Huishoudelijk Reglement Appartementencomplex Dompselaerstate te Barneveld

Transcriptie

1 Huishoudelijk Reglement Appartementencomplex Dompselaerstate te Barneveld Alle onderstaande artikelen zijn aanvullingen c.q. uitbreidingen op het Modelreglement bij Splitsing in appartementsrechten d.d. 1973/1983/1992. De regelgeving van de vereniging is vastgelegd in de Akte van Splitsing. De Akte van Splitsing verwijst naar het geldende Modelreglement. Bij twisten over het Huishoudelijk Reglement wordt terugverwezen naar het Modelreglement, danwel de Akte van Splitsing. Het Huishoudelijk Reglement is derhalve bedoeld als aanvulling op de bovengenoemde regels en niet als vervanging daarvan. De bepalingen in dit Huishoudelijk Reglement beogen voor alle bewoners (eigenaars en gebruikers) waarborgen te scheppen voor een optimaal woongenot en gebruiksgenot. Zij hebben mede ten doel te voorkomen, dat de gewenste leefbaarheid en bewoonbaarheid, alsook de waarde en het aanzien van het gebouw worden geschaad ten gevolge van handelingen of nalatigheden van de bewoners. De bewoner is tegenover de vereniging aansprakelijk voor diegene(n), die met hem/haar samenwonen, zodat hem/haar eventuele overtredingen van wet, statuten en/of dit Huishoudelijk Reglement kunnen worden toegerekend. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Voorstellen tot wijziging van dit Huishoudelijk Reglement kunnen schriftelijk worden ingediend door het bestuur, dan wel door 4 eigenaren gezamenlijk. Besluitvorming over dergelijke voorstellen vindt plaats conform art. 44, lid 2 van het Modelreglement, dat wil zeggen dat een meerderheid van tenminste twee-derde van het totaal aantal uitgebrachte stemmen (naar stemrecht) in een vergadering waarin een aantal eigenaars tegenwoordig of vertegenwoordigd is dat tenminste twee-derde van het totaal aantal stemmen (naar stemrecht) kan uitbrengen. Indien geen geldig besluit kan worden genomen, dient een nieuwe vergadering uitgeschreven te worden tussen twee en zes weken na de eerste vergadering, onder de voorwaarden aangegeven in artikel 38 lid 6 van het Modelreglement. Artikel 2 1 De gebruiker van een appartement, die van het recht van de desbetreffende eigenaar gebruik maakt, dient door die eigenaar te worden verplicht zich aan het onderhavige Huishoudelijk Reglement te houden. 2 De eigenaar is altijd aansprakelijk voor alle handelen en/of nalaten van die gebruiker in strijd met dit Huishoudelijk Reglement. 3 Bedoelde eigenaar dient hiertoe aan de gebruiker een exemplaar ter ondertekening voor te leggen. Dit dient onderdeel uit te maken van een eventuele huur- en/of gebruiksovereenkomst. Artikel 3 1 Bij overtreding van een der bepalingen van dit Huishoudelijk Reglement door een bewoner kan het bestuur de betrokkene een schriftelijke waarschuwing sturen per aangetekende brief waarin de bewoner op de overtreding wordt gewezen. 2 Klachten over een bewoner of mede-bewoners, storingen en/of schade, kunnen digitaal worden ingediend via het persoonlijke account van de VvE (indien koper). Deze klachten worden doorgeschakeld naar het bestuur van de VvE. Natuurlijk kan men ook schriftelijk een klacht indienen bij het bestuur. 3 Klachten over een bewoner of mede-bewoners, storingen en/of schade, kunnen schriftelijk/digitaal worden ingediend bij de vastgoedmanager van de verhuurder (indien 1

