Verpleegkunde RETO

Transcriptie

1 Verpleegkunde RETO

2 ? Kan Pictogrammen jij deze vragen beantwoorden? Voor deze activiteit heb je lijm nodig. Hier mag je een naam schrijven of je stempel zetten. Wat is niet juist. Zet er maar een kruis over. Hier mag je kleuren, schrijven, aanduiden. Voor deze activiteit heb je een schaar nodig. Voor deze activiteit heb je een prikpen nodig. Ga aan de slag.

3

4 Op de eerste verdieping Op de eerste verdieping van het ziekenhuis, werken Greet en Rik. Greet werkt er ondertussen al bijna vijf jaar maar Rik komt vandaag voor de eerste keer. Hij vindt het heel spannend. Rik is benieuwd naar alle nieuwe dingen die hij gaat ontdekken. Bovendien houdt hij ervan om met mensen te werken, voor mensen te zorgen. Daarom is hij ook verpleger geworden: om mensen die ziek zijn te verzorgen tot ze weer helemaal genezen zijn en weer naar huis mogen. Greet is al een oude rot in het vak. Zij mag Rik een beetje helpen op zijn ontdekkingstocht door het ziekenhuis. Op de eerste verdieping moet Rik zijn. Rik neemt de trap want liften vindt hij een beetje eng en hij vindt het niet fijn om lang op de lift te moeten wachten. Bovendien bruist hij van energie om direct aan de slag te gaan. Boven, op de eerste verdieping, staat Greet al op hem te wachten. Samen met Rik gaat Greet heel de eerste verdieping bezoeken. Elke kamer, elke hoek en elke kier zullen ze samen bekijken. Ben jij ook nieuwsgierig naar wat er allemaal te zien is op de eerste verdieping?

5 Greet en Rik stappen door een lange gang. Er hangt een bordje aan de muur waarop geschreven staat kraamafdeling. In deze gang zijn allemaal kleine kamers waar mama s en baby s verblijven. Greet werkt al lang op deze afdeling en ze heeft al heel veel baby s en mama s verzorgd. Naast bijna elke deur hangt een kaartje. Lore leest Rik hardop. Ja, zegt Greet, Lore is gisteren geboren. En in de kamer ernaast ligt Joppe, een flinke jongen die ondertussen 3 dagen oud is. Het zijn allemaal mooie kaartjes, met spreuken en foto s erop. Kom, zegt Greet, het is bijna tijd om op ronde te gaan. We moeten de bedden verversen, helpen bij het wassen, de baby s wegen en hun navelbuikje verzorgen, enz. Om tien uur komt de dokter en dan moeten we over alle patiënten kunnen vertellen hoe het met hen gaat. Vanmiddag moeten we ervoor zorgen dat alle mama s lekker eten krijgen en voor sommige baby s moeten we een papfles klaarmaken. Om twee uur is het bezoekuur. Elke dag komen er papa s, broers en zussen, grootouders, tantes en nonkels en vrienden en vriendinnen op bezoek. Het kan hier soms heel druk zijn. We zullen eerst eens kijken wat je allemaal nodig zal hebben vandaag, kom maar mee, zegt Greet. Dan kunnen we er aan beginnen.

6 Vragen bij het verhaal. Wie werkt er op de eerste verdieping?? Hoelang werkt Greet al op de eerste verdieping? Wat zijn Greet en Rik? Welk beroep hebben zij? Gaat Rik met de lift naar boven? Wat is er op de eerste verdieping allemaal te zien? Wat hang er naast bijna elke deur? Hoe heet de baby die drie dagen oud is? Wat moeten Greet en Rik allemaal doen? Hoe laat komt de dokter? Wie komt er allemaal op bezoek? Wat zouden Rik en Greet allemaal nodig kunnen hebben?

7 Wat hoort niet thuis, in het ziekenhuis?

8 Welke kleding draagt een verpleegkundige in het ziekenhuis? Omcirkel alle prenten die met het beroep verpleegkunde te maken hebben.

9 Onderzoeksrapport 1. METEN: Hoe groot ben jij? 2. Heb je koorts? Neem je lichaamstemperatuur. 3. WEGEN: Hoeveel weeg jij? KIND 1 KIND 2 KIND 3? - Wie is de grootste van de klas? - Wie is de kleinste van de klas? - Is je lichaamstemperatuur warmer of kouder dan de temperatuur van kraantjeswater? - Heb je het even warm of koud na twee minuten op en neer springen? - Kan je de temperatuur van de kamer meten met een koortsthermometer?

