Aanvraag om vergunning

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aanvraag om vergunning"

Transcriptie

1 PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE Aanvraag om vergunning INGEVOLGE DE WET BEHEER RIJKSWATERSTAATSWERKEN _omslag_AV.indd :39:11

2

3 Aanvraag vergunning ingevolge de Wet beheer rijkswaterstaatswerken voor Maasvlakte 2 Havenbedrijf Rotterdam N.V Projectorganisatie Maasvlakte 2 23 februari S0134.A0/Wbr

4

5 Hoofdweg 490 Postbus AM Rotterdam +31 (0) Telefoon +31 (0) Fax Internet Arnhem KvK Documenttitel Aanvraag vergunning ingevolge de Wet beheer rijkswaterstaatswerken voor Maasvlakte 2 Verkorte documenttitel Wbr Maasvlakte 2 Datum 23 februari 2007 Projectnaam Vergunningaanvragen Maasvlakte 2 Projectnummer Referentie Opdrachtgever Handtekening 9S0134.A0/Wbr Havenbedrijf Rotterdam N.V Projectorganisatie Maasvlakte 2 Dhr. R. Paul Directeur Projectorganisatie Maasvlakte 2 Auteur(s) Collegiale toets Thijs van der Laan, Robert-Jan Zandee Armand Dohmen Datum/paraaf 16 februari Vrijgegeven door Mark van Zanten Datum/paraaf 16 februari 2007.

6 Wbr Maasvlakte 2 - i - 23 februari 2007

7 INHOUDSOPGAVE Blz. 1 INLEIDING Gegevens aanvrager Leeswijzer 2 2 TOELICHTING BIJ DE AANVRAAG Wettelijk kader voor de te nemen besluiten Wet beheer rijkswaterstaatswerken Milieueffectrapportage Vervlechting en wijze aanbesteding 5 3 HUIDIGE SITUATIE Beheersgebieden Beheer en onderhoud objecten van de zeewering Huidige inrichting Kadastrale grenzen Gebruiksfuncties buitencontour Situatie Euro-Maasgeul Kustlijn Maasvlakte Huidige situatie Autonome ontwikkeling Kustveiligheid Huidige situatie Autonome ontwikkeling 13 4 TOEKOMSTIGE SITUATIE ALGEMEEN Introductie: de aanvraag Contour en impressie Maasvlakte Plaatsbepaling en benaming Planning, fasering en omvang Eigendom Beheer en verantwoordelijkheid 18 5 TOEKOMSTIGE SITUATIE ONTWERP Systeemeisen Maasvlakte Ontwerptechnische aspecten Inleiding Eisen aan het ontwerp van het waterstaatswerk Nautische veiligheid 22 6 UITVOERING Inleiding Uitvoeringseisen aan de buitencontour Bouwvolgorde Methode van aanleg harde zeewering Methode van aanleg zachte zeewering Voorgenomen activiteit 24 Wbr Maasvlakte 2 - ii - 23 februari 2007

8 6.5.2 (Milieu-)effecten en daaruit voortvloeiende functionele randvoorwaarden Bouwvolgorde binnengebied Methode van aanleg binnengebied Relatie met gebruiksfuncties 24 7 ONDERHOUD EN BEHEER Functie buitencontour Beheersactiviteiten buitencontour Recreatie Windturbines Kustlijnhandhaving en onderhoudsbaggerwerk Inleiding Suppletiebehoefte Onderhoudsbaggerwerk Calamiteitenplan 31 8 MONITORINGSPLAN 33 BIJLAGEN 1. Figuren 2. Kadastrale gegevens Maasvlakte 1 3. Verklarende woordenlijst en afkortingen 4. MER Aanleg (separaat toegevoegd) Wbr Maasvlakte 2 - iii - 23 februari 2007

9 "# $ %&' ('# " )(*+& "# *&*,&$ '-).&* *&*,&$ *)(*+& '$ ')/&0)/1 -# &'!)'# )'$ )22 )'# &3$ # $, 7,'# *# # &+$! %&'& &+$ 6& --&' + &'8# &8,-&' &9+ 9 (- '& &'&+++',: & : &!

10 1.2 Leeswijzer Deze aanvraag bestaat uit een aantal onderdelen. Hoofdstuk 2 geeft een toelichting op deze aanvraag en geeft een beschrijving van de relevante wet- en regelgeving. Verder wordt in hoofdstuk 3 de huidige situatie beschreven en wordt in hoofdstuk 4 een algemeen beeld geschetst van de toekomstige situatie als gevolg van de voorgenomen activiteit. De hoofdstukken 5 en 6 geven een doorkijk naar het ontwerp en de uitvoering. In hoofdstuk 7 wordt het latere beheer en onderhoud beschreven en in hoofdstuk 8 wordt ingegaan op het monitoringsplan. In de bijlagen zijn figuren, de kadastrale gegevens van de huidige Maasvlakte en een begrippenlijst bijgevoegd. Het MER Aanleg is als separaat document toegevoegd. Wbr Maasvlakte februari 2007

11 2 TOELICHTING BIJ DE AANVRAAG 2.1 Wettelijk kader voor de te nemen besluiten Havenbedrijf Rotterdam N.V. treedt op als initiatiefnemer in de procedures die doorlopen moeten worden om de landaanwinning Maasvlakte 2 en het daarbij behorende beheer en onderhoud uit te voeren. De aanleg, het beheer en onderhoud van de landaanwinning vereisen een vergunning op grond van Wet beheer rijkswaterstaatwerken (Wbr). De procedure zal conform de eisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) worden doorlopen. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat is bevoegd gezag voor de Wbr-vergunning. De uitvoeringsinstantie voor de Wbr-vergunning is Rijkswaterstaat. Naast de Wbr-vergunning worden door Havenbedrijf Rotterdam N.V. ook een aanvraag om Concessie 1, de Natuurbeschermingswet en ontheffingen op grond van de Flora- en Faunawet aangevraagd. De aanvraag om Concessie (Wet van 14 juli 1904) is gerelateerd aan de aanvraag voor een Wbr-vergunning. De samenhang tussen deze twee aanvragen zal in de vergunning tot uitdrukking worden gebracht. In de aanvraag ingevolge de Natuurbeschermingswet worden onder meer de effecten van Maasvlakte 2 op de Natura2000-gebieden opgenomen. Voor de vergunningen c.q. ontheffingen op grond van de Flora- en Faunawet en de Natuurbeschermingswet is het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) bevoegd gezag. De regulering van het toekomstige gebruik van de landaanwinning met de afweging van de ruimtelijke belangen vindt plaats in het bestemmingsplan. Ten behoeve van de besluitvorming omtrent de aanleg en de bestemmingen van Maasvlakte 2 zijn verschillende milieueffectrapporten voor de aanleg (MER Aanleg) en de bestemming (MER Bestemming) opgesteld. Alle (hoofd)besluiten die door Havenbedrijf Rotterdam N.V. worden aangevraagd zijn in onderstaand schema te zien (figuur 2.1). 1 Wet van 14 juli 1904, houdende bepalingen omtrent het ondernemen van droogmakerijen en indijkingen Wbr Maasvlakte februari 2007

12 Figuur 2.1: Schema aanvraag (hoofd)besluiten voor Maasvlakte 2 Initiatiefnemer Havenbedrijf Rotterdam N.V. - Projectorganisatie Maasvlakte 2 (hoofd-) Wet beheer Wet van 14 Ongrondingen- Wet op de Flora- en Natuur- besluiten rijkswaterstaats- werken (Wbr) juli 1904 (concessie) wet (Ogw) ruimtelijke ordening Faunawet (Ffw) beschermings wet (Nb-wet) Bevoegd Minister van Kroon Ministerie van Gemeente Ministerie van LNV gezag V&W V&W Rotterdam Uitvoerings- Rijkswaterstaat DG Water / Rijkswaterstaat ds+v Regionale Zaken instantie/ Rijkswater- directie staat Adviseur Rijkshavenmeester Provincie Zuid- VROM/ LNV Holland 2.2 Wet beheer rijkswaterstaatswerken Dit document betreft een aanvraag op grond van artikel 2 voor de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr) voor het in gebruik nemen van Maasvlakte 2 voor onbepaalde tijd. De Wet beheer rijkswaterstaatswerken is van toepassing op alle waterstaatswerken. Hieronder vallen volgens artikel 1 de bij het Rijk in beheer zijnde wateren, waaronder mede wordt verstaan de territoriale zee, de waterkeringen en -wegen alsmede, voor zover in beheer bij het Rijk, de daarin gelegen kunstwerken en hetgeen verder naar hun aard daartoe behoort. De aanleg van Maasvlakte 2 vind plaats in de Noordzee. De Noordzee is een waterstaatswerk. Derhalve is de aanleg van Maasvlakte 2 een vergunningplichtige handeling op grond van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken. Volgens artikel 2 van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken is het verboden zonder vergunning van de Minister van Verkeer en Waterstaat gebruik te maken van een waterstaatswerk door, anders dan waartoe het is bestemd: a) daarin, daarop, daaronder of daarover werken te maken of te behouden; b) daarin, daaronder of daarop vaste stoffen of voorwerpen te storten, te plaatsen of neer te leggen, of deze te laten staan of liggen. Deze bepaling omvat tevens het oprichten en in stand houden van eilanden, installaties en overige structuren. 2.3 Milieueffectrapportage De landaanwinning heeft een zodanige omvang dat het wettelijk verplicht is voorafgaand aan de besluitvorming een milieueffectrapportage (m.e.r.) op te stellen. De door Havenbedrijf Rotterdam N.V. opgestelde startnotitie voor het MER is op 26 augustus 2004 ter inzage gelegd. Na inspraak en advisering door wettelijke adviseurs heeft de onafhankelijke commissie voor de milieueffectrapportage een advies Wbr Maasvlakte februari 2007

