Aspect Omschrijving Vindplaats

Transcriptie

1 Inleiding Voor de ontwikkeling van Brouwerseiland in de Middelplaathaven aan de Brouwersdam vindt een ontgronding waterbodem en de landbodem plaats. Met betrekking tot de ontgronding van land- en waterbodem is een vormvrije mer-beoordeling opgesteld ten behoeve ontgrondingsvergunning. Voorliggend document vormt een leeswijzer voor deze vormvrije-merbeoordeling. Hierna is aangegeven waar de aspecten zoals genoemd in de tabel op bladzijde 8 van de mer-beoordeling terug te vinden zijn. Het betreft de kenmerken van het project, de plaats van het project en de kenmerken potentiële effecten conform de m.e.r. regelgeving. Daarbij is per aspect verwezen naar de vindplaats in de vormvrije-mer-beoordeling (Vvmb) of in het MER welke is opgesteld voor het bestemmingsplan Brouwerseiland. Daarnaast bevat de vormvrije mer-beoordeling een samenvattend hoofdstuk 4 waarin de conclusies ten aanzien kenmerken van het project, plaats van het project en potentiële effecten zijn toegelicht. De conclusie is dat geen belangrijke negatieve milieueffecten optreden. Aspect Omschrijving Vindplaats Omvang project De omvang van het project qua afgraving bedraagt 3,4 ha waterbodem en 4,1 ha landbodem 1. Het toepassingsgebied landbodem bedraagt ca. 6 ha en landbodem ca. 7 ha en 1.4 Vvmb Gebruik van natuurlijke hulpbronnen Het project maakt gebruik van zand/grond als natuurlijke hulpbron. Het ontgraven materiaal in de waterbodem wordt direct toegepast in de diepe delen Middelplaathaven. Er is inzake de landbodem sprake van 4,1 ha ontgraven en het materiaal wordt direct toegepast in het projectgebied. Er wordt 3 ha verwerkt in de dam voor het afsluiten Middelplaathaven. Het resterende materiaal wordt verwerkt in de toekomstige contouren van het project of wordt tijdelijk in depot gezet. Het toepassingsgebied hiervan bedraagt maximaal 7 ha te weten de tijdelijke dam om de Middelplaathaven af te sluiten (circa 0.9 ha), buitencontour van de eilanden (circa 2,4 ha), eilanden en landschapsduin (circa 2,7 ha) en eventueel een depot (circa 1 ha). 2.2 kopje Ontgronding waterbodem en Ontgronding landbodem 1 De genoemde oppervlaktes in meters in de vormvrije-mer-beoordeling (VVMB) komen niet overeen met de aangevraagde te ontgronden oppervlakte zoals aangegeven in het aanvraagformulier en op de bijgevoegde tekeningen bij de aanvraag [op tekening/in de aanvraag m2 in VVMB m2]. In de VVMB zijn oude tekeningen gebruikt. De aanvraag is leidend, de hoeveelheden welke beoordeeld zijn in de VVMB zijn hoger en de rapportage voldoet daardoor ook voor de lagere hoeveelheden. 2 Zie bijgevoegde tekening.

2 Productie van afvalstoffen Verontreiniging en hinder Het ontgronden landbodem levert geen afvalstoffen. Inzake de landbodem wordt de grond droog ontgraven en in de dam geplaatst, er komt geen proceswater aan te pas. Bodem Uit bodemonderzoek (ATKB) blijkt dat de waterbodem op locatie van de ontgronding over het algemeen schoon is. Er zijn over het algemeen geen bodemvreemde bestanddelen aangetroffen. Op basis hiervan wordt er van uitgegaan dat de grond zonder nadelige effecten hergebruikt kan worden. Vertroebeling Vertroebeling binnen het Natura 2000-gebied als gevolg aanleg van Brouwerseiland wordt voorkomen door onder meer het afsluiten Middelplaathaven voorafgaande aan de werkzaamheden en het monitoren slibconcentraties en het zo nodig tijdelijk staken werkzaamheden bij het overschrijden grenswaarde. Tijdens de werkzaamheden met droog grondverzet wordt de monitoring op vertroebeling gecontinueerd. Om restrisico volledig uit te sluiten wordt als de grenswaarde wordt benaderd, gestopt met deze werkzaamheden. Er wordt dan eerst bijvoorbeeld een slibscherm aangebracht, alvorens de werkzaamheden te hervatten. Geluid Voor laadschoppen, shovels en bulldozers geldt op basis VNG-uitgave 'Bedrijven en milieuzonering' (2009) een richtafstand van 50 m op het gebied van geluid ten opzichte van omgevingstype 'rustig buitengebied'. In en nabij het projectgebied zijn geen geluidgevoelige functies aanwezig. Aan de richtafstand wordt ruimschoots voldaan. Relevante effecten treden niet op. Verstoring van broedende vogels (met name kleine zangvogels in Bijlage 6 Vvmb, onder Inleiding, punt 1 Bijlage 6 Vvmb onder kopje Beheersmaatreg elen 3.6 Vvmb onder kopje beoordeling ontgronding tbv Brouwerseiland en bijlage 6 Vvmb 3.4 Vvmb en MER 3.4 Vvmb onder het kopje beoordeling ontgronding t.b.v. Brouwerseiland 3.7 Vvmb onder kopje

