Hechting en Positief Partnergedrag in Volwassen. Partnerrelaties
|
|
- Sebastiaan Veenstra
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Hechting en Positief Partnergedrag in Volwassen Partnerrelaties Carlien van Andel Studentnummer: Universiteit van Amsterdam Aantal woorden: 4976 Begeleider: Henk Jan Conradi
2 Abstract In het huidige onderzoek is de samenhang tussen vermijdende en angstige hechting enerzijds en positief partnergedrag (positiviteit, openheid, zekerheid, taken verdelen, conflicten oplossen en netwerken) anderzijds onderzocht bij 129 heteroseksuele koppels. Hierbij is gekeken naar de eigen hechting en de hechting van de partner. Ook is de rol van hechting in het beloop van positief partnergedrag gedurende relatiecursus Hou me Vast onderzocht. Vermijding en angst bleken negatief samen te hangen met positief partnergedrag, hoewel bij angst alleen met enkele subschalen. Partnereffecten werden alleen gevonden bij vrouwen; hoe vermijdender de partner, hoe minder positief partnergedrag de vrouw vertoonde. Hechting bleek een zeer beperkte rol te spelen in het beloop van positief partnergedrag gedurende Hou me Vast. Verklaringen en aanbevelingen worden besproken.
3 Inleiding Introductie Momenteel ondervindt 20% van de koppels in Amerika huwelijksproblemen (Lebow, Chambers, Christensen & Johnson, 2012). Dit percentage lijkt toe te nemen: in Nederland is het aantal echtscheidingen in de afgelopen tien jaar met 6 procent gestegen ( Onderzoek in de afgelopen tien jaar heeft een samenhang gevonden tussen relatieproblemen en mentale en fysieke problemen (Lebow, Chambers, Christensen & Johnson, 2012). Hierbij vonden Lebow et al. (2012) ook dat relatieproblemen een causale rol kunnen spelen in het ontstaan en onderhouden van individuele psychopathologie. Gezien de grote hoeveelheid relatieproblemen, en de impact hiervan op mentale en fysieke problemen, is het belangrijk om goede interventies te bieden aan mensen met relatieproblemen. Om goede interventies te kunnen ontwikkelen is het noodzakelijk om kennis te hebben van factoren die met relatiekwaliteit samenhangen. Twee factoren die samenhangen met relatiekwaliteit zijn hechting (Givertz, Woszidlo, Segrin & Knutson, 2013; Mikulincer & Shaver, 2007) en positief partnergedrag (Adams & Baptist, 2012; Ogolsky & Bowers, 2013; Simon & Baxter, 1993). In dit onderzoek zal de samenhang tussen hechting en positief partnergedrag in volwassen partnerrelaties onderzocht worden. Beide constructen zullen eerst worden toegelicht. Hechting Ieder mens is geboren met de behoefte aan veiligheid, nabijheid en steun (Mikulincer, & Shaver, 2007). De personen bij wie mensen dit zoeken worden hechtingsfiguren genoemd. Bij kinderen dienen ouders als belangrijkste hechtingsfiguren. Op volwassen leeftijd kan een grote variatie aan relatie partners dienen als hechtingsfiguur. Hieronder vallen familie, vrienden en partners. Volgens Bowlby (1979, aangehaald in Mikulincer & Shaver, 2007) is een langdurige partnerrelatie de belangrijkste hechtingsrelatie in de volwassenheid.
4 Volwassenen hebben net als kinderen behoefte aan veiligheid en steun van een ander wanneer zij zich bedreigd of angstig voelen (Hazan & Shaver, 1987; Mikulincer & Shaver, 2007). Als primaire reactie op een gevoel van bedreiging zoeken mensen nabijheid bij hun partner om zich veilig, gesteund en zeker te voelen. Hoe beschikbaarder en responsiever de partner is als reactie op de nabijheid die bij hen wordt gezocht, hoe veiliger, gesteunder en zekerder de ander zicht voelt. Een hoge mate van beschikbaarheid en responsiviteit zijn bouwstenen voor een veilige hechting. Wanneer een partner lange tijd niet beschikbaar en responsief is, ontwikkelt een individu secundaire hechtingsstrategieën. Er zijn twee vormen van secundaire hechtingsstrategieën: hyperactivatie en deactivatie van het hechtingssysteem. Hyperactiverende strategieën komen vooral voor wanneer de partner soms wel en soms niet beschikbaar en responsief is. Hierdoor creëren individuen onzekerheid over zichzelf en angst om door de partner verlaten te worden. Als reactie hierop gaan zij extra veel nabijheid zoeken, door geforceerd veel aandacht of bevestiging te vragen, omdat ze hebben ervaren dat dit soms wel succesvol is. Het doel van de hyperactiverende strategieën is meer aandacht, veiligheid en steun van de partner krijgen (Cassidy & Kobak (1988, aangehaald in Mikulincer & Shaver, 2007). De uitkomst is echter vaak het tegenovergestelde: de hyperactiverende strategieën moedigen opdringerige en soms agressieve gedragingen tegenover een partner aan, waardoor sneller conflicten ontstaan en relatie ontevredenheid bij de partner toeneemt. De groep die hyperactiverende strategieën toepast is angstig gehecht. De tweede secundaire hechtingsstrategie is deactivatie van het hechtingssysteem. Dit kan ontwikkeld worden in relaties waarbij het zoeken van nabijheid, het tonen van kwetsbaarheid en het uiten van hechtingsbehoeften, zoals de behoeften aan veiligheid, begrip, liefde en steun, door de partner worden afgekeurd of bestraft. Iemand leert op deze manier dat behoeften en kwetsbaarheden beter niet geuit kunnen worden. Om die reden wordt het zoeken naar nabijheid geblokkeerd en hiermee wordt het hechtingssysteem gedeactiveerd. In plaats
5 van dat een individu met een gedeactiveerd hechtingssysteem nabijheid gaat zoeken, probeert hij of zij in zijn of haar eentje mee om te gaan met gevoelens van bedreiging of angst. Het doel van deze deactivatie is het niet hoeven ervaren van de pijn en frustratie die gevoeld wordt wanneer nabijheid wel gezocht wordt, maar de partner niet beschikbaar en responsief is. Deze groep mensen is vermijdend gehecht. Positief partnergedrag Positief partnergedrag verwijst naar de gedragingen die door partners worden gebruikt om de kwaliteit van hun relatie te onderhouden of te verbeteren. Stafford & Canary (1992) hebben een set van gedragingen geïdentificeerd die vallen onder positief partnergedrag: openheid (het bespreken van eigen gevoelens en gevoelens over de relatie), positiviteit (interacties positief en aangenaam maken), het bieden van zekerheid (signalen afgeven die laten zien dat de relatie een toekomst heeft), het verdelen taken (het verdelen van huishoudelijke taken en de zorg voor eventuele kinderen) en het delen van sociale netwerken (met plezier tijd doorbrengen met gemeenschappelijke vrienden). Later voegden Stafford, Dainton & Haas (2000) hier twee factoren aan toe: advies geven aan de partner en omgaan met conflicten (pogen de ander te begrijpen en conflicten op te lossen). Deze gedragingen zijn zowel routinematig (automatisch) als strategisch (doelbewust). Aangezien hechting en positief partnergedrag beide samenhangen met relatiekwaliteit (Adams & Baptist, 2012; Givertz et al., 2013; Mikulincer & Shaver, 2007; Ogolsky & Bowers, 2013; Simon & Baxter, 1993), en het daarnaast waarschijnlijk is dat een verschillende hechting leidt tot verschillende technieken om de partnerrelatie te onderhouden (Adams & Baptist, 2012), is het aannemelijk dat hechting en positief partnergedrag samenhangen.
