Verwijdering van de blaastumor via de plasbuis. Urologie

Transcriptie

1 Verwijdering van de blaastumor via de plasbuis Urologie

2 Inleiding De behandelend arts heeft u doorverwezen voor een behandeling van een tumor in de urineblaas. In deze folder vindt u informatie over de verwijdering van de blaastumor via de plasbuis, de zogenaamde transurethrale resectie. De blaas en zijn functie De blaas is een elastisch en spierrijk orgaan dat zorgt voor de opvang van urine. Het orgaan heeft de mogelijkheid om uit te zetten en samen te trekken. De blaas ligt aan de voorzijde van het lichaam, onder in de buik. De wand van de blaas is opgebouwd uit vier lagen. De binnenste laag bestaat uit cellen die gedurende het hele leven telkens opnieuw nieuwe cellen vormen (zoals de huid). Deze cellen vormen vaak de basis voor het ontstaan van tumoren. De tweede laag is een soort verbindingsweefsel waarin zich de bloedvaten en elastische vezels bevinden. De derde laag is een spierlaag. De buitenkant van de blaas wordt gevormd door een vettige laag die de spierlaag beschermt. In ongeveer 80% van de nieuwe gevallen van blaastumor gaat het om een oppervlakkige tumor. Hoe dieper een tumor in de blaaswand is gegroeid, hoe moeilijker het is om effectief te behandelen. Daarom is het belangrijk om de ziekte in een vroeg stadium te herkennen. Voorbereiding Voor de behandeling is veelal een kortdurende opname nodig van drie à vijf dagen. Voor informatie over de opname en de gang van zaken in het ziekenhuis verwijzen we u naar de patiëntengids en de folder van de verpleegafdeling. Tijdens de opname bespreekt de anesthesist met u of de behandeling plaatsvindt onder algehele (narcose) of plaatselijke verdoving (ruggeprik). De ingreep Nadat u verdoofd bent, wordt via de plasbuis een buis in de blaas gebracht. Door deze buis kan de arts in uw blaas kijken, uw blaas spoelen èn de tumor verwijderen. Als de arts een tumor ziet, kan hij deze met een metalen lusje weghalen. De tumor wordt dan laagje voor laagje weggesneden, tot er alleen gezond weefsel over is. Ondanks een zorgvuldige verwijdering kan het voorkomen dat er een gaatje in de blaaswand ontstaat, vooral wanneer de tumor zich zeer diep in de blaaswand genesteld heeft. In dat geval is het soms noodzakelijk om via een buikoperatie de blaaswand te hechten. Na de ingreep Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer (recovery) gebracht. Als u wakker wordt, kunt u soms pijn voelen in de onderbuik (blaaskrampen). Hiertegen kunt u een pijnstiller krijgen. Verder heeft u na de operatie: 2

3 een infuus in de arm een katheter (slangetje) in de blaas om urine af te voeren. Soms wordt via deze katheter kan ook uw blaas gespoeld. Dit kan nodig zijn om eventueel bloed af te voeren. Weer thuis Wanneer u weer naar huis kunt, is sterk afhankelijk van de grootte van de ingreep. In ieder geval moet de katheter verwijderd zijn en moet u weer goed kunnen plassen. Wanneer u thuis bent kunt u nog tot drie weken na de operatie bloed in uw urine aantreffen. Dit komt omdat er aan de binnenkant van de blaas wondjes met korstjes zitten. Bij het vullen en legen van de blaas kunnen deze korstjes losraken. Ook al zult u wat vaker moeten plassen dan normaal, we raden u toch aan om veel te drinken. Complicaties Als het bloedverlies langer dan drie weken aanhoudt dient u contact op te nemen met de afdeling Urologie. Indien er sterke bloedingen optreden kan operatief ingrijpen nodig zijn om deze te stelpen. Wanneer het plassen erg moeilijk gaat, kunnen er bloedstolsels in de urine en de plasbuis zitten. Ook in dat geval dient u contact op te nemen met de afdeling Urologie. Infecties van urinewegen, en bij mannen in sommige gevallen van de bijbal, kunnen behandeld worden met medicijnen. Op langere termijn kan vernauwing van de plasbuis optreden. Tot slot Blaastumoren hebben de neiging terug te komen. U zult daarom onder regelmatige controle van uw arts moeten blijven. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen dan kunt u contact opnemen met uw behandelend arts via de afdeling Urologie. 3

4 Voorkom vertraging van uw onderzoek en/of operatie In het ziekenhuis krijgen we steeds meer te maken met bacteriën die ongevoelig zijn voor antibiotica. Deze bacteriën noemen we Bijzonder Resistente Micro Organismen (BRMO). Een voorbeeld van een BRMO is de MRSA-bacterie. De bacteriën kunnen een nadelig effect hebben op uw gezondheid of de gezondheid van andere patiënten. Wij doen er in Orbis Medisch Centrum alles aan om te voorkomen dat deze bacteriën zich verspreiden binnen ons ziekenhuis. In onderstaande tabel staan enkele vragen. Als u één vraag met Ja beantwoordt, behoort u tot een groep die meer risico heeft een ongevoelige bacterie bij zich te dragen. Geeft u dit door aan uw behandelend arts zodra deze vaststelt dat een onderzoek of operatie noodzakelijk is. Dit voorkomt onnodige vertraging. Als namelijk pas vlak voor aanvang van onderzoek of operatie blijkt dat u het risico loopt besmet te zijn, is het mogelijk dat de arts besluit niet door te gaan, voordat onderzocht is of u een bacterie bij u draagt. Wij beseffen dat het maken van kweken en eventuele isolatiemaatregelen ingrijpend en onaangenaam zijn. Het is echter de enige manier om u zo goed mogelijk te kunnen behandelen en om andere patiënten te beschermen tegen mogelijke besmetting met resistente bacteriën. Leest u onderstaande vragen goed voordat u deze beantwoordt. Weet u een antwoord niet, vul dan Nee in. Vragen Bent u in de afgelopen 2 maanden opgenomen geweest in een buitenlandse of Nederlandse zorginstelling? (ziekenhuis, verpleeg of verzorgingshuis) Bent u langer dan 2 maanden geleden opgenomen geweest in een buitenlandse of Nederlandse zorginstelling (ziekenhuis, verpleeg of verzorgingshuis) en hebt u nog wondjes, infecties of andere gevolgen van deze opname? Komt u voor het eerst met een buitenlands adoptiekindje naar ons ziekenhuis voor onderzoek of opname? Is al bekend dat u drager bent van een BRMO (of MRSA)? Woont u samen met of verzorgt u een persoon met BRMO? Werkt u met levende varkens of vleeskalveren? Ja / Nee 4

5 Urologie Meldpunt Oost 11 Afsprakennummer: Op werkdagen van en uur Informatienummer: Op werkdagen van en uur Internet