Beheernota waterkeringen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beheernota waterkeringen"

Transcriptie

1 Wetterskip Fryslân 12 Februari 2019

2 Inhoudsopgave 1 INLEIDING DOEL EN POSITIE BEHEERNOTA TOTSTANDKOMING, MONITORING EN EVALUATIE BEHEERNOTA SAMENVATTENDE LEESWIJZER BELEIDSKADERS EN -DOELEN BELEIDSKADERS WETTERSKIP FRYSLÂN BELEIDSDOELEN VOOR DE WATERKERINGEN NORMERING EIGENDOM WATERKERINGEN IN FRYSLÂN SOORTEN WATERKERINGEN TYPEN WATERKERINGEN (NAAR VERSCHIJNINGSVORM) PROGRAMMEREN EN UITWERKEN NAAR REALISATIE VERBETERPROGRAMMA S ONDERHOUDSPROGRAMMA S GEBIEDSGERICHT WERKEN INZET VAN INSTRUMENTEN BEHEERINSTRUMENTEN UITGANGSPUNTEN VOOR BEHEERINSTRUMENTEN TECHNISCHE ONTWERPRICHTLIJNEN RUIMTELIJKE ORDENING WATERTOETS MEDEGEBRUIK BODEMDALING CALAMITEITENZORG UITVOERING VAN DE BEHEERTAAK UITGANGSPUNTEN BEHEER EN ONDERHOUD VAN PRIMAIRE WATERKERINGEN UITGANGSPUNTEN BEHEER EN ONDERHOUD SECUNDAIRE WATERKERINGEN UITGANGSPUNTEN BEHEER EN ONDERHOUD REGIONALE EN LOKALE WATERKERINGEN UITGANGSPUNTEN BEHEER EN ONDERHOUD (NIET) WATERKERENDE KUNSTWERKEN, OBJECTEN EN CONSTRUCTIES BESTRIJDINGSPLANNEN VERGUNNINGVERLENING EN HANDHAVING PROJECTPLAN WATERWET MONITORING TOESTAND WATERKERINGEN INSPECTIE BEOORDELING BIJLAGEN BELEIDS8 EN POSITIE DOCUMENTEN WETTELIJKE KADERS EN BELEIDSKADERS WATERKERINGEN, GETALSMATIG BEHEERNOTA DUINWATERKERINGEN (2018)

3 5. BIJLAGE ONZEKERHEIDSMARGES MAATGEVENDE BOEZEMWATERSTAND VOOR DE HOOGTETOETS VAN REGIONALE WATERKERINGEN VERWIJZINGEN

4 1 Inleiding Volgens de Waterwet van 1 januari 2017 is Wetterskip Fryslân verantwoordelijk voor de waterstaatkundige verzorging van haar beheergebied. Zo is het waterschap onder andere verantwoordelijk voor de waterveiligheid. Deze zorgplicht houdt in dat de beheerder de (wettelijke) taak heeft om waterkeringen aan de veiligheidseisen te laten voldoen en voor het noodzakelijke (preventieve) beheer en onderhoud te zorgen. De beheernota bevat geen nieuw beleid, maar bevat bestaande kaders voor het uitvoeren van het beheer van de waterkeringen. In dit document is voor het eerst een totaaloverzicht voor de waterkeringen opgenomen. De losse documenten komen hiermee te vervallen. Het hoofddoel van dit beheer en onderhoud is het in stand houden van de waterkeringen om de veiligheid tegen overstromen van het achterland bij de vastgestelde norm te borgen. In het beheergebied van Wetterskip Fryslân worden de volgende vier soorten waterkeringen onderscheiden: Primaire waterkeringen. Secundaire waterkeringen. Regionale waterkeringen. Lokale waterkeringen. 1.1 Doel en positie beheernota Wetterskip Fryslân werkt aan de invoering van assetmanagement 1 als werkmethode bij de beheeren onderhoudsprocessen en de investeringsprojecten. Bij assetmanagement worden bewuste, in samenhang gebrachte keuzes gemaakt voor de te leveren prestaties, de te lopen risico's en de te maken kosten. In Figuur 1 is de samenhang van de documenten weergegeven waarmee wij invulling geven aan ons beheer. Voor de primaire waterkeringen is hiermee geschetst hoe wij invulling geven aan het kader voor de zorgplicht. Het Waterbeheerplan (Wetterskip Fryslân, 2016) is abstract en beschrijft op hoog niveau de doelstellingen van het werk van Wetterskip Fryslân. De beheernota is richtinggevend en geeft de specifieke randvoorwaarden (normen en condities van de waterkering) en doelstellingen voor het beheer van de waterkeringen waar Wetterskip Fryslân zich aan houdt. Deze beheernota heeft betrekking op de primaire, secundaire, regionale en lokale waterkeringen. De geeft vanuit probleem- en risicoanalyses (de staat van de waterkering ) deze keuzes voor de taak van het waterkeringenbeheer. De beheernota vertaalt daarmee de strategische doelstellingen uit het Waterbeheerplan naar operationele doelstellingen - te leveren prestaties - zoals beschreven in het beheer- en onderhoudsplan primaire en secundaire waterkeringen en het beheer- en onderhoudsplan regionale en lokale waterkeringen. De inhoudsopgave van de Beheernota Waterkeringen is net als de andere Beheernota s gebaseerd aan de Beleids8 (Bijlage 1). 1 Het toepassingsgebied van het assetmanagementsysteem van Wetterskip Fryslân en de resultaten van de assetmanagementactiviteiten worden gebruikt om een aanpak te bepalen die de organisatie in staat stelt haar organisatiedoelen te bereiken. De activiteiten van de organisatie, waaronder haar assetmanagementactiviteiten, vloeien voort uit de organisatiedoelen die ook richting geven aan die activiteiten. De organisatiedoelen komen doorgaans voort uit de strategische planningsactiviteiten van de organisatie en worden in een organisatieplan beschreven. 3

5 Functie-eis Functie-eis Functie-eis De beheer- en onderhoudsplannen zijn uitvoerend en beschrijven de gewenste streefbeelden en de tactisch en operationele uitgangspunten en werkzaamheden, zoals uitvoering van inspecties, calamiteitenzorg in de koude fase, het plannen van onderhoud en de wijze waarop onderhoudswerkzaamheden worden weggezet, en hoe er in verbeteringswerken wordt deelgenomen. Deze plannen bevatten onderliggende prestatieafspraken voor uit te voeren beheer en onderhoud, opdrachten voor specifieke werken voor onderhoud en projectopdrachten voor investeringswerken. In het Meerjarenplan Handhaving (Wetterskip Fryslân, 2018) staan de operationele doelstellingen voor de kerntaak van cluster Handhaving. De Beheernota is kader stellend voor de wijze waarop vergunningen worden verleend. Dit wordt uitgewerkt in de Beleidsregels Vergunningverlening Waterkeringen. Doelenstellingen en randvoorwaarden Waterbeheerplan Strategie: probleem- en risicoanalyse Beheernota Waterkeringen Keuzes in B&O en uitvoeringsprojecten Streefbeeld Beheer- en onderhoudsplannen waterkeringen Beleidsregels Vergunningverlening Meerjarenplan Handhaving Figuur 1 Samenhang documenten Met de vaststelling van de Beheernota komen de volgende documenten te vervallen: Beheervisie waterkeringen Beleidsnotitie Lokale kaden Beheernota duinwaterkeringen Beleidsnotitie Waterkerende Hoge gronden Afbakening De thema s Voldoende en Waterketen vallen buiten deze beheernota. Hiervoor worden afzonderlijke beheernota s opgesteld (Beheernota Boezem en deelsystemen en het Integraal Zuiveringsplan). Indien relevant worden de raakvlakken met deze thema s benoemd. 4

6 1.2 Totstandkoming, monitoring en evaluatie Beheernota De beheernota is gebaseerd op de volgende documenten van Wetterskip Fryslân: Beheervisie waterkeringen Waterbeheerplan Evaluatie beheervisie waterkeringen Beheernota duinwaterkeringen Door ontwikkelingen rondom bijvoorbeeld de zorgplicht, assetmanagement en gegevensbeheer kan het nodig zijn om de beheernota bij te stellen. Hiertoe is het nodig om het beheerplan eens per 5 jaar te evalueren en indien nodig te actualiseren. Bij ingrijpende wijzigingen in bijvoorbeeld strategisch beleid, kan het noodzakelijk zijn dit al eerder aan te passen in de beheernota. Evaluaties hebben tot doel het huidige beleid en beheer te onderzoeken op effectiviteit. Voortgang van maatregelen, gevoerd beheer, kosten en effecten worden daarbij onder de loep genomen. Evaluaties trekken conclusies over het gevoerde beleid en beheer en doen aanbeveling voor vervolgstappen. Dat kan in een volgende stap leiden tot aanpassing van beleid en beheer zoals herziening van de. In het algemeen geldt dat elk strategisch beleidsdocument vastgesteld door het Algemeen Bestuur, geëvalueerd moet worden. Het tijdsverloop tussen het vaststellen van een beleidsstuk en de evaluatie daarvan bedraagt 3 tot 6 jaar. In de beleidsagenda staat weergegeven wanneer evaluatie van welk beleid plaatsvindt. 1.3 Samenvattende leeswijzer In hoofdstuk 2 van deze beheernota worden beleidskaders en doelen gegeven. Dit hoofdstuk gaat in op het waterkeringenbeleid van Wetterskip Fryslân en verwoordt de doelstellingen om invulling te geven aan dit beleid. Het Waterbeheerplan, Veiligheidsplan II, Gebiedsgerichte strategie regionale waterkeringen en de Veiligheidscyclus worden toegelicht. De Veiligheidscyclus geeft de Plan-Do-Check-Act cyclus voor de waterkeringen weer. Er wordt toegelicht waar de Normering van de diverse waterkeringen tot stand komt en wat de achtergrond is van het Eigendomsbeleid. Dit hoofdstuk dient als beschrijving van de opgave en geeft een beeld van de belangrijkste strategische kaders (plan). De waterkeringen in het beheergebied van Wetterskip Fryslân zijn in hoofdstuk 3 nader omschreven, eerst qua status en daarna naar verschijningstype. De primaire waterkeringen beschermen het land tegen overstromingen vanuit de Waddenzee, Noordzee en het IJsselmeer. De secundaire waterkeringen zijn de voormalige zeedijken en regionale waterkeringen de waterkeringen die lager gelegen polders beschermen tegen overstromingen vanuit de Friese boezem. Lokale waterkeringen beschermen het achterland tegen wateroverlast. We onderscheiden de volgende typen waterkeringen: Duinen Dijken (grondconstructies) Hoge gronden Waterkerende kunstwerken (o.a. sluizen, coupures, gemalen) en bijzondere waterkerende constructies (o.a. kistdammen, keermuren en damwanden) 5

7 Op basis van de in voorgaande hoofdstukken beschreven beleidsuitgangspunten wordt in hoofdstuk 4 een uitwerking van het beleid naar planvorming en uitvoering van maatregelen omschreven. De maatregelen worden uitgewerkt tijdens het planvormingsproces en vervolgens geprogrammeerd in een verbeter- en onderhoud programma s, waarmee de doelen uit de gestelde kaders behaald kunnen worden (act). Deze programmering vindt plaats op basis van beschikbare middelen, capaciteit en prioritering. Bij de verbeter- en onderhoudswerken zijn er altijd raakvlakken met de omgeving. Wij streven ernaar zo veel mogelijk gebiedsgericht te werken. Om de verbetermaatregelen mogelijk te maken en/of de waterkeringen in stand te houden worden diverse instrumenten ingezet (do) die in hoofdstuk 5 worden toegelicht. Wetterskip Fryslân heeft diverse bevoegdheden en instrumenten om de taken goed uit te kunnen voeren. Bij het ontwerpen van waterkeringen maken we gebruik van diverse ontwerprichtlijnen, leidraden, technische rapporten en handreikingen. Binnen de ruimtelijke ordening heeft het waterschap een adviserende rol. Als er ruimtelijke plannen en besluiten worden opgesteld, moet er een zogenaamde Watertoets worden uitgevoerd. Ondanks de waterkeringen kunnen overstromingen niet volledig uitgesloten worden. Daarom wordt van waterkeringbeheerders verwacht dat, naast goede waterkeringen, hun calamiteitenplannen voor alle soorten waterkeringen actueel zijn en blijven, de interne organisatie daarop toegerust is en dat deze plannen voldoende geoefend worden. Onder calamiteitenzorg verstaan wij het voorbereid zijn op het voorkomen en bestrijden van calamiteiten en crises. Het hoofddoel van het beheer van de waterkeringen is het in standhouden van de waterkerende functie om de veiligheid tegen overstromen van het achterland te borgen. Het waterschap zorgt dat de waterkeringen aan de wettelijke eisen voldoen en zal het noodzakelijke preventieve/correctieve beheer en onderhoud verzorgen om de bovenstaande bedreigingen waar mogelijk te voorkomen. In hoofdstuk 6 worden de uitgangspunten voor het beheer en onderhoud van de primaire, secundaire, regionale en lokale waterkeringen en (niet) waterkerende kunstwerken gegeven (do). De strategische uitgangspunten voor het beheer en onderhoud verschillen per type waterkering en richten zich op de waterkerende functie. Voor de duinwaterkeringen is er een beheernota toegevoegd in Bijlage 4. Deze uitganspunten zullen worden geconcretiseerd in de beheer- en onderhoudsplannen. Het inspecteren en beoordelen van de waterkering, zoals beschreven in hoofdstuk 7, geeft inzicht in de huidige toestand van onze waterkeringen en daarmee ook in de prestaties en effecten van beleid en beheer (check). De resultaten worden ook gebruikt om het beleid en beheer te verbeteren c.q. aan te vullen waar dat nodig is. Voor de waterkeringen gaat het monitoren specifiek in op het beoordelen van de toestand van de waterkering ten opzichte van de geldende veiligheidsnorm. Wij doen dit op basis van veldinspecties, maar ook door rekenkundige analyses (beoordeling). Het uitvoeren van inspecties is een belangrijk onderdeel van het beheer van waterkeringen. Door het beoordelen of de fysieke toestand van de waterkering nog in overeenstemming is met de (ontwerp)eisen (onderdeel van de zorgplicht) is het mogelijk preventief of correctief onderhoud te prioriteren. Uitgangspunt bij de rekenkundige beoordeling is een formeel vastgesteld voorschrift of leidraad, waarin het beoordelingsprotocol en de -methodiek is beschreven. We gebruiken de actuele gegevens van de fysieke toestand van de waterkering (dus ook inspectierapportages) om aan te tonen of de waterkering aan de norm voldoet. Als dat niet het geval is worden de waterkeringen opgenomen in een verbeterprogramma zoals beschreven in hoofdstuk 4 (act). In de Beheernota zijn in blauwe kaders de bestaande (beleids)doelstellingen geformuleerd en in groene kaders de hieruit voorkomende acties (de acties vinden hun uitwerking in andere besluitvormingstrajecten). 6

8 2 Beleidskaders en -doelen Het uitvoeren van het beheer en onderhoud binnen Wetterskip Fryslân vindt plaatst binnen meerdere kaders. Dit betreft onder andere wettelijke kaders, maar ook beleidsregels op strategisch niveau binnen Wetterskip Fryslân. Voor het borgen van de waterveiligheid in Nederland is een aantal wetten van belang die taakstellend zijn voor waterkeringbeheerders. In bijlage 2 is een opsomming gegeven van de relevante (inter)nationale wet- en regelgeving. 2.1 Beleidskaders Wetterskip Fryslân Onderstaande tabel geeft beleidsregels van Wetterskip Fryslân die direct van invloed zijn op het waterkeringenbeheer. Omschrijving Type kering Bijbehorend kader/ instrumentarium Waterbeheerplan Primair/ secundair/ regionaal Beleidsdoelen voor de waterkeringen; wettelijke veiligheidsnormen; ruimtelijke bescherming; bijdragen aan ruimtelijke kwaliteit (LNCwaarden). Beleidsregels Integrale Legger (Wetterskip Fryslân, 2019) Veiligheidsplan II (Arcadis, 2014) Primair/ secundair/ regionaal Regionaal Beleid differentiatie Regionaal regionale waterkeringen (Wetterskip Fryslân, 2014) Tabel 1 Beleidskaders binnen waterschap Uitgangspunten voor het vaststellen of wijzigen van de Legger, opleggen van onderhoudsverplichtingen (Keur) aan onderhoudsplichtigen Beleid en maatregelen om wateroverlast op korte en langere termijn tegen te gaan realiseren van doelstellingen terugkoppelen aan veiligheidsplan Gebiedsgerichte strategie regionale en lokale waterkeringen (in wording); Leidraad risicogericht ontwerpen Dit hoofdstuk gaat in op het waterkeringenbeleid van Wetterskip Fryslân en verwoordt de doelstellingen om invulling te geven aan dit beleid. Voor een toelichting op de overige wet- en regelgeving wordt naar bijlage 2 verwezen. 2.2 Beleidsdoelen voor de waterkeringen Zowel externe wet- en regelgeving als intern beleid geven aanleiding tot het formuleren van beleidsdoelen voor de waterkeringen. Hieronder staan de meest relevante beleidsdoelen voor het beheer van de waterkeringen. Waterbeheerplan Het Waterbeheerplan maakt burgers, overheden en belangenorganisaties duidelijk wat zij de komende jaren van het waterschap kunnen verwachten, wat de doelen zijn voor de planperiode, welke strategische keuzes gemaakt worden en wat de financiële consequenties daarvan zijn. In het WBP neemt Wetterskip Fryslân verantwoordelijkheid voor een robuust en duurzaam watersysteem en waterketen op de lange termijn. In het plan staat welke ontwikkelingen er op het waterschap afkomen. Het plan biedt inzicht in hoe we onze belofte voor veiligheid achter de waterkeringen en voldoende en schoon water waarmaken. Het WBP voldoet aan de eisen die de Waterwet (wetten.overheid.nl, 2009), de Verordening Water van provincie Fryslân (Provincie Fryslân, 2009) en de Omgevingsverordening van provincie Groningen (Provincie Groningen, 2016) stellen aan de vorm en inhoud van het plan. 7

