TCB A051(2009) Den Haag, 6 oktober Betreft: advies Evaluatie Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid, plan van aanpak
|
|
- Theophiel Maes
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Technische commissie bodem Postbus T GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus GX Den Haag TCB A051(2009) Den Haag, 6 oktober 2009 Betreft: advies Evaluatie Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid, plan van aanpak Mevrouw de Minister, Bij brief van 17 september heeft u mede namens de mini ster van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de TCB gevraagd om als onafhankelijke commissie van deskundigen de evaluatie van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) te reviewen, en daarbij de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) te betrekken. U voorziet tenminste drie achtereenvolgende onderdelen waarover u advies wilt, te weten het pl an van aanpak, de analyse van de resultaten, en het eindresultaat. Thans ligt voor het advies over het plan van aanpak. De TCB heeft een reviewcommissie ingesteld, bestaande uit de leden van het petit comité landbouw van de TCB en enkele meest betrokken leden van de CDM, die door het ministerie van LNV zijn voorgedragen. De reviewcommissie bereidt de advisering door de TCB inhoudelijk voor. De samenstelling van de reviewcommissie staat vermeld in bijlage 2. RESULTATEN VAN DE REVIEW Onderstaand gaat de TCB eerst in op het doel van het LMM, en worden vervolgens enkele specifieke onderwerpen ten behoeve van het plan van aanpak besproken. Doel van het LMM Het plan van aanpak betreft de ev aluatie van een meetnet waarmee de effecten van het mestbeleid worden gemonitord. Het huidige LMM is gericht op de rapportageverplichtingen die Nederland heeft in het kader van de EU-Nitraatrichtlijn. Er worden alleen chemische parameters gemeten. Met de huidige invulling van het LMM kan daarom slechts een beperkte indruk worden gekregen van 1 Kenmerk DP , zie bijlage 1.
2 de milieueffecten van het mestbeleid. Onderstaand pleit de TCB voor een verbreding van de reikwijdte van het LMM. Ecosysteemdiensten De TCB vindt dat met de metingen van het LMM een relatie moet kunnen worden gelegd tussen het mestbeleid en ecosysteemdiensten. Dit is than s niet goed mogelijk. Met behulp van indicatoren voor ecosysteemdiensten kan worden gemonitord of ook op de langere termijn de natuurlijke functies van het bodem- en water(eco)systeem in stand blijven. Voor de ecosysteemdiensten van de bodem gaat het ondermeer om de bodemvruchtbaarheid, het ziekte- en plaagwerend vermogen, het aanpassingsvermogen bij veranderend land gebruik, het zelfreinigend vermogen, het watervasthoudend vermogen en de draagkracht. Monitoring van de bodemgezondheid met de BodemBiologische Indicator (BoBI) in het Lande lijk Meetnet Bodemkwaliteit is een voorbeeld van het meten van de prestaties van de ecosysteem diensten van de bodem met een combinatie van chemische, fysische en biologische indicatoren. Samenhang in meetnetten In het rapport Slim moni toren van bodemkwaliteit 2 zijn 20 meetnetten geïnventariseerd die samen een beeld geven van de bodemkwaliteit in Nederland, en de effecten daarvan op waterkwaliteit en landschap. Deze studie richtte zich op landelijke en provinciale meetnetten. Monitoring door bijvoorbeeld gem eenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven is niet bij deze inventarisatie betrokken. De TCB beveelt aan om bestaande meetnetten meer met elkaar in samenhang te brengen, en meerdere kennisvelden bij de analyse van de meti ngen te betrekken. De bruikbaarheid van de gegevens van het LMM wordt daarmee aanzienlijk vergroot. Zo kan een koppeling tussen grondwater- en oppervlaktewatermonitoring inzicht geven in de beïnvloeding van de kwaliteit van het oppervlaktewater via het grondwater. Als fl uxen van nutriënten uit landbouwgronden kunnen worden gerelateerd aan eutrofiëring van nat uurgebieden, kunnen gerichte maatregelen ter voorkoming van een dergelijke afwenteling worden ontwikkeld. Op basis van de proceskennis die met het verbinden van monitoringsgegevens wordt opgedaan, kunnen oplossingen worden ontwikkeld voor het terugdringen van negatieve milieu-effecten van het mestbeleid. Met een bredere monitoringsinspanning wordt meer recht gedaan aan de ambitie om de milieueffecten van het mestbeleid te monitoren. De TCB beveelt aan dat de evaluatie van het LMM de mogelijkheden hiertoe verkent. De TCB verwacht dat bij meer samenhang in meetnetten tegen lagere kosten meer kan worden gemonitord dan thans het geval is. Centrale regie In 2007 heeft de TCB geadviseerd over monitoren 3. Dit advies is opnieuw actueel in het licht van de evaluatie van het LMM. De belangri jkste conclusie van dit advies wa s dat de kwaliteit, efficiëntie en continuïteit van het monitoren van de milieuk waliteit baat hebben bij een centrale regie op 2 Westerhof, R., et al., Slim monitoren van bodemkwalitei t. TNO, Royal Haskoning en Centrum Milieukunde Leiden. TNO-rapport 2007-U-R0051/A. 3 Advies Monitoren. TCB S34(2007). 2
3 landelijk niveau. Daarmee kunnen gegevens worden gebundeld in een databank die voor meerdere beleidsevaluaties kan worden benut. De centrale regie beheert de databank, maakt deze toegankelijk, koppelt en verwerkt de meetge gevens en adviseert over optimalisering van meetnetten. In de Verenigde Staten is met su cces een dergelijke centrale regie gerealiseerd 4. Mede naar aanleiding van dit TCB-advies heeft het Interprovinciaal Overleg in 2008 besloten 5 om slim monitoren als beheersstructuur te gaan realiseren. Er is opdracht gegeven om onder aansturing van het Platform Meetnetbeheerders 6 een realisatieplan op te stellen. Andere stoffen In het LMM wordt gemeten aan nutriënten en metalen in grondwater. Uit schattingen en metingen aan andere stoffen, zoals bijvoorbeeld antibiotica, koolstof, stikstofoxiden (waaronder lachgas) en methaan, en in andere compartimenten (bodem, oppe rvlaktewater en lucht) zijn ook effecten van het mestbeleid af te leiden. Deze andere stoffen zi jn bijvoorbeeld relevant voor de discussie