2 huurder), de vastgoedmanager (Nederwoon) speelt de klacht vervolgens door naar het bestuur van de VvE. 4 Het verdient echter aanbeveling eerst de potentiële klacht met de (mede-)bewoner te bespreken. 5 Het bestuur is gemachtigd al dan niet met opzet aangerichte schade/vernielingen aan algemene voorzieningen en ruimten te herstellen op kosten van de veroorzaker. Hoofdstuk 2 Gebruik van gemeenschappelijke ruimten Artikel 4 1 De gebruikers dienen er zowel gezamenlijk als individueel voor zorg te dragen dat de gemeenschappelijke ruimten niet worden bevuild en/of beschadigd. Het buitenaanzien van het appartementengebouw wordt hieronder mede verstaan. 2 In de brievenbussen aangetroffen kranten, reclame- en/of drukwerk mogen niet in de gemeenschappelijke ruimten worden gedeponeerd. 3 Gebruikers dienen het huisvuil en het papier/karton in de daarvoor bestemde containers te deponeren. 4 Het gebruik van appartementen, waaronder begrepen de bergingen en de gemeenschappelijke ruimten, moet zodanig zijn dat geen overlast wordt veroorzaakt voor andere bewoners van het gebouw en-of hun eigendommen. Artikel 5 Het is niet toegestaan, anders dan met toestemming van de vergadering: 1 in de gemeenschappelijke ruimten, anders dan in de daarvoor aangewezen of daartoe bestemde gedeelten, rijwielen - met of zonder hulpmotor -, motorrijwielen, kinderwagens, skelters of andere voorwerpen te plaatsen of te laten plaatsen. 2 zelfstandig reparaties of andere werkzaamheden aan de leidingen of ornamenten van de trappenhuis- en/of galerijverlichting te verrichten. Eventuele schade of storingen dienen te worden gemeld bij de Technische Commissie. 3 werkzaamheden (bijv. reparaties) van welke aard ook, te verrichten of te laten verrichten in de gemeenschappelijke ruimten. Eventuele schade of storingen dienen te worden gemeld bij de Technische Commissie. 4 in de gemeenschappelijke ruimten (trappenhuis, lift, centrale entree, galerijen, binnentuin en de gehele parkeergarage) te roken. 5 het aanbrengen van mededelingen van welke aard dan ook in de gemeenschappelijke ruimten tenzij gebruik wordt gemaakt van het prikbord in de centrale hal. Het bestuur is echter gemachtigd hieraan grenzen te stellen. 6 de buitenruimten te gebruiken voor speldagen, festiviteiten en barbecueën, anders dan met schriftelijke toestemming van het bestuur. Artikel 6 Het aanbrengen van zonneschermen en rolluiken is toegestaan indien kleur en constructie overeenkomstig de daarvoor geldende voorschriften zijn. Deze voorschriften zijn gevoeglijk bekend en kunnen bij het bestuur worden opgevraagd. LET OP! Aangebrachte zonneschermen, windschermen en/of rolluiken vallen NIET onder de verzekeringen van welke aard dan ook, ten name van de gezamenlijke eigenaars danwel van de Vereniging van Eigenaars. 2

3 Artikel 7 De naamplaatjes op het bellentableau op de brievenbussen dienen uniform te zijn. Deze naamplaatjes kunnen besteld worden bij het bestuur en zijn voor rekening van de aanvrager. Artikel 8 1 Het is niet toegestaan in de appartementen bedrijf te houden, dat in algemene zin overlast kan veroorzaken. Het anderszins bedrijf houden is slechts toegestaan na toestemming van de vergadering. 2 Evenmin is het zonder toestemming van de ledenvergadering toegestaan om reclameborden, aankondigingen of wervende teksten in de gemeenschappelijke ruimten of in of aan de gemeenschappelijke gedeelten aan te brengen. Artikel 9 1 Iedere gebruiker is gehouden zorg te dragen voor de rust in het gebouw. De bewoner dient zich te onthouden van het veroorzaken van geluidhinder, zowel in de gemeenschappelijke ruimten als in de appartementen. De bewoner wordt dringend verzocht te voorkomen dat bezoekers in de gemeenschappelijke ruimten geluidshinder veroorzaken (dus ook op de galerijen en in de binnentuin). 2 Het boren, timmeren, muziek maken/afspelen, en het voortbrengen van andere vormen van harde storende geluiden, is niet toegestaan tussen 22:00 uur en 08:00 uur. 3 Het is niet toegestaan de gemeenschappelijke ruimten (d.w.z. liften, parkeergarage, galerijen, entrees) te gebruiken voor kinderspelen, zoals voetballen, fietsen, rolschaatsen, enz. Ouders/verzorgers zien, voor zover het hun wettelijke verantwoordelijkheid betreft, toe op de naleving van deze regels door hun (klein-)kinderen. Dit geldt ook voor bezoekers. 