13 voor richtlijnen voor de inhoud van het MER uitgebracht. Het bevoegd gezag heeft vervolgens op 21 december 2004 de definitieve richtlijnen vastgesteld. De richtlijnen bakenen de inhoud van het te verrichten onderzoek af: ze geven aan welke alternatieven en effecten in het onderzoek betrokken moeten worden. Op basis van de richtlijnen, en uitgaande van de beslissingen van wezenlijk belang uit de PKB PMR (2006), heeft Havenbedrijf Rotterdam N.V. het betreffende onderzoek laten verrichten. De resultaten zijn gebundeld in het MER Aanleg. Dit MER is opgenomen als separaat document in de bijlagen. De landaanwinning hangt nauw samen met de zandwinning, functioneel en in een aantal gevallen ook qua milieueffecten. In het MER Aanleg heeft dit geresulteerd in een integrale Voorkeursalternatief (VKA). Het Voorkeursalternatief is het totaalpakket waaraan Havenbedrijf Rotterdam N.V. als initiatiefnemer uiteindelijk de voorkeur geeft. Het Voorkeursalternatief vormt de basis voor deze vergunningaanvraag. De effecten van de inrichting en het gebruik van het gebied worden in het MER Bestemming beoordeeld. 2.4 Vervlechting en wijze aanbesteding Havenbedrijf Rotterdam N.V. zal de vergunninghouder zijn gedurende de gehele periode waarvoor de te verlenen Wbr-vergunning zal gelden. Dit houdt in dat Havenbedrijf Rotterdam N.V. eindverantwoordelijk en daarmee ook het aanspreekpunt voor het bevoegd gezag zal zijn. Functionele eisen Voor de aanleg van de eerste objecten van Maasvlakte 2 (zeeweringen, havenbassin, eerste terreinen, basisinfrastructuur en doorsteek Yangtzehaven) heeft Havenbedrijf Rotterdam N.V. gekozen voor een zogenaamd design and construct contract. Deze contractvorm betekent dat het contract niet aan de hand van gedetailleerde beschrijvingen zoals in een bestek wordt vastgelegd, maar dat de eisen functioneel zijn geformuleerd. Deze eisen worden vastgelegd in een zogenaamd Programma van Eisen. Dit wil zeggen dat wel nauwkeurig omschreven staat wát er moet komen, maar niet hóe dat er moet komen. De aannemer mag zelf kiezen op welke wijze het object binnen de gestelde bandbreedte gerealiseerd wordt. Verderop in het document zal met meer detail nader ingegaan worden op de aard van de functionele eisen. Een belangrijk deel van de functionele eisen vloeit voort uit de kaders van de PKB PMR (2006) en de UWO Landaanwinning 2, welke beide een bindende functie hebben voor alle projectpartners. In dit verband is het goed om vast te stellen dat de kaders voor het ontwerp vast liggen. Dit betekent dat de aannemer zich in zijn ontwerpvrijheid beperkt. Op hoofdlijnen betreffen de beperkingen: De zeewering, de zuidwestelijke zeewering moet bestaan uit een uit zand opgebouwde zeewering (de zachte zeewering) en de noordwestelijke zeewering moet bestaan uit een dijklichaam (de harde zeewering). Daarnaast gelden er beperkingen voor het maken van de haventoegang, deze moet gecreëerd worden door een doorsteek van de Yangtzehaven, waarbij uiteraard als 2 Uitwerkingsovereenkomst deelproject Landaanwinning, september 2005 Wbr Maasvlakte februari 2007

14 voorwaarde geldt dat de doorsteek pas gemaakt kan worden als er sprake is van afdoende ontsluiting van de noordwest hoek van de bestaande Maasvlakte. Alle objecten moeten gerealiseerd worden binnen harde objectgrenzen die het ruimtebeslag maximeren tot de in het MER Aanleg en de PKB gestelde randvoorwaarden (respectievelijk hectare bruto ruimtebeslag en hectare netto uitgeefbaar terrein). Havenbedrijf Rotterdam N.V. heeft eisen geformuleerd, vooral over de bruikbaarheid van de te maken objecten en de veiligheid van deze objecten en haar omgeving. Hierbij wordt zowel de periode tijdens als ná de aanleg afgedekt. Kwaliteitsborging De te verlenen Wbr-vergunning zal integraal onderdeel uitmaken van het contract tussen Havenbedrijf Rotterdam N.V. en de aannemer. In dit contract zal tevens een uitgebreid stelsel van controles worden opgenomen om de aannemer constant te kunnen controleren tijdens de uitvoering. Tijdens de uitvoering zal Havenbedrijf Rotterdam N.V. de naleving van het contract controleren (en daarmee haar eisen) door de kwaliteit van de processen en producten van de aannemer continu te toetsen en daar waar nodig te sanctioneren. Daarnaast is op vier cruciale momenten in de uitvoering een minimaal prestatieniveau gedefinieerd (in vakjargon worden dit certificaten en certificaatmomenten genoemd). Het ontwerp en de uitvoering moeten op de volgende momenten blijvend aan dit minimale prestatieniveau voldoen: Aanvang De opdrachtnemer moet aantoonbaar beschikken over zonodig onafhankelijk getoetste kwaliteits-, veiligheids-, en risicomanagementsystemen. Totdat de opdrachtnemer beschikt over deze systemen mag geen aanvang gemaakt worden met de werkzaamheden binnen het aanleggebied. Voor de aanvang van het werk wordt door de aannemer een werkplan opgesteld om te borgen dat het waterstaatswerk voldoet aan de veiligheids- en standzekerheidseisen. Het werkplan moet aansluiten bij het gestelde in het Programma van Eisen en zal ter instemming aan het bevoegd gezag worden voorgelegd. Veiligheid van de huidige Maasvlakte De opdrachtnemer moet aantonen dat de stand van het werk dusdanig is dat het huidige veiligheidsniveau van de huidige Maasvlakte geborgd is, ook wanneer dat er een aanvang gemaakt wordt met het (gedeeltelijk) verwijderen van de bestaande zeewering van de huidige Maasvlakte. Gebruiksgereed De opdrachtnemer moet aantonen dat de eerste kade in gebruikgenomen kan worden achter een gesloten buitencontour (harde en zachte zeewering) die voldoet aan het veiligheidsniveau zoals dat geldt voor Maasvlakte 2. Oplevering De opdrachtnemer moet vóór oplevering aantonen dat de objecten (a) voldoen aan alle daaraan te stellen eisen en dat (b) daarnaast (in het bijzonder bij de zachte zeewering) sprake is van een duurzaam evenwichtsprofiel, zodat er sprake is van een normale onderhoudsinspanning. Wbr Maasvlakte februari 2007

15 Verificatie door het bevoegde gezag in het handhavingtraject Het bevoegd gezag zal toetsen op het naleven van de vergunningsvoorwaarden volgend uit de Wet beheer rijkswaterstaatswerken en op het voldoen aan de eisen die in het Toetskader zijn opgenomen. Het Toetskader is -als onderdeel van het Bestuursakkoord en de daarbij behorende Uitwerkingsovereenkomst- onder meer ondertekend door het Rijk en door het Havenbedrijf Rotterdam N.V. en beschrijft de punten waarover overeenstemming is bereikt en waarop tijdens de voorbereiding en realisatie van Maasvlakte 2 zal worden getoetst. Welke onderdelen en aspecten van het Toetskader en de wijze waarop deze door het bevoegd gezag zullen worden toegepast, zullen gedurende het proces van de onderhavige vergunningverlening nog nader worden uitgewerkt. Daarbij zal zowel inhoudelijk als procedureel rekening gehouden worden met de kwaliteitsborging die het Havenbedrijf Rotterdam N.V. hanteert. Dit houdt in dat het Havenbedrijf Rotterdam N.V. voornemens is om de eisen, waaraan zij zich middels het Toetskader gecommitteerd heeft, zoveel mogelijk gelijk op te laten lopen met de certificaatmomenten die zij aan de aannemer van de realisatie van Maasvlakte 2 zal opleggen. Binnen de hierboven beschreven systematiek wordt de landaanwinning Maasvlakte 2 gezien als een systeem, waarbinnen subsystemen en objecten worden onderscheiden. In onderstaande figuur worden deze begrippen nader uitgewerkt. De huidige vergunningaanvraag hanteert de benamingen zoals weergegeven in deze figuur. Alle gebruikte begrippen van deze systematiek staan in bijlage 3 in een verklarende woordenlijst. Figuur 2.2: Schematisering van het systeem Maasvlakte 2 Systeem Maasvlakte 2 Subsystemen Buitencontour Inrichting Objecten Harde Zeewering Zachte Zeewering Zandlichaam Havenbassin Gebied rond Koelwateruitlaat Infrabundel Kadeconstructie Wbr Maasvlakte februari 2007

16 Wbr Maasvlakte februari 2007

17 3 HUIDIGE SITUATIE 3.1 Beheersgebieden De Nederlandse territoriale zee strekt zich uit tot 12 zeemijl (circa 22,2 kilometer) gemeten vanaf de laagwaterlijn, zoals vastgesteld in de Wet grenzen Nederlandse territoriale zee. 3 Deze wet definieert de gemiddeld laagste laagwaterlijn als de dieptelijn van nul meter, zoals aangegeven op de Nederlandse zeekaarten. Binnen de Nederlandse territoriale zee kan nog een onderscheid worden gemaakt tussen zones van nationaal juridische aard. Dit betreft de 1 kilometerzone die wordt gehanteerd voor bestuurlijke doeleinden. De bevoegdheden van de aan de kust gelegen provincies en gemeenten strekken zich uit tot 1 kilometer uit de kust. 4 Daarbuiten is de rijksoverheid de beheerder (van het Nederlandse deel) van de Noordzee. Om te voorkomen dat twee verschillende autoriteiten bevoegd zijn ten tijde van de aanleg van Maasvlakte 2 is de beheersgrens inmiddels zeewaarts verschoven. De domeingrens voor het materiële beheer en onderhoud op de huidige Maasvlakte is weergegeven in figuur 2 van bijlage 1. De domeingrens begint oostelijk van de Slufter, gaat bovenlangs de Slufter, parallel aan de huidige kustlijn over de Distridam naar de overgang van de zachte op de harde zeewering. Vervolgens loopt de domeingrens centraal in het Breekwater oostelijk van de zuidelijke blokkendam richting Zuidwal en daarna parallel aan de Nieuwe Waterweg richting ingang Beerkanaal (dwars door de Papegaaienbek). 3.2 Beheer en onderhoud objecten van de zeewering De verantwoordelijkheden voor materieel beheer en onderhoud van de verschillende elementen van de zeewering worden bepaald aan de hand van de domeingrens (zie figuur 2 in bijlage 1). Liggen de objecten westelijk van de domeingrens, zoals de zachte zeewering bij de Slufter en de Blokkendam, dan is Rijkswaterstaat verantwoordelijk. Liggen de objecten oostelijk van de domeingrens, dan is gemeente Rotterdam verantwoordelijk. Het perceel van de Slufter is in gezamenlijk beheer tussen Rijkswaterstaat, gemeente Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam N.V. 3.3 Huidige inrichting Kadastrale grenzen In bijlage 2 is een tabel en een tekening opgenomen waarop de kadastrale gegevens van de percelen aan de westzijde van de huidige Maasvlakte staan. De overige percelen op de huidige Maasvlakte worden in het bestemmingsplan behandeld. 3 Wet van 9 januari 1985, houdende vaststelling van de grenzen van de territoriale zee van Nederland (Stb. 1985, 129). 4 Wet van 2 november 1990, houdende regeling provincie- en gemeentegrenzen langs de Noordzeekust van de gemeente Den Helder tot en met de gemeente Sluis en wijziging van de Financiële-Verhoudingswet 1984 (Stb. 1990, 553). Wbr Maasvlakte februari 2007