over de effecten van boven- of ondergronds aanwenden van mest op enerzijds de emissies van deze stoffen en anderzijds het bodemleven. In het kader va n onder meer de emissieregistratie, nationale emissieplafonds voor onder meer stikstofoxiden en ammoniak zoals vastgelegd in de EU-NEC 7 - richtlijn en de internationale afspraken die Ne derland heeft gemaakt in VN-verband (UN-ECE) over critical loads voor stikstof (met name ammoniak en stikstofoxiden), worden relevante gegevens verzameld. Deze informatie wordt nog onvoldoende betrokken bij de analyse van de effecten van het mestbeleid. De TCB adviseert te komen tot integrale monitori ng van alle milieu-effecten van het mestbeleid over de verschillende milieucompartimenten (bodem, water, lucht). De TCB beveelt aan om daarbij in elk geval de lotgevallen van alle relevante st ikstofverbindingen (zoals nitraat, ammoniak en lachgas) te betrekken, vanwege de omvang van de door deze stoffen veroorzaakte milieuproblemen 8. Afwenteling naar oppervlaktewater en kustwateren Afwenteling van nutriënten vanuit de landbouw naar oppervlaktewater en vervolgens kustwater vindt de TCB een belangrijk aandachtspunt, mede in het licht van EU kaderrichtlijn mariene strategie. Het is de vraag of de huidige inrich ting van de bestaande meetnetten daarop voldoende zicht geeft. Zo n 25 tot 35 procent van de belastin g van de kustwateren met nutriënten is afkomstig uit nationale bronnen 9. Tussen 1988 and 1993 was zelfs ruim 40 procent van de fosfaatbelasting en ruim 70 procent van de stikstofbelasting va n de westelijke Waddenzee afkomstig uit het 4 Brus, D., Bodemkwaliteitsmeetnetten: vlees noch vis? Milieu , p Informatieblad Realisatieplan Slim Monitoren, 13 november Royal Haskoning. 6 Het Platform Meetnetbeheerders is een organisatie waarin meetnetbeheerders van de provincies en het RIVM samen werken aan het verbeteren van monitoren van bodem- en grondwaterkwaliteit. 7 National Emission Ceilings. 8 Zoals vermesting, water- en luchtverontreiniging, verzuring en klimaatverandering. 9 Klein, J.J.M. de, Analyse van de grootte en de herkomst van vrachten stikstof en fosfor, via het oppervlaktewater, op het Nederlandse deel van de Noordzee. Wageningen, Alterra-rapport
4 IJsselmeer 10. Deze berekening kan niet worden geactualiseerd omdat Rijkswaterstaat is gestopt met het bepalen van de nutriëntenconcentratie in het spuiwater uit de sluizen van het IJsselmeer. De TCB vindt de effecten van het mestbeleid op de nutriëntenlast van kustwateren vanuit de landbouw een belangrijk onderwerp voor de evaluatie. Effecten mestbeleid op natuurgebieden complex Natuurgebieden in Nederland ondervinden nog steeds nadelige gevolgen van het mestbeleid. Stikstof uit de landbouw leidt via de lucht (vooral ammoniak) en via water (nitraat in grond- en oppervlaktewater) tot eutrofiëring van natuurge bieden. Verhoogde nitraatconcentraties hebben in het algemeen een eutrofiërend effect op natuur ontwikkeling. In sommige situaties kan nitraat echter leiden tot fosfaateutrofiëring 11. Interne mobilisatie van ijzergebonden fosfaat kan voor sommige wetlands een belangrijkere bron van fosfaatbelasting zijn dan directe fosfaatuitspoeling uit de landbouw, en leidt dan tot een groot verlies aan biodiversiteit. Verhoogde nitraatconcentraties leiden niet in alle situaties tot eutrofiëring van natuurgebieden. Er zijn wetlands die het uitstekend doen, terwijl er veel nitraat inspoelt. Een voedselarm natuurtype kan namelijk ook ontstaan doordat niet st ikstof maar fosfaat de groei limiteert 12. Dit illustreert dat sprake kan zijn van een complexe koppeling van hydrologische en biogeochemische processen in de bodem die afhankelijk is van de samenstellin g van de bodem en het grondwater, en van de redoxtoestand. De aanwezigheid van pyriet in de ondergrond is een sturende factor hierbij. De TCB vindt deze complexe processen van bela ng bij het bepalen van de effecten van het mestbeleid op natuurgebieden. Alleen het meten van nitraatconcentraties is onvoldoende omdat de lokale omstandigheden het uiteindelijke eutrofiërende effect daarvan in natuurgebieden bepalen. 10 Philippart C.J.M. et al, Long-term phytoplankton nutri ent interactions in a shallow coastal sea: Algal community structure, nutrient budgets, and denitrification potential. Limnology and Oceanography 45: Nitraatuitspoeling naar het grondwater kan leiden tot fosfaateutrofiëring wanneer nitraat in de ondergrond in aanraking komt met pyriethoudende afzettingen. Nitr aat kan pyriet oxideren en zo sulfaat vrijmaken. Sulfaat reageert met organische stof tot sulfide. Sulfid e reageert vervolgens weer met ijzerverbindingen en verdringt fosfaat dat aan het ijzer was gebonden. 12 Hoge nitraatconcentraties kunnen in anaërobe sulfaatrijke wetlands leiden tot lage fosfaatconcentraties die limiterend werken op de plantengroei. Deze hoge nitraatgehaltes function eren als een redoxbuffer. Daardoor wordt reductie van ijzer en sulfaat voorkomen. Di t voorkomt de verdringing van orthofosfaat van ijzerfosfaatcomplexen door sulfide dat bij de reductie van sulfaat zou ontstaan. Bij een hoge redoxpotentiaal komt ijzeroxide voor dat orthofosfaat kan binden. Dit vermindert de beschikbaarheid van fosfaat zodanig dat plantensoorten ontstaan die kenmerkend zijn v oor schoon water. Uit: Lucassen, E.C.H.E.T. Biochemical constraints for restauration of sulphate-rich fens. Proefschift Katholieke Universiteit Nijmegen,
