1 Ontwerp-Richtlijn 120 Prijsgrondslagen, paragraaf 4

Transcriptie

1 Postbus AD Amsterdam RJ-Comm PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Postbus BJ Amsterdam Telefoon (020) Fax (020) Betreft: Commentaar op ontwerp-richtlijnen 2006 Geachte dames en heren, Graag maken wij gebruik van de gelegenheid om commentaar te geven op enkele ontwerp-richtlijnen, zoals opgenomen in de Jaareditie 2006 van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving. Wij volgen in ons commentaar de volgorde van de hoofdstukken van de Richtlijnen. Onze opmerkingen over ontwerp-richtlijn 290 en naar aanleiding daarvan gewijzigde alinea s in andere hoofdstukken zijn niet in deze brief opgenomen. Hierover zullen wij u in de loop van april 2007 afzonderlijk berichten. 1 Ontwerp-Richtlijn 120 Prijsgrondslagen, paragraaf 4 Naar aanleiding van de ontwerp-paragraaf 4 als zodanig hebben wij geen opmerkingen. Wel leidt de aanpassing van paragraaf 4 tot enkele aanpassingen die in andere Richtlijnen zouden moeten worden aangebracht. Deze staan hieronder vermeld. 1.1 Alinea Als gevolg van de ontwerprichtlijn moet ook de tekst van alinea , 3 e aandachtstreepje, worden aangepast. Wij stellen voor deze te wijzigen in toelichting van de prijsgrondslagen. PricewaterhouseCoopers is de handelsnaam van onder meer de volgende vennootschappen: PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK ) en PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK ). Op diensten verleend door deze vennootschappen zijn Algemene Voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Deze Algemene Voorwaarden zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam en ook in te zien op

2 1.2 Alinea Bij invoering van de ontwerprichtlijn vervalt de huidige alinea Deze bevat de aanbeveling informatie over de actuele waarde in te toelichting op te nemen bij toepassing van historische kosten als prijsgrondslag. In deze alinea stond ook een verwijzing naar paragraaf 2 van Richtlijn 115. In alinea wordt de grens voor vermelding van actuele waarden genoemd. Door het vervallen van alinea heeft de bepaling in alinea in feite geen context meer. Het verdient aanbeveling om alinea als volgt te formuleren: Bij toepassing van de historische prijsgrondslag in de jaarrekening wordt aanbevolen de actuele waarde in de toelichting te vermelden. De grens voor vermelding van actuele waarden in de toelichting wordt daarbij gelegd bij verschillen. 2 Richtlijn 212 Materiële vaste activa, alinea 440 en rekenvoorbeeld C2 2.1 Alinea Ten aanzien van de tekst van alinea 440 als zodanig hebben wij geen opmerkingen. 2.2 Rekenvoorbeeld C2 Voor de interpretatie van alinea 440 is de toevoeging van het rekenvoorbeeld C2 nuttig. Hierbij doen wij drie voorstellen om de tekst van het rekenvoorbeeld C2 te verduidelijken: 1. Eerste alinea, 2 e zin ( De rechtspersoon elimineert ) vervangen door: In dit voorbeeld wordt er van uitgegaan dat de rechtspersoon voor de verwerking van de waardeverandering de methode van alinea 408a gebruikt (eliminatie van de cumulatieve afschrijvingen tegen de bruto boekwaarde van het materieel vast actief). 2. Tweede alinea, 2 e en 3 e zin ( De verplichting voor... niet dubbel wordt verwerkt ) vervangen door: Als het actief is getaxeerd op netto-basis wordt voor de bepaling van de bruto waarde van het actief het getaxeerde bedrag verhoogd met de kosten van herstel. Deze aanpassing is gelijk aan de contante waarde van de verplichting voor kosten van herstel per het moment van herwaardering. (2)