4 Indien (geluids-)overlast onvermijdelijk is door het uitvoeren van reparaties, onderhoud of het houden van een festiviteit, dient de bewoner tijdig van tevoren direct omwonenden daarvan op de hoogte te stellen en de (geluids-)overlast tot een minimum te beperken. Artikel 10 De technische ruimten en de daken van het appartementsgebouw zijn slechts toegankelijk voor de daartoe bevoegde personen, zoals onderhoudspersoneel en vertegenwoordigers van het bestuur en de beheerder. Artikel 11 Gebruikers dienen zich bewust te zijn van hun medeverantwoordelijkheid voor de veiligheid en instandhouding van lijf en goed in en rondom het appartementsgebouw. Zij dienen derhalve onder meer: 1 ongewenste personen te signaleren en maatregelen te nemen om deze te (doen) verwijderen 2 ongewenste of gevaarlijke situaties te signaleren en maatregelen te nemen om deze te (doen) beëindigen 3 in- en uitgangen derhalve zoveel mogelijk direct na gebruiken te sluiten en te controleren 4 geen toegang aan onbekenden te verlenen, met andere woorden niet op het eerste signaal, zonder informatie, de haldeur te openen 5 geen toegang te verlenen aan colporteurs en collectanten 6 beschadigingen of gebreken aan gemeenschappelijke zaken of ruimten te melden bij het bestuur Artikel 12 1 Gebruikers blijven volledig verantwoordelijk voor de gevolgen van aan derden uit handen gegeven of verloren sleutels van appartementen, centrale voordeuren en van toegangsdeuren tot de gangen naar de bergruimten. 3

4 2 Indien men een sleutel wil laten bijmaken, kan dit opgevraagd worden bij het bestuur. De kosten hiervan zijn voor rekening van de aanvrager. Artikel 13 In verband met de zich in de dekvloer bevindende leidingen van water, elektra, gas en van de centrale verwarming is het niet toegestaan om in de vloer te timmeren of te boren. Artikel 14 1 Het is verboden om huisdieren te houden die overlast veroorzaken. Houders van huisdieren zijn verantwoordelijk voor de gevolgen van alle overlast die hun dieren veroorzaken. Honden moeten in gemeenschappelijke ruimten van het appartementsgebouw aangelijnd zijn. 2 Agressieve of gevaarlijke honden moeten gemuilkorfd zijn. 3 De eigenaar van het dier dient eventuele vervuiling in of om het gebouw en op het erf onmiddellijk zelf op te ruimen. 4 De eigenaar van het dier dient eventuele schade in of om het gebouw en op het erf te melden bij het bestuur. Kosten voor reparatie zijn voor de eigenaar van het betreffende huisdier. Artikel 15 1 Het is niet toegestaan gebruik te maken van de brandtrappen wanneer er geen geval van nood is. Dit in verband met veiligheid (de deur moet gesloten blijven, anders zijn de bovenverdiepingen bereikbaar voor onbevoegden) en geluidsoverlast (gebruik van de stalen constructie klinkt door naar de appartementen). 2 De trappenhuizen en galerijen dienen ten alle tijden vrij te blijven van obstakels welke in geval van nood een directe doorgang blokkeren (zie ook Artikel 5.1) 3 Het is niet toegestaan buitendeuren, alsmede de deuren van de gemeenschappelijke ruimten op één of andere manier te blokkeren. 4 De ruimten op straatniveau, voor ingangen, voor en tussen afgebakende parkeerplaatsen, e.d. moeten worden beschouwd als verkeersgebied en dienen dus niet als parkeerruimte, kort noch lang, te worden gebruikt. Artikel 16 In de gangen en trappenhuizen mogen geen schilderijen, planten en/of andere decoraties worden aangebracht (m.u.v. een deurmat), noch meubilair worden geplaatst, anders dan met toestemming van de Algemene Ledenvergadering. Artikel 17 Interne bouwkundige wijzigingen mogen in een appartement worden aangebracht, mits: 1 de betreffende eigenaar toestemming heeft