5 Toetsdiepte nitraat In de Tweede Kamer is onlangs een motie aangenomen 13. Deze motie Koopmans vraagt om de toetsdiepte voor nitraat uit te breiden van 1 m diepte naar ook 2 tot 5 m beneden maaiveld en deze toetsdiepte onderdeel te laten zijn van het LMM. De veronderstelling hierbij is dat nitraatconcentraties met toenemende diepte steeds lager zullen zijn. Door op grotere diepte te toetsen kan met hogere gebruiksnormen voor stikst of toch worden voldaan aan de doelstelling van 50 mg/l nitraat in het grondwater uit de Nitraatri chtlijn, welke niet aan een diepte is gekoppeld. Meerdere instanties en commissies 14 hebben reeds aangegeven dat dit vanuit wetenschappelijk oogpunt geen meerwaarde heeft. De nitraatconcentratie op 1 m beneden maaiveld geeft een goed beeld van de nitraatverliezen uit de landbouw. In droge zandgebieden wordt thans geen afname van de nitraatconcentratie tot 5 m diepte gezien 15. Voor nattere gronden vindt wel een afname plaats, maar deze gronden worden gedraineerd en kunnen het oppervlaktewater met nitraat belasten. Om de kwaliteit van het oppervlaktewat er in deze gebieden te beschermen is een toetsdiepte van 1 m beneden maaiveld adequaat. Denitrificatie op grotere diepte dan 1 m is weliswaar positief voor de nitraatconcentratie, maar kan ongewenste neveneffecten hebben, zoals de vorming van lachgas en pyrietoxidatie met ve rhoogde concentraties van sulfaat, arseen, nikkel, zink en koper tot gevolg 16. Door de ruimtelijke variabiliteit van de samenstelling van de ondergrond is het niet mogelijk om te voorspe llen waar deze effecten precies zullen optreden. Daarom zegt een lage nitraatconcentratie op 2-5 m beneden maaiveld niets over deze neveneffecten. De TCB vindt de middelen die nodig zijn voor monitoren van nitraatconcentraties op 2-5 m beneden maaiveld niet efficiënt besteed. Statistische betrouwbaarheid De doelstelling van een meetnet bepaalt de statistisc he eisen aan een meetnet. Als de doelstelling is om te toetsen of in Nederland een concentratie van 50 mg/l nitraat in het grondwater wordt gerealiseerd, dan stelt dit andere eisen aan de steekproefopzet dan wanneer een beschrijving van de toestand van of een trend in de bodem- en grondwaterkwaliteit de doelstelling is. Kwantificering van de nauwkeurigheid van het meet resultaat is belangrijk bij monitoring. Alleen dan kunnen uitspraken worden gedaan over het gehele gebied dat wordt gemonitord, in plaats van alleen over de meetnetlocaties (z ie voetnoot 4). Er is dan een kanssteekproef nodig. In het huidige 13 Tweede Kamer der Staten-Generaal. Motie van het lid Koopmans, voorgesteld 22 april Sdu, s Gravenhage. Tweede Kamer, vergaderjaar , 28385, nr. 138, Zie onder meer: Broers, H.P. et al., Should the test depth for nitr ate in groundwater be changed? TNOrapport NITG A ; Fraters, B. et al., A new compliance checking level fo r nitrate in groundwater? Final report of the Feasibility study on monitoring th e upper 5 metres of groundwater, RIVM, report ; Fraters, B. et al., Andere mogelijkheden voor het toetsen van nitr aat in grondwater aan de nitraatnorm? Notitie. Als bijlage bijgevoegd bij kamerbrief , nr. 94, Tweede Kamer, vergaderjaar , bestand BLG14132; De Klijne, A. et al., Toetsdiepte voor nitraat, synthese onderzoek RIVM Rapport / Er zijn wel aanwijzingen voor het optred en van nitrificatie: zie Groenendijk, P. et al., A new compliance checking level for nitrate in groundwater, modelling nitrate leaching and the fate of nitrogen in the upper 5 meter of the groundwater system. Alterra rapport Bijvoorbeeld Van der Aa, M. et al., Omzetting van nitraat in de ondergrond; kunnen we daarop vertrouwen? Discussie naar aanleiding van waarnemingen op proefboerderij De Marke en nabijgelegen drinkwaterwinning t Klooster. Rapport 42, Wageningen UR en CLM. 5
6 LMM is dit niet het geval, omdat bemonstering plaatsvindt bij boerenbedrijven op basis van vrijwilligheid. Daardoor wordt een steekproeffout geïntroduceerd van onbekende grootte. De significantie van geconstateerde ontwikkelingen in de monitoringsresultaten is daardoor niet bekend. Conclusies over bijvoorbeeld het effect van genomen maatregelen of over de relevantie van een normoverschrijding zijn daardoor moeilijk te generaliseren. De TCB adviseert dat bij de evaluatie van het LMM meerdere varianten en scenario s worden uitgewerkt die duidelijk maken welke doelstellingen met welke technische en financiële inspanningen kunnen worden gerealiseerd. Op ba sis daarvan kan de TCB vervolgens in haar volgende advies ingaan op de consequenties van bepaalde beleidskeuzes voor de inrichting van het LMM, zoals door u gevraagd. Meten of rekenen? De effecten van het mestbeleid kunnen worden geanalyseerd met een combinatie van meten en rekenen. Meten en rekenen kunnen elkaar aanvullen. Metingen zijn niet altijd betrouwbaar, omdat er meetfouten kunnen optreden, als gevolg van mens elijke fouten en fouten in de apparatuur. Als gevolg van bodemheterogeniteit vraagt een statisti sch betrouwbare meting om veel meetpunten en herhalingen. Dit maakt meten erg duur. Rekenmodellen gebruiken is veel goedkoper, maar deze geven ook niet altijd een betrouwbaar resultaat. In werkelijkheid zijn doorgaans meer processen relevant dan die in rekenmodellen worden beschrev en. Ook wordt niet altijd goed begrepen wat er werkelijk gebeurt. Bodemheterogeniteit vraagt om stochastische modellen waarvan de kansverdelingen van de inputparameters niet altijd bekend zijn. De voorspellende waarde van rekenmodellen word t vergroot door parameters te calibreren. Naarmate modellen beter worden, kan meer worden vertrouwd op de uitkomsten van de modellen en kunnen de kosten van meten omlaag worden ge bracht. De TCB is van mening dat de calibratie van het rekenmodel STONE bevredigend verloopt, althans voor de (Pleistocene) zandgebieden in Nederland (zie vootnoot 15). Met STONE kunnen ni traatconcentraties in het grondwater worden berekend. Er komt een moment dat het toetsen aan de nitraatnorm in het grondwater zodanig met modelberekeningen kan worden ondersteund, dat de meetinspanning omlaag kan. De TCB adviseert om deze afweging tussen meten evaluatie LMM. en modelleren onderdeel te laten zijn van de CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Het meten van de effecten van het mestbeleid zou zich moeten richten op de gevolgen voor ecosysteemdiensten. Dit is thans niet het geval. Het LMM meet alleen chemische parameters en geeft daarmee slechts een beperkte indruk van de effecten van het mestbeleid. Ecosysteemdiensten kennen naast een chemische ook een biologische en een fysische component. De ambitie om milieu-effecten van het mestbeleid te monitoren komt beter tot zijn recht als bestaande meetnetten meer met elkaar in samenha ng worden gebracht en meerdere kennisvelden worden betrokken bij de analyse van de meting en. Bij meer samenhang in meetnetten kan tegen lagere kosten meer worden gemonitord. Hiervoor is een centrale regie nodig. 6