18 3.3.2 Gebruiksfuncties buitencontour Recreatie Op de huidige Maasvlakte is gemiddeld 22 hectare strand beschikbaar voor incidenteel intensief recreatief gebruik. Dit strand, ten westen van de Slufter, heeft een lengte van meter en een gemiddelde breedte droog strand van 100 meter. Deze oppervlakte varieert echter vanwege kustafslag en periodieke zandsuppleties. Ten noorden van dit incidenteel intensief gebruikt strand ligt nog circa 21 hectare strand met een extensief karakter. Dit strand wordt nauwelijks door strandrecreanten, anders dan buitensporters, gebruikt. Het incidenteel intensieve strand op de Maasvlakte is toegankelijk door middel van 7 strandopgangen vanaf de Slufterdijk. De hoogte van de strandopgangen onderaan de zeewering zijn variabel gedurende het jaar en sluiten daardoor niet altijd goed aan op de het strand. Het extensieve strand is matig toegankelijk met 1 strandopgang in het noorden nabij de harde zeewering en via het incidenteel intensieve strand in het zuiden. Bij het incidenteel intensieve recreatiestrand zijn in totaal officiële parkeerplaatsen. Verspreid langs de harde en zachte zeewering worden verder bermen en delen van de zeewering gebruikt als niet-officiële parkeerplaats. Hier is plaats voor circa 300 auto s. Net ten zuiden van de harde zeewering ligt een eenvoudige trailerhelling in de vorm van een geasfalteerde strandopgang die bereikbaar is voor auto s met trailer (vooral gebruikt voor motorboten). Windturbineparken In de huidige situatie zijn verschillende windturbineparken aanwezig op de Maasvlakte. Figuur 2.1 geeft aan waar de parken zich bevinden. Op dit moment zijn de windturbineparken Quadro (4 turbines), Zeestroom (2 turbines), Slufter zeedijk (9 turbines) en Slufter landdijk (8 turbines) in bedrijf. De parken Zuidwal (6 turbines), Dobbelsteen (3 turbines) en Distridam (5 turbines) zijn nog niet in bedrijf. Wbr Maasvlakte februari 2007

19 Figuur 3.1: Windturbineparken op de huidige Maasvlakte De aanwezigheid van windturbines resulteert in ruimtelijke beperkingen voor nabijgelegen functies of activiteiten als gevolg van risico s. In de huidige situatie liggen de recreatiestranden buiten de risicocontouren van de op dat moment aanwezige windturbines. 3.4 Situatie Euro-Maasgeul Aansluitend op de diepwaterroute in de Straat van Dover (gedeelte van de Noordzee tussen de Nederlandse kust en de Britse oostkust) is voor schepen met een grote diepgang de Euro-Maasgeul aangelegd, een toegangsgeul voor de vaart naar de Europoort en Rotterdam. Rijkswaterstaat Noordzee meet regelmatig de diepte van de vaargeulen en laat de geulen uitbaggeren als dat nodig is. De Euro-Maasgeul wordt op een diepte van 24 meter gehouden en is toegankelijk voor schepen met een diepgang tot 22,5 meter. Jaarlijks varen gemiddeld 357 schepen met de maximale diepgang door de Euro-Maasgeul. Wbr Maasvlakte februari 2007

20 3.5 Kustlijn Maasvlakte Huidige situatie Om de kustlijn van het kustvak Maasvlakte, ook in de nieuwe situatie, te handhaven worden een aantal maatregelen genomen. Terugtrekking van de kust heeft immers ook in het kustvak Maasvlakte negatieve gevolgen. Ondanks het ontbreken van een jaarlijkse toetsing aan een Basiskustlijn 5 wordt het gebied periodiek gemonitoord en wordt kustachteruitgang tegengegaan met aanvullende periodieke strand- of vooroever suppleties Autonome ontwikkeling De huidige voorspellingen voor de suppletiebehoefte aan de Slufterkust bedragen circa 0,8 miljoen kubieke meter per jaar. Bij een snellere zeespiegelstijging (60 centimeter per eeuw in plaats van 20 centimeter per eeuw) zal het totale kustonderhoud langs de Nederlandse kust ongeveer verdubbelen. De overgang naar het Kierbeheer van de Haringvlietsluizen zal geen consequenties hebben voor het kustonderhoud van de aangrenzende kustvakken, de Maasvlakte en de Slufter. 3.6 Kustveiligheid Huidige situatie Waterstanden en golfhoogten op zee en het optreden van seiches in de havenbekkens van Rotterdam beïnvloeden de veiligheid tegen overstroming van de kust. In het studiegebied is ongeveer 49 kilometer primaire zeewering aanwezig: 21 kilometer in Delfland, 2 kilometer Brielse Gatdam, 10 kilometer op Oostvoorne en 16 kilometer op Goeree. De waterkeringen langs de Delflandse kust (inclusief de waterkering langs de Nieuwe Waterweg en het Calandkanaal) moeten voldoen aan een veiligheidsnorm van 1/ per jaar. Deze norm betekent dat het ontwerp zo moet zijn uitgelegd, dat (statistisch gesproken) er maar 1 keer per jaar een dusdanig hoge waterstand is dat een overstroming kan plaatsvinden. De dijken rondom Oostvoorne, Goeree en langs het Hartelkanaal moeten voldoen aan een veiligheidsnorm van 1/4.000 per jaar. Eens in de vijf jaar vindt er een veiligheidstoetsing plaats waarbij wordt gekeken of de waterkering nog voldoet aan de norm. De dijkringgebieden van Zuid-Holland staan aangegeven in figuur 4 in bijlage 1 (provincie Zuid-Holland). Het bestaande haven- en industrieterrein (de huidige Maasvlakte) is opgespoten land en ligt buitendijks. Het wordt door zijn hoge ligging (NAP +5 meter) ligging beschermd tegen overstromingen. Voor buitendijkse gebieden geldt géén wettelijke norm voor de ontwerpfrequentie voor overstroming. Bij overstroming van deze gebieden is het risico op slachtoffers vrijwel nihil en is er alleen sprake van economische schade. 5 Het kustvak Maasvlakte, inclusief het Slufterstrand valt buiten het deel van de Nederlandse kustlijn waar de zogenaamde BKL-grens is vastgesteld. Deze BKL staat voor Basiskustlijn en is vastgesteld in Wbr Maasvlakte februari 2007

21 3.6.2 Autonome ontwikkeling Voortschrijdend inzicht in de golfbelasting heeft geleid tot de aanwijzing van een aantal zwakke schakels langs de Hollandse kust. Tot de zwakke schakels in dit studiegebied behoren de Delflandse kust (Hoek van Holland Kijkduin), Goeree (het Flaauwe Werk / De Kwade Hoek) en de Kop van Voorne. De Delflandse kust en Goeree vallen binnen de zogenaamde prioritaire zwakke schakels, waarbij het versterken van de zeewering hand in hand gaat met een impuls voor de ruimtelijke kwaliteit. Vanwege zeespiegelrijzing moet op de lange termijn rekening gehouden worden met een langzame stijging van de maatgevende hoogwaterstanden langs de diverse kustvakken. De autonome verondieping van de Haringvlietmonding levert daarentegen een positieve bijdrage aan de kustveiligheid bij Goeree en Voorne. Verandering in het spuibeheer van de Haringvlietsluizen heeft nauwelijks tot geen consequenties voor de kustveiligheid. Wbr Maasvlakte februari 2007

22 Wbr Maasvlakte februari 2007

23 4 TOEKOMSTIGE SITUATIE ALGEMEEN 4.1 Introductie: de aanvraag Deze aanvraag betreft de aanleg, het beheer en onderhoud van de landaanwinning van Maasvlakte 2. In deze aanvraag wordt het Voorkeursalternatief (VKA), zoals weergegeven in onderstaande tabellen 4.1 en 4.2 aangevraagd. De uitwerking van de landaanwinning (ontwerp en uitvoering) van Maasvlakte 2 is inzichtelijk gemaakt in MER Aanleg. De uitwerking van de inrichting is beschreven in MER Bestemming Maasvlakte 2. Tabel 4.1: Overzicht Voorkeursalternatief - ontwerp landaanwinning Bouwsteen Ontwerp harde zeewering VKA Gebruik van breuksteen, zand, grind en geotextiel in lagen opbouw met als toplaag: - breuksteen of, - betonblokken of - interlocking toplaag elementen (ITE) Zo veel mogelijk hergebruik secundaire materialen, met name van de te ontmantelen bestaande zeewering Zuidelijke ligging harde zeewering. Ontwerp zachte zeewering Selectief toepassen van grovere korrel in een steil profiel (orde 350 µm) Diepte havenbassin afsnuiten vanaf NAP -10 m Maximale interne diepe winning van zand in de zwaaikommen, binnen stabiliteitseisen Interne winning in havenbekkens tot NAP -22 m Terreinhoogte Basisterreinhoogte op NAP +5 m Gebruikte secundaire bouw- en grondstoffen Passief gebruik secundaire bouw- en grondstoffen Tabel 4.2: Overzicht Voorkeursalternatief uitvoering landaanwinning Bouwsteen Bouwvolgorde buitencontour VKA Bouwvolgorde die voldoet aan uitvoeringseisen, waaronder de eisen ten aanzien van de nautische veiligheid en bereikbaarheid Methode van aanleg buitencontour Methode van aanleg werken aan en binnen de binnencontour Binnen de vereiste bouwvolgorde volledig vrije keuze in de wijze van aanleggen van de buitencontour (zowel zachte zeewering als harde zeewering) Gangbaar materieel, geen specifieke beperkingen binnen bestaande wet- en regelgeving Wbr Maasvlakte februari 2007

24 In dit hoofdstuk wordt een algemene introductie gegeven op het project Maasvlakte 2, de ligging en het eigendom en beheer van Maasvlakte 2. De ontwerp- en uitvoeringstechnische aspecten van Maasvlakte 2 worden beschreven in de aanvraag voor Concessie. De ligging en begrenzingen van deze objecten zijn weergegeven in figuur 3 van bijlage 1. In hoofdstuk 5 van de aanvraag voor Concessie is uitgewerkt hoe de beperking c.q. het voorkomen van de diverse milieueffecten zijn meegenomen als randvoorwaarden bij het ontwerp. 4.2 Contour en impressie Maasvlakte 2 Maasvlakte 2 wordt een nieuw haven- en industrieterrein, op een landaanwinning die aansluitend op de bestaande Maasvlakte gerealiseerd zal worden. Deze landaanwinning bestaat uit een zeewering en een daarbinnen gelegen gebied met havens en terreinen. Het zand dat nodig is voor de aanleg van de zeewering en de terreinen wordt voor het overgrote deel gewonnen op de Noordzee (zie daarvoor de vergunningaanvraag in het kader van de Ontgrondingenwet). Het doel is het Rotterdams haven -en industrieterrein uit te breiden met uiteindelijk maximaal netto hectare haventerrein. Maasvlakte 2 gaat plaats bieden aan bedrijven die relatief grote terreinen nodig hebben in de onmiddellijke nabijheid van een diepe zeehaven. Het gaat daarbij vooral om bedrijven die zich toeleggen op grootschalige opslag en overslag van containers, en om bepaalde sectoren van de chemische industrie. Onderstaande fotomontage geeft een impressie hoe Maasvlakte 2 eruit zou kunnen zien wanneer de aanlegwerkzaamheden zijn afgerond en alle beschikbare terreinen zijn uitgegeven. Figuur 4.1: Een impressie van Maasvlakte 2 Wbr Maasvlakte februari 2007