9 Het Waterbeheerplan geeft doelen en maatregelen voor de waterkeringen, zoals het beoordelen van de primaire waterkeringen aan de nieuwe norm voor waterveiligheid, het uitvoeren van de versterkingsopgave van de waterkeringen en het invoeren van risicogericht ontwerpen bij regionale waterkeringen. Deze doelen staan in onderstaande tabel. Waterkering Primair Secundair Regionaal Lokaal Alle Doel Opgave Maatregel Het beheergebied van Wetterskip Fryslân duurzaam beschermen tegen overstromingen vanuit het IJsselmeer, de Waddenzee of de Noordzee Het beperken van de gevolgen bij overstroming van een primaire waterkering Beschermen tegen wateroverlast vanuit het Friese boezemwatersysteem Bescherming bieden tegen wateroverlast, passend bij de lokale situatie De primaire, regionale en lokale waterkeringen in het eigen beheergebied in stand houden Implementatie nieuwe normering waterveiligheid in instrumentarium Beoordeling primaire waterkeringen ( ) Overdracht primaire waterkeringen Friese Waddeneilanden Actualiseren beleid voormalige zeedijken Verbeterprogramma Oevers en Kaden Leidraad risicogericht ontwerpen Beoordeling regionale waterkeringen ( ) Uitvoeren beleid lokale waterkeringen Zorg voor een goede waterkerende toestand van de waterkeringen Vergunningen zorgen ervoor dat activiteiten en ruimtelijke ontwikkelingen zo plaatsvinden, dat de waterveiligheid van de waterkeringen gewaarborgd blijft. Tegen activiteiten die de waterveiligheid van de waterkeringen negatief beïnvloeden, treedt het waterschap handhavend op. Tabel 2 doelen waterveiligheid in Waterbeheerplan Geen (extern) Uitvoeren beoordeling (Beheer) Uitvoeren Hoogwaterbeschermingsprogramma (Projecten) Input leveren aan gesprek Provincie; conditionele kansen en voorstel normering (Beleid) Uitvoeren verbeterprogramma (Projecten) Implementeren leidraad (Beleid) Uitvoeren beoordeling (Beheer) Implementatie beleid (Plannen) Inwinnen metingen en inspectie gegevens (gegevensbeheer) Uitvoeren inspecties/ schouw (Beheer) Uitvoeren beheer en onderhoud conform op te stellen Beheer- en onderhoudsplannen (b&o) Verlenen vergunningen (V&H) Handhaven Keur (V&H) 8

10 Veiligheidsplan II Het Veiligheidsplan II (Arcadis, 2014)formuleert beleid en maatregelen (inrichtings- en beheermaatregelen) om wateroverlast op korte en langere termijn tegen te gaan binnen de provinciale kaders van wateroverlast en veiligheidsnormen. Het Veiligheidsplan II geeft inzicht in de kans op wateroverlast in de periode De conclusie is dat voor de boezem in de komende 35 jaar maatregelen moeten worden getroffen om de gevolgen van klimaatontwikkeling tot 2050 te compenseren. Om het maatgevende boezempeil niet te laten stijgen moet een opgave van 10 cm worden gecompenseerd met maatregelen uit het Veiligheidsplan II. De boezemmaatregelen tot 2030 zijn: a) Water te bufferen in deelsystemen tot 5% inundatie tot b) 1100 ha natuurgebieden in te richten voor waterberging. c) Te streven naar 450 ha uitbreiding van boezemwater in combinatie met meerdere opgaven (KRW, efficiënte kadetrajecten, natuurontwikkeling, wonen aan water), waarbij zoveel mogelijk goede landbouwgrond wordt ontzien. In het peilbeheer wordt geanticipeerd op hoogwatersituaties door als maatregelen volgordelijk in te zetten: spuien, malen (Hoogland en daarna Wouda), bergen in natuurgebieden en bufferen in deelsystemen. De boezemmaatregelen van 2030 tot 2050 zijn: a) 400 ha natuurgebieden in te richten voor waterberging tot b) Te streven naar 150 ha uitbreiding van boezemwater in combinatie met meerdere opgaven tot 2035, waarbij zoveel mogelijk goede landbouwgrond wordt ontzien. c) In 2035 extra maalcapaciteit van 30 m 3 /s te realiseren bij Harlingen of een andere locatie. In het Veiligheidsplan is gekozen voor waterbeheersingsmaatregelen (gemaal, waterberging in natuurgebieden) en niet voor veiligheidsmaatregelen (hogere kaden) om wateroverlast vanuit de boezem tegen te gaan. De bestaande maatgevende waterstanden (waar de kadehoogte op gebaseerd is) wordt door het Veiligheidsplan niet aangepast. Gebiedsgerichte strategie regionale en lokale waterkeringen Voor de regionale en lokale waterkeringen ontwikkelen we een gebiedsgerichte strategie. Dat betekent dat in gebieden waar de potentiële gevolgen van een overstroming groter zijn, de waterkeringen robuuster worden aangelegd dan in gebieden waar de potentiële gevolgen minder groot zijn. En er wordt gekeken of er gebieden ingezet kunnen worden die van nature meer ruimte aan boezemwater kunnen geven ten tijde van extreme situaties. Hierdoor ontstaat voor uitzonderlijk calamiteuze situaties een intrinsiek robuust en veerkrachtig functionerend boezemwatersysteem. In de bedoelde uitzonderlijk calamiteuze situatie zijn alle maatregelen uit het Veiligheidsplan-II om de waterstand op de Friese boezem te beïnvloeden ingezet. Bij een zeer extreme hoge waterstand op de Friese boezem zullen dan allereerst de waterkeringen rondom gebieden met een geringe gevolgschade overstromen. De overstroming van waterkeringen om een gebied met een grote gevolgschade kan daardoor zo lang mogelijk worden voorkomen. Hierdoor 9

11 worden de maatschappelijke effecten van een zeer uitzonderlijke situatie zo veel mogelijk beperkt. Een grotere differentiatie in normeringsklassen kan een positieve bijdrage leveren aan een intrinsiek robuust en veerkrachtig watersysteem. De Gebiedsgerichte strategie regionale en lokale waterkeringen wordt geïmplementeerd. Veiligheidscyclus Als beheerder van de waterkeringen heeft het waterschap de wettelijke taak 2 om het achterland te beschermen tegen overstroming. Bij het beheer van de waterkeringen is de veiligheid van het achterland daarom een centraal uitgangspunt. Wat bedoelen we precies met beheer? Alle activiteiten die nodig zijn om de waterkeringen op het vereiste veiligheidsniveau te houden, nu en in de toekomst. Veiligheidscyclus Alle beheertaken en activiteiten zijn af te leiden uit de veiligheidsnorm waaraan de waterkeringen moeten voldoen. Dit beheer bestaat uit afzonderlijke taken die een cyclisch proces doorlopen. We noemen dit de veiligheidscyclus: het grote kader waarbinnen het waterschap de waterkeringen duurzaam in stand houdt. Dat doen we natuurlijk met beheer en onderhoud, maar bijvoorbeeld ook door te bekijken of de ruimte op en rond de waterkering geschikt is voor medegebruik. De veiligheidscyclus is schematisch weergegeven in de volgende figuur. Figuur 2 Veiligheidscyclus Deze veiligheidscyclus geeft de Plan Do-Check-Act-cyclus (PDCA) voor de staat van de waterkeringen weer en is dus in wezen het onderste rondje van de Beleids8 (bijlage 1) waarop deze Beheernota is gebaseerd. 2 Waterwet 10

12 Onderdeel cyclus Normering Beoordeling (Toetsing) Planontwikkeling Verbeteringswerken Beheer & onderhoud Inspectie, schouw, onderhoud Medegebruik Vergunning& handhaving Tabel 3 onderdelen veiligheidscyclus in de beheernota Plek in de beheernota 2.3 Normering 8.2 Beoordeling 4.4 Gebiedsgericht werken 4.2 Verbeterprogramma s 6 Uitvoering van de beheertaak 7 Monitoring 6.4 Ruimtelijke ordening 6.3 Vergunningverlening en handhaving In bijlage 3 zijn de resultaten van deze cycli voor de verschillende soorten waterkeringen aangegeven. Deze resultaten en de voortgang van de uit de in de Beheernota genoemde doelstellingen en acties worden gemonitord in de opgavetafels. In het kader van opgavegericht werken zijn binnen Wetterskip Fryslân opgavetafels ingesteld. Opgavegericht werken draagt bij aan sterkere sturing op het proces van beleidsdoelstelling naar uitvoering. Centraal begrip daarbij is het zorgen voor verbinding met als doel de opgave zo optimaal mogelijk te realiseren (doorlooptijd verkorten, heldere lange termijnplanning, duidelijke afspraken omtrent ieders verantwoordelijkheid hierin). Het helpt de beleids8 zo volledig mogelijk te doorlopen met een optimale inzet van mensen en middelen. 2.3 Normering In het Waterbeheerplan (Wetterskip Fryslân, 2016) zijn de normen (maatstaven) voor de primaire en regionale waterkeringen gegeven. Voor de secundaire waterkeringen herziet de Provincie de normering in 2019, daarbij wordt de conditionele kans voor de Lauwersmeerdijk beschouwd. Wetterskip Fryslân levert een actieve bijdrage aan het vaststellen van een doelmatige norm. Lokale waterkeringen zijn niet genormeerd. Voor lokale kaden hanteert het waterschap het uitgangspunt dat de huidige vorm (2015) en afmeting (minimaal hoogte en ligging kruin) dient te worden gehandhaafd (stand still principe). Zoals in bovenstaande veiligheidscyclus is weergegeven wordt periodiek beoordeeld of de waterkeringen aan de norm voldoen (zie H7), vervolgens wordt op basis van de urgentie (risicoanalyse) een programmering gemaakt van versterkingsprojecten (zie H4). De huidige staat van de waterkeringen wordt in H3 weergegeven. 2.4 Eigendom Bij dijkversterkingen en (groot) onderhoud aan waterkeringen is het heel belangrijk dat we het werk onbelemmerd en slagvaardig kunnen uitvoeren. Een doordacht eigendomsbeleid is daarbij van belang. Vanzelfsprekend maken we in alle gevallen een financiële afweging en de afweging of het verkrijgen van het eigendom doelmatig bijdraagt aan onze taakuitvoering. Het eigendomsbeleid wordt op dit moment herzien. 11

13 Wetterskip Fryslân streeft er voor de primaire waterkeringen op dit moment naar om alle gronden van de kernzone en beschermingszone in eigendom te hebben en te houden, met uitzondering van die gronden die al in bezit van een andere overheid zijn, en de kliffen en hoge gronden van Gaasterland. Er wordt geen actief aankoopbeleid op de beschermingszone gevoerd. Door een andere definitie voor kernzone en beschermingszone bij primaire keringen is de huidige kernzone de vroege kernzone + beschermingszone. De beschermingszone gaat nu dus verder landinwaarts, het lijkt niet doelmatig deze zone in eigendom te hebben. In de herziening van het eigendomsbeleid wordt verkend of het een meerwaarde heeft om alleen de kernzone in eigendom te hebben. Secundaire waterkeringen hoeft het waterschap niet in eigendom hebben, die waterkeringen die in eigendom zijn mogen worden verkocht. De meeste regionale en lokale waterkeringen zijn in bezit van derden. De gronden van de regionaleen lokale waterkeringen hoeven we niet in eigendom te hebben. Hierop mag een verkoopbeleid worden gehanteerd. In privaatrechtelijke overeenkomsten (pachtcontracten) zijn afspraken vastgelegd met pachters over het gebruik en onderhoud van grondpercelen (waaronder waterkeringen) van Wetterskip Fryslân. 12

14 3 Waterkeringen in Fryslân Een waterkering is een waterstaatswerk dat als functie het tegenhouden van (oppervlakte)water heeft. Het kan de grens vormen tussen twee peilgebieden of achterliggend land beschermen tegen oppervlaktewateren zoals zeeën, meren, kanalen en rivieren. Een waterkering is een door mensen aangelegde of natuurlijke verhoging in het landschap, die het achterliggende land beschermt tegen golven en overstroming bij hoge waterstanden. Meest bekende vorm zijn dijken (een grondlichaam met een afdekking van klei en gras of harde materialen als stenen en asfaltbeton) en duinen (door verstuiving ontstaan langs de zandige kust). Daarnaast kunnen kunstwerken, damwanden, oude stadsmuren en andere bouwwerken ook deel uitmaken van een waterkering. Het Waterbeheerplan (Wetterskip Fryslân, 2016) onderscheidt drie soorten waterkeringen. De primaire waterkeringen beschermen het land tegen overstromingen vanuit de Waddenzee, Noordzee en het IJsselmeer. De regionale waterkeringen zijn de voormalige zeedijken (vanaf nu genoemd secundaire waterkeringen) en de waterkeringen die lager gelegen polders beschermen tegen overstromingen vanuit de Friese boezem. Lokale waterkeringen beschermen het achterland tegen wateroverlast. In dit hoofdstuk worden de waterkeringen in het beheergebied van Wetterskip Fryslân nader omschreven, eerst qua status en daarna vanwege verschijningstype. De Beheer- en onderhoudsplannen geven een nadere detaillering. 3.1 Soorten waterkeringen Primaire waterkeringen De Rijksoverheid heeft bij Waterwet (wetten.overheid.nl, 2009) stelsels van waterkeringen aangewezen die grote delen van Nederland beschermen tegen overstroming vanuit de Noordzee en Waddenzee, het IJssel- en Markermeer en vanuit de grote rivieren. Deze beheernota betreft de primaire waterkeringen (harde of zandige waterkering of de duinwaterkering, zie ook ) van Schiermonnikoog (dijktraject 1) Ameland (dijktraject 2) Terschelling (dijktraject 3) De vaste wal langs het IJsselmeer, van de kop van de Afsluitdijk tot in de bebouwde kom van Lemmer en is 61,8 km lang, en de Waddenzee, van de kop van de Afsluitdijk tot aan de Cleveringsluizen in Lauwersoog en is 76 km lang (dijktraject 6). De zandige waterkeringen van Ameland en Terschelling (dijkringen 2 en 3) vallen buiten het Figuur 3 Dijktrajecten (bijlage I Waterwet) beheer van Wetterskip Fryslân. Voor de dijk van Vlieland (dijktraject 4) en de duinen van Vlieland, Terschelling en Ameland wordt gewerkt aan een overdracht van het Rijk en komen in de toekomst mogelijk in beheer van Wetterskip Fryslân. De zorg voor de dijk aan de vaste wal (dijktraject 6) wordt gedeeld met de Groninger waterschappen. Wetterskip Fryslân draagt ook zorg voor het weren van water dat via dijktraject 7 (Noordoostpolder) provincie Fryslân bedreigt. 13

15 Uit de (verlengde) derde toetsing primaire waterkeringen ( ) volgde voor Wetterskip Fryslân 65 km aan verbeterprojecten. Een gedetailleerde gebiedsbeschrijving staat in het Beheeren onderhoudsplan primaire en secundaire waterkeringen. Aangrenzend areaal Bij het beheer van de primaire waterkeringen hebben wij aandacht voor de ontwikkelingen van het aangrenzende areaal, zoals voorlanden, geulen en activiteiten in het achterland. In de Legger zijn de beschermingszones aangegeven die van belang van voor de waterkeringen van nu en is de ruimtelijke reserveringszone van de provincie aangegeven voor de toekomst. Secundaire waterkeringen Een secundaire waterkering is een voormalige zeedijk die een rol heeft als de primaire waterkering zou falen. De secundaire waterkeringen zorgen voor een vermindering van de gevolgschade door overstromingen in het achterliggende gebied. Dit zijn de oude zeedijken achter de huidige primaire waterkeringen langs de Waddenzee. In Figuur 4 is de ligging van de secundaire waterkeringen weergegeven. Figuur 4 Ligging secundaire keringen Regionale waterkeringen Een regionale waterkering is een niet-primaire of secundaire waterkering die is aangewezen in de Waterverordening van de provincie Fryslân (Provincie Fryslân, 2009) of de provincie Groningen (Provincie Groningen, 2016). De normering die geldt voor de regionale waterkeringen zijn opgenomen in het Waterhuishoudingsplan (Provincie Fryslân, 2016) en de Waterverordening van de provincies. Daarnaast wordt aan de lager gelegen gebieden bescherming geboden tegen overstroming door waterkerende hoge gronden. Deze hogere gronden zijn zowel in het landelijk als in bebouwd gebied (dorpen en steden) gelegen en worden aangemerkt als een type Regionale Waterkering. Binnen het beheergebied van Wetterskip Fryslân heeft provincie Fryslân waterkeringen langs de Friese Boezem als regionale waterkering aangewezen en van normen voorzien. Provincie 14

16 Groningen heeft in het Westerkwartier regionale waterkeringen aangewezen en genormeerd. Uit de hoogtetoetsing van 2014 kwam naar voren dat Wetterskip Fryslân zo n 400 kilometer aan regionale waterkeringen moet verbeteren voor Figuur 5 Regionale waterkeringen km Waterkeringen Friesland landelijk 2625 Waterkeringen Friesland bebouwd 395 Waterkeringen Groningen landelijk 73 Waterkeringen Groningen bebouwd 0 Tabel 4 lengtes regionale waterkeringen Oevers met beschoeiing Oevers en beschoeiingen worden als onderdeel van het watersysteem beschouwd, mits ze als hoofdfunctie een waterhuishoudkundige of ecologische functie hebben. In de regel behoren oeververdedigingen, zoals lichte beschoeiingen, natuurvriendelijke oevers en rietbermen (plasberm/vooroever) hiertoe. In situaties waarbij de hoofdfunctie van de oeververdediging een niet-waterstaatkundig doel dient, bijvoorbeeld ondersteuning wegen, grondkering, aanlegvoorziening/loswal of haveninrichting, erfafscheiding, ligt het belang bij de betreffende (vaar)wegbeheerder of andere derde. Voor nadere duiding van de onderhoudsplicht wordt verwezen naar de Beleidsregels Integrale Legger. Het kan zo zijn dat hetgeen zich in/aan de boezemzijde van kade bevindt (stortsteen, hoogte v/d oever, damwand) nodig is om ervoor te zorgen dat de waterkering in stand wordt 15