7 Het LMM richt zich alleen op het meten van nutriëntenconcentraties in grond- en oppervlaktewater en kan daarmee slechts een beperkt beeld geven van de effecten van het mestbeleid. De TCB adviseert te komen tot integrale monitoring van de milieu-effecten van het mestbeleid over de verschillende milieucompartimenten, en daarbij ook andere stoffen dan nitraat en fosfaat te betrekken. De TCB beveelt aan om daarbij in ieder geval de lotgevallen van verschillende stikstofverbindingen te betrekken, vanwege het belang van de door deze verbindingen veroorzaakte milieuproblemen. De effecten van het mestbeleid op de nutriënten last van kustwateren vanuit de landbouw is een belangrijk onderwerp voor de ev aluatie, omdat zo n 30 procent van de belasting van Nederlandse kustwateren afkomstig is van nationale bronnen. De TCB vraagt aandacht voor de complexe ko ppeling van hydrologische en biogeochemische processen in de bodem en de doorwerking daarvan op de effecten van het mestbeleid in natuurgebieden. Alleen het meten van nitraatco ncentraties is onvoldoende omdat de lokale omstandigheden het uiteindelijke eutrofiërende e ffect daarvan in natuurgebieden bepalen. De aanwezigheid van pyriet in de ondergrond speelt hierbij een belangrijke rol. De TCB vindt de middelen die nodig zijn voor monitoren van nitraatconcentraties op 2-5 m beneden maaiveld niet efficiënt besteed. Kwantificering van de nauwkeurigheid van het meetresultaat is van belang voor het onderscheidend vermogen van de monitoringsr esultaten. Dit vraagt om een kanssteekproef, waarvan in het huidige LMM geen sprake is. De TCB adviseert daarom dat als onderdeel van de evaluatie meerdere varianten en scenario s ten aan zien van de steekproefopzet worden uitgewerkt. Daarmee kan duidelijk worden gemaakt welke doel stellingen met welke technische en financiële inspanningen kunnen worden gerealiseerd. Meten en modelleren kunnen elkaar aanvullen. Er komt een moment dat het toetsen aan de nitraatnorm in het grondwater zodanig met mode lberekeningen kan worden ondersteund, dat de meetinspanning omlaag kan. Daarom adviseer t de TCB om de afweging tussen meten en modelleren onderdeel te laten zijn van de evaluatie. Besparingen zijn mogelijk bij synergie tussen m eetnetten en via ondersteuning van de metingen door modelberekeningen. Dit creëert ruimte voor een verbreding van de reikwijdte, zodat het LMM beter dan nu invulling geeft aan de ambitie om de effecten van het mestbeleid te monitoren. De TCB ziet bovenstaande conclusies en aanbevelingen graag verwerkt in de evaluatie LMM. Voor het overige heeft de TCB vertrouwen in de aanpak van de evaluatie zoals in het plan van aanpak op hoofdlijnen is geschetst. 7
8 TEN SLOTTE In uw adviesaanvraag vraagt u de TCB ook aandacht te besteden aan de wijze waarop de motie Koopmans over de toetsdiepte voor nitraat wo rdt ingevuld, aan kostenbeheersing en kostenverdeling, en aan uitvoering van werkzaamheden door derden. Deze punten zullen aan de orde komen in het volgende advies van TCB over de ev aluatie van het LMM, als de resultaten van de evaluatie beschikbaar zijn. Een afschrift van dit advies stuur ik naar uw am Voedselkwaliteit. btgenoot, de minister van Landbouw, Natuur en Met de meeste hoogachting, de voorzitter van de Technische commissie bodem, Mevr. Ali Edelenbosch 8
9 BIJLAGE 1. DE ADVIESAANVRAAG
10
11
12
13
14 Bijlage 2. SAMENSTELLING REVIEWCOMMISSIE EVALUATIE LMM Dr. ir. J.J. Neeteson Prof. P. de Ruiter Dr. J. Griffioen Prof. J. Roelofs Prof. W. Verstraete Dr. ing. M. Knotters Mw. Dr. C. van der Salm Dr. ir. J.J. Schröder Mw. dr. ir. A.E. Boekhold Voorzitter review commissie, lid TCB Vice-voorzitter TCB Lid TCB Lid TCB Lid TCB Alterra-Centrum Bodem, namens CDM Alterra-Centrum Bodem, namens CDM Plant Research International (PRI), namens CDM Secretaris reviewcommissie, plaatsvervangend secretaris TCB
15 TCB adviezen gerelateerd aan dit advies: Advies Aanwenden van mest, A044(2008) Advies fosfaatverzadiging in landbouwbodems, S35(2007) Advies Monitoren, S34(2007) + rapport TNO Slim monitoren van bodemkwaliteit, dec 2007 Advies Duurzamer bodemgebruik in de landbouw, A36(2005) De commissieleden van de TCB zijn: Mevr. A. Edelenbosch, voorzitter TCB. Prof.dr. P.C. de Ruiter, plaatsvervangend voorzitter TCB, hoogleraar Milieuwetenschappen aan de Universiteit Utrecht, wetenschappelijk manager Centrum Bodem bij Wageningen UR. Prof.dr.ir. F.B.J. Barends, hoogleraar Grondwatermechanica aan de TU Delft, lid wetenschapsteam bij Deltares (Geo-Engineering) Dr. J. Griffioen, Milieugeochemicus bij Deltares/TNO Geological Survey of the Netherlands Drs. C. Hegger, Arts maatschappij en Gezondheid bij GGD Rotterdam-Rijnmond. Dr.ir. J.J. Neeteson, Mananger business unit Agrosysteemkunde van Plant Research International, WUR en geeft leiding aan de leerstoelgroep Biologische Landbouwsystemen van Wageningen Universiteit. Prof.dr. J.G.M. Roelofs, hoogleraar Aquatische Ecologie en Milieubiologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen Prof.dr. J.C.H.M. Vangronsveld, Hoogleraar milieukunde, universiteit van Hasselt. Prof.dr. W. Verstraete, hoogleraar Microbiële ecologie en technologie aan de Universiteit van Gent Prof.dr. W.P. de Voogt, bijzonder hoogleraar Milieuchemie van opkomende watercontaminanten aan de Universiteit van Amsterdam, principal scientist bij KWR Nieuwegein Dr. A.P. van Wezel, ecotoxicoloog, teamleider Chemische waterkwaliteit en gezondheid bij KWR Nieuwegein Dr. C.M. Plug, ministerieel vertegenwoordiger, directeur Duurzaam Produceren VROM Het secretariaat van de TCB: Dr. J. van Wensem, algemeen secretaris Dr.ir. A.E. Boekhold, plaatsvervangend algemeen secretaris Drs. J. Tuinstra, senior adjunct secretaris Drs. M. ten Hove, adjunct secretaris Drs. J.L.M. Oomes, adjunct secretaris S.I. Sewnarain, administratief medewerker Dit advies is opgesteld door Sandra Boekhold.