10 De papfles is zoek. De baby heeft honger maar haar papfles is zoek. Weet jij welke fles van de baby is?

11 Bij de ziekenhuisapotheker. Welk pilletje hoort in welke pot thuis?? Hoeveel zijn er? Hoeveel pilletjes moeten in de blauwe pot? Hoeveel zijn er? Hoeveel pilletjes moeten in de rode pot? Hoeveel pilletjes moeten in de gele pot? Hoeveel zijn er? Hoeveel pilletjes moeten in de groene pot?

12 In de melkkeuken Kleur de juiste hoeveelheid melk in de melkflesjes.

13 Woordzoeker Kan jij de woorden vinden? s x d m k y g r w p c i a o b l e b u o b m u a k t e p o p a e b h s t i m r s s u d e n l e d f e l b e m x e y r f l a m a p a p k n u f p p a m p e r e j t e b e e r h j w i a n p d l r u j q t z baby bed beer dokter fles juffrouw mama meester melk pamper papa pil pop slapen ziekenhuis

14 Hoe voelt dat? We maken eerst onze spieren los. Raak de lichaamsdelen waarover je zingt aan. Op puntje van je neus draai je één keer in het rond. Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen Oren, ogen, puntje van je neus Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen - Steek een kussen onder je trui, alsof er een baby in je buik zit. Hoe voelt dat? Kan je zo gemakkelijk bewegen? - Loop door de klas alsof je heel veel pijn hebt in je rug. - Je hebt een gebroken been. Probeer op één been aan de andere kant van de klas te geraken. - Je armen liggen in het gips. Kan je de blokken van de grond oprapen? Beer moet gaan slapen, maak jij zijn bed op?

15 Gevoelens Hoe voelen deze kinderen zich?? Gevoelens uitbeelden. Je bent boos! Je bent heel bang. Je bent een beetje verdrietig. Je bent blij.

16 Zet het lichaam in elkaar.

17 Ik ga naar het ziekenhuis en ik neem mee... Kringgesprek: Als je naar het ziekenhuis gaat, moet je vanalles meenemen: een pyama om in te slapen, je lievelinsknuffel om je te troosten, ondergoed en gemakkelijke kleding om aan te trekken als er bezoek komt, washandjes en handdoeken om je 's morgens te wassen, enz. De kinderen bedenken wat ze allemaal moeten/kunnen meenemen. Kringspel: De juf/meester begint het spel. Zij/hij zegt bijvoorbeeld: "Ik ga naar het ziekenhuis en ik neem mee: een pyama. Daarna sluiten de kinderen aan. Ze herhalen wat de anderen meenemen en bedenken telkens iets nieuws dat ze mee moeten of mee kunnen nemen. (Alternatief: Leg de spullen die je zou kunnen meenemen in de kring. Zet er een open koffer bij. Laat de kinderen telkens iets uitkiezen en het benoemen alvorens het in de koffer te steken. ) Allemaal dingen uit het ziekenhuis. Kringgesprek: De juf/meester legt de prenten van de verschillende voorwerpen op de grond in de kring. De kinderen bekijken de prenten. De juf/meester vraagt aan de kinderen wie een voorwerp op een prent kent. Een kind dat het voorwerp kent mag de prent nemen en tonen aan de andere kinderen. Hij/zij vertelt over het voorwerp. Wat is het? Hoe heet het? Waarvoor dient het? Waar heb je het al eens gezien of wanneer heb je het gezien? Zo worden de verschillende prenten besproken. De kinderen kunnen op deze manier ook over eigen ervaringen vertellen. (Deze activiteit is leuker als je de voorwerpen zelf gebruikt) * grote en kleine pamper * stethoscoop * spatel * bloeddrukmeter * thermometer * medicijnendoosje * spuit * masker / haarkapje * zuurstofmasker (aerosol) * windel

18 Bloemen Maak een mooi boeket bloemen. Je kan bloemen plukken of je kan er zelf knutselen met crêpepapier. Welke kleur heeft het? bloed medicijn beer Kaka pipi melk