17 gehouden wat betreft vorm, afmeting en stabiliteit. Daarmee is dan de oever of beschoeiing onderdeel van waterkering. Lokale waterkeringen Lokale waterkeringen zijn veelal natuurlijke hoogtes langs het water en soms kunstmatig opgeworpen kleinschalige verhogingen in het landschap met als doel het grondgebruik te beschermen tegen inundatie uit oppervlaktewater. In het beheergebied van Wetterskip Fryslân ligt 685km lokale waterkeringen. Figuur 6 Lokale waterkeringen Er zijn twee typen polders in de Friese Boezem met daaromheen lokale waterkeringen: 1. Polders buiten de regionale waterkering: dit zijn gebieden met rondom waterkeringen, liggend in de boezem met - het jaar rond - een eigen zomerpeil en/of winterpeil (dus lager dan het boezempeil). Deze gebieden doen over het algemeen mee in de bergingscapaciteit van de boezem. 2. Zogenaamde zomerpolders: gebieden met rondom waterkeringen, liggend in de boezem met een eigen zomerpeil en s winters het peil van de boezem. Deze gebieden worden tot de bergingscapaciteit van de boezem gerekend. Daarnaast zijn er lokale waterkeringen die buiten de Friese Boezem liggen, namelijk: langs een beheerste boezem, dat is een deel van het boezemwater dat door een afsluitbaar kunstwerk van de boezem kan worden afgesloten en hetzelfde peil heeft van de boezem (bv. opvaarten); 16

18 langs een tussenboezem, dat is een stelsel van watergangen met een peil dat tussen boezempeil en polderpeil in ligt waarvan het water op de boezem worde gemalen en waar de aanliggende polders het water in opmalen; langs gestuwde beekpanden; het waterpeil in stuwpanden van vrij afstromende beken ligt soms hoger dan de omgeving waardoor een kade nodig is; langs gebieden met verschillende peilen; dus als peilscheiding (vaak een kerende hoogte om peilverschillen in stand te houden); buiten de primaire waterkeringen (dat is buitendijks) waarbij polders met een ander peil dan het buitenwater tot op zekere hoogte tegen inundatie wordt beschermd; rondom hoogwater circuits in veengebieden dat bestaat uit een (stelsel van) watergang(en) met een hoger waterpeil dan de directe omgeving om (houten) funderingen onderwater te houden. Lokale waterkeringen hebben een waterhuishoudkundige functie en zijn hoe gering ook van omvang waterstaatswerken, maar het Rijk of de provincie heeft geen veiligheidsnorm vastgesteld. De waterkeringen liggen vast in de Legger en de Beleidsregels voor de legger en bepalingen van de Keur gelden ook voor deze waterkeringen. In het beheergebied van het waterschap ligt ongeveer 670 km aan lokale waterkeringen. In verband met de noodzakelijke overstroombaarheid van de waterkeringen in de boezem worden de maximaal toelaatbare hoogten van lokale waterkeringen in een boezemsysteem vastgelegd in de Legger. Bij de uitwerking van nieuwe plannen om gebieden om te vormen tot zomerpolders mag, conform bestaand beleid, geen verkleining van de boezem optreden. Dit betekent concreet dat bestaand boezemland in de basis geen zomerpolder kan worden. Bestaande, jaarrond bemalen polders kunnen wel worden omgevormd tot zomerpolder, omdat ze in de winter en bij hoge boezemstanden in de zomer, bijdragen aan uitbreiding van de boezemberging. Het beleid is er in beginsel op gericht om bemaling niet toe te staan, tenzij er duidelijk sprake is van een uitzonderingssituatie. Een belangenafweging dient duidelijk een zwaarwegend belang aan te geven om af te wijken en hoe compenserende maatregelen voor bergingscapaciteit op de boezem worden ingezet. De bemalingsduur en de benodigde maatregelen worden dan in overleg bepaald. 3.2 Typen waterkeringen (naar verschijningsvorm) We onderscheiden vier typen waterkeringen (naar verschijningsvorm): Duinen. Dijken (grondconstructies). Hoge gronden. Waterkerende kunstwerken (o.a. sluizen, coupures, gemalen) en bijzondere waterkerende constructies (o.a. kistdammen, keermuren en damwanden). Duinen Op de Friese Waddeneilanden bestaat de primaire waterkering deels uit een dijk (Waddenzeezijde) en deels uit duinen (Noordzeezijde). De duingebieden van de Friese Waddeneilanden zijn breed en hebben naast het bieden van bescherming tegen overstroming, meerdere functies zoals natuur en recreatie. Het kustfundament is het gebied vanaf een diepte van N.A.P. -20 meter (waar aangenomen wordt dat golfbewegingen geen invloed meer hebben op de zeebodem) tot aan de binnenduinrand (grens met de polder). 17

19 Duinen zijn door de natuur gevormde waterkeringen, die hun sterkte ontlenen aan de hoeveelheid zand in de vooroever, op het strand en in het duin en aan hun vorm. De duinen veranderen voortdurend van vorm door hoge waterstanden, golven, stroming en wind. De sterkte van de duinen wordt mede bepaald door het strand en de zogenaamde onderwateroever. Voldoende zand in de dynamische kustzone voorkomt structurele achteruitgang van de kust. Het duin als waterkering wordt gevormd door het totale volume zand dat nodig is om de afslag op te vangen plus de hoeveelheid zand die nodig is om na de afslag het binnenland te beschermen. Na een storm zal bij lagere waterstanden het opbouwproces van het duin door de wind opnieuw beginnen. Figuur 7 Dwarsdoorsnede zandige waterkering (Bron Unierichtlijn legger waterkeringen 2013) Wetterskip Fryslân is sinds 2009 beheerder van de primaire duinwaterkering op Schiermonnikoog. De gronden van de duinen zijn in eigendom van het Rijk. Wetterskip Fryslân beheert de primaire duinwaterkering op het eiland. In Bijlage 4 is de Beheernota duinwaterkeringen (Wetterskip Fryslân, 2018) opgenomen. Hierin staan de kaders voor beheer en onderhoud van onze zandige waterkeringen. Dijken Van oudsher zijn waterkeringen opgebouwd uit materialen die in de directe omgeving te vinden waren. Men had immers niet de beschikking over grootschalige grondverzetmiddelen. Daarom zijn zeedijken deels opgebouwd uit zand met een kleideklaag en polderkeringen uit klei en soms veen. Ook nu nog streven we ernaar waterkeringen bij versterking of nieuwbouw zo veel mogelijk als grondconstructie uit te voeren. Dat is efficiënt, kosteneffectief en van oudsher veilig gebleken. Een waterkering die is opgebouwd uit grond is goed te beheren en in de toekomst makkelijker te versterken. De waterkering bestaat uit een kernzone (waterstaatswerk) en beschermingszone. Daarbuiten is in de Waterverordening Fryslân nog een ruimtelijke reserveringszone vastgelegd (het profiel van vrije ruimte plus de toekomstige (buitenste) beschermingszone). 18

20 Figuur 8 zonering primaire waterkeringen Figuur 9 en Figuur 10 Typische dwarsdoorsnede van de zeedijk (Ameland) met blokkenbekleding Hoge gronden Bij de regionale waterkeringen hanteren we ook het begrip hoge gronden. Het verschil tussen polderdijken en hoge gronden is voornamelijk de afmeting van het waterkerende grondlichaam. Een polderdijk is duidelijk visueel in het land aanwezig, als een duidelijke scheiding tussen het water en het direct erachter gelegen lagere poldergebied. De taludhellingen zijn vaak vrij steil. Hoge gronden echter hebben vaak veel grotere afmetingen. Taludhellingen zijn veel flauwer, de breedte is groter, evenals de kerende hoogte. Ook is de afstand tussen het water en het achterliggende lagere gebied beduidend groter, op enkele locaties in het noordwesten van de provincie soms zelfs kilometers. Er zijn hoge gronden in zowel het landelijk als bebouwd gebied. 19

21 Waterkerende kunstwerken en bijzondere constructies Waterkerende kunstwerken zijn veelal aangelegd om kruisingen met een waterkering mogelijk te maken, bijvoorbeeld voor de scheepvaart of het verkeer, maar ook voor waterbeheer. Voorbeelden van waterkerende kunstwerken zijn schutsluizen, keersluizen en kokervormige objecten zoals inlaatduikers en gemalen. De waterkering kan ook een functie hebben op het gebied van het woon-, werk- of leefmilieu, de natuur, het landschap, cultureel erfgoed of als compartimenteringswerk. Dan kan er een bijzondere waterkerende constructie worden toegepast, zoals een kistdam, keermuur, kadewand, damwand of tunnel, of een bijzonder waterkerend object, bijvoorbeeld een balgstuw. In het Beheer- en onderhoudsplan primaire en secundaire waterkeringen staan de kunstwerken en bijzondere constructies in de primaire waterkeringen benoemd. 20

22 4 Programmeren en uitwerken naar realisatie Op basis van de in voorgaande hoofdstukken beschreven beleidsuitgangspunten wordt in dit hoofdstuk een uitwerking van het beleid naar planvorming en uitvoering van maatregelen omschreven. De maatregelen worden uitgewerkt tijdens het planvormingsproces en vervolgens geprogrammeerd in een (meerjaren)maatregelprogramma, waarmee de doelen uit de gestelde kaders behaald kunnen worden. Deze programmering vindt plaats op basis van beschikbare middelen, capaciteit en prioritering. 4.1 Verbeterprogramma s Hoogwaterbeschermingsprogramma In het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma werken het Rijk en de waterschappen continu aan het verbeteren van de primaire waterkeringen, zodat deze weer voldoen aan de waterveiligheidsnormering. Om te bepalen welke primaire waterkeringen als eerste worden aangepakt, worden de waterkeringen geprioriteerd op basis van het grootste veiligheidstekort. De projecten met de grootste veiligheidstekorten worden dus als eerste verbeterd. Als er binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma mogelijkheden ontstaan om de projecten van Wetterskip Fryslân vervroegd uit te voeren, doet het waterschap dit waar mogelijk. Zo bereiken we zo snel mogelijk het gewenste veiligheidsniveau voor de ingelanden. Ter voorbereiding op de projecten langs de Waddenzee (43 km) werkt Wetterskip Fryslân samen met de waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa s aan de Project Overstijgende Verkenning (POV). In deze verkenning gaan we na of en hoe de voorkeursstrategie uit het Deltaprogramma Waddengebied geïmplementeerd kan worden. Daarnaast kijken we of het mogelijk is om wensen uit de omgeving te koppelen aan de dijkverbeteringen (meekoppelen). We zetten bijvoorbeeld in op het realiseren van innovatieve waterkeringen (keringen met voorland, multifunctionele waterkeringen). Dit wordt binnen de projecten onder het HWBP uitgewerkt. Daarbij anticiperen we op initiatieven uit de maatschappij. De middelen binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma zijn bedoeld voor het realiseren van de benodigde waterveiligheid. Om de meerkosten van het meekoppelen van andere belangen (nevendoelstellingen) te dekken, zijn dus andere financieringsbronnen nodig. Hierover worden bestuurlijke afspraken gemaakt binnen het project. Verbeterprogramma regionale- en lokale waterkeringen Verbeterprogramma Oevers en Kaden Via het Verbeterprogramma Oevers en Kaden worden de regionale waterkeringen die niet aan de provinciale veiligheidsnormen voldoen op hoogte gebracht. In 2027 moeten alle waterkeringen aan de norm voldoen. In deze projecten worden naast het veiligheidsaspect (het op hoogte brengen van de kade / profileren van de kade) ook andere doelstellingen meegenomen zoals bijv. de KRWmaatregelen. Voorbeelden van KRW-maatregelen zijn natuurvriendelijke oevers. Prioriteren gebeurt risico gestuurd, daarbij worden trajecten waarbij de minder dan 10 cm afwijken van de hoogte-eis, uitgesteld tot de volgende beoordelingsronde. De waterkeringen rond gebieden met de grootste kans op schade bij extreme situaties worden als eerste opgepakt. Vaak zijn het niet aaneensluitende delen van waterkeringen die niet voldoen, maar worden deze afgewisseld met delen die wel voldoen. Bij de planvorming worden slimme koppelingen gemaakt tussen de afgekeurde trajecten. Hierdoor wordt de impact op de omgeving zo beperkt mogelijk gehouden. 21

23 Lokale waterkeringen Wanneer de actuele onderhoudstoestand (en de kadehoogte)van lokale waterkeringen afwijkt van de gewenste situatie kan dit leiden tot uitvoeringsprojecten. Het waterschap houdt als beheerder toezicht op de staat van de kade door middel van schouwvoering, vergunningverlening en handhaving op de verbods- en gebodsbepalingen zoals die in de Keur en Legger zijn opgenomen. Wanneer (prioritering) het waterschap besluit om het buitengewoon onderhoud van een lokale kade uit te voeren zal een waterstaatkundige afweging zijn. Het belang dat de kade dient, is daarbij tevens een criterium. Bij de uitwerking van nieuwe plannen dient in het algemeen het kortst mogelijke tracé te worden gevolgd om de kosten van de kaden zo beperkt mogelijk te houden. Bij herstelprojecten gaat voorkeur uit naar het verkorten van de kadelengte. 4.2 Onderhoudsprogramma s In de Beheerplannen voor de primaire- en secundaire waterkeringen en de regionale- en lokale waterkeringen wordt ingegaan op de onderhoudsprogramma s. Ook wordt hier ingegaan op niet gepland onderhoud, zoals herstel na storm. 4.3 Gebiedsgericht werken Planontwikkeling Als uit de beoordeling blijkt dat een waterkering niet voldoet aan de veiligheidseisen, wordt een verbeterplan opgesteld. Dat doen we samen met onze omgeving, zodat ook de wensen vanuit de omgeving met de omgeving samen kunnen worden afgewogen. De kering wordt ontworpen die tijdens de hele technische levensduur minimaal aan de voorgeschreven norm voldoet. Het ontwerp houdt rekening met toekomstige veiligheidseisen, effecten van klimaatverandering, bodemdaling, ruimtelijke ontwikkelingen en de beheer- en onderhoudbaarheid van de kering. Ook lifecycle kosten zijn van belang bij de keuze van een ontwerp. Als het gaat om ontwikkelingen op de lange termijn, is er altijd sprake van onzekerheden. Daarom wordt een marge op de minimale veiligheidseisen gehanteerd. Zo worden robuuste waterkeringen ontworpen. Met robuust wordt bedoeld dat onzekerheden in klimaat en bodemdaling worden opvangen. Daarom is het bij robuuste waterkeringen belangrijk dat er ruimte is voor toekomstige versterkingswerken of dat bij multifunctionaliteit extra veiligheid wordt ingebouwd. Samen met de omgeving Er is niet alleen ruimte nodig voor huidige en toekomstige versterkingswerken; ook andere functies vragen om ruimte. Dit geeft soms een spanningsveld. Wetterskip Fryslân vindt het belangrijk om samen met de omgeving naar oplossingen te zoeken. We streven naar een gebiedsgerichte aanpak, zie ook 5.4 Ruimtelijke ordening. Hierbij staat de veiligheidseis voor het waterschap vanzelfsprekend centraal. Dit betekent dat de kering altijd moet voldoen aan de norm. Een invulling van waterrobuust inrichten van een (deel)gebied kan bijvoorbeeld zijn dat nieuwe ontwikkelingen wat hoger worden aangelegd zodat ze minder gemakkelijk overstromen in hoogwatersituaties en de gevolgschade daardoor beperkter is. Wetterskip Fryslân vraagt hier in het kader van de watertoets en de gemeentelijke en regionale omgevingsplannen aandacht voor. 22

24 Toekomstige versterkingen De provincie Fryslân heeft in het Waterhuishoudingsplan (Provincie Fryslân, 2016) en in de Verordening Romte (Provincie Fryslân, 2014) reserveringszones voor de primaire waterkeringen vastgelegd om ontwikkelingen te voorkomen die conflicteren met toekomstige dijkversterkingen. Het reserveren van zones voor toekomstige dijkversterking draagt eraan bij dat deze versterkingen tegen de laagste maatschappelijke kosten kunnen plaatsvinden. Dit omdat de provincie hiermee onomkeerbare ruimtelijke ontwikkelingen voorkomt die nadelig kunnen zijn voor toekomstige dijkversterkingen. De gemeenten nemen deze zones op in hun Bestemmingsplannen en het waterschap in de Legger. Bij het ontwerp van waterkeringen gaat de voorkeur uit naar grondconstructies. Een waterkering in grond is relatief eenvoudig en kosteneffectief aan te leggen, te beheren en ook uit te breiden als een toekomstige versterking nodig is. Waterkerende constructies (zoals damwanden) die niet in grond zijn uitgevoerd, zijn vaak moeilijk of alleen tegen hoge kosten uit te breiden. Het is ook moeilijker om deze constructies te inspecteren en te beoordelen op veiligheid. 23