25 4.3 Plaatsbepaling en benaming Maasvlakte 2 wordt gerealiseerd op een landaanwinning die aansluit op de bestaande Maasvlakte. De buitencontour wordt gevormd door de harde zeewering en de zachte zeewering en vormt een scheiding tussen de inrichting en de zee. De benaming van de objecten en deelgebieden zijn weergegeven op een tekening in figuur 3 van bijlage 1. Binnen deze buitencontour bevindt zich het zandlichaam. Het zandlichaam vormt de ondergrond van het haventerrein, de kadeconstructies en de infrabundel. Het havenbassin van Maasvlakte 2 is een geheel van vaargeulen en havenbekkens. De objectgrens van Maasvlakte 2 wordt gevormd door het oostelijke einde van de Yangtzehaven en een lijn parallel aan een door derden op te leveren kadeconstructie van de Euromax Terminal, de haventerreinen van DFDS/TOR-Line en de Antarticaweg ten zuiden van de Yangtzehaven. Verder wordt het havenbassin gedeeltelijk begrensd door het zandlichaam (haventerreinen C, D, E, F) en gedeeltelijk door de huidige zee (zie figuur 3 in bijlage 1). Het gebied rond de koelwateruitlaat wordt aan de noordzijde begrensd door haventerrein E, aan de west- en zuidzijde door het havenbassin en aan de oostzijde door de huidige Maasvlakte met de bestaande koelwateruitlaat. De kadeconstructie bevindt zich grotendeels binnen de objectbegrenzingen van het zandlichaam (terrein D). Aan de noordoostelijke zijde grenst het object eveneens aan het havenbassin. 4.4 Planning, fasering en omvang Maasvlakte 2 wordt gefaseerd aangelegd. Havenbedrijf Rotterdam N.V. streeft er naar om op Maasvlakte 2 in 2013 de eerste container terminal operationeel te hebben. Vanaf dat moment wordt blijvend voldaan aan de hieronder gedefinieerde veiligheids -en bereikbaarheidseisen (hiervoor wordt hierna de term gebruiksgereed gehanteerd). De eerste fase van de aanleg van Maasvlakte 2 is het meest intensief en betreft de aanleg van de zeeweringen en de eerste helft van het binnengebied (de terreinen ), maar ook een onderhoudsperiode na de initiële aanleg van de zeeweringen. De aanleg zal plaatsvinden vanaf 2008 tot maximaal Op dat moment is de buitencontour dicht en is de doorsteek gerealiseerd. De volgende periode is de instelperiode van de zeewering van Maasvlakte 2. Het natuurlijke evenwichtsprofiel zal uiterlijk in 2018 moeten zijn ingesteld. Hierna vindt door Havenbedrijf Rotterdam N.V. nog 5 jaar onderhoud van de zeewering plaats, hetgeen tot uiterlijk 2023 duurt (zie figuur 4.2). In de tweede fase starten de aanlegwerkzaamheden van de overige terreinen. Het tempo van de verdere invulling van het binnengebied (de 2 e fase) is voornamelijk afhankelijk van marktontwikkelingen en -vraag. In de eindsituatie is er hectare netto uitgeefbaar haven- en industrieterrein gerealiseerd. Het havenbassin, de zeewering, de droge infrastructuur en overige voorzieningen nemen dan circa hectare in beslag. Maasvlakte 2 krijgt dus een bruto omvang van circa hectare. Afhankelijk van de marktvraag start de 2 e fase in 2013 of later. Fase 2 eindigt naar verwachting in Wbr Maasvlakte februari 2007

26 In onderstaand schema (figuur 4.2) is het tijdpad van aanleg en eerste onderhoudswerkzaamheden weergegeven. Figuur 4.2: Periodes van zandwinning, landaanwinning en onderhoud 4.5 Eigendom De Staat der Nederlanden (hierna de Staat ) geeft het projectgebied in erfpacht uit aan de gemeente Rotterdam overeenkomstig de concept erfpachtovereenkomst tussen de Staat en de gemeente Rotterdam. Deze erfpachtovereenkomst heeft tevens een functie in de borging van nationaal belang. De gemeente Rotterdam geeft het projectgebied dienovereenkomstig in ondererfpacht uit aan Havenbedrijf Rotterdam N.V. Afhankelijk van de inrichting van het gebied kan de taxatie plaatsvinden. De dienst Domeinen is hierbij namens de rijksoverheid betrokken. 4.6 Beheer en verantwoordelijkheid In de uitwerkingsovereenkomst (UWO) 6 zijn door het Rijk, provincie Zuid-Holland, gemeente Rotterdam, stadsregio Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam N.V. nadere afspraken gemaakt over het beheer en onderhoud door Havenbedrijf Rotterdam N.V. van de huidige en de nieuwe buitencontour (zeewering). Dit gedurende de aanleg van Maasvlakte 2 en de daarop volgende instel- en onderhoudsperiode van 10 jaar. Het betreft zowel afspraken met betrekking tot budget als verantwoordelijkheden. Havenbedrijf Rotterdam N.V. is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de landaanwinning, met inbegrip van de havenbekkens. Gedurende de bouwperiode draagt Havenbedrijf Rotterdam N.V. zorg voor beheer en onderhoud van de zeewering van de bestaande Maasvlakte. Gedurende de instel- en onderhoudsperiode draagt Havenbedrijf Rotterdam N.V. zorg voor beheer en onderhoud van de nieuwe buitencontour. Alle beheer en onderhoud wordt zodanig verricht dat het veiligheidsniveau van de bestaande Maasvlakte wordt gehandhaafd. De Staat wordt gedurende de periode dat 6 Bijlage UWO paragraaf 2.5, 2.6, 4.3 en 6.1. Wbr Maasvlakte februari 2007

27 Havenbedrijf Rotterdam N.V. de verantwoordelijkheid draagt voortdurend betrokken bij de wijze waarop Havenbedrijf Rotterdam N.V. hiermee omgaat. Havenbedrijf Rotterdam N.V. stelt alle relevante informatie (o.a. jaarlijkse onderhoudsgegevens) direct beschikbaar. Voordat de instel- en onderhoudsperiode eindigt stellen de betrokken partijen vast of de buitencontour voldoet aan de overeenkomst en naar behoren is onderhouden. Na afloop van de instel- en onderhoudsperiode draagt de Staat voor eigen rekening zorg voor beheer en onderhoud van de buitencontour. Wbr Maasvlakte februari 2007

28 Wbr Maasvlakte februari 2007

29 5 TOEKOMSTIGE SITUATIE ONTWERP 5.1 Systeemeisen Maasvlakte 2 In deze paragraaf zijn de systeemeisen opgenomen die van toepassing zijn op alle subsystemen en objecten van Maasvlakte 2 (voor de toelichting op deze begrippen zie paragraaf 2.4). Deze eisen zijn goeddeels een weergave van wat betrokken partijen (Rijk, provincie Zuid-Holland, gemeente Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam N.V.) zijn overeengekomen in de UWO Landaanwinning. Alle objecten zoals weergegeven in figuur 2.2 moeten binnen de bijbehorende objectbegrenzingen worden gerealiseerd. Voor begrenzing van het toekomstige Maasvlakte 2 gebied wordt verwezen naar figuur 3 in bijlage 1. De realisatie van het werk moet zodanig zijn dat de vlotheid en veiligheid van de scheepvaart en de bereikbaarheid van het Rotterdams havengebied tijdens de realisatie ten minste vergelijkbaar blijven met de huidige situatie. Het huidige niveau van veiligheid en standzekerheid van de huidige Maasvlakte, geboden door de bestaande zeewering van de huidige Maasvlakte, moet ten minste gehandhaafd blijven tijdens de realisatie van Maasvlakte 2. Na realisatie zal deze functie worden overgenomen door de verschillende objecten onderdeel uitmakend van Maasvlakte Ontwerptechnische aspecten Inleiding De ontwerptechnische aspecten van de verschillende (sub)systemen en objecten (zie figuur 2.2) worden beschreven in de aanvraag voor Concessie. In de aanvraag voor Concessie wordt per onderdeel het ontwerp en de milieueffecten beschreven. In onderstaande paragraaf wordt een samenvatting gegeven van de eisen en maatregelen die specifiek gelden voor het beschermen en het veilig en doelmatig gebruik van het waterstaatswerk Eisen aan het ontwerp van het waterstaatswerk De harde zeewering heeft een zodanige constructie dat deze onderhoudsarm is. De aansluiting tussen de harde- en de zachte zeewering worden zodanig vormgegeven dat de functies van beide zeeweringen over en weer niet nadelig worden beïnvloed. Deze overgangsconstructie wordt onderhouds- en erosiearm aangelegd. De harde- en zachte zeewering beschermt de inrichting tegen schade en overstromingen ten gevolge van de golfoverslag. Tevens beschermt de harde zeewering de havenactiviteiten, die landinwaarts van de binnencontourlijn op de inrichting plaatsvinden, tegen hinder door golfoverslag. Het water dat over de harde zeewering slaat als gevolg van golfoverslag, dat tussen de kruin en de binnencontourlijn is opgevangen, mag niet via het zandlichaam worden afgevoerd. De exacte uitvoering van deze eis wordt door de aannemer bepaald. Wbr Maasvlakte februari 2007

30 Twee jaar na de ingang van de gebruiksfase wordt voor preventief onderhoud van de zachte zeewering niet vaker dan éénmaal per jaar gesuppleerd per kustvak van 100 meter breedte. Bij de uitvoering van deze suppleties en aanverwante herstel- en onderhoudswerkzaamheden houdt de opdrachtnemer rekening met het recreatieve karakter van het strand en de ondiepe kustzone van de gehele zachte zeewering. Een nadere toelichting op kustlijnhandhaving en onderhoudsbaggerwerk wordt gegeven in paragraaf Nautische veiligheid De aanlegwerkzaamheden voor de harde en zachte zeewering worden zodanig uitgevoerd dat de vlotheid en veiligheid van het scheepvaartverkeer en de bereikbaarheid van het Rotterdamse havengebied tijdens de aanlegfase ten minste vergelijkbaar blijven met de huidige situatie. Dit betekent dat de stromingscondities niet alleen in de eindsituatie maar ook gedurende de realisatie acceptabel zijn. Tevens wordt verkeershinder voor de scheepvaart door bouwwerkzaamheden voorkomen. Voor aanvang van de voorgenomen bouwmethode en bouwwerkzaamheden op en nabij het water en de daaruit voorvloeiende vaarbewegingen moeten deze werkzaamheden door de Rijkshavenmeester worden goedgekeurd. Gedurende de realisatie van Maasvlakte 2 mogen geen negatieve gevolgen op het gebied van ontsluiting, functionaliteit en bereikbaarheid optreden voor de huidige gebruikers van de huidige Maasvlakte, tenzij aantoonbaar vooraf toestemming is verkregen van de huidige gebruikers van de huidige Maasvlakte. De aannemer zal als eis in het programma van eisen (zie paragraaf 2.4) door middel van een veiligheidsplan moeten aantonen hoe de veiligheid van de scheevaart wordt gewaarborgd. Wbr Maasvlakte februari 2007

