit zuidelijke richtingen. 1 ste Inleiding Dit is de eerste kwartaalrapportage van het gebruiksjaar 2017 van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas). Deze rapportage beslaat de periode 1 november 2016 t/m 31 januari 2017 en bevat

Nadere informatie

Bijlage 2. Onderzoek naar de haalbaarheid van bewegingen

Bijlage 2. Onderzoek naar de haalbaarheid van bewegingen Bijlage 2. Onderzoek naar de haalbaarheid van 510.000 bewegingen 1. Inleiding Zoals in de brief van 28 oktober 2010 over de evaluatiecriteria van het nieuwe normen- en handhavingstelsel is aangekondigd,

Nadere informatie

ANALYSE MELDINGEN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT

ANALYSE MELDINGEN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT 6 mei 2019 Rob Algra ANALYSE MELDINGEN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT JAARRAPPORTAGE 2018 1 MELDINGEN OVERZICHT MELDINGEN 2018 36.850 meldingen over luchtvaart 35.000 meldingen gerelateerd aan RTHA (16.000)

Nadere informatie

4 de. Kwartaalrapportage cluster Zwanenburgbaan. Kwartaalrapportage Bijzonderheden

4 de. Kwartaalrapportage cluster Zwanenburgbaan. Kwartaalrapportage Bijzonderheden 4 de Inleiding Dit is de vierde editie van de kwartaalrapportage van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas) in nieuwe vorm. Deze rapportage beslaat de periode van 1 augustus 2015 t/m 31 oktober 2015 en

Nadere informatie

Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI

Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI Quick Scan nieuw voorstel voor hinderbeperking Voorstel optimalisatie startroutes Casus BERGI Eindrapportage Alex Gibbs, Henk Veerbeek Regioforum, 3 maart 2017 Voorstel indieners De indieners menen dat

Nadere informatie

Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten

Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten Bescherming van de eerste Luchthavenbesluiten met meest recente inzichten In opdracht van: De ministeries van Verkeer en Waterstaat

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 47829 28 december 2015 Vergunning burgermedegebruik exploitant militaire luchthaven Eindhoven ten behoeve van Eindhoven

Nadere informatie

Notitie nieuwe voorstellen hinderbeperking 2016 Regioforum 3 maart 2017

Notitie nieuwe voorstellen hinderbeperking 2016 Regioforum 3 maart 2017 Doel notitie: 1. Informeren over de resultaten van de quick scan van het voorstel optimalisatie startroutes. 2. Voorstel voor besluit Regioforum, n.a.v. de quick scan, over het nieuwe voorstel optimalisatie

Nadere informatie

PROVINCIE FLEVOLAND. MededeMng

PROVINCIE FLEVOLAND. MededeMng PROVINCIE FLEVOLAND MededeMng Onderwerp Kamerbrief milieueffectrapport en geluidberekeningen Lelystad Airport Kern mededeling: Middels deze mededeling informeren wij u over de belangrijkste aspecten en

Nadere informatie

1 ste. Kwartaalrapportage cluster Zwanenburgbaan

1 ste. Kwartaalrapportage cluster Zwanenburgbaan 1 ste Inleiding Dit is de eerste kwartaalrapportage van het gebruiksjaar 2016 van Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (Bas). Deze rapportage beslaat de periode van 1 november 2015 t/m 31 januari 2016 en bevat

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus EX S-GRAVENHAGE

Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus EX S-GRAVENHAGE Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus 20904 2500 EX S-GRAVENHAGE Onze ref. ORS15.027 Datum 16 april 2015, Hoofddorp Advies Omgevingsraad inzake vervroegen nachtprocedures

Nadere informatie