gevraagd en gekregen van de vergadering 2 een architect is ingeschakeld 3 een bouwkundig adviseur is ingeschakeld 4 de gemeente, en eventueel de schoonheidscommissie, alle nodige vergunningen hebben verstrekt. Reparatie en onderhoud met betrekking tot dergelijke wijzigingen zijn voor rekening van de eigenaar. Bedoelde wijzigingen zijn niet verzekerd via de Vereniging van Eigenaars of via de gezamenlijke eigenaars. Indien de eigenaar dit wil verzekeren dan zal hij dit zelf en rechtstreeks dienen te regelen bij een assurantiekantoor. Artikel 18 Het is de bewoners niet toegestaan: 1 auto s/motors te wassen op de inrit van de parkeergarage en/of in de parkeergarage. 4

5 2 auto s/motors te parkeren buiten de daarvoor bedoelde parkeervakken (in de parkeergarage alsmede rondom het appartementsgebouw). 3 auto s/motors te parkeren op de inrit van de parkeergarage. 4 parkeervakken in de parkeergarage te gebruiken indien men hier geen koop- of huurovereenkomst voor heeft. Artikel 19 Het is de bewoners niet toegestaan: 1 fietsen/scooters/quads te plaatsen op de galerijen, in de binnentuin, in de entrees en in de voorportalen bij de brievenbussen (zie artikel 15). 2 fietsen/scooters/quads te plaatsen op de privé-terrassen i.v.m. beschadiging van de beukenhaag. Bewoners en bezoekers kunnen hun fietsen/scooters parkeren op de daarvoor bestemde plaatsen, in de persoonlijke berging in de parkeergarage of op het eigen parkeervak in de parkeergarage indien men hier een huur-/koopcontract voor heeft. Hoofdstuk 3 Gebruik van privé-ruimten Artikel 20 Het is de bewoners niet toegestaan veranderingen aan te brengen qua kleurstelling, structuur en constructie aan de buitenzijde van raampartijen, deuren en balkons. Het loopgedeelte in de galerij dient vrij te blijven van obstakels. Artikel 21 De vloerbedekking van de appartementen dient van een zodanige samenstelling te zijn dat contactgeluiden zoveel mogelijk worden tegengegaan. Met name is het niet toegestaan om parket of stenen vloeren aan te brengen anders dan in de keuken, bijkeuken en sanitaire ruimten, tenzij dit gebeurt met toestemming van de Ledenvergadering ofwel dat de hierna genoemde regels in acht worden genomen: 1 De harde vloerbedekking dient met een goed isolerende onderlaag of constructie worden aangebracht (combinatie vloer en ondervloer) 2 De vloerbedekking met isolatielaag en betonvloer dient minimaal een effectieve isolatieindex voor contactgeluid te hebben van Ico + 10dB. Een en ander op basis van de norm NEN-EN-ISO Klachten van omwonenden over geluidsoverlast in verband met harde vloerbedekking dienen te worden voorkomen. Indien zich toch een klacht voordoet dan dient de eigenaar van de harde vloerbedekking middels een onderzoek van een ter zake onafhankelijk en deskundig bureau aan te tonen dat de betreffende vloer aan de hiervoor genoemde isolatiewaarde voldoet. Dit onderzoek dient te worden uitgevoerd binnen één maand na het eerste verzoek daartoe van het bestuur van de Vereniging van Eigenaars. Alle aan het onderzoek verbonden kosten zijn geheel voor rekening van de eigenaar van de harde vloerbedekking, tenzij vanuit het onderzoek blijkt dat de vloer voldoet aan de hiervoor gestelde eisen. Indien aan de gestelde eisen wordt voldaan, zullen de kosten voor rekening van de klager dienen te komen. Artikel 22 Aan de individuele WTW installatie respectievelijk aan de afzuigventielen, aanwezig in keuken, badkamer en toilet(ten), mogen geen aansluitingen van een mechanische afzuigkap of anderszins 5