31 6 UITVOERING 6.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de verschillende methoden voor de realisatie van Maasvlakte 2 beschreven. In de aanvraag voor Concessie worden deze methoden in meer detail behandeld. De mogelijke variaties in de bouwvolgorde van de buitencontour en de methode van de aanleg van de harde en zachte zeewering en het binnengebied (die vallen binnen de gegeven ruimte in de uitvoeringseisen) zijn niet onderscheidend ten aanzien van milieu en waterstaatskundige effecten. 6.2 Uitvoeringseisen aan de buitencontour Aan de buitencontour worden uitvoeringseisen gesteld, die geldig zijn voor de bouwvolgorde (paragraaf 6.3), de methode van aanleg van de harde zeewering (paragraaf 6.4) en de zachte zeewering (pararaaf 6.5). De uitvoeringseisen hebben betrekking op de stromingscondities, de nautische veiligheid, de veiligheid van bestaande constructies en de infrastructuur. Tijdens de werkzaamheden wordt het huidige niveau van veiligheid en standzekerheid van de huidige Maasvlakte, die geboden wordt door de bestaande zeewering binnen de objectbegrenzingen, ten minste gehandhaafd. Voor de bestaande zeewering wordt een veiligheidsnorm van ten hoogste 1/4.000 per jaar gehanteerd (zie paragraaf 3.6.1). De objecten en deelgebieden zijn weergegeven in figuur 3 van bijlage Bouwvolgorde De eerste fase van Maasvlakte 2 zal in principe in 2013 gebruiksgereed zijn. Gedurende de realisatie van Maasvlakte 2 mogen geen negatieve gevolgen op het gebied van ontsluiting, functionaliteit en bereikbaarheid optreden voor de huidige gebruikers van de huidige Maasvlakte, tenzij aantoonbaar vooraf toestemming is verkregen van de huidige gebruikers van de huidige Maasvlakte. 6.4 Methode van aanleg harde zeewering Aan de opdrachtnemer wordt de vrijheid gelaten om zelf voorstellen uit te werken voor de methode van aanleg van de harde zeewering. In bijlage 3 van de aanvraag voor Concessie wordt voorbeeldsgewijs een aantal methoden besproken voor de aanvoer van toe te passen materialen. Wbr Maasvlakte februari 2007

32 6.5 Methode van aanleg zachte zeewering Voorgenomen activiteit Bij de aanleg van de buitencontour is variatie mogelijk in de methode van het aanbrengen van het zand. Met varend materieel kan het zand worden aangebracht door middel van klappen, rainbowen en walpersen (Milieu-)effecten en daaruit voortvloeiende functionele randvoorwaarden Het enige thema uit het MER Aanleg waar door de methode van aanleg van de zachte zeewering effecten ontstaan is de milieukwaliteit. Het blijkt dat klappen de snelste methode is om het zand aan te brengen en ook de methode die de minste milieubelasting met zich meebrengt (tot maximaal 40% van het totale volume, anders moet er additionele rehandling van het zand plaatsvinden, hetgeen weer extra milieubelasting met zich meebrengt). Ook dient hierbij opgemerkt te worden dat de beschikbaarheid van voldoende waterdiepte een belangrijke beperkende factor is. 6.6 Bouwvolgorde binnengebied De eerste terreinen voor Maasvlakte 2 zullen in het zuiden van de toekomstige landaanwinning worden gerealiseerd Ook de aanleg van de benodigde infrastructuur wordt bij voorkeur vanuit het zuiden begonnen. Met deze bouwvolgorde kunnen de eerste terreinen tijdig worden opgeleverd. In de eerste fase moet ruwweg de helft van het binnengebied worden aangelegd. De andere helft wordt volgend op de marktvraag in een periode van 10 tot 15 jaar aansluitend op de eerste fase aangelegd. 6.7 Methode van aanleg binnengebied Voor het type materieel dat ingezet wordt kan op hoofdlijnen onderscheid gemaakt worden tussen het werken met varend materieel, stationair materieel en rijdend materieel. Naast dit onderscheid in het in te zetten type materieel, kan ook gevarieerd worden met: de locaties van in te zetten materieel; de intensiteit (en timing) van het in te zetten materieel. 6.8 Relatie met gebruiksfuncties Vermindering mogelijkheden schelpdiervisserij in de kustzone Het is mogelijk dat door tijdelijke verplaatsing vissoorten en schaaldieren als gevolg van hinder, de visserij zich eveneens dient te verplaatsen. Door strenge eisen voor vergunningverlening voor de visserij op schelpdieren wordt verwacht dat deze visserij de komende jaren geen rol van betekenis zal spelen. Wbr Maasvlakte februari 2007

33 Ruimtebeslag visserijgrond De zone waarin de kleinere (Euro)kotters (<300 pk) mogen vissen verschuift en komt iets verder uit de kust te liggen. Dit heeft tot gevolg dat de gemiddelde afstand tot aan de visgronden toeneemt, en daarmee dus ook de kosten voor brandstof. Wellicht dat deze visgronden ook minder renderen, doordat hier minder vis aanwezig is. Deze gevolgen zullen naar verwachting vooral effect hebben op de kotters uit de omliggende kustplaatsen, zoals Stellendam en Goeree. Recreatie De toestand van het recreatiestrand en de bijbehorende ondiepe kustzone zal vanaf het tijdstip van beschikbaarheid zodanig zijn dat de veiligheid voor recreanten en overige bezoekers is gewaarborgd op een vergelijkbaar niveau als bij het bestaande Slufterstrand. In de aanlegfase is Maasvlakte 2 niet toegankelijk en ontstaan hierdoor enige beperkingen van de thans aanwezige recreatiemogelijkheden. Gebruik infrabundel Op of bij waterstaatskundige werken gesitueerde infrastructuur zullen zoveel mogelijk worden vrijgehouden van zand. Wbr Maasvlakte februari 2007

34 Wbr Maasvlakte februari 2007

35 7 ONDERHOUD EN BEHEER 7.1 Functie buitencontour De buitencontour van Maasvlakte 2 is bestemd voor waterstaatskundige doeleinden. Tot deze bestemming behoren de harde en zachte zeewering, de locatie voor een windturbinepark (die een dubbelbestemming heeft gekregen) en extensieve recreatie. Op deze gronden zijn uitsluitend bouwwerken (geen gebouwen) toegestaan ten behoeve van de geleiding van het verkeer te water. De locaties van de verschillende functiebestemmingen worden aangegeven in het bestemmingsplan. Werken, zoals windturbines, die in de toekomst worden aangelegd in, op of aan de buitencontour en die buiten de reikwijdte van de aanleg van Maasvlakte 2 vallen, zijn vergunningplichtig op grond van de Wbr. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen ten behoeve van het bouwen van overige in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals duikers en sluizen alsmede voor windturbines en de daarbij behorende voorzieningen ter plaatse van de medebestemming, indien daardoor de waterstaatkundige belangen niet worden geschaad. 7.2 Beheersactiviteiten buitencontour Recreatie De aanleg van Maasvlakte 2 betekent een verlies aan strandoppervlakte van in totaal 43 hectare. Om het huidige niveau van recreatieve voorzieningen te behouden, wordt op Maasvlakte 2 een nieuw recreatiestrand aangelegd van in totaal 49 hectare. Hiervan bestaat minstens 22 hectare uit incidenteel intensief (droog) strand, met een breedte tussen de 50 en 200 meter. Het recreatiestrand is ononderbroken met een maximale lengte van 2,2 kilometer en sluit direct aan op de Slufterstrand. Het recreatiestrand voor intensief gebruik biedt ruimte aan ongeveer bezoekers. Het strand wordt toegankelijk gemaakt via 6 à 7 strandopgangen, waarvan 5 voor het incidenteel intensieve strand en 1 à 2 voor het extensieve strand. Bij het extensieve strand zal een strandopgang geschikt zijn voor auto s. Ten behoeve van de kleine watersport wordt het strand goed bereikbaar voor auto s door realisatie van een eenvoudige trailerhelling. Het Slufterstrand voor natuurgerichte recreatie blijft bestaan. Bezoekers kunnen dit strand bereiken via de bestaande opgangen én via een aantal nieuwe opgangen die aangelegd worden op het nieuwe strand. De stranden voor natuurgerichte recreatie zullen minder (of niet) toegankelijk zijn voor grote groepen recreanten. Op het incidenteel intensieve recreatiestrand in het zuidwesten van Maasvlakte 2 worden in beperkte mate seizoengebonden horecavoorzieningen toegestaan. De plaatsing van horecavoorzieningen valt echter buiten de reikwijdte van deze aanvraag. Onderstaande figuur geeft een weergave van de verschillende soorten stranden. Wbr Maasvlakte februari 2007

36 Figuur 7.1 Recreatief medegebruik op de buitencontour Windturbines Op een deel van de buitencontour worden naar verwachting windturbines geplaatst om daarmee duurzame energie te produceren. In ieder geval wordt een aantal windturbines die op de huidige Maasvlakte verdwijnen teruggeplaatst op Maasvlakte 2. Daarnaast wordt verwacht dat de windturbines door andere partijen worden gerealiseerd en afgestemd worden op de aanwezige bedrijfsactiviteiten, infrastructuur en recreatief medegebruik op Maasvlakte 2. De plaatsgebonden risicocontour voor de toekomstige windturbines ligt op een afstand van circa 160 meter (Handboek Risicozonering Windturbines, 2 e geactualiseerde versie januari 2005). De afstand tussen het strand en de turbines is circa 65 meter. Hierdoor worden met het oog op recreatief medegebruik de windturbines alleen op de harde zeewering geplaatst. Wbr Maasvlakte februari 2007

37 Het windturbinepark krijgt een dubbelbestemming. Aan de noordzijde op de harde zeewering mogen maximaal 8 windturbines komen met een maximaal vermogen van 4,5 MW per turbine. De maximaal toegestane hoogte van de mast plus de helft van de rotordiameter is vastgelegd op 175 meter. Voor bijbehorende gebouwen gelden twee bouwvoorschriften: de hoogte mag maximaal 3 meter zijn, en de oppervlakte maximaal 50 vierkante meter. Per windturbine wordt uitgegaan van een ruimtebeslag op de bodem van 200 vierkante meter (voet molen + toegangsweg). De optimale plaatsing op de harde zeewering is in één lijn in zuidoost-noordwestelijke richting met een onderlinge afstand van minimaal 4 maal de rotordiameter. Afhankelijk van het vermogen van de toekomstige windturbines staan in onderstaande tabel van de minimale eisen ten aanzien van de afstanden. Tabel 7.1: Minimale afstanden van twee typen windturbines op de harde zeewering van Maasvlakte 2 Vermogen windturbine 3,0 MW 4,0 MW Hoogte (m) Rotordiameter (m) Minimale afstand onderling (m) Minimale afstand van de verharde weg (m) Minimale afstand uit de rand van de vaarweg (m) Minimale afstand tot het spoor (m) In het beleid van Rijkswaterstaat (Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatswerken) is opgenomen dat windturbines niet geplaatst mogen worden in de kernzone van de waterkering. Onder de kernzone wordt verstaan het eigenlijke dijk-, duin- of damlichaam van de waterkering 7. Daarnaast wordt plaatsing buiten de kernzone enkel toegestaan indien de risico s van het plaatsen van de windturbine niet leidt tot verhoogde bezwijkkansen van de waterkering. 7.3 Kustlijnhandhaving en onderhoudsbaggerwerk Inleiding Langs een groot deel van de Nederlandse kust is het noodzakelijk periodiek zandsuppleties uit te voeren om te voorkomen dat de kustlijn terugschrijdt. Maasvlakte 2 heeft uitsluitend gevolgen voor de kustlijnhandhaving ter plaatse van de landaanwinning zelf; niet voor de kustvakken in de omgeving (Delfland, Voorne, Goeree) en ook niet verder weg. Bij de bestaande Maasvlakte en de Slufter wordt op dit moment gemiddeld 0,8 miljoen kubieke meter zand per jaar aangebracht. Naast de suppleties ten behoeve van het handhaven van de kustlijn, zal Havenbedrijf Rotterdam N.V. in de aanlegfase meer onderhoudsbaggerwerk verrichten. In de aanwezigheidsfase blijft dit echter vrijwel gelijk. 7 Het gebrip kernzone heeft hier een vergelijkbare definitie zoals gesteld voor primaire waterkeringen in de Wet op de Waterkering Wbr Maasvlakte februari 2007

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer meer ruimte voor haven verbetering kwaliteit leefomgeving 2 Projecten voor haven en leefomgeving procedures voor de uitvoering Het Project Mainportontwikkeling

Nadere informatie

Project Mainportontwikkeling Rotterdam. Zienswijzer

Project Mainportontwikkeling Rotterdam. Zienswijzer Project Mainportontwikkeling Rotterdam Zienswijzer Project Mainportontwikkeling Rotterdam Zienswijzer Mogelijkheden voor inbreng in procedures Maasvlakte 2 Ontwerp-besluiten voor aanleg Maasvlakte 2 mogelijkheid

Nadere informatie

M AAS V L AK TE 2 RUIMTE VOOR DUURZAME GROEI. Rotterdam, 16 juni 2014 René van der Plas, Directeur

M AAS V L AK TE 2 RUIMTE VOOR DUURZAME GROEI. Rotterdam, 16 juni 2014 René van der Plas, Directeur M AAS V L AK TE 2 RUIMTE VOOR DUURZAME GROEI Rotterdam, 16 juni 2014 René van der Plas, Directeur 1 Projectlocatie Copyright - Port of Rotterdam - Maasvlakte 2 2 Noodzaak uitbreiding haven 2008-2030 1960-1970

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 158 Besluit van 29 april 2008, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 108, eerste lid, van de Wet

Nadere informatie

Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT: Artikel 1 Het besluit van 19

Nadere informatie

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Vrijstelling artikel 19 WRO VOOR AANLEGWERKZAAMHEDEN MAASVLAKTE 2

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Vrijstelling artikel 19 WRO VOOR AANLEGWERKZAAMHEDEN MAASVLAKTE 2 PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE Vrijstelling artikel 19 WRO VOOR AANLEGWERKZAAMHEDEN MAASVLAKTE 2-00056_omslag_AV.indd 8 03-04-2007 11:39:42 Goede ruimtelijke onderbouwing t.b.v. Vrijstelling ex artikel

Nadere informatie

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER FEBRUARI 2010 PILOTPROJECT ZANDMOTOR Het klimaat verandert en de druk van de zee op de Nederlandse kust neemt toe. Daarnaast is in de Zuidvleugel van de Randstad grote behoefte

Nadere informatie

Besluit. 17 april 2008 DRZW/

Besluit. 17 april 2008 DRZW/ 17 april 2008 DRZW/2008-1670 2 Bij brief van 12 december 2007, kenmerk 495648, heeft u een wijziging van de aanvraag voor wat betreft de zandwingebieden ingediend. Dit in verband met nieuwe inzichten in

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt

Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt Dordrecht, 10 september 2012 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding Op het perceel aan de Rijksstraatweg

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - AARDRIJKSKUNDE ANTWOORDEN

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - AARDRIJKSKUNDE ANTWOORDEN ZAND BOVEN WATER LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - AARDRIJKSKUNDE Rotterdam is de belangrijkste haven van Europa. Steeds meer containers, grondstoffen en andere spullen worden via Rotterdam

Nadere informatie

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Aanvraag om vergunning

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Aanvraag om vergunning PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE Aanvraag om vergunning INGEVOLGE DE NATUURBESCHERMINGSWET 1998-00056_omslag_AV.indd 4 03-04-2007 11:39:21 Samenvattend verzoek om vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

(ONTWERP) PROJECTPLAN WATERWET

(ONTWERP) PROJECTPLAN WATERWET DAT UM 10 juni 2016 (ONTWERP) PROJECTPLAN WATERWET DEEL I AANLEG ZONNEWEIDE GEMAAL LOVINK 1. Aanleiding en doel Op grond van de Waterwet is het nodig, wanneer er sprake is van een aanpassing aan een waterstaatskundig

Nadere informatie

BIJLAGE 1 BIJ WIJZIGINGSAANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING INKOOPSTATIONS EN OPSTELPLAATSEN WINDPARK OOSTPOLDER. Waddenwind B.V.

BIJLAGE 1 BIJ WIJZIGINGSAANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING INKOOPSTATIONS EN OPSTELPLAATSEN WINDPARK OOSTPOLDER. Waddenwind B.V. 716033 27-03-2019 BIJLAGE 1 BIJ WIJZIGINGSAANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING INKOOPSTATIONS EN OPSTELPLAATSEN WINDPARK OOSTPOLDER Waddenwind B.V. Definitief Duurzame oplossingen in energie, klimaat en milieu

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning voor het plaatsen van een gedeelte van een woonwagen en voor een meterkast buiten de aangelegde woonwagenlocatie aan de Heelalstraat.

Nadere informatie

Directoraat-generaal Energie, Telecom & Mededinging Bezoekadres Postadres Factuuradres Overheidsidentificatienr Behandeld door Besluit

Directoraat-generaal Energie, Telecom & Mededinging Bezoekadres Postadres Factuuradres Overheidsidentificatienr Behandeld door Besluit > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Datum Betreft Voorbereidingsbesluit Windpark Drentse Monden en Oostermoer Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK

Nadere informatie

ONTWERP BESCHIKKING. Inhoudsopgave

ONTWERP BESCHIKKING. Inhoudsopgave ONTWERP BESCHIKKING Onderwerp (Ontwerp) Watervergunning Wijziging kabeltraject Windpark Fryslân deel ten oosten van Kornwerderzand tot het Friese vaste land Inhoudsopgave 1. Aanhef 2. Besluit 3. Voorschriften

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT: Artikel 1 Het besluit van 19 februari

Nadere informatie

AANVRAAG VERGUNNINGEN ONTGRONDINGEN ZANDWINNING

AANVRAAG VERGUNNINGEN ONTGRONDINGEN ZANDWINNING AANVRAAG VERGUNNINGEN ONTGRONDINGEN ZANDWINNING HOOGHEEMRAADSCHAP VAN RIJNLAND 15 maart 2013 076993162:0.2 Definitief C03021.000106.0100 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Gegevens vergunningaanvraag... 5 2.1

Nadere informatie

1.3 Globale beschrijving van de aanvraag

1.3 Globale beschrijving van de aanvraag Ter realisering van deze tweeledige doelstelling zijn drie deelprojecten opgezet die samen het PMR vormen, namelijk: 1. Bestaand Rotterdams gebied, bedoeld om het bestaande Rotterdamse havengebied beter

Nadere informatie

ANALYSE GEBRUIKSMOGELIJKHEDEN

ANALYSE GEBRUIKSMOGELIJKHEDEN ANALYSE GEBRUIKSMOGELIJKHEDEN Datum Van B. Vogelaar Pondera Consult Betreft Analyse van de gebruiksmogelijkheden van terreinen op bedrijventerrein Elzenburg / De Geer als gevolg van de plaatsing van een

Nadere informatie

REGELS Inhoudsopgave

REGELS Inhoudsopgave REGELS Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 Begrippen 2 Artikel 2 Nadere regels 2 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS 3 Artikel 3 Groen 3 Artikel 4 Verkeer - Verblijfsgebied 3 Artikel 5 Leiding

Nadere informatie

Gemeente Oosterhout. Kantorenlocatie Beneluxweg- Zuid

Gemeente Oosterhout. Kantorenlocatie Beneluxweg- Zuid Gemeente Oosterhout Kantorenlocatie Beneluxweg- Zuid Netto oppervlakte: ca. 1.4 hectare Aantal bedrijven: 1 bedrijf Bereikbaarheid (wegen, spoor, water, openbaar vervoer): A27 en openbaar vervoer Type

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning. Dossiernummer: 2011/16386 Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van Zundert zijn voornemens om overeenkomstig de besluitvormingsprocedure als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen

Nadere informatie

Beantwoording vragen t.a.v. Goede Ruimtelijke Onderbouwing (GRO) Windpark Nieuwe Waterweg

Beantwoording vragen t.a.v. Goede Ruimtelijke Onderbouwing (GRO) Windpark Nieuwe Waterweg Notitie Datum Aan Mevr. C. Wieles, Gemeente Rotterdam Van Paul Janssen Betreft vragen t.a.v. Goede Ruimtelijke Onderbouwing (GRO) Windpark Nieuwe Waterweg Projectnummer 711033 Bijlagen Bijlage 1: Antea

Nadere informatie

De Minister van Economische. Zaken en. De Minister van Infrastructuur en Milieu. Overwegende dat:

De Minister van Economische. Zaken en. De Minister van Infrastructuur en Milieu. Overwegende dat: De Minister van Economische Zaken en De Minister van Infrastructuur en Milieu Overwegende dat: - het wenselijk is te voorkomen dat zich in het gebied dat bestemd zal worden voor het Windpark Zeewolde en

Nadere informatie

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Milieueffectrapport BIJLAGE KUST EN ZEE

PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE. Milieueffectrapport BIJLAGE KUST EN ZEE PROJECTORGANISATIE MAASVLAKTE Milieueffectrapport BIJLAGE KUST EN ZEE Documenttitel Milieueffectrapport Aanleg Maasvlakte 2 Bijlage Kust en Zee Verkorte documenttitel Datum 5 april 2007 Projectnummer

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 6 augustus 2015

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 6 augustus 2015 OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 6 augustus 2015 Burgemeester en wethouders hebben op 16-1-2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het dempen en realiseren van water. De aanvraag gaat over

Nadere informatie

Havenkwartier Zeewolde

Havenkwartier Zeewolde Havenkwartier Zeewolde Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 8 september 2011 / rapportnummer 2459 60 Oordeel over het MER Voor de aanleg van de woonwijk Polderwijk te Zeewolde is in 2003 de procedure

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017.

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017. Watervergunning Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht Datum 16 juni 2017 Zaaknummer 13429 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634 57 00 post@hdsr.nl

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018 WATERVERGUNNING Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern Datum 28 maart 2018 Zaaknummer 24339 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen

Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen Registratienummer: PM Het college van dijkgraaf en heemraden; gelet op artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78,

Nadere informatie

Op de voorstellen van gedeputeerde staten van Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland;

Op de voorstellen van gedeputeerde staten van Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland; Besluit van provinciale staten van Utrecht van 6 februari 2006, Noord-Holland van (datum), van Zuid- Holland van (datum) en van Gelderland van (datum) tot vaststelling van de Verordening waterkering West-Nederland

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142 WATERVERGUNNING Voor het vervangen van een verkeersregelinstallatiekast (VRI kast) bij een watergang en een waterkering op de locatie Boerendijk ter hoogte van de brug in de Chrysantstraat in Woerden Datum

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584 Watervergunning Voor het hebben van een tijdelijke gedeeltelijke verondieping in een tertiair oppervlaktewaterlichaam (=natuursloot) op de locatie achter Meije 89 te Bodegraven Datum 29 augustus 2017 Zaaknummer

Nadere informatie

De vergunninghouder. Watervergunning. voor het plaatsen van een aanlegsteiger met meerpalen nabij Dijksgracht 23 in Amsterdam. Datum 25 juli 2018

De vergunninghouder. Watervergunning. voor het plaatsen van een aanlegsteiger met meerpalen nabij Dijksgracht 23 in Amsterdam. Datum 25 juli 2018 De vergunninghouder Datum 25 juli 2018 Kenmerk DMS2018-0030860 Zaaknummer WN2018-004141 Watervergunning voor het plaatsen van een aanlegsteiger met meerpalen nabij Dijksgracht 23 in Amsterdam. Uw kenmerk/projectcode:

Nadere informatie

26 Aanbrengen van grond bij een waterkering

26 Aanbrengen van grond bij een waterkering 26 Aanbrengen van grond bij een waterkering 26.1 Inleiding In dit hoofdstuk staat het aanbrengen van grond bij waterkeringen centraal. Onder deze handeling wordt verstaan: - opvullen van gaten en kuilen;

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Herinrichting Neherkade Den Haag

Herinrichting Neherkade Den Haag Herinrichting Neherkade Den Haag Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 24 mei 2013 / rapportnummer 2486 66 1. Oordeel over het milieueffectrapport MER De gemeente Den Haag heeft het voornemen de

Nadere informatie

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Watertoets Definitief Provincie Noord Holland Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 11 december 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Inrichting watersysteem...

Nadere informatie

ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675

ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675 ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675 Burgemeester en Wethouders hebben op 24 april 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het realiseren van een erfafscheiding/toegangspoort. De

Nadere informatie

*14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543

*14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543 Zaaknummer: 186570 Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van Uden van, 09 01 2015 wnd. hoofd afdeling Bouwen en Milieu. *14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543

Nadere informatie

5 -minuten versie voor Provinciale Staten

5 -minuten versie voor Provinciale Staten 5 -minuten versie voor Provinciale Staten Directie DRM Afdeling Ruimte, Wonen en Bodem Registratienummer PZH-2016-550412223 () Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 10 mei 2016 Nee

Nadere informatie

BIJLAGE 14 RISICO'S VOOR SCHEEPVAART DOOR FALEN VAN WINDTURBINES

BIJLAGE 14 RISICO'S VOOR SCHEEPVAART DOOR FALEN VAN WINDTURBINES BIJLAGE 14 RISICO'S VOOR SCHEEPVAART DOOR FALEN VAN WINDTURBINES 1 RISICO'S VOOR SCHEEPVAART DOOR FALEN VAN WINDTURBINES Inleiding Om de risico s voor scheepvaart in windturbineparken (recreatievaart

Nadere informatie

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering 5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.1 eerste lid onder b: Zonder vergunning van het bestuur is het verboden gebruik

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan.

Watervergunning. Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan. Watervergunning Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan Datum 30 mei 2017 Zaaknummer 12346 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030)

Nadere informatie

Windturbinepark Hogezandse Polder, gemeente Cromstrijen

Windturbinepark Hogezandse Polder, gemeente Cromstrijen Windturbinepark Hogezandse Polder, gemeente Cromstrijen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 30 oktober 2015/ rapportnummer 3070 1. Oordeel over het milieueffectrapport De gemeente Cromstrijen

Nadere informatie

ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik

ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik Voornemen Het College van Dijkgraaf en Hoogheemraden van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden is voornemens, gelet op artikel

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van. Houdende verlening van een concessie aan het Havenbedrijf Rotterdam N.V. voor de a An-le--van de Tweede Maasvlakte ONTWERP

Ontwerpbesluit van. Houdende verlening van een concessie aan het Havenbedrijf Rotterdam N.V. voor de a An-le--van de Tweede Maasvlakte ONTWERP Ontwerpbesluit van. Houdende verlening van een concessie aan het Havenbedrijf Rotterdam N.V. voor de a An-le--van de Tweede Maasvlakte ONTWERP Op de voordracht van de Minister van Verkeer en Waterstaat

Nadere informatie

Titel: Aanvraag omgevingsvergunnin g tijdelijk afwijken laad- en loslocatie t Zwaantje Nummer: P VER- OMG Versie: 1.

Titel: Aanvraag omgevingsvergunnin g tijdelijk afwijken laad- en loslocatie t Zwaantje Nummer: P VER- OMG Versie: 1. Inhoudsopgave 1 Algemeen... 2 1.1 Gegevens aanvrager... 2 1.2 Gewenste toestemming... 2 1.3 Aard van de werkzaamheden... 2 1.4 Ligging van de loslocaties met zandaanvulling... 2 1.5 Relatie met andere

Nadere informatie

NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN. 1. Inleiding

NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN. 1. Inleiding NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN Gemeente Zeewolde, maart 2009 2 NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN 1. Inleiding Iedere bouwaanvraag moet op grond van de huidige bouwverordening, artikel 2.5.30, voorzien

Nadere informatie

Van Zwakke Schakels naar sterke kust

Van Zwakke Schakels naar sterke kust Van Zwakke Schakels naar sterke kust Informatiebijeenkomst 24 april 2013 Programma De opgave (Bert Kappe) Wat gaan we doen (Anita Willig-Kos) Aanbesteding en aanleg (Menno Steenman) Inspraak en Ruimtelijke

Nadere informatie

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer: 20120161

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer: 20120161 Aanvraag: Burgemeester en wethouders hebben op 27 maart 2012 via het omgevingsloket online een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het uitbreiden van een winkelpand op de volgende locatie:

Nadere informatie

Ontwikkelingen Maasvlakte 2 Jaarcongres Public Finance. Utrecht, 29 oktober 2008 Paul Swanenvleugel

Ontwikkelingen Maasvlakte 2 Jaarcongres Public Finance. Utrecht, 29 oktober 2008 Paul Swanenvleugel Ontwikkelingen Maasvlakte 2 Jaarcongres Public Finance Utrecht, 29 oktober 2008 Paul Swanenvleugel Inhoud Inleiding Maasvlakte 2 Stand van Zaken Maasvlakte 2 Publiek-private samenwerking (PPS) bij MV2

Nadere informatie

BIJLAGE 3: Toetsingskader

BIJLAGE 3: Toetsingskader BIJLAGE 3: Toetsingskader In dit toetsingskader geven partijen een nadere invulling en uitwerking aan de kaders die in de PKB Plus PMR met betrekking tot het deelproject 750 hectare natuur en recreatie

Nadere informatie

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer WATERVERGUNNING Voor het aanleggen van een tijdelijke dam met duikers op de locatie Landschapsbaan in Vleuten Datum 13 oktober 2017 Zaaknummer 18014 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK 2 VOORSCHRIFTEN...4

Nadere informatie

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2.1 Inleiding Een brug is een verbinding tussen twee percelen, die door een watergang van elkaar worden gescheiden. Een brug vormt een volledige overkluizing

Nadere informatie

Geachte heer/mevrouw,

Geachte heer/mevrouw, Gedeputeerde Staten van provincie Groningen Sint Jansstraat 4 9712 JN Groningen Onderwerp: Aanvulling Omgevingsvergunning Windpark Oostpolderdijk Projectnummer: C05057.000103.0100 Datum: 18-5-2017 Arcadis

Nadere informatie

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W vergunninghouder Stammerdijk 41 in Diemen Datum 31 augustus 2015 Casecode W-15.02322 Kenmerk 15.102675 Wijziging Watervergunning realiseren van een uitbouw Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0) Memo Aan Jasper Fiselier (DHV) Datum Van Pieter Koen Tonnon Jan Mulder Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 464 +31 (0)88 33 58 446 Aantal pagina's 9 E-mail pieterkoen.tonnon @deltares.nl jan.mulder@deltares.nl

Nadere informatie

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING, BEHOREND BIJ DE AANGEVRAAGDE VERGUNNING OMG-12-181 Voor de inrichting en het gebruik van een evenemententerrein in deelgebied De Druppels, tegenover Wagenweg 22/24 te Oudkarspel

Nadere informatie

1. AANHEF. 1.1 Inleiding. 1.2 Algemene Toelichting. 17 december Kenmerk

1. AANHEF. 1.1 Inleiding. 1.2 Algemene Toelichting. 17 december Kenmerk Datum 17 december 2007 Kenmerk Onderwerp Wet beheer rijkswaterstaatswerken; vergunning voor de aanleg en het gebruik van 2.000 ha landaanwinning in de Noordzee met gebruiksbestemming haven- en industrieterrein,

Nadere informatie

Uw aanvraag betreft de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening.