25 5 Inzet van instrumenten Om de maatregelen mogelijk te maken en de waterkeringen in stand te houden zijn vergunningen en het doorlopen van procedures noodzakelijk. Dit hoofdstuk beschrijft de uitgangspunten en de kaders voor de instrumenten. 5.1 Beheerinstrumenten In de wet-en regelgeving zijn niet alleen plichten en verantwoordelijkheden voor de waterschappen opgenomen, maar ook bevoegdheden en instrumenten om de taken goed uit te kunnen voeren. Wetterskip Fryslan heeft voor de uitvoering van het beheer en onderhoud dan ook verschillende instrumenten tot haar beschikking (zie Bijlage 2). De volgende zijn van toepassing: De Keur (Wetterskip fryslân, 2013): algemene regelgeving van Wetterskip Fryslan: hierin zijn onderhoudsverplichtingen (artikel 4 & 5) en verbodsbepalingen (artikel 13) vastgelegd die gelden voor waterkeringen. De beheerder van de waterkering kan met dit instrument handhavend optreden bij nalatigheid van de onderhoudsplicht en overtredingen van verbodsbepalingen. Keurontheffing / Watervergunning: Voor veel verboden en geboden uit de Keur is een watervergunning mogelijk. In de vergunning worden voorwaarden(of eisen) opgenomen waaronder de werkzaamheden uitgevoerd mogen worden. Algemene regels: Wetterskip Fryslân heeft een aantal algemene regels opgesteld voor iedereen die activiteiten en werkzaamheden willen uitvoeren in, op en langs de waterkeringen, kades en wateren in het beheergebied van Wetterskip Fryslân. Voor deze activiteiten is geen watervergunning nodig maar kan worden volstaan met een melding. Er wordt dus een vrijstelling op onderdelen of algehele vrijstelling geregeld met de algemene regels. De legger: een register met statische gegevens (gewenste situatie) over de richting, vorm afmeting, constructie van waterkeringen, onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen. Het beheerregister: de gegevensverzameling (actuele situatie) bestaat uit de fysieke infrastructuur van de waterkering en bevat de legger inclusief normeringen, meetgegevens (zoals boringen en grondwaterstandsreeksen), monitoringgegevens (zoals beoordeling en inspectie), voortgang van diverse werkzaamheden, vergunningen en handhavingszaken. Watertoets: is een instrument dat waterhuishoudkundige belangen expliciet en op evenwichtige wijze laat meewegen bij het opstellen van ruimtelijke plannen en besluiten, zie Watertoets. De Keur en Legger zijn leidende instrumenten voor wat betreft beheer en onderhoud. In de legger van waterkeringen, is informatie vastgelegd over onder andere de dimensies van waterkeringen en de (verdeling van de) onderhoudsplicht. De verbods- en gebodsbepalingen in de Keur verwijzen naar objecten die in de leggers zijn beschreven. 24

26 5.2 Uitgangspunten voor beheerinstrumenten De volgende strategische uitgangspunten gelden voor de Legger: - In de Legger wordt de gewenste situatie voor de primaire- (harde en zandige kust), secundaire-, regionale- en lokale waterkeringen gegeven. Voor secundaire en lokale waterkeringen acht het waterschap gewoon onderhoud niet noodzakelijk, wel geldt de keur. Dat wil zeggen dat vorm en afmeting gehandhaafd worden, maar dat er geen eisen worden gesteld aan bijvoorbeeld de kwaliteit van een grasmat. Het groot onderhoud aan deze keringen is voor WF. De uitgangspunten voor het Beheerregister zijn: 1. Het beheerregister bevat de kenmerkende gegevens van de feitelijke toestand van de primaire waterkeringen (dijken, kunstwerken, constructies). 2. De gegevens worden gevalideerd voordat ze in het beheerregister worden ingevoerd. 3. De organisatie heeft, conform de door haar gestelde eisen voor actualiteit en volledigheid, haar gegevens bijgewerkt over de waterkering. 5.3 Technische ontwerprichtlijnen Ontwerpinstrumentarium (OI) Ten behoeve van het ontwerpen van primaire waterkeringen zijn er door het Rijk een aantal documenten opgesteld die op specifieke onderdelen een ontwerp conform de normering mogelijk maken. Op deze site zijn de vigerende stukken te vinden die horen bij het Ontwerpinstrumentarium 2014v4 (OI2014). OI2014 strekt tot aanbeveling voor de verkenningsfase van HWBP-projecten. Doel is een aantal alternatieve oplossingsrichtingen te kunnen uitwerken inclusief gevoeligheidsanalyses met verschillende ontwerpuitgangspunten en tijdhorizonnen. Technische leidraad regionale waterkeringen Wetterskip Fryslân Voor het ontwerpen van de regionale waterkeringen wordt gebruik gemaakt van de Leidraad Risicogericht ontwerpen regionale waterkeringen Wetterskip Fryslân (Wetterskip Fryslân, 2016). Deze leidraad geeft integrale ontwerpteams en de brede organisatie van Wetterskip Fryslân zicht op het technische ontwerpproces als onderdeel van een totaalproject waar een regionale waterkering onderdeel vanuit maakt. Nadruk ligt hierbij op vooral de geotechniek en de belasting op de waterkering door het water. Het biedt inzicht in wat het team kan verwachten van de geotechnisch ontwerper en uit welke aspecten het geotechnisch ontwerp bestaat. Door voortschrijdend inzicht zijn onzekerheidsmarges voor de hoogtetoets van regionale waterkeringen aangescherpt, zie bijlage 5. De bijlage is onderdeel van de leidraad. Naast de in deze specifiek voor Wetterskip Fryslân ontwikkelde leidraad, zijn de volgende leidraden van toepassing als uitgangspunt voor het ontwerpen aan regionale waterkeringen: a) Handreiking Ontwerpen & Verbeteren Boezemkaden (Stowa, 2009). 25

27 b) Technisch rapport Erosiebestendigheid van grasland als Dijkbekleding (Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen, 1998). c) Handreiking Toetsen Grasbekledingen op dijken (Van der Meer Consulting Deltares Alterra Infram, 2012). d) Leidraad Toetsen op veiligheid regionale waterkeringen (Stowa, 2015). Bij overlap of tegenstrijdigheden prefereert de leidraad van Wetterskip Fryslân. Om een robuust en veerkrachtig boezemwatersysteem te realiseren, differentieert Wetterskip Fryslân bij de aanleg van waterkeringen, de kadehoogtes op basis van de risico s in het achterliggend gebied. Daarom is het risicogericht ontwerpen van regionale waterkeringen in 2016 in de technische leidraad van het waterschap opgenomen. Onder risicogericht ontwerpen wordt in de Leidraad verstaan: Het bewust aanbrengen van differentiatie binnen de toe te passen ontwerpparameters van een regionale waterkering. De differentiatie is gebaseerd op gebiedskenmerken met bijbehorende risicoinschatting. Het risicogericht ontwerpen vraagt enkele bewuste keuzes in het ontwerpproces waarbij restrisico s worden geaccepteerd. 5.4 Ruimtelijke ordening Binnen de ruimtelijke ordening heeft het waterschap een adviserende rol. Als er ruimtelijke plannen en besluiten worden opgesteld, moet er een zogenaamde Watertoets worden uitgevoerd. Wetterskip Fryslân adviseert graag vroeg in het ruimtelijke ordeningsproces over de water(veiligheids)aspecten bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Er wordt altijd specifiek gekeken of de ruimtelijke ontwikkelingen geen achteruitgang van de bescherming tegen overstroming geven, voor nu én in de toekomst. Indien nodig wordt met de initiatiefnemer nagegaan welke mitigerende maatregelen genomen moeten worden. Het waterschap komt daarom graag vroegtijdig in contact met de gemeente en de initiatiefnemers van ruimtelijke ontwikkelingen. Wij vinden het van belang om de aanwezige waarden op de waterkeringen van landschap, natuur, cultuurhistorie en recreatie zo veel mogelijk te behouden. Bij werkzaamheden proberen wij nadelige gevolgen daarom zo veel mogelijk te voorkomen en waar nodig herstellen wij na afloop de bestaande LNC-waarden. We staan open voor initiatieven van derden: we houden er rekening mee, denken mee en waar mogelijk werken we mee Watertoets Met de Watertoets geven wij vanuit onze beheerverantwoordelijkheid vroegtijdig sturing aan ontwikkelingen. De Watertoets heeft als doel om de waterhuishoudkundige doelstellingen op het gebied van veiligheid, wateroverlast, waterkwaliteit (o.a. verzilting) en watertekort (o.a. verdroging) expliciet en evenwichtig mee te wegen bij alle ruimtelijke plannen en besluiten die van invloed zijn op de waterhuishouding. De Watertoets is van toepassing op alle wateren, dus rijkswateren, regionale wateren, gemeentelijke en particuliere wateren en grondwater. 26

28 Het is wettelijk verplicht volgens de Omgevingswet (Omgevingswet, 2016) om het proces van de Watertoets te doorlopen bij bestemmingsplannen, inpassingsplannen, beheersverordeningen en omgevingsvergunningen (indien de vergunning een afwijking in het bestemmingsplan toestaat). Om te borgen dat alle wateraspecten in ruimtelijke plannen (van anderen) worden meegenomen en er wordt voldaan aan de beleidsdoelstellingen van de thema's veilig, voldoende en schoon, bestaat de Watertoets. Ook zorgt de Watertoets voor draagvlak van het wateradvies bij de gemeenten en voor een betere samenwerking tussen gemeenten en Wetterskip Fryslân. Hoe dit instrument te gebruiken staat beschreven in de Leidraad Watertoets (Wetterskip Fryslân, 2013). Wetterskip Fryslân heeft beschreven op welke wijze het bij projecten rekening kan houden met de ruimtelijke kwaliteit. In 2016 is de beleidsevaluatie van de watertoets uitgevoerd. De verbeterpunten worden uitgevoerd in De Leidraad Watertoets is een instrument waarmee de waterbelangen in ruimtelijke plannen kunnen worden geborgd en waarmee er zorg voor kan worden gedragen dat ruimtelijke plannen voldoen aan de uitgangspunten van Wetterskip Fryslân. Daarnaast zorgt de leidraad watertoets voor draagvlak van het wateradvies bij de gemeenten en voor een betere samenwerking tussen gemeenten en Wetterskip tijdens het watertoetsproces. De leidraad geeft duidelijkheid over de juridische status van het wateradvies. In de regel vindt er een vooroverleg plaats met initiatief nemers, dan een watertoets en daarna volgt de vergunningenprocedure Medegebruik Uiteraard hebben wij ook oog voor de maatschappelijke belangen en staan we open voor de wens tot medegebruik van de waterkeringen. Voor het toestaan van medegebruik hanteert de waterwereld twee principes: ja, mits en nee, tenzij. Ja, mits betekent dat medegebruik is toegestaan onder bepaalde voorwaarden. Die voorwaarden zijn vastgelegd in beleidsregels. Nee, tenzij betekent dat medegebruik in principe niet is toegestaan, maar dat er wel uitzonderingen kunnen worden gemaakt: als er sprake is van een zwaarwegend maatschappelijk belang, én als er geen redelijke alternatieve locatie beschikbaar is. Voor primaire waterkeringen geldt in de zone van het profiel van vrije ruimte, nodig voor toekomstige verbeteringswerken, het principe nee, tenzij (overwegingen in het kader van privaatrecht omdat wij eigenaar zijn van de keringen). In de zone waterstaatswerk en aangrenzende beschermingszones, nodig voor de stabiliteit van de waterkering, geldt ja, mits (publiekrecht ofwel overwegingen bij het wel/niet verlenen van watervergunningen). Daar waar beide zones elkaar overlappen, geldt nee, tenzij. Het profiel van vrije ruimte is maatgevend. Wetterskip Fryslân streeft naar een primaire duinwaterkering die vrij toegankelijk is. Bij de inspectie van het duingebied wordt er op gelet dat de eventuele paadjes niet leiden tot verstuiving. Alleen indien de grenzen van het vastgestelde beheertype bereikt zijn worden er maatregelen genomen om de waterveiligheid op orde te houden. Bij secundaire, regionale en lokale waterkeringen geldt het ja, mits principe (publiekrecht ofwel overwegingen bij het wel/niet verlenen van watervergunningen). 27

29 Artikel 3.2 (Watervergunning waterstaatswerken en beschermingszones) van de Keur geeft aan welke handelingen wel en niet mogen op de waterkeringen. De Beleidsnotitie Recreatief Medegebruik (Wetterskip Fryslân, 2011) is van toepassing op de waterkeringen, daarin staan ook voorwaarden die worden vastgelegd in een Watervergunning. De algemene richtlijn voor het behandelen van verzoeken voor (recreatief) medegebruik luidt dan ook dat Wetterskip Fryslân positief staat tegenover medegebruik van haar eigendommen en hieraan meewerkt mits: de (recreatieve) ontwikkeling niet in strijd is met de kerntaken van Wetterskip Fryslân op het gebied van veilig, voldoende en schoon water; het medegebruik op initiatief van derden niet leidt tot extra kosten voor het waterschap voor inrichting, beheer en onderhoud van het watersysteem en de waterstaatswerken. Het uitgangspunt is: de initiatiefnemer betaalt. Er worden bij aanleg afspraken gemaakt en vastgelegd over eventuele kosten voor renovatie in de toekomst. Wetterskip Fryslân kan zelf (mede)initiatiefnemer zijn. Voor die gevallen worden beperkte financiële middelen beschikbaar gesteld. Afhankelijk van het belang van de waterkering zijn wij terughoudend in het toestaan van objecten in de kering. Bomen, windmolens en andere objecten worden alleen vergund mits ze geen negatieve impact hebben op het waterkerend vermogen. Op primaire keringen staan we geen bomen toe. Bij een ruimtelijke impact zal een gemeente toetsen of het initiatief past binnen de ruimtelijke kaders. De gemeente moet dan het waterschap benaderen voor de publiekrechtelijke taak van het waterschap. Het waterschap als eigenaar van de asset zal door de initiatiefnemer eerder bevraagd worden over bereidwilligheid tot meewerken. Het waterschap heeft dan een privaatrechtelijke rol. In 2019 wordt een Leidraad medegebruik assets ontwikkeld. 5.5 Bodemdaling In gebieden waar bodemdaling het gevolg is van delfstofwinning dienen de waterkeringen regelmatig opgehoogd te worden. Het ophogen van de waterkeringen vanwege de (historische) bodemdaling wordt door de veroorzaker betaald. 5.6 Calamiteitenzorg Ondanks de waterkeringen kunnen overstromingen niet volledig uitgesloten worden. Daarom wordt van waterkeringbeheerders verwacht dat, naast goede waterkeringen, hun calamiteitenplannen voor alle soorten waterkeringen actueel zijn en blijven, de interne organisatie daarop toegerust is en dat deze plannen voldoende geoefend worden. Daarbij werkt Wetterskip Fryslân samen met andere partners in de Veiligheidsregio. De calamiteitenzorg op de Waddeneilanden is toegesneden op de specifieke situatie. Onder calamiteiten zorg verstaan wij het voorbereid zijn op het voorkomen en bestrijden van calamiteiten en crises. Dit doen we door het opleiden, trainen en oefenen van medewerkers die een rol hebben in de crisisorganisatie. Dit wordt ook wel de koude fase genoemd en is uitgewerkt in de Beheerplannen. We bieden met bestrijdingsplannen (warme fase) structuur voor het optreden van de crisisorganisatie, zie ook paragraaf 6.5. Daarnaast zorgen we ervoor dat er een piketdienststructuur aanwezig is, zodat we tijdig kunnen inspelen op extreme situaties. 28

30 Om een goede calamiteitbestrijding te continueren is het noodzakelijk dat de huidige bemensing met onderhoudsmedewerkers primaire waterkeringen (10 op de vaste wal) wordt doorgezet. Daarnaast worden de noodmaterialen en communicatiemiddelen op orde gehouden. Er wordt een goede calamiteitenzorg gerealiseerd door: Bestrijdingsplannen ( zie paragraaf 6.5) jaarlijks te actualiseren en in de praktijk brengen met oefeningen. De rol in de calamiteitenzorg binnen de Veiligheidsregio in te vullen en alles in het werk te stellen om een overstroming te voorkomen en eventuele gevolgen te beperken, voor zover binnen de mogelijkheden van Wetterskip Fryslân. Het op orde hebben van de interne organisatie en het zorgen voor voldoende reservemiddelen om dijkbewaking en calamiteitenbestrijding kwalitatief goed te kunnen uitvoeren. Het behouden en waarborgen van de binnen Wetterskip Fryslân aanwezige kennis en expertise. 29

31 6 Uitvoering van de beheertaak Wetterskip Fryslân beheert de primaire, secundaire, regionale en lokale waterkeringen en zorgt voor een goede waterkerende toestand van de waterkeringen. Deze taak van het waterschap wordt ook wel de zorgplicht genoemd. Vanuit de eerste rapportage zorgplicht en de reactie daarop van het ILT is er een verbeterplan Zorgplicht (Wetterskip Fryslân, 2017) opgesteld. Een waterkering kan door velerlei oorzaken (bedreigingen) bezwijken en het water niet langer tegenhouden. Het hoofddoel van het beheer van de waterkeringen is het in standhouden van de waterkerende functie om de veiligheid tegen overstromen van het achterland te borgen. Het waterschap zorgt dat de waterkeringen aan de wettelijke eisen voldoen en zal het noodzakelijke preventieve/correctieve beheer en onderhoud verzorgen om de bovenstaande bedreigingen waar mogelijk te voorkomen. Onderhoud omvat het periodiek uitvoeren van werkzaamheden, gericht op het fysiek in stand houden van de waterkering. Denk hierbij aan regelmatig terugkerende onderhoudswerken, aan zaken als inspectie en schouw, maar ook aan de bestrijding van muskusratten. Een goede grasmat bijvoorbeeld maakt een dijk bestendiger tegen golfoverslag. Naast de hoofdfunctie waterveiligheid is er op en rond waterkeringen ruimte voor nietwaterkerende functies, zolang deze de gestelde eisen aan de waterkerende functie niet negatief beïnvloeden. De strategische uitgangspunten voor het beheer en onderhoud verschillen per type waterkering en richten zich op de waterkerende functie. 30