6 worden aangebracht. Storingen of gebreken aan de afzuiginstallatie, hierdoor veroorzaakt, worden voor rekening van de betreffende gebruiker hersteld. Artikel 23 1 Ter voorkoming van overlast en bevuiling van onder andere de gevels, vensterbanken, dakgoten e.d. mogen geen vogels op de balkons/terrassen worden gevoerd en mag geen voedsel worden geworpen naar vogels en andere dieren. 2 Het houden van huisdieren op de balkons/terrassen is niet toegestaan (bijv. konijnen, vogels, e.d.). 3 Het elektrisch barbecueën/gourmetten is alleen toegestaan op de privé balkons en terrassen. 4 Het is verboden op de gemeenschappelijke gedeelten en balkons/terrassen te barbecueën (gas/kolen) en/of een houtkachel te gebruiken i.v.m. open vuur en rookoverlast. 5 Het is verboden op de balkons/terrassen of aan de gevel antennes (bijv. schotels) te plaatsen of te hangen. 6 Het is verboden andere typen CV-apparatuur te (doen) installeren, dan waarvoor het bestaande rookgas-afvoerkanaal geschikt is. 7 Het is verboden neon-buitenverlichting, (neon)reclame, letters of naam-aanduidingen in welke vorm dan ook, voor zichzelf en/of voor anderen aan te brengen. Artikel 24 1 De balkons/terrassen dienen op een zodanige wijze gebruikt en schoongemaakt te worden, dat geen afval en andere stoffen op andere balkons/terrassen of op het binnenterrein of binnentuin terechtkomen. 2 Kleden, lopers, enz. mogen noch op noch buiten de balkons/terrassen, noch in de gemeenschappelijke ruimten door gebruikers en/of huishoudelijk personeel worden schoongemaakt of worden geklopt. 3 Bloembakken aan balkonhekken en op balkons dienen geen overlast (bijv. tijdens water geven) aan andere bewoners te veroorzaken. 4 Het is de bewoner niet toegestaan voorwerpen of afval over de balkonhekken of uit de ramen te werpen. 5 Het is de bewoner niet toegestaan de balkons/terrassen te gebruiken voor opslag (onder andere vuilniszakken, meubels anders dan tuinstellen, voorraden, etc.). Artikel 25 1 De bewoner is verplicht onmiddellijk zorg te dragen voor alle onderhoud en herstel, dat volgens de wet of het plaatselijk gebruik voor zijn rekening is en waaronder in ieder geval wordt begrepen: a. het schoonhouden van en verwijdering van verstoppingen in afvoeren en toiletten. b. het onderhouden van de aanvoer- en afvoerleidingen binnenshuis voor water, gas en elektriciteit, ongeacht de oorzaak die dit onderhoud/herstel nodig maakt. 2 De bewoner is verplicht op schriftelijk verzoek van het bestuur of een gemachtigde van het bestuur in de gelegenheid te stellen het appartement, de berging of garagebox in het gebouw, te inspecteren, wanneer aan een belendend perceel schade dreigt te ontstaan of is toegebracht, mede door het nalaten van het gestelde in het voorgaande, alsmede maatregelen te treffen tot herstel of het voorkomen van schade aan de belendende percelen. 3 Zonder schriftelijke toestemming van het bestuur is het verboden het dak, de ruimten bestemd voor liftmotoren, waterleiding, elektriciteit, gas, alsmede de overige dienstruimten te betreden. 4 De bediening en het onderhoud van de installaties ten algemenen nutte in zogenaamde "technische ruimten" (bijv. liftmachinekamer, hydrofoorruimte) mag uitsluitend geschieden door of in opdracht van het bestuur. 6

7 5 Uitsluitend het bestuur of personen, die door het bestuur zijn aangewezen, kunnen opdrachten verstrekken die verband houden met onderhoud van de gebouwen. 6 Indien gebreken aan het gebouw en/of de liften geconstateerd worden, dienen deze zo spoedig mogelijk te worden gemeld bij de Technische Commissie c.q. het bestuur. In geval van calamiteiten met de lift kan ook direct contact opgenomen worden met het in of bij de lift aangegeven servicenummer van de liftinstallateur. 