6 Hechting en positief partnergedrag In een aantal studies is het verband tussen hechting en positief partnergedrag in partnerrelaties onderzocht. Simon & Baxter (1993) onderzochten bij 162 getrouwde koppels de relatie tussen hechtingsstijlen enerzijds en positief partnergedrag (romantiek en het bieden van zekerheid) en negatief partnergedrag (antisociaal gedrag en vermijding) anderzijds. Romantiek komt overeen met de subschaal positiviteit. Vermijding is het tegenovergestelde van subschaal openheid. Antisociaal gedrag kan gezien worden als het tegenovergestelde van een combinatie van de subschalen positiviteit en oplossen van conflicten. Resultaten lieten zien dat veilig gehechte mensen het meeste positieve partnergedrag rapporteerden en vermijdend gehechte mensen het minste. In antisociaal gedrag en vermijding werd geen verschil gevonden tussen veilig en onveilig gehechte personen. Adams & Baptist (2012) onderzochten bij 265 koppels die gemiddeld twintig jaar bij elkaar waren de relatie tussen positief partnergedrag en verschillende hechtingsstijlen. Zij keken hierbij naar zowel actor als partner effecten. Actor effecten zijn de effecten van de eigen hechting op het positieve partnergedrag en partner effecten zijn de effecten van de hechting van de partner. Uit de resultaten bleek dat de eigen vermijding en angst en die van de partner negatief samenhingen met positiviteit, zekerheid en het verdelen van taken bij zowel mannen als vrouwen. Openheid was niet duidelijk gerelateerd aan de eigen hechting of die van de partner. Aangezien vriendschapsrelaties en partnerrelaties veel op elkaar lijken (Mikulincer & Shaver, 2007; Langan, 2002) is de bevinding dat bij vriendschapsrelaties veilig gehechte mensen meer positief relatiegedrag toepassen dan onveilig gehechte mensen (Bippus & Rollin, 2003; Langan, 2002) waarschijnlijk te generaliseren naar partnerrelaties. Over het algemeen komt uit deze onderzoeken naar voren dat veilig gehechte mensen meer positief partnergedrag toepassen dan angstig en vermijdend gehechte mensen. Er zijn
7 echter maar twee onderzoeken naar de actor effecten van hechting op positief partnergedrag (Simon & Baxter, 1993; Adams & Baptist, 2012) en maar één onderzoek dat ook naar partner effecten heeft gekeken (Adams & Baptist, 2012). Daarnaast gebruikt het onderzoek van Adams & Baptist (2012) een andere operationalisatie van positief partnergedrag dan het huidige onderzoek. Om deze redenen is het wenselijk om meer onderzoek te doen naar de samenhang tussen de eigen hechting en de hechting van de partner enerzijds en positief partnergedrag anderzijds. Daarnaast is het nuttig om te kijken welke rol hechting speelt in het beloop van positief partnergedrag tijdens het volgen van een relatie-interventie. Daarom zal in dit onderzoek gekeken worden hoe hechting samenhangt met de ontwikkeling van positief partnergedrag tijdens een interventie. Interventie Een therapie die gericht is op het veiliger maken van de hechting tussen partners is Emotion Focused Couple Therapy (EFCT) (Lebow et al. 2012). Onderzoek van Mikulincer & Shaver (2007) en Givertz et al. (2013) ondersteunt het idee dat een angstige of vermijdende hechting samenhangt met een lagere kwaliteit van partnerrelaties en dat het daarom zinvol is om hechting veiliger te maken. Een relatiecursus voor groepen van paren die is afgeleid van EFCT is Hou me vast (HmV) (Johnson, 2008). Ook HmV gaat uit van de hechtingstheorie. Uit onderzoek van Conradi (2017) blijkt dat relatietevredenheid en positief partnergedrag hoger worden na het volgen van HmV. Dit suggereert dat HmV, door te focussen op een veiligere hechting, positief partnergedrag positief beïnvloedt. Om die reden is het zinvol om te kijken in welke mate kwaliteit van hechting bij inclusie hierin een rol speelt. Wanneer hechting hier een rol in speelt, kan er op basis van verschillende hechtingsstijlen een voorspelling worden gedaan over de mate van toename in positief partnergedrag tijdens HmV.
8 Hypotheses Op basis van voorgaand onderzoek wordt verwacht dat hoe vermijdender en angstiger individuen en hun partners zijn voorafgaand aan HmV, hoe minder positief partnergedrag zij zullen rapporteren op hetzelfde meetmoment. Dit wordt vanwege de uitkomsten van Simon & Baxter (1993) met name verwacht voor een hoge mate van vermijding. De samenhang tussen hechting en de subschalen van positief partnergedrag wordt exploratief onderzocht. Ook de rol van hechting in het beloop van positief partnergedrag tijdens van het volgen van HmV wordt exploratief onderzocht. Methode Deelnemers Aan dit onderzoek hebben 129 heteroseksuele Nederlandse koppels deelgenomen die aangaven relatieproblemen te hebben. Een exclusie criterium was individuele As I of As II problematiek volgens de DSM-IV. Deelnemers werden geworven via de EFT privépraktijken, via advertenties en via de EFT website (n=79) en via de specialistische GGZ in Altrecht (n=50). Interventie HmV is ontwikkeld door Johnson (2008) en is een relatiecursus van 8 x 2 uur. HmV gaat uit van de hechtingstheorie als basis van relaties. Relatieproblemen ontstaan door toenemende emotionele afstand (Johnson, 2008), die de hechting tussen partners onveiliger maakt. Een doel van HmV is dan ook de emotionele band sterker maken, zodat de hechting weer veiliger wordt. Dit wordt gedaan door de wederzijdse aanwezigheid, betrokkenheid en
9 responsiviteit te verhogen. Deze doelen worden bereikt door middel van de volgende acht stappen (Johnson, 2008): 1) Psychoeducatie over liefde en hechting 2) Het herkennen van negatieve en destructieve interacties 3) Uitzoeken welke hechtingsbehoeften (zoals de behoeften aan nabijheid, begrip, veiligheid en acceptatie) en hechtingsangsten (zoals de angst om afgewezen te worden, te falen, niet geliefd te zijn, of gecontroleerd te worden) er werkelijk achter de impulsieve reacties zitten 4) Het oplossen van conflicten en het opbouwen van emotionele veiligheid 5) Het hart van het programma: partners ertoe bewegen dat ze meer toegankelijk en emotioneel responsief naar elkaar worden en dat ze meer betrokken bij elkaar raken 6) Elkaar vergeven en hiermee de band versterken 7) Leren dat emotionele connectie zorgt voor een goed seksleven, en een goed seksleven de emotionele band weer versterkt 8) Focussen op het begrip dat emotionele connectie een proces van pieken en dalen is, en koppels daarom bewust moeten blijven van het feit dat emotionele connectie zorg nodig heeft. Materialen Hechting is gemeten met de Nederlandse versie van The Experiences in Close Relationships (ECR) vragenlijst (Conradi, Gerlsma, van Duijn & de Jonge, 2006). Deze vragenlijst meet de mate van angstige en vermijdende hechting in partnerrelaties bij volwassenen. De vragenlijst bestaat uit 36 items. De eerste subschaal meet de mate van angst voor afwijzing en verlating en heeft een Cronbach s alpha (α) van.91. Een voorbeelditem uit deze subschaal is Ik maak me vrij veel zorgen over het kwijtraken van mijn partner. De
10 tweede subschaal meet vermijding van intimiteit en heeft een α van.94. Een voorbeelditem uit deze subschaal is Ik voel me niet op mijn gemak als ik meer van mezelf laat zien aan partners. De genoemde Cronbach s alpha s worden beschouwd als een hoge betrouwbaarheidswaarde (Field, 2014), en daarom kan de ECR als een betrouwbare vragenlijst worden gezien. Items worden gescoord op een schaal van 1 (helemaal niet mee eens) tot 7 (helemaal mee eens). Positief partnergedrag is gemeten met een vragenlijst van 25 items die bestaat uit een combinatie van vertaalde items uit de Relational Maintenance Strategies Measures (RMSM) (Canary & Stafford, 1992) en de herziene versie van de RMSM (Stafford et al., 2000). De RMSM meet het eigen gedrag ten opzichte van de partner. De vragen gaan over gedrag van de afgelopen twee weken. De subschalen van de RMSM zijn openheid (voorbeelditem Heeft u uw verbondenheid met uw partner tegenover hem/haar benadrukt? ), positiviteit (voorbeelditem Heeft u in de afgelopen twee weken u vrolijk en positief gedragen in het bijzijn van uw partner? ), zekerheden (voorbeelditem Heeft u tegen uw partner gezegd hoeveel hij/zij voor u betekent? ), het verdelen van taken (voorbeelditem Heeft u aangeboden om dingen te doen die niet in uw takenpakket vallen? ), gedeelde netwerken (voorbeelditem Heeft u tijd doorgebracht met uw gezamenlijke vrienden? ), en omgaan met conflicten (voorbeelditem Heeft u geprobeerd gezamenlijk een conflict op te lossen? ). Deze zes factoren hebben een α die varieert van.72 tot.92. Deze betrouwbaarheidswaarden zijn medium tot hoog (Field, 2014). Items worden gescoord op een schaal van 1 (niet) tot 4 (bijna elke dag). Procedure Alle deelnemers ondergingen een wachtlijstperiode van vijf weken, gevolgd door een behandelperiode van acht weken waarin ze HmV kregen aangeboden. De wachtlijstperiode
11 diende als controle ten opzichte van de behandeling. Demografische gegevens zijn gemeten op de pre-wachtlijstmeting. Hechting (ECR) is gemeten op de voormeting en positief partnergedrag (RMSM) is gemeten op de prewachtlijstmeting, voormeting en nameting. Statistische analyses Om het verband tussen hechting en positief partnergedrag te onderzoeken op de voormeting is zowel een Pearson Correlatie analyse als een Multipele Regressie analyse uitgevoerd in SPSS waarbij de correlaties zijn berekend tussen enerzijds angst voor afwijzing en vermijding van intimiteit (beide ECR) en anderzijds het totale positief partnergedrag en de subschalen (RMSM). Er is bij deze analyses gekeken worden naar actor en partner effecten. Om de samenhang tussen hechting en het beloop van positief partnergedrag tijdens HmV te onderzoeken werd wederom een Multipele Regressie analyse gedaan. Hierbij werden de verschilscores van positief partnergedrag tussen de voor- en nameting berekend en als afhankelijke variabele gebruikt. De mate van angst bij de man, angst bij de vrouw, vermijding bij de man en vermijding bij de vrouw dienden als onafhankelijke variabelen. Alle resultaten zijn gesplitst voor mannen en vrouwen. De toetsen die worden besproken, zijn geëvalueerd op basis van een significantie level van 0,05 (α=0.05). De Shapiro Wilk toets wees uit dat er voor de variabelen positief partnergedrag, verschilscore in positief partnergedrag, angst en vermijding is voldaan aan de assumptie van normaliteit voor zowel mannen als vrouwen. De plots van de afgezette gestandaardiseerde residuen tegen de gestandaardiseerde voorspelde waarden wezen uit dat er voldaan aan de assumptie van homoscedasticiteit van variantie. Resultaten Steekproef gegevens Aan dit onderzoek hebben 129 heteroseksuele koppels deelgenomen. In Tabel 1
12 worden de demografische gegevens van de deelnemers weergegeven. De gemiddelde leeftijd bij de mannen was (SD=9.66) en bij de vrouwen jaar (SD=9.69). De meeste mannen en vrouwen hadden een hoog opleidingsniveau (64.5% en 61.8% respectievelijk). De gemiddelde relatie duur was jaar (SD=9.93) en de meeste koppels waren getrouwd (69.2%). De koppels hadden een gemiddeld aantal kinderen van 2.15 (SD=1.41). Voor de meeste demografische gegevens geldt dat de gemiddelden niet verschilden tussen mannen en vrouwen, behalve voor angst voor afwijzing en de subschaal oplossen van conflicten. Vrouwen rapporteerden meer angstige hechting en scoorden lager op de subschaal oplossen van conflicten dan mannen Tabel 1 Demografische gegevens Mannen (n = 125) Vrouwen (n = 125) Totaal (n = 250) Sekseverschil % % % X 2 df p Opleiding Laag Gemiddeld Hoog Burgerlijke staat Daten, apart 7.2 wonen Samenwonend 23.6 Gehuwd 69.2 M SD M SD M SD t Leeftijd Duur relatie in jaren Aantal kinderen Vermijding Angst <.001* Totaal positief partnergedrag Positiviteit Openheid Zekerheid Verdelen van taken Sociale netwerken Oplossen van conflicten * Noot. Het aantal deelnemers verschilt enigszins per variabele. *p <.05
13 Tabel 2 Spearman s Correlaties Tussen Studie Variabelen Angst Vermijding Positiviteit Openheid Zekerheid Verdelen van taken Sociale netwerken Conflict oplossen Positief partnergedr ag Angst ** -.23* Vermijding.20* -.26** -.30** -.31** ** Positiviteit -.20* -.41**.36**.67**.29**.33**.58**.82** Openheid **.33**.48**.23*.11.28**.66** Zekerheid **.71**.62* **.77** Verdelen van taken *.38**.21*.25**.29**.20*.52**
14 Sociale netwerken Conflicten oplossen Positief partnergedra g -.25** -.25**.46**.33**.45**.16.29**.53** -.19* -.24**.61**.41**.60**.37**.45**.66** *.81**.71**.87**.50**.65**.75** Noot. onder de diagonaal correlaties voor mannen, boven voor vrouwen. *p <.05, ** p <.01. Samenhang hechting en positief partnergedrag voormeting Als eerste is gekeken naar de samenhang tussen hechting en positief partnergedrag op de voormeting. Verwacht werd dat hoe hoger deelnemers zouden scoren op angst, en met name vermijding, hoe lager ze op hetzelfde meetmoment op het totale positieve partnergedrag zouden scoren. Verder werd verwacht dat vermijding en angst bij de partner ook negatief zouden samenhangen met het totale positief partnergedrag. Over de subschalen waren geen verwachtingen. In Tabel 2 staan de Spearman correlaties tussen de studievariabelen weergegeven. Hieruit is op te maken dat vermijding en angst, zoals verwacht, enkel negatief correleren met het totale positieve partnergedrag en de subschalen. Ook is te zien dat er, zoals verwacht, meer significante negatieve correlaties zijn tussen vermijding en positief partnergedrag dan tussen angst en positief partnergedrag bij zowel mannen als vrouwen. Verder is uit de tabel af te lezen dat het totale positief partnergedrag bij mannen en vrouwen het meest correleert met de subschaal zekerheid en positiviteit. Uit de resultaten van de Multipele Regressie analyses (Tabel 3) blijkt dat bijna alle significante relaties tussen angst en vermijding enerzijds en positief partnergedrag anderzijds negatief zijn. Dat betekent dat hoe meer vermijdend of angstig deelnemers of hun partners waren, hoe minder positief partnergedrag er werd gerapporteerd. Alleen bij de subschaal openheid werden er positieve correlaties gevonden met angst voor afwijzing bij zowel
15 mannen als vrouwen. Dit betekent dat hoe angstiger individuen waren bij de voormeting, hoe meer openheid zij op hetzelfde moment rapporteerden. Bij de mannen is een negatief actor effect van vermijding gevonden op het totale positieve partnergedrag (β=-.43) en op alle subschalen (β variërend van.19 tot.40). Er is geen actor effect van angst op het totale positieve partnergedrag gevonden, maar wel bij twee subschalen: angstige hechting heeft een negatieve samenhang met sociale netwerken (β=-.23) en een positieve samenhang met openheid (β=.19). Er werden bij de mannen geen partner effecten gevonden. Bij vrouwen is er een negatief actoreffect van vermijding gevonden op het totale positieve partnergedrag (β=-.28), en op de subschalen zekerheid (β=-.27), openheid (β=-.29) en positiviteit (β=-.23). Verder is er bij de vrouwen een significant negatief actor effect van angst op sociale netwerken (β=-.25) en het verdelen van taken (β=-.24) gevonden, en een positief actor effect van angst op openheid (β=.19). Ook zijn er bij de vrouwen partnereffecten gevonden, namelijk een negatief partnereffect van vermijding op het totale positieve partnergedrag (β =-.18) en op de subschalen omgaan met conflicten (β=-.23), sociale netwerken (β=-.23) en zekerheid (β=-.19). Het gehele model met actor en partner effecten is bij zowel mannen als vrouwen significant (p<.001) en verklaart bij mannen 19% van de variantie en bij vrouwen 15% van de variantie in het totale positief partnergedrag. Verder verklaren actor- en partner effecten de meeste variantie binnen de subschaal zekerheid (19% en 17% respectievelijk) en de minste variantie binnen de subschaal verdelen van taken (6% en 7% respectievelijk). Tabel 3 Samenhang Hechting met Positief partnergedrag beide op Sessie 1 Mannen Vrouwen β R 2 p β R 2 p Model MB Totaal.19 <.001*.15 <.001* Actor vermijding -.43 <.001* * Actor angst Vermijding partner *
16 Angst partner Model Conflicten * * Actor vermijding * Actor angst Vermijding partner * Angst partner Model Netwerken * * Actor vermijding * Actor angst Vermijding partner * Angst partner Model Taken verdelen Actor vermijding * Actor angst * Vermijding partner Angst partner Model Zekerheid.19 <.001*.17 <.001* Actor vermijding -.43 <.001* * Actor angst Vermijding partner * Angst partner Model Openheid * * Actor vermijding -.34 <.001* * Actor angst * * Vermijding partner Angst partner Model Positiviteit.19 <.001* * Actor vermijding -.40 <.001* * Actor angst Vermijding partner Angst partner Noot. * p <.05 Voorspelling met hechting van het beloop van positief partnergedrag gedurende HmV Vervolgens is gekeken of hechting kan voorspellen hoe groot de verandering is in positief partnergedrag gedurende HmV. Hierover waren geen verwachtingen. Om te checken of positief partnergedrag niet vooruit is gegaan gedurende de wachtlijstperiode en wel gedurende HmV is een gepaarde t-toets uitgevoerd. Hieruit bleek er geen verschil was in positief partnergedrag tussen de prewachtlijst- en voormeting (p=.783), maar dat positief partnergedrag wel significant verschilde (p<.001) tussen de voor- (M=60.64) en nameting (M=69.11).
17 In Tabel 4 zijn de resultaten te zien van het beloop van het totale positieve partnergedrag. Bij de mannen is het model met actor en partner effecten niet voorspellend voor de verschilscore van positief partnergedrag. Dit betekent dat zowel de eigen hechting als de hechting van de partner voorafgaand aan HmV niet voorspellend zijn voor de verandering in positief partnergedrag gedurende HmV. Dit geldt ook voor alle subschalen. Bij de vrouwen werd er alleen een significant positief partner effect van vermijding gevonden op het totale positief partnergedrag (β=.20). Dit betekent hoe meer vermijding de man rapporteerde voorafgaand aan HmV, hoe meer positief partnergedrag de vrouw heeft ontwikkeld tijdens HmV. Als gekeken wordt naar de subschalen is te zien dat er een significant negatief partner effect van angst is op het oplossen van conflicten (β=-.20) en positiviteit (β=-.24), dit betekent dat hoe angstiger de partners waren op de voormeting, hoe hoe minder het oplossen van conflicten en positiviteit bij de vrouwen is toegenomen gedurende HmV. Verder is nog een positief partnereffect van vermijding op positiviteit gevonden (β=.20), dit betekent dat hoe vermijdender de partners waren op de voormeting, hoe meer positiviteit de vrouwen hebben ontwikkeld tijdens HmV. Tabel 4 Samenhang Hechting op Sessie 1 met verschilscore Positief Partnergedrag Sessies 8 en 1 Mannen Vrouwen β R 2 p β R 2 p Model MB totaal Actor vermijding Actor angst Vermijding partner * Angst partner Model Conflicten * Actor vermijding Actor angst Vermijding partner Angst partner * Model Netwerken Actor vermijding Actor angst Vermijding partner Angst partner Model Taken verdelen Actor vermijding
18 Actor angst Vermijding partner Angst partner Model Zekerheid Actor vermijding Actor angst Vermijding partner Angst partner Model Openheid Actor vermijding Actor angst Vermijding partner Angst partner Model Positiviteit * Actor vermijding Actor angst Vermijding partner * Angst partner * Noot. * p <.05 Discussie In het huidige onderzoek is onderzocht of er een samenhang is tussen hechting en positief partnergedrag in partnerrelaties. Hierbij is gekeken naar de eigen hechting en de hechting van de partner. Hechting is gedefinieerd door de mate van angst voor afwijzing en verlating en door de mate van vermijding van intimiteit. Verwacht werd dat hoe angstiger, en met name hoe vermijdender, individuen of hun partners zijn hoe minder positief partnergedrag zij vertonen. Ook is er gekeken of hechting een rol speelt in de verandering van positief partnergedrag gedurende de relatiecursus HmV. Hierover waren geen verwachtingen.
19 Uit de resultaten blijkt dat hoe vermijdender mannen en vrouwen gehecht zijn, hoe minder positief partnergedrag zij rapporteren. Dit geldt voor het totale positieve partnergedrag en voor het bieden van zekerheid, openheid, en positiviteit. Angst speelt zoals verwacht in mindere mate een rol in de mate van positief partnergedrag. Bij zowel mannen als vrouwen geldt dat hoe hoger de angst, hoe meer openheid. Bij de vrouwen is gevonden dat hoe hoger de angst, hoe minder gemotiveerd zij zijn om sociale netwerken te delen en hoe minder ze helpen bij gezamenlijke taken. De hechting van de partner speelt bij de mannen geen rol, bij de vrouwen wel. Bij de vrouwen is gevonden dat hoe vermijdender de man, hoe minder de vrouwen zekerheid bieden over de relatie, bezig zijn met het oplossen van conflicten, en gemotiveerd zijn om sociale netwerken te delen met hun partners. Dat er bij vermijding meer effecten in relatie tot positief partnergedrag zijn gevonden dan bij angst is naar verwachting. Dit kan verklaard worden doordat angstig gehechte mensen meer bevestiging van hun partner nodig hebben om zich goed te voelen over zichzelf en angstiger zijn hun partner te verliezen. Om die reden zullen zij waarschijnlijk meer hun best doen om hun partner tevreden te houden en meer positief partnergedrag vertonen. Vermijdend gehechte mensen zijn minder afhankelijk van hun partner om zich goed te voelen en hebben minder behoefte aan intimiteit, en daarom zijn zij waarschijnlijk minder gemotiveerd om positief partnergedrag toe te passen. Eigen vermijdende hechting heeft bij zowel mannen als vrouwen de hoogste negatieve samenhang met de subschaal zekerheid, gevolgd door positiviteit en openheid. Dit is goed te verklaren vanuit de hechtingstheorie. Positiviteit en zekerheid bieden komen het meest overeen met het tonen van genegenheid en het zoeken van nabijheid, iets wat vermijdend gehechte mensen volgens de hechtingstheorie weinig doen. Ook open zijn over gevoelens is iets waar vermijdend gehechte mensen weinig behoefte aan hebben. De motivatie om taken te verdelen, conflicten op te lossen en sociale netwerken te delen zijn minder gekoppeld aan
20 intimiteit en het zoeken van nabijheid. Dit verklaart mogelijk waarom hier een lage of geen samenhang mee is gevonden. Eigen angstige hechting heeft bij zowel mannen als vrouwen de hoogste negatieve samenhang met sociale netwerken. Dit zou verklaard kunnen worden vanuit het idee dat angstig gehechte mensen het liefst alleen met hun partner zijn omdat ze dan relatief de meeste aandacht krijgen van hun partner. In het bijzijn van vrienden en familie worden zij wellicht onzeker of jaloers. Bij de vrouwen is de samenhang net zo hoog voor het verdelen van taken, wat lastiger te verklaren is vanuit de hechtingstheorie. Wellicht ontwikkelen vrouwen boosheid als gevolg van de negatieve reacties die zij krijgen op het uiten van hun angsten waardoor ze minder gemotiveerd zijn te helpen met gemeenschappelijke taken. Er is geen samenhang gevonden tussen angst en het bieden van zekerheid, wat betekent dat angstige individuen niet minder zekerheid bieden dan niet angstige individuen. Dit is goed te verklaren vanuit de hechtingstheorie aangezien angstig gehechte mensen, uit angst om de partner te verliezen, waarschijnlijk de behoefte hebben om aan hun partner te uiten dat de relatie een toekomst heeft (zekerheid bieden). Opvallend is dat er een positieve samenhang is gevonden tussen angst en openheid. Dit komt overeen met het onderzoek van Simon & Baxter (1993) en het onderzoek van Adams & Baptist (2012). Deze bevinding kan mogelijk verklaard worden door het feit dat het uiten van gevoelens en angsten over de relatie kenmerkend is voor de hyperactiverende strategieën die angstig gehechte mensen gebruiken. Een andere opvallende bevinding is dat de subschalen zekerheid en positiviteit, vergeleken met de andere subschalen, het hoogst correleren met het totale positieve partnergedrag. Deze subschalen kunnen daarom worden gezien als het meest representatief voor positief partnergedrag. Het verdelen van taken en sociale netwerken hebben de laagste correlatie met het totale positieve partnergedrag. Aangezien vermijding het hoogst correleert met de subschalen zekerheid en positiviteit, en angst met het verdelen van taken en sociale
21 netwerken, is dit een extra verklaring voor het feit dat vermijdende hechting in werkelijkheid een hogere correlatie heeft met het totale positieve partnergedrag dan angstige hechting. Verder blijkt uit de resultaten dat er alleen bij de vrouwen partner effecten zijn gevonden. Wanneer de partners vermijdender zijn, vertonen de vrouwen minder positief partnergedrag. Uit onderzoek van Schmitt (2003) komt naar voren dat vrouwen meer tevreden zijn met hun relatie als de man minder indicaties van vermijdende hechting laten zien. Daarnaast komt uit het onderzoek van Buss (1989, aangehaald in Schmitt, 2003) naar voren dat vrouwen vaker dan mannen klagen over het gebrek aan emotionele nabijheid van hun partner. Deze twee bevindingen wijzen er op dat het bij vrouwen meer impact heeft op de relatietevredenheid wanneer hun partner vermijdend is, dan bij mannen. De mate van relatietevredenheid kan weer invloed hebben op de mate van positief partnergedrag van de vrouw (Adams & Baptist, 2012; Ogolsky & Bowers, 2013), wat kan verklaren waarom er bij vrouwen wel een negatieve samenhang is gevonden tussen vermijding van de partner en positief partnergedrag en bij de mannen niet. Uit de resultaten van het beloop van positief partnergedrag komt naar voren dat voor mannen de mate van angst en vermijding geen indicatie lijkt voor in hoeverre positief partnergedrag toeneemt gedurende HmV. Bij vrouwen blijkt vermijding van de partner een voorspeller te zijn voor een grotere toename van positief partnergedrag. Met andere woorden, hoe vermijdender de man gehecht was op de voormeting, hoe meer positief partnergedrag de vrouw heeft ontwikkeld gedurende HmV. Dat er bij vrouwen een partnereffect van vermijding is gevonden kan wederom verklaard worden door de bevinding dat vrouwen meer behoefte hebben aan emotionele nabijheid van de partner dan mannen. Wanneer gedurende HmV de mannen minder vermijdend zijn geworden, heeft dit waarschijnlijk een positief effect gehad op de relatietevredenheid van de vrouw, wat weer heeft gezorgd voor meer positief partnergedrag. Op dit partnereffect na, lijkt de mate van angst en vermijding voorafgaand aan
22 HmV niet te kunnen voorspellen in welke mate positief partnergedrag toeneemt gedurende HmV. Een beperking van het huidige onderzoek is dat er alleen gekeken is naar het eigen gerapporteerde positieve partnergedrag. De vraag is echter of mensen een objectief beeld hebben van hun eigen partnergedrag. Factoren als hechting kunnen invloed hebben op het beeld van het eigen gedrag. Hierdoor kan een vertekend beeld van het positieve partnergedrag ontstaan en daarmee van de samenhang tussen hechting en positief partnergedrag. Voor vervolgonderzoek is het daarom aan te raden om ook te kijken naar de rapportage van het positieve partnergedrag namens de partner. Een andere beperking is dat er geen uitspraken kunnen worden gedaan over het causale verband tussen hechting en positief partnergedrag. Voor vervolgonderzoek zou het nuttig zijn om te achterhalen of er een causaal verband is tussen hechting en positief partnergedrag, in welke richting dit verband zou zijn, en of de relatie door een derde variabele (zoals relatietevredenheid) verklaard kan worden. Dit zou de gevonden correlaties kunnen helpen verklaren en zou daarnaast kunnen verklaren waarom er een zeer beperkte samenhang is gevonden tussen hechting en de verandering in positief partnergedrag gedurende HmV. Om iets te kunnen zeggen over de causale relatie, is meer longitudinaal onderzoek nodig waarin een temporele relatie kan worden vastgesteld en waarin ook mediatoren worden betrokken. Een temporele relatie houdt in dat de ene factor aantoonbaar eerder opgetreden moet zijn dan de andere factor. Ondanks dat er in dit onderzoek niet gekeken is naar een causaal verband tussen positief partnergedrag en hechting, is er wel gekeken of de kwaliteit van hechting voorafgaand aan HmV samenhangt met de ontwikkeling van positief partnergedrag gedurende HmV. Hierbij zijn echter geen conclusies te trekken over de vraag of het veiliger worden van
23 hechting gepaard gaat met het toenemen van positief partnergedrag. Om dit te achterhalen moet ook hechting in vervolgonderzoek op de nameting gemeten worden. Aangezien HmV het doel heeft de hechting veiliger te maken, is het zinvol om te kijken of een toename in positief partnergedrag kan bijdragen aan een veiligere hechting. Het is niet onwaarschijnlijk dat een toename in positief partnergedrag een veilige hechting kan bevorderen (Adams & Baptist, 2012). Zekerheid bieden is bijvoorbeeld een vorm van je partner informeren dat de relatie een toekomst heeft. Dit kan gezien worden als een vorm van beschikbaarheid, een voorwaarde voor veilige hechting. Ook positiviteit kan ervoor zorgen dat de ander zich veiliger voelt. Om dit in kaart te kunnen brengen is het belangrijk om twee verschillende groepen te vergelijken. Één groep met koppels die de gewone procedure van HmV volgt, en één groep die een procedure van HmV volgt waarin meer gefocust wordt op het bevorderen van positief partnergedrag. Wanneer blijkt dat de laatste groep veiliger gehecht is aan het einde van de cursus, kan dit er op wijzen dat positief partnergedrag bijdraagt aan het veiliger maken van de hechting. De bevinding dat angstige en vermijdende hechting negatief samenhangen met positief partnergedrag heeft implicaties voor de klinische praktijk. Voor interventies gericht op het veiliger maken van hechting, zoals HmV, is het mogelijk dat het bevorderen van positiviteit, openheid en het bieden van zekerheid kan zorgen voor een lagere mate van vermijding van intimiteit. Bij vrouwen kan een toename in positief partnergedrag eventueel leiden tot een lagere mate van vermijding bij de man. Het bevorderen van het delen van sociale netwerken en het verdelen van taken zou kunnen bijdragen aan het verminderen van angst voor afwijzing. In plaats van dat positief partnergedrag zorgt voor een veiligere hechting, zou het ook kunnen dat het veiliger worden van de hechting zorgt voor meer positief partnergedrag. Om te achterhalen welke factor de ander beïnvloedt is meer onderzoek nodig.
24 Literatuurlijst Adams, R.D., & Baptist, J.A. (2012) Relationship maintenance behavior and adult attachment: An analysis of the actor-partner interdependence model. The American Journal of Family Therapy, 40(3), Bippus, A.M., & Rollin, E. (2003). Attachment style differences in relational maintenance and conflict behaviors: Friends' perceptions. Communication Reports 16(2), Canary, D.J., & Stafford, L. (1992). Relational maintenance strategies and equity in marriage. Communications Monographs, 59(3), Centraal Bureau Statistiek (2016, 17 Oktober). Huwelijksontbindingen: door echtscheiding en
25 door overlijden. Geraadpleegd op 25 Mei, 2017, van 3-9&D2=(l-11)-l&HD= &STB=G1,T. Conradi, H-J. (2017). Hold me tight: effectiveness of an emotionally focussed therapy program for groups of couples. Ongepubliceerd manuscript, Universiteit van Amsterdam, Department of Clinical Psychology. Conradi, H-J., Gerlsma, C., van Duijn, M., & de Jonge, P. (2006). Internal and external validity of the experiences in close relationships questionnaire in an American and two Dutch samples. European Journal of Psychiatry, 20(4), DOI: /S Field, A. (2014). Discovering statistics using IBM SPSS statistics. Londen, Engeland: SAGE Publications Ltd Givertz, M., Woszidlo, A., Segrin, C., & Knutson. K. (2013). Direct and indirect effects of attachment orientation on relationship quality and loneliness in married couples. Journal of Social and Personal Relationships, 30(8), Hazan, C., & Shaver, P. (2987). Romantic love conceptualized as an attachment process. Journal of personality and social psychology 52(3), 511. Johnson, S. (2008). Hold me Tight. Londen, Engeland: Little, Brown UK Langan, E.J. (2002) Attachment and maintenance strategies in young adult friendships. Dissertation Abstracts International Section A: Humanities and Social Sciences 62(8- A), Lebow, J.L., Chambers, A.L., Christensen, A., & Johnson, S.M. (2012). Research on the treatment of couple distress. Journal of Marital and Family therapy, 38(1), Mikulincer, M., & Shaver, P.R. (2007). Attachment in adulthood: Structure, dynamics, and change. Guilford Press.
26 Ogolsky, B.G., & Bowers, J.R. (2013). A meta-analytic review of relationship maintenance and its correlates. Journal of Social and Personal Relationships 30(3), Schmitt, D. P. (2003). Are men universally more dismissing than women? Gender differences in romantic attachment across 62 cultural regions. Personal Relationships, 10(3), Simon, E.P., & Baxter, L. A. (1993). Attachment-style differences in relationship maintenance strategies. Western Journal of Communication (includes Communication Reports), 57(4), Stafford, L. (2011). Measuring relationship maintenance behaviors: Critique and development of the revised relationship maintenance behavior scale. Journal of Social and Personal Relationships 28(2), Stafford, L., Dainton, M., & Haas, S. (2000). Measuring routine and strategic relational maintenance: Scale revision, sex versus gender roles, and the prediction of relational characteristics. Communications Monographs, 67(3), ISO 690
De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.
De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment
Nadere informatieSamenvatting Dit proefschrift beschrijft een aantal onderzoeken op het gebied van gehechtheid en psychosociaal functioneren in de volwassenheid. In hoofdstuk 1 wordt een overzicht gegeven van de gehechtheidstheorie.
Nadere informatiehet laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en
Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens
Nadere informatieMarrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting
Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld
Nadere informatieInternaliserende stoornissen, sekse en emotieregulatie
Internaliserende stoornissen, sekse en emotieregulatie Dr. Annemiek Karreman Departement Medische en Klinische Psychologie, Tilburg University Deze presentatie Twee experimentele studies naar de rol van
Nadere informatieEmotionally Focused Therapy (EFT)
Emotionally Focused Therapy (EFT) Voorjaarsworkshop april 2019 Pieter Dingemanse P-opleider Altrecht GGZ Klinisch psycholoog/psychotherapeut Supervisor VGCt, Supervisor NVRG, Supervisor NVP, Certified
Nadere informatieInvloed van een preventieve relatieverbeteringscursus voor paren, op de mate van vergevingsgezindheid: De rol van hechting.
Invloed van een preventieve relatieverbeteringscursus voor paren, op de mate van vergevingsgezindheid: De rol van hechting. L. Kühnen Studentnummer: 5686784 Universiteit van Amsterdam Datum: 15-01-2016
Nadere informatieONGEWENST INTRUSIEF GEDRAG: EEN STUDIE NAAR DE ROL VAN RELATIEKENMERKEN BIJ GESCHEIDEN EX-KOPPELS.
ONGEWENST INTRUSIEF GEDRAG: EEN STUDIE NAAR DE ROL VAN RELATIEKENMERKEN BIJ GESCHEIDEN EX-KOPPELS. Auteur: Olivia De Smet i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Ongewenst intrusief gedrag houdt in dat
Nadere informatieSamenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld
Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,
Nadere informatieSamenvatting (Dutch summary)
Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.
Nadere informatieHechting en het Beloop van Seksuele Satisfactie bij Paren Deelnemend aan de Houd me Vast relatiecursus: Een Prospectieve Studie
Hechting en het Beloop van Seksuele Satisfactie bij Paren Deelnemend aan de Houd me Vast relatiecursus: Een Prospectieve Studie Datum: 15 april 2015 Door: Jolien Ridder Studentnummer: 6037216 Supervisoren:
Nadere informatieSamenvatting, conclusies en discussie
Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15
Nadere informatieDe rol van sekse, hechting en autonomie in as-i en persoonlijkheidspathologie.
De rol van sekse, hechting en autonomie in asi en persoonlijkheidspathologie. Drs. N. Bachrach GZ psycholoog io Klinisch psycholoog VVGI Externpromovendus UvT Promotor Prof. Dr. M. Bekker Copromotor: Dr.
Nadere informatiePositieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen
Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic
Nadere informatieGeven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.
Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van
Nadere informatieHoofdstuk 1 Hoofdstuk 2
179 In dit proefschrift werden de resultaten beschreven van studies die zijn verricht bij volwassen vrouwen met symptomen van bekkenbodem dysfunctie. Deze symptomen komen frequent voor en kunnen de kwaliteit
Nadere informatieDe Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving
De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving Relationships between Attachment and Well-being among the Elderly: The mediational Roles of Mindfulness
Nadere informatieDe Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie
De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited
Nadere informatieBelieving is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten
VGCT najaarscongres 2011 Believing is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten Elske Salemink, Universiteit van Amsterdam In samenwerking met Reinout Wiers (Universiteit van
Nadere informatieHoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het
Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve
Nadere informatie9. Lineaire Regressie en Correlatie
9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)
Nadere informatieRichtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017)
Richtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017) Hechtingsrelatie Zelfregulatie en interactie tijdens de nacht Onderdeel van de discussie rond sensitief en responsief ouderschap richt zich
Nadere informatiePsychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga
Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga Nederlandse samenvatting INLEIDING Mensen met een mogelijk verhoogde kans op kanker kunnen zich
Nadere informatierapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen.
Samenvatting Samenvatting Depressie en angst zijn de meest voorkomende psychische stoornissen in de adolescentie met een enorme impact op het individu. Veel adolescenten rapporteren depressieve en angst
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.
Nadere informatieDe causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie
Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal
Nadere informatieExposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E.
Exposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E. Aktar Summary 1 Summary in Dutch (Samenvatting) Summary
Nadere informatieMANTELZORG, GOED GEVOEL
UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt
Nadere informatieHechtingsangst en -vermijding bij kinderen en adolescenten
Psychodiagnostiek Issue Issue / Series / Title PsychoPraktijk Issue / Series / Volume Nr 1 Issue / Date 2014 Issue / Pages / First Page Issue / Pages / Last Page Hechtingsangst en -vermijding bij kinderen
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit
Nadere informatieSeksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie
Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond
Nadere informatiePredictoren van respons op de cursus Hold me Tight bij stellen met relatieproblemen
Predictoren van respons op de cursus Hold me Tight bij stellen met relatieproblemen Student: Daniël Kool, 1141074 Begeleiders: Dr. A. Noordhof & Dr. H.J. Conradi Inhoud Abstract 1 Inleiding 2 Methoden
Nadere informatie1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test
Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De
Nadere informatieROM met de OQ-45. Kim la Croix, sheets: Kim de Jong. Discover the world at Leiden University
ROM met de OQ-45 Kim la Croix, sheets: Kim de Jong Vraag Gebruikt u op dit moment de OQ-45? a. Nee, maar ik overweeg deze te gaan gebruiken b. Ja, maar ik gebruik hem nog beperkt c. Ja, ik gebruik hem
Nadere informatieKindermishandeling: Prevalentie. Psychopathologie
Wereldwijd komt een schrikbarend aantal kinderen in aanraking met kindermishandeling, in de vorm van lichamelijke mishandeling of seksueel misbruik, verwaarlozing, of gebrek aan toezicht. Soms zijn kinderen
Nadere informatiehoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste
Samenvatting Mensen zijn in het algemeen geneigd om consensus voor hun eigen gedrag waar te nemen. Met andere woorden, mensen denken dat hun eigen gedrag relatief vaak voorkomt. Dit verschijnsel staat
Nadere informatieSamenvatting. (Summary in Dutch)
(Summary in Dutch) 142 In dit proefschrift is de rol van de gezinscontext bij probleemgedrag in de adolescentie onderzocht. We hebben hierbij expliciet gefocust op het samenspel met andere factoren uit
Nadere informatieCover Page. Author: Meijer, Eline Title: This is [not] who I am : understanding identity in continued smoking and smoking cessation Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/57383 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Meijer, Eline Title: This is [not] who I am : understanding identity in continued
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatieSamenvatting. Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese. Een 3-jarige follow-up studie
* Samenvatting Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese Een 3-jarige follow-up studie Samenvatting Tijdens de periode van groei en ontwikkeling tussen kindertijd en volwassenheid
Nadere informatieVroeginterventie via het internet voor depressie en angst
Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent
Nadere informatie11. Multipele Regressie en Correlatie
11. Multipele Regressie en Correlatie Meervoudig regressie model Nu gaan we kijken naar een relatie tussen een responsvariabele en meerdere verklarende variabelen. Een bivariate regressielijn ziet er in
Nadere informatieStroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Stroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30) November 2017 Review: 1. M. Post, B Dijcks 2. Eveline van Engelen Invoer: Marsha Bokhorst 1 Algemene gegevens
Nadere informatieWaarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt
Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt genetische aanleg voor sportgedrag een rol? Hoe hangt sportgedrag samen met geestelijke
Nadere informatieSamenvatting. Coparenting en Angst van het Kind
Samenvatting Coparenting en Angst van het Kind In dit proefschrift worden verschillende associaties tussen coparenting en angst binnen het gezin getoetst, zoals voorgesteld in het model van Majdandžić,
Nadere informatieWat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?
De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20566 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Wit, Frank R.C. de Title: The paradox of intragroup conflict Issue Date: 2013-02-28
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatieDecisional conflict. Ageeth Rosman Kennispoort 7 feb 2014
Decisional conflict Ageeth Rosman Kennispoort 7 feb 2014 Disclosure Belangenverstrengeling geen Financiering ZonMw KNOV Samenwerkende organisaties NVOG TNO AMC Inhoud presentatie Wat is decisional conflict?
Nadere informatieSummary & Samenvatting. Samenvatting
Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische
Nadere informatieSamenvatting. (Dutch Summary)
(Dutch Summary) In dit proefschrift is de ontwikkeling van gedrags- en emotionele problemen van tweelingen en eenlingen in de leeftijd van 3 tot 12 jaar onderzocht. In hoofdstuk 1 wordt een introductie
Nadere informatieHet Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping
Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit
Nadere informatieVerwevenheid van Temperament en Hechtingsstijl: verbanden tussen de temperamentkenmerken negatief affect, extraversie/energie en
Verwevenheid van Temperament en Hechtingsstijl: verbanden tussen de temperamentkenmerken negatief affect, extraversie/energie en verbondenheid en de hechtingsstijl in een volwassenen populatie. Interrelationships
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale
Nadere informatieDe Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen
Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of
Nadere informatieHet effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College
Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en zelfbeheersing op het Sondervick College 3 januari 2018 Uitvoering: H. van den Bogert a (leerkracht L.O. Sondervick College en Advanced
Nadere informatieAnalyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels
Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieNederlandse samenvatting. (summary in Dutch)
Nederlandse samenvatting (summary in Dutch) 149 Samenvatting In dit proefschrift is agressief en regelovertredend gedrag van (pre)adolescenten onderzocht. Vanuit een doelbenadering (Sociale Productie Functie
Nadere informatieDe begeleiding bij chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie)
Improving Mental Health by Sharing Knowledge De begeleiding bij chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie) Jan Spijker, Maringa de Weerd, Henny Sinnema, Bauke Koekkoek, Ton van Balkom,
Nadere informatieDe Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering
De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent
Nadere informatiePurgeergedrag binnen eetstoornissen: De relatie met hechting en emotieregulatie
Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen Afdeling Klinische Psychologie Purgeergedrag binnen eetstoornissen: De relatie met hechting en emotieregulatie Afdeling: Klinische Psychologie UVA supervisor:
Nadere informatievan Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw
De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Interactionistische perspectieven benadrukken dat de persoon en zijn of haar omgeving voortdurend in interactie zijn en samen een systeem vormen. Dit idee van integratie
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/18691 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Jong, Kim de Title: A chance for change : building an outcome monitoring feedback
Nadere informatieHechtingsstijl en Coping: Hechtingsstijlen in de Partnerrelatie? Attachment Style and Coping: Attachment Styles in Close Relationships?
1 Hechtingsstijl en Coping: Zijn Copingstrategieën Typerend voor de Verschillende Hechtingsstijlen in de Partnerrelatie? Attachment Style and Coping: Are Strategies of Coping Typical in relation to Different
Nadere informatieIs de therapeutische relatie in CGT voor CVS van belang voor het behandelresultaat?
Is de therapeutische relatie in CGT voor CVS van belang voor het behandelresultaat? Hans Knoop Marianne Heins Gijs Bleijenberg CGT leidt tot een afname van klachten % patienten dat geen of duidelijk minder
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Dit proefschrift behandelt de relatie tussen lichamelijke beperkingen en kwaliteit van leven en het effect van sociale steun op deze relatie bij patiënten die sinds kort reumatoïde artritis hebben. Reumatoïde
Nadere informatieSUMMARY IN DUTCH. Summary in Dutch
SUMMARY IN DUTCH Summary in Dutch Summary in Dutch Introductie Dit proefschrift richt zich met name op het voorspellen van de behandeluitkomst bij kinderen met angststoornissen. Een selectie aan variabelen
Nadere informatieUitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie
Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,
Nadere informatieWelke Factoren hangen samen met Kwaliteit van Leven na de Kanker Behandeling?
Welke Factoren hangen samen met Kwaliteit van Leven na de Kanker Behandeling? Which Factors are associated with Quality of Life after Cancer Treatment? Mieke de Klein Naam student: A.M.C.H. de Klein Studentnummer:
Nadere informatiehet psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van
9 Samenvatting 173 174 9 Samenvatting Kanker is een veel voorkomende ziekte. In 2003 werd in Nederland bij meer dan 72.000 mensen kanker vastgesteld. Geschat wordt dat het hier in 9.000 gevallen om mensen
Nadere informatieRed cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić
Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić Rode wangen, zweethanden en coy-smiles: De rol van emotionele en socio-cognitieve
Nadere informatieZelfstandig wonen binnen het huidige zorgklimaat
Zelfstandig wonen binnen het huidige zorgklimaat Naam: Sergio Bottse Studentnummer: 1339931 Datum: 8 juli 2016 Eerste begeleider: Clarine van Oel Tweede begeleider: Jelle Koolwijk Externe begeleider: Wido
Nadere informatieDe Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS
Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering
Nadere informatieOverige (Overig, ongespecificeerd)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Voice Related Quality of Life Measure (V-RQOL) 21 oktober 2011 Review 1: T. Dassen, K. v Nes, N. v Wersch Review 2: M. Jungen Invoer: E. Van Engelen 1 Algemene
Nadere informatieDutch Summary Acknowledgements Curriculum Vitae
Dutch Summary Acknowledgements Curriculum Vitae 184 Welbevinden en hoofdpijn bij adolescenten: de rol van zelfregulatie In dit proefschrift is de rol van zelfregulatie processen voor het welbevinden van
Nadere informatieCitation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.
University of Groningen Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. Verbakel, N. J. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite
Nadere informatieRelatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën
Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual
Nadere informatieWat motiveert u in uw werk?
Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u
Nadere informatieCampagne Eenzaamheid Bond zonder Naam
Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam Leen Heylen, CELLO, Universiteit Antwerpen Thomas More Kempen Het begrip eenzaamheid Eenzaamheid is een pijnlijke, negatieve ervaring die zijn oorsprong vindt in een
Nadere informatieRobuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid
Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid Dr.ir. P.W. Heijnen Faculteit Techniek, Bestuur en Management Technische Universiteit Delft 22 april 2010 1 1 Introductie De
Nadere informatieSamenvatting Nederlands
Samenvatting Nederlands 178 Samenvatting Mis het niet! Incomplete data kan waardevolle informatie bevatten In epidemiologisch onderzoek wordt veel gebruik gemaakt van vragenlijsten om data te verzamelen.
Nadere informatieChapter. Samenvatting
Chapter 9 9 Samenvatting Samenvatting Patiënten met chronische pijn die veel catastroferende gedachten (d.w.z. rampdenken) hebben over pijn ervaren een verminderd fysiek en psychologisch welbevinden. Het
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Burnout, een toestand van mentale uitputting door chronische stress in de werksituatie, vormt een ernstig maatschappelijk probleem dat momenteel veel aandacht krijgt. In
Nadere informatieSamenvatting (summary in Dutch)
Samenvatting (summary in Dutch) 149 Samenvatting (summary in Dutch) Één van de meest voorkomende en slopende ziektes is depressie. De impact op het dagelijks functioneren en op de samenleving is enorm,
Nadere informatieS Samenvatting Veldman, Karin.indd :25
S Samenvatting Psychische problemen tijdens de kindertijd en adolescentie kunnen langdurige negatieve gevolgen hebben, bijvoorbeeld doordat ze de overgang van school naar werk negatief beïnvloeden. Jongeren
Nadere informatieEmotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid
Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor
Nadere informatiePerseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting
Perseverative cognition: The impact of worry on health Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Perseveratieve cognitie: de invloed van piekeren op gezondheid Iedereen maakt zich wel eens zorgen.
Nadere informatieRisk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING
Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology EDERLADSE SAMEVATTIG 157 Het komt regelmatig voor dat psychiatrische klachten clusteren in families. Met andere woorden, familieleden
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
NEDERLANDSE SAMENVATTING Zedendelicten vormen een groot maatschappelijk probleem met ernstige gevolgen voor zowel het slachtoffer als voor de dader. Hoewel de meeste zedendelicten worden gepleegd door
Nadere informatieUitgebreide toelichting van het meetinstrument. Dutch version of the Quebec User Evaluation of Satisfaction with assistive technology (D-QUEST)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Dutch version of the Quebec User Evaluation of Satisfaction with assistive technology (D-QUEST) Februari 2018 Review: Ilse Swinkels-Meewisse Invoer: Marsha
Nadere informatie--.I= ~---- DE GROTE VOORDELEN. v,= MEDITATIE, YOGA& S Pl RITUALITE IT WIN LUXE CADEAUS VOOR JEZELF OF OM WEG TE GEVEN EERSTE HULP IN DE LIEFDE
WIN LUXE CADEAUS VOOR JEZELF OF OM WEG TE GEVEN MEDITATIE, YOGA& S Pl RITUALITE IT LEKKER, MAAR OF JE ER OOK GEZONDER VAN WORDT... DE GROTE VOORDELEN VAN EEN AUTIST ALS GELIEFDE EERSTE HULP IN DE LIEFDE
Nadere informatieBeschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw
Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Dit document beschrijft kort de bevindingen uit het onderzoek over biseksualiteit van het AmsterdamPinkPanel.
Nadere informatieFACTSHEET. Buurtveiligheidsonderzoek AmsterdamPinkPanel
Resultaten LHBT-Veiligheidsmonitor 2015: Kwart maakte afgelopen jaar een onveilige situatie mee; veiligheidsgevoel onder transgenders blijft iets achter. De resultaten van het jaarlijkse buurtveiligheidsonderzoek
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen
(Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen 141 Als kinderen psychische problemen ontwikkelen zoals gedragsproblemen
Nadere informatieEllen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent. De commitments van creatieve professionals
De commitments van creatieve professionals 7 De commitments van creatieve professionals 163 164 Ruim baan voor creatief talent, hoofdstuk 7 7.1 Inleiding In deze studie is binding gedefinieerd als het
Nadere informatie