32 Als de actuele toestand van een waterkering afwijkt van de gewenste toestand, zorgt het waterschap dat door onderhoud de waterkering weer in de gewenste toestand wordt gebracht. Is het waterschap niet verantwoordelijk voor het onderhoud, dan wordt de in de Legger aangewezene opgedragen het onderhoud uit te voeren. Hoe dit onderhoud wordt uitgevoerd is beschreven in de beheer- en onderhoudsplannen. De verbeterpunten uit het Verbeterplan Zorgplicht worden geïmplementeerd. Dit hoofdstuk omschrijft de strategische uitgangspunten en te halen doelen die input zijn voor de beheer en onderhoudsplannen. Gewoon onderhoud De onderhoudsplichtigen van waterkeringen dragen zorg voor een goede toestand van de waterkeringen door het bestrijden van schadelijk wild, met uitzondering van muskus- en beverratten, het herstellen van beschadigingen en het in stand houden van begroeiingen en materialen, dienstig aan de waterkering. Onder gewoon onderhoud verstaan we dus onder meer het nemen van levensduur verlengende maatregelen (preventief onderhoud) en het onderhoud na stormschade (correctief onderhoud). Dit betekent dat bijvoorbeeld de grasmat in goede staat wordt gehouden met schapenbeweiding en periodiek bloten van de grasmat. Maar ook dat beschadigingen door bijvoorbeeld graverij van dieren of vertrapping door kleinvee of na een storm worden hersteld. De eigenaren of pachters van de (met gras beklede delen van de) waterkering zijn de onderhoudsplichtigen voor het gewone onderhoud, behalve pachters van primaire waterkeringen (daar doet Wetterskip Fryslân gewoon onderhoud). Het waterschap kan zelf ook onderhoud (laten) plegen om calamiteiten te voorkomen, bijvoorbeeld bij lekkages of kleine verzakkingen die bij inspecties aan het licht komen. Dit gebeurt eventueel op kosten van de onderhoudsplichtige. Waar wij zelf onderhoudsplichtig zijn, voeren we vanzelfsprekend ook gewoon onderhoud uit. Buitengewoon onderhoud De onderhoudsplichtigen van waterkeringen zijn verplicht tot instandhouding daarvan overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie. Buitengewoon onderhoud betreft grootschalige werkzaamheden om de onderhoudstoestand van de dijk weer terug te brengen op het aanlegniveau. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld het aanbrengen van slijtlagen eens in de jaar, het herzetten van steenglooiingen, het compleet vervangen van afrasteringen en dergelijke. Wetterskip Fryslân voert tevens buitengewoon onderhoud uit wanneer de waterkering niet meer voldoet aan de veiligheidseisen ( zakt door ondergrens norm ), maar de waterkering nog geen onderdeel is van een verbeterprogramma, of dat de versterkingswerkzaamheden nog te lang duren. Hoe er met niet gepland onderhoud wordt omgegaan staat in de beheer- en onderhoudsplannen. In de beheernota is het strategisch beheer -oftewel de kaders voor beheer en onderhoudbeschreven en de beheer- en onderhoudsplannen beschrijven het tactisch en operationeel beheer en onderhoud. 31

33 6.1 Uitgangspunten beheer en onderhoud van primaire waterkeringen Wetterskip Fryslân is in alle gevallen buitengewoon onderhoudsplichtige. Wetterskip Fryslân is ook onderhoudsplichtige voor het gewoon onderhoud, tenzij de ondergrond van de kering niet in eigendom is van het waterschap. Het doel van het beheer en onderhoud van primaire waterkeringen is de instandhouding van de kering gericht op een zo lang mogelijke levensduur, tegen zo laag mogelijke kosten, met aandacht voor medegebruik of nevenfunctie. Uitgangspunten voor de primaire waterkeringen: Wij streven naar groene dijken (zacht waar het kan, hard waar het moet, dijkversterkingen met grond hebben voorkeur). Bekleding dient bestand te zijn tegen waterstanden die behoren bij de wettelijk vastgestelde normen voor veiligheid tegen overstroming (conform Technische Leidraden). De uitgangspunten bij het beheer van bekledingen zijn: kosteneffectief, integraal (dus alle belangen meewegen) en ecologisch verantwoord (bijv. aandacht voor biodiversiteit). Om de maximale erosiebestendigheid van de toplaag te bereiken is een gesloten grasmat het streven. Uitgangspunt van Wetterskip Fryslân is om de dijkvakken van primaire waterkeringen met grasbekleding die in eigendom zijn bij het waterschap zo veel mogelijk te verpachten voor extensieve schapenbeweiding. Als er wordt gemaaid wordt het gras afgevoerd. Waterkeringen die tevens een functie voor recreatie hebben worden regelmatig gemaaid (gazonbeheer) om het gras kort te houden, maaisel blijft liggen. Waterkeringen dienen ten alle tijden bereikbaar te zijn. Bij het beheer van de waterkeringen hoort ook de bestrijding van plaagsoorten zoals de muskusratten, mollen, muizen enz. Zo voorkomen we graafschade aan de waterkeringen, zodat de waterkerende toestand gewaarborgd wordt. Er wordt tevens op toegezien dat honden geen gaten in de grasmat graven. Medegebruik van de waterkering leidt niet tot extra kosten voor het waterschap voor inrichting, beheer en onderhoud van de waterkering. Beheer en onderhoud van dijken Met bekleding van een waterkering bedoelen we het hele pakket dat de kern van de waterkering bedekt. De bekleding kan verschillende functies hebben: bescherming van het onder- of achterliggende grondlichaam, vermindering van de golfoploop, een bijdrage leveren aan de waterdichtheid van de waterkering, beperking van het onderhoud, of het geven van een esthetisch of natuurlijk uiterlijk aan de waterkering. Vaak gaat het om een combinatie van deze functies. Een dijk met grasbekleding heeft de voorkeur. Op locaties waar het talud steil is en onderhoud dus lastig, waar veel stroming is of waar de golfbelasting groot is, worden steenzettingen of asfaltbekleding toegepast als bekleding. Regionale waterkeringen zijn meestal bekleed met gras. 32

34 Het is de verantwoordelijkheid van de waterkeringbeheerder dat de waterkering voldoet aan de wettelijke eisen, een goede bekleding draagt bij aan het voldoen aan de eisen. Daarnaast moet de beheerder het functioneren van de bekleding periodiek beoordelen (zie H7 Monitoring). De algemene doelstelling voor het groenbeheer van de waterkeringen luidt: het bevorderen van een erosiebestendige, gesloten grasmat en het in stand houden van een grondlaag die voldoet aan de waterstaatkundige eisen. De sterkte van de bekleding wordt beïnvloed door het beheer, de samenstelling van de vegetatie, de doorworteling, situering en bedekkingsgraad van de grasmat, en weersomstandigheden. Het type beheer wordt op de benodigde bekledingssterkte afgestemd. De uitgangspunten bij het beheer van bekledingen zijn: kosteneffectief, integraal (dus alle belangen meewegen) en ecologisch verantwoord. De grasmat speelt een wezenlijke rol bij de sterkte van dijken, vanwege de functie om weerstand te bieden aan de erosieve werking van overslaand water. De toetsing op veiligheid stelt hoge eisen aan de graswortels, gegeven de zeer matige kwaliteit van de onderliggende kleideklaag (hoog zandgehalte). Inrichting van het grasonderhoud Aansluiten bij Technische leidraden en Handreiking Dijkbekledingen Deel 5: Grasbekledingen (HDD5) Onderhoud van de grasmat wordt gedaan door extensieve schapenbeweiding via 1 of 2 jarige pachtcontracten. Er is niet het hele jaar rond beweiding. Het uitgangspunt hierbij is beweiding met schapen gedurende het groeiseizoen van ca. 1 april tot 15 oktober. Bij onkruidbestrijding passen we geen bestrijdingsmiddelen toe. Van deze regel wordt alleen afgeweken wanneer milieuvriendelijke maatregelen niet het gewenste resultaat opleveren en de veiligheid in gevaar komt. Dit geldt alleen voor specifieke plaagsoorten zoals Bereklauw en Japanse duizendknoop. Intensief beheer is nodig om de gewenste grasmat te bereiken. Dat kost meer tijd en brengt dus hogere kosten met zich mee. Als er een nieuw talud ingezaaid moet worden, gebeurt dit bij voorkeur met een inheems grassen-kruidenmengsel(bv dijkenmengsels) Bestrijden van schadelijke dieren. Onderhoud aan afrasteringen en dijkmeubilair. Opruimen van vloedmerk. Onderhouden van de drinkwatervoorziening voor vee. Er worden éénjarige pachtcontracten afgegeven voor beweiding van waterkeringen. Beheer en onderhoud van duinen Doordat de zeereep een rol blijkt te vervullen voor de veiligheid van het lagergelegen deel van Schiermonnikoog gaat Wetterskip Fryslân de waterkering zone voor de primaire duinwaterkering in de legger herzien. 33

35 Voor de beleidsdoelstellingen en uitgangspunten voor beheer en onderhoud van duinwaterkeringen wordt verwezen naar Bijlage 4. De eisen die worden gesteld aan de verschillende duinregels worden vastgelegd in de Legger. Het te hanteren beheertype wordt uitgewerkt in het Beheer- en onderhoudsplan primaire- en secundaire waterkeringen. 6.2 Uitgangspunten beheer en onderhoud secundaire waterkeringen Het waterschap is buitengewoon onderhoudsplichtige voor secundaire waterkeringen, de eigenaar van de ondergrond is gewoon onderhoudsplichtige. De onderhoudsplichtige voor het buitengewoon onderhoud is verplicht tot instandhouding daarvan overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie. Doelstelling voor het beheer en onderhoud van de secundaire waterkeringen is het minimaal in stand houden van het waterkerend vermogen dat hoort bij de norm. Enkele voormalige zeedijken hebben de status van regionale waterkering gekregen. Hierbij heeft de provincie als veiligheidsnorm gesteld dat de toestand van de voormalige zeedijken minimaal op de situatie van 2010 moet worden gehandhaafd. De vergunningverlening en handhaving zijn hierop aangepast. Ontheffing van de Keur wordt alleen gegeven als dit het waterkerend vermogen van de voormalige zeedijken niet negatief beïnvloedt. Eveneens in deze gevallen is het toezicht en de handhaving gericht op het voorkomen van achteruitgang van het waterkerend vermogen van de voormalige zeedijk. 6.3 Uitgangspunten beheer en onderhoud regionale en lokale waterkeringen Het doel van het beheer en onderhoud van regionale en lokale waterkeringen is de instandhouding van de waterkering gericht op een zo lang mogelijke levensduur, tegen zo laag mogelijke kosten, met aandacht voor medegebruik of nevenfunctie. 34

36 Uitgangspunten voor regionale waterkeringen: Regionale waterkeringen hebben het volgende kadeprofiel: een buitentalud met een verhouding van 1 : 3, een kruinbreedte van 1,5 m en een binnentalud van 1 : 5. Nieuw aan te leggen regionale waterkeringen moeten zodanig worden ontworpen en aangelegd, dat ze ten minste 25 jaar meegaan. Natuurvriendelijk en gedifferentieerd onderhoud kan worden toegepast. De uitgangspunten bij het beheer van bekledingen zijn: kosteneffectief, integraal (dus alle belangen meewegen) en ecologisch verantwoord (bijv. aandacht voor biodiversiteit). Op het buitentalud mogen alleen schapen geweid worden. Voor alle waterkeringen geldt een beweidingsverbod voor grootvee gedurende de periode 1 november 1 maart. Wetterskip Fryslân heeft in bijzondere of calamiteuze omstandigheden de mogelijkheid beweiding van bepaalde trajecten voor bepaalde tijd te verbieden. Om te kunnen voldoen aan de regels voor beweiding moet de eigenaar zelf zorgen voor een al of niet tijdelijke, voldoende vee-kerende afrastering. Regionale waterkeringen moeten ten minste eenmaal per jaar worden gemaaid, omdat dit de sterkte van de zode (o.a. door grotere soortenrijkdom) ten goede komt. Daarnaast maakt het een goede visuele inspectie van kaden mogelijk. De verantwoordelijkheid voor het klein onderhoud en de verplichting tot het ten minste eenmaal maaien per jaar wanneer geen beweiding plaatsvindt, wordt dan ook bij de grondeigenaar neergelegd. Bij elke maaibeurt moet het maaisel binnen 2 weken worden afgevoerd. Voor de hogere gronden in het bebouwd gebied geldt geen verplichting voor het gewoon onderhoud. Wetterskip Fryslân is buitengewoon onderhoudsplichtig, zoals vermeld in artikel 2.3 Keur Wetterskip Fryslân (het in stand houden van de waterkering overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie). De eigenaren of pachters van de regionale waterkering zijn de onderhoudsplichtigen voor het gewoon onderhoud. Wetterskip Fryslân kan zelf ook onderhoud (laten) plegen om calamiteiten te voorkomen, bijvoorbeeld bij lekkages of kleine verzakkingen die bij inspecties aan het licht komen. Dit gebeurt eventueel op kosten van de onderhoudsplichtige. Waar wij zelf onderhoudsplichtig zijn, voeren we vanzelfsprekend ook gewoon onderhoud uit. Oeverbescherming Uitgangspunt is het interne rapport Oevers langs de Friese boezem: streefbeelden en oevertypen Vooral langs de regionale waterkeringen speelt de rietkraag een prominente rol bij de bescherming van de oever. De wortels houden de bodem vast en voorkomen erosie van de oever en van de voet van de waterkering. Hoe het onderhoud aan het riet wordt uitgevoerd, hangt af van de conditie en 35

37 de functie van de rietkraag. Hierbij spelen het tijdstip en de methode een grote rol. Met oog op de waterkwaliteit gaat de voorkeur uit naar onderhoud vanaf het land. Harde oevers, zoals keermuren in de stedelijke omgeving, schanskorven, houten beschoeiing, damwanden en steenbestorting, vergen onderhoud. Hierbij houden we rekening met de aanwezigheid van bijzondere planten. Een houten oeverbescherming die vervangen moet worden, wordt waar mogelijk natuurvriendelijk ingericht. Steenbestorting wordt aangevuld met zo veel mogelijk gelijksoortig materiaal. Wanneer de regionale waterkering wel voldoet aan de norm en er geen groot onderhoud nodig is om de waterkering op orde te krijgen/houden, zal het waterschap geen groot onderhoud uitvoeren aan de waterkering. Dan is er ook geen groot onderhoud aan de oeverbescherming nodig. Het gewone onderhoud zoals bijv. het herstellen van geringe schade ligt altijd bij de eigenaar van de oever/beschoeiing. Lokale waterkeringen Voor de lokale waterkeringen geldt geen gewone onderhoudsplicht, wel zijn de keurbepalingen van toepassing op deze waterkeringen. Lokale waterkeringen spelen geen belangrijke rol in het beschermen van het achterland tegen overstromingen. De lokale waterkeringen die binnen de boezem zijn gelegen, zouden als ze te hoog zijn juist een opstuwende werking in de boezem veroorzaken. Vandaar dat we daar liever geen waterkeringen hebben, of op zijn minst overstroombare waterkeringen. De kosten van beheer en onderhoud van lokale waterkeringen dienen in verhouding staan tot de maatschappelijke en economische waarde van de belangen die beschermd worden. Dit beleid is het uitgangspunt voor de beoordeling van verzoeken van derden en biedt tevens het technische kader voor de aanleg en herstel van lokale waterkeringen. Wanneer in incidentele gevallen deze verhouding buiten proporties is, zal het bestuur daarover beslissen zo nodig met behulp van een Kosten Baten Analyse. Wanneer er door een functieverandering, zoals vaarwegbeheer, eventueel strengere eisen aan (de afmeting van) een lokale waterkering gesteld worden, is de initiatiefnemer verantwoordelijk voor de meerkosten van het buitengewoon onderhoud. Bij eventuele buitengewoon onderhoudswerken aan lokale waterkeringen wordt rekening gehouden met de volgende uitvoeringsaspecten: Bij het uitvoeren van buitengewoon onderhoud wordt zoveel mogelijk gewerkt via een vergoeding aan eigenaren. Als een eigenaar het onderhoud kan uitvoeren op een - vanwege de eigen bedrijfsvoering- geschikt moment en met gebiedseigen materiaal, zullen de kosten voor het herstel lager kunnen zijn. Daarmee is de druk op algemene middelen van lokale waterkeringen lager. Daarbij wordt uitgegaan van een vergoeding van 50/ meter waterkering. Het aanbrengen van enige overhoogte op de waterkering is uit efficiëntie overwegingen wenselijk. Aan de kwaliteit van het ophogingsmateriaal worden geen bijzondere eisen gesteld anders dan dat ze gebiedseigen moet zijn. 36