Uw aanvraag betreft de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening. Bezoekadres: : Wilhelminakade 179 3072 AP ROTTERDAM Postadres: Postbus 6575 3002 AN ROTTERDAM ONTWERPBESLUIT Website: www.rotterdam.nl E-mail: bwt-vergunningen@rotterdam.nl Aan Rijkswaterstaat t.a.v. de

Nadere informatie

Ontheffing Verkeersbesluit Vaarwegen AGV voor het met mts Batavier varen op de Gaasp en de Weespertrekvaart tot 1 januari 2022

Ontheffing Verkeersbesluit Vaarwegen AGV voor het met mts Batavier varen op de Gaasp en de Weespertrekvaart tot 1 januari 2022 Kosttrans Scheepvaartbedrijf Gaasp en Weespertrekvaart in Amsterdam Datum 20 december 2016 Casecode W-16.02807 Kenmerk 16.101718 Ontheffing Verkeersbesluit Vaarwegen AGV-1 2016 voor het met mts Batavier

Nadere informatie

15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding

15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding 15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding Kabels en leidingen worden voor een grote verscheidenheid aan toepassingen aangelegd. Denk onder andere aan: elektriciteitskabels, gasleidingen, drinkwaterleidingen,

Nadere informatie

REGISTRATIENUMMER

REGISTRATIENUMMER Nota van antwoord op ingebrachte zienswijzen op de partiële wijziging Keur, ontwerplegger watergangen landelijk gebied en de ontwerplegger primaire waterkeringen REGISTRATIENUMMER 135369 Inleiding In totaal

Nadere informatie

Lesbrief ZAND BOVEN WATER OPDRACHT 1 - NEDERLAND EN WATERBOUW

Lesbrief ZAND BOVEN WATER OPDRACHT 1 - NEDERLAND EN WATERBOUW Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW ZAND BOVEN WATER Rotterdam is de belangrijkste haven van Europa. Steeds meer spullen reizen via Rotterdam. Sinds 2008 wordt hard gewerkt om de haven uit te breiden.

Nadere informatie

NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN

NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN Gemeente Zeewolde, maart 2009 1 NOTITIE TOEPASSING PARKEERNORMEN 1. Inleiding Iedere bouwaanvraag moet op grond van de huidige bouwverordening, artikel 2.5.30, voorzien

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570 Watervergunning Voor het dempen, graven en verbreden van (een) watergang(en) en het aanleggen van plasbermen op de locatie bij Heeswijk 120 in Montfoort Datum 27 september 2017 Zaaknummer 16570 Poldermolen

Nadere informatie

Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam

Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam Datum 17 april 2018 Kenmerk DMS2018-0011879 Zaaknummer WN2018-000943 Watervergunning voor het aanbrengen van 2.550 m 2 verhard oppervlak op het voormalige voetbalveld

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Handelen in strijd met de regels ruimtelijke ordening Indien een aanvraag in strijd is met het bestemmingsplan kan door het college van Burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning

Nadere informatie

Aanleg haven Papegaaienbek te Rotterdam Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Aanleg haven Papegaaienbek te Rotterdam Toetsingsadvies over het milieueffectrapport Aanleg haven Papegaaienbek te Rotterdam Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 8 maart 2007 / rapportnummer 1805-63 College van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam d.t.v. DCMR Milieudienst

Nadere informatie

"Omgevingsvergunning 2013, herbouw woning met bijgebouw Dorpstraat 3"

Omgevingsvergunning 2013, herbouw woning met bijgebouw Dorpstraat 3 MAASDRIEL OMGEVINGSVERGUNNING "Omgevingsvergunning 2013, herbouw woning met bijgebouw Dorpstraat 3" NL.IMRO.0263.OV0012-VG01 Gemeente Maasdriel Burgemeester en Wethouders hebben op 23 oktober 2012 een

Nadere informatie

Onderwerp verlening van de gevraagde omgevingsvergunning voor Strandweg ongenummerd exploitatienummers 20, 21 en 22

Onderwerp verlening van de gevraagde omgevingsvergunning voor Strandweg ongenummerd exploitatienummers 20, 21 en 22 Retouradres: Postbus 12655, 2500 DP Den Haag Uw brief van n.v.t. Ons kenmerk 201403392/5443507 Behandeld door Doorkiesnummer E-mail Aantal bijlagen diverse Onderwerp verlening van de gevraagde omgevingsvergunning

Nadere informatie

Wij willen u erop attenderen dat het hier gaat om een ontwerp weigering omgevingsvergunning.

Wij willen u erop attenderen dat het hier gaat om een ontwerp weigering omgevingsvergunning. Ad de Wit Vastgoed & Beheer B.V. De heer A.J. de Wit Korte Ruigeweg 25 1751 DD SCHAGERBRUG Bezoekadres Laan 19, 1741 EA Schagen Postadres Postbus 8, 1740 AA Schagen Datum Ons kenmerk Contact Onderwerp

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36496 27 juni 2017 Voorbereidingsbesluit kavel V windenergiegebied Hollandse Kust (noord), Ministerie van Economische

Nadere informatie

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2.1 Inleiding Een brug is een verbinding tussen twee percelen, die door een watergang van elkaar worden gescheiden. Een brug vormt een volledige overkluizing

Nadere informatie

ij'. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat .~ \~

ij'. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat .~ \~ .~ \~ ij'. 4,' " t,,', (!If,.., Rijkswa terstaa t Ministerie van Verkeer en Waterstaat > Retouradres Postadres: Postbus 5014 4330 KA Middelbu,r~gl*~~~~~~~~ L[=±=t:J Ministerie van Landbouw, Economische

Nadere informatie

Circa 2,3 ha agrarische cultuurgrond Dikelsestraat / De Plak te Bemmel

Circa 2,3 ha agrarische cultuurgrond Dikelsestraat / De Plak te Bemmel Te koop aangeboden: Circa 2,3 ha agrarische cultuurgrond Dikelsestraat / De Plak te Bemmel Korte omschrijving: Het betreft een perceel goede kwaliteit agrarische cultuurgrond, gelegen aan de noordzijde

Nadere informatie

Nieuwe hoogspanningsverbinding vanuit Borssele. Zuid West

Nieuwe hoogspanningsverbinding vanuit Borssele. Zuid West Zuid West Nieuwe hoogspanningsverbinding vanuit Borssele De ministeries van Economische Zaken en VROM werken samen met TenneT TSO B.V. aan de Zuid-West 380 kv-verbinding. De landelijk netbeheerder TenneT

Nadere informatie

Bijlage I: Instrumenten voor de waterschappen

Bijlage I: Instrumenten voor de waterschappen Bijlage I: Instrumenten voor de waterschappen Datum: 13 september 2019 Versie: definitieve versie 2.0, vastgesteld Toelichting/context: In de Handreiking waterschapsverordening geven we aan wat nodig is

Nadere informatie

Ontwerp Omgevingsvergunning

Ontwerp Omgevingsvergunning De heer J.B. Kamphuis Kloosterallee 3 8167 LT Oene Zaaknummer : 48503 Behandeld door : Team Ontwikkeling Vergunningverlening Telefoonnummer : 14 0578 Onderwerp : Ontwerp omgevingsvergunning uitgebreid

Nadere informatie

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden.

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden. VOORBLAD Besluit Burgemeester en wethouders hebben op 12 september een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het plaatsen van een. De aanvraag gaat over nabij Van Heemstraweg 2 te Weurt

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit tot wijziging van het Waterbesluit in verband met de vereenvoudiging en uniformering van regels voor windparken op zee (algemene regels windparken op zee) Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Uitspraak 201400744/1/A4

Uitspraak 201400744/1/A4 Uitspraak 201400744/1/A4 Datum van uitspraak: woensdag 25 juni 2014 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: de minister van Infrastructuur en Milieu Hoger beroep Algemene kamer - Hoger beroep - Waterwet 201400744/1/A4.

Nadere informatie

aanvraag tijdelijke ontheffing ex artikel 3.22 Wro GEMEENTE SCHERMER ten behoeve de realisatiewerkzaamheden Bergermeer Gasopslag pag 2 van 3 DATUM: 20-10-2009 Gasopslag Bergermeerproject en rijkscoördinatieregeling

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding

15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding 15 Kabels en leidingen 15.1 Inleiding Kabels en leidingen worden voor een grote verscheidenheid aan toepassingen aangelegd. Denk onder andere aan: elektriciteitskabels, gasleidingen, drinkwaterleidingen,

Nadere informatie

RISICOTOETS PLANSCHADE

RISICOTOETS PLANSCHADE RISICOTOETS PLANSCHADE met betrekking tot de vestiging van Iriszorg op de locatie Gondel 3611 te Lelystad. CONCLUSIE Het planschaderisico taxeren wij op: 16.000,--. Opdracht: 3232360 Datum: mei 2012 Adviseur:

Nadere informatie

Beleidsregels watervergunningen Strandbebouwing

Beleidsregels watervergunningen Strandbebouwing Auteur E. Velema Registratienummer 13.52560 Versie 2.0 Status Definitief Afdeling Waterkeringen & wegen Inhoudsopgave 1 Verklaring van afkortingen begrippen en terminologie 3 2 Inleiding 4 2.1 Keur 4 3

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585 WATERVERGUNNING Voor het maken van een grondboring en het plaatsen van een peilbuis in een waterkering op de locatie Hoge Rijndijk 14 in Nieuwerbrug aan den Rijn Datum 6 november 2017 Zaaknummer 18585

Nadere informatie

Notitie. Betreft : Aanpassingen Kabels & Leidingen. 1. Inleiding

Notitie. Betreft : Aanpassingen Kabels & Leidingen. 1. Inleiding Notitie Aan : DLG Van : Leslie Mooyaart Datum : 31 mei 2011 Kopie : Marcus van der Ven, Koen van Gerven Onze referentie : 9T9564.B0/N0001/LMOY/NTEK/Rott WATER Betreft : Aanpassingen Kabels & Leidingen

Nadere informatie

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal Stichting S&L Zorg T.a.v. D. van Randwijk Postbus 148 4700 AC Roosendaal NEDERLAND contactpersoon : Mevr. M. Bezemer (Aanw.op ma,di,do) Roosendaal : doorkiesnummer : (0165) 579875 (W20_vrl_OU) onderwerp

Nadere informatie

Ontwerp Omgevingsverguuning (fase 1)

Ontwerp Omgevingsverguuning (fase 1) Artikel WW. gemeente Dossier: Ï5OMGS1O5 Ontwerp Omgevingsverguuning (fase 1) Burgemeester en wethouders hebben op 8 mei 2015 een aanvraag voor een oingevingsvergunning uitgebreide procedure fase 1 ontvangen

Nadere informatie

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 15 mei 2017 / projectnummer: 2732 1. Toetsingsadvies Inleiding De gemeente Moerdijk

Nadere informatie

VOORSTEL Wij stellen u voor om te besluiten tot aanwijzing van categorieën van gevallen waarin geen verklaring van geen bedenkingen is vereist.

VOORSTEL Wij stellen u voor om te besluiten tot aanwijzing van categorieën van gevallen waarin geen verklaring van geen bedenkingen is vereist. Portefeuille: J.Ph. Engelvaart No. B13.001001 Dronten, 2 juli 2013 Aanwijzen van categorieën van gevallen waarin geen verklaring van geen bedenken is vereist Aan de gemeenteraad VOORSTEL Wij stellen u

Nadere informatie