TCB A066(2011) Den Haag, 18 februari 2011
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Postbus 20401 2500 EK Den Haag TCB A066(2011)
TCB A069(2011) Den Haag, 28 april 2011
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Postbus 20401 2500 EK Den Haag TCB A069(2011)
Technische commissie bodem Postbus T GX Den Haag E ADVIES VRIJSTELLING WINDEROSIE
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 4566596 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl ADVIES VRIJSTELLING WINDEROSIE Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 456 6596 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl
Advies Vrijstellingsregeling stuifbestrijding TCB A085(2013)
Advies Vrijstellingsregeling stuifbestrijding TCB A085(2013) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van Infrastructuur
TCB A062(2010) Den Haag, 12 november Betreft: advies Resultaten evaluatie Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Postbus 20901 2500 EX Den Haag TCB A062(2010) Den Haag, 12
TCB A061(2010) Den Haag, 20 augustus 2010
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Postbus 20401 2500 EK Den Haag TCB A061(2010) Den Haag,
ADVIES TIJDELIJKE VRIJSTELLINGSREGELING STUIFBESTRIJDING 2013 ADVIES A084(2013)
ADVIES TIJDELIJKE VRIJSTELLINGSREGELING STUIFBESTRIJDING 2013 ADVIES A084(2013) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers
Advies Verzoek om verlenging uitrijperiode TCB A088(2013)
Advies Verzoek om verlenging uitrijperiode TCB A088(2013) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van Infrastructuur en
Aan De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus GX Den Haag. TCB A052(2009) Den Haag, 26 november 2009
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 339 3034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus 30945 2500 GX Den Haag TCB
Advies Vernietiging grasland TCB A089(2013)
Advies Vernietiging grasland TCB A089(2013) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van Infrastructuur en Milieu en Economische
Landbouwkundige en milieukundige trends akkerbouw in relatie tot 6 e AP Nitraatrichtlijn
Landbouwkundige en milieukundige trends akkerbouw in relatie tot 6 e AP Nitraatrichtlijn Gerard Velthof Meststoffenwet Implementatie van de Nitraatrichtlijn: Minder dan 50 mg nitraat per l in grond- en
LMM e-nieuws 12. Inhoud. Inleiding. Geen seizoenseffecten op nitraat- en anorganisch fosforconcentraties in het grondwater.
LMM e-nieuws 12 April 2010 Heruitgave november 2017 Inhoud Inleiding Geen seizoenseffecten op nitraat- en anorganisch fosforconcentraties in het grondwater - Eke Buis, RIVM Evaluatie van het LMM-programma
TCB S56(2005) Den Haag, 8 november 2005
Aan De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus 30945 2500 GX Den Haag TCB S56(2005) Den Haag, 8 november 2005 Betreft: Advies Referenties Biologische Bodemkwaliteit
LMM e-nieuws 16. Inhoud. Inleiding. Het nieuwe LMM-programma vanaf Bezuinigingen. Het nieuwe LMM. Februari 2011 Heruitgave augustus 2018
LMM e-nieuws 16 Februari 2011 Heruitgave augustus 2018 Inhoud Inleiding Het nieuwe LMM-programma vanaf 2011 Nieuwe ontwikkelingen: drainmetingen met SorbiCells Waarom op 16 punten en niet meer of minder?
TCB A064(2010) Den Haag, 12 november 2010
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Postbus 20901 2500 EX Den Haag TCB A064(2010) Den Haag, 12
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg
TCB A057(2010) Den Haag, 15 februari 2010
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 0703393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Postbus 20401 2500 EK Den Haag TCB A057(2010) Den Haag,
LMM e-nieuws 9. Inhoud. Modelleren van grondwateraanvulling. Neerslag vult vanaf de herfst het grondwater aan
LMM e-nieuws 9 Juli 2009 Heruitgave november 2017 Inhoud Modelleren van grondwateraanvulling - Astrid Vrijhoef, RIVM Greppelwaterbemonstering in de veenregio - Arno Hooijboer, RIVM Ook de Engelsen meten
Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken
Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)
Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,
Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2016 Indicator 27 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere
Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016
Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016 Indicator 1 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere
RIVM-rapport 680717011/2010
RIVM-rapport 680770/00 Opties voor een nitraatdieptemeetnet voor het meten van nitraat in de bovenste vijf meter van het grondwater Technische uitwerking motie Koopmans van april 009 B. Fraters, RIVM G.L.