38 Het waterschap zal het buitengewoon onderhoud prioriteren waarbij voorrang wordt gegeven aan de waterkeringen waar sprake is van aanzienlijke (economische of ecologische) belangen. Wetterskip Fryslân hanteert in de legger een maximale kruinhoogte voor lokale waterkeringen. Voor lokale waterkeringen wordt een Beheerregister opgesteld. In dit beheerregister is de feitelijke toestand van het waterstaatswerk beschreven. Het verschil tussen de informatie uit de Legger en het Beheerregister vormt de basis voor het uit te voeren onderhoud. 6.4 Uitgangspunten beheer en onderhoud (niet) waterkerende kunstwerken, objecten en constructies De uitgangspunten voor de aanwijzing van de onderhoudsplichtige en toewijzing van onderhoudsplicht van aan het watersysteem ondersteunende kunstwerken en bijzondere constructies, die onderdeel uitmaken van een de waterkering, zijn vastgelegd in de Beleidsregels Integrale Legger en de Legger. Onderhoud ondersteunende kunstwerken en werken 1. De onderhoudsplichtigen van ondersteunende kunstwerken of werken die in, op, aan of boven waterkeringen of de beschermingszone zijn aangebracht en (mede) een waterkerende functie hebben, zijn verplicht deze waterkerend te houden. 2. De middelen bestemd tot afsluiting van kunstwerken dienen door de onderhoudsplichtigen in goede staat te worden onderhouden en zo vaak als dat door of namens het bestuur nodig wordt geoordeeld te worden getoond. Het in goede staat houden betreft zowel de instandhouding als het functioneren van het werk. Indien door aanpassing in veiligheidsnormering of uitgangspunten van de beoordeling het object niet voldoet aan de norm voor de waterveiligheid, dan is aanpassing de verantwoordelijkheid van de waterkeringbeheerder. Wetterskip Fryslân streeft er naar om voor kunstwerken in primaire keringen een onderhoudsprotocol op te stellen. Dit zal voorschrijven wat er dagelijks en periodiek gedaan moet worden om de kunstwerken waterkerend te houden. Mogelijk wordt dit ook voor regionale keringen door ontwikkeld. Het protocol zal onder andere bestaan uit: Onderhoudstermijnen voor de verschillende onderdelen (zoals sluitmiddelen, deuren, sluiskolken, kwelschermen) van de kunstwerken. Specifieke taken (actieprogramma beheermaatregelen) die moeten worden uitgevoerd in een meerjarig onderhoudsprogramma. Eisen aan de sluitingsprotocollen die vervolgens weer de basis zijn voor de draaiboeken voor de calamiteitenbestrijding. Inspecties en het testen van de werking van de kunstwerken. 37

39 Bij grootschalige aanpassingen aan kunstwerken kijken we jaar vooruit. Bij nieuwbouw of verbouw van kunstwerken en objecten is ons uitgangspunt dat we de waterkering zo weinig mogelijk verstoren. Zo mogelijk worden kunstwerken en objecten geclusterd of verwijderd uit de kering. Is verwijderen niet mogelijk, dan zal het nieuwe of vernieuwde object moeten voldoen aan de veiligheidseisen (toetsingscriteria) uit de hiervoor geldende leidraad. 6.5 Bestrijdingsplannen Het bestrijdingsplan vormt het kader voor het optreden van Wetterskip Fryslân bij taak gerelateerde calamiteiten. De bestrijdingsplannen voor de primaire en regionale waterkeringen zijn bedoeld om calamiteiten bij hoogwatersituaties op de Noordzee, de Waddenzee, het IJsselmeer en de boezem te beperken. Als er toch calamiteiten zijn, geven de calamiteitbestrijdingsplannen mogelijkheden om de gevolgschade zo minimaal mogelijk te maken. Het belangrijkste doel van het plan is om structuur te bieden aan het optreden van de eigen calamiteitenorganisatie in de bestrijding van calamiteiten en in de voorbereiding hierop. Daarnaast biedt het plan ook informatie voor andere organisaties die betrokken zijn op basis van hun eigen bevoegdheden. Het bestrijdingsplan wordt jaarlijks herzien en moet ertoe leiden dat alle betrokken organisaties bij calamiteiten effectief kunnen samenwerken. Een crisis is een (plotselinge) gebeurtenis of dreiging van gebeurtenissen met gevolgen voor de waterkering, waterbeheersing en/of waterkwaliteit die er toe noodzaken beslissingen te nemen/acties te ondernemen, waarin het beleid in normale omstandigheden niet voorziet. De voor waterkeringen relevante plannen worden hier genoemd. Primaire waterkeringen (Wetterkip Fryslân, 2015) (Dreigende) doorbraak van waterkeringen langs de Waddenzee. (Dreigende) doorbraak van waterkeringen langs het IJsselmeer. (Dreigende) doorbraak van waterkeringen op de Friese Waddeneilanden. Peilbeheer en keringen Te hoge of te lage (boezem- en polder-) waterstanden. (Dreigende) doorbraak van waterkeringen (kades) langs boezemwateren. Uitval van gemalen. Inundatie van (polder)gebieden (wateroverlast). Vorstperiodes. Extreme droogtes. 6.6 Vergunningverlening en handhaving Door vergunningverlening, toezicht en handhaving kan Wetterskip Fryslân de gewenste toestand van de primaire, regionale en lokale waterkeringen in stand houden. Vergunningen zorgen ervoor dat activiteiten en ruimtelijke ontwikkelingen zo plaatsvinden, dat de waterveiligheid van de waterkeringen gewaarborgd blijft. Tegen activiteiten die de waterveiligheid van de waterkeringen negatief beïnvloeden, treedt het waterschap handhavend op. 38

40 In de keur staat beschreven dat werkzaamheden of activiteiten in, op, boven, over of onder een waterkering verboden zijn. Ondanks dit verbod kan er in een aantal gevallen een vergunning voor zo n activiteit worden verleend. Eenvoudige en vaak voorkomende activiteiten worden toegestaan in de Algemene regels die bij de Keur horen, vaak moet er echter wel een melding worden gedaan van de voorgenomen activiteit. Om een vergunning te krijgen moet er een vergunningaanvraag worden gedaan. Aanvragen worden beoordeeld aan de hand van vergunningenbeleid. Meldingen gedaan in het kader van een Algemene regel worden gecontroleerd; valt de activiteit wel of niet onder de Algemene regels of is het bij nader inzien een vergunningplichtige activiteit. Het doel van het vergunningenbeleid (Beleidsregels Vergunningen waterkeringen) is het beschermen van de functie van de waterkering. Belangrijke aspecten hierbij zijn het in stand houden van de hoogte, de stabiliteit en erosiebestendigheid van de waterkering en het waarborgen van de mogelijkheden voor beheer en onderhoud. Wetterskip Fryslân ziet er op toe dat in de Keur gestelde regels ook daadwerkelijk nageleefd worden en heeft de taak hierop te handhaven. Ook op de voorwaarden van de vergunningen of Algemene regels wordt toezicht uitgeoefend en zo nodig wordt er handhavend opgetreden. Als er verboden activiteiten plaatsvinden zonder watervergunning van de keur die effect hebben op de waterveiligheid, treedt Wetterskip Fryslân handhavend op. De Beheer- en onderhoudsplannen leiden tot specifieke doelstellingen voor Vergunningverlening en Handhaving. 6.7 Projectplan Waterwet Met de komst van de Waterwet en de Keur Wetterskip Fryslân 2010 (art. 16) is de vergunningplicht opgeheven voor de aanleg of wijziging van waterstaatswerken door de beheerder. Wel is het nodig om daarvoor steeds een projectplan Waterwet op te stellen. Dit is geregeld met artikel 5.4 van de Waterwet. Bij de uitvoering van werkzaamheden aan waterstaatswerken streeft het waterschap naar eenduidigheid en consistentie. Het waterschap legt aan derden, die activiteiten willen uitvoeren op of nabij waterstaatswerken, voorwaarden op die voortvloeien uit de Keur Wetterskip Fryslân. Daarom is het van belang dat ook de eigen werkzaamheden, zoals het versterken van een waterkering, worden uitgevoerd op een wijze die strookt met de eigen regels/het beleid en ten minste eenzelfde beschermingsniveau biedt als ook van derden wordt verlangd. Met de komst van de Omgevingswet in 2021 worden eigen werken vergunning plichtig in het kader van de Waterwet en de waterverordening. Het waterschap moet zichzelf dan een watervergunning verlenen voor eigen werken. 39

41 7 Monitoring toestand waterkeringen Het monitoren, toetsen en evalueren van beleid en beheer is een essentieel onderdeel van de beleidscyclus (beleids8). Deze activiteiten geven inzicht in de huidige toestand van onze waterkeringen en in de prestaties en effecten van beleid en beheer. De resultaten worden ook gebruikt om het beleid en beheer te verbeteren c.q. aan te vullen waar dat nodig is. Voor de waterkeringen gaat het monitoren specifiek in op het beoordelen van de toestand van de waterkering ten opzichte van de geldende veiligheidsnorm. Wij doen dit op basis van veldinspecties, maar ook door rekenkundige analyses (beoordeling). 7.1 Inspectie Het uitvoeren van inspecties is een belangrijk onderdeel van het beheer van waterkeringen. Door het beoordelen of de fysieke toestand van de waterkering nog in overeenstemming is met de (ontwerp)eisen (onderdeel van de zorgplicht) is het mogelijk preventief of correctief onderhoud te prioriteren. Onder inspectie wordt verstaan de periodieke controle ( check in de PDCA cyclus) op de staat van onderhoud van waterkeringen, inclusief daarin gelegen kunstwerken. Hiervoor is een Inspectieplan primaire- en secundaire waterkeringen opgesteld welke als bijlage A toegevoegd is aan het beheer- en onderhoudsplan primaire- en secundaire waterkeringen. De inspecties voor de regionale waterkeringen zijn opgenomen in het Beheerplan regionale en lokale waterkeringen. De primaire waterkeringen kennen: Een dagelijkse inspectie via het uitvoeren van regulier onderhoud (inspectie van grasmat op kale plekken of graafschade plaagsoorten of honden). Een wekelijks visuele inspectie. Een jaarlijkse voor- en najaarsinspectie, waarin de toestand gedetailleerd wordt beoordeeld. Indien nodig worden verbeteringen uitgevoerd met het oog op het komende stormseizoen. Tijdens en vlak na dijkbewaking, waarop de waterkeringen worden geïnspecteerd en verbeteringen zo nodig uitgevoerd. De regionale waterkeringen worden jaarlijks voor het groeiseizoen visueel geïnspecteerd. Voor alle waterkeringen, inclusief de zandige kust, signaleren we ongewenste situaties of schade aan waterkeringen. De inspectie van de primaire en regionale waterkeringen kan ook aanvullende informatie geven voor het beheerdersoordeel dat het waterschap moet vellen, als onderdeel van de wettelijk verplichte beoordeling. De visuele inspectie van de (duin)waterkering is een belangrijke bron van informatie. Deze inspectie doen we ieder geval voor en na het stormseizoen en na iedere stormvloed. Na iedere zware storm meten we stuifgaten in om de eventuele schade te bepalen. Dit is onderdeel van het dynamisch kustbeheer. We inspecteren ook tijdens het opbouwen en afbreken van strandtenten en andere bebouwing op het strand. Ook de regionale waterkeringen worden door ons jaarlijks visueel geïnspecteerd. Tijdens en na hoogwater en extreme weersomstandigheden, zoals vorst en droogte, voeren we extra inspecties uit. We kijken dan vooral naar tekenen van instabiliteit, bijvoorbeeld scheurvorming, verzakkingen of kwelplekken. Kunstwerken in primaire worden minimaal tweemaal per jaar geïnspecteerd. Eens per jaar testen we ze volgens het zogenaamde sluitingsprotocol, waarin precies staat hoe elk type 40

42 kunstwerk gesloten moet worden. Van elke inspectie en test maken we een rapport op. Voor kunstwerken die in onderhoud zijn bij derden vragen we het inspectierapport op. Hoe de inspectieresultaten worden vastgelegd en leiden tot acties (PDCA) is in de beheer- en onderhoudsplannen te lezen. De komende periode zal worden uitgewerkt hoe de inspectie van kunstwerken in regionale waterkeringen zal worden vormgegeven. Van belang is dat deze inspecties input geven aan de beoordeling van de regionale waterkeringen en dus inzicht geven in de staat van de kunstwerken na een hoogwatersituatie. 7.2 Beoordeling Bij beoordeling beoordelen we of de waterkering voldoet aan de veiligheidseisen volgens de wettelijke of provinciale norm. Uitgangspunt bij de beoordeling is een formeel vastgesteld voorschrift of leidraad, waarin het beoordelingsprotocol en de -methodiek is beschreven. We gebruiken de actuele gegevens van de fysieke toestand van de waterkering om aan te tonen of de waterkering aan de norm voldoet. Zo nodig voeren we grondonderzoek uit of doen we aanvullend onderzoek aan de waterkerende constructie. Zo komen we tot een technische beoordeling, een berekening, en daarnaast stellen we ook een beheerdersoordeel op. Dat is gebaseerd op veldwaarnemingen van de toestand en het gedrag van de waterkering. We kijken hierbij naar het ontstaan van zettingen, scheuren en erosie. Het Rijk ziet erop toe of de beoordeling volgens het voorschrift of de leidraad is uitgevoerd. Bij regionale waterkeringen doet de provincie dit. Deze cyclus doorlopen we iedere zes tot twaalf jaar, afhankelijk van het type waterkering. In de eerste landelijke beoordeling (LBO1) ( ) gaat Wetterskip Fryslân na of de primaire waterkeringen aan de nieuwe norm voor de waterveiligheid voldoen. Voor 2021 beoordeelt Wetterskip Fryslân de regionale waterkeringen op hoogte en stabiliteit om een actueel beeld te verkrijgen. Primaire waterkeringen In artikel 2.12, vierde lid van de Waterwet is de basis voor het beoordelen van de primaire waterkeringen neergelegd. Bij de beoordeling moet rekening worden gehouden met: a.de voor een dijktraject vastgestelde norm of normen (bijlage II en III van de Waterwet); b.de vastgestelde regels voor het bepalen van de hydraulische belasting en de sterkte (artikel 2.3, eerste lid van de Waterwet); c.de technische leidraden voor het ontwerp, beheer en onderhoud van primaire waterkeringen (artikel 2.6 van de Waterwet); d.de legger van de primaire waterkering (artikel 5.1 van de Waterwet); 41

43 e.de bij Ministeriële regeling (Regeling veiligheid primaire waterkeringen 2017) vastgestelde nadere regels. Het doel van de beoordeling van de primaire waterkeringen is dat: Wetterskip Fryslân inzicht heeft in de mate waarin de waterkeringen voldoen aan de wettelijke vereisten. Duidelijk is voor welke (delen van) strekkingen risico s bestaan of worden verwacht. De rapportage ter goedkeuring voorgelegd aan IL&T en aan de minister van I&M aangeboden. Het effect van de beoordeling primaire waterkeringen is dat: de kennis over de staat van de primaire waterkeringen is vergroot; de informatie rond primaire waterkeringen centraal beschikbaar is; de resultaten ervan zijn gebruikt voor de programmering binnen het HWBP; de aanlevering van gegevens uit de beoordeling naar het onderdeel zorgplicht primaire waterkeringen is geoptimaliseerd. De beoordeling kent drie fases: voorbereiding, uitvoering en rapportage. Het Wettelijk Beoordelingsinstrumentarium 2017 (WBI 2017) bevat zowel de voorschriften voor het bepalen van de hydraulische belastingen en de sterkte, als de procedurele voorschriften voor de beoordeling van de veiligheid van de primaire waterkeringen. Regionale waterkeringen De regionale waterkeringen in het beheergebied van Wetterskip Fryslân worden beoordeeld conform de Leidraad toetsen op veiligheid regionale waterkeringen (Stowa, 2015) en specifieke afspraken met de provincies (Voorschriften voor het toetsen op veiligheid van regionale waterkeringen in het beheersgebieds- van Wetterskip Fryslân, gelegen in de provincie Fryslân); Het doel van de beoordeling van de regionale waterkeringen is dat: Wetterskip Fryslân inzicht heeft in de mate waarin de waterkeringen voldoen aan de provinciale normen. Duidelijk is voor welke (delen van) strekkingen risico s bestaan of worden verwacht. De rapportage aan de Provincie Fryslân en Groningen wordt aangeboden. De beoordeling van de regionale waterkeringen bestaat uit de jaarlijkse kadeschouw (c.q. kadeinspectie) en een hoogtetoets en een stabiliteitstoets (STBI) per beoordelingsperiode (eenmaal per zes jaar). Bij de hoogtetoets wordt gebruik gemaakt van het door de STOWA ontwikkelde programma PROMOTOR, om de benodigde toetshoogte van de regionale waterkeringen te berekenen. Bij de 42

44 stabiliteitstoets wordt gebruik gemaakt van de Dijksterkte Analyse Module (DAM). De overige toetssporen, als stabiliteit buitenwaarts, kunstwerken en NWO s worden risico gestuurd beoordeeld. Voor wat betreft de beoordeling van de kunstwerken in regionale waterkeringen wordt voor de komende beoordelingsronde een strategie ontwikkeld. Het gaat hierbij om risico gestuurd beoordelen, inspecties en data op orde. Lokale waterkeringen Om te monitoren of de lokale waterkeringen in goede staat verkeren, worden deze vanaf 2016 door het waterschap tweejaarlijks geschouwd op de onderhoudstoestand. In 2018 zijn alle gegevens die van belang zijn voor het beheer en onderhoud geïnventariseerd. De actuele situatie wordt in een beheerregister bijgehouden. Vanaf 2021 wordt ook de hoogte gemonitord (GIS analyse) op basis van de nieuwe Actuele Hoogtekaart Nederland (AHN). Wanneer de actuele onderhoudstoestand (en de kadehoogte) afwijkt van de gewenste situatie kan dit leiden tot uitvoeringsprojecten. Komende jaren wordt het beleid lokale waterkeringen en de wijze van beoordelen tegen het licht gehouden. 43