3 3. Eerste alinea van het eerste rekenvoorbeeld, na eerste zin ( Uitgaande van het feitenpatroon... voor het actief ) tussenvoegen: Dit is een taxatie op netto-basis. Aan het eind van de huidige 2 e zin ( Er zijn geen wijzigingen opgetreden voorziening ) toevoegen:, zodat de contante waarde van de voorziening voor kosten van herstel per het moment van herwaardering gelijk is aan de boekwaarde van deze voorziening.. Verder lijkt het ons logischer om het cijfermatige voorbeeld in omgekeerde volgorde weer te geven, door uitgaande van de netto taxatie, vermeerderd met de herstelkosten en de cumulatieve afschrijvingen uit te komen op de bruto waarde. Dan sluit het cijfervoorbeeld beter aan op de daaraan voorafgaande tekst. De datum in het eerste deel van het cijfervoorbeeld moet zijn 31 december 2002 in plaats van 31 december Overigens geven wij u in overweging om voor de gehele bijlage geen gefixeerde jaartallen te gebruiken, maar deze weer te geven in het format 20x1, 20x2 etc. 3 Richtlijn 214 Financiële vaste activa, ontwerp-alinea a Over deze ontwerp-alinea hebben wij geen opmerkingen. 4 Richtlijn 217 Consolidatie, ontwerp-alinea s 104 en Alinea Het is niet duidelijk wat moet worden verstaan onder aandelen die volledig en direct in handen zijn van een natuurlijke persoon. Hoe werkt dit bijvoorbeeld uit als de aandelen van de personal holding zijn gecertificeerd en worden gehouden door een stichting administratiekantoor? Wordt in zo n geval (de aandelen zijn dan niet direct in handen ) per definitie niet aan de voorwaarden van een personal holding voldaan of moet dit van geval tot geval worden beoordeeld, analoog aan hetgeen is geformuleerd in ? (3)

4 4.2 Alinea Evenals voorgaand jaar (zie onze brief d.d. 6 maart 2006) merken wij op dat argumentatie vragen oproept. Kern van deze argumentatie is het al dan niet feitelijk beleidsbepalend zijn van de personal holding in de werkmaatschappijen, terwijl naar onze mening de bepalingen voor groepsrelaties, zoals opgenomen in RJ e, als uitgangspunt zouden moeten dienen. Overigens vragen wij ons af of de vrijstelling veel effect zal sorteren, aangezien er in de praktijk vaak sprake is van een managementrelatie tussen de personal holding en de onderliggende werkmaatschappij(en). 4.3 Alinea a In deze ontwerp-alinea wordt het woord dient gebruikt, wat impliceert dat dit een stellige uitspraak is. Daarom moet deze alinea, met uitzondering van de zin Meestal zal worden voldaan vetgedrukt worden weergegeven. 4.4 Alinea c In deze ontwerp-alinea wordt het woord dient gebruikt, wat impliceert dat dit een stellige uitspraak is. Daarom moet deze alinea vetgedrukt worden weergegeven. Wij stellen voor om deze alinea aan te vullen met een bepaling dat de desbetreffende consolidatie plaatsvindt met ingang van de eerste dag van het boekjaar waarin wordt vastgesteld dat niet meer aan de voorwaarden wordt voldaan. 5 Richtlijn 240 Eigen vermogen 5.1 Alinea 411 Onderstaand geven wij drie opmerkingen naar aanleiding van de verwerking van de vrijval uit de herwaarderingsreserve in de winst-en-verliesrekening. Wij zijn van mening dat de presentatie van de vrijval op alleen de door u aangegeven regel van de winst-en-verliesrekening niet in alle gevallen een juiste weergave is van de oorzaak van de realisatie van de herwaardering. Met name in het geval dat de realisatie het gevolg is van een verkoop van een incidenteel op de hogere opbrengstwaarde gewaardeerd actief zou de vrijval uit de herwaarderingsreserve op (4)