3 Risico en ongevallen De cumulatie met andere projecten Bijzondere gebieden Bestaand grondgebruik Rijkdom/kwaliteit/regeneratiever mogen van natuurlijke hulpbronnen van het gebied struweel) is niet toegestaan, zodat de werkzaamheden buiten het broedseizoen zullen starten, danwel voorkomen zal worden dat zich broedende vogels vestigen in het projectgebied. Uit de hele Vvmb blijkt dat effecten (nagenoeg) niet optreden. Het risico op effecten is door monitoring bij de uitvoering nihil. Het ontgronden van landgrond vindt plaats door een gerenommeerde aannemende partij met veel ervaring op het gebied van ontgrondingen, het risico en kans op eventuele ongevallen is daardoor geminimaliseerd. Er is sprake van een samenhang met Brouwerseiland als ruimtelijke ontwikkeling. Er is geen samenhang met andere ontwikkelingen. In de paragrafen 3.6 en 3.7 van de Vvmb is ingegaan op bijzondere gebieden; Natura 2000 en Natuurnetwerk Zeeland. Significant negatieve effecten zijn uitgesloten. Als gevolg ontwikkeling treden geen belangrijke negatieve milieugevolgen op. Het projectgebied is circa 935 m lang en 650 m breed. Het oppervlak van het projectgebied bedraagt circa 55 ha. De huidige waterdiepte is gelegen tussen circa 3,0 en 10,0 m. De Middelplaathaven en omgeving worden momenteel gebruikt voor functies. De Middelplaathaven zelf is in gebruik door Rijkswaterstaat als werkhaven. Daarnaast worden aanwezige steigers, trailerhelling en loswal ook door derden gebruikt. Aan de buitenzijde van de Middelplaathaven en in de omgeving langs de Brouwersdam vindt divers ander gebruik plaats. Ter plaatse bestaan de natuurlijke hulpbronnen met name uit water. Als gevolg ontgronding ontstaan slechts tijdelijke effecten, zoals vertroebeling. Als gevolg van soortenbescher ming 3.8 Vvmb 3.6 en 3.7 Vvmb 2.1 Vvmb Vvmb onder het kopje waterkwaliteit en ecologie

4 Het opnamevermogen van het natuurlijk milieu, met in het bijzonder aandacht voor de typen gebieden zoals weergegeven in het volgende kader [=kustgebieden, natura 2000] Bereik Grensoverschrijdende karakter van het effect Orde/grootte/complexiteit effect het project verbetert vervolgens de (water)kwaliteit in het gebied. De werkzaamheden (ontgrondingen op het land) vinden in de nabijheid van een Natura 2000-gebied. Een heel klein gedeelte ontgrondingen op het land vindt in het Natura 2000-gebied plaats. Omdat ter plaatse ontgrondingen geen kwalificerende habitattypen aanwezig zijn, is feitelijk geen sprake van oppervlakteverlies, maar wel van areaalverandering. Het gaat om verandering van lengte en kwaliteit van oeverbiotopen. Tegenover het tijdelijke verlies (2 jaar) aan areaal en kwaliteit (zonder significant negatieve effecten op kwalificerende soorten en habitats van het Natura 2000 gebied) staat overigens een blijvende winst aan kwaliteit ten opzichte referentiesituatie als gevolg van de realisatie van Brouwerseiland. Significant negatieve effecten zijn uitgesloten. Als gevolg ontwikkeling treden geen belangrijke negatieve milieugevolgen op. Bij alle thema s is het bereik van de effecten in beeld gebracht; eventuele effecten treden slechts beperkt op in de directe omgeving van het projectgebied. Het projectgebied ligt in de Grevelingen in de provincie Zeeland. Er is geen sprake van een grensoverschrijdend karakter. Bij alle thema s is de orde/grootte/complexiteit effecten in beeld gebracht; eventuele effecten treden slechts beperkt op in de directe omgeving van het projectgebied. 3.6 Vvmb thema s. thema s; eventuele effecten treden slechts beperkt op in de directe omgeving van het projectgebied. thema s

5 Waarschijnlijkheid effect Duur, frequentie, onomkeerbaarheid van het effect Bij alle thema s is ingegaan op de waarschijnlijkheid van het effect en de duur frequentie en onomkeerbaarheid van het effect; eventuele effecten treden slechts beperkt op in de directe omgeving van het projectgebied. thema s

6