7 De gebruiker is verplicht het plaatsen van steigerwerk en het betreden van balkons, terrassen en galerijen, door personeel belast met reiniging en onderhoud van gevels, daken, puien en ruiten, toe te staan. Hoofdstuk 4 Overige verplichtingen van de eigenaar Artikel 26 1 De eigenaar is verplicht maandelijks bij vooruitbetaling een twaalfde van de jaarlijkse voorschotbijdrage aan de vereniging te voldoen. De eigenaars worden verzocht om voor de betaling een machtiging voor periodieke overboeking aan hun bankrelatie te verstrekken danwel voor zover mogelijk een incassomachtiging aan de Vereniging c.q. de beheerder te verstrekken. 2 Het bestuur kan maatregelen treffen bij niet-betalen door eigenaren: a. 14 dagen na de vervaldag (dat is de eerste dag van de maand) ontvangt een nalatige eigenaar een aanmaning. b. blijft de eigenaar nalatig, dan volgt na enkele weken een ingebrekestelling (met mededeling van te nemen rechtsmaatregelen), die een betalingstermijn van enkele dagen heeft. c. indien dan nog niet tot betaling is overgegaan, wordt de vordering uit handen gegeven. d. indien alsnog een betalingsachterstand in de verplichtingen wordt geconstateerd en de vereniging hierin aanleiding ziet de vordering uit handen te geven, is de nalatige eigenaar gehouden om alle daaruit ontstane rentekosten (de wettelijke rente), buitengerechtelijke kosten (gesteld op 15% van de hoofdsom met een minimum van 75) evenals de eventueel te maken gerechtelijke kosten te voldoen. Artikel 27 1 Bij verhuizing van een eigenaar zal deze zijn nieuwe adres aan het bestuur mededelen. 2 Bij vervreemding van een appartementsrecht zal de eigenaar de naam en het adres van de nieuwe eigenaar aan het bestuur meedelen. 3 Bij de verkoop/oplevering van een appartement dient de betreffende eigenaar/gebruiker alle aanwezige sleutels te overhandigen aan de nieuwe eigenaar van het appartement. Indien deze sleutels niet meer aanwezig zijn, zal een nieuw slot moeten worden geplaatst op de deur die toegang geeft tot het appartement van de betreffende eigenaar. De kosten van een nieuw slot komen voor rekening van de oude eigenaar/gebruiker. Hoofdstuk 5 Slotbepaling Artikel 28 In alle gevallen waarin dit Huishoudelijk Reglement niet voorziet geldt het Modelreglement bij splitsing in appartementsrechten als bedoeld in artikel 5:111 sub d van het Burgerlijk Wetboek, ontworpen door de Koninklijke Notariële Broederschap en vastgesteld bij akte van 2 januari

8 Artikel 28 (vervolg) Voor zaken die ook dan nog niet geregeld zijn, kan het bestuur een tijdelijke (meerderheids-)beslissing nemen. In de eerstvolgende vergadering dient er een (meerderheids-)beslissing te komen van eigenaren. Vastgesteld in de Algemene Ledenvergadering van de Vereniging van Eigenaars Dompselaerstate, d.d. 16 juni 2016, te Barneveld. Belangrijk! De volgende punten hebben betrekking op de stroomvoorziening in de bergruimten, zolang de stopcontacten niet verbonden zijn aan de energiemeter van het betrokken appartement of er tussenmeters zijn geplaatst. 1. Het gebruik van stationair draaiende elektrische apparatuur in de bergingen (b.v. koelkasten en diepvriezers) is niet toegestaan tenzij er een tussenmeter is gemonteerd door een erkend installateur. Bij gebruik van een tussenmeter dient per jaar het aangegeven verbruik door de gebruiker aan de vereniging te worden betaald. Indien de bewoner het gebruik van dergelijke apparatuur niet bij het bestuur heeft gemeld kan na constatering een aan de vereniging te betalen boete van 375,-- worden opgelegd. 2. Het is aan de bewoners niet toegestaan om energie te betrekken van de gemeenschappelijke voorzieningen, behalve voor kortstondig gebruik van bijvoorbeeld een stofzuiger of boorapparatuur voor onderhoud van de berging. 3. De bewoner is verplicht op schriftelijk verzoek van het bestuur dit bestuur of een gemachtigde van het bestuur in de gelegenheid te stellen, de berging of garagebox in het gebouw te inspecteren om de aanwezigheid van energie gebruikende voorzieningen en/of het op de tussenmeter aangegeven verbruik te kunnen controleren. 8