MaximumPermisibleConcentrationsfor. polychlorinated biphenyls. Bezoekadres: Rijnstraat8 DenHaag. Postadres: Postbus GX DenHaag
Bezoekadres: Rijnstraat8 DenHaag Postadres: Postbus30947 2500 GX DenHaag Telefoon:070-3393034 Fax:070-3391342 polychlorinated biphenyls MaximumPermisibleConcentrationsfor 1 PCBs zijn verbindingen die bestaan
Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,
Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2015 Indicator 2 oktober 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 33 037 Mestbeleid Nr. 321 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Advies Ontheffing voor onderzoek met DuoSpray TCB A105(2015)
Advies Ontheffing voor onderzoek met DuoSpray TCB A105(2015) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van Infrastructuur
Nota. Betreft : Samenvatting statistische analyse waterkwaliteit. Inhoudstafel. Datum: 19/12/17 0. INLEIDING STATISTISCHE ANALYSE...
Nota Datum: 19/12/17 Aan: VLM Auteur: TFR Nazicht: MVR Documentref: I/NO/11504/17.375/TFR Betreft : Samenvatting statistische analyse waterkwaliteit Inhoudstafel 0. INLEIDING... 2 1. STATISTISCHE ANALYSE...
Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC),
Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC), 1990-2009 Indicator 26 mei 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt
Ecosysteemdiensten. Sleutel tussen ecosysteem en belangen. Annemieke Smit
Ecosysteemdiensten Sleutel tussen ecosysteem en belangen Annemieke Smit 13-4-2011 Waar komt het vandaan? Biodiversiteit Wat is het (ons of jullie) waard? Wat raak je kwijt als de biodiversiteit terugloopt?
Report 1695.N.17. Mestbewerking en Waterkwaliteit. een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas.
Report 1695.N.17 Mestbewerking en Waterkwaliteit een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas de samenvatting Rapport 1695.N.17 Mestbewerking en Waterkwaliteit Een case studie voor waterschap
Advies Tijdelijke vrijstellingsregeling stuifbestrijding 2014 TCB A093(2014)
Advies Tijdelijke vrijstellingsregeling stuifbestrijding 2014 TCB A093(2014) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van
25-3-2015. Sturen op Nutriënten. Sturen op Nutriënten. Doel. Sturen met Water. Sturen op Nutriënten. Waar kijken we naar. Bijeenkomst 19 februari 2015
Bijeenkomst 19 februari 2015 Jouke Velstra (Acacia Water) 4 Sturen met Water De basisgedachte is dat per perceel de grondwaterstand actief wordt geregeld. Onderwater drainage (OWD) geeft een directe relatie
Toetsdiepte voor nitraat
Rapport 680747001/2008 A. de Klijne P. Groenendijk J. Griffioen G.L. Velthof G. Janssen B. Fraters Toetsdiepte voor nitraat Synthese onderzoek 2008 RIVM Rapport 680747001/2008 Toetsdiepte voor nitraat
Kennisvraag: Wat zijn de fysisch chemische effecten van de wateroverlast voor de maand juni in vergelijking met andere jaren?
Juni 2016 in vergelijking tot voorgaande jaren Kennisvraag: Wat zijn de fysisch chemische effecten van de wateroverlast voor de maand juni in vergelijking met andere jaren? Antwoord: Er zijn in verschillende
2007/
venijssel www.overijssel.nl Provinciale Staten van Overijssel Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Telefax 038 425 48 41 Uwkenmerk Uw brief Ons kenmerk Datum
Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011
Ammonium in de Emissieregistratie?! Natuurlijke processen, antropogene bronnen en emissies in de ER Bert Bellert, Waterdienst Ammonium als stof ook in ER??: In kader welke prioritaire stoffen, probleemstoffen,
Ministerie van Economische Zaken Directie Agrokennis t.a.v. de Directeur de heer ir. M.A.A.M. Berkelmans Postbus EK Den Haag
Postbus 47 6700 AA Wageningen Ministerie van Economische Zaken Directie Agrokennis t.a.v. de Directeur de heer ir. M.A.A.M. Berkelmans Postbus 20401 2500 EK Den Haag Wettelijke Onderzoekstaken Natuur &
BAGGERNUT. Leon van den Berg Moni Poelen Leon Lamers
Leon van den Berg Moni Poelen Leon Lamers Arcadis B-ware Deltares Radboud Universiteit Nijmegen Waterschappen Witteveen en Bos Diverse deelprojecten: Radboud universiteit Nijmegen veldexperimenten
Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009
Indicator 2 maart 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De ecologische kwaliteit van het
III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.
III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10. is opgenomen III.2. Waterkwaliteit De meetpunten van het chemische meetnet liggen
Illlllllllllllllllllll
Illlllllllllllllllllll 2IN00872 C VAN WATHRSCHAPPÜN Bezoekadres O. De leden-waterschappen t.a.v. het dagelijks bestuur fk. UI - ~ CK > > (MT A(N@EIM 0 MEI 202 Koningskade 40 29 AA Den Haag Postadres Postbus
Vermesting in meren en plassen,
Indicator 18 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen
Zware metalen in grondwater
Zware metalen in grondwater Janneke Klein 1204148-003 Deltares, 2011 Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Probleemstelling 1 1.2 Doelstelling 1 2 Methode 2 2.1 Voorgaand onderzoek 2 2.2 Gebruikte dataset 2 2.3 Dataverwerking
Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009
Gemeente Ridderkerk Rapportage Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Monitoring 3 1.2 Berekenen versus meten 3 1.3 NO 2 en PM 10 3 1.4 Tot slot 3 2 Berekende
Gaswinning Noordzee blok K17 Advies inzake het verzoek om ontheffing van de m.e.r.-plicht
Gaswinning Noordzee blok K17 Advies inzake het verzoek om ontheffing van de m.e.r.-plicht 19 juli 2004 / rapportnummer 1437-22 Advies inzake het verzoek om ontheffing van de m.e.r.-plicht Gaswinning Noordzee
2e HERZIENE CONVOCATIE (agendapunten toegevoegd)
Den Haag, 24 maart 2010 2e HERZIENE CONVOCATIE (agendapunten toegevoegd) Voortouwcommissie: Volgcommissie(s): vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vaste commissie voor Volkshuisvesting,
TCB A070(2011) Den Haag, 7 juli 2011
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl Aan De Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Postbus 20901 2500 EX DEN HAAG TCB A070(2011)
Resultaten onderzoek relatieve bronnen. B-ware en Royal Haskoning (proefsloten) HH Stichtse Rijnlanden en Aequator (polderanalyse)
Resultaten onderzoek relatieve bronnen B-ware en Royal Haskoning (proefsloten) HH Stichtse Rijnlanden en Aequator (polderanalyse) Overzicht Aanleiding Aanpak Vervolg Waterkwaliteit Lopikerwaard Welke bronnen
Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010
Gemeente Ridderkerk Rapportage Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Monitoring 3 1.2 Berekenen versus meten 3 1.3 NO 2 en PM 10 3 1.4 Tot slot 3 2 Berekende
Toestand en trend MNLSO- en KRW-meetlocaties. Janneke Klein Joachim Rozemeijer, Nanette van Duijnhoven, Sibren Loos, Joost van den Roovaart
Toestand en trend MNLSO- en KRW-meetlocaties Janneke Klein Joachim Rozemeijer, Nanette van Duijnhoven, Sibren Loos, Joost van den Roovaart Opbouw presentatie Context: eutrofiëring Meetnet Nutriënten Landbouw
Emissies naar lucht door de industrie,
Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De industrie levert voor alle
Vraag 1 Wat is uw reactie op de berichten in het Algemeen Dagblad over het aantreffen van GenX in drinkwater op meerdere locaties?
> Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000
Emissie registratie betekenis
Emissie registratie betekenis Emissie registratie symposium Wilbert van Zeventer, DGRW Emissieregistratie is een middel, geen doel op zich 1. Politiek-bestuurlijke ontwikkelingen 2. Benutten monitoringsresultaten
OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.
NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. 29 september 2010 Inhoud 1 Tekstdelen uit van 5 varianten naar 2 alternatieven 3 1.1 Referentiesituatie 3 1.2 Effecten waterkwaliteit KRW 5 2 Nieuw tekstdeel 7 ARCADIS
Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten
21 3.12 KWALITEIT OPPERVLAKTEWATER P Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten belasting oppervlaktewater (2=1) 12 P landbouw N landbouw P huishoudens N huishoudens
Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw
Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Economische, ecologische en sociale indicatoren Ine Vervaeke en Jona Lambrechts Inleiding Aanleiding: 20 jaar Vlaams-Brabant Duurzaamheid:
Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw
Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Economische, ecologische en sociale indicatoren Ine Vervaeke en Jona Lambrechts Inleiding Aanleiding: 20 jaar Vlaams-Brabant Duurzaamheid:
LMM e-nieuws 20. Inhoud. Inleiding. Nitraatconcentraties in de lössregio
LMM e-nieuws 20 December 2011 Heruitgave augustus 2018 Inhoud Inleiding Nitraatconcentraties in de lössregio Nitraatuitspoeling op melkvee- en akkerbouwbedrijven in de zandregio Veranderingen in de veldmetingen
Emissies naar lucht door huishoudens,
Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van kooldioxide (CO
Emissies door de zeescheepvaart,
Indicator 26 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het betreft hier de feitelijke
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM)
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) Uw kenmerk : - Bijlagen : - Geachte minister, In het overleg op 27 september met de leiding van de Gezondheidsraad bracht u
Meten in de bovenste meter grondwater: rekening houden met neerslag
LMM e-nieuws 8 Oktober 2008 Heruitgave december 2017 Inhoud Inleiding Meten in de bovenste meter grondwater: rekening houden met neerslag Monitoring van effecten is meer dan het meten van mestgift en nitraatconcentraties
Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna
Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna W.J. Willems (PBL) & J.J. Schröder (PRI Wageningen UR) november 2013 Sinds 2010 is de gebruiksnorm
Betreft: Advies over de concept-beleidsnota Grond grondig bekeken
Aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus 30945 2500 GX Den Haag TCB S37(1998) Den Haag, 21 oktober 1998 Betreft: Advies over de concept-beleidsnota Grond grondig
Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma
Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma
Vermesting in meren en plassen,
Indicator 14 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren
Onderwerp Informatie toezegging luchtkwaliteit Aanpak Ring Zuid. Steller Jeroen Engels. De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN
>ote Bestuursdienst Onderwerp Informatie toezegging luchtkwaliteit Aanpak Ring Zuid Steller Jeroen Engels De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Bezoekadres Waagstraat 1 Postadres
Samenvatting van het advies
Samenvatting van het advies Het ministerie van LNV heeft de Commissie van Deskundigen Meststoffenwet gevraagd om een advies over de inzet van modellen voor evaluatie van de werking van het gebruiksnormenstelsel
Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,
Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, en Wetenschappen P/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM s-gravenhage Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van Volkshuisvesting,
Meten en modelleren: vaststellingen en toekomstperspectief. Bo Van den Bril en David Roet
Meten en modelleren: vaststellingen en toekomstperspectief Bo Van den Bril en David Roet Overschrijding kritische last 2/05/2016 2 Afname vermestende deposities 50 45 Vermestende depostie (kg N/(ha.jaar)
Nitraatrichtlijnrapportage
Inhoud Inleiding... 2 Nitraatrichtlijnrapportage... 3 Nitraatconcentratie daalt op derogatiebedrijven... 5 Infographic Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid... 7 LMM in de Lössregio, deel 1: Daling van
WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN
1 WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN ADVIES 13-2007 Betreft : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het in de handel brengen en het gebruik
Manifest. Organische stof: leven in de Nederlandse bodem
Manifest Organische stof: leven in de Nederlandse bodem Benut het 6 de Actieprogramma Nitraatrichtlijn om de positie van organische stof in de Nederlandse meststoffenregelgeving te verbeteren! Wij roepen
Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003.
Bezoekadres Houtplein 33 Het Ministerie van Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer T.a.v. de Staatssecretaris P.L.B.A. van Geel Postbus 20951 2500 EX DEN HAAG Haarlem Postadres Postbus 3007
Uitnodigingen EU-activiteiten. Uitnodigingen overige activiteiten
Den Haag, 8 oktober 2008 Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Volgcommissie(s): EU i.v.m. agendapunt 6, 8, 9 EZ i.v.m. agendapunt 18, 29 FIN i.v.m. agendapunt 19
Signaalbenadering voor grondwaterkwaliteit in verdroogde natuurgebieden
Signaalbenadering voor grondwaterkwaliteit in verdroogde natuurgebieden Bart Brugmans en Hanneke van Zuilichem, Waterschap Aa en Maas Waterschap Aa en Maas pakt de verdrogingsbestrijding van natuurgebied
Emissies naar lucht door de energievoorziening,
Indicator 29 april 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van een aantal belangrijke
Ontwikkelingen analyses weerbaar substraat. Natasja Poot - Productmanager Bodemgezondheid
Ontwikkelingen analyses weerbaar substraat Natasja Poot - Productmanager Bodemgezondheid 1 Weerbaar substraat belangrijk? Biologische substraatkwaliteit wordt steeds belangrijker Meer belangstelling en
Citaten uit de Evaluatie van het mestbeleid en twee Achtergronddocumenten Rood en andere lay-out door Lowie
Citaten uit de Evaluatie van het mestbeleid en twee Achtergronddocumenten Rood en andere lay-out door Lowie Janneke Klein, Joachim Rozemeijer, Hans Peter Broers en Bas van der Grift, 2011. Landbouw Specifiek
De bodem komt tot leven! Bodembeheer, bodemleven en indicatoren
28 juni 2007 Michiel Rutgers, Anne Kuiten, Ton Breure, Lijbert Brussaard De bodem komt tot leven! Bodembeheer, bodemleven en indicatoren 1 Transitie bij overheid in Bodembeleidsbrief 2003 Het gebruik van
- Beschikking - niet ernstige bodemverontreiniging Vinkenkade 7 te Vinkeveen (gemeente De Ronde Venen)
- Beschikking - niet ernstige bodemverontreiniging Vinkenkade 7 te Vinkeveen (gemeente De Ronde Venen) datum 16 juni 2005 nummer 2005WEM002516i bijlagen kadastrale kaart sector Bodemsanering referentie
Position Paper. AO Water 24 juni 2015
Position Paper AO Water 24 juni 2015 Ambitieniveau Nederland De Europese Commissie stelt dat Nederland door te weinig urgentie, het ontbreken van onderzoek naar de effectiviteit van maatregelen en het
Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,
Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen, 1998-2010 Indicator 15 februari 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen
algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen 2. Waterkwaliteit De zomergemiddelden voor 2008 van drie waterkwaliteitsparameters
Broeikasgasemissies in Nederland,
Indicator 8 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De totale uitstoot van broeikasgassen
Emissies naar lucht door de energievoorziening,
Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van vrijwel alle belangrijke
Informeel advies Bijdrage grondwaterlaag en toplaag aan circulaire economie TCB A086(2013)
Informeel advies Bijdrage grondwaterlaag en toplaag aan circulaire economie TCB A086(2013) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk
Waterberging op landbouwgrond. Bram de Vos (Alterra) Idse Hoving (Praktijkonderzoek Animal Sciences Group)
Waterberging op landbouwgrond Bram de Vos (Alterra) Idse Hoving (Praktijkonderzoek Animal Sciences Group) Inhoud 1) Veranderend waterbeheer 2) Project Boeren met Water 3) Melkveebedrijf Kerkmeijer 4) Bedrijfsvarianten
TCB S45(2007) Den Haag, 19 juli 2007
Aan De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Postbus 30945 2500 GX Den Haag TCB S45(2007) Den Haag, 19 juli 2007 Betreft: Advies Normstelling MTBE Mevrouw de Minister, In
Programma Uitleg waarom deze bijeenkomst JC Vogelaar en stukje historie Geesje Rotgers normstellingen in naam van de ecologie aan KRW-wateren Vragen A
Welkom Programma Uitleg waarom deze bijeenkomst JC Vogelaar en stukje historie Geesje Rotgers normstellingen in naam van de ecologie aan KRW-wateren Vragen Aanbeveling Mesdagfonds Mestbeleid 33 jaar 1984
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Ontwerp-Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van, TRCJZ/2008/3190, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
JAARVERSLAG TECHNISCHE COMMISSIE BODEM 2010
Technische commissie bodem Postbus 30947 T 070 3393034 2500 GX Den Haag E info@tcbodem.nl JAARVERSLAG TECHNISCHE COMMISSIE BODEM 2010 Dit jaarverslag is vastgesteld tijdens de TCB-vergadering van 6 april
Mesdag Zuivelfonds NLTO
Onderwerpen Mesdagfonds Actuele thema s die keuze vragen Onderzoek uitspoeling stikstof (WUR) Onderzoek vastlegging CO2 (AEQUATOR) Conclusie en aanbevelingen Mesdag Zuivelfonds NLTO Ontstaan: fonds kwaliteit
Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018
Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018 1. Inleiding In het beheergebied van waterschap Zuiderzeeland liggen 18 KRW-waterlichamen (zie figuur 1 op volgende pagina). Deze waterlichamen worden zowel
Op naar een specifiek meetnet voor bestrijdingsmiddelen
Op naar een specifiek meetnet voor bestrijdingsmiddelen Dennis Kalf Ministerie Infrastructuur en Milieu; RWS Waterdienst 22 mei 2012 Inhoud Aanleiding/overwegingen NAP/nieuwe nota duurzame gewasbescherming(bm)
Bodemsanering. 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd. De bodem en het (grond)water zijn schoon MILIEU MARKT. Staat van Utrecht 2014
MENS Staat van Utrecht 204 Bodemsanering Hoeveel humane spoedlocaties zijn nog niet volledig gesaneerd? 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd Kaart (Humane spoedlocaties bodemverontreiniging
Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,
Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen, 1998-2008 Indicator 17 december 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
STONE anno 2007 en vooruitblik voor de regio
STONE anno 2007 en vooruitblik voor de regio Oscar Schoumans en Piet Groenendijk Alterra, Wageningen UR Jaap Willems MNP Indeling STONE: Nutrientenemmissies uit de landbouw Doel Concept Data input Resultaten
Advies Vervolg vrijstelling bovengronds aanwenden drijfmest TCB A102(2015)
Advies Vervolg vrijstelling bovengronds aanwenden drijfmest TCB A102(2015) De TCB is een onafhankelijke adviescommissie die in 1987 bij wet is ingesteld. De TCB adviseert hoofdzakelijk de ministers van
Masterplan Mineralenmanagement Bodemdag Vredepeel, 17/08/2012. Peter Stevens,
Masterplan Mineralenmanagement Bodemdag Vredepeel, 17/08/2012 Peter Stevens, 1 Aanleiding MMM Directe aanleiding voor de totstandkoming van het Masterplan MineralenManagement (MMM) is de voedselzekerheid