45 Bijlagen 1. Beleids8 en positie documenten 44

46 2. Wettelijke kaders en beleidskaders Het kader voor de Beleidsnota Waterkeringen is de relevante wet- en regelgeving, maar ook het beleid van het Rijk, de provincie en gemeenten. Omschrijving Type kering Niveau Bijbehorend kader/ instrumentarium Richtlijn Overstromingsrisico s (ROR) Alle Europese Unie Verplichte overstromingsgevaaren risicokaarten en overstromingsrisicobeheerplannen Waterwet Primair Rijk Wettelijk Beoordelingsinstrumentarium (WBI) Ontwerpinstrumentarium (OI) Leidraden en technische rapporten Projectplan waterwet Waterschapswet Primair/ Rijk secundair Deltawet Alle Rijk Bestuursakkoord Water Alle Rijk Nationaal waterplan Alle Rijk stroomgebiedbeheerplannen (KRW) en overstromingsrisicobeheerplannen (ROR) Beleidslijn kust Primair Rijk Samenhangende strategie voor de kust Zorgplicht Primair Rijk Kader zorgplicht Provinciaal Waterhuishoudingsplan/ Waterbeheerplan Primair/ secundair/ regionaal Provincie/ Waterschap Provinciale verordening waterkering Secundair/ regionaal Provincie Boezemvisie Regionaal/ Waterschap/Provincie lokaal Keur en legger Alle waterschap Beleidsdoelen voor de waterkeringen; wettelijke veiligheidsnormen; ruimtelijke bescherming; bijdragen aan ruimtelijke kwaliteit (LNCwaarden). Aanwijzing en normering kering In voorbereiding 45

47 3. Waterkeringen, getalsmatig Soort waterkering Totaal aantal km s Op orde 3 Aandeel in % Primaire waterkeringen 185,1 Waddeneilanden Dijk Terschelling 13,9 Dijk Ameland 16,5 Dijk Schiermonnikoog 4,0 Duinen Schiermonnikoog 9,2 Op orde in 4 Waddenzee, vaste land 79,8 IJsselmeerdijk 61,7 Secundair, voormalige zeedijk 80,8 Lauwersmeer 24,6 Zurich 1,1 Oude Bildtdijk 15,2 Armendijk 2,7 Dijkslobbe Ternaard 8,5 Opdijk Holwerterdyk 0,8 Hoge dijk Ameland 0,7 Grietenij-, Staten-, en Lindedijk 27,2 Regionale waterkeringen Friesland Groningen 73 Lokale waterkeringen Tussen haakjes staat het jaar vermeld waarin de beoordeling is gedaan. 4 Door Rijk, provincies of bestuur aangegeven jaar. 46

48 4. Beheernota duinwaterkeringen (2018) Via deze link komt u bij de Beheernota Duinwaterkeringen

49 5. Bijlage onzekerheidsmarges maatgevende boezemwaterstand voor de hoogtetoets van regionale waterkeringen 48

50 Aanleiding Aanleiding voor het aanscherpen van de onzekerheidsmarge voor regionale waterkeringen vormen de recente ervaringen met de leidraad risicogericht ontwerpen van regionale waterkeringen en het opstarten van de derde beoordelingsronde van de regionale waterkeringen. Resultaten Onzekerheidsmarge Onzekerheidsmarge voor het grootste deel van het beheergebied van de Friese boezem 20 cm. Onzekerheidsmarge voor een klein deel in het noordoosten 30 cm, om een iets grotere onzekerheid in de maatgevende boezemwaterstand door lokale omstandigheden af te dekken. Type regionale waterkering, in zowel bebouwd als landelijk gebied Polderdijk, eventueel met oeverbescherming tegen afkalving. Hoge grond. Verticale constructie. Hybride waterkering; combinatie van één of meerdere hiervoor genoemde typen. Het type waterkering is mede bepalend voor de mate van robuustheid van de waterkering tegen falen. Hoge grond is daarmee stabieler dan een waterkering van het type polderdijk. De vraag of de hoogte van hoge grond dan ook lager kan dan die van de andere type waterkeringen kan pas beantwoord worden als het achterland in ogenschouw genomen wordt. Dus welke deelsystemen zijn bij bovenmaatgevende waterstanden, na inzetten van maatregelen uit het Veiligheidsplan, in staat beter water aan te kunnen dan anderen? Dit vergt een gebiedsstudie met risico s waaruit een kansenkaart kan worden opgesteld. De aanpak wordt separaat in een strategie voor regionale en lokale waterkeringen opgesteld. Onderbouwing Onzekerheidsmarge De onzekerheidsmarge bij het beoordelen van de hoogte van de regionale waterkeringen is bedoeld voor het afdekken van onnauwkeurigheden in rekenmodellen, modelleringen en meetwaarden. De onzekerheidsmarge is grotendeels onafhankelijk van het type waterkering. Grotendeels omdat het grondlichaam van hoge grond aanmerkelijk groter is dan bij de overige typen waterkering. Bij een mogelijke taludinstabiliteit bij hoge grond blijft er meer grond staan om het water te keren dan elders het geval zal zijn. 49

51 In de landelijke leidraad voor het toetsen van regionale waterkeringen is deze marge gekoppeld aan de mate van beheersbaarheid van de boezem, inclusief Oude toeslag (sigma) meren en kanalen; in dit geval is er voor de Friese boezem sprake van een beperkt beheerste waterstand. Daarmee is deze marge dus onafhankelijk van het type waterkering. Analyse van de Friese boezemwaterstand bij verschillende windrichtingen tijdens hoogwatersituaties en na gezamenlijk overleg, tussen boezembeheerder toetser beheerder monitoring boezempeil ontwerper en beleidsadviseur, is de volgende conclusie getrokken: Overal een marge van 20 cm en in de noordoosthoek een marge van 30 cm, zie Figuur 11. Dit laatste vanwege grotere onzekerheid in de maatgevende boezemwaterstand door de lokale omstandigheden. De belangrijkste component is de betrouwbaarheid van de optredende boezemwaterstand en hoe daar als waterbeheerder invloed op uitgeoefend kan worden. Vanaf de jaren negentig zijn vele ingrepen in en rondom de Friese boezem uitgevoerd. Bovendien neemt de meetduur en meetintensiteit van de boezemwaterstand toe. Redenen waardoor de nauwkeurigheid van de boezemwaterstand tijdens hoogwatersituaties steeds verder toeneemt. De verwachting is overigens dat dit nog beter kan. Wel is besloten dat de oorspronkelijke onzekerheidsmarge voor de boezemwaterstand met ingang van 2018 is komen te vervallen. Voor hoge grond bestaat de mogelijkheid, na de eerste beoordeling met een onzekerheidsmarge van 20 cm, verder te analyseren of een marge van 10 cm geoorloofd is. De vraag of het deelsysteem de mogelijke extra gevolgen aan kan dient dan beantwoord te worden. Onzekerheidsmarges Figuur 11 Onzekerheidsmarges boezem 50

3 maart Beleidsplan lokale kaden

3 maart Beleidsplan lokale kaden 3 maart 2015 Beleidsplan lokale kaden INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 3 1.1 ALGEMEEN 3 1.2 AANLEIDING 3 1.3 BELEIDSKADER 3 1.4 DOELSTELLINGEN 4 1.5 LEESWIJZER 4 2. WAT ZIJN LOKALE KADEN? 5 2.1 INLEIDING 5 2.2

Nadere informatie

Legger Wateren. tekstuele deel

Legger Wateren. tekstuele deel Legger Wateren tekstuele deel januari 2015 Inhoud Bepalingen Legger Wateren 5 1. Algemene bepalingen 5 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 5 2. Onderhoudsplichtigen 6 Artikel 2.1. Onderhoudsplichtigen van

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017.

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017. Watervergunning Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht Datum 16 juni 2017 Zaaknummer 13429 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634 57 00 post@hdsr.nl

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het aanleggen van een vlonder aan de Kerkweg 36 in Cothen. Datum 24 oktober Zaaknummer 16573

Watervergunning. Voor het aanleggen van een vlonder aan de Kerkweg 36 in Cothen. Datum 24 oktober Zaaknummer 16573 Watervergunning Voor het aanleggen van een vlonder aan de Kerkweg 36 in Cothen Datum 24 oktober 2017 Zaaknummer 16573 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634 57 00 post@hdsr.nl www.destichtserijnlanden.nl

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866 Watervergunning Voor het slopen van een woning en het afdekken van de fundering met grond bij een waterkering op de locatie bij Provincialeweg Oost 29 in Haastrecht Datum 17 oktober 2017 Zaaknummer 16866

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop

Watervergunning. Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop Watervergunning Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop Datum 14 juli 2017 Zaaknummer 13919 Poldermolen 2 Postbus 550 3990

Nadere informatie

Algemene toelichting. op de. legger. van Wetterskip Fryslân

Algemene toelichting. op de. legger. van Wetterskip Fryslân Algemene toelichting op de legger van Wetterskip Fryslân 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1. Algemeen... 3 1.2. Juridische basis... 3 2. Primaire waterkeringen en secundaire waterkeringen... 5 2.1 Algemeen...

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584 Watervergunning Voor het hebben van een tijdelijke gedeeltelijke verondieping in een tertiair oppervlaktewaterlichaam (=natuursloot) op de locatie achter Meije 89 te Bodegraven Datum 29 augustus 2017 Zaaknummer

Nadere informatie

Projectoverstijgende verkenning van innovatieve dijkverbeteringsoplossingen voor de waddenzeedijken. Hiermee kunnen we noodzakelijke verbeteringen

Projectoverstijgende verkenning van innovatieve dijkverbeteringsoplossingen voor de waddenzeedijken. Hiermee kunnen we noodzakelijke verbeteringen Projectoverstijgende verkenning van innovatieve dijkverbeteringsoplossingen voor de waddenzeedijken. Hiermee kunnen we noodzakelijke verbeteringen sneller en goedkoper uitvoeren. WAAROM DEZE POV? De POV

Nadere informatie

AGENDAPUNT 6 ONTWERP. Onderwerp: Visie op de legger Nummer: Voorstel

AGENDAPUNT 6 ONTWERP. Onderwerp: Visie op de legger Nummer: Voorstel VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR AGENDAPUNT 6 Onderwerp: Visie op de legger Nummer: 775122 In D&H: 07-01-2014 Steller: M. de Burger In Cie: BMZ 21-01-2014 Telefoonnummer: (030) 634 5849 SKK Afdeling:

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570 Watervergunning Voor het dempen, graven en verbreden van (een) watergang(en) en het aanleggen van plasbermen op de locatie bij Heeswijk 120 in Montfoort Datum 27 september 2017 Zaaknummer 16570 Poldermolen

Nadere informatie

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer WATERVERGUNNING Voor het aanleggen van een tijdelijke dam met duikers op de locatie Landschapsbaan in Vleuten Datum 13 oktober 2017 Zaaknummer 18014 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK 2 VOORSCHRIFTEN...4

Nadere informatie

3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel

3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel 3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel Kader Keur Op grond van artikel 3.1, eerste lid, aanhef en sub a en b is het verboden zonder vergunning van het

Nadere informatie

Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap

Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap Haarlem, 26 maart 2013 2013 18 Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Bijlagen: Ontwerpbesluit 1 Inleiding Op grond van artikel 2.4 van de Waterwet moeten bij

Nadere informatie

ILT-rapportages zorgplicht primaire waterkeringen Eerste landelijke indrukken. November 2018

ILT-rapportages zorgplicht primaire waterkeringen Eerste landelijke indrukken. November 2018 ILT-rapportages zorgplicht primaire waterkeringen Eerste landelijke indrukken November 2018 Introductie > Sinds 2015 trekken waterschappen met elkaar op om te kijken hoe we samen de zorgplicht kunnen verbeteren

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142 WATERVERGUNNING Voor het vervangen van een verkeersregelinstallatiekast (VRI kast) bij een watergang en een waterkering op de locatie Boerendijk ter hoogte van de brug in de Chrysantstraat in Woerden Datum

Nadere informatie

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra. Aanvullende eisen aan de inhoud van de legger

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra. Aanvullende eisen aan de inhoud van de legger Onderwerp: Legger boezemwaterkeringen Nummer: Bestuursstukken\1431 Agendapunt: 4 DB: Ja 26-8-2013 Workflow Opsteller: Schelte Kooistra, 0598-693280 Beleid, Projecten en Geoinformatie BPP: Nee FAZ: Nee

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Watervergunning Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Datum 4 juli 2017 Zaaknummer 13832 Poldermolen 2 Postbus

Nadere informatie

Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen

Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen 13 juni 2013 Inhoud 1. Inleiding... 1 2. Beleidsregel algemeen... 2 3. Beleidsregel bebouwing... 3 4. Beleidsregel kabels en leidingen... 8 5. Beleidsregel

Nadere informatie

2013? Provinciale Staten van Noord-Holland: Besluiten: Uitgegeven op 4 juni Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

2013? Provinciale Staten van Noord-Holland: Besluiten: Uitgegeven op 4 juni Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; 2013? Besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 8 april 2013 tot wijziging van de Waterverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Provinciale Staten van Noord-Holland: Gelezen het

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017 Watervergunning Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt Datum 19 juni 2017 Zaaknummer 13121 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634

Nadere informatie

Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel

Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel Algemene inleiding Waterkeringen hebben de functie het achterland te beschermen tegen overstroming en vervullen daarmee vaak een regionale of zelfs

Nadere informatie

Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen

Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen Beleidsregels Buitendijkse regionale waterkeringen maart 204 Inhoud. Inleiding... 2. Beleidsregel algemeen... 2 3. Beleidsregel bebouwing... 3 4. Beleidsregel kabels en leidingen... 8 5. Beleidsregel buitengewoon

Nadere informatie

Ontwerp Beleidsvisie Waterkeringen

Ontwerp Beleidsvisie Waterkeringen 708694 Ontwerp Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Oktober 2014 2 Inhoud 1. Inleiding... 5 2. Veiligheid tegen overstromingen... 7 3. Duurzaam beheer van waterkeringen... 13 4. Medegebruik van waterkeringen...

Nadere informatie

22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen

22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen Algemene regel 22 22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen Een algemene regel vervangt de vergunningplicht voor bepaalde activiteiten of werken die in de Keur

Nadere informatie

Beleidsregels voor dempingen

Beleidsregels voor dempingen Beleidsregels voor dempingen Doel De notitie Ontheffingenbeleid keur Wetterskip Fryslân geeft inhoud aan de uitwerking van beleid en beleidsregels die toegepast worden bij de beoordeling van ontheffingsaanvragen

Nadere informatie

Legger van de waterkeringen

Legger van de waterkeringen katern: kade waterberging Eendragtspolder Legger van de waterkeringen Katern: Versie: maart 2012 : , katern Inleiding Het leggerkatern maakt deel uit van de legger van de waterstaatswerken van het, leggeronderdeel

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan.

Watervergunning. Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan. Watervergunning Voor het verleggen van telecomkabels ten behoeve van de verbreding van de A27 ter hoogte van Groenekan Datum 30 mei 2017 Zaaknummer 12346 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030)

Nadere informatie

Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009

Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009 Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009 Algemeen Wetgeving en beleid De Keur is gebaseerd op de Waterschapswet, de Waterwet, het Waterbesluit, het Waterbeheerplan en de Provinciale Waterverordening.

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018 WATERVERGUNNING Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern Datum 28 maart 2018 Zaaknummer 24339 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK

Nadere informatie

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W vergunninghouder Stammerdijk 41 in Diemen Datum 31 augustus 2015 Casecode W-15.02322 Kenmerk 15.102675 Wijziging Watervergunning realiseren van een uitbouw Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het hebben van een vlonder/steiger langs de Oude Rijn op de locatie Leidsestraatweg 115 te Woerden.

Watervergunning. Voor het hebben van een vlonder/steiger langs de Oude Rijn op de locatie Leidsestraatweg 115 te Woerden. Watervergunning Voor het hebben van een vlonder/steiger langs de Oude Rijn op de locatie Leidsestraatweg 115 te Woerden Datum 19 mei 2017 Zaaknummer 10356 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030)

Nadere informatie

Veiligheid primaire waterkeringen,

Veiligheid primaire waterkeringen, Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met de Verlengde derde toetsing

Nadere informatie

Bijlage A. Begrippenlijst

Bijlage A. Begrippenlijst Bijlage A. Begrippenlijst Begrippenlijst dijkverbeteringsplan Aanleghoogte Kruinhoogte van de dijk onmiddellijk na het gereedkomen ervan. Beheer Berm Beroep Beschoeiing Binnendijks Binnentalud Boezem Boezempeil

Nadere informatie

Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid

Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Waterwet zijn onduidelijkheden ontstaan met betrekking tot de hoge gronden. Met het loslaten van de dijkringgedachte

Nadere informatie

Legger van de waterkeringen

Legger van de waterkeringen katern: Legger van de waterkeringen Katern: Versie: maart 0 : , katern Inleiding Het leggerkatern maakt deel uit van de legger van de waterstaatswerken van het, leggeronderdeel Boezemwaterkeringen. Deze

Nadere informatie

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Kaarten Waterbelangen DM: 303052 1 Wateropgaven 2015 / 2027 Kaart 1. Gebieden met een WB21 wateropgave In 2005 is een studie wateropgave uitgevoerd (conform

Nadere informatie

Bijlage: Detailopmerkingen op waterhuishoudingsplan Pagina Opmerking Voorstel

Bijlage: Detailopmerkingen op waterhuishoudingsplan Pagina Opmerking Voorstel Bijlage: Detailopmerkingen op waterhuishoudingsplan Pagina Opmerking Voorstel blz. 10, 4 e alinea blz. 10, 5 e alinea, laatste zin blz. 19, 5 e alinea blz. 21, 2 e alinea blz. 21, 3 e alinea blz. 22, onder

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede WATERVERGUNNING Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede Datum 28 november 2017 Zaaknummer 19098 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3

Nadere informatie

BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN

BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN Inleiding Het schouwen of inspecteren van de regionale en overige keringen werd min of meer meegenomen in de schouw van de oppervlaktewateren. De aandacht werd daarbij echter

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 13 juli Zaaknummer 13497

Watervergunning. Datum 13 juli Zaaknummer 13497 Watervergunning Voor het graven en dempen van watergangen en het aanleggen en verwijderen van dammen met duiker op de locatie Laag Nieuwkoop 30 in Kockengen Datum 13 juli 2017 Zaaknummer 13497 Poldermolen

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280 Watervergunning Voor het aanleggen van een steiger bij een primaire watergang en een regionale waterkering op de locatie Jacob Barneveldstraat 99 in Linschoten. Datum 14 september 2017 Zaaknummer 16280

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het aanleggen van een dam met duiker en het graven van oppervlaktewater op de locatie Gelderlantlaan in Utrecht

WATERVERGUNNING. Voor het aanleggen van een dam met duiker en het graven van oppervlaktewater op de locatie Gelderlantlaan in Utrecht WATERVERGUNNING Voor het aanleggen van een dam met duiker en het graven van oppervlaktewater op de locatie Gelderlantlaan in Utrecht Datum 2 november 2018 Zaaknummer 33987 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3

Nadere informatie

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering 5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.1 eerste lid onder b: Zonder vergunning van het bestuur is het verboden gebruik

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585 WATERVERGUNNING Voor het maken van een grondboring en het plaatsen van een peilbuis in een waterkering op de locatie Hoge Rijndijk 14 in Nieuwerbrug aan den Rijn Datum 6 november 2017 Zaaknummer 18585

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885 Watervergunning Voor het graven van een watergang ter compensatie van het versneld afvoeren en lozen van hemelwater vanaf nieuw verhard oppervlak op de locatie Van Musschenbroekbaan 13 in Nieuwegein Datum

Nadere informatie

Naar veilige Markermeerdijken

Naar veilige Markermeerdijken Naar veilige Markermeerdijken Naar veilige Markermeerdijken Hoogheemraadschap Hollands Noorder kwartier versterkt 33 kilometer afgekeurde dijk tussen Hoorn en Amsterdam. Tijdens de toetsronde in 2006 zijn

Nadere informatie

Zorgplicht Primaire Waterkeringen

Zorgplicht Primaire Waterkeringen Zorgplicht Primaire Waterkeringen Waterschap Noorderzijlvest Datum: 12 december 2018 Kenmerk: 180309 ILT Veiligheid en Instituties Graadt van Roggenweg 500 te Utrecht Inhoudsopgave Gegevens van de inspectie

Nadere informatie

izlzotb Leeuwarden, 21 januari 2016 Bijlage(n): 1

izlzotb Leeuwarden, 21 januari 2016 Bijlage(n): 1 ( ^ W E T T E R S K F R V S l_ Â N Gemeente Tytsjerksteradiel T.a.v. mevr. T. Bergsma Raadhuisweg 7 9251GH BURGUM izlzotb Leeuwarden, 21 januari 2016 Bijlage(n): 1 Ons kenmerk: WFN1600855 Tel: 058-292

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A;

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A; CRU05.005 Provinciale Staten van Flevoland, Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/04.031361/A; Gelet op artikel 14 van de Wet op de waterkering en op de Provinciewet;

Nadere informatie

REGISTRATIENUMMER

REGISTRATIENUMMER Nota van antwoord op ingebrachte zienswijzen op de partiële wijziging Keur, ontwerplegger watergangen landelijk gebied en de ontwerplegger primaire waterkeringen REGISTRATIENUMMER 135369 Inleiding In totaal

Nadere informatie

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Artikel 1 Begripsbepalingen a. Steiger: constructie, die over een oppervlaktewaterlichaam is geplaatst en is verankerd in het achterliggende perceel. b. Natuurvriendelijke

Nadere informatie

Beleid en werknormen voor de lokale kaden langs de Friese boezem

Beleid en werknormen voor de lokale kaden langs de Friese boezem Beleid en werknormen voor de lokale kaden langs de Friese boezem Leeuwarden, maart 2009 Samenvatting en conclusies... 3 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding... 5 1.3 Beleidskader... 5 1.4

Nadere informatie

Bijlage A: Begrippenlijst

Bijlage A: Begrippenlijst Bijlage A: Begrippenlijst Algemene begrippenlijst dijkverbeteringen Aanleghoogte B.W.O. B.W.O. - Kering Beheer Beheergebied Berm Beschoeiing Binnendijks Binnenkruin Binnentalud Boezem Boezemland Boezempeil

Nadere informatie

Wateroverlast. A anleiding

Wateroverlast. A anleiding Ka d eve r h o g i n g A anleiding Aanleiding voor de kadeverbetering is de wateroverlast van 1998. Toen werd duidelijk dat het boezemwatersysteem niet veilig genoeg meer was en dat veel kaden in het gebied

Nadere informatie

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen:

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen: ingekomen: uw kenmerk: uw mail van: ons kenmerk: bijlagen: Inlichtingen: doorkiesnummer: onderwerp: 4-06-20 12.3594 Team Planloefiml en' Vergunningverlening 071-3063494 Woubrugseweg 82 Gemeente Alphen

Nadere informatie

Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp

Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp Ontwerp, 15-1-2018 Inhoudsopgave 1. Voorwoord... 3 2. Inleiding... 3 3. Samenhangend beheer in de duingebieden... 3 3.1 Beheer Rijkswaterstaat... 4 3.2 Beheer natuurbeheerders...

Nadere informatie

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid Waterveiligheid buitendijks In ons land wonen ruim 100.000 mensen buitendijks langs de rivieren, de grote meren en de kust. Zij wonen aan de waterzijde

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Zaaknummer Datum

WATERVERGUNNING. Zaaknummer Datum WATERVERGUNNING Voor het aanleggen van peilscheidingen in een tertiaire watergang en het opzetten van het waterpeil in deze watergang gedurende een deel van het jaar op de locatie bij Rietveld 78 in Woerden

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 18 juli Zaaknummer 29007

WATERVERGUNNING. Datum 18 juli Zaaknummer 29007 WATERVERGUNNING Voor het tijdelijk dempen van een vijver en het lozen van hemelwater uit de vijver op oppervlaktewater op de locatie Croeselaan 18 in Utrecht Datum 18 juli 2018 Zaaknummer 29007 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Zorgplicht Primaire Waterkeringen

Zorgplicht Primaire Waterkeringen Zorgplicht Primaire Waterkeringen Waterschap Aa en Maas Datum: 7 mei 2018 Kenmerk: 180310 ILT Water, Producten en Stoffen Graadt van Roggenweg 500 te Utrecht Inhoudsopgave Gegevens van de inspectie 3 1

Nadere informatie

Zorgplicht Primaire Waterkeringen. Waterschap Amstel, Gooi en Vecht

Zorgplicht Primaire Waterkeringen. Waterschap Amstel, Gooi en Vecht Zorgplicht Primaire Waterkeringen Waterschap Amstel, Gooi en Vecht Datum: 22 november 2018 Kenmerk: 180322 ILT Veiligheid en Instituties Graadt van Roggenweg 500 te Utrecht Inhoudsopgave Gegevens van de

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 21 april 2017, ingekomen op 21 april 2017 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK17940.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 21 april 2017, ingekomen op 21 april 2017 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK17940. Zaaknr. : 16.ZK17940 Kenmerk : 16UT013445 Barcode : *16UT013445* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 15 mei Zaaknummer 11154

Watervergunning. Datum 15 mei Zaaknummer 11154 Watervergunning Voor het aanpassen van de waterhuishouding t.b.v. de uitbreiding van de carpoolvoorziening op de locatie Streektransferium Linielanding te Nieuwegein Datum 15 mei 2017 Zaaknummer 11154

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging van de Verordening ruimte 2014, provincie Noord-Holland

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging van de Verordening ruimte 2014, provincie Noord-Holland PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Holland Nr. 9365 18 december 2018 Wijziging van de Verordening ruimte 2014, provincie Noord-Holland Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, maken

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 2.4 van de Waterwet en artikel 4.1 van de Wet ruimtelijke ordening;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 2.4 van de Waterwet en artikel 4.1 van de Wet ruimtelijke ordening; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Zuid-Holland Nr. 2582 10 april 2018 Besluit van provinciale staten van 28 maart 2018, kenmerk PZH-2017-633012360, tot wijziging van de Waterverordening

Nadere informatie

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied.

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied. > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden

Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden IJmeerdijk Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden zich twee dijkringen. Dit zijn dijkring

Nadere informatie

Agendapunt van de vergadering van het algemeen bestuur van 16 december 2014.

Agendapunt van de vergadering van het algemeen bestuur van 16 december 2014. Bestuursvoorstel (AB) Stafeenheid: ABPPV Cluster: Beleid Portefeuillehouder: ing. A.A. Rispens Agendapunt van de vergadering van het algemeen bestuur van 16 december 2014. Onderwerp: VeiligheidsplanII

Nadere informatie

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte Datum 18 januari 2017 Kenmerk 16.170742/W-16.03034 Wijzigingsbesluit Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam Uw

Nadere informatie

LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Partiële herziening 2018

LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Partiële herziening 2018 LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Waterschap Aa en Maas Behoort bij DB-besluit nr. 140518/4.5.2 Inhoud 1. Inleiding 2. Leggerbepalingen 3. Kaarten 4. Toelichting Pagina 1 van 10 1. Inleiding Op

Nadere informatie

Hoe komt dat dijken die 6 jaar geleden wel zijn goedgekeurd nu ineens niet door de toetsing komen?

Hoe komt dat dijken die 6 jaar geleden wel zijn goedgekeurd nu ineens niet door de toetsing komen? Q&A s nhwbp Juni 2013 Wat is het nieuw Hoogwaterbeschermingsprogramma? Ons land wordt beschermd tegen overstromingen vanuit de Noordzee, de grote rivieren en het IJssel- en Markermeer door de zogenaamde

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 20 november 2018, ingekomen op 22 november 2018, geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK06833.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 20 november 2018, ingekomen op 22 november 2018, geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK06833. Zaaknr. : 16.ZK06833 Kenmerk : 18UT011026 Barcode : *18UT011026* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016)

Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016) Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016) Opgave waterveiligheid Westelijk van de veerdam is 2,3 km betonblokkenbekleding in de teen van de dijk afgetoetst

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014

Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014 Besluit van gedeputeerde staten van Noord-Holland van 8 juli 2014, van Zuid- Holland van 15 juli 2014 en van Utrecht van 1 juli 2014 houdende nadere regels met betrekking tot regionale waterkeringen (Uitvoeringsbesluit

Nadere informatie

WATERVERGUNNING (RAAM)

WATERVERGUNNING (RAAM) WATERVERGUNNING (RAAM) Voor het leggen van een medium voerende buis ter hoogte van De Rede en Loodsboot in Houten Datum 5 juli 2018 Zaaknummer 27359 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK 2 VOORSCHRIFTEN...4

Nadere informatie

Zorgplicht primaire waterkeringen 2017

Zorgplicht primaire waterkeringen 2017 Zorgplicht primaire waterkeringen 2017 Van Rijkswaterstaat Primaire waterkeringen beschermen Nederland tegen overstromingen vanuit de buitenwateren. Door de waterkeringen goed te onderhouden zorgt Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Statenvoorstel nr. PS/2007/125

Statenvoorstel nr. PS/2007/125 Statenvoorstel nr. PS/2007/125 Vaststelling onderdeel primaire waterkeringen Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland Jaargang Datum Ons kenmerk Inlichtingen bij 2007-14 13 februari 2007 2007/0053858

Nadere informatie

Vollenhoverkanaaldijk. Vollenhovermeerdijk Kadoelermeerdijk

Vollenhoverkanaaldijk. Vollenhovermeerdijk Kadoelermeerdijk Westermeerdijk Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden zich twee dijkringen. Dit zijn dijkring

Nadere informatie

ALGEMENE VERGADERING. Relevante kaders - Waterwet - Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland (VFL) Lelystad, 21 maart 2013

ALGEMENE VERGADERING. Relevante kaders - Waterwet - Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland (VFL) Lelystad, 21 maart 2013 VERGADERDATUM 23 april 2013 SSO SECTOR/AFDELING STUKDATUM NAAM STELLER 3 april 2013 R.J.E. Peeters ALGEMENE VERGADERING AGENDAPUNT 12 Voorstel Kennisnemen van het projectplan voor Waterbeheerplan 3 waarin

Nadere informatie

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Concept, 20 juli 2011 Verantwoording Titel Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Opdrachtgever STOWA Projectleider ir. B. (Bob) van Bree Auteur(s)

Nadere informatie

Klaar voor de zorgplicht!? de Rijtuigenloods

Klaar voor de zorgplicht!? de Rijtuigenloods Klaar voor de zorgplicht!? de Rijtuigenloods 1 Klaar voor de zorgplicht!? Erik Wagener Voorzitter stuurgroep zorgplicht http://zeeuwbouw.nl/portfolio/nieuwbouwdijkwoning herwijnen/# Klaar voor

Nadere informatie

Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen

Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen Opsteller: M. van Amelsvoort Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: Realisatiefase 701806 Datum: 17 juni 2015 Kopie: Archief Projectleider

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 17 oktober 2018, ingekomen op 22 oktober 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK04165.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 17 oktober 2018, ingekomen op 22 oktober 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK04165. Zaaknr. : 16.ZK04165 Kenmerk : 18UT011768 Barcode : *18UT011768* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

Zorgplicht Primaire Waterkeringen

Zorgplicht Primaire Waterkeringen Zorgplicht Primaire Waterkeringen Rijkswaterstaat centraal Datum: 29 mei 2017 Kenmerk: 141808 Status: definitief ILT Water, Producten en Stoffen Graadt van Roggenweg 500 te Utrecht Inhoudsopgave Gegevens

Nadere informatie

Bijlage A. Begrippenlijst

Bijlage A. Begrippenlijst Bijlage A. Begrippenlijst Begrippenlijst dijkverbeteringsplan Aanleghoogte Kruinhoogte van de dijk onmiddellijk na het gereedkomen ervan. Beheer Berm Beroep Beschoeiing Binnendijks Binnentalud Boezem Boezempeil

Nadere informatie

7 Beschoeiingen en damwanden in of langs oppervlaktewater

7 Beschoeiingen en damwanden in of langs oppervlaktewater 7 Beschoeiingen en damwanden in of langs oppervlaktewater 7.1 Inleiding In dit hoofdstuk staan beschoeiingen en damwanden centraal. Het plaatsen en verwijderen van beschoeiingen en damwanden wordt hierin

Nadere informatie

WATERVERGUNNING (RAAM)

WATERVERGUNNING (RAAM) WATERVERGUNNING (RAAM) Voor het aanleggen van glasvezel bij watergangen op de locatie nabij Burgemeester Middelweerdbaan 1 in De Meern Datum 30 augustus 2018 Zaaknummer 31735 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1

Nadere informatie

Nummer 2013.0052 Sittard, 30 augustus 2013

Nummer 2013.0052 Sittard, 30 augustus 2013 BESLUIT INGEVOLGE DE WATERWET Nummer 2013.0052 Sittard, 30 augustus 2013 1 Onderwerp Toepassen van artikel 4.7, lid 1 van de Keur van het Waterschap Roer en Overmaas met betrekking tot het vrijstellen

Nadere informatie

BIJLAGE PROJECTPLAN DAMWAND PLUUTHAVEN

BIJLAGE PROJECTPLAN DAMWAND PLUUTHAVEN DATUM 30 april 2017 BIJLAGE PROJECTPLAN DAMWAND PLUUTHAVEN DEEL I VERVANGEN DAMWANDEN REGIONALE WATERKERING PLUUTHAVEN ZEEWOLDE 1. Aanleiding en doel Het waterschap is naar aanleiding van het AV besluit

Nadere informatie

Kansenkaart energie uit waterkracht

Kansenkaart energie uit waterkracht Kansenkaart energie uit waterkracht Bedoeling van de kansenkaart In de zoektocht naar duurzame energie gaat de belangstelling ook uit naar energie uit water. Als waterschap hebben we, net als onze regio,

Nadere informatie

Concept. Ontwerp-projectplan Verlegging Waterkering langs de Vecht bij Oud Zuilen 1 AANLEIDING EN DOEL

Concept. Ontwerp-projectplan Verlegging Waterkering langs de Vecht bij Oud Zuilen 1 AANLEIDING EN DOEL Concept Ontwerp-projectplan Verlegging Waterkering langs de Vecht bij Oud Zuilen Contactpersoon M.C.E. Faasse Doorkiesnummer 1 AANLEIDING EN DOEL De direct secundaire waterkering langs de Vecht rond Slot

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het plaatsen van een tijdelijke pontonbrug op de locatie in de Vaartsche Rijn ten zuiden van de Oranjebrug in Nieuwegein

WATERVERGUNNING. Voor het plaatsen van een tijdelijke pontonbrug op de locatie in de Vaartsche Rijn ten zuiden van de Oranjebrug in Nieuwegein WATERVERGUNNING Voor het plaatsen van een tijdelijke pontonbrug op de locatie in de Vaartsche Rijn ten zuiden van de Oranjebrug in Nieuwegein Datum 11 februari 2019 Zaaknummer 37863 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK

Nadere informatie

Projectplan Capaciteitsverhoging gemaal Ypenburg, gemeente Den Haag

Projectplan Capaciteitsverhoging gemaal Ypenburg, gemeente Den Haag Projectplan Capaciteitsverhoging gemaal Ypenburg, gemeente Den Haag Opsteller: E. Jansens Molenaar Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: Besteksfase 701897 Datum: 29 augustus 2016 Datum: 29 augustus

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 21 november 2017, kenmerk PZH ;

Gelezen het voorstel van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 21 november 2017, kenmerk PZH ; Besluit van provinciale staten van Zuid-Holland van [datum], [kenmerk], tot wijziging van de Waterverordening Zuid-Holland en de Verordening ruimte 2014 Provinciale staten van Zuid-Holland; Gelezen het

Nadere informatie

Ontwerp wijziging Keur 2017

Ontwerp wijziging Keur 2017 Ontwerp wijziging Keur 2017 T.b.v. waterveiligheid Vastgesteld door DenH op 23 april 2019 In rood: nieuwe tekst Doorgehaald: te verwijderen tekst De integrale tekst van de Keur 2017 is te raadplegen via:

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 24 oktober 2018, ingekomen op 26 oktober 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK18662.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 24 oktober 2018, ingekomen op 26 oktober 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK18662. Zaaknr. : 16.ZK18662 Kenmerk : 18UT006830 Barcode : *18UT006830* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie