Auto theorie - Rijschool Alex

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Auto theorie - Rijschool Alex"

Transcriptie

1 Auto theorie - Rijschool Alex Rijschool Alex 1.

2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Weggebruikers... 3 Hoofdstuk 2: Verkeersregels en snelheid... 8 Hoofdstuk 3: Verkeersborden Hoofdstuk 4: Plaats op de weg Hoofdstuk 5: Afslaan, inhalen en bijzondere manoeuvres Hoofdstuk 6: Voorrang en voor laten gaan Hoofdstuk 7: Rotondes en andere bijzondere weggedeelten Hoofdstuk 8: Auto(snel)wegen Hoofdstuk 9: Verlichting Hoofdstuk 10: Stilstaan en parkeren Hoofdstuk 11: Bepalingen Hoofdstuk 12: Het nieuwe rijden Hoofdstuk 13: Gevaarherkenning Rijschool Alex 2.

3 Hoofdstuk 1: Weggebruikers Voetgangers Alle weggebruikers samen noemen we verkeer. Weggebruikers zijn onder te verdelen in voetgangers en bestuurders. Voetgangers zijn alle weggebruikers die te voet aan het verkeer deelnemen. Ook wanneer hierbij een klein voertuig zoals bijvoorbeeld een kinderwagen of boodschappenwagen wordt meegevoerd behoren zij tot de voetgangers. Daarnaast gelden de regels voor voetgangers voor: Personen die een fiets, snorfiets, bromfiets of motor aan de hand meevoeren. Skaters of rolschaatsers. Skaters mogen behalve op het voetpad of trottoir ook gebruik maken van een fietspad. Wanneer er geen voetpad of fietspad is mogen skaters op de rijbaan. Personen die gebruik maken van een gehandicaptenvoertuig wanneer zij hiermee gebruik maken van een voetpad of trottoir. Zij mogen op een voetpad of trottoir niet sneller rijden dan 6 km/uur. Voetgangers Bestuurders Bestuurders zijn alle weggebruikers behalve voetgangers. Bestuurders kunnen zijn: Bestuurders van niet-motorvoertuigen, zoals fietsen, snorfietsen, bromfietsen, trams en brommobielen. Bestuurders van motorvoertuigen, zoals personenauto's, motorfietsen en vrachtauto's. Bestuurders van voorrangsvoertuigen, zoals politievoertuigen, brandweerauto's en ambulances die optische en geluidssignalen voeren. Ook andere voertuigen met optische en geluidssignalen zijn voorrangsvoertuigen. Geleiders van rij- of trekdieren. Iemand die een paard aan de leidsel meevoert is een bestuurder, maar de man die zijn hond aan de lijn uitlaat is een voetganger. Rijschool Alex 3

4 Bestuurders Let op: Sommige voertuigen die wel een motor hebben zoals: bromfiets, gehandicaptenvoertuig en tram zijn volgens het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens geen motorvoertuigen. Er gelden aparte regels voor. Een snorfiets heeft wel een motor maar is meestal gelijkgesteld aan een fiets. Een dierenambulance mag geen optische en geluidssignalen voeren en is dus geen voorrangsvoertuig. Samenvatting Hieronder kun je een samenvatting zien van de indeling van de weggebruikers. Klik op de 'play-knop' om de videoclip te starten. Wanneer je denkt dat je de indeling van de weggebruikers goed beheerst kun je op de volgende pagina een opdracht maken om na te gaan of dit daadwerkelijk het geval is. In de oefening hieronder moet je de weggebruikers in de juiste categorieën indelen. Wanneer je met je muis op een plaatje gaat staan zie je de juiste omschrijving van het plaatje. Wanneer je alle weggebruikers naar de volgens jou juiste plaats hebt gesleept, kun je je antwoord controleren door op de 'Controle-knop' te klikken. Wanneer je hierbij nog fouten hebt gemaakt kun je daarna de opdracht nogmaals maken door op de 'Opnieuw-knop' te klikken. Andere weggebruikers: Voetgangers Als automobilist kun je er niet zomaar vanuit gaan dat alle andere weggebruikers zich aan de regels houden en goed op je anticiperen. Voetgangers hebben vaak de neiging zich niet aan de regels te houden. De voetgangers waarop je het best moet letten zijn kinderen. Let dus goed op in woonwijken en in de directe omgeving van scholen. Ouderen en gehandicapten Bij ouderen is het gedrag ook niet altijd voorspelbaar. Doordat ze niet meer zo goed kunnen waarnemen en hun reactievermogen minder wordt, nemen ze beslissingen die je niet direct verwacht. Houd rekening met hun gedrag en reageer hierop. Blinden kun je herkennen aan hun blindenstok. Rijschool Alex 4

5 Blinde persoon die te herkennen is aan de blindenstok Andere weggebruikers: Fietsers, bromfietsers en snorfietsers Fietsers gedragen zich evenals voetgangers vaak onvoorspelbaar in het verkeer. Zo hebben zij de neiging bij een rood verkeerslicht één keer om zich heen te kijken en vervolgens aan te fietsen. Zij zijn dan ook relatief vaak betrokken bij ongevallen. Jonge brom- en snorfietsers vertonen dezelfde kenmerken als fietsers. Zij voelen zich vrij en hebben het idee dat hen niets kan overkomen. Houd hier rekening mee en laat je niet door hen verrassen. Houd bij het inhalen voldoende tussenruimte. Houd goed rekening met kinderen, zeker als ze zich in een groep bevinden Rijschool Alex 5

6 Motorrijders Bij de motorrijders is een duidelijk onderscheid te maken tussen de plezierrijders en de rijders die het idee hebben aan een wegrace mee te doen. De eerste groep rijders gedraagt zich in het verkeer zoals verwacht mag worden. De andere groep laat een duidelijk ander gedrag zien en maakt het voor anderen moeilijk hierop te anticiperen. Zij halen je rechts in en halen snelheden die (ver) boven de toegestane snelheden liggen. Houd rekening met beide groepen motorrijders en probeer gevaarlijke situaties te voorkomen door hiermee vooraf rekening te houden. Ruiters en geleiders rij-, trekdieren en vee Je dient als automobilist goed rekening te houden met ruiters en geleiders van rij-, trekdieren en vee. Zij behoren tot de bestuurders. Wanneer je een ruiter wilt passeren, zorg dan voor voldoende tussenruimte (ongeveer 1.50 meter). Je kunt vooraf niet inschatten hoe het paard zal reageren wanneer je het passeert en of je al opgemerkt bent door het paard en de ruiter. Houd voldoende tussenruimte bij het inhalen van een ruiter Weggebruikers en ongevallen In verreweg de meeste gevallen zijn de weggebruikers (mensen) de oorzaak van verkeersongevallen. In 90% van de ongevallen ligt de oorzaak bij de mens. Signalen van andere weggebruikers Wanneer andere weggebruikers knipperende alarmlichten voeren betekent dit in de meeste gevallen dat er een file of zeer langzaam rijdend verkeer is, een voertuig wordt gesleept of een voertuig stilstaat met pech. Rijschool Alex 6

7 Stilstaande politie met zwaailicht Een politieauto of -motor met zwaailicht die stilstaat op de vluchtstrook waarschuwt je voor een file, stilstaande voertuigen ten gevolge van een ongeval of een geblokkeerde rijstrook. Bij een ongeval moet je tevens rekening houden met bestuurders die plotseling remmen uit nieuwsgierigheid, om waar te kunnen nemen wat er precies is gebeurd. Bovendien kunnen er voetgangers op de rijbaan lopen die betrokken zijn bij het ongeval. Laat jezelf in elk geval niet afleiden door het ongeval. Rijschool Alex 7

8 Hoofdstuk 2: Verkeersregels en snelheid Het RVV RVV is de afkorting van "Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens". In het RVV zijn de verkeersregels opgenomen die gelden voor alle weggebruikers. Het RVV bestaat uit 92 artikelen, waarin alle verkeersregels staan. Het RVV gaat er vanuit, dat "ieder in gelijke mate aanspraak op een veilig gebruik van de weg heeft". De regels die het RVV geeft, voorzien niet in alle situaties. Er blijft een stuk eigen verantwoordelijkheid over voor de verkeersdeelnemer. Artikel 5 van de Wegenverkeerswet is een belangrijk artikel. We noemen het een kapstokartikel omdat het de gevallen afdekt waarvoor geen afdoende verkeersregels zijn. Hier geven we voorbeelden van de begrippen "in gevaar brengen of kunnen brengen" en "hinderen of kunnen hinderen" van andere weggebruikers. Je haalt vlak voor een kruispunt nog gauw even in. Er staat nergens in het RVV dat het verboden is. Op grond van artikel 5 kun je vervolgens wel een bekeuring krijgen. Je brengt namelijk het verkeer op de weg in gevaar of je zou het verkeer in gevaar kunnen brengen. Ook het hinderen van de andere weggebruikers is verboden. Artikel 5 is hierop ook van toepassing. Gevaarlijk inhalen voor een kruising Verkeersregels moeten ertoe bijdragen dat de afwikkeling van het verkeer veilig en vlot verloopt. Daarnaast is het van belang dat dit op een milieuvriendelijke manier gebeurt. Verkeerstekens Onder verkeerstekens verstaan we: Verkeersborden. Verkeerslichten. Tekens op het wegdek. Verkeerstekens moet je opvolgen. De hoofdregel van voorrang luidt: Verleen voorrang aan alle bestuurders die van rechts komen. Op de afgebeelde situatie heeft de bestuurder van links voorrang, terwijl de hoofdregel zegt dat bestuurders van rechts voorrang hebben. De voorrang wordt ter plaatse geregeld door het bord B6. Verkeersborden, verkeerslichten en tekens op het wegdek geven de weggebruiker aan wat er ter plaatse van hem of haar wordt verwacht. Rijschool Alex 8

9 Het bord B6 samen met de haaientanden op het wegdek geven aan dat de bestuurder voorrang moet verlenen aan alle bestuurders op de kruisende weg, ook aan bestuurders die van links komen. Bord B6 Conclusie: Verkeerstekens gaan boven de verkeersregels. Verkeerslichten Je rijdt hier op een voorrangsweg. Dat kun je zien aan het bord voorrangsweg (B1). Toch moet je bij rood licht stoppen en de bestuurders op de zijweg voorrang verlenen. Bord B1 Rijschool Alex 9

10 Conclusie: Verkeerslichten gaan boven verkeersborden en verkeerstekens en verkeersregels. Aanwijzingen Aanwijzing van een politieagent De politieagent geeft de aanwijzing dat de automobilist zijn voertuig moet stil laten staan bij de bushalte. Volgens de regels mag dit alleen voor het onmiddellijk laten in- of uitstappen van passagiers. De aanwijzingen die een politieagent kan geven zijn opgenomen in een bijlage bij de verkeersborden. Het zijn een aantal gebaren, die vooral gebruikt wordt om het verkeer op kruispunten te regelen. Er zijn buiten de politie nog meer personen, die belast kunnen zijn met de verkeersregeling, bijvoorbeeld verkeersregelaars bij grote manifestaties en verkeersbrigadiers. Aanwijzingen van bevoegde personen dien je altijd op te volgen. Bevoegde personen zijn: Politieambtenaren. Verkeersregelaars. Marechaussee. Douaneambtenaar. Verkeersbrigadiers. Conclusie: Aanwijzingen gaan boven verkeerslichten, verkeersborden en verkeerstekens en verkeersregels. Samenvatting verkeersregels, verkeerstekens, verkeerslichten en aanwijzingen Hier krijg je een samenvatting van de voorgaande leerstof uit dit hoofdstuk. Hierbij wordt nogmaals behandeld wanneer je de verkeersregels, verkeerstekens en -borden, verkeerslichten en aanwijzingen van bevoegde personen moet opvolgen. Geldigheid verkeersborden Verkeersborden gelden meestal voor de breedte van de gehele weg. Borden die een parkeerverbod (bord E1) of een verbod tot stilstaan (bord E2) aangeven, gelden maar voor één kant van de weg. Rijschool Alex 10

11 Bord E1 (links) en E2 (rechts) Onder verkeersborden zie je vaak zogenaamde onderborden. Het onderbord geeft aanvullende informatie over uitzonderingen of voor bestuurders van specifieke voertuigen. Onderbord Naast borden die voor de gehele breedte van de weg of voor één kant van de weg gelden kent het RVV ook borden die maar voor één rijstrook of enkele rijstroken gelden. Bord L11 Soms zijn verkeersborden aangebracht op voertuigen (denk aan wegwerkzaamheden). Ook deze verkeersborden zijn geldig en moeten derhalve opgevolgd worden. Dit geldt zowel wanneer het voertuig rijdt als wanneer het voertuig stil staat. Belangrijke tekens op het wegdek Bekijk de onderstaande tekens, die je regelmatig op het wegdek tegenkomt, en lees de betekenis. Doorgetrokken streep Bestuurders mogen niet over een doorgetrokken streep die de rijbaan in rijstroken verdeelt heen. Doorgetrokken en onderbroken streep Soms zijn er een onderbroken en een doorgetrokken streep naast elkaar aangebracht. Wanneer je aan de kant van de onderbroken streep rijdt, mag je wel over de strepen heen naar de andere rijstrook. Wanneer je aan de kant van de doorgetrokken streep rijdt mag dit niet. Rijschool Alex 11

12 Verdrijvingsvlak Een verdrijvingsvlak is een gedeelte van de rijbaan waarop schuine strepen zijn aangebracht. Het is niet toegestaan op een verdrijvingsvlak te rijden. Voetgangersoversteekplaats Wanneer op de weg een oversteekplaats voor voetgangers is aangegeven, gaan voetgangers voor als zij oversteken of te kennen geven over te willen gaan steken. Voorsorteerstrook en voorsorteervak Wanneer op het wegdek voorsorteerstroken zijn aangebracht, moeten bestuurders tijdig de juiste voorsorteerstrook kiezen. Deze verplichting geldt zowel voor bestuurders van motorvoertuigen als bromfietsers. Fietsers en snorfietsers mogen gebruik maken van voorsorteerstroken, maar zijn dit niet verplicht. Busstrook en busbaan Een busstrook is een gedeelte van de rijbaan waarop het woord 'BUS' of 'LIJNBUS' is aangebracht. Busbanen zijn afgescheiden van de rijbaan door een verhoging. Taxi's met vergunning mogen ook gebruik maken van busstroken en busbanen. Stopstreep Wanneer een stopstreep op de rijbaan is aangebracht moeten bestuurders stoppen voor de stopstreep, als ze verplicht zijn om te stoppen tenminste. Haaientanden Haaientanden zijn voorrangsdriehoeken die op het wegdek zijn aangepast. De haaientanden geven aan dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders op de kruisende weg. Bij wegwerkzaamheden staan vaak tijdelijke verkeerstekens op het wegdek. Die gaan boven andere verkeerstekens op de weg. Rijschool Alex 12

13 In de nieuwe verkeersregels komt een nieuw woord voor: 'puntstuk'. Dit is een vlak op het wegdek op de plaats waar wegen zich splitsen of bij elkaar komen. Puntstukken mogen, net als verdrijvingsvlakken, niet gebruikt worden. Daarop is één uitzondering. Als een puntstuk in een spitsstrook ligt, mogen de bestuurders die deze spitsstrook volgen, over het puntstuk heen rijden. Puntstuk Gewone verkeerslichten Bij de gewone, 3-kleurige verkeerslichten, gelden de volgende regels: Groen licht: doorrijden. Rood licht: stoppen. Geel licht: stoppen, behalve als dit redelijkerwijs niet meer mogelijk is. Na een geel licht volgt binnen enkele seconden het rode licht. Bij een groen verkeerslicht moet je er rekening mee houden dat je alleen mag doorrijden wanneer je het kruispunt in één keer kunt oversteken. Het is niet toegestaan het kruispunt te blokkeren. Let op: Indien onder het verkeerslicht een bord hangt met daarop de tekst rechtsaf voor (brom)fietsers vrij, dan mogen (brom)fietsers toch rechts afslaan als het verkeerslicht rood of geel is. Hierbij moeten ze wel kruisend en rechtdoorgaand verkeer voor laten gaan. Rijschool Alex 13

14 Geel verkeerslicht Verkeerslicht met pijlen Wanneer in een verkeerslicht een richtingspijl (rechtsaf, rechtdoor of linksaf) is aangegeven, geldt het verkeerslicht alleen voor de aangegeven richting. Wanneer je doorrijdt bij een groen verkeerslicht met een pijl hoef je in principe geen ander verkeer voor te laten gaan. Het verkeerslicht voor deze weggebruikers staat dan altijd op rood. Let wel goed op, er kunnen weggebruikers kruisen die door een rood licht rijden. Rijschool Alex 14

15 Verkeerslicht met richtingspijl Een verkeerslicht kan worden aangekondigd met een bord (J32). Vaak wordt met een onderbord aangegeven over hoeveel meter het verkeerslicht volgt. Bord J32 Verkeerslichten die buiten werking zijn hebben vaak een geel knipperend licht. Het is belangrijk het kruispunt dan voorzichtig te naderen. De voorrang wordt dan geregeld door verkeersborden of de normale voorrangsregels, waarbij alle bestuurders van rechts voorrang hebben. Verkeerslichten bij overwegen Overwegen worden aangekondigd met verkeersborden. Daarnaast zijn heel veel overwegen voorzien van overweglichten. Bij overweglichten gelden de volgende regels: Rood knipperlicht: Stop. Bij een overweg met bomen moet je blijven wachten zolang de rode knipperlichten branden, ook al zijn de bomen omhoog. Wit knipperlicht: Doorrijden. Let er hierbij op dat je de gehele overweg over moet kunnen steken. Bij een file mag je de overweg niet blokkeren. Als er geen overweglichten zijn moet je goed uitkijken. Rijschool Alex 15

16 Overweglichten Gevaarslichten en lichten bij bruggen Bij geel-knipperende gevaarslichten moet je goed opletten en je snelheid verminderen. Het licht geeft aan dat je een gevaarlijk punt nadert. Een bruglicht is een enkel rood licht. Als dit licht brandt of knippert moet je stoppen. Bruglicht Verkeerslichten die gericht zijn op fietsers Fietsverkeerslichten zijn verkeerslichten waarin een fiets is afgebeeld. Deze verkeerslichten komen vaak voor in combinatie met gewone verkeerslichten. Bij deze verkeerslichten zijn de volgende regels van toepassing: Fietsers en snorfietsers volgen altijd de fietsverkeerslichten op. Bromfietsers op een verplicht fiets/bromfietspad volgen de fietsverkeerslichten op. Bromfietsers op de rijbaan volgen de gewone verkeerslichten op. Bestuurders van motorvoertuigen volgen de gewone verkeerslichten op. Rijschool Alex 16

17 Fietsverkeerslicht Wanneer je te maken krijgt met aanwijzingen van een daartoe bevoegd persoon, moet je die altijd opvolgen. Aanwijzingen gaan boven verkeersregels en verkeerstekens. Buslicht Sommige lichten gelden uitsluitend voor bussen, lijnbussen en trams. Vaak zijn op deze punten ook gewone verkeerslichten geplaatst die gelden voor de andere weggebruikers. Buslicht Snelheid De maximum toegestane snelheid is afhankelijk van de weg waarop je rijdt en het type weggebruiker dat je bent. Hieronder zie je een overzicht van de maximumsnelheid voor verschillende typen weggebruiker op verschillende typen wegen. Rijschool Alex 17

18 Voor de bromfiets gelden verschillende maximumsnelheden. Op een fiets/bromfietspad binnen de bebouwde kom is de maximumsnelheid 30 km/uur en buiten de bebouwde kom 40 km/uur. Wanneer de bromfiets op de rijbaan moet rijden geldt een maximumsnelheid van 45 km/uur, zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Hierdoor sluit de snelheid van de bromfiets beter aan bij die van het overige verkeer. Soms wordt de snelheid ter plaatse nog met andere borden aangegeven. Bijvoorbeeld een bord dat een maximumsnelheid van 70 km/uur aangeeft buiten de bebouwde kom. Niet altijd zal het mogelijk zijn ook daadwerkelijk de maximumsnelheid aan te houden. Je moet vaak je snelheid aanpassen aan het overige verkeer of aan de omstandigheden. Wanneer het wegdek bijvoorbeeld glad is, is het verstandig je snelheid hierop aan te passen. Ook is het verstandig een lage snelheid aan te houden in een omgeving waar kinderen oversteken of spelen. Matrixborden Op de zogenaamde matrixborden op auto(snel)wegen wordt ook de maximumsnelheid aangegeven. Je mag deze niet overschrijden. Deze borden hebben dezelfde betekenis als gewone verkeersborden. Wanneer er op het matrixbord een andere maximumsnelheid staat dan op het verkeersbord dan geldt het bord met de laagste snelheid. Rijschool Alex 18

19 Matrixborden Adviessnelheid De adviessnelheid attendeert je op een situatie waarbij rijden met te hoge snelheid gevaarlijk is. Een adviessnelheid wordt aangegeven met bord A4. Het is verstandig de adviessnelheid op te volgen. Bord A4 Geef in onderstaande opdracht aan wat de maximumsnelheid voor jou als automobilist is, nadat je het bord bent gepasseerd. Je moet hierbij de snelheden naar de juiste plaats slepen. Nadat je de gehele opdracht hebt gemaakt kun je je antwoord controleren. Hoe hard mag je? Buiten de bebouwde kom gelden veel verschillende maximumsnelheden. Op autosnelwegen mag je meestal 120 km/uur, maar op sommige gedeeltes maximaal 100 km/uur. Op autowegen mag je maximaal 100 km/uur. Op overige wegen mag je meestal 80 km/uur, maar je komt steeds vaker 60 km/uur tegen. Deze onduidelijkheid is niet goed voor de verkeersveiligheid en daarom wordt hier iets aan gedaan. Het is de bedoeling dat je aan de belijning van een weg kunt zien hoe hard je er mag rijden. Hieronder zie je de belijning van 60-, 80- en 100-km wegen afgebeeld. De 60 km/uur weg Onderbroken kantstrepen. Geen asstrepen. Op deze wegen kun je fietsers, bromfietsers en landbouwverkeer op de rijbaan verwachten. Rijschool Alex 19

20 De 80 km/uur weg Onderbroken kantstrepen. (Meestal) doorgetrokken asstrepen. Op een dergelijke weg kom je geen fietsers of bromfietsers op de rijbaan tegen, maar soms wel landbouwverkeer. In dat geval zijn de asstrepen onderbroken. De 100 km/uur weg Doorgetrokken kantstrepen. Doorgetrokken asstrepen. Groene vulling tussen asstrepen. Op een dergelijke weg zul je geen fietsers, bromfietsers of landbouwverkeer op de rijbaan tegenkomen. Welke snelheid op welke weg? In onderstaande oefening zie je de nieuwe aanduiding van wegen die sinds enige tijd wordt gebruikt. Geef aan wat de maximumsnelheid is voor jou als automobilist op de verschillende wegen. Wanneer je de gehele oefening hebt gemaakt kun je je antwoord controleren. Afstand houden Hoe hard rijd je eigenlijk? Hoeveel meters per seconde leg je af? Moet je dat weten? Ja zeker. Bijvoorbeeld om te weten hoeveel afstand je moet houden. Daarvoor hanteren we de 2- secondenregel. Hoeveel meter rijd je in twee seconden als je 90 km/uur rijdt? Of: hoeveel meters leg je af in de schrikseconde als je plotseling remmen moet, de zogenaamde reactietijd. In 2 seconden leg je bij verschillende snelheden de volgende afstanden af: Stopafstand Snelheid Afstand in 2 seconden 20 km/uur 12 meter 40 km/uur 24 meter 60 km/uur 36 meter 80 km/uur 48 meter 100 km/uur 60 meter 120 km/uur 72 meter Op het CBR-examen kun je vragen krijgen waarbij je kilometers per uur moet omrekenen naar meters per seconde. Zo moet je weten hoeveel meter afstand je minimaal moet houden Rijschool Alex 20

21 tot je voorligger bij een bepaalde snelheid. Of hoeveel meter je aflegt in één seconde reactietijd. Voorbeeld: 100 kilometer per uur is 100 x meter = meter. In een uur zitten seconden. In één seconde rijd je dus : = 27,8 m. Dat is wel een beetje rekenwerk. Het CBR rekent met een ezelsbruggetje, waarbij je de snelheid moet delen door 10 en vervolgens moet vermenigvuldigen met 3. In één seconde leg je bij een snelheid van 100 km/uur dus ((100 : 10) x 3) = 30 meter af. De regel zegt: Iedere bestuurder moet zijn snelheid zodanig regelen dat hij zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze weg vrij is. De stopafstand hangt van verschillende zaken af: 1. De snelheid waarmee je rijdt. 2. De mate waarin het voertuig remt (remvertraging). 3. De reactietijd. De factoren 1+2 bepalen de remafstand. Voor het remvermogen van het voertuig geldt een wettelijk minimum. Maar de ene auto remt beter dan de andere. De remweg hang ook van andere factoren af waar je rekening mee moet houden zoals: belading, wegdek, gladheid enz.. Factor 3 de reactietijd verschilt ook van persoon tot persoon. Een uitgeruste jongeman zal sneller reageren dan een vermoeide oudere man of vrouw. Mensen die alcohol, medicijnen of drugs hebben gebruikt reageren trager. Voor de reactietijd van de doorsnee mens rekenen we wel eens één seconde. Hierboven heb je gelezen dat bij 100 kilometer per uur in één seconde bijna 30 meter aflegt. Is je reactietijd een halve seconde dan leg je altijd nog 15 meter af voordat je begint met remmen. We noemen dit de reactieafstand. Reactieafstand + Remafstand = Stopafstand. De vuistregel die gehanteerd wordt om de remafstand te bepalen is: de snelheid delen door 10 en vervolgens de uitkomst in het kwadraat te nemen en vervolgens te delen door 2. Bij een snelheid van 120 km/uur is de remafstand dus: 120 : 10 = 12. Dit moet vervolgens nog in het kwadraat genomen worden, dus: 12 x 12 = 144 meter en als laatste stap gedeeld worden door 2, dus 144 : 2 = 72 meter. Kijk in de tabel hieronder hoe het zit bij verschillende snelheden. Hierbij is steeds een reactietijd van één seconde aangehouden. Snelheid Reactieafstand Remafstand Stopafstand 10 km/uur 3 meter 0,5 meter 3,5 meter 20 km/uur 6 meter 2 meter 8 meter 30 km/uur 9 meter 4,5 meter 13,5 meter 40 km/uur 12 meter 8 meter 20 meter 50 km/uur 15 meter 12,5 meter 27,5 meter 60 km/uur 18 meter 18 meter 36 meter 70 km/uur 21 meter 24,5 meter 45,5 meter Rijschool Alex 21

22 80 km/uur 24 meter 32 meter 56 meter 90 km/uur 27 meter 40,5 meter 67,5 meter 100 km/uur 30 meter 50 meter 80 meter 110 km/uur 33 meter 60,5 meter 93,5 meter 120 km/uur 36 meter 72 meter 108 meter Bij het afstand houden is het verder nog belangrijk dat je altijd zorgt voor zoveel tussenruimte tot je voorligger, dat een inhalend voertuig makkelijk kan tussenvoegen. Rijschool Alex 22

23 Hoofdstuk 3: Verkeersborden Verkeersborden en verkeerstekens Hieronder zie je 11 rubrieken algemene verkeersborden (A t/m L). Daar horen ook borden bij die: bepaalde bestemmingen aangeven, informatie verschaffen over de situatie ter plaatse of verkeersregels aangeven die ter plaatse gelden. Naast algemene borden zijn er ook nog de rubrieken bebakening (X) en onderborden (Z). Alle borden vind je in onderstaande rubrieken. Naast de borden heb je ook nog de aanwijzingen van politieagenten en andere verkeersregelaars. Dit worden de aanwijzingen genoemd. Op de volgende pagina's vind je een overzicht van de verschillende borden en aanwijzingen. A Snelheid B Voorrang C Geslotenverklaring D Rijrichting E Parkeren en stilstaan F Overige geboden en verboden G Verkeersregels H Kommen J Waarschuwing K Bewegwijzering L Informatie X Bebakening Z Onderborden Aanwijzingen A Snelheid A1: Maximumsnelheid. Het getal 50 dient als voorbeeld. De aangeduide maximum snelheden kunnen ook: 30, 60, 70, 80, 90, 100, 110 of 120 kilometer per uur zijn. A2: Einde maximumsnelheid. Rijschool Alex 23

24 A3: Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord. Dit bord is een elektronisch signaleringsbord en geeft een maximumsnelheid aan. A4: Adviessnelheid. A5: Einde adviessnelheid. B Voorrang B1: Voorrangsweg. B2: Einde voorrangsweg. B3: Voorrangskruispunt. Rijschool Alex 24

25 B4: Voorrangskruispunt zijweg links. B5: Voorrangskruispunt zijweg rechts. B6: Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg. Deze borden gebieden voorrang te verlenen aan alle bestuurders op de kruisende weg. B7: Stop: Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg. Deze borden gebieden voorrang te verlenen aan alle bestuurders op de kruisende weg. C Geslotenverklaring C1: Gesloten in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee. C2: Eenrichtingsweg, in deze richting gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee. Rijschool Alex 25

26 C3: Eenrichtingsweg. C4: Eenrichtingsweg. C5: Inrijden toegestaan. C6: Gesloten voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen. C7: Gesloten voor vrachtauto's. C8: Gesloten voor motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/uur. C9: Gesloten voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen Rijschool Alex 26

27 rijden dan 25 km/uur en brommobielen, alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen. C10: Gesloten voor motorvoertuigen met aanhangwagen. C11: Gesloten voor motorfietsen. C12: Gesloten voor alle motorvoertuigen. C13: Gesloten voor bromfietsen, snorfietsen en voor gehandicaptenvoertuigen met in werking zijnde motor. C14: Gesloten voor fietsen en voor gehandicaptenvoertuigen zonder motor. C15: Gesloten voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen. Rijschool Alex 27

28 C16: Gesloten voor voetgangers. C17: Gesloten voor voertuigen en samenstellen van voertuigen die, met inbegrip van de lading, langer zijn dan op het bord is aangegeven. C18: Gesloten voor voertuigen die met inbegrip van de lading, breder zijn dan op dit bord aangegeven. C19: Gesloten voor voertuigen die, met inbegrip van de lading, hoger zijn dan op dit bord is aangegeven. C20: Gesloten voor voertuigen waarvan de aslast hoger is dan op het bord is aangegeven. C21: Gesloten voor voertuigen en samenstellen van voertuigen, waarvan de totaalmassa hoger is dan op het bord is aangegeven. Rijschool Alex 28

29 C22: Gesloten voor voertuigen met bepaalde gevaarlijke stoffen. D Rijrichting D1: Rotonde: verplichte rijrichting. D2: Gebod voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft. D3: Bord mag aan beide zijden worden voorbijgegaan. D4: Gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord is aangegeven. D5: Gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord is aangegeven. Rijschool Alex 29

30 D6: Gebod tot het volgen van één van de rijrichtingen die op het bord zijn aangegeven. D7: Gebod tot het volgen van één van de rijrichtingen die op het bord zijn aangegeven. E Parkeren en stilstaan E1: Parkeerverbod. E2: Verbod stil te staan. E3: Verbod fietsen en bromfietsen te plaatsen. E4: Parkeergelegenheid. Rijschool Alex 30

31 E5: Taxistandplaats. E6: Gehandicaptenparkeerplaats. E7: Gelegenheid bestemd voor het onmiddellijk laden en lossen van goederen. E8: Parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuigcategorie of groep voertuigen die op het bord is aangegeven. E9: Parkeergelegenheid alleen bestemd voor vergunninghouders. Rijschool Alex 31

32 E10: Parkeerschijfzone. E11: Einde parkeerschijfzone. E12: Parkeergelegenheid ten behoeve van overstappers op het openbaar vervoer. E13: Parkeergelegenheid ten behoeve van carpoolers. F Overige geboden en verboden F1: Verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen. Rijschool Alex 32

33 F2: Einde verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen. F3: Verbod voor vrachtauto's om motorvoertuigen in te halen. F4: Einde verbod voor vrachtauto's om motorvoertuigen in te halen. F5: Verbod voor bestuurders door te gaan bij nadering van verkeer uit tegengestelde richting. F6: Bestuurders uit tegengestelde richting moeten verkeer dat van deze richting nadert voor laten gaan. F7: Keerverbod. Rijschool Alex 33

34 F8: Einde van alle door verkeersborden aangegeven verboden. F9: Einde van alle op een elektronisch signaleringsbord aangegeven verboden. F10: Stop. In het bord kan worden aangegeven door wie of waarom het bord wordt toegepast. G Verkeersregels G1: Autosnelweg. G2: Einde autosnelweg. G3: Autoweg. Rijschool Alex 34

35 G4: Einde autoweg. G5: Erf. G6: Einde erf. G7: Voetpad. G8: Einde voetpad. G9: Ruiterpad. G10: Einde ruiterpad. Rijschool Alex 35

36 G11: Verplicht fietspad. G12: Einde verplicht fietspad. G12A: Fiets/bromfietspad. G12B: Einde fiets/bromfietspad. G13: Onverplicht fietspad. G14: Einde onverplicht fietspad. H Bebouwde kom H1: Bebouwde kom. H2: Einde bebouwde kom. Rijschool Alex 36

37 J Waarschuwing J1: Slecht wegdek. J2: Bocht naar rechts. J3: Bocht naar links. J4: S-bocht(en), eerst naar rechts. J5: S-bocht(en), eerst naar links. J6: Steile helling. J7: Gevaarlijke daling. Rijschool Alex 37

38 J8: Gevaarlijk kruispunt. J9: Rotonde. J10: Overweg met overwegbomen. J11: Overweg zonder overwegbomen. J12: Overweg met enkel spoor. J13: Overweg met twee of meer sporen. J14: Tram(kruising). Rijschool Alex 38

39 J15: Beweegbare brug. J16: Werk in uitvoering. J17: Rijbaanversmalling. J18: Rijbaanversmalling rechts. J19: Rijbaanversmalling links. J20: Slipgevaar. J21: Kinderen. Rijschool Alex 39

40 J22: Voetgangersoversteekplaats. J23: Voetgangers. J24: Fietsers en bromfietsers. J25: Losliggende stenen. J26: Kade of rivieroever. J27: Groot wild. J28: Vee. Rijschool Alex 40

41 J29: Tegenliggers. J30: Laagvliegende vliegtuigen. J31: Zijwind. J32: Verkeerslichten. J33: File. J34: Ongeval. J35: Slecht zicht door sneeuw, regen of mist. Rijschool Alex 41

42 J36: IJzel of sneeuw. J37: Gevaar (de aard van het gevaar is aangegeven op het onderbord). K Bewegwijzering K1: Lage beslissingswegwijzer langs autosnelweg voor doorgaande richting, met interlokale doelen en routenummer autosnelweg. K2: Voorwegwijzer langs autosnelweg voor de afgaande richting, met afstandsaanduiding, interlokale doelen (bovenste doel = afritnaam) verwijzing naar vliegveld/luchthaven en routenummer niet-autosnelweg. K3: Beslissingswegwijzer langs autosnelweg voor de afgaande richting, naar een verzorgingsplaats, met de naam van de parkeerplaats en symbolen die de aard van de voorzieningen aangeven. K4: Hoge beslissingswegwijzer langs autosnelweg met rijstrookpaneel voor de doorgaande richting en aftakkingspaneel voor de afgaande richting, met interlokale doelen, routenummers autosnelwegen en Europese hoofdroutes. Rijschool Alex 42

43 K5: Voorwegwijzer langs niet-autosnelweg, met interlokale doelen, routenummers, viaductsymbool en aanduiding industrieterrein. K6: Beslissingswegwijzer langs niet-autosnelweg met interlokale doelen en routenummer niet-autosnelweg. K7: Wegwijzer voor fietsers en bromfietsers (handwijzer), met lokaal doel, interlokaal doel, stedelijk fietsroutenummer (boven), en met interlokale doelen en interlokaal fietsroutenummer (onder). K8: Wegwijzer voor fietsers en bromfietsers (stapelbord), met interlokale doelen en een via een alternatieve route te bereiken doel (cursief). K9: Omleiding. Maatregel op voorwegwijzer langs niet-autosnelweg. K10: Voorwegwijzer binnen de bebouwde kom met interlokaal doel, lokaal doel, een dagrecreatieterrein, objecten en stadsroutenummers. Rijschool Alex 43

44 K11: Voorsorteren op niet-autosnelweg. Bord met interlokale doelen, routenummers en verwijzing naar autosnelweg. K12: Wijkwegwijzer binnen de bebouwde kom, met wijknamen (in verkeersgebieden). K13: Wijkwegwijzer binnen de bebouwde kom, met wijknummers (in verkeersgebieden). K14: Route voor het vervoer van bepaalde gevaarlijke stoffen. L Informatie L1: Hoogte onderdoorgang. L2: Voetgangersoversteekplaats. Rijschool Alex 44

45 L3: Bushalte / tramhalte. L4: Voorsorteren. L5: Einde rijstrook. L6: Splitsing. L7: Aantal doorgaande rijstroken. L8: Doodlopende weg. Rijschool Alex 45

46 L9: Vooraanduiding doodlopende weg. L10: Vooraanduiding verkeersmaatregel voor de aangegeven richting. L11: Verkeersbord geldt alleen voor de aangegeven rijstrook / rijstroken. L12: Verkeersbord geldt alleen voor de aangegeven rijstrook. L13: Verkeerstunnel. L14: Vluchthaven. Rijschool Alex 46

47 L15: Vluchthaven voorzien van een noodtelefoon en blusapparaat. L16: Noodtelefoon. L17: Brandblusapparaat. L18: Noodtelefoon en brandblusapparaat. L19: Dichtstbijzijnde uitgang in de op het bord aangegeven richting plus de afstand daartoe. X Bebakening X1: Een bochtschild waarschuwt je voor een naderende bocht. Vooral in het donker zijn bochtschilden goed zichtbaar. Je ziet ze van ver door de reflectie van je eigen verlichting. X2: Deze hekken waarschuwen je voor een T-splitsing: je kunt niet verder rechtdoor rijden; je kunt alleen linksof rechtsaf; minder je snelheid. Rijschool Alex 47

48 X3: Waarschuwing aan het begin van een invoegstrook van een weg (meestal een autoweg of autosnelweg). X4: Dit bord kondigt aan dat de vluchtstrook van een autoweg of autosnelweg ophoudt of erg versmalt. X5: Oversteken van voetgangers kan geregeld worden door verkeersbrigadiers. Je moet een aanwijzing van verkeersbrigadiers altijd opvolgen. X6: Een overweg of brug kan worden aangekondigd met bovenstaande bebakening. Elke streep betekent een afstand van 80 meter. Z Onderborden Afbuigende voorrang 1. Rijschool Alex 48

49 Afbuigende voorrang 2. Afbuigende voorrang 3. Alleen voor motorvoertuigen. Alleen voor motorvoertuigen met aanhangwagen. Alleen voor bussen. Alleen voor vrachtauto's Alleen voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen. Alleen voor motorfietsen. Inhalen toegestaan. Niet voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen. Rijschool Alex 49

50 Niet voor fietsen en gehandicaptenvoertuigen zonder motor. Niet voor bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen met in werking zijnde motor. Niet voor motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/uur. Niet voor bussen. Niet voor bestemmingsverkeer. Ga terug. Aanduiding in welke richting het erboven geplaatste bord van kracht is. Aanduiding in welke richting het erboven geplaatste bord van kracht is. Aanduiding voor rijrichting (twee richtingen). Aanduiding voor kruisend verkeer. Let op drempels. Let op spoorvorming. Rijschool Alex 50

51 Rechtsaf voor (brom)fietsers vrij. Hier beginnen met ritsen. Tijdsaanduiding. Aanwijzingen Algemeen stopteken. Stopteken voor het verkeer dat de verkeersregelaar van voren nadert. Stopteken voor het verkeer dat de verkeersregelaar van achteren nadert. Rijschool Alex 51

52 Stopteken zowel voor het verkeer dat de verkeersregelaar van voren als voor het verkeer dat hem van achteren nadert. Stopteken voor het verkeer dat de verkeersregelaar van rechts nadert. Stopteken voor het verkeer in de vrije richtingen. Opletten voor het verkeer in de stopgezette richtingen. Kruispunt vrijmaken. Teken tot snelheid verminderen. Stopteken door verkeersbrigadier met toepassing van bord. In deze opdracht moet je aantal verkeersborden in de juiste categorie indelen. Behoort een bord tot de gebodsborden, de verbodsborden of is het een ander bord. Rijschool Alex 52

53 Sleep de verkeersborden naar de volgens jou juiste plaats en controleer aan het eind je antwoorden. Rijschool Alex 53

54 Hoofdstuk 4: Plaats op de weg Hoofdregel plaats op de weg De hoofdregel voor de plaats op de weg luidt: "Houd zoveel mogelijk rechts", uiteraard wel op een veilige afstand van het trottoir of de berm. In de praktijk betekent dit dat er voor de verschillende bestuurders een andere plaats op de weg geldt als zij rechts houden. De fietser rijdt op de fietsstrook, de automobilist op de rijstrook en de voetganger loopt op het voetpad. Zwakkere weggebruikers Voor voetgangers en bestuurders zijn specifieke weggedeelten aangewezen. Je dient vooral rekening te houden met de zogenaamde "zwakke weggebruikers". Voetgangers en fietsers worden tot de zwakke weggebruikers gerekend, omdat zij veel kwetsbaarder zijn dan anderen. Speciale aandacht moet je hebben voor kinderen en mensen die lichamelijk en of zintuiglijk gehandicapt zijn. Kinderen vertonen vaak speels en onvoorspelbaar gedrag, zeker als zij samen met andere kinderen aan het verkeer deelnemen. Verschillende weggedeelten Voetgangers bevinden zich op het voetpad of trottoir als dat aanwezig is. Zo niet dan mogen zij een andere plaats op de weg kiezen, als er geen geslotenverklaring voor voetgangers geldt. Fietsers, snorfietsers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig maken gebruik van het verplichte fietspad, het fiets/bromfietspad, van de fietsstroken of van de rijbaan, waarbij zij zoveel mogelijk rechts houden. Bromfietsers rijden op de rijbaan, of als dit aanwezig is op het fiets/bromfietspad. Wegen Onder 'wegen' verstaat de Wegenverkeerswet: 'alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten'. Binnen de bebouwde kom loopt de weg van voortuin tot voortuin of van gevel tot gevel. De rijbaan maakt deel uit van de weg, maar ook de berm behoort ertoe! De rijbaan kan al dan niet verdeeld zijn in rijstroken. Rijschool Alex 54

55 Rijbaan Onder rijbaan verstaan we elk voor rijdende voertuigen bestemd weggedeelte met uitzondering van de fietspaden en de fiets/bromfietspaden. Men hanteert ook het begrip doorgaande rijbaan. Dit is de rijbaan zonder invoegstroken en uitrijstroken. De vluchtstrook mag alleen in geval van pech of in geval van nood gebruikt worden. Tegenwoordig wordt op filegevoelige trajecten de vluchtstrook gedurende bepaalde tijden opengesteld als spitsstrook. Dit wordt ter plaatse aangegeven door borden. Zichtbaarheid weg Om het wegverloop ook 's avonds goed zichtbaar te maken zijn reflectorpaaltjes aangebracht. Rode reflectorpaaltjes aan de rechterkant en witte aan de linkerkant van de weg. Rijschool Alex 55

56 Wegverkanting In bochten kunnen als gevolg van de middelpuntvliedende kracht gevaarlijke situaties ontstaan. Om dit tegen te gaan past wordt wegverkanting toegepast. Dat wil zeggen dat de binnenkant van de bocht lager of hoger ligt dan de buitenkant. Wanneer de buitenkant hoger ligt dan de binnenkant spreken we van positieve wegverkanting. Dit komt het vaakst voor. Soms ligt de buitenkant lager dan de binnenkant. We spreken dan van negatieve wegverkanting. Met name motorrijders moeten hier op hun hoede zijn niet uit de bocht te vliegen. In bochten zijn vaak bochtschilden aangebracht om je erop te wijzen dat je je snelheid dient aan te passen. Fietsers en bromfietsers Bromfietsers mogen niet op het verplichte fietspad rijden. Als er geen fiets/bromfietspad is moeten zij op de rijbaan rijden. Rijschool Alex 56

57 Verplicht fietspad; bromfietsers mogen er geen gebruik van maken Inhalen van fietsers/bromfietsers Ten opzichte van de automobilist is de bromfiets kwetsbaar. Geef bromfietsers voldoende ruimte bij inhalen. Haal niet in bij weinig ruimte. Inhalen van bromfietser met te weinig tussenruimte Bij het inhalen van fietsers en zeker bij het inhalen van fietsende kinderen moet je voldoende tussenruimte (minstens één meter) aanhouden. Vooral kinderen zijn onvoorspelbaar in hun gedrag. Fietsers zijn gevoelig voor zijwind en ze hebben de neiging om obstakels in het wegdek te ontwijken. Fietsers mogen met tweeën naast elkaar fietsen. Snorfietsers en bromfietsers mogen dit niet! Rijschool Alex 57

58 Voldoende tussenruimte Fietspaden en fietsstroken Fietsers en snorfietsers moeten op het verplichte fietspad of op het fiets/bromfietspad. Fietsers, snorfietsers en de bestuurders van een gehandicaptenvoertuig mogen op de fietsstrook met doorgetrokken of onderbroken streep rijden. Zij mogen bij het inhalen over de doorgetrokken of onderbroken streep heen. Inhalen door bromfietser Bestuurders van motorvoertuigen en bromfietsers mogen niet op een fietsstrook met een doorgetrokken streep rijden, noch er op stilstaan of parkeren. Zij mogen hierop ook niet voorsorteren bij het naar rechts afslaan. Op een fietsstrook met onderbroken streep mag je voorsorteren als dit de doorstroming van het verkeer bevordert. Hierbij mag je geen fietsers, snorfietsers of bestuurders van een gehandicaptenvoertuig hinderen. Daarnaast mag je gebruik maken van de fietsstrook met onderbroken streep om uit te wijken. Hierbij mag je geen fietsers, snorfietsers of bestuurders van een gehandicaptenvoertuig hinderen. Het is niet toegestaan op een fietsstrook met onderbroken streep stil te staan of te parkeren. Naast fietsstroken zijn er ook nog zogenaamde suggestiestroken. Dit zijn dezelfde stroken als fietsstroken alleen ontbreekt de afbeelding van de fiets. Van deze suggestiestroken mogen automobilisten gewoon gebruik maken. Voetgangers lopen op het trottoir of op het voetpad. Als dit ontbreekt lopen zij op een verplicht of onverplicht fietspad. Is dat er ook niet, dan lopen ze naar keuze links of rechts op de weg aan de kant van de rijbaan of in de berm. Plaats op de weg Geef in onderstaande afbeeldingen aan waar je mag rijden. Klik op een plaats op de weg waar je mag rijden. Je krijgt dan direct te zien of je een goede plaats op de weg hebt gekozen. Rijschool Alex 58

59 Eenrichtingswegen Een eenrichtingsweg mag je maar van een kant inrijden. Eénrichtingsweg De borden C3 en C4 geven een eenrichtingsweg aan. Vanaf de andere kant geldt een zogenaamde geslotenverklaring. Bord C2 geeft aan dat inrijden verboden is. Vaak heeft het bord eenrichtingsweg een onderbord dat aangeeft dat er een uitzondering geldt voor bijvoorbeeld fietsers en bromfietsers. Bord C2 Bord C3 Bord C4 Als je op een eenrichtingsweg rijdt en je wilt links afslaan, dan moet je aan de linkerzijde van de weg voorsorteren. Op een eenrichtingsweg mag je, als tenminste niet anders bepaald is ter plaatse, zowel links als rechts parkeren. De borden C3 en C4 betekenen eenrichtingsweg. Verwar bord D4 nooit met bord C3. Bord D4 geeft een verplichte rijrichting aan. Bord D4 Het is verboden om op een eenrichtingsweg achteruit te rijden of te keren. Samenvatting Je krijgt nu een samenvatting te zien van het eerste gedeelte van dit hoofdstuk. Rijschool Alex 59

60 Tegemoetkomend verkeer Wanneer je op een smalle weg te maken krijgt met een tegenligger, moeten zowel jij als de andere bestuurder uitwijken. Hierbij mag je elkaar niet hinderen. Wanneer de tegemoetkomende bestuurder geen uitwijkmogelijkheid heeft kun je het best extra ruim uitwijken. Let er wel op dat wanneer je hierbij gebruik maakt van de berm, de berm hiervoor ook geschikt is. Wanneer de tegenligger een vrachtauto is en je niet gewoon naast elkaar kunt passeren, kun jij het best uitwijken. Dit omdat het gewicht van de vrachtauto veel groter is en dit problemen op kan leveren wanneer deze moet uitwijken in de berm. Wanneer je in de berm rijdt moet je niet stoppen of remmen. Doordat in de berm grip ontbreekt, is de kans op slippen of scheeftrekken groot wanneer je remt. Je kunt dan het best het gas loslaten en de koppeling intrappen. Zeker op smalle wegen buiten de bebouwde kom heeft iedereen de neiging uiterst rechts te gaan rijden. Let hierbij wel goed op. Wanneer de berm lager ligt (en dat komt regelmatig voor) bestaat het gevaar dat je de macht over het stuur verliest wanneer je met je rechterwielen in de berm komt. Wanneer langs zo'n smalle enkelbaans weg bomen dicht langs de rijbaan staan moet je rekening houden met de volgende zaken: Door de bomen is het uitzicht op zijwegen slecht. Door de bomen zijn bochten onoverzichtelijk. Door de bomen ontbreken uitwijkmogelijkheden. Bestuurders vanuit zijwegen kunnen jou slecht zien. Gescheiden rijbanen Wanneer een weg door een middenberm, een bomenrij of iets dergelijks in twee rijbanen is verdeeld, wordt in de meeste gevallen door borden aangegeven welke rijbaan je moet volgen. Wanneer er geen borden staan moet je de rechterrijbaan volgen. Je rijdt op de verkeerde rijbaan!!! Het bord geeft aan dat je de rechterrijbaan moet volgen Rijschool Alex 60

61 Bij een weg die bestaat uit drie of nog meer rijstroken is het verstandig wanneer langzame weggebruikers (fietsers, snorfietsers en motorvoertuigen die niet sneller mogen dan 25 km/uur) de meest rechtse rijstrook volgen. Wanneer je een weg met gescheiden rijbanen wilt oversteken mag je je tussen de kruisende kruisende verkeersstromen opstellen wanneer hiervoor voldoende vrije ruimte is. Opstellen tussen de rijbanen in bij het oversteken Rijden in een landelijke omgeving Wanneer het weer beter wordt trekken fietsers er weer massaal op uit. Bij voorkeur maken zij gebruik van landelijke omgevingen. Let er op dat je rekening houdt met deze fietsers. Andere gevaren waarmee je te maken krijgt wanneer je rijdt in een landelijke omgeving zijn onder andere: Veel landbouwverkeer. Ben je ervan bewust dat het regelmatig voorkomt dat landbouwverkeer slecht of niet werkende verlichting voert. Ruiters op de rijbaan. Veel paarden zijn gewend aan verkeer. Ben je er van bewust dat het paard je wellicht niet heeft opgemerkt en schrikt. Rijbanen die vervuild zijn. Zeker wanneer vervuilde rijbanen nat worden kunnen ze gevaarlijke situaties veroorzaken. Rijden op dijkwegen In waterrijke gebieden heb je veelvuldig te maken met zogenaamde dijkwegen. Kenmerken van dijkwegen zijn: Rijbanen zijn vaak smal. Bermen lopen schuin naar beneden. In- en uitritten lopen omhoog. Weggebruikers hierop hebben vaak slecht zicht op de dijkweg. Zijwegen lopen omhoog. Weggebruikers hierop hebben vaak slecht zicht op de dijkweg. Bochtige wegen. Onoverzichtelijke wegen. Rijschool Alex 61

62 Op dijkwegen is het vaak moeilijk of zelfs onmogelijk andere voertuigen in te halen. Ook ontbreken vaak uitwijkmogelijkheden op dijkwegen of zijn deze slechts beperkt aanwezig. Ben je ervan bewust dat de berm vaak niet geschikt is als uitwijkmogelijkheid omdat deze er niet geschikt voor is. Rijden in de bergen Wanneer je naar het buitenland gaat kun je te maken krijgen met bergen. Bij het rijden in de bergen zijn de volgende aandachtspunten van belang: Rijdt niet in te hoge versnelling. Bij te weinig toeren wordt de motortemperatuur veel hoger. Klimmend verkeer heeft voorrang op dalend verkeer. Neem de afdalingen in dezelfde versnelling als de beklimmingen. Maak hierbij gebruik van de remwerking van de motor. Houd goed rekening met het verloop van de weg en pas hierop de snelheid aan. Zeker in de afdalingen. Bij regen komen er grote hoeveelheden water van de helling af. Bij mist is het rijden in de bergen zeer gevaarlijk. Alleen stapvoets rijden is dan mogelijk. Het is echter nog beter te stoppen. Inhalen in de bergen kost tijdens beklimmingen veel tijd. Zorg ervoor dat je voldoende tijd hebt om je inhaalmanoeuvre veilig uit te voeren. Bochten Ook op rechtdoorgaande wegen kun je te maken krijgen met bochten. Om een bocht veilig te kunnen nemen is het belangrijk je snelheid hierop aan te passen. Wanneer je met een te hoge snelheid een bocht ingaat bestaat het gevaar dat je de auto in de bocht niet meer kunt houden en de macht over het stuur verliest. Wanneer bochten gevaarlijker zijn dan de meeste bochten (bord J2 en J3) of er meerdere bochten na elkaar volgen (bord J4 en J5) wordt dit aangegeven met borden. Zeker in deze bochten is het belangrijk je goed bewust te zijn van de snelheid waarmee je rijdt. Ga bij een bocht ook goed na voordat je de bocht ingaat hoe het verloop van de bocht is. Pas hierop ook de snelheid aan. Daarnaast spelen bij een bocht de wegverkanting (negatief of positief) en de staat van het wegdek een belangrijke rol. Houd bij een bocht rekening met tegemoetkomend verkeer en langzaam rijdend verkeer vlak na of in de bocht. Zeker wanneer een bocht onoverzichtelijk is moet je hier goed op anticiperen. Rijschool Alex 62

63 Hoofdstuk 5: Afslaan, inhalen en bijzondere manoeuvres Van richting veranderen Van richting veranderen betekent, dat je rechts of links afslaat of van rijstrook wisselt, bijvoorbeeld om te gaan inhalen of om voor te sorteren. Bij naar rechts afslaan geldt de regel: houd zoveel mogelijk rechts. Van rijbaan wisselen Bij elke zijdelingse verplaatsing, dus ook bij van rijstrook wisselen en voorsorteren, moet je richting aangeven. Rechts afslaan Wanneer je rechts af wilt slaan moet je zover mogelijk naar rechts voorsorteren. Bij een kantstreep of trottoir moet je zo veel mogelijk tegen de kantstreep of zover mogelijk tegen het trottoir voorsorteren. Tegen kantstreep voorsorteren Bij een fietsstrook met doorgetrokken streep moet je zover mogelijk tegen de fietsstrook aan voorsorteren. Bij een fietsstrook met onderbroken streep mag je op de fietsstrook voorsorteren als je daarmee geen (snor)fietsers of bestuurders van een gehandicaptenvoertuig hindert. Rijschool Alex 63

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving........................................................................ Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch

Nadere informatie

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving A Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord A4 Adviessnelheid A5 Einde adviessnelheid B Voorrang

Nadere informatie

Verkeersborden met omschrijving

Verkeersborden met omschrijving Verkeersborden met omschrijving............................................................. Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord

Nadere informatie

Bijlage 1 Verkeersborden

Bijlage 1 Verkeersborden Bijlage 1 Verkeersborden Hoofdstuk A. Snelheid A 1 A 2 Noot Ingeval de in deze bijlage opgenomen borden op een electronisch signaleringsbord worden weergegeven kan het zwarte symbool in wit worden uitgevoerd

Nadere informatie

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving A Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord A4 Adviessnelheid A5 Einde adviessnelheid B Voorrang

Nadere informatie

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving

Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving A Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord A4 Adviessnelheid A5 Einde adviessnelheid B Voorrang

Nadere informatie

Verkeersborden Nederland voor Onderweg

Verkeersborden Nederland voor Onderweg Verkeersborden Nederland voor Onderweg Voor iedere Nederlandse weggebruiker is het van belang de verkeersregels en de verkeersborden te kennen. Voor velen zal de betekenis -en het vereiste gedrag of handelen-

Nadere informatie

Verkeersborden: Groep A - Snelheid

Verkeersborden: Groep A - Snelheid Verkeersborden: Groep A - Snelheid A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord A4 Adviessnelheid A5 Einde adviessnelheid Verkeersborden: Groep B

Nadere informatie

Algemene regel. Soorten borden

Algemene regel. Soorten borden Algemene regel Je bent verplicht verkeerstekens die een gebod of verbod inhouden op te volgen. Verkeerstekens zijn: verkeersborden verkeerslichten verkeerstekens op het wegdek Soorten borden De verkeersborden

Nadere informatie

Verkeersborden en tekens

Verkeersborden en tekens Verkeersborden en tekens A1. Maximum snelheid B3. Voorrangskruispunt A2. Einde maximumsnelhei d B4. Voorrangskruispunt zijweg links A3. Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord B5. Voorrangskruispunt

Nadere informatie

Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) (Tekst geldend op: 15-03-2011) Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) Bijlage 1. Verkeersborden Hoofdstuk A. Snelheid Bord Omschrijving A1 Maximumsnelheid Bord Omschrijving A2 Einde

Nadere informatie

Vijf soorten verkeersborden

Vijf soorten verkeersborden Vijf soorten verkeersborden Er zijn vijf soorten borden. Als je goed naar de vorm en de kleur van een bord kijkt, weet je al met wat voor soort bord je te maken hebt. Het teken op een bord vertelt je de

Nadere informatie

Bijlage 1 Verkeersborden

Bijlage 1 Verkeersborden Bijlage 1 Verkeersborden Hoofdstuk A. Snelheid A 1 A 2 Noot Ingeval de in deze bijlage opgenomen borden op een electronisch signaleringsbord worden weergegeven kan het zwarte symbool in wit worden uitgevoerd

Nadere informatie

Brommertheorieboek Deel 4

Brommertheorieboek Deel 4 Brommertheorieboek Deel 4 Help ons We staan altijd open voor verbeteringen en aanvullingen! Mis je iets in dit boek, is iets niet duidelijk of heb je op je theorie-examen vragen gehad waarvan je de uitleg

Nadere informatie

BORCHI DI TRAFIKO NOBO ANEKSO LEI DI TRAFIKO 2000

BORCHI DI TRAFIKO NOBO ANEKSO LEI DI TRAFIKO 2000 BORCHI DI TRAFIKO NOBO ANEKSO LEI DI TRAFIKO 2000 Willemstad, juli 2000 Bijlage 1 Verkeersborden met omschrijving _ Noot Ingeval de in deze bijlage opgenomen borden op een electronisch signaleringsbord

Nadere informatie

VERKEERSBORDEN A. SNELHEID. A1 Maximumsnelheid. A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord. A2 Einde maximumsnelheid

VERKEERSBORDEN A. SNELHEID. A1 Maximumsnelheid. A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord. A2 Einde maximumsnelheid VERKEERSBORDEN VERKEERSBORDEN A. SNELHEID A1 Maximumsnelheid A2 Einde maximumsnelheid A3 Maximumsnelheid op een elektronisch signaleringsbord. De rijstrook mag worden gebruikt met inacht neming van de

Nadere informatie

Einde Autosnelweg. Woonerf

Einde Autosnelweg. Woonerf Autosnelweg min 60 - max 130 km/u Einde Autosnelweg max 80 km/u Autoweg min 50 - max 100 km/u Einde Autoweg min 50 - max 100 km/u Woonerf max 15 km/u - stapvoets Woonerf met snelheidsbeperking Einde woonerf

Nadere informatie

Verkeersborden overzicht

Verkeersborden overzicht Verkeersborden overzicht Een overzicht van de meest voorkomende Nederlandse verkeersborden, bebakeningen en bewegwijzeringen Verkeersleermiddelen EU NL Inhoudsopgave Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens

Nadere informatie

Verkeersborden. voorbeeld blad 1 tm 8

Verkeersborden. voorbeeld blad 1 tm 8 Verkeersborden overzicht Een overzicht van de meest voorkomende Nederlandse verkeersborden, bebakeningen en bewegwijzeringen Verkeersleermiddelen EU NL Inhoudsopgave Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens

Nadere informatie

Citeertitel: Regeling verkeersaanwijzingen en -borden. Vindplaats : AB 2000 no. 10 (inwtr. AB 2000 no. 11)

Citeertitel: Regeling verkeersaanwijzingen en -borden. Vindplaats : AB 2000 no. 10 (inwtr. AB 2000 no. 11) Intitulé : MINISTERIELE REGELING van 18 januari 2000 no. 1 ter uitvoering van artikel 3, tweede lid, en artikel 8, eerste lid, van het Landsbesluit verkeersregels (AB 1999 no. 39) Citeertitel: Regeling

Nadere informatie

Een STREEPJE voor... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek

Een STREEPJE voor... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek Een STREEPJE voor... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek Wat betekenen al die strepen toch? In Nederland verplaatsen zich dagelijks miljoenen personen lopend, fietsend en rijdend in het verkeer.

Nadere informatie

Vragen en antwoorden theorie verkeersregels en verkeerstekens - Deel 1

Vragen en antwoorden theorie verkeersregels en verkeerstekens - Deel 1 Theorie Verkeersregels Deel 1 Vragen en antwoorden theorie verkeersregels en verkeerstekens - Deel 1 (wordt je aangeboden door Autorij-instructie.nl) Onderstaand vind je -in totaal 30- afbeeldingen over

Nadere informatie

al. voertuigen: fietsen, bromfietsen, GEHANDICAPTENVOERTUIGen, motorvoertuigen, trams en wagens;

al. voertuigen: fietsen, bromfietsen, GEHANDICAPTENVOERTUIGen, motorvoertuigen, trams en wagens; Artikel 1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: r. GEHANDICAPTENVOERTUIG: voertuig dat is ingericht voor het vervoer van een gehandicapte, niet breder is dan 1,10 meter

Nadere informatie

Theorieboek. rijbewijs A

Theorieboek. rijbewijs A Theorieboek rijbewijs A 1. Basiskennis Wegenverkeerswetgeving Doelstelling De belangrijkste wetgeving waarin wij onze verkeersregels vinden zijn de Wegenverkeerswet 1994 en het Reglement Verkeersregels

Nadere informatie

Verkeersborden en verkeerstekens

Verkeersborden en verkeerstekens www.autototz.nl A Snelheid Verkeersborden en verkeerstekens A1 A2 A3 A4 A5 A1. Maximumsnelheid. Aangegeven snelheid kan variëren per situatie; A2. Einde maximumsnelheid.aangegeven snelheid kan variëren

Nadere informatie

EEN STREEPJE VOOR... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek. Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland. Platform en Kenniscentrum

EEN STREEPJE VOOR... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek. Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland. Platform en Kenniscentrum EEN STREEPJE VOOR... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland Platform en Kenniscentrum Wat betekenen al die strepen toch? In Gelderland verplaatsen

Nadere informatie

: Van Voordenpark 1b, 5301KP Zaltbommel

: Van Voordenpark 1b, 5301KP Zaltbommel V erkeersbeslui t Besluit, 6 april 2018 Wij verlenen een ontheffing voor vrijstelling van de Wegenverkeers en de RVV voor voertuigen van Cyclomedia: Activiteit : vrijstelling van de Wegenverkeers en de

Nadere informatie

VERKEERSBEGRIPPEN. bij Verkeersexamen 2011. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

VERKEERSBEGRIPPEN. bij Verkeersexamen 2011. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg VERKEERSBEGRIPPEN bij Verkeersexamen 2011 Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. bestuurder Je bent bestuurder: - als je fietst - als je paardrijdt of loopt met je paard aan

Nadere informatie

GEBRUIK VAN DE RIJBAAN LES 2

GEBRUIK VAN DE RIJBAAN LES 2 13 GEBRUIK VAN DE RIJBAAN LES 2 GESCHEIDEN RIJBANEN : MIDDENBERM, EEN BOMENRIJ OF EEN GROEN VOORZIENING BEHOREN OOK BIJ DE WEG. (VERBOD OM IN TE RIJDEN D.M.V. BORD MOGELIJK) FIETSSTROOK : VERBODEN RIJSTROOK

Nadere informatie

VERKEERSBEGRIPPEN. bij het Verkeersexamen 2014. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

VERKEERSBEGRIPPEN. bij het Verkeersexamen 2014. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg VERKEERSBEGRIPPEN bij het Verkeersexamen 2014 Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. bestuurder Je bent bestuurder: - als je fietst - als je paardrijdt of loopt met je paard

Nadere informatie

Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen

Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen Wet- en regelgeving 1. Wanneer ben je bestuurder van een voorrangsvoertuig? (bron: artikel 29 RVV 1990) a. als je optische én geluidssignalen voert b. als

Nadere informatie

Oefenboek. rijbewijs A

Oefenboek. rijbewijs A Oefenboek rijbewijs A examen 1 Examen 1 De antwoorden en motivaties van examen 1 vind je vanaf pagina 118. 1. Wat zijn de belangrijkste eigenschappen van motorhandschoenen? A. Dat ze warm zijn en soepel

Nadere informatie

Brommertheorieboek Deel 2

Brommertheorieboek Deel 2 Brommertheorieboek Deel 2 Help ons We staan altijd open voor verbeteringen en aanvullingen! Mis je iets in dit boek, is iets niet duidelijk of heb je op je theorie-examen vragen gehad waarvan je de uitleg

Nadere informatie

Moet je voorrang verlenen aan de fietser? Toelichting De fietser is een bestuurder en komt hier van rechts op een gelijkwaardig kruispunt.

Moet je voorrang verlenen aan de fietser? Toelichting De fietser is een bestuurder en komt hier van rechts op een gelijkwaardig kruispunt. TeraKnowledge Nationaal Kampioen Verkeersexamen De Resultaten per afzonderlijke vraag Moet je voorrang verlenen aan de fietser? en het goede antwoord is 1. Ja De fietser is een bestuurder en komt hier

Nadere informatie

Aanvulling vragen. borden inzicht diverse categorieën

Aanvulling vragen. borden inzicht diverse categorieën Aanvulling vragen borden inzicht diverse categorieën Niet alleen de betekenis van een bord maar ook wat er bedoeld wordt met dat verkeersbord is belangrijk om er goed naar te kunnen handelen. Hierna enkele

Nadere informatie

Vraag 1 U heeft ontzegging van uw rijbevoegdheid u mag dan? A Niet zelf rijden maar wel rijles nemen. B Niet zelf rijden en ook geen rijles nemen

Vraag 1 U heeft ontzegging van uw rijbevoegdheid u mag dan? A Niet zelf rijden maar wel rijles nemen. B Niet zelf rijden en ook geen rijles nemen Vraag 1 U heeft ontzegging van uw rijbevoegdheid u mag dan? A Niet zelf rijden maar wel rijles nemen B Niet zelf rijden en ook geen rijles nemen Vraag 2 Is dit een eenrichtingsweg? A B Vraag 3 U wilt zonder

Nadere informatie

Kies het goede verkeersbord

Kies het goede verkeersbord Kies het goede verkeersbord Antwoorden Aangeboden door: Oefeningen voor het schoolverkeersexamen Kies het goede verkeersbord Toelichting antwoorden In dit document treft u elf printbare pagina s aan, elk

Nadere informatie

10. 11. 12. 13. 14. 15. 18.

10. 11. 12. 13. 14. 15. 18. 1. Op de fietspad en fietsstrook mogen alleen fietsers en snorfietsers rijden. 2. Alarmnummer is 112. 3. Rijbewijs is 10 jaar geldig. 4. Alle betrokkenen bij een aanrijding moeten blijven wachten. (Plaats

Nadere informatie

Theorieboek. rijbewijs B

Theorieboek. rijbewijs B Theorieboek rijbewijs B 1 1. Begripsbepalingen hfst1 In de verkeerswetgeving zijn diverse begrippen opgenomen. Dat is gedaan om duidelijk te maken voor wie en in welke situatie de verkeersregels gelden.

Nadere informatie

Bijzondere weggedeelten

Bijzondere weggedeelten Hoofdstuk 5 ijzondere weggedeelten 5.1 Rotondes Een rotonde is eigenlijk een ronde eenrichtingsweg. Je moet altijd rechts om het middeneiland heen rijden. Op dat middeneiland staat bord rotonde (D1). Vaak

Nadere informatie

Geldt het bord voor de kinderen als ze lopen of fietsen? Hoe gedragen de kinderen zich bij het bord als ze er langs komen?

Geldt het bord voor de kinderen als ze lopen of fietsen? Hoe gedragen de kinderen zich bij het bord als ze er langs komen? Praktijk(verkeer)les: Kijken bij verkeersborden De kinderen gaan een wandeling maken langs verkeersborden in de buurt. Bij die borden gaan ze kijken of de mensen die erlangs komen, doen wat het bord zegt.

Nadere informatie

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland Ministerie van Verkeer en Waterstaat Inhoudsopgave... Wegenverkeerwet 1994 (WVW 1994) 1 Verkeersgedrag 4 1.1 Gedragsregels 4 Reglement verkeersregels en verkeerstekens

Nadere informatie

VERKEER VERKEERSDEELNEMERS WEGGEBRUIKERS

VERKEER VERKEERSDEELNEMERS WEGGEBRUIKERS 1 VERKEER VERKEERSDEELNEMERS WEGGEBRUIKERS VOETGANGERS BESTUURDERS IEDEREEN DIE LOOPT; ZONDER VOERTUIG MET BEHULP VAN EEN VOORWERP( ROLSCHAATSEN, STEP. ED) MET EEN VOERTUIG AAN DE HAND ( FIETS, BROMFIETS,

Nadere informatie

VERKEERSBORDEN. www.gratisrijbewijsonline.be

VERKEERSBORDEN. www.gratisrijbewijsonline.be VERKEERSBORDEN www.gratisrijbewijsonline.be GEVAARSBORDEN ALGEMEEN Zoals de naam van deze reeks het laat vermoeden, wijzen de gevaarsborden op een mogelijk gevaar. De gevaarsborden worden rechts geplaatst.

Nadere informatie

Kies het goede verkeersbord

Kies het goede verkeersbord Kies het goede verkeersbord Opgaven Aangeboden door: Oefeningen voor het schoolverkeersexamen Kies het goede verkeersbord Toelichting In dit document treft u elf printbare pagina s aan, elk met 6 verkeersborden

Nadere informatie

VERKEER. Handleiding. Proeflessen THEMA 1

VERKEER. Handleiding. Proeflessen THEMA 1 8 VERKEER Proeflessen Handleiding THEMA 1 Wat u vooraf moet weten In dit pakket vindt u het werkboek van thema 1 van groep 8. Het werkboek kunt u optioneel inzetten voor zelfstandig werken. Kinderen slijpen

Nadere informatie

Onder verkeersborden kunnen onderborden worden geplaatst die kunnen aangeven:

Onder verkeersborden kunnen onderborden worden geplaatst die kunnen aangeven: 3 Hoofdstuk 3 Verkeerstekens Algemene regel Je bent verplicht om verkeerstekens op te volgen. Ze kunnen een gebod of een verbod inhouden. Er zijn verschillende soorten verkeerstekens: < verkeersborden

Nadere informatie

Oefenboek. rijbewijs B

Oefenboek. rijbewijs B Oefenboek rijbewijs B Gevaarherkenning Elk examen/tentamen in dit oefenboek is ingedeeld zoals een theorie-examen bij het CBR. Een examen begint met 25 vragen over gevaarherkenning. Bij deze vragen wordt

Nadere informatie

Test theorie: Autowegen en Autosnelwegen

Test theorie: Autowegen en Autosnelwegen Test theorie: Autowegen en Autosnelwegen (wordt je aangeboden door Autorij-instructie.nl) Zie de Maximum toegestane snelheid op de Nederlandse wegen van de verschillende voertuigen Test theorie: Autosnelwegen

Nadere informatie

IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN

IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN De Fietsersbond komt op voor de belangen van fietsers in Nederland en zet zich in voor meer en betere mogelijkheden om te fietsen. Dat kan dankzij de steun

Nadere informatie

Naderingssnelheid gelijkwaardig kruispunt: Lage snelheid Tweede versnelling Naderingssnelheid gevaarlijk kruispunt: Lage snelheid Tweede versnelling

Naderingssnelheid gelijkwaardig kruispunt: Lage snelheid Tweede versnelling Naderingssnelheid gevaarlijk kruispunt: Lage snelheid Tweede versnelling 19 Voorrangregel LES 3 Soorten Kruisingen Gelijkwaardige kruising Als je een gelijkwaardig kruispunt nadert, moet je je snelheid aanpassen en zorgen dat je het overzicht bewaart. Als er van rechts een

Nadere informatie

7 Manoeuvres en bewegingen

7 Manoeuvres en bewegingen 7 Manoeuvres en bewegingen 62 7.1 Manoeuvres Als je een manoeuvre uitvoert, zoals van rijstrook of van file veranderen, de rijbaan oversteken, een parkeerplaats verlaten of oprijden, uit een aangrenzend

Nadere informatie

Aanvulling. categorie AM

Aanvulling. categorie AM Aanvulling categorie AM Fietsen met trapondersteuning (E-bike) Dat zijn fietsen die zijn voorzien van een elektrische hulpmotor met een maximaal vermogen wat continu geleverd kan worden van maximaal 0,25

Nadere informatie

Gevaarlijke bocht. Dubbele bocht of opeenvolging van meer dan twee bochten, de eerste naar links

Gevaarlijke bocht. Dubbele bocht of opeenvolging van meer dan twee bochten, de eerste naar links 1 VERKEERSBORDEN Gevaarlijke bocht. Bocht naar links Gevaarlijke bocht. Bocht naar rechts Gevaarlijke bocht. Dubbele bocht of opeenvolging van meer dan twee bochten, de eerste naar links Gevaarlijke bocht.

Nadere informatie

VERKEERSBOETES 2019: ALLE BEDRAGEN OP EEN RIJ

VERKEERSBOETES 2019: ALLE BEDRAGEN OP EEN RIJ VERKEERSBOETES 2019: ALLE BEDRAGEN OP EEN RIJ Je gaat meer betalen voor verkeersboetes in 2019 Verkeersboetes 2019 Het zal geen verrassing zijn: de 2019-tarieven voor snelheidsboetes en boetes voor andere

Nadere informatie

Verkeersbegrippen. Overzicht van verkeersbegrippen die belangrijk zijn voor kinderen. Fietspad/tweerichtingenfietspad. Bestuurder. Voetganger.

Verkeersbegrippen. Overzicht van verkeersbegrippen die belangrijk zijn voor kinderen. Fietspad/tweerichtingenfietspad. Bestuurder. Voetganger. Verkeersbegrippen Overzicht van verkeersbegrippen die belangrijk zijn voor kinderen. Bestuurder Je bent bestuurder: Als je fietst. Als je paardrijdt of loopt met je paard aan de teugel. Voetganger Je bent

Nadere informatie

Het eerste wat we gaan behandelen is afslaan naar rechts 1

Het eerste wat we gaan behandelen is afslaan naar rechts 1 Dit lesonderwerp gaat over We hebben nu diverse onderwerpen, t/m kruispunten behandeld, dit is de volgende stap. Afslaan doe je op een kruispunt en op een rotonde. Enkele belangrijke punten: Bij het neem

Nadere informatie

besluit van de gemeenteraad

besluit van de gemeenteraad besluit van de gemeenteraad voorstelnummer 63 onderwerp: Wegsleepregeling iz-nummer 480773 de raad van de gemeente gouda Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 juni

Nadere informatie

Aanvulling vragen. borden inzicht diverse categorieën

Aanvulling vragen. borden inzicht diverse categorieën Aanvulling vragen borden inzicht diverse categorieën Niet alleen de betekenis van een bord maar ook wat er bedoeld wordt met dat verkeersbord is belangrijk om er goed naar te kunnen handelen. Hierna enkele

Nadere informatie

Aanvulling. Categorie AM

Aanvulling. Categorie AM rijschoolservice Aanvulling Categorie AM In het boek Theorieboek rijbewijs AM staat bij de borden F19, F20, F21 en F22 niet de juiste tekst. De juiste tekst staat hieronder bij de borden. F19 Rijbaan of

Nadere informatie

Tip: oefen het examen op http://www.veiligverkeernederland.nl/examen beschikbaar vanaf 7 maart

Tip: oefen het examen op http://www.veiligverkeernederland.nl/examen beschikbaar vanaf 7 maart Tip: oefen het examen op http://www.veiligverkeernederland.nl/examen beschikbaar vanaf 7 maart Enkele belangrijke pas op. Borden Pas op een gevaarlijk kruispunt Pas op er kunnen tegemoet komers zijn Pas

Nadere informatie

Kruispunten met de borden

Kruispunten met de borden Auteursrechtinformatie Dit document is bedoeld voor eigen gebruik. In het algemeen geldt dat enig ander gebruik, daaronder begrepen het verveelvoudigen, verspreiden, verzenden, herpubliceren, vertonen

Nadere informatie

Gemeenteblad Nijmegen. Jaartal / nummer 2010 / 078. Naam Wegsleepverordening gemeente Nijmegen (2004) Publicatiedatum 21 juli 2010.

Gemeenteblad Nijmegen. Jaartal / nummer 2010 / 078. Naam Wegsleepverordening gemeente Nijmegen (2004) Publicatiedatum 21 juli 2010. Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2010 / 078 Naam Nijmegen (2004) Publicatiedatum 21 juli 2010 Opmerkingen - Vaststelling van de verordening bij raadsbesluit van 9 juni 2004 (raadsvoorstel nummer

Nadere informatie

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland 2 3 Inhoudsopgave... Wegenverkeerwet 1994 (WVW 1994) 1 Verkeersgedrag 6 1.1 Gedragsregels 6 Reglement verkeersregels

Nadere informatie

Welkom 23/10/2014. Open WiFi netwerk: t Godshuis

Welkom 23/10/2014. Open WiFi netwerk: t Godshuis Welkom 23/10/2014 Open WiFi netwerk: t Godshuis Filip Van Alboom Test uw kennis van de wegcode Commercieel vantwoordelijke VAB Rijschool A. Ik heb voorrang B. Ik moet voorrang verlenen De bus verlaat de

Nadere informatie

rijschoolservice Aanvulling Kennis Verkeer Zware Voertuigen

rijschoolservice Aanvulling Kennis Verkeer Zware Voertuigen rijschoolservice Aanvulling Kennis Verkeer Zware Voertuigen In het boek Kennis Verkeer Zware Voertuigen staat bij de borden F9, F0, F en F niet de juiste tekst. De juiste tekst staat hieronder bij de borden.

Nadere informatie

STILSTAAN EN PARKEREN LES 5

STILSTAAN EN PARKEREN LES 5 27 STILSTAAN EN PARKEREN LES 5 STOPPEN : STOPPEN IS IETS WAT JE NIET VRIJWILLIG DOET, MAAR OMDAT HET MOET. BIJVOORBEELD OM VOORRANG TE VERLENEN OF EEN VOETGAN- GER EEN VOETGANGERSOVERSTEEKPLAATS OVER TE

Nadere informatie

Oefenboek. rijbewijs B

Oefenboek. rijbewijs B Oefenboek rijbewijs B Gevaarherkenning Elk examen/examen in dit oefenboek is ingedeeld zoals een theorie-examen bij het CBR. Een examen begint met 25 vragen over gevaarherkenning. Bij deze vragen wordt

Nadere informatie

VERKEERSBEGRIPPEN. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg. verkeersbegrip uitleg

VERKEERSBEGRIPPEN. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg. verkeersbegrip uitleg VERKEERSBEGRIPPEN Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. bestuurder Je bent bestuurder: - als je fietst - als je paardrijdt of loopt met je paard aan de teugel. voetganger

Nadere informatie

Theorieboek rijbewijs B

Theorieboek rijbewijs B Theorieboek rijbewijs B theorieboek personenauto 1 Colofon 2019 ANWB bv, Den Haag, www.anwb.nl 2 e druk Alle rechten voorbehouden ISBN: 978-90-18-04554-8 theorieboek NUR: 462 Productie: Uitgeverij Smit

Nadere informatie

De Grote Verkeerstoets - 2014 07/08/2014. 1. Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

De Grote Verkeerstoets - 2014 07/08/2014. 1. Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken. 100082: Welk voorwerp houd je hier boven je hoofd? 1. Een rood voorwerp. 2. Een map. 3. Een voetbal. 100081: Je slaat af naar links. Gebeurt dat hier helemaal veilig? 1. Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet

Nadere informatie

De verkeersborden voor kinderen

De verkeersborden voor kinderen De verkeersborden voor kinderen Veel kinderen verplaatsen zich vanaf de leeftijd van 10 à 11 jaar alleen en onafhankelijk als voetganger en fietser. Vanaf dat moment is het dus belangrijk dat zij de verkeerstekens

Nadere informatie

De verkeersborden voor kinderen

De verkeersborden voor kinderen De verkeersborden voor kinderen Veel kinderen verplaatsen zich vanaf de leeftijd van 10 à 11 jaar alleen en onafhankelijk als voetganger en fietser. Vanaf dat moment is het dus belangrijk dat zij de verkeerstekens

Nadere informatie

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland

Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland 2 Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland 3 Inhoudsopgave... Wegenverkeerwet 1994 (WVW 1994) 1 Verkeersgedrag 6 1.1 Gedragsregels 6 Reglement verkeersregels

Nadere informatie

Snelweg invoegen, inhalen, uitvoegen.

Snelweg invoegen, inhalen, uitvoegen. Het naderen van een autosnelweg. Door goed op te letten op de verkeersborden, wordt al snel duidelijk of je een autosnelweg of een autoweg nadert. Het type weg moet je ruim van te voren herkennen om te

Nadere informatie

Het vaststellen van de openingstijden kan wel aan het college worden gedelegeerd of gemandateerd.

Het vaststellen van de openingstijden kan wel aan het college worden gedelegeerd of gemandateerd. TOELICHTING WEGSLEEPVERORDENING DORDRECHT Artikel 1 In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd. Artikel 2 De uitvoering van de wegsleepverordening is een bevoegdheid van het college. Het wegslepen

Nadere informatie

1\\ o 1 AF«2009. Provincie Zeeland J..\... Directie Economie en Mobiliteit ~ ~ Infrabeheer. Infrabeheer. W.W. van de Kreke

1\\ o 1 AF«2009. Provincie Zeeland J..\... Directie Economie en Mobiliteit ~ ~ Infrabeheer. Infrabeheer. W.W. van de Kreke Directie Economie en Mobiliteit Infrabeheer o 1 AF«2009 1\\ Provincie Zeeland bericht op brietvan; 10 maart 2009 uw kenmerk: PZDB-B-09040 ons kenmerk: 05)0 I '-t r\3 afdeling: Infrabeheer bijlage(n): behandeld

Nadere informatie

doe-fiche fietser Opstappen en wegrijden uw kind politie Bilzen - Hoeselt - Riemst nog niet kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen.

doe-fiche fietser Opstappen en wegrijden uw kind politie Bilzen - Hoeselt - Riemst nog niet kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen. Opstappen en wegrijden 7 kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen. kijkt uit hoe het veilig en zonder het verkeer te hinderen de startplaats kan bereiken. stapt met de fiets aan de hand

Nadere informatie

De afdeling Zuidplas (eerder Nieuwerkerk aan den IJssel) is op verzoek van de gemeente geïnstalleerd op 16 oktober 2007

De afdeling Zuidplas (eerder Nieuwerkerk aan den IJssel) is op verzoek van de gemeente geïnstalleerd op 16 oktober 2007 De afdeling Zuidplas (eerder Nieuwerkerk aan den IJssel) is op verzoek van de gemeente geïnstalleerd op 16 oktober 2007 Op onze website www.vvn-zuidplas.nl kunt u zien waarmee we ons zoal mee bezighouden.

Nadere informatie

HERKENNEN VAN KRUISPUNTEN

HERKENNEN VAN KRUISPUNTEN HERKENNEN VAN KRUISPUNTEN Kruispunten zijn op veel verschillende manieren te herkennen, ik zal hier een uitleg geven en duidelijk maken waar we kruispunten aan kunnen herkennen. Allereerst gaan we eens

Nadere informatie

Aanvulling. categorie AM

Aanvulling. categorie AM Aanvulling categorie AM Fietsen met trapondersteuning (E-bike) Dat zijn fietsen die zijn voorzien van een elektrische hulpmotor met een maximaal vermogen wat continu geleverd kan worden van maximaal 0,25

Nadere informatie

PDF THEORIEBOEK VOOR RIJBEWIJS CATTEGORIE B.

PDF THEORIEBOEK VOOR RIJBEWIJS CATTEGORIE B. 1 PDF THEORIEBOEK VOOR RIJBEWIJS CATTEGORIE B. Herkomst van dit theorieboek Dit digitale auto theorieboek is te downloaden op www.rijschool-alex.nl. Ook maakt dit theorieboek onderdeel uit van onze eigen

Nadere informatie

Veilig je draai vinden...

Veilig je draai vinden... Veilig je draai vinden... op rotondes in Gelderland Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland Platform en Kenniscentrum Rotondes in Gelderland Na hun introductie zo n 30 jaar geleden, zijn rotondes

Nadere informatie

GEMEENTE SCHERPENZEEL

GEMEENTE SCHERPENZEEL GEMEENTE SCHERPENZEEL MANDAATBESLUIT WEGSLEEPREGELING SCHERPENZEEL 2002 Burgemeester en wethouders van de gemeente Scherpenzeel; gelet op het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit wegslepen

Nadere informatie

Aanvulling. categorie AM

Aanvulling. categorie AM Aanvulling categorie AM Voor laten gaan Het begrip voorrang heeft betrekking op bestuurders die op een kruispunt aan kruisende bestuurders voorrang moeten verlenen. Het begrip voor laten gaan is in de

Nadere informatie

Wegsleepverordening 2003

Wegsleepverordening 2003 Wegsleepverordening 2003 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Dordrecht Officiële naam regeling Wegsleepverordening 2003 Citeertitel Wegsleepverordening 2003

Nadere informatie

5. PLAATS OP DE OPENBARE WEG RIJBEWIJS OP SCHOOL

5. PLAATS OP DE OPENBARE WEG RIJBEWIJS OP SCHOOL 51 5. PLAATS OP DE OPENBARE WEG 52 5.1 Hoofdregel 53 Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet op de gelijkgrondse bermen of op andere delen van de openbare

Nadere informatie

RIM Verkeersleermiddelen. Rijbewijs B

RIM Verkeersleermiddelen. Rijbewijs B RIM Verkeersleermiddelen Rijbewijs B Beste collega, Bij deze wil ik u bedanken voor het bestellen van mijn Rijles-instructiemap. Ik hoop van harte dat uw leerlingen er veel van zullen opsteken. Zijn er

Nadere informatie

Overzicht van verkeersbevoegdheden. van vrijstellingen. Brandweer en spoedeisende medische hulpverleningsdiensten

Overzicht van verkeersbevoegdheden. van vrijstellingen. Brandweer en spoedeisende medische hulpverleningsdiensten Overzicht van verkeersbevoegdheden bij gebruik van vrijstellingen Brandweer en spoedeisende medische hulpverleningsdiensten Instituut Fysieke Veiligheid Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783,

Nadere informatie

1. Een stilstaand voertuig voorbijrijden 2. Rechts een weg inslaan

1. Een stilstaand voertuig voorbijrijden 2. Rechts een weg inslaan Hoe moeten de fietstaken uitgevoerd worden? 1. Een stilstaand voertuig voorbijrijden 2. Rechts een weg inslaan mindert snelheid en kijkt voor zich uit. kijkt om : nadert er verkeer? vertraagt of versnelt,

Nadere informatie

Verkeerswetgeving fietsers

Verkeerswetgeving fietsers Verkeerswetgeving (Koninklijk besluit 1 december 1975) INDIVIDUELE FIETSERS of GROEPEN van MINDER DAN 15 FIETSERS Een verplicht fietspad wordt aangegeven met bord G11. Fietsers en snor MOETEN hier gebruik

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 9 mei 2017, kenmerk SO/ ;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 9 mei 2017, kenmerk SO/ ; Dordrecht Nr. 1855529 De RAAD van de gemeente Dordrecht; Raadsgriffie Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 9 mei 2017, kenmerk SO/1836133;

Nadere informatie

VERKEERSDEELNEMERS BESTUURDERS : ALLE WEGGEBRUIKERS BEHALVE VOETGANGERS.

VERKEERSDEELNEMERS BESTUURDERS : ALLE WEGGEBRUIKERS BEHALVE VOETGANGERS. 1 BEGRIPSBEPALINGEN LES 1 - REGELS ZIJN NODIG OM HET VERKEER VLOT EN VEILIG TE LATEN VERLOPEN. VERKEERSDEELNEMERS VERKEER : ALLE WEGGEBRUIKERS. BESTUURDERS : ALLE WEGGEBRUIKERS BEHALVE VOETGANGERS. 2 GROEPEN

Nadere informatie

: Gemeente Bronckhorst. Verkeersbesluit

: Gemeente Bronckhorst. Verkeersbesluit gemeente Bronckhorst Verkeersbesluit Besluit, 18 november 2016 Wij verlenen een ontheffing op grond van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 van de artikelen 3, eerste lid, 4, 5, eerste

Nadere informatie

Maak je kinderen wegwijs in het verkeer

Maak je kinderen wegwijs in het verkeer 622926000_D24 CAMPAGNE TNS 2012 def_nl.indd 2 11/07/12 10:06 Maak je kinderen wegwijs in het verkeer Tips en spelletjes om de verkeersborden beter te begrijpen De taal van de weg De straten staan vol vreemde

Nadere informatie

Aanvulling. categorie A

Aanvulling. categorie A Aanvulling categorie A Soorten verkeersregelaars Beroepsverkeersregelaars (bij tijdelijke verkeersmaatregelen, vanaf 18 jaar). Transportbegeleiders (voor het begeleiden van lange, hoge en brede transporten,

Nadere informatie

Met vriendelijke groeten, verblijf ik...

Met vriendelijke groeten, verblijf ik... Met vriendelijke groeten, verblijf ik... Over erven, 30 km en 60 km zones Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland Platform en Kenniscentrum 1 Langzamer rijden waar mensen verblijven In het verkeer

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. In het dorp

Hoofdstuk 1. In het dorp Hoofdstuk 1. In het dorp Vraag 1.1 De brandweerauto komt uit de uitrit van de brandweerkazerne rijden. Hij heeft geen zwaailicht en sirene aan. Moeten de fietsers de brandweerauto voor laten gaan? Ja Nee

Nadere informatie

Brommertheorieboek Deel 3

Brommertheorieboek Deel 3 Brommertheorieboek Deel 3 Help ons We staan altijd open voor verbeteringen en aanvullingen! Mis je iets in dit boek, is iets niet duidelijk of heb je op je theorie-examen vragen gehad waarvan je de uitleg

Nadere informatie