5 dezelfde plaats in de winst-en-verliesrekening moeten worden opgenomen als waar bij waardering op basis van historische kosten de boekwinst zou worden gepresenteerd. Uit de bepaling dat indien een vermindering van de herwaarderingsreserve ten gunste van de winst-en-verliesrekening wordt gebracht, deze op een afzonderlijke regel van de winst-en-verliesrekening moet worden gepresenteerd, leiden wij af dat de ontwerpalinea er van uitgaat dat de gehele vrijval van de herwaarderingsreserve op deze regel wordt vermeld. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen ondernemingen die de herwaarderingsreserve netto (onder aftrek van het belastingeffect) presenteren en ondernemingen die geen belastingeffect in aanmerking nemen bij de vorming van een herwaarderingsreserve. Bij het vermelden van de netto vrijval als één bedrag heeft deze bepaling tot gevolg dat de bruto vrijval wordt gesaldeerd met de daarop betrekking hebbende belasting. Dit geeft naar onze mening geen juist beeld van de resultaten vóór en ná belasting. Het zou beter zijn om de bruto vrijval in het resultaat voor belasting op te nemen en de daarmee samenhangende belastinglast apart op te nemen in de post belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening. In de toelichting op laatstgenoemde post moet de belastingcomponent met betrekking tot de vrijval uit de herwaarderingsreserve dan apart worden weergegeven. De ontwerp-alinea schrijft voor dat de vrijval op een aparte regel direct voorafgaand aan de financiële baten en lasten moet worden gepresenteerd. Wij merken op dat in de modellen van het Besluit Modellen Jaarrekening de term financiële baten en lasten niet voorkomt en dat het de voorkeur verdient om de desbetreffende regel specifieker aan te duiden ( opbrengsten van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten ). 6 Richtlijn 330 Verbonden partijen Het verdient aanbeveling om de bestaande definitieve richtlijn Verbonden partijen te laten bestaan en de huidige ontwerprichtlijn in te trekken. Pas bij verwerking van de (recente) wijzigingen met betrekking tot verbonden partijen in de 4 e en 7 e EU-Richtlijnen in de Nederlandse wetgeving, is het van belang om na te gaan wat de effecten hiervan zijn op de huidige definitieve richtlijn om eventueel alsdan een nieuwe richtlijn uit te brengen. (5)

6 7 Richtlijn 640 Organisaties-zonder-winststreven 7.1 Paragraaf 7 Stichting Administratiekantoor In ontwerp-alinea staat voor wat betreft de verwerking van de aandelen en certificaten binnen een Stichting Administratiekantoor een verwijzing naar paragraaf 7 van hoofdstuk 640. Wij bevelen aan om in paragraaf 7 van hoofdstuk 640 ook een verwijzing naar alinea op te nemen voor wat betreft de eventuele verwerking van de gegevens van de Stichting Administratiekantoor in de geconsolideerde jaarrekening van de vennootschap waarvan zij de aandelen houdt. 8 Richtlijn 650 Fondsenwervende instellingen 8.1 Alinea Wij stellen voor om deze alinea voor de toepassing in de praktijk te verduidelijken met één of meerdere voorbeelden van welke uitgaven juist niet als immateriële vaste activa kunnen worden verstaan. Hierbij denken wij met name aan de kosten van wervingsacties. In de praktijk blijkt regelmatig dat deze als immaterieel actief worden bestempeld, terwijl er geen directe relatie met de te verwachten opbrengsten is. 8.2 Alinea Volgens deze alinea kunnen er bijzondere omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat materiële vaste activa direct ten laste van de winst-en-verliesrekening worden geboekt. Wij bevelen aan om nader aan te geven welke deze bijzondere omstandigheden zijn, eventueel aan de hand van een voorbeeld. 8.3 Alinea In deze alinea wordt het begrip waarde in het economisch verkeer gebruikt. Dit is vooral een fiscale term. In andere Richtlijnen komt dit waardebegrip niet voor. Het is beter om in navolging van andere Richtlijnen te spreken van reële waarde. Als voor gebruik van waarde in het economisch verkeer wordt gekozen zou de inhoud van dit begrip in de definities moeten worden opgenomen. (6)

7 Als u naar aanleiding van bovenstaand commentaar vragen heeft zijn wij tot nadere toelichting graag bereid. Met vriendelijke groet, PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Leandro